Prof. dr. W.H.Keesom zaterdag
plotseling overleden
In memoriam professor Keesom
Naamkundigen dienen naam
recht nauwkeurig te bestuderen
Chr. school Boshuizerkade
in gebruik genomen
NIEUWE LEÏESCHE COUHANT
3
MAANDAG 5 MAART 1956
OPVOLGER VAN PROF. DR. H. KAMERLINGH ONNES
Een der grootste natuurkundigen
ter wereld
PROF. DR. W. H. KEESOM, oud-hoogleraar in de natuurkunde aan de
Rijksuniversiteit te Leiden, is zaterdagavond te zijnen huize, plotseling
overleden. Hij bereikte de leeftijd van 79 jaar. Prof. Keesom verwierf
grote bekendheid door zijn proeven -met uiterst lage temperaturen, aan
vankelijk in samenwerking met dê eveneens befaamde Leidse natuurkun
dige prof. dr. H. Kamerlingh Onnes, in het kryogeenlaboratorium te Leiden.
In 1926 slaagde hij er in dé laatste der permanente gassen, het helium, tot
vaste stof te verdichten, dat prof. Kamerlingh Onnes in 1908 reeds had
vloeibaar gemaakt.
Wilhelmus Hendrikus Keesom werd
de 21ste juni 1876 op Texel geboren, al
waar hij de lagere school bezocht. Hier
na doorliep hij de h.b.s. te Alkmaar er
studeerde vervolgens natuurkunde aar
de gemeentelijke universiteit van Am
sterdam. In 1904 behaalde hij zijn doc
torstitel op een proefschrift, getiteld
„Isothermen van mengsels van zuurstof
en koolzuur". De promotie geschiedde
met lof.
Reeds in 1900 was hij assistent aar
natuurkundig laboratorium te Leiden (het
latere Kamerlingh Onnes-laboratorium),
en in 1909 conservator. In deze periode
werkte hij onder meer mee aan het vloei
baar maken van helium (1908).
In 1917 en 1918 was hij docent aan d«
Rijksveeartsenijschool te Utrecht ei
daarna hoogleraar aan deze onderwijs
inrichting, die toen inmiddels Veeartse-
nijkundige" Hogeschool geworden
Zijn leeropdracht omvatte de natuur
kunde en physische scheikunde.
In 1923 volgde zijn benoeming tot hoog
leraar in de natuurkunde aart de Rijks
universiteit te Leiden, waarmee eerst
recht zijn arbeid op het gebied
theoretisch en experimenteeel weten
schappelijk onderzoek een aanvang r
Zijn inaugurele oratie had tot onderw
„Het belang van de tocht naar het ab
solute nulpunt". Hij bekleedde deze func
tie tot 1945, doch had zich enige jar»
tevoren reeds om gezondheidsreden»
moeten terugtrekken.
Als opvolger van Kamerlingh Onnes
heeft prof. Keesom diens arbeid op het
gebied der extreem lage temperat
met succes voortgezet, waardoor h(j tot
Contactavond Leidse
analistenschool
Lezing over ontwikkeling
nieuwe geneesmiddelen
In de foyer van de Stadsgehoorzaal
hield de Leidse analistenschool
dagavond een contactavond tussen
industrie en onderwijs. Het program
ma werd verzorgd door de N.V. Kon.
Pharm. fabrieken v/h. Brocades-
Stheeman en Pharmacia. De films
„Van katoen tot watten" en ,,Van
rubber tot pleister" brachten de fa
bricage van watten en pleisters in
beeld.
Dr. O. S. K. Mars sprak over „De ont
wikkeling van nieuwe geneesmiddelen'
Spreker wierp een blik terug op de ont
wikkeling van de geneeskunde. Hij gaf
een overzicht van de ontwikkeling op dit
gebied in de achttiende en negentiende
eeuw tengevolge van de chemische proef
nemingen. De twintigste eeuw bracht de
chemotherapie.
Vervolgens werden de antibiotica be
sproken. De wijze waarop de geneesmid
delen tot stand komen is de laatste vijftig
jaar veranderd. Werden vroeger de
vindingen gedaan in de laboratoria
de universiteiten en de apothekers, thans
zijn het de chemische bedrijven, die
met het onderzoek bezighouden. Dr. Mars
besprak vervolgens de fasen, die het
derzoek naar nieuwe geneesmiddelen
doorloopt.
Als reclamefi'kn van de Leidse analis
tenschool werd vertoond: „Hoe Jaap Er-
lenmeyer analist werd". Voorts vertoonde
men de films „Toscanini" en „Atomen in
de geneeskunde". De laatste was een plei
dooi voor het vreedzaam gebruik van
atoomenergie ten bate van de genees-
een der grootste natuurkundigen ter we
reld werd. H(j bereikte het toenmalige
kouderecord van slechts 0.71 graad Kei
vin boven het absolute nulpunt (1932).
Mede door z(jn werk en dat van zijn
tijdgenoot prof. dr. W. J. de Haas ver
wierf het Leidse kryogeenlaboratorium
de bijzondere (ere)naam van „het koud
ste plekje van het heelal".
Bekend is onder meer het feit, dat prof.
