Kwestie Margaret-Townsend was een waarschuwing Boek Promotie aan de V.U, over Luthers theologie Hervormde Kerk heeft minste jeugd en meeste oude mensen der Ether golven Partijvoorzitters 2 ZATERDAG 21 JANUARI 1956 KANTTEKENING „DE KERK VAN ENGELAND Pleidooi voor realistischer houding tegenover de koninklijke familie De Kerk van Engeland, een onofficieel orgaan met grote verspreiding onder de Britse geestelijkheid, betoogde gisteren, dat het dispuut rondom Prinses Margaret voor Engeland de waarschuwing inhoudt, dat een „heel wat verstandiger en realistischer houding'' dient te worden aangenomen ten aanzien van de koninklijke familie. Het blad geeft ah zijn mening te kennen, dat vorstelijke personen van de oudste tot de jongste het recht behoren te hebben, „gemakkelijk en zonder ophef uit het openbare leven te verdwijnen en het recht va opvolging op te geven, zoals het geval is in de Scandinavische landen' Roeping is niet erfelijk, schrijft het blad In een hoofdartikel en het vervolgt: Teveel verantwoordelijkheid rust op die deze niet hebben de kozen en haar misschien niet kunnen dragen, doch aan wie zij niettemin wordt opgedrongen. Het is niet alleen dwaas, maar wordt onrecht, als een gezin zo wordt gescheiden van het volk. dat geen van zijn leden kan han delen zoals andere fatsoenlijke men- een zonder het land tot in zijn diepste grondslagen te schokken. Het blad merkt op. dat de Britse mo narchie een soort surrogaat-gods- dienst is geworden. Ongelukkigerwijze is het een godsdienst. *ie een sterk element van bijgeloof bevaten is omgeven door een dikke haag van taboe's. welke geen onderzoek dulden Niemand heeft durven vragen, of de verering van de koninklijke familie zonder oordeel des onderscheids geen smartelijk onrecht doet aan de per soren, wier belangen in de eerste plaats in het geding zijn en of het I De waarschuwingen de troonsafstand van koning Edward VIII en het op geven door prinses Margaret van een huwelijk met Peter Townsend hiel den, zo schrijft het blad. verband met de huwelijkskwestie. Wat zal het vol gende zijn?, vraagt het en het betoogt, dat de volgende gebeurtenis wel een» meer moeilijkheden zou kunnen schep pen en niet in verband zou kunnen staan met het huwelijk. VAN DE DAG rZuid-Afrika gemaakt en toen natuur lijk ook de Kruger Wildtuin bezocht. Aan dit feit heeft dit boek zijn ont staan te danken. Het is de geschiede nis van een „apenmeisje". dat in slim heid en moed een echte dochter van haar vader, leider van een grote apen- troep. blijkt te zijn. Boontje raakt ge vangen en wordt aan de ketting ge legd. Als ze de vrijheid herkrijgt, moet ze de gehate ketting meesjouwen. Ze beleeft spannende avonturen met men sen en dieren. En daarvan vertelt de vaardige pen van Go Verburg. Een aar dig gegeven, dat op boeiende wijze is uitgewerkt. De prachtige foto's, waar mee dit boek is verlucht, maken het tot een aantrekkelijk bezit. et is ten enen male onredelijk, te wachten, dat elk lid van een familie, Seslacht na geslacht, door het toeval er geboorte en zonder enige eigen keuze gedrongen in een symbolische, half-godsdienstige positie, in staat zal zijn te leven op de wijze die van symbool wordt verlangd. Waarom den zij ook' Het blad noemt de monarchie een psy chologisch symoool, dat in de lucht zweeft zonder andere steun dan wispel turige emoties van de massa, die ge makkelijk overgaan op andere, veel minder waardige objecten. Symbolen zonder nationale, maatschap pelijke grondslagen duren niet eeuwig, vervolgt het blad. Vroeger of later ver dwijnen zij Als zulke symbolen een diepe emotionele betekenis hebben, heeft het verdwijnen ervar. veelal rampzalige gevolgen Het blad prijst prinses Margaret om haar besluit, niet in het