I
I
DOET NIET AAN TANDENPOETSEN
1
Zelf planten opkweken geelt
voldoening
Hoedjes als qedichten
mt
Beperkte ruimte?-
Slaatjes in de winter
DAT LACHJE...
NIEUWE LEIDSCHE COURANT
Tien procent der Nederlanders
Nijverheidsonderwijs
vraagt leraressei
bezoeken <een van "de voorwaarden om
te worden toegelaten tot een cursus om
lerares bij het nijverheidsonderwijs te
worden) krijgen nu toch een kans. Zij
kunnen nl. aan de opleiding deelnemen,
als zij in het bezit zijn van het diploma
Algemeen Vrouwelijke Vorming. Dat di
ploma kan na een schriftelijke cursus
behaald worden. Het voordeel is dat de
cursus in de avonduren, dus naast het
gewone werk, gevolgd kan worden.
Langs deze weg zal het voor velen mo
gelijk zijn een aantrekkelijke functie
te verkrijgen als lerares naaien huis
houdkunde of landbouwhuishoudkunde.
Nadere inlichtingen worden verstrekt
door de Stichting IVIO, Westeinde 13-15,
Amsterdam. Deze maatregel is genomen
om het grote tekort aan leraressen bij
het nijverheidsonderwijs op te vangen.
jT^ Zijn wij zo kraakzi
I Dat dacht u maar
Kraakzindelijk
en proper zijn de
Nederlanders. In
het buitenland
doen er zelfs ver
halen over de ron
de: ze schrobben
daar in Nederland
iedere week hun
er zelfs de gevels
van de huizen!
Wij denken dan
nou, dat is toch
heel gewoon. Zo
hóórt bet toch ook,
je kunt toch niet
in de rommel wo-
Wel ver
re elkaar
zin van negen personen waren i
geheel twee borstels aanwezig,
aantal gezinsborstels is dus ongeveer 40
Hoe 'die borstels er uit zagen
de foto's, die hierbij afgebeeld staan.
voorstelling
VzélAt
jes
de
verre
gaande zindelijk
heid die ons volk,
en dan speciaal dc
vrouwen, eigen is.
Bekend is dat ver
haal van de brand
schone boerin, die
zakjes bond om de
uiteinden van de
staarten der koei
en, en die haai
man op haar rug
het buis indroeg
naar zijn stoel, op-dat zijn vuile sok-
kevoeten toch maar vooral niet in
aanraking zouden komen met baar
pasgeboende gang.
O.
proper i
precies
i zindelijk ja. ja! Laten die buiten
landers zich vooral maar aan ons ver
gapen- En als wij op onze beurt in het
buitenland zijn, zien we allereerst de
smoezelige gordijnen en de onverzorg-
zeggi
hè? Ze
dat
!S
Nu zal het de buitenlanders en met
name de Belgen en de Fransen, waar
schijnlijk steenkoud laten hoe wij over
hun properheid denken. Maar de kans
is groot, dat ze wèl zullen gniffelen als
ze horen hoe het met onze eigen hy
giëne en properheid staat. Het grapje
van de vrouw, die wèl haar huis poet
ste en boende tot het blonk, maar die
bij de dokter haar schoenen en kousen
niet durfde uit te trekken omdat haar
voeten zo zwart waren, vindt daar al
tijd een dankbaar gehoor. En het gnif
felen zal waarschijnlijk gnuiven worden,
wanneer ze horen, wat de uitslag was
van een enquete over het gebruik van de
'tandenborstel in Nederland.
O zeker, de kans is groot dat een
soortgelijke enquête in het buitenland
ook wel eens verbazingwekkende fei
ten naar voren zou kunnen brengen,
verwacht je toch niet dat
liefst honderdduizend, dat is maar
even tien procent van de bevolking,
nooit hun tanden poetst. Althans dat
moet wel opgemaakt worden uit het
feit dat een dusdanig percentage niet
in het bezit was van een tandenbor
stel.
bij na,
deformal
borstels t
En welke resultaten kan men daar
nu aan vast knopen? Zoals gezegd
moest 10 pet bekennen, dat er helemaal
geen tandenborstel in huis was. Bij de
bevolkingsklasse met de laagste inkom
sten liep dit aantal op tot ongeveer 30
pet van de geënqueteerden. En dan wa
ren er. o griezel, 36 gevallen waarbij
bleek, dat de borstel door méér dan
een persoon gebruikt werd. Bij één ge-
zich ongeveer 0
vormen. De enquête vond, zoals ge
zegd. plaats in de laatste maanden van
1954 en het bleek dat 47 pet van de bor
stels in dat jaar waren gekocht In 1953:
31.5 pet. De eindconclusie was dat onge-
I veer 50 pet. dus de helft van de bor
stels binnen het laatste jaar en 40 pet
.twee a drie jaar geleden werd aange
schaft. Ca. 10 pet was oudsr dan drie
jaar. Wat een wonder, dat die borstels
er soms schrikbarend uitzagen' Van één
borstel werd pertinent beweerd, dat hij
1932, herhaal: 1932 was gekochtwel
zei de eigenaresse, dat ze net van plan
was een nieuwe te kopen.
HOE VAAK
Hoe vaak poetst u uw tanden? vroe
gen de enquetnees ook nog. De ant
woorden die daarop gegeven werden,
vonden de samenstellers van de enque
te, de heren O. Birman en B. Kanto-
rowicz, nogal twijfelachtig. Niemand
doet zich graag ..minder voor dan hij
is", en dus beweerde een half procent
van alle ondervraagden vier maal per
dag het gebit te reinigen, 6,5 pet: 3
maal per dag; 36 pet: 2 maal per dag,
39 pet volstond met een keer per dag
en 8 pet bekende: 1 lot vier maal per
week. Tien procent zei helemaal niets,
dat waren dus de personen ponder een
tandenborstel. Bij de bezitters van een
kunstgebit is het niet veel beter gesteld
Bij een schriftelijke enquete was nl. al
gebleken, dat 37 pet het niet nodig vond
het kunstgebit ook maar één keer per
dag te reinigen.
GUNSTIGSTE MAAT
Volgens deskundigen is de gunstigste
maat voor de borstelkop 2V4 bij 1 cm.
terwijl een rechte steel wordt aanbevo
len. Maar de meeste tandenborstels
hadden een veel langer met haar be
zet vlak: nl. ongeveer 3% bij 1 cm, ter
wijl de kop vaak niet in één vlak ligt
met het handvat. Het bleek verder, dat
40 pet van de borstels met natuur-
haar. en 69 pet met synthetisch haar
bezet zijn.
In borstels met natuurhaar hechten
zich vaak stoffen die een voedingsbodem
voor schimmel- en bacteriëngroei vor
men. Borstels met synthetisch blijven
veel schoner, maar daar treedt vaak de
z.g. deformatie op. waardoor de borstels
onbruikbaar worden.
ONGEVEER GELIJK
De onbruikbaarheid van de borstels
was zowel bij de groepen mannen, vrou
wen. meisjes en jongens ongeveer ge
lijk. Het percentage versleten borstels
alle groepen tezamen ca.
56 pet. Ongeveer een kwart van de me
chanisch nog bruikbare borstels moest
om hygiënische redenen worden afge
keurd. Als men deze elf procent optelt
bij de 56 van de versleten borstels, dan
verkrijgt men een totaal van 67 pet on
bruikbare borstels. Opgemerkt zij nog,
dat de beoordeling over de bruikbaar
heid over het algemeen zeer mild was.
En dan tóch nog 67 pet onbruikba
re borstels. En tien procent van de
bevolking die nooit aan tandenpoet
sen doet...Wat zeiden we ook alweer
over de properheid van de Nederlan
ders?!