Keesom in 1926 er in slaagde, helium
onder druk in vaste toestand te brengen.
Hiermee was een probleem tot oplossing
gebracht, waarmee vele natuurkundigen
zich lange tijd hadden bezig gehouden,
evenals met het bereiken der uiterst lage
temperaturen.
Van nog groter belang, wetenschappe
lijk bezien, was zijn ontdekking in 1928
van de tweede fase van vloeibaar helium,
evenals zijn researchwerk op het terrein
der super-geleiding. (Supergeleiding is
een verschijnsel, dat alleen optreedt bij
zeer lage temperaturen). Doch ook op
talrijke neventerreinen heeft prof.
Keesom baanbrekend werk verricht, bij
voorbeeld wat betreft zijn onderzoekin
gen omtrent de thermische eigenschap
pen van supergeleiders, zijn arbeid op
het gebied der thermo-elektriciteit, kris
talstructuren, viscositeiten, isothermen
en de temperatuufschaal.
Van niet te schatten waarde is het feit.
dat prof. Keesom uitvoerige verhande
lingen schreef over al zijn onderzoekin
gen, zoals in zijn standaardwerk „He
lium", dat in 1942 het licht zag. Voorts
publiceerde hij talrijke artikelen in de
Verslagen van de Koninklijke Akademie
Wetenschappen, waarvan hij lid was.
het tijdschrift „Physica" en vele an
dere binnen- en buitenlandse vakbladen.
Vele malen vertegenwoordigde hij ons
land op internationale congressen, en
hij voorzitter van de Conférence
Générale de l'Institut International du
Froid te Parijs. Hij was lid van de Ko
ninklijke Vlaamsche Akademie van We
ischappen, officier van het Franse
gioen van Eer en corresponderend lid
i de „Conseil de la société d'encourage-
nt pour l'industrie nationale". I
DR. W. H. KEESOM.
Leidse universiteit won
prijs op foto-exposivie
De universiteit van Leiden heeft de
tweede prijs gewonnen op de fototentoon
stelling van Europese universiteiten, ge
organiseerd door de fotografie-verenlginf
van de universiteit van Manchester. D»
Nederlandse exposanten waren M. var
Blankenstein, wiens studie van een para
chute-springer de jury bijzonder impo
neerde. K. S. Wiarda. M F. van Houten
en H. van Wuerdén. De universiteit
Belfast kreeg de eerste prijs, de derde
prijs ging naar de universiteit van Sala
manca. Er waren ook inzendingen
de universiteiten van Bazel, Groningen,
Luik, Praag en Wurzburg.
„Noorderkwartier" hield
contactavond
Er waren maar weinig leden van de
speeltuinvereniging „Noorderkwartier"
naar De Burcht gekomen zaterdag, waar
een contactavond werd gehouden De
voorzitter van de vereniging, de heer J.
J. van Huizen, drukte daarover zijn spijt
uit. De zaal was echter niet leeg. De open
plekken werden gevuld door niet-leden.
Het programma werd verzorgd door het
Cheerio-cabaret o.l.v. de heer J. J. Gout.
Als conferencier trad op Jan Mejan. Het
accordeonduo De Vinjé's verrichtte de
traditionele opening. Verder traden op
Les Bollinni's, clownachtige acrobatische
muzikanten, The Bibi Sisters. The Aloha
Hawaiians. De laatsten brachten eers'
liedjes van het „eiland" en daarna cow-
boyliedjes onder de naam „The Doubl»
IX Rangers". Namens de Nuso werd no(
gesproken door de heer D. Vijlbrief.
pROF. DR. W. J. DE HAAS, die van 1924 tot 1948 hoogleraar i:
-* tuurkunde te Leiden was, en dus prof. Keesom geruime tijd t
de na-
n nabij
in zijn werk heeft kunnen gadeslaan prof. De Haas heeft eveneens be
kendheid verworven op het gebied der extreem lage temperaturen was
zo vriendelijk op ons verzoek zijn persoonlijke herinneringen neer te
schrijven.
Mijn vroegste herinneringen aan Keesom
stammen uit de tijd, toen wij beiden
assistent waren bij Kamerlingh Onnes.
Keesom was juist gepromoveerd en was
sindsdien belast met het maken van een
artikel over lage temperaturen voor de
„Enzyclopaedie der Mathematischen Wis
senschaften".
Terecht had Kamerlingh Onnes hem
voor dit werk uitgekozen.
Van de gehele staf van het laborato
rium was Keesom zeker degene, die, dank
zij zijn gedegen kennis, zijn nauwkeurig
heid en zijn doorzettingsvermogen, het
meest aangewezen was. Voor Kei
zelf was het echter jammer, dat dit werk
hem gedurende acht jaar geheel terug
hield. Pas daarna kon hij weer zijn eigen
persoonlijk werk voortzetten. Dit werk
lag voorlopig grotendeels op het gebied
van toepassingen van en bepaling der
constanten, afgeleid uit de vergelijking
van Van der Waals.
In latere jaren zou daar verandering in
komen en het werk veel interessanter
worden. Op zijn assistentschap volgde eer
benoeming tot hoogleraar aan de Vee-
•tsenijkundige Hogeschool te Utrecht.