huwelijk te treden met Townsend. een gescheiden man, wiens voormalige echtgenote nog leeft. Zulk een huwelijk wordt door de Kerk van Engeland afgekeurd. Zij verdient inderdaad zeer grote lof en haar blijvend voorbeeld zal een rem mende invloed hebben op sommige i personen en voor anderen een moediging zijn, aldus het blad. het stelt de vraag: Is het niet dwaas, te verwachten, dat alle nakomelingen uit het huis Windsor even sterk geest en even wijs zullen zijn? Het land heeft geen recht, een alter- natief van deze aard aan iemand op te dringen. Na twee waarschuwingen zou I het een misdaad zjin aan de zijde der leiders van het volk, nogmaals zulke risico's met de volksziel te lopen. Beroepingsiverk NED. HERV. KERK Aangenomen: naar Besoyen J. Vink te Zuid-Beijerland. GEREF. KERKEN Beroepen: te Amsterdam-zuid (voor arbeid in de Valerius-kliniek) S Popma, stud. pred. te Amsterdam; Boschout (België) D. van Swigchen te "I. en N. Wetering. EVANG. LUTH. KERK Drietal: te Amsterdam (vak. dr. J. P an Heest) A. Johannes te Delft. P. H. r. C Kok te Weesp en J. A. Stellwag te Den Helder. Geref. synode 27 januari uiteen tot april De generale synode van de Geref. Kerken te Leeuwarden heeft gisteren besloten de belangen van de Gerefor meerden in Zuid-Amerika, die tot dus- verzorgd werden door een deputaat- schap voor de behartiging van de gees telijke belangen der Gereformeerden i de verstrooiing, over te brengen naa dat voor de emigratie. Na de benoeming van een hoogleraa in Kampen, de behandeling van de ui' breiding van het aantal gezangen e verscheidene kleinere zaken gaat de Synode op 27 januari uiteen tot een nader te bepalen datum in april. Rotterdammer Mensen en feiten Tot hoogleraar In de beeldhouwkunst bij de Rijksakademie van beeldende kun sten te Amsterdam is benoemd de heer Paul Gregoire te Teteringen. Prof. Gregoire zal Maandag a.s. zijn ambt aanvaarden. Wee IJ! Een christen hêeft vijanden, dat kan niet anders. Omdat een chris ten soldaat ft? in het leger van Koning Jezus en omdat dat leger in een strijd op leven en dood gewikkeld is met de machten der hel. De eindoverwinning is aan Jezus dat staat vast. Maar de strijd is er niet minder om en ook die machten der hel maken gebruik van men sen. „Wee u zegt Jezus dan ook als al de mensen wèl van u spreken!" De nadruk moet hier vallen op dat woordje „al". Een christen kan niet bij ieder mens in een goed blaadje staan. Hij kan niet bevriend zijn met mensen die Jezus loochenen en Hem bespotten. Als die men sen wèl van u spreken, pas dan op. Het „Wee u!" uit Lucas 6 moet u dan in de oren klinker» als een bedreiging. Dat wordt te genwoordig wel eéns vergeten! Aan de Rijksuniversiteit te Utrecht pro moveerde gistermiddag om 2 uur de heer Samad Shaheen tot doctor in de letteren en wijsbegeerte op het proef schrift: The communist theory of na tional self-determination. De heer Sa mad Shaheen is woonachtig te Scheve Eveneens te Utrecht promoveerde gister middag de heer P. C. Paardekooper uit Eindhoven tot doktor in de letteren en wijsbegeerte op het proefschrift: Syntactische verkenningen. Volgende week Donderdagmiddag om 2 uur promoveert te Utrecht tot doktor in de theologische wetenschap ds. Roubos te Zwolle. Aan de Vrije Universiteit is gistermiddag de 3ï-;urige Larense predikant, ds. J. T. Bakker, gepromoveerd op een proefschrift over Luthers theologie, dat zowel in Calvinistische, als Lutherse kring zeer de aandacht heeft getrokken. Op onze foto links de promo or prof. dr. G. C. Ber- kouwer, de hoogleraren dr. N. H. Ridderbos, dr R. Schippers, dr. S. U. Zuidema en dr. J. H. Bavinck. Verder de jonge doctor'met de paranymfen mr. H Schootstra (Leeuwarden), zwager van de promovendu-s en de heer P