Gebrek aan verantwoordelijkheid is dikwijls oorzaak van verloop de bedrijven MIGRATIE - een noodoplossing Emigratiestroom dient niet te worden onderbroken Er komt nooit 'n woning van 7 DONDERDAG 22 DECEMBER 1955 Nederland komt handen tekort II Het tekort aan werkkrachten waarmee het Nederlandse be drijfsleven te kampen heeft, is een onrustbarend verschijnsel, omdat het onze exportpositie in gevaar brengt. Dit tekort is een verschijnsel dat samenhangt met de huidige hoogconjunctuur maar daar mee is uiteraard niet alles ge zegd. Allerlei andere factoren spelen hierin mee. Natuurlijk spreekt in dit tekort de mentaliteit een woordje mee: de mentaliteit van de arbeider zo goed als die van de werk gever. Vergeleken bij de jaren voor de oorlog is er iets veran derd in de menselijke verhou dingen het is belangrijk na te gaan in hoeverre die veran deringen van invloed zijn op het tekort aan arbeidskrachten. Een vraagstuk van geheel an dere aard is de emigratie. Is het wel verantwoord het wegtrek ken van goede arbeidskrachten van overheidswege aan te moe digen en zelfs te subsidiëren? LIET IS altijd een tere kwestie, over „verantwoordelijkheid" te spreken. Het woord alleen al lokt licht agressie uit en bovendien is ieder geneigd, verantwoordelijkheid liever op te leggen dan aelf te dragen. En tochhoe gemakkelijker een mens het heeft, hoe lichter hij omspringt met de verantwoordelijkheid. In hoeverre wordt er, bij de huidige arbeidsverhoudingen, verantwoorde lijkheid voor bedrijf en persoon geëist van werkgever en werknemer? Natuurlijk, er wordt in vrijwel ieder bedrijf bij bepaalde gelegenheden gesproken over de saamhorigheid, de toewijding aan „de zaak" en andere goede dingen, er is dikwijls een hooggestemd personeelsblad en er zijn onder linge clubs, men kent een werknemerskern of een personeelsraad maar daarmee raakt men lang niet altijd de practijk van de verantwoordelijkheid, welke nodig is om een bedrijf staande te houden. werknemer zijn betrekking opzeg- De jeugd Niemand zal tegenspreken, dat er veel veranderd is in deze na-oorlogse tijd. De werkgever, die een tiental jaren geleden met voldoening allerlei sociale voorzieningen in zijn bedrijf kan aanbieden, behoeft daarmee nu eigenlijk niet meer aan te komen: sociale voorzieningen baren geen op zien meer, maar zijn normaal en dus vereiste geworden. Tegenwoordig speelt het loon de grootste rol en in dit verband gaat straks de ev. in te voeren vijf-dagen- werkweek van urgent belang worden. Ook dit materiële zal dan, evenals een nieuwe vacantieregeling, bij het aan vaarden van betrekkingen doorslag gevend werken. Niemand zal de werknemer euvel duiden dat hij voor zijn materiële om standigheden opkomt, want wie doet dat niet? Maar thans valt de vinger te leggen op excessen, welke niet meer binnen het normale kader passen en twijfel aan de juiste verantwoordelijk heid, het Ideële naast het materiële, voedsel geeft. In een middelgroot bedrijf, waar nog1 een pensioenfonds geldt, komt een Betere weg: industrievestiging in de „overse hotgebieden" i beleid ten opzichte vai voeren van meer arbeidskrachten voor de Industrie is de migratie, een veelomstreden object, waar over nogal uiteenlopende meningen bestaan. Wanneer het er om gaat, aantal len arbeiders uit de industrieel niet-ontwikkelde Nederlandse ge bieden te halen om om te scholen en hen daarna te doen migreren naar het dikhevoikte Westen, waar men wel handen te kort komt, maar al te krap rit met de woonruimte, rRst de vraag. In hoeverre dit Op het ogenblik heeft de industrie er alles voor over. werkkrachten te krjjgen en ook gaat het niet aan in een tijd van welvaart groepen overcomplete landarbeiders e.a. buiten het productieproces te laten staan en hun-een handvol steun geld te geven, maar wanneer de kansen keren, zullen dan niet in de industrieën de laatst-bljgeko- menen, i.e. de gemigreerden, het eerst als „te veel" afvallen? Zulke redenen.... Van overheidszijde werd ons ver zeikerd, dat de migratie niet zo in grijpend is. In aanmerking komen nl. alleen ongeschoolden, die reeds lang werkloos zijn en die via de arbeidsbureau* worden aange trokken. Wil een bedrijf personeel aan trekken uit de zgn. „overschotge- bieden". dan krijgen deze werk lozen huisbezoek van daarvoor tijdelijk gedetacheerde rijksambte naren, die zich. zonder dwang te oefenen, voornamelijk richten tot vaüde arbeiders beneden 35 jaar, die onder de wachtgeld- en werk loosheidsverzekering vallen. Slechts wanneer een aanbieding van werk herhaaldelijk wordt ge weigerd en men dus mag aan nemen, dat er geen werklust is, loopt de werkloze kans van onder steuning te worden uitgesloten. Er kunnen allerlei redenen gel den om het werk en daarmede de migratie, te weigeren. De samenstelling en de card van het gezin spelen een belangrijke rol, ook de gesteldheid van de vrouw. Het is zeker niet de bedoeling, dat een plattelandsgezin met een tekort aan aanpassingsvermogen derailleert tn een industriestad. Maar niet zelden horen de amb tenaren argumenten als: A. kan onmogelijk het dorp verlaten, want hij is een onvervangbaar lid van de toneelverenigingB. zou niet kunnen weggaan, want met hem valt of staat de plaatselijke voetbalclub; C. kan niet worden gemist als secretaris en ziel van de zangvereniging Het is dan wel eens heel moei lijk, de betrokkene er van te over tuigen. dat het toch altijd nog belangrijker is, dat hij zijn gezin behoorlijk onderhouden kan. Ook heeft het nogal eens voe ten in de aarde, eer een gezin er toe komt de geboortegrond, waar heel de familie woont en woonde, te verlaten. Hun komt migratie voor als emigratie en men moet daar niet licht overheen stappen. Hiervan weten sociale werksters, die het gezin door de eerste moeilijke maanden heen heipén, mee te praten. De migratie wordt dus met de meeste zorg omringd. Toch niet juist? Er is echter een tegenspel, even eens gestimuleerd van overheids zijde. dat in feite geen migratie verdraagt. Dat is: industrievesti ging in de achtergebleven gebieden. Veel beter zou het immers zijn, wanneer, naar voorbeeld van en kele ondernemingen, meer indus trieën bouwden en werkten in deze «treken Het is niet zo. dat de migratie de arbeiders reeds heeft wegge haald. Een rapport van de'JKamers van KoophaJidel in deze streken zegt, dat de migratie niet van over wegend belang is. Sedert ln 1952 de migratie begon, zijn tot eind September van dit jaar 2203 werknemers met hun gezinnen vertrokken. Het rapport wijst er ook op. dat deze mensen nu het potentiële kader voor deze gebieden ZIJ werkten allen op driejarige arbeidscontracten en, aangezien de meesten van hen sterk aan dc eigen streek zijn gebonden, zou het niet onmogelijk zijn, dat zjj gaarne terugkeren wanneer zij de kans krijgen om In eigen omgeving te kuru werker Wel is de huisvesting bjj de mi gratie een grote factor en meer malen moet overkomst van arbei ders afstuiten op gebrek aan woon gelegenheid. Van de gemigreerden lebben 1343 een woning gekregen, maar de rest moest het gezin nog achterlaten en woont in pension, met rljkstoe- met het weekeinde naar huis gaan. Ondervinding heeft geleerd, dat de migratie gewoonlijk gun stiger verloopt, wanneer de man gedurende de scholingsperiode alleen vooruit gaat. ~)e aanpas singsmoeilijkheden van het gezin zijn kleiner, wanneer de man reeds thuis is in de nieuwe om geving en vóór de verhuizing al van allerlei heeft kunnen ver tellen. Ma/ir hoe het zy, de overheid ziet de migratie slechts als een noodoplossing en zeker niet als een verkieslijk object. Indus trievestiging in de ..overschotge- bieden" is een betere weg, al is het wel zeer duidèlijk, dat hier aan voor de ondernemer wel een en ander vastzit. gen by de directie. Hij heeft een behoorlijke positie en werkt reeds jaren zonder klachten. Wat is nu de reden om ontslag te vragen? De gestelde mogelijkheid is de gestorte pensioenpremie op te vragen. Voor deze man: 800. Hij redeneert bij zichzelf, dat het Rijk straks toch pensioen gaat uit betalen en dat hij de verzekering via de zaak dus wel kan derven. Hij laat de zaak in de steekneemt zijn 800 en koopt daarvoor bromfiets voor zijn vrouw en zichzelf. Een week later werkt hij bij een kleiner bedrijf en dan is er nog maar een beetje geld op die bromfietsen af te betalen. Maarer gaan geruchten over een mogelijke keer in de conjunctuur. Hij leest tn de krant over tuime lingen op de Amerikaanse beurs, hoort op de tram het een en bij een collega het ander, kortom, hij gaat eens nadenken. Het bedrijf, dat hij vanwege de pensioenpremie (i.e. de bromfietsen in de steek liet. is oud en goedgefundeerd, de zaak waar hij nu werkt gaat op 't ogenblik goed. maar... als er eens een keer komt? Dan is hij één van de laatst-bijgekomenen neen, hij is toch niet zo verstandig geweest. Hij meldt zich bij zijn vroegere direc tie en vraagt, of hij nu, na twee maanden, weer terug kan komen. Maar wat moet de directeur doen? De opvolger van deze man terug zetten en hem weer zijn oude plaats geven? Of deze man weer van onder op laten beginnen? Beide maat regelen zouden onrust en critiek in het bedrijf verwekken. Resultaat: de man wordt niet weer aangenomen In dit geval heeft de werknemer ge speeld met z\jn verantwoordelijk heid. niet alleen tegenover de zaak waar hij jarenlang goed heeft ge werkt, maar ook tegenover zijn gezin. En hij is lang niet de enige, die van wege de snel-verteerde pensioen premie „maar opzei". Uit critiek Vooral de jeugd springt tegenwoor dig vrij licht om met een betrekking. Niet alleen lopen Jonge meisjes van de ene fabriek naar de andere om elke denkbare reden, maar ook met het kantoorwerk nemen zij het niet zo nauw. Uit vele kantoren bereikten ons klach ten over het totale gemis aan verant woordelijkheid. dat Jongelui, en vooral meisjes, tonen. Men neemt een betrekking aan. komt op de afgesproken datum het kantoor binnen, blijft een paar dagen of een paar weken en komt dan zomaar niet meer terug. Meestal wordt na zulk een heel kort verblijf het loon van de laatste dagen niet eens meer opge vraagd. Men zegt ook niet op, men „verdwijnt" gewoon. Naast deze excessen kent men het gemakkelijk-ontslag-nemen echter ook. Wij spraken met verschillende meisjes hierover en kregen van allerlei te ho ren. De meisjes gaan uit van de ge dachte, dat zij overal hartelijk welkom zijn, op welk kantoor dan ook. Zij zijn nog zo jong. dat zij geen andere tijd hebben gekend en denken, dat het zo Redenen om „vmn kantoor te ver anderen"? „Zo saai, met twee meis jes en een chef". „Zulke vervelende melden." „Ze wilden me twee uur per week laten overwerken". „Ik moet soms na kantoortijd (betaalde!) telefoondienst doen, een of twee uren" „Je zit daar zo vervelend aan de achterkant van het gebouw" „Ik heb al drie keer gevraagd, of ik bij het raam mocht zitten". „Ze zeggen dat het zc een scheepvaartkantoor", gen. dat je dai Daar gaat cfe belasting I Critiek op rijstproject in Suriname Om nu te zeggen, dat de vaste com missie voor overzeese rijksdelen uit de Tweede Kamer enthousiast Is voor het werk van de Stichting voor de ontwik keling van machinale landbouw ln Suri name, gaat beslist te ver. Wat Is name lijk het geval? Het ziet er naar uit, dat van de gelden, voor het door de Stichting uit te voeren rijstproject be stemd. ongeveer tweederde, dat Is veer tig milllocn gulden, als verloren kan worden beschouwd. En dit ts nog een optimistische raming. Het ligt voor de hand. dat de com missie daarom niet zo enthousiast is voor het wetsontwerp van minister Kernkamp, waarin hij om nog meer geld vraagt, zo blijkt ook uit het voorlopig verslag. Men is van mening, dat de organlsntor van het project rijstbouw op grote schaal - op dirigistische wijze te werk Is ge gaan. De plannen, om Nederlandse boe ren ln het Surinaamse werk te betrekken, plannen, die ln goede aarde vielen bij vele boeren ln ons land. zijn niet ver wezenlijkt, zodat de teleurgestelde boe ren maar naar elders zijn geëmigreerd. Er zijn nog andere vragen: Hoe zijn de afzetmogelijkheden voor de rijst? Kan het ambtelijk karakter van de leiding der stichting niet worden gecorrigeerd door het aantrekken van particulieren? Zijn er kansen voor blijvende vestiging van Nederlandse boeren? Minister Kernkamp moet ook nog het verwijt horen, dat het geduld tot het nemen van proeven heeft ontbroken. Het grote project is zonder meer ter hand genomen. En hot plan zal geen verbetering brengen In de achterlijke methoden van de kleine landbouw in Suriname. Het project Is. aldus het voor lopig verslag, veel meer een uiting van dadendrang van plannenmakers, over wegend voor rekening en risico van de Nederlands» belastingbetalers. de zaak i ■ekrljct". Er zijn meer voorbeelden van_ onge fundeerd verloop bij de bedrijven. Eerst natuurlijk een zekere massa-beïnvloe ding. Gaat iemand weg om zijn pre mie te kunnen opvragen, dan zijn er gauw anderen, die dat nadoen. Zegt een ander op „omdat je net zo goed eens kunt veranderen", dan sleept hij gemakkelijk een aantal collega' Dan is er J- -- jaarverslag gekregen eb oordeelt, dat er „veel te grote winsten" worden gemaakt. Dit wordt snel „onrecht" genoemd, en een aantal arbeiders verdwijnen. Er komt een onderneming werven, er is sprake van meer loon. Het is niet zo erg of men het vak niet kent. even meelopen en men is van onge schoolde „geoefende" geworden. Niet zelden laat een vakman dan zijn werk ln de steek om wat meer te gaan ver dienen. Ook dan rekent hij niet met mogelijke ommekeer in de huidige welvarende toestand. Deze en andere mededelingen werden ons gedaan door werkgevers, die te leurgesteld hun vaklieden het bedrijf zien verlaten, en vervallen. Over het geheel genomen zijn deze verwijten aanvaardbaar, maar men kan hiertegenover stellen, dat ook de werk gevers op hun beurt niet aarzelen, om werknemers, die om een van deze re-, denen ontslag namen, ln eigen bedrijf te accepteren. Alweer: leder blijkt toch zichzelf het naast te zijn! Merkwaardig is wel, dat op de be krachtiging van ontslag, te verstrekken via de arbeidsbureaux, thans een ge heel ander accent ligt dan voorheen. Was het eerder de werknemer, die trachtte uit alle macht het ontslag te gen te houden, nu dienen de kwesties juist andersom en zijn het gewoonlijk de werkgevers, die pogen een afwij zend antwoord los te krijgen. Zulke argumenten doorslag. Zelden hoort werk niét bevalt of dat er ernstige moeilijkheden zijn. Och, deze meisjes menen het niet zo slecht. Ze kennen geen strijd om een betrekking. Ze zijn verwend, ze kunnen eisen stellen. Men heeft ze immers te hard nodig? Meestal zijn dit meisjes uit gezinnen, ..aarin de ouders de kinderen veel te veel vrijlaten, of meisjes, die al heel jong op een kamer wonen en dus niet teer onder ouderlijke controle staan. Toch doet men bij sommige ouders ook ongedachte ervaringen op. Zo zei i vader:..Och laat ze maar eens hier daar rondkijken, daar leert ze van". Een andere vader: ..Ze zal het op een keer heus wel vinden, laat ze maar zelfstandigheid opdoen". En een moeder: „Wij hebben wel afgeleerd, er van te zeggen, ze weet het altijd beter en ik heb liever rust in huis. Als ze maar voor zichzelf kan zorgen, is het mij goed." Ook hier de vraag: waar blijft de verantwoordelijkheid"? MET VEEL ZORG ataat een jonge atucadoor een kamerplafond te witten- Hij heeft het eerst keurig aangebracht en legt er nu de laatste hand in. En is hij ermee klaar, dan mag hij het waarschijnlijk zelf of een ider doet het wel weer netjes helemaal afbikken. Zo gaat het ook met dat halfsteens-binnemnuurtje. dat een paar meter rder vakkundig wordt gemetseld en met dat heldere hadkanier-inte- eurtje, dat glanst van de tegeltjes. Als de vloer er in ligt en de werk- eester het geheel heeft gekeurd, kan de sloperij beginnen. Zo gaat het in de Rijkswerkplaats in de Spaanse Polder onder Rotter- im en zo gaat het in nog vele andere van deze „opleidingsscholen In de Rijkswerkplaatsen, waar men wordt geschoold voor de bouw vakken of de metaalnijverheid, is weinig of niets blijvend, ook al heeft de igazijnmeester tal van werkstukjes onder zijn hoede om die te bewaren tot straks, bij het examen, alles opnieuw gekeurd zal worden. De leiding Natuurlijk gaat het niet op, bij het spreken over verantwoordelijkheid al leen de werknemer onder de loupe te nemen. Niet alleen hij is schuldig aa: verloop ln de bedrijven en kantoren. Komt het voor, dat het „klimaat" in de werkplaats of op het kantoor niet goed is, dan kan dit evenzeer voor re kