c W ilde Auca's schenen vriendelij k maar zij doodden 5 zendelingen ER STAAT EEN MONUMENT IN DE JUNGLE GODSDIENSTIG LIFTER WE HADDEN WILLEN BLIJVEN TEKSTKRITIEK OP GEZANGEN NIEUWE LEIDSCHE COURANT ZONDAGSBLAD ZATERDAG 17 MAART 1956 dat Zuid- id er schil- m Op een derachtig jungle gaan nog iele mysteries schuil, zoals het vraagstuk, hoejvijf zendelingen de dood vonden, nadat zij in het gebied der bloeddorstige Auca-stam- men met een vliegtuig waren Het bericht van de dood van vijf zendelingen in de oerwou den van Ecua- dor is schuil gegaan achter het nieuws uit Genève en de moeilijkheden met Indonesië. Nu de details eindelijk bekend zijn, publi ceren we hier een verslag van de gebeurtenissen, die zich afgespeeld hebben, ge baseerd op het gevonden dagboek van één van de ver moorde mannen en op een rapport van de voorzitter der Intern. Zendings Raad van Ecuador, Abe van der Puy. Auca's. twee de oever van de rivier.... Een Auca- stem gilde een aantal opgewonden on verstaanbare klanken. Het eerste con tact is gelegd." Als we verder lezen vinden we beschreven dat Jim El liot in de rivier stapte en de Indianen begroette. Even later zaten ze op het vlot. De man was ongeveer twintig, de vrouw dertig en het meisje nog geen twintig. Er was geen enkel teken van Drama in oerwoud van Ecuador 0 P DE OEVER VAN DE CARARAYRIVIER, die de zwetende jungle van Ecuador doorsnijdt, staat sinds 6 januari een monument. Het is geen Are de Triomphe, waarlangs trotse troepen paraderen. Ook is het geen man zonder hart, die in uiterste wanhoop zijn armen ten hemel heft en uitroept: ..God waarom?" Het is een vliegtuig (een Piper Super Cruiser), dat zijn schaduw laat vallen over het graf van vijf jonge mensen in het gebied der Auca Indianen. "Reeds eerder waren pogingen ondernemen deze stam men te bereiken met de Boodschap van het Boek. Zen delingen waren er op uit getrokken, maar keerden nim mer weer. Anderen zochten hun weg door de onherberg zame gebieden, maar slaagden er niet in contact te krijgen. In september van het vorig jaar be gon men echter weer te denken aan een nieuwe poging. Vier Auca-vrou- wen waren hun stam ontvlucht en hadden zich gevestigd onder de Quenchua sprekende Indianen. Door gesprekken met hen kon een klein woordenlijstje van de Auca-taal wor den opgesteld. Op 29 september 1955 werd een eerste verkenningsvlucht gemaakt. Luchtfoto's van het gebied werden genomen en zorgvuldig bestudeerd. Van dat ogenblik af begonnen de regelmatige geschenken- vluchten. By een dorp werden op gere gelde tijden aluminium ketels, broeken, overhemden, lucifers, kammen en hel gekleurde linten afgeworpen. Het scheen, dat de regelmatige vluchten de India nen vriendelijk stemden. In het begin had het vliegtuig hoog boven de jungle gevlogen, maar langzamerhand begon het lager en lager te cirkelen en op bepaalde momenten vloog het zelfs zo laag. dat duidelijk de speciale trekken van de Auca's opgenomen konden wor- DOOR DE LUCHT Toen kwam de tweede phase. Ongeveer twee jaar geleden had de zendeling-vlie ger Nate Saint een ontdekking gedaan waardoor het mogelijk werd ook zen- ding-sposten te bereiken uit de lucht, die geen landingsterrein bezaten. Na maanden van experimenteren en oefenen slaagde hij er in om uit een rondcirke lend vliegtuig een linnen emmertje te laten zakken aan een ta melijk dun touw. Het touw begon dan de om trek van een omgekeerde kegel te beschrijven met het emmertje als punt van die kegel. Door het touw langer te maken werd de kegel langge rekter, maar het emmer tje bleef precies op de zelfde plaats hangen. Hij werd er zo handig in dat hij het emmertje kon laten dalen waar hij wil de. zodat men de inhoud er uit kon nemen, even tuele post er in kon doen. Op deze ma nier werd de afstand van drie maanden reizen tussen twee zendingsposten ver kort tot drie uur vliegen. Reeds enkele malen had hij op deze manier zendings- posten van medicamenten kunnen voor zien. die, wanneer ze neergeworpen wa ren per parachute zeker verloren zouden zijn gegaan. Nate Saint een telefoon aan te brengen in het em mertje, waardoor de zendelingen op de grond direct konden spreken met de tweede piloot. Toen men eenmaal con tact begon te krijgen met de .'