S- Bakker, een broer, juridisch canrhdaat te Groningen. Knap proefschrift van ds. J. T. Bakker E (Van onae kerknieuwsredacleur) EN PROEFSCHRIFT over Luthers theologie aan een Calvinistische universiteit is wel een bijzonder heid. En vooral als het een we tenschappelijke bijdrage betreft, waar van de Lutherse hoogleraar aan de ste delijke universiteit te Amsterdam, prof. dr. W. J. Kooiman, die bij de promotie opponeerde, zei, dat het een belangrij ke samenvatting van Luthers theolo gie is. Prof. Kooiman prees de frisse aanpak in deze dissertatie^ van de 31- jarige ds. T. Bakker, Geref. predi- De kerkelijke kaart van Nederland van Nederland is even kleurrijk als de aardrijkskundige. Er zijn nagenoeg evenveel godsdiensten als grond soorten, ja er zijn zelfs opvattingen, die ver band leggen tussen Onkerkelijkheid sinds 1930 sterk toegenomen drecht; voor de Vrijge maakt Geref. moeten ge noemd worden Groningen en N. Overijssel; voor de Chr. Geref. N.O. Friesland, Baarn c.a. en de Alblasser- waard; voor de Geref. Ge meenten Zeeland en Rotter dam c.a., voor de Oud-Ge reformeerden Zeeland en voor de onkerkelijken Z.O. Friesland, N.O. Groningen, rijksgemiddelde aangeeft, bachtslieden 16,3 pet. boe- de Zaanstreek, de drie gro- godsdienst en grond- In de hogere leeftijdsgroe- ren en 41.4 pet. industrie- te steden en de kop soorten. Aan de hand MELODIE en WOORD doet dit verschijnsel arbeiders Noordholland, zich nog sterker voor. Bij de Hervormden is het De landelijke gemiddel- van gegevens van de Ook hier vallen de Vrij- percentage ambtenaren ho- den zijn r.k. 38,5 pet., Ned. ioneste volkstelling in gemaakte Gereformeerde ger en dat van de industrie- Herv. 31,1 pet. Geref. 7 Vr f j S kerken echter weer uit de arbeiders lager. De cijfers pet., \njgemaakt Getef. Nederland (31 mei toon: het aantal vrouwen bedragen ambtenaren 19,3 0.9 pet., Chr. Geref. 0,7 pet., 1947) kerkeliik Neder- boven middelbare leeftijd pet., ambachtslieden 13.1 Geref. Gemeenten 0,9 pet., jj j ligt hier zelfs beneden bet pet., boeren 17 pet., en in- Oud-Geref. 0 2 pet., onker- land eens nader onder j-ijksgemiddelde. Landelijk dustriële arbeiders 35,9 pet. kelijk 17 pet. en overige de loupe te nemen, gezien is de onkerkelijkheid Bij de Geref. blijkt deze groepen 3,7 pet. Het ZONDAG 22 JANUARI 1956. feld interessante aspec ten. Drs. dit gedaan en het resul taat hiervan gepubli ceerd in een artikel in het orgaan van de Stichting Gereformeerd Sociologisch Instituut, G.S.I.-Nieuws. de hele Ge- het percentage voor de ref. gezindte is 9,7 pet. ambtenaren is hier 22,1, Sinds 1930 groeide de to- voor de ambachtslieden 15, tale Nederlandse bevolking voor de boeren 17,4 en voor met 21,3 pet. waarbij de de industriële arbeiders r.k. kerk uitbreidde met 30.5. 28,3 pet., de Ned. Herv. De onkerkelijken tellen kerk met 9,1 petde Geref. naar verhouding aanzienlijk gezindte met 26.1 pet. en de de Chr. Geref. 106. bij de minder boeren en veel meer groep onkerkelijken met 43.4 Geref. Gemeenten 104 en bij industriële arbeiders (amb- Over de gehele linie was de onkerkelijken 89 vrou- tenaren 24 pet., ambachts- de toeneming van het aan wen. lieden 12,6 pet., boeren 2,6 tal leden der kerken min- ««-j u j. Pct- en industriële arbei- der dan de natuurlijke aan- Voor de leeftijd boven de ders 4g>9 pcU. was aangeeft. bij de vrouwen. 1NOMEN over alle leef- t -en u rt tijden lijn er op 100 J. Floor heeft mannen bij de r.k. 101 vrou- wen bij de Ned. Herv. 104, bij de Geref. 105, bij de Vrijgemaakte Geref. 104, bij 70 jaar zijn deze getallen: De Gereformeerden blij- r.k. 108 vrouwen. Ned. ken dus overwegend tot de Jaar Zo is één der opmerke- Herv. 117, Geref. 124, Vrij- middengroepen gerekend te ^nurlijke aan' lijke verschijnselen, dat het gemaakt Geref. 