Hoedjes als gedichten nu ja
niet zulke erg verheven gedichten'
Het zijn eigenlijk meer rijmpjes
maar met deze kwalificatie wille)
we toch niets ter nadele van d'
hoedjes zeggen.
Een, twee, drie. vier, hoedj-
van, hoedje van, een, twee, drie
vier, hoedje vanpapier
Nee, niet van papier, maar van
gedrapeerde tafetas (de bol), die
balanceert op een gegolfde rand
van ettelijke lagen tulle. Niet iets
om mee in de regen te lopen! Het
model is uit Engeland afkomstu
en we! uit de voorjaarscollectie
van Digby Morton. Dc ontwerper
heet Rudolf. Meer niet, alleen
maar Rudolf.
Ben je boos? Pluk een roos
zet 'm op je hoed, dan ben je
morgen weer goed.
De mannequin, die hier een Hierboven het Engelse hoedje
ontwerp toont van Pierre Balmain, van Rudolf, onder het Franse
S„,ST„.redrh„e°™c 'flatteer* "oedje van Pierre (Balmain)
haar bijzonder. Het dopje is ge
maakt van glanzend zwarte stro
en een vuurrode en een zacht-
rose roos, plus een fraaie voile
vormen de finishing touch.
vermengen met de slasaus. Zono
dig nog wat zout toevoegen en
het slaatje versieren met een
paar in plakjes gesneden augurk-
Slaatjes midden in de|
winter? Maar waarom eigenlijk;
niet? Men koppelt nog veel te j
vaak aan het woord „slaatje" de
gedachte vast dat er kropsla of Voor witttekool^ met selderij-
veldsla aan te pas moet komen ~"l j v%""" f' jjf °"n
en die zijn zo duur.Maar van
andere groenten, die in de winter
volop te krijgen zijn, kool bijvoor
beeld, kan men ook uitstekend
zo'n voorgerecht of zelfs wel een
hoofdschotel klaar maken.
Sterk makende soorten, zoals prei en
uien, in kleine hoeveelheden door de
andere groenten gemengd, kunnen de
smaak van de sla aanmerkelijk ver
hogen. kunt gebruik maken van
fijngesneden andijvie, grof gerapste
wortel of knolraap, zuurkool of verse
kool. Voor een enigszins bittere groen
te. witlof of veldsla bijvoorbeeld, is
een saus met wat tomatenketchup of
suiker er door heel lekker. Kool komt
goed tot zijn recht met een sausje van
olie, azijn en geprakt ei.
Goede combinaties zijn rode kool met
mayonnaise; wortel met citroensap of
azijn, aroma, peterselie of selderij-
groen; savoyekool met augurk of pie-
fijngesneden andijvie, grof geraspte
sinaasappelschil; .andijvie met blokjes
spek en citreetisfp of azijn, olie; kool-
raép met tomaten-slasaus.
Sla van twee of meer groentesoorten
geeft soms ook smakelijke combinaties.
Rodekool met appel en selderijknol:
zuurkool met wortel; witlof met biet;
savoyekool met andijvie en wortel.
Een paar van deze combinaties zullen
we wat uitvoeriger beschrijven. Sla
van zuurkool en wortel maakt u als
volgt: neem 250 gr. zuurkool; 1 flinke
wortel, een slasaus, wat augurkjes en
wat zout. Snijd de zuurkool fijn en
maak de wortel schoon, was ze en rasp
ze fijn. Zuurkool en geraspte wortel
knol en biet heeft u nodig: 250
gr. wittekool, 125 gr. selderijknol,
1 ui. een slasaus, een gekookte
biet en wat zout. De kool van de
buitenste bladeren ontdoen en
fijnschaven. De selderijknol
schillen, wassen en raspen. Het
uitje schoonmaken en fijnsnippe-
ren. Deze ingrediënten vermen
gen met de slasaus. De sla in
een schaal overdoen en versie
ren met de biet. die in reepjes
of schijfjes is gesneden.