In de Utrechtse jaren kwam het expe-
Akademie van Wetenschappen
Mr. Fockema Andreae over namen van
dingen en dieren
Op het zaterdagmiddag gehouden symposion, georganiseerd door de naam
kundecommissie van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Weten
schappen, heeft prof. mr. B. H. D. Hermesdorf uit Nijmegen gesproken over
„Recht en naam in de Middeleeuwen", en mr. S. J. Fockema Andreae uit
Leiden over „Algemeen naamrecht". Bij het raadplegen der rechtsbron
nen, die voor het onderwerp „Recht en naam in de Middeleeuwen" van
belang zijn, meent prof. Hermesdorf een zekere tegenstrijdigheid te kunnen
vaststellen.
Enerzijds is het gebruik van persoons
amen in het oude rechtsleven onvermij
delijk. anderzijds toont de Middeleeuwer
zekere onaandoenlijkheid voor na-
De rechtsgeschiedenis, dienaresse
meer wetenschappen, kan volgens
voor deze tegenstrijdigheid een ver
klaring geven, die wellicht ook de beoefe-
der naamkunde iets zegt omtrent
'erschijnsel. dat de oogst aan namen
wat de Middeleeuwen betreft toch eigen-
niet meevalt. Het bronnenmateriaal,
zowel uit de zuidelijke als uit de noor
delijke Nederlanden, laat duidelijk zien.
dat de gesignaleerde tegenstrijdigheid
inderdaad bestaat
Dat de Middeleeuwer persoonsnamen
Jong... zijn we maar eenmaal
Goed bedoeld maar niet best
uitgewerkt stuk
Wanneer het in een huwelijk niet goed gaat tussen man en vrouw, zijn de
kinderen er in vele gevallen het slachtoffer van. Ieder der huwelijkspart
ners denkt alleen aan zichzelf en niet aan de kinderen en de gevolgen
voor hen.
Christien van Bommel-Kouw en Henk
Bakker hebben in „Jongzijn we maar
eenmaal" dit gegeven nader voor het to
neel willen uitwerken. De bedoeling was
beter dan het resultaat. Zij zijn er mid
den in blijven steken. Wil men drama
tisch, dus op het toneel, de zaken zó stel
len. dat er kracht van uitgaat, dat het de
mensen pakt en aanspreekt, dan moet dat
zichtbaar worden gerealiseerd.
Dat kon in dit stuk niet, omdat het niet
tot een uit elkaar gaan van de ouders
kwam. Over de narigheid en ellende werd
daardoor alleen' maar gepraat en daarbij
kwamen de auteurs herhaaldelijk op een
zijweg. Els en Hans, de kinderen van de
familie Mansfeld, zijn niet erg tê spre
ken over de opvoeding, die hun moeder
hun gaf. Dat heeft als zodanig niets met
het eerste gegeven te maken.
Het eerste en tweede bedrijf verlopen
dan ook voor een groot deel in geruzie
en geharrewar, die hun hoogtepunt be
reiken wanneer de middelbare scholier
Hans plotseling een revolver uit een zak
opdiept en er mee schiet op mr. Lex
Arko. de vriend van zijn moeder. In de
tijd, die hij in het ziekenhuis doorbrengt,
komt Lex tot andere gedachten. Hij komt
nog een keer op bezoek om te vertellen,
dat Hans niets van hem te vrezen heeft,
hij zal niet naar de politie gaan. het blijft
een „ongeluk". Lex neemt afscheid van
Mona Mansfeld en daarmee is het stuk
dan uit.
De titel „Jongzijn we maar een
maal" heeft het stuk gekregen, omdat
naar de mening van de schrijvers, de
verhouding tussen Mona en Lex voort
komt uit een soort drang naar het ver
leden. Men wil Jong blijven, men is het
niet en doet nu alsof. We zullen hier niet
op ingaan, alleen: gelove wie het wil
Over het geheel genomen heeft het Ju
bilerende T.I.G. een behoorlijke opvoe
ring gegeven. Mevrouw M. Boom-Schild,
die de rol van Mona speelde, verdient wel
een woord van extra lof. dat ze hoewel
ze ziek was geweest, toch kans zag mee
te spelen
In C. P. van Oyen (de zoon Hans) heeft
T.I.G. een goede speler. Hij speelde zijn
rol. die zo gemakkelijk overdreven wordt,
rustig en beheerst en toch goed genuan
ceerd.
Dit geldt ook voor mevrouw E. van
Rossen-Pennenburg. die haar rol van Nell
met een naar melodramatiek zwemende
tekst prima speelde. Ze hield het spel
binnen de natuurlijke grenzen.
Mevrouw J. van Iterson-Hagoort. de
dochter Els. speelde niet onverdienstelijk,
maar haar spreken was onduidelijk Een
fout, die bij bijna allen te constateren
viel. De regisseur zal meer aandacht aan
dit onderdeel moeten besteden.
Aan de dames werden bij het slot bloe
men aangeboden.