106, Chr. moeten worden, terwijl hun 931.000, maa gereformeerde volksdeel, Geref. 115, Geref. Gemeen- invloed onder de industrië- (3.704.000) de het totaai 5 117.000 min- ondanks de grote invloed ten 114 en onkerkelijken 78 je arbeidersgroep tanend der aan dai} mogelijk was on ons volkskarakter, nooit vrouwen. is. geweest. Bij de Hervorm- (ook niet in de vorige eeuw) Ongeacht de geslachtelij- den was de aanwas 372.000, meer dan 10 pct. van de ke onderscheiding, bedraagt "T\E gereformeerden waren het verlies 121.000 en het totale bevolking heeft uit- het percentage minderjari- D in Kuypers' dagen nog eindtotaal 2.989.000. Het ver- gemaakt gen bü de r-h- bij de te karakteriseren als „klei- lies is relatief en abso- De indeling naar leef- Ned. Herv. 34.4. bij de Ge- ne luyden", vandaag gaat luut het geringst bij de Ge- tijdsgroepen leert, dat de ref. 41,9. bij de Vrijgemaakt dat niet meer op. Afgaande reformeerde gezindte. Het Ned. Herv. kerk relatief de Geref. 44.5. bij de Chr. Ge- op uiterlijke waarnemin- totaal (936.000) was hier minste jeugd heeft en de ref. 40 6. bij de Geref. Ge- gen kan dit thans eerder slechts 6000 lager dan de meeste oude mensen. Vrij- meenten 41,7 en bij de on- gezegd worden van de Chr. aanwas (200.000) mogelijk gemaakte Gereformeerde kerkelijken 30,4. Het aan- Gereformeerden. mftakte. kerken vertonen echter als deel van hen. die 65 jaar Ten slotte verdient in het ionge kerken het omgekeer- of ouder zijn is resp. bij kader van dit artikel de De onkerkelijke groep de beeld hier is naar ver- r.k. 6 pct., Ned. Herv. 9,4 toeneming van de bevolking, nam boven de natuurlijke- houding 'veel jeugd en een pct., Geref. 7 pct., Vrijge- verdeeld over de verschil- "nwas (254.000) nog met gering aantal oudere men- maakt Geref. 5.8 pct.. Chr. lende kerken, een plaats. 242 000 personen toe. Het to- scn Vermoedelijk hebben Geref. 8 pct., Geref. Ge- Sterker dan het gemiddel- taal was 1.641.000. vele ouderen, die hun leven meenten 7.7 pct. en onker- de over het gehele land Het saldo verlies is dus lang in de Gereformeerde kelijken 4.4 pct. aangeeft zijn de r.k. verte- bij r.k. en de Ned Herv. kerken vertoefden, de over- Ingedeeld naar de beroe- genwoordigd in Brabant en bijna gelijk. Het lage uit gang niet meer kunnen of pen worden de grootste Limburg: voor de Ned. Her- breidingspercentage bi] de willen maken. groepen gevormd door de vormden geldt dit in Dren- Ned. Hervormden in tegen- Wat de verhouding tussen ambtenaren, de ambachts- te. Twente, Z.O. Veluwe. de stelling tot dat van de r.k. de geslachten aangaat, is lieden, de boeren en de in- Hoekse Waard en Zeeland; is daarom niet het gevolg over het algemeen in de dustrie-arbeiders. Bij de r.k. De Geref. zijn bijzonder van een grote afval maar protestantse kerken het aan- zijn de percentages 17,9 pct. sterk in Friesland, Gronin- van een geringer geboorte tal vrouwen hoger dan het ambtenaren. 13,3 pct. am- gen Bunschoten en Dor- overschot dan bij d r.k. kant le Laren (N.H.), die in het Miner- vapaviljoen in de hoofdstad zijn proef schrift „Coram Deo" had le verdedigen. Dit 230 pagina's tellende proefschrift is daarom zo belangrijk, omdat Luthers theologie in ons laad eigenlijk te nig bekend is. Bij Luther is in tegen stelling tot Calvijn, geen sprake een systematische ontvouwing en bouw van zijn gedachten. Luthers theo logie is wel eens eën „oerwoud" noemd, waarin men zich slechts r zaam een weg kan banen. In zijn inlei ding noemt ds. Bakker de breuk; die binnen de Reformatie is ontstaan, waar door Luther en Calvijn verschillende wegen zijn gegaan, een van de meest tragische gebeurtenissen uit de kerk geschiedenis. De strijd rond de sacra