Vraagbaak op
gebied der hygiëne
i liggen. De verrichtingen
vrouwelijke organen en de stoornissen
daarvan namen in die vragenrubriek
t grote plaats in, wel een bewijs, dat veel
t vrouwen met bepaalde problemen rond-
tobben, waarover zij liever niet met
X haar eigen arts praten. Dit is een van
t de redenen waarom schrijfster en uit-
geefster besloten een boekje het licht
t te doen zien. getiteld „Hygiëne van de
t vrouw". Daarin wordt op rustige wijze
X gesproken over tal van zaken, die tot
voor kort niet of nauwelijks aan de
orde mochten komen.
Het is verheugend, dat er in onze
2 kringen meer en meer openheid bestaat
J voor deze aangelegenheid. Het boekje
van dr. Pereira zal dan ook zeker zijn
t weg wel vinden. „Het is," zo zegt de
schrijfster zelf, „geen kunst als je zelf
1 over een bepaald onderwerp beter bent
2 ingelicht, een ander uit te lachen. Het
X is echter volkomen verkeerd, niet over
t dit soort onderwerpen te durven praten
uit valse schaamte."
Doe het zo
i Gehoord:
Het euvel van de geringe berg
ruimte in de huidige moderne
woningen of voor hen, die bij
inwoning een paar kamers toege
wezen kregen en dus over weinig
kasten kunnen beschikken, heeft
van die zindelijke Hollanders j de heer A. Emmerzeel in Bergen
Zoom geïnspireerd tot het
schrijven van een brief, waarin
hij een paar ideeën aan de hand
doet.
ENQUÊTE
Die enquête is nl. als volgt in zijn
werk gegaan: in acht verschillende
plaatsen in ons land, nl. Amsterdam,
Apeldoorn, Baarn, Bussum, Hilversum,
Utrecht. Weesp en Zeist werden gedu
rende de maanden november en decem
ber 1954 ongeveer 1000 gezinnen bezocht.
Gevraagd werd, in gebruik zijnde tan
denborstels in te leveren en in ruil daar
voor werd een nieuwe aangeboden.
Die acht plaatsen waren zodanig ver
deeld in wijken, dat een redelijke kans
bestond om alle lagen van de bevolking
in de juiste verhouding te bereiken. In
totaal verkreeg men 942 tandenborstels.
Bijna de helft, nl. 40 pet, was van vrou
wen afkomstig, 28 pet van mannen, 15
pet van jongens en 17 pet van meis
jes.
De heer Emmerzeel stelt nl. voor
om, zoals al veel wordt toegepast,
rond de ramen bergruimte te ma
ken Voor hen, die met deze metho
de niet bekend zijn, geven we gaar
ne zijn advies door. Bij een diepte
van 30 a 40 cm heeft men al heel
wat bergruimte, wanneer men langs
de kozijnen planken aanbrengt. Aan
beide zijden van de ramen, langs
de muur, kunnen boeken gezet wor
den, en onder het raam is dan voor
berging van glaswerk een vitrine.
Op de hiermede verkregen brede
vensterbank kunnen dan veel plan
ten gezet worden. De boeken kun
nen beschermd worden door gor
dijntjes, maar nodig is het niet.
Een variant op deze methode is, zo
schrijft de heer Emmerzeel, het vol
gende: tegen de planken worden
paneeltjes aangebracht, zodat men
bijvoorbeeld een opklapbare schrijf
tafel heeft, met daarachter veel
ruimte voor het opbergen van pa
perassen, Ook kan een kastje op die
manier gefabriceerd worden, en
voorts is er voor de radio ook een
plaatsje op een van de planken. Die
planken kan men zo hoog aanbren
gen als men wil. Er zijn natuurlijk
wel enige kosten aan verbonden,
want hout is duur en wanneer v
het zelf niet kan maken, komt
voor de installatie ook zo het
en ander bij kijken. Maar voor 1
het er voor over heeft is het
moeite waard
dat er in de Ver. Staten 1.720.920
winkels geteld werden in 1954. De
winkels van winkelconcerns zijn
hierbij afzonderlijk geteld. In die
winkelbedrijven waren 7.121.330 per
sonen werkzaam, aan wie een bedrag
van 18.179 miljoen dollar werd uit
betaald.