A. C. Bouwman
slechts matig waardeerde en dat de over
heid mitsdien betrekkelijk laat voorschrif
ten uitvaardigde ter regeling van het
naamwezen, meende spr. aannemelijk te
kunnen maken door aandacht te schen
ken aan een viertal aspecten van het
Middeleeuwse recht en rechtsleven. Al
lereerst speelt hierbij het realisme van
de Middeleeuwer een rol, verder zijn ge
voel voor verhoudingen en voor maat.
Voorts bleef de voorkeur voor het zin
tuiglijk waarneembare op het gebruik
van persoonsnamen niet zonder invloed
Tenslotte mag men. ter verklaring van
het verschijnsel der tegenstrijdigheid, de
overheersende plaats, die de zakelijke
rechten hebben ingenomen, niet uit het
oog verliezen. Aan de hand van voor
beelden, ontleend aan allerlei rechtsbron
nen. lichtte prof. Hermesdorf deze afzon
derlijke aspecten nader toe.
Contacten
In een kort historisch overzicht
duidelijkte mr. Fockema Andreae vervol
gens de contacten, die naamkunde en
rechtsgeleerdheid met elkander hebben
gehad, waarbij overwegend sprake is ge
weest van het recht ten aanzien van per
soonsnamen. Spr. schetste in een viertal
stellingen de oorzaak, de naamgever, de
objecten en de aard van het naamrecht
Vervoleens behandelde hij het geldende
Nederlandse naamrecht in vogelvlucht.
Voor de persoonsnamen en burgerrech
telijke naamsbescherming vindt men de
hoofdregels in het burgerlijk wetboek. De
namen van staat en provincies worden
vermeld in de grondwet. De namen van
gemeenten zijn krachtens wet geregeld
in de jaren 1814—1819. voorzover niet
later door samenvoeging en grenswijzi
ging opnieuw vastgelegd.
De waterschappen ontlenen hun naam
aan door Provinciale Staten vastgestelde
reglementen. Verscheidene voorbeelden
-an vastlegging der namen somde sor
p, zoals markten, kerken, stichtingen,
edelijke lichamen, verenigingen, n.v.'s.
is wettelijk geregeld, het
Naamgevers
k voor tuinbouwprodukten en dieren
er regelingen. Regel bij de naamge
ving is. dat degene die het meeste di
recte belang erbij heeft, de naamgever
is. De bevoegdheid van de rechthebben
de is echter beperkt Zo op het gebied
van de persoonsnamen, dat onder staats
toezicht staat Ook aan namen van dode
dingen en aan die, welke voor het pu
blieke verkeer van betekenis zijn. zijn
dikwijls rechtskwalificaties verbonden
Maatregelen van de overheid hebben
echter slechts betekenis als zij weer
klank vinden bij de bevolking. Tenslotte
wekte mr. Fockema Andreae de naam
kundigen op de juiste naamgeving in hun
aandacht te betrekken en nauwere aan
raking te zoeken met het praktische
naamrecht
rimentele werk. dat Keesom bij uitstek
bij lage temperaturen verrichtte, op de
achtergrond. Uit die tijd dateren
scheidene theoretische publicaties, onder
meer over de verklaring van de Van der
Waals-krachten met behulp van di
quadrupoolmomenten.
In Leiden was ondertussen ter
lichting van het werk van Lorentz,
reeds zovele jaren voor zijn vriend Ka
merlingh Onnes de natuurkundige opvoe
ding der medici verzorgde (colleges, prac
tica, enz.), een derde hoogleraar in de
experimentele natuurknde benoemd. Deze
hoogleraar, J. P. Kuenen, overleed reeds
in 1922 en werd opgevolgd door Keesi
Toen in 1924 Kamerlingh Onnes emi
tus werd. volgde W. J. de Haas hem op.
Meteen werd een regeling voor di
ken der beide experimentele hoogleraren
getroffen. Het laboratorium werd in t\
delen gesplitst. En zo waren Keesom
De Haas in posities geplaatst, die na
contact met elkaar hadden en daarin ble
ven totdat Keesom na de oorlog om ge
zondheidsredenen vervroegd aftrad (1945).
Al hebben die lange jaren van 1924 tot
1945 getoond, hoe moeilijk een vrucht
baar samenwerken van twee naast elkaar
geplaatste directeuren is en hoe in menii
opzicht met deze regeling niet de juist»
was getroffen, toch geven zij het beeld
van een opgaande bloei van het Leidi
laboratorium en van veel belangrijk e
degelijk werk in beide afdelingen.
Om bij dat van afdeling I, die ons hier
alleen interesseert, te blijven:
In die jaren viel de vastmaking van
het helium, door Keesom bereikt, door
perfectionering van een door Kamer
lingh Onnes gevolgde methode bij het
vloeibaar maken van het helium.
Een bijzondere verdienste van Keesom
g in de absolute betrouwbaarheid van
zijn werk Op de door hem gepubliceerde
getallen kan men zich verlaten. Zijn naam
staat daar voor in.
Een voorbeeld hiervan is het grote ver
trouwen, dat bij de discussies op het In
ternationaal Congres des poids et mesu-
te Parijs bij het vaststellen van het
absolute nulpunt der temperatuurschaal
de door Keesom gegeven waarde alge-
geschonken werd en als de meest
betrouwbare werd beschouwd.