.uca's be sloot men ook deze ..bucket drop" (emmer-daal) methode te proberen. Na enige vergeefse pogingen begonnen de Indianen te begrijpen, wat de bedoeling was en ze haalden de inhoud uit het emmertje. Zelfs begonnen ze geschenken te rug tc geven. Een veren kroon, zoete aardappelen, vis, en zelfs eens een grote zwarte papagaal. De vriendschap begon kennelijk te groeien, want de Indianen gingen aan het werk. Een grote boom bij het dorp werd omgehakt om meer ruimte te krijgen, een klein houten model van het vliegtuig werd op een dak aangebracht en zelfs werd een zes meter boog, ruw podium ge bouwd om beter contact te krijgen met het vliegtuig. LANDINGSPOGING Op grond van deze groeiende mede werking van de Indianen besloten de vijf zendelingen: Nate f ~t. Ed McCul- ley. Peter Fleming, Jim Elliot en Rod ger Youdarian op een afstand van drie kilometer van het dorp te landen op de oever van de rivier de Cararay. Op dinsdag 3 januari werd de eerste lan dingspoging ondernomen. In het gevon den dagboek van Peter Fleming lezen we de volgende dag: ,.De tweede dag bij de Auca'sgisteren heb ik Ed. Jim en Rodger geholpen met de bouw van een huis op een vlot. Het was zwaar werk omdat het broeiend heet was en we leden onder de steken van bijen en kleine vliegjes. Nate maakte zes vluchten om al het materiaal aan te voeren". De aantekeningen eindigden met de woorden: „Morgen komt er weer een dag misschien zal dan het ogenblik aanbreken dat we het zo lang verlangde contact zullen leggen. De Auca's zijn beslist op zoek naar ons." Enkele dagen later schrijft hij: „We bevonden ons op het vlot midden op de rivier om ongeveer kwart over elf van morgenplotseling hoorden wij stem men en onmiddellijk zagen we drie dianen brachtten de nacht door op het vlot en de zendelingen lieten dat maar zo in de hoop om ook andere Auca's te leren kennen. De Indianen toonden geen enkele vrees voor de blanken maar de verwachtte uitnodiging om mee naar het dorp te gaan, bleef toch uit. Mis schien waren ze niet zo invloedrijk. Deze Auca's behoren tot de laagst gezonken stammen onder de In dianen. Ze leven van plundering, er is voortdurend wrijving tussen de verschillende dorpen, en ze zijn zeer moordzuchtig. Tot nu toe hadden ze nimmer een blanke in het leven ge laten. Ze gaan volkomeh naakt, met uitzondering van een ketting kra len om het middel. Op zondagmorgen 8 januari, spraken de mannen over de radio met de cen trale zendingspost in Quito. Ze zeiden dat alles, in orde was, dat er geen nieuws was en ze om half vijf 's mid dags weer een oproep zouden plaatsen. Wat daarna gebeurde is een volkomen mysterie. De oproep kwam niet door toen de zending-vlieger John Keenan een vlucht over het gebied maakte vond hij de Piper Super Cruiser ontdaan alles wat los en vast zat op de oe Tijdens latere onderzoekingstochten hefschroefvliegtuigen van de regering vond men de lichamen van de mannen door boord met pylen. Men meent, dat niet het be wuste dorp maar eer ar.dere groep vijandelij ke Auca's schuldig zijn aan deze moord, maar zeker is men niet. om- TWEE STEMMEN OVER HET PIËTISME Marnix in „De Reformatie" Hoe heb ik toen daar ook de nobel heid van onze ds. Knoop mogen genieten. Ik had hem in ons gewest meer dan eens gehoord springlevende, soms ook wel ietwat overmoedige welsprekendheid. Hij hield toen de feestrede, en ja, daar was de welsprekendheid van weleer, doch verdiept, volkomen evenwich tig bovendien hoe zal ik dat nu zeggen? Het tikje piëtisme was er volkomen uit, een heerlijk ge reformeerd betoog. Ds. P. J. Roscam Abbin# in ,,Woord. en Dienst Voorop sta dat Luthers levensvraag „Hoe krijg ik een genadig God" niet alleen reformatorisch maar ook bijbels is. In zoverre moet elke christen piëtisch zijn, en mag het piëtisme het noodsignaal hijsen als deze vraag niet meer essentieel is in welke stroming dan ookGods Theocratie is zonder piëtisme gelijk, en zuiver piëtisme leidt tot Theocratie. 