Gezien:
een dubbel flanellen deken
schuimplastic binnenvoering,
krimpvrij is en chemisch kan i
den gereinigd.
Gelezen:
in het Hamburger Abendblatt. dat
Heidelberg 29 vrouwelijke profes
soren heeft en West-Beriyn 24.
Een kamerplant, die men zelf heeft opgekweekt,
ook al is die lang niet zo volmaakt hls een van
de bloemist, geeft zo'n heerlijke voldoening. Men
wijst bezoekers op zo'n plant met woorden, waarin
een zekere trots verborgen ligt: „Die heb ik zelf
van een stekje opgekweekt".
Zelf een plant opkweken doen de meeste dames
en ook heren heel graag. Als men bij familie of
kennissen komt en een aardige kamerplant ziet,
dan wordt al heel gauw gevraagd: „Hè, zou ik daar
een stekje van mogen hebben?"
Maar dan komt men voor het vraagstuk te staan: hoe
nu? Sommigen gehikt het altijd, anderen mislukt het dik
wijls. Soms zet men zo'n stekje maar zo, zonder meer bij
een andere bloem in de pot. Het lukt, maar vaak lukt het
ook niet. Wij willen degenen, die graag zelf planten op
kweken, maar er nogal eens mee tobben, op verzoek gaar
ne enige wenken geven.
Wat ren voldoening geeft het, als u
bloei konden krijgen of als de ficus r,
een plaatsje in de kam
STEKKEN
Bij het nemen
van een stek moet
men gebruik maken
gladde snede krijgt
Knip of nijp de
stek niet af, want
dan drukt men het
plantenweefsel in
en vermorzelt het
juist op de plaats
waar het gezond
moet .blijven.
Op deze manier
zou het idee, zoals hier
boven omschreven, bijvoor
beeld uitgewerkt kunnen worden.
QEEN TIJD voor tranen,
maar hoe dikwijls komen
wij in ons leven dat
superieure glimlachje tegen.
Da- lachje dat ontspringt
aan de haat of aan onge
loof en dat ons zo pijnlijk
bezeren kan. Het kwetst
ons wel het diepst als wij dit superieure
het ontmoeten bij gelooft-
genoten. Ik moge u dit met-
enkele voorbeelden ver
duidelijken.
Wij hebben jl. vrijdag als
Christenvrouwen over de
hele wereld onze gebeden
weer opgezonden tot God.
Hoe meer wij deze Vrouwen-
we i eldgebedsdag persoonlijk
hebben meegemaakt, des te
dieper ervaren wij de zegen
en de kracht, die ervan
uitgaat.
En we geloven (d.i. zeker
weten) dat deze gebeden
van vrouwen van verschil
lende rassen taal en tong,
gereinigd door het bloed
van Christui opklimmen tot
Goas troon. Dit is een uur.
dat vele vrouwen heilig is
gebedsverhoring." Eén-
hen de koqs af Dat zij een
mede-gelovige gekwetst heb
ben beseffen zij niet.
Zeer dikwijls kunnen wij van een medisch zéér
t superieure lachje bij kwaam Christen-arts
doktoren ontmoeten. Als dit hoord. Maar hoewel ik
ongelovige doktoren zijn zeer nabij wónderen van
sche studenten bij hun voor
bereiding op hun zwaar en
verantwoordelijk werk toch
vooral door onze Christen
professoren doordrongen
worden van dit „ten dele"
kunnen wij hun eenzelfde nezing heb gezien,
lachje, maar dan in erbar
mende zin, retourneren. Het
be- lijke eerbied leren buigen
voor Hem, die alle leven in
Zijn hand heeft en die uitein
delijk de duur van dat leven
de bepaalt. Laat niet de weten-
alle hoop had opgegeven,
lachje van die dokter spreekt ontmoette ik wèl bij de
ons immers de duidelij-
ke taal van het ongeloof.