Op het gebied van de koude had Keesom
nationaal zowel als internationaal
grote naam. Jarenlang was hij voorzitter
van het „Institut international du Froid'
Merkwaardig is het, hoe een man va
weinig woorden, zoals Keesom, door zij
intrensieke waarde zo goed voor deze
functie was.
Door de velen, die in zijn afdeling
werkten, werd het diep betreurd, dat
Keesoms emiritaat voortijdig moest ko
men en dat zijn gezondheidstoestand hem
noopte, zich sedert dit ogenblik geheel
afzijdig van zijn vroeger werk te houden.
Bij zijn heengaan mogen wij in hem ge
denken een man van grote gaven, var
werkkracht en plichtsbetrachting, die eer
spoor van nuttige gegevens en vondsten
nalaat, welke hun waarde nog ten
hebben behouden.
AGENDA VAN LEIDEN
Maandag
Jacobazaal Burcht, half 8: Kaderverga
dering C.N.V.
Kleine Burcht, half 8: scheidsrechters-
gin-g, ir. H Hopster over sport in
tijd.
ïsdag
sino, 9 15 uur: K. en O.-filmstudie-
kring, The four horsemen of the Apoca
lypse..
Gulden Vlies, 46 uur: zilveren ambts
jubileum dokter H. M. J. W. J. Kortmann.
lgemene receptie (3 uur: huldiging).
Stadsgehoorzaal, half 3: Toonkunst.
48ste jeugdconcert, pianoduo Gold en
Fizdale.
Stadsgehoorzaal. 8 uur: Toonkunst, con
cert pianoduo Gold cn Fizdale.
Gymnastiekzaal school Munnikenstraat.
half 8: Vereniging voor Chr. onderwijs,
officieel afscheid hoofd N. L. van Dalsen.
installatie G. van Putten.
Clubhuis De Sperwers (Langestraat
67-69), 8 uur: Leidse Jeugd Actie, film
scholingscursus. spreker pater R. van
Sasse van IJsselt. film: Welkom, mr.
Marshall (Spaans).
Rijksmuseum van oudheden. 8 uur: dr.
P. J. R. Modderman (Amersfoort) over:
De bandceramiek in Nederland; onze oud
ste landbouwers.
Leiderdorp, Dorpshuls. 8 uur: A-R-
kiesvereniging.
Oegstgeest, Irene 8 u.: ouderavond
Koningin Julianaschool.
Woensdag
Prytaneum (Rapenburg 6). 8 uur: Vere
niging voor Internationale Rechtsorde.
Unesco-avond, met tentoonstelling.
Stadsgehoorzaal, 8 uur: Vldeseline-
mode-show.
Officiersmess Doelenkazerne. 8 uur: Al
gemene Vereniging van Ned. Reserve
officieren. dr. P. H. Pott over: Op zoek
naar monniken en kloosters in Tibet'
grensgebied.
Gulden Vlies, 8 uur: Vereniging voo
pedagogiek, drs. J. v. d. Zwet over: Ho
leren wij onze kinderen kennen?
Schouwburg, 8 uur: K. en O. (groot to
neel), Rotterdams Toneel met „De war
vriend" van Goldoni.
Turk, 8 uur: tennisclub „De Munnik'
jaarvergadering.
Stadsgehoorzaal, 7.45 uur: Ned. Reisver-
eniging, grote feestavond (45 jaar).
Tentoonstellingen
Academisch Historisch Museum (Rapen
burg 73), 10-5 uur: Het Hirs Oranje-Nas-
sau en de Leidse Universiteit (tot 17 maart).
Lakenhal. 10—5 uur: De stille glans der
Gouden Euw (tot 28 maart).
Nachtdienst apotheken
Apotheek Van Driesum, Mare 110, tel.
20406, en de Zuider-apotheek, Lammen-
schansweg 4, tel. 23553.
In de toekomst zal in deze wijk aparte
fröbelschool worden gesticht
HET WAS hedenochtend een korte, maar blijde plechtigheid: een nieuwe
Christelijke school aan de Boshuizerkade werd geopend. Ds. D. J.
Vossers, de voorzitter van de vereniging voor Christelijk onderwijs, ver
richtte de plechtigheid. Op leuke kleine stoeltjes zaten de kinderen in de
frisse aula. Ook vele ouders gaven blijk van hun belangstelling.
Nadat gezongen was „Grote God, wij loven U", nam ds. Vossers het
woord. Hij zei. dat in de tweede helft van de maand op officiële wijze de
school geopend zou worden, maar dat hij nu al met vreugde in deze be
sloten kring de school openstelde.
Drie 4 vier jaar geleden zijn de pogin
gen begonnen om deze school hier
krijgen en nu, veel later dan zijn in:
nodig was, kan het gebouw geopend
den. In het zuidwesten van Leiden
wikkelt zich een stadsgedeelte, wt
20.000 mensen komen te wonen. Hierbij
zullen er velen zijn, die voor hun kin
deren onderwijs in Christelijke zin
Het onderwijs op deze school wordt,
aldus ds Vossers. gegeven vanuit eer
paalde achtergrond. Het motief van deze
school is: wij zijn niet voor ons
op aarde, maar voor de Here Jezus. Dit
betekent niet dat deze school ln
isolement staat. De school staat open
allen. We hopen, aldus ds. Vossers, dat
het onderwijs op deze school prima zal
zijn, want als we Chr. onderwijs willen
geven betekent dit. dat het uitstekend
moet zijn.