'niet ge- vrees voor de camera's en enkele prachtige opnamen werden gemaakt. De man begon al gauw interesse te to nen voor het vliegtuig en toen we hem aanboden mee naar het dorp te vliegen leek hij erg geïnteresseerd. Tijdens de vlucht had hij de grootste pret en praatte aan éen stuk door. De drie iemand te grijpen. Op verzoek van hun vrouwen zijn de man nen begraven op de plaats waar ze hun leven hebben gegeven en het zen dingsgenootschap heeft besloten het vliegtuig te laten staan als een soort grafmonument. Zo staat het daar met uitgespreide vleugels, een uitnodiging tot een volk dat in duisternis leeft de schaduw valt over het graf TWEE MAAL DENEMARKEN: „Hier ontbreekt iets!" staat gedrukt boven een luchtfoto van de Kopenhaag- se buitenwijk Bellahöj in het „Kriste- ligd Dagblad". Een pijl wjjst de plaats aan in het centrum van de wijk, waar eigenlijk een kerk had moeten staan. Er zijn andere steden die dezelfde klacht kunnen uiten. Een opzienbarend resultaat bereikte hetzelfde dagblad met een oproep tot de lezers om te helpen met de inrich ting van een kerk in het Finse Porkkala- gebicd. De kerk werd tijdens de Sowjet- bezettin- gebruikt als ontspanningslokaal. Het altaar, de kansel en het doopbekken waren gestolen. In de eerste drie dagen na de oproep ontving het dagblad meer dan 3000 kronen (ongeveer 1650 gul den). Illlllllllllllllllllllllllllllllll Dezelfde stem van ver schillende kanten 9 Volgens het „Gereformeerde Week blad" laat de „Waagschaal" wel een heel ander geluid horen, dan dat wat doorgaans opgemerkt wordt in de kringen der Midden-orthodoxie. Volgens de persschouwer zei een predikant uit die richting eens tegen iemand, die hem wees op de trouwe kerkgang in gemeenten van gere formeerde signatuür: „In het kerk- gaan zit het niet." 9 Als Ds. A. F. L. van Dijk schrijft over de noodtoestand in donker Noordholland zegt hij echter: „Dik wijls zijn het niet meer dan één of twee gezinnen in een dorp, waar nog behoefte bestaat om zich van evan gelie en kerk rekenschap te geven." 9 Ook van een heel andere kant wordt dit zelfde probleem aangesne den door ds. L. D. G. Knipscheer in het Doopsgezind Weekblad: 9 „Wijs ze de weg.' Deze week nog. Zo las ik op een reclamebord op het station Zwolle. Een paar kinderen op de voorgrond, een kerk verte de plaat sprak voor zich zelf. Zit er niet wat in. geachte lezer of lezeres? Misschien is de kerk van uw gemeente al hze oud. 9 Maar zo oud is ze niet, of ze ver dient het, dat ook u haar een eer lijke kans öeeft; dat ook u er eer gewoonte van maakt er heen te gaan en anderen mee te nemen. Zt kan ook aan u een tvoord van be zinning, verdieping, gebed geven; en u de weg wijzen in 't moeilijke leven hier en nu! Christenvervolgingen -JF Het tijdperk der Christenvervol gingen is nog niet voorbij. Overal vandaan komen berichten over moeilijkheden: In de Boliviaanse stad La Paz werden de gebouwen van het Pro testants Christelijk Radio station, het Boliviaans Bijbel-Seminarium en dé Protestantse pers door ge peupel met stenen bekogeld. In het Spaanse stadje Elche ver heugde de Baptisten zich over hun eerste zondagsdienst in eigen ge bouw. De volgende woensdag werd de deur verzegeld. Volgens de auto riteiten was er geen vergunning. Volgens de predikant konden ze de vereiste vergunning niet krijgen. In Jericho werd, ook in december, het hoofdkwartier van de Doops gezinden in brand gestoken, woonhuis werd geplunderd, toen het gebouw, dat als opslagruimte werd gebruikt, in