menten, die uiteindelijk de breuk ver oorzaakte, is van diep ingrijpende be tekenis geweest. Prof. dr. D. Nauta, de rector-magni- ficus van de V.U., die na de hoogle raren Kooiman, N. H. Ridderbos. Schippers en Bavinck, als laatste oppo neerde, beklemtoonde in aansluiting hierop de vele punten van overeen komst tussen Luther en Calvijn, die geen verschillende, maar gelijke gen zijn gegaan, behalve t.a.v Avondmaal. De promotor, prof. dr. G. C. Berkou- wer, prees de bijzondere verdiensten van het proefschrift, waarbij het ge loofsaspect als hel beslissende ook in de wetenschap voorop staat. Ook uitte de promotor zijn waardering voor de vaslnouder.dheid van zijn leerling, die aanvankelijk zich geheel toelegde op Marcion en Barth, maar zich niet wil de verliezen in de dialectiek. Voor deze promotie was zeer grote belangstelling, ook van niet-gerefor- meerde zijde- Wij zagen de Lutherse hoogleraar prol. dr. P. Boendermaker, de bekende r.k.-theoloog dr. R. Weel, verder dr. H. Jpnker. Ned. Herv, pre dikaat te Amsterdam, de Kamper pro fessoren Brilleriburg WUrth en Dijk en verscheidene leden 'van de synode, die daartoe al vroeg -uiteen was ge gaan: ds. P. N. Kruyswijk(Ouderkerk aan de Amstel), de assessor van het moderamen als curator van de V.U., ds. C. v. d. Woude (Leeuwarden), de praeses van de synode, met de predi kanten dr. E. D. Kraan (Vlaardingen) en S. J. Popma (A'dam),. als deputaten van de generale synode voor de oefe ning van het verband met dé theolo gische faculteit der V.U., ds. F. C. Meyster, emeritus-predikant (R'dam) en zijn zoon predikant te Ede, dr. J. C. A^ van Loon (R'dam) en vele ande- Jan Taeke Bakker werd 9 februari 1924 te Leeuwarden, ivaar zijn va der gemeentesecretaris is, geboren. Hij bezocht het Geref. gymnasium in de Friese hoofdstad en studeerde aan de V.U. Op 2 juli 195.0 werd cand. Bakker te Oude en Nieuwe Bildtzijl in het predikambt bevestigd. Op 2 mei 1954 vertrok hij naar Laren (N.H.) zijn tegenwoordige gemeente. Dr. Bakker voegde aan zijn dis sertatie 21 stellingen toe, waarbij wij de volgende vier aanstippen: (5) In zijn weergave van het „spel moment" in Luthers tekening van de aanvechting komt de onhoudbaarheid van Schilders interpretatie van Luthers spreken over het vreemde en eigenlijke werk Gods duidelijk aan het licht. (18) Hét is onjuist om in de nieu we kerkorde de zinsnede op te nemen, dat het H. Avondmaal eens in de twee of drie maanden gevierd wordt. (20) De „voorhereidingprediking" werkt de isolering van het H. Avond maal in de hand' en betekent deva luatie van de wekelijkse Woord bedie ning. (21) Het verdient aanbeveling de voorlezing van de Decaloog af fe wis selen met paranetische gedeelten uit het Evangelie en de Brieven. ,,Ik geloof i 39. i niet. Zeker kan ik het niet zeg- gen. Hij monsterde mij zo aandachtig dat ik merk te dat mijn ogen, mijns ondanks, naar de grond toe dwaalden. „Was het dokter Balman?" „Hij kan het geweest zijn. Ofschoon hij mij wat langer leek dan dokter Balman is." Ik be studeerde de rozen op het ouderwetse Brusselse kleed op de vloer. „Was het dokter Hajek?" vervolgde hij mee dogenloos. „Ik ik zeg u dat ik niet zeker kan zeggen wie het geweest is. Het kan iedereen geweest zijn." Hij leunde achterover in zijn stoel en ik kon zijn glimlach voelen. „Ik begin uw temperament te begrij pen," zei hij bedaard. „Ik vermoed dat het die Jim Gainsay was. Nu kunt u mij ook wel ver tellen wat u ermee voor had om zijn sigaretten koker in uw waszak te stoppen." Ik knipte met de ogen. „Hoe wist u dat die erin zat?" „Een politiebeambte heeft die gevonden toen hij een onderzoek in uw kamer instelde." „Een onderzoek in mijn kamer!?' „Ja. Wij hebben al het hebben en houden van degenen in wie wij