Verfrouwen
Het bestuur van de school legt de lei
ding vol vertrouwen ln handen van de
heer N. L. van Dalsen, die al tien jaar
aan de vereniging is verbonden. De
dames Hofman en Oostenrijk zullen voor
lopig met hem het drietal vormen, dat
de kinderen onderwijst.
De Ned. Hervormde gemeente heeft in
deze buurt geen vierkante meter grond.
Daarom, aldus ds. Vossers. zal de kerk
af en toe van de aula van de school ge
bruik maken. De fröbelschool aan de
Hoge Morsweg heeft ook gebrek aan
ruimte. Daarom zal een afdeling van
deze school op de Boshuizerkade worden
ondergebracht. Het is de bedoeling op
den duur te komen tot een eigen fröbel
school in deze wijk. Tot slot riep ds. Vos-
In de Lakenhal
Gouden
glanst stil de
Eeuw
Expositie is belangrijke bijdrage tot esthetische
opvoeding van de jeugd
IN DE LAKENHAL werd zaterdagmiddag de reizende tentoonstelling
,,De stille glans der Gouden Eeuw" geopend. Deze expositie is geor
ganiseerd door de pedagogische afdeling van het bureau van de rijksin
specteur voor roerende monumenten, de heer D. F. Lunsingh Scheurleer,
die ook het officiële openingswoord sprak.
Mej. Petra Clarije, hoofd van de peda
gogische afdeling van het bureau van de
rijksinspecteur, hield hierna een korte,
vlotte en geestige inleiding, waarin zij
„het kind bij zijn ware naam noemde".
Zij begon met te wijzen op het didactisch
karakter van deze tentoonstelling, waar
deze in de eerste plaats geschikt i6
de jeugd. Hetgeen echter niet impli
ceert. dat de volwassenen er dus moeten
weglbijven, integendeel. De musea moe
ten het is de harde waarheid nader
gebracht worden tot praktisch het gehéle
publiek, dat in grote trekken een museum
altijd een stoffige, muffe plaats
vindt.
Reeds 6edert de eerste wereldoorlog
len aan die gigantische taak bezig,
jeugd heeft vooral de aandacht gekregen
na de tweede wereldoorlog. En waar con
tacten gelegd zijn. is dat vooral te danken
aan de school, aan een nauwe samenwer
king tussen docenten en museumdarec-
tips. zo zei spreekster. Men voelt, hoe de
Het welkomstwoord werd gesproken
door de directeur van de Lakenhal,
sr J. N. van Wessem. die begon met
op te wijzen, dat de esthetische opvoe
ding van de jeugd nog in het stadium van
het experiment verkeert, beter gezegd: in
rrisis, zodat het te verklaren is. dat
allerwegen, tot zelfs in de Unesco,
belangstelling voor deze materie aan de
dag legt. Dat dit deel van de opvoeding in
xisis v.erkeert, vond spr. echter hele
maal niet erg: het pleit zelfs voor haar,
want in een crisis verkeren betekent
„levend zijn".
De heer Van Wessem pretendeerde niet
eer dan enkele kanttekeningen te geven
bij dit probleem. Daarbij bepleitte hij een
contact tussen de onderwijskrach
ten, die zelf in het museum moeten thuis
raken, en museumambtenaren, belast
orming van de jeugd op dit speciale
terrein.
Maar. zo zei de heer Van Wessem. in
is onderwijsstelsel is geen of nauwelijks
plaats voor karaktervorming, waaronder
ook de esthetische vorming gerekend
•den. Men houdt het liever bij
amen-stomen"; uit noodzaak of
persoonlijke eerzucht, dat liet ©pr. in het
midden. Wat, zo vroeg de heer Van Wes
sem zich af. kan anders de reden zijn; dat
er voor deze openingsplechtigheid zo
nig belangstelling uit onderwijskringen
bestond? Of zou het soms zijn, dat mer
zijn vrije Zaterdagmiddag niet wilde „op
offeren' Maar directeuren van musea
rijksinspecteurs etc. hebben nu eenmaal
géén twee middagen in de week vrij
acht weken vakantie per jaar!!
De directeur van de Lakenhal hoopte
op een kentering in de mentaliteit en
heugde zich over de mogelijkheid,
daartoe weer door deze tentoonstelling
werd geboden.
Gebroeders Kalkoen hadden
weer eens ruzie
VOOR DE ZOVEELSTE MAAL ruzieden de „Gebroeders Kalkoen" op de
planken van het amateurtoneel, deze keer bij Het Leids Toneelgezel
schap, dat zaterdagavond in het Antonius-clubhuis een opvoering van dit
spel van Gerard Nielen gaf. Het behoeft geen verwondering te verwekken,
dat er veel belangstelling voor dit stuk bestaat. Het is altijd vermakelijk,
mensen ruzie te zien maken wanneer men slechts toeschouwer is. Het lach
succes was zaterdagavond dan ook weer verzekerd. Met het toneelsucces
was het aanmerkelijk minder gesteld.
het stuk is vrij
De inhoud
g. Twee zeer conservatieve vrijgezellen
m middelbare leeftijd, winkeliers in tex
tiel, krijgen last met de bediendenbond.
omdat zij in de laatste vijftien jaar geen
loonsverhoging meer hebben gegeven. Het
personeel is echter trouw in dienst ge
bleven wat geen enkel verstandig mens
mogelijk zou achten: de lonen liggen
150 procent te laag! maar nu dreigt een
staking.