lichterlaaie stond. Illlllllllllllllllllllllllllllli Wereldraad naar Hongarije? De Lutherse bisschop Janos Peter heeft in het Hongaarse (communistische) Parlement een rede gehouden over de verantwoordelijkheid van de kerken, ten aanzien van de problemen van het in ternationale leven. Hij sprak daarin zijn bezorgdheid uit. dat de regering van de U.S.A. hinderpalen in 'de weg zal leg gen aan de vergadering van het cen trale comité van de Wereldraad der Kerken, die deze zomer in Hongarije plaats vindt. Zoals men weet heeft de Amerikaanse regering enige tijd geleden besloten als represaillemaatregel tegen Hongarije geen passen voor dat land r te verstrekken. Dr. Berkhof, één de Nederlandse gedelegeerden i de vergadering in Hongarije, wiens nie wij vroegen, was niet van mening dat de Amerikaanse autoriteiten het m zouden hebben om de Ame rikaanse afgevaardigden nu een pas t< weigeren. De orthodoxe kerken var Amerika, die niet bij de wereldraad zijn aangesloten zullen echter ongetwijfeld druk uitoefenen op de regering omdat zij de uitnodiging van de Hongaarse kerken eer) manoeuvre noemen van de communisten, die er politieke munt uit willen slaan. Illllllllllllllllllllllllllllll Adlai Stevenson In Amsterdam pikte ik een lifter op die we kregen het over geestelijke toestanden dat hjj studeerde en met enkele jongens een formeerde en, maar laat ik zijn eigen maal niet kerkelijk en weet niet veel et van de R.A.I. kwam. We spraken rd het gesprek wat persoonlijker e i in Nederland. De jongeman vertcldi en kamer deelde. Er was ook een Ger- rden weergeven: „Mijnheer ik hen hel geloof af. Ik heb altijd gesmaald op di „fynen", zoals wy de Gereformeerden op het dorp noemden. Maar nu ik deze kerel ontmoet heb, ben ik wel van gedachten veranderd. Het is een echte fijne vent. vroeg mijzelf af, of wjj niet vaak een caricatuur maken van andersdenkenden en gaan wjj die caricatuur bestrijden en bespotten. En alles vaak nog onder het mom „De Waarheid!" lCu, i*»«=e »an «uh zelfs in geslaagd 'le hulp gekomen, door te verklaren, dat hjj best van beide kerkgenootschappen lid (lOOr kan zjjn. Bovendien, zeggen DOROTHY S. MCCAMMON ;che kandidaat hoopt presidentsverkiezingen U.S.A., ont- p het ogen blik zyn kerklidmaatschap. Hij is altjjd belijdend lid geweest van de Uni- tarische Kerk, een zeer vrijzinnige kerk, die niet in de Drie- eenheid gelooft en Christus beschouwt ali Na Lake Fore TEN GELEIDE De Kerk is in beweging. De Oecumenische bewegingen, Billy Graham en andere evangelisatie bewegingen, contact tussen syno des, polemieken in de kerkelijke pers, nieuwe conferentieoorden die ontstaan, zijn er het bewijs van. Welke richting gaan wij uit? Niemand, die het kan voorspel len. Deze nieuwe pagina wil aandacht gaan schenken aan de beweging, die zich over de ge hele wereld openbaart. Onzeker geluid.... Enige tijd geleden las ik een artikel in de hand van een jeugdpredikant. Omdat ik in "een trein zat. kon ik mijn woordenboek er niet bij halen en het ge volg was. dat ik na de eerste pagina de poging tot lezen maar heb opgegeven. Ook in de kerk gebeurt het soms, dat predikanten, die beter in de filosofie, in de Bijbel onderlegd zijn het Evan- zo prediken, dat iedereen diep on der de indruk van de geleerdheid van de dominee naar huis gaat. maar ten ene male niet weet, wat de preek nu wilde zeggen. Het gaat óns soms als het ge hoor van de Amerikaan Smathers. die »en verkiezingsrede als kandidaat de Amerikaanse senaat het vol gende zei van zijn tegenstander: „Bent U zich wel bewust dat Claude Pepper geheel Washington bekend staat als i schaamteloze extrovert. Dat niet alleen, maar uit betrouwbare bron heb ik vernomen dat hij bovendien nepotis me bedrijft ten opzichte van zijn schoon zuster en zijn zuster is er een van Thespis in dat goddelo: New York. Het allerergste is wel dat .ïheer Pepper, voor hij trouwde in voortdurend celi baat leefde". Belijdenis doen.... Volgende week staan weer honderden jonge mensen vooraan in de kerk en leggen belijdenis van het geloof af. Ve len zullen op hun Paasbest verschijnen, want dat hoort immers zo en thuis zai er nog een klein na-feestje zijn, met een boek en een extra lekkere pudding. Net als bij een eindexamen. En na Pa sen zie je velen nooit meer in de kerk. Voor hen is de belijdenis een soort van diploma, dat een bepaald tijdperk van het leven afsluit. Als dat Uw idee ook is, doe het dan niet. wacht dan liever tot het volgend jaar en totdat U weet, waarom U belijdenis wilt doen. Het zou goed zijn, als velen, die de volgende week belijdenis gaan doen, zich de ko mende dagen ernstig afvragen, waarom zij deze belangrijke stap gaan nemen. De Kerk heeft al voldoende lidmaten die de dominee alleen nodig hebben bij een huwelijk en begrafenis. is hy tevi de Presbyteriaanse Kerk, die, hoewel beïnvloed door vrijzinnigheid, toch altijd nog de geloofsbelijdenis van Westminster kent, die zeer veel lijkt op Dordt. Na veel kritiek zyn vier predikan- ieder kerkgenootschap, hi 0 Een klein meisje mocht met haar moeder mee naar een grote kathedraal. Vol aandacht bekeek ze de gebrandschilder de ramen en eindelijk vroeg ze: „Moeder, wat zijn dat voor mensen op die ramen?" „Dat zijn heiligen", was het ant woord. Het kind was even stil en zei toen, nadenkend: „Nu weet ik wat heiligen zijn. Het zijn mensen, die licht door laten". HOOFDSTUK I Alle begin is moeilijk Eindelijk waren we dan in Hochwan, de plaats die ons was aangewezen door ons zendingsbestuur. Lang hadden ,we uitgekeken naar het ogenblik dat we zelf aan het werk zouden kunnen gaan, zelf zouden kunnen colporteren, zelf zouden kunnen prediken. Vol verwachtingen waren we in Sjanghai aangekomen, met onze nanden vol Chinese dollarbiljetten, omdat we juist ons geld hadden omgewis seld. „Alstublieft, mevrouw Amerika, geef me een paar duizend dollar voor mijn arme moeder, die al over de vijftig is", had de gore, in lompen gehulde bedelaar gesmeekt. Maar gaan. maar er was niemand om zijn plaats in te nemen. De Methodisten hadden alle verantwoorde lijkheid aan ons overgedragen en we moesten maar zien wanneer we de kans zagen om het werk zelf over te nemen of een andere predikant aan te stellen. Telkens weer bespraken we de si tuatie en op 26 december 1948 namen we een be langrijk besluit. In mijn dagboek las ik de volgen de opmerking, die ik toen heb neergepend: „We besloten Ds. Hsu met emeritaat te laten gaan. Het vijftig i ik had het geld stevig vastgehouden en i mijn moeder gedacht, die ook over de as en ook geen paar duizend dollar bezat, nog wennen aan het idee. dat duizend dollar slechts een paar cent waard was. Lang had den die maanden geduurd van taaie talenstudie aan de universiteit in Chengtu en als vrienden ons niet zo geweldig fijn onder hun hoede hadden ge nomen. waren we vast vol heimwee naar huis ge gaan. Vrienden en ons verlangen om de boodschap uit te dragen hielden ons op de been. ongeveer 40.000 verschillende tekens, die moet kennen en vaak geeft een verkeerde klem toon een heel andere betekenis, waardoor het aan tal bokken dat wij schoten legio was. Een van ons hoorde zichzelf beklagen bij een hoteleigenaar dat ze niet genoeg moed had om in zijn bed te kruipen, terwijl ze had willen zeggen dat er niet genoeg lakens waren. Eén ademstoot 1 schil. Voor we de school verlieten, v volmondig eens met een Jezuïet, die zei. dat Chi- zouden worden, nees door de duivel zelf uitgevonden was, om de verbreiding van hel Evangelie onmogelijk te ma ken. De Chinese taal is slechts geschikt voor men sen met koperen lichamen, stalen longen, eiken hoofden, arendsogen, met harten van apostelen, geheugens van engelen en levens van Methusalem. Maar eindelijk was het dan_gag- hoewel plaats in te nemen e voldoende beheersen." ONS geloof werd niet