belang stelden laten na kijken. Wij waren eerst verbaasd toen wij merk ten dat u rookte en nog meer verbaasd toen wij gewaar werden wie de eigenaar van die ko ker was Wees u nu zo goed mij precies te vertellen, hoe u er aan gekomen bent." In zo min mogelijk voord»" ?af k hieraan gevolg. „Wilt u Jim Gainsay aanhouden?" vroeg ik <Wie Hij knikte. „Ik draag er zelf een," zei hij. „Nu, ik dank u nog wel, zuster Keate. U bent een hele hulp in een moeilijke tijd." Hij glimlachte tegen mij met de innemende warme ën jeugdige uitdruk king op zijn gezicht. Ik liep naar de gang toe, bleef staan en keerde mij ten leste, terwijl hij peinzend met het potloodje zat te draaien en te frunniken. „Wij zullen hem in het oog houden." verbe terde hij mij. „Tot dusver is hij met zijn vrije wil gebleven, iets dat op zichzelf vreemd is. Na tuurlijk kan ik, als hij een poging mocht doen om heen te gaan, genoopt zijn hem tegen te houden." De etensbel ging juist op dat ogenblik. En hij keek op zijn horloge, opnieuw fronsend toen hij zag hoe laat het was „Nog iets, zuster Keate. Die lucht van ether interesseert mij. Temeer omdat naar ons we ten helemaal geen ether was gebruikt. Bent u er zeker van dat u die geroken hebt?" „Ja." Ik sprak op stellige toon. „Ik ben er nu zeker van, vanwege de regenjas die ik gister middag aan heb gehad." „De regenjas?" vroeg hij. „Gistermiddag?" En hij luisterde aandachtig, terwijl ik hem het geval uitlegde „En u had geen middelen om haar thuis te -engen9" vroeg hij daarop. „Neen Iedereen draagt een of andere gele re genjas T weet hoe zeer ze de twee laatste jaren in trek zijn." „Had u niet gezegd dat er drie dingen wa ren waar u voor het ogenblik bijzonder belang in stelde?" zei ik. „Wat was het derde?" „O, ja Hij bestudeerde mij een ogenblik, als om te zien in hoe ver het vertrouwen dat ik betuigd had, gerechtvaardigd zou zijn. Daarna haalde hij iets uit zijn zak iets dat zo klein was dat het in zijn hand ver scholen bleef tot hij het mij voorhield. En toen ik keek, slaakte ik een kreet en deins de ik achteruit, terwijl ik een bonk in mijn keel kreeg. Daar op zijn uitgestrekte handpalm lag een kleine manchetknoop; het was een keurig vierkantje van lazuursteen, gemonteerd in geci seleerd wit goud. „Ik zie dat u het herkent?" Sprakeloos maakte ik een bevestigende bewe ging. „U behoeft mij niet te vertellen dat het een manchetknoop van zuster Day is. Ik weet dat al. Een paar verpleegsters hebben hem al her kend, toen ik hem achteloos op de tafel in de spreekkamer had laten liggen. O, ik heb hem zorgvuldig in het oog gehouden' zij dachten waarschijnlijk dat zij hem verloren had. Zij wis ten niet waar die gevonden was." „Waar die gevonden was zei ik hem op schorre toon na, terwijl mijn stem ergens in mijn kéel wegstierf, (Wordt vervolgd) J-JET A.R. partijconvent heeft zich deze week ook beziggehouden met de voorbereiding ener verkiezing van partijvoorzitter en -ondervoorzitters het heeft zich accoord verklaard met de dubbeltallen, zoals deze door het centraal comité waren voorgelegd. Wij menen, dat deze vergadering daar aan verstandig heeft gedaan. Het valt in het leven niet altijd mee, zoon te zijn van een groot man. De ion van Winston Churchill zou dit kunnen getuigen. Het valt ook niet groot man te moeten opvol gen. Dat zou Churchill's opvolger in de politiek, Eden. kunnen getuigen. Het zal binnen de A R. Partij niet meevallen, voort te gaan in de lijn. door mannen als Kuyper, Colijn en Schouten getrokken. Ook is allengs wel bekend gewor den, dat enkele mannen, die voor deze post in aanmerking schenen te komen, redenen meenden te hebben zich niet beschikbaar te kunnen stel len. Deze redenen waren respectabel. Temeer waardering intussen