De tweede reden voor de gebroeders om
zich op te winden, ligt in het feit dat hun
neef, die de zaak zal overnemen, trouw
plannen heeft. Zij dulden geen vrouw in
•hun bedrijf. Op aanraden van een vriend
in zij een winkeljuffrouw in diens'.,
ater de geliefde van hun neef blijkt
te zijn. Groot is de ontsteltenis, want de
vrouwenhaters zijn intussen niet onver
schillig gebleven voor de charmes van het
meisje en zij zien in dat zij door hun neef
hun vriend voor de gek gehouden zijn.
vreugde van hun zuster Pietje, die nu
tenminste niet meer bang behoeft te zijn.
dat zij niet in het testament
broeders zal komen.
De heer C. Rijsbergen als Hendrik Kal
koen was een cholerisch zakenman, die
als het op handelen aankomt met zijn
handen in het haar zit. Van heel ander
temperament was zijn broer Jacob, (de
heer K. Pardon, die ook de regie voerde),
welke echter al evenmin tot handelen ge
neigd is. Het is de winkeljuffrouw, die
door allerlei hervormingen de zaak mo
derniseert. De heer Rijsbergen had wel de
lachers op zijn hand, maar hij overheerste
het toneel in sommige scenes te veel.
Over het algemeen kon men opmerken,
dat te veel op de zaal werd gespeeld. Me
vrouw J. Jong maakte in de rol van de
winkeljuffrouw haar debuut. Het bleef
e»hter nog steken in een goedbedoelde
poging Zij moet nog leren spelen, maar
dat zal bij volgende opvoeringen wel beter
Mevrouw S. Rijsbergen, als de on
getrouwde zuster Pietje, was voortreffe
lijk, vooral in de scene waarin het Pietje
allemaal te machtig wordt en zij flauw
valt.
sers de ouders op hun kinderen aan de
leiding toe te vertrouwen.
Het hoofd van de school, de heer Van
Dalsen, Sprak nu zelf nog enkele woor
den. Toen hij de moeders hun kinderen
naar deze school zag brengen, had hij
gedacht aan het Bijbelwoord, dat de
ouders hun kinderen tot Jezus brachten.
Deze school is naar de Heer Jezus ge
noemd: Christelijk. Op deze school zul
len de kinderen steeds weer op Jezus
worden gewezen en zullen ze horen, dat
Hij erg veel van hen houdt. De heer Van
Dalsen hoopte, dat de vreugde van het
„Jezus leeft en wij met Hem" steeds in
deze school zou heersen.
Nu gingen de kinderen naar hun prach
tige klassen. Een hartewens was in ver
vulling gegaan.
Leidce aquariumvrienden
kwamen bijeen
De onlangs opgerichte vereniging „De
Leidse Aquariumvrienden" heeft onder
voorzitterschap van de heer H. Laman
haar eerste ledenvergadering gehouden.
Na een kort verslag over de gang van
zaken in de vereniging kreeg de heer Gij-
zenij het woord voor zijn onderwerp „Tip
van de ma-and". Deze behandelde het al-
eenprobleem. waarover een interessante
discussie ontstond.
Na de pauze werd een gratis verloting
gehouden, waarbij alle leden «en prij»
onderwijsvernieuwing langzaam veld
wint, hoe men voetje voor voetje over
gaat van het verbale naar het vl6uele.
Maar dat móet ook, wan het gehéle leven
wordt meer en meer visueel; denk maar
aan de film, de televisie, de reclame.
Wat men met museumbezoek kan be
reiken? De jeugd kan er leren zien!
Men kan er de gesproken lessen illustreren
bovendien de kinderen leren, hoe aan
genaam het is geconfronteerd te worden
met cultuur en wetenschap.
Het is verheugend, dat reed6 verschei
dene musea een pedagogische afdeling
bezitten, zoals het rijksmuseum voor vol
kenkunde aan de Steen6traat. Aanvullend
heeft de inspecteur voor roerende monu
menten de taak om het museumbezoek te
stimuleren en hij heeft daartoe de onder
havige. kleine tentoonstelling doen in
richten. zoal6 hij ook een kleine expositie
van reprodukties langs de scholen doet
reizen. De tentoonstelling „De stille glans
der Gouden Eeuw" is eenvoudig en be
grijpelijk gehouden. Mej. Clarijs hoopte,
dat zij succes zou hebben.
Dp rijksinspecteur voor roerende monu
menten, de heer Lunsingh Scheurleer,
sprak het openingswoord. Hij eerde daarin
de eigenlijke initiatiefnemer, dr. Van Gel
der, wees er op, dat dit nog een experi
ment is (er is zo grote verscheidendheid
in appreciatie in Nederland!). vertelde
van het succes, dat de exposities reeds
in Schiedam en Gouda had en hoopte, dat
men ook in Leiden succes zou hebben.
Het materialisme dringt aan alle kanten
op; daarom moeten wij strijden voor de
cultuur.
Weliswaar schijnt de beeldende kunst in
ons volk minder aan te slaan dan bijvoor
beeld muziek, maar zo zei de heer Lun-
ingh Scheurleer daarom is de plicht
des te dringender om ons volk daarin
wegwijs te maken.
De tentoonstelling blijft tot 26 maart in
Leiden. Daarna vertrekt zij naar Maas
tricht.
In de Stadsgehoorzaal
Hott. Philh. Orkest gaf voor
K. en O. volksconcert
ln samenspel en techniek werden zeer
goede prestaties geleverd
VOOR DE LEDEN VAN K. EN O. werd ralerdagavond weer een volks-
concert gegeven door het Rotterdams Philharmonisch orkest o.l.v.
Eduard Flipse en met solistische medewerking van Margot Broeders, harp
en Herman Wester, klarinet. Er bestond voor deze avond grote belang
stelling. Het programma was dan ook bepaald heel aantrekkelijk: Webers
ouverture Euryanthe, Mozarts klarinetconcert. Ravels Introduction et Al-
légro voor klarinet en klein orkest en vooral Tsjaikofski's zesde symfonie.
Margot Broeders, evenals Herman Wes
ter lid van het orkest, bewonderden we
reeds menigmaal wegens haar fraaie
harpspel. Zij vertolkte Ravels poëtische
Introduction et Allégro, gesteund J
De uitvoering van Webers Euryanthe-
ouverture moesten we vanuit de gang
beluisteren, daar verkeersongeregeldh»
den ons, en vele anderen, hadden belet
klokke acht uur aanwezig te zijn, v
op ons toen de toegang voorlopig werd
ontzegd. Mozarts klarinetconcert in A. da
terend uit de laatste periode van d»
meester en ontstaan bijna gelijktijdig met
het klarinetkwintet in A. bewijst hoezeer
Mozart in die tijd door de mogelijkheden
van d4t toen nog Jonge houten blaas
instrument werd geboeid. Immers de kla
rinet, nog door Gluck in de Orfeo ali
„chalumeau" aangeduid, had zich nog
nauwelijks een zelfstandige plaats in
orkest verworven naast de hobo
welks timbre hij toen nog veel gemeen
had. Eerst ln de 19de eeuw kreeg dit
instrument, dank zij talrijke verbet
gen In de constructie, de tegenwoordige
ronde, ln het pianissimo en in de hogere
ligging zo mysterieuze klank. Het is c
om in zekere zin een anachronisme
neer dit concert bij moderne uitvoering
een enigszins romantisch cachet krijgt
Hoewel we veel bewondering gevoelden
voor de kunde en vooral voor de tech
nische vaardigheid van Herman Wester,
die in dit concert solistisch optrad, wa
ren we toch niet altijd geestdriftig over
de klankkleur, die hij aan zijn interpre
tatie gaf. Zijn toon was vaak te sterk,
tezeer gericht op het briljante, daardoor
niet geheel passend bij het stille. Ingeto
gen en geresigneerde karakter van dit
opus. dat zo duidelijk de kenmerken van
Mozarts laatste scheppingsperiode ver
toont. Westers solospel oogstte niettemin
veel beval cn verdiende dit ook in tech
nisch opzicht
strijkers, fluiten en klarinetten, op be
wonderenswaardige en uiterst muzikale
wijze, hetgeen te opmerkelijker was daar
rij eerst korte tijd van een ernstige ziekte
is hersteld. Oo kzlj mocht geestdriftige
hulde in ontvangst nemen. Tsjaikofski's
zesde symfonie, de Pathétique. behoort tot
de meest geliefde werken van het sym
fonische repertoire. De expressieve ge
ladenheid der thema's, de prachtige har
moniek en de fraaie instrumentatie recht
vaardigen zeker deze voorliefde, al ont
gaat het de kenner niet, dat deze sym
fonie. meer dan de vijfde van dezelfde
meester, zwak geconstrueerd is. Alles
hangt hierbij af van de dirigent en or
kest. van de Inspiratie van het ogenblik
Ondanks het feit, dat dirigent en or
kestleden In deze dagen veelvuldig ln
beslag worden genomen in verband met
de feestelijkheden ter gelegenheid van
Flipse's dirigentenjubileum, ontbrak deze
inspiratie zeker niet. terwijl ook wat be
treft samenspel en techniek zeer goede
prestaties werden geleverd. Zo mocht de
ze uitvoering, ondanks enige slordigheden,
met name in het eerste deel, zeer ver
dienstelijk genoemd worden. Vooral het
prachtige adagio lamentoso liet niet na
een grote ind-rok te maken. De toehoor
ders gaven dan ook blijk van groot
enthousiasme. Overbodig hieraan toe te
voegen, dat Flipse de diverse werken per
soonlijk bij de toehoorder^ 'cidde
Dr. J. van der Veen.