beschaamd. De dag na het posten van de brief, schreven de Methodisten uit Chengtu ons, dat Gordon Wang. een fijn semi narie student, graag zijn praktijk jaar in Hochwan onder onze supervisie zou doorbrengen, als we ten mmste interesse hadden. Interesse! We waren sprakeloos. Gordon kwam al spoedig en was een grote zegen voor ons en voor de kleine kerk. Al gauw kregen we een kans om Engelse Bijbel klassen te leiden. Onder de Nationalistische rege ring was Engels verplicht op de middelbare scho len. Bovendien was de taal een vereiste voor iede re postbeambte, onderwijzer en bankbediende. We hadden geen tijd om Engelse les te geven, maar meenden dat Engelse Bijbelklassen ons uitste kende contacten zouden geven. De uitnodigingen kwamen veel vlugger dan we ze konden aanvaar den. Alle vijf gaven we les op middelbare scholen. Een schoolhoofd vertelde haar meisjes, dat ze het hoopte dat al haar leerlingen „kleine kerstmisjes" konden doen. Deze leerlingen stonden volstrekt geen Engels. Ze kenden een paar losse woorden en uit het hoofd geleerde zinnen, op het gebied van conversatie geen r zendingspost. Eigenlijk hadden de kennis nihil. Het gevolg was dat als de kerk worden Methodisten daar al jaren geleden een post geves tigd en een kerkje gesticht, maar door gebrek aan goede krachten was het werk ineengezakt en nu was overeengekomen dat ons Doopsgezind genoot schap de verantwoordelijkheid zou overnemen. Bo vendien woonden daar al meer dan tien jaar twee Duitse dames: Fraulein Barbara Janke en baro nesse von Luttichau. die namens de „China Inlanc' Mission" de Methodisten geholpen hadden. Zij waren nog nimmer met verlof geweest en we leer den hen geweldig waarderen en bewonderen. Zij ga ven ons huisvesting zolang ons eigen huis nog niet klaar was. Langzamerhand begonnen we ons in te werken drïU jjMÉi ons nieuwe huis. Ook zijn werk zou talenstudie ge noemd kunnen worden, maar de vocabulaire, dif hij oppikte van de werklui zou waarschijnlijk eer sensatie gewekt hebben op de kansel. [JE bezochten alle diensten van de Chinese Kerk leerden zo de mensen kennen en de taal spreken. Theoretisch begon de kerkdienst om tien uur. maar omdat slechts weinig mensen een be trouwbare klok bezaten, was er dan nog niemand. Als de dienst om half elf begon was het al mooi. Als er een paar jongens waren liet de oude. afge leefde predikant Hsu de klok luiden en de dienst begon. Hij had al lang met emeritaat moeten Wl iets wilden bijbrengen de les voor negentig procent in het Chinees en voor tien procent in het Engels moest lijn. Sinds onze aankomst in Hochwan, hadden we ge- •egd. ..Er moet een Zondagsschool komen." Na de -.omst van onze nieuwe predikant Wang en zijn as sistent James Lo, meenden we te kunnen begin gen. In de ochtenddienst kondigden we de Zon- iagschool aan. Het werd twee uur, maar er waren geen kinde ern Dat verbaasde ons niets, omdat er geen klokken zijn. We wachtten nog wat en trokken er .oen zelf op uit. Al de grappige, kleine vriendjes, met hun ongekamde haren, die ons op straat Hoch-bu-how (Hoe gaat het) naroepen: zal spoedig in de kerk. Het waren er vijftig. De ten waren nog nimmer binnen geweest en dach ten dat ze geld kregen. Drie weken later hadden ve er vijf en zestig en later hadden we er soms vel drie honderd tótdat de „bevrijders" kwamen ?n het beweeglijke grut niet meer mocht komen. Ondertussen werkte Don in het zweet zijns aan- schijns en verrees ons huis langzaam maar zeker uit de grond. VOLGENDE WEEK: „Woningproblemen" Unitariër en zyn moeder PresbyD riaanse en heeft hy dus de beide goede „eigenschappen" in zich verenigd. Hoe hy echter de Godheid van Christus kan aan vaarden en tevens verwerpen is een raad sel. In ieder geval kunnen we wel zeggen, dat Stevenson „oecumenisch' Blank en bruin ten weer sterk bepaald bij de verhou ding blank en bruin. Lang voordat de negerstudente miss Lucy toelating