moet men hebben voor de mannen, die zich bereid hebben verklaard, straks, na de verkiezing op de deputatenverga- dering, het presidium van de partij op zich te nemen. Na deze bereid verklaring komt het hun toe, dat de partij hun heel liaar vertrouwen geven gaat. 1JET is met het voorzitterschap van de A.R. Partij altijd wel een enigszins merkwaardige zaak geweest. Deze partij was van de aanvang af op top gezond democratisch en de meelevende partijgenoten wisten waarlijk wel wat zij wilden. Maar toch, de partijvoorzitter was heel wat meer dan alleen maar voorzitter; hij as de partijleider. Dat hing uiteraard sterk samen met de uiterst krachtige persoonlijkheid Kuyper. Hij kende zijn mensen. in het land ze ook woonden, en hij wist als geen ander het klavier van de volksconsciëntie te bespelen. Maar dat volk van zijn kant zag en erkende hem als de leider, door God zelf gegeven, en was dankbaar zich aan zijn visionaire leiding te mogen toevertrouwen. Dit heeft lang een stempel op de partij gedrukt. Typerend daarvoor was ook het karakter van de belang rijkste vergadering, die in partijver band gehouden placht te worden: de deputatenvergadering. Want vooral onder Kuyper stond of viel die ver gadering als het ware met liet woord, dat daar door de partijleider gespro ken werd. Dat woord was de deputa- tenrede. De deputaten zelf kwamen er nauwelijks meer aan te pas. Men kwam niet om zelf wat te zeggen; men kwam om te luisteren naar wat Kuyper zou gaan zeggen aan opbeu ring en aan vermaan, aan bestrijding de tegenstander en aan een brede ontvouwing van het beginsel. Wat Kuyper op die deputatenverga- deringen zei, was zó visionair en zó magistraal, dat het nu enkele jaren geleden nog volkomen zinvol was, deze deputatenredevoeringen nog eens opnieuw in het licht te geven. En wie de moeite neemt, ze nu nog eens door te lezen, bewijst zichzelf alsnog een dienst. yo was dan de partijvoorzitter tege lijk de partijleider en het was begrijpelijk, dat men er lange tijd aan hechtte, indien mogelijk deze traditie voort te zetten. Onder Colijn was dit nog het geval en ook nog onder Schou- Het kan bekend heten, dat Schouten de gedachte van partijleider te zijn steeds ver weg heeft geworpen en men mag dit in hem prijzen, maar Kuyper en Colijn was ook zijn persoonlijkheid een sterke, en wie zou hem deswege durven of willen laken? Zo bleef ook onder hem de oude lijn nog bestendigd. Hebben wij het wel, dan gaat deze periode nu toch afgesloten worden en gaat zich ook binnen de A.R. Partij de democratisering meer dan voorheen het geval was doorzetten. De ver nieuwing van de partijorganisatie zal in deze richting leiden en dit alles zal nog in het bijzonder worden bevor derd door de omstandigheid, dat het voorzitterschap van de partij en het voorzitterschap van de fractie niet langer in één persoon zullen zijn ver enigd en dat het voorzitterschap van de partij als zodanig zelfs eigenlijk een driemanschap zal worden toevertrouwd: een voorzitter en twee ondervoorzitters. yF.LT willen wij wel zeggen, dat deze ontwikkeling ons kan toe spreken. Zij zal aan de partij ten goede komen. Zij zal van de partij nog meer dan voorheen een levende zaak kunnen maken. Zij zal de leden van de partij meer dan voorheen in de vorming van de politieke mening kunnen betrekken. En daarom zal er straks zo van de partij ook een gro tere kracht naar buiten kunnen uit stralen. De partij zal als partij hechter kunnen worden en tevens opener. Ook in de personen, die nu voor het voorzitterschap van de partij zijn voorgedragen, zijn de waarborgen aanwezig om dit alles mogelijk <e maken. En dit achten wij een zaak bijzonder gewicht.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1956 | | pagina 2