Maar als Christen-artsen in
ook de knapste medi- schap hun God worden.
MAAR nu ontmoeten wij
ieder jaar weer mede-ge
lovigen, die als wij over dit
gebeds-uur spreken, ons dat
superieure glimlachje schen
ken. Zij hoeven er dan al
gen. Dat akelige spotlachje
is al meer dan genoeg. Hel
zegt ons met een tikkeltje
medelijden: „Ach, wees jij
eenvoudig zieltje dat je bent.
ik bid wel persoonlijk en zon
dags in de kerk voor al die
noden." En daarmee is voor
hun beroep geen oog
respect meer hebben
het WONDER, waar
hun geloof? Hoeveel duizen
den malen komt het in de we
reld voor, dat een patiënt, die
door de wetenschap was
opgegeven, bij wie geen
medicament meer iets uit
werkte. tóch herstelde? Dat
ongelovigen dan, „ins Blaue
hinein'" over de natuur, die
zichzelf herstelt bazelen, of
over geneesmiddelen van zo
veel maanden terug, die nu
nog nawerken, laat zich ver
staan. Zij moeten een plausi
bele reden hebben. Dat is
min of meer een prestige-
Maar waarom horen wij zo
bitter weinig van onze Chris
ten-artsen het eenvoudig,
waarachtig belijden: „Ja.
dit is van God. een gebeds
verhoring, een wonder, dat
Hij werkte. Hier stonden wij
wetenschapsmensen aan de
grens van ons vermogen, zui
ver medisch bezien had deze
man er al niet meer kunnen
zijn en dat hij nu toch leeft
en gezond is. zi
nog wel jaren kan leven,
aanwezige Christen-artsen dat
superieure lachje, als wij
constateerden dat dit
voor der gebeden w
dan dat je van een
diep grieft.
Men mag sceptisch staan
bijv. tegenover magne
tiseurs, kruidendokters enz.
maar houd ook hier als 't u
blieft dat superieure glim-
de Hoor- lachje achterwege. Bij een
is. Dat lachje, degelijk onderzoek zullen wij
mede-gelovige meermalen tot de erkenning
moeten komen: God heeft de-
waarvan de buitenwereld niets ker wel
verneemt. Zieken, die door naasten
hun naaste familie-leden,
door vrienden en kennissen
en door de gemeente des He-
zijn opgedragen aan de
troon der genade. En de He-
ontfermde zich en werkte de Naties
dienste
mogen of moeten
aanwenden.
Onlangs konden wij in onze
dagbladen het verheugende
bericht lezen, dat men de
vergaderingen der Verenig-
Iwars tegen alle
•vachting in, het WONDER.
Zijn gerechtvaardigd supe
ieure glimlach ging over dt
rennis, die hier nog maar
Van het grootste belang
zelfs dat hij acht ondergetekende hei
daarom als onze medi-
ge-
bed wilde beginnen.
De meeste landen stemden
/óór Toen iemand daarover
zijn dankbare blijdschap te
genover een mede-Christen
uitsprak, ontmoette hij óók
dat misselijke glimlachje.
Superieur, hatelijk, denigre
-end, ongelovig, of hoe men
het maar noemen wil. Laten
we allen voor dit lachje op
onze hoede zijn, dat door zijn
ontbindende werking Gods
grote werken verduisterd.
MARGARITHA
Mevr. M. T.—T. te D. U
hebt mij verkeerd begrepen.
Ik ben het nl. hartelijk met
u eens. Ook ik heb zo'n man
en in de schaarse uren, dat
hij thuis is, ben ik even blij
als u. Maar daar ging het
niet'om. Lees dat stukje nog
maar eens en vat het vooral
niet te zwaarwichtig op.
Dit laatste geldt ook voor
u, mijnheer v. d. K. te R.