ge weigerd werd tot de Universiteit van Alabama, werd dit probleem besproken in één van de vergaderingen van de we reldraad in Evanston. In een oud ver slag las ik, dat een Amerikaanse ne gerin sprak over de rechten, die de ne gers van Alabama moesten hebben. Zij werd onderbroken door een zwarte man uit Afrika. Hij zei: „Dat is niet de kern van het probleem. Het rassenprobleem in Amerika is opgelost en de overwin ning is groot Het is nog slechts een kwestie van tijd. Maar in Afrika komen wij nu te staan voor een nieuw probleem, gers de regering overgenomen hebben, beleven we een geweldige wreedheid van negers ten opzichte van andere ne gers, die onder hen staan. Het is geen rassenprobleem." Inderdaad. De kern het probleem ligt niet in de kleur hart. de huid, r in de houding a 1 het Nu velen in de Gereformeerde kringen ijverig gezangen zitten te bestuderen en zelfs te veran deren, om ze in de Gereformeer de kerken te kunnen zingen, komt er een nieuw probleem naar vo ren. De grote vraag, die nu in vele kerken gesteld wordt is niet meer: „Mogen we gezangen zin gen?" maar „Hoe mogen we de gezangen zingen?" Hoe mogen we se zingen? De tekstkritiek is ijverig aan het werk, maar de gevolgen zijn een complete chaos. Neem bijv. het bekende oude jaarsavondlied: Uren, dagen, maanden, jarenHet blad „De Christen" schrijft JN SOMMIGE van onze geestelijke liederen zijn uitspraken vervat, die bedenkingen hebben opgeroepen. Dit geldt bijv. van een regel in het eerste vers van het bekende oude jaarsavondlied: Uren, dagen, maan den, jaren in de nieuwe hervorm de bundel nr 292. De laatste regels van dat vers luiden: Tegen de eerste van deze twee ■egels is natuurlijk niets in te brengen in ieder geval is daar in genoemd feit niets te veranderen, maar bij de tweede regel trekt menigeen de wenk brauwen op. Dat schijnt hun in strijd te zijn met de Blijde Boodschap. Psalm 103 zegt het hun inziens wel wat anders. De commissie, die de nieu we herv. bundel heeft samengesteld, neeft dit bezwaar blijkbaar niet ge deeld, de hervormde vromen moeten nu, gelijk voorheen, belijden, dat het verleden geworden heden hun toe gerekend blijft. Ik geloof niet dat tegen de veran dering iets kan worden ingebracht. A.g. het heden wordt nu tweeërlei gezegd 1 dat het verleden wordt en 2 dat het ieder schuldig doet staan. De tweede regel is hiermede zo goed als losgemaakt van de uitspraak in de JN DE LUTH. BUNDEL. De Nederl. luth. kerk heeft een nieuw samen gesteld gezangboek. Ook in de oude bundel kwam het besproken oude jaarslied voor (een oude: van 1823), en luidde daarin precies zoals wij het oudtijds uit de oude herv. bundel zongen. Maar de samenstellers van de nieuwe luth. bundel vonden het ook onpassend de gemeente te laten zingen dat het heden, verleden ge worden zijnde, ons blijft toegerekend. Het liefst schijnt ze dit gezang hele maal geschrapt te hebben, maar zijn wat sentimentele toon kan overal op oudejaarsavond niet goed gemist wor den. De aanstootgevende regel werd echter veranderd en luidt nu, schoon het in gedachtenis blijft. Dat is on getwijfeld een waarheid, maar welke religieuse waarde heeft ze? Ditzelfde gebeurt op het ogenblik met andere gezangen. Straks zingen alle kerken hetzelfde gezang met andere woorden en als er dan een interkerke lijke dienst wordt gehouden, of als ver schillende zangkoren samen gaan zin gen, zal er eerst uitgevochten moeten worden of we de Hervormde-, Gerefor meerde-, Lutherse- of Baptisten-variatie moeten gebruiken. En niemand heeft de dichter of componist naar zijn mening gevraagd. Zou het niet beter zijn een gezang, waar bedenkingen tegen inge bracht kunnen worden, maar te laten vallen? Ik geloof niet, dat ik als schry- ver het bijzonder zou appreciëren, als de redacteur op eigen houtje mijn kopij ging veranderen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1956 | | pagina 10