We kunnen niet iedere dag
bruine bonen met spek eten.
'n Slaatje en kip met appel
moes is óók wel eens lekker.
Zo ook met m'n stukjes. Nu
eens zijn ze in een ernstige
stemming geschreven, dan
weer wat minder ernstig en
soms in een jolige bui. Bij
deze laatste bediene men
zich van een korreltje zout.
Mijnheer de V. te R. Ik
blijf van mening dat u deze
verschillen te laag aanslaat.
Zowel zijn als héér ouders
denken er .net zo over als ik.
Een praktische hint of liever
een positieve raad kan ie
mand op een afstand zeker
niet geven Waarom ik dit
ook niet deed. Leest u het
boekje: „Moeder en haar
man" eens van prof. Wate
rink of anders: „Samen op
weg naar het geluk" door ds.
De Jager."
Mevr. G„ Z. te R. Harte
lijk dank hoor voor uw ge
zellige brief. U hebt daar
wel een goede kijk op.
M.
Overige brieven D. V. de
Bij houtachtige stekken is het vaak
goed het stektakje voorzichtig af te
scheuren, om daarna het lipje, dat hier
door ontstaat, wat bij te snijden. Men
noemt dit: stekken met een hieltje.
Als men een stek snijdt, dan moet
dit gebeuren vlak onder een oog of on
der de inplanting van een blad. Daar
zit nl. het meeste reservevoedsel voor
het ontstaan van de wortels. In geval
len, dat men de stek van boven wil in
korten, snijdt men vlak boven een oog
of de inplanting van een bladsteel. Snij
vlak af, dus niet 6chuin.
Uit sommige planten, komt na het af
snijden sap te voorschijn. In zo'n geval
is het noodzakelijk die snijvlakken even
in houtskoolpoeder of norit, desnoods in
sigaren-of sigarettenas te dopen. Bij
stekken van planten, die geen sap af
scheiden, is dit trouwens ook goed. Laat
daarna de stek een paar uur opdrogen
voor men er verder mee gaat.
STEKGROND
Nadat de stek wat opgedroogd is, moet
ze in de grond gezet worden. Weliswaar
ziet men ook wel eens. dat ze in een
flesje met water gezet worden tot ze
wortel hebben. Doch dat wortel zetten
op water mislukt nogal eens (bij Vlij
tig Liesje heeft men overigens meest
al wel resultaat) en bovendien nemen
alle wortels het niet, dat ze van water
in aarde komen. Het beste is dus, goede
stekgrond te nemen.
Stekgrond moet los en luchtig zijn en
niet overmatig vochtig. Om zulke grond
te krijgen neme men goede bladaarde
en vermengt die met bijna evenveel
scherp zand. Scherp zand is hetzelfde
als metselaarszand. Niet het gewone
zand dus. dat is te fijn. het moet grof
korrelig zijn. Ook kan men in plaats van
bladaarde turfmolm nemen. Dat is vaak
nog wel zo goed.
Vul met dit mengsel een bloempot voor
de helft en steek hierin de stekjes, na
dat men ze dus heeft laten opdrogen.
De onderste bladeren van het stekje,
voor zover dit in de grond komt. moeten
glad bij de stengel worden afgesneden.
Heeft men de stekjes in de stekaarde
gezet, dan drukt men de grond rond
om licht aan, besproeit alles heel even
en zet de pot met de stekken op een
lichte plaats, maar niet in de zon. Heel
goed is het om een stuk glas over de
pot te leggen en de daarop zich af
zettende waterdruppels telkens te ver
wijderen Sproei zo nu en dan lichtjes
en laat daarna de glasdaat er een
poosje af Pas als de stekjes goed bewor-
teld zijn en flink aan de groei, neme
men het jonge plantje op en plant het
in een vooral niet te grote pot met
normale potaarde.
Dit alles lijkt wel erg omslachtig,
maar in de praktijk valt hel erg mee en
men heeft op die manier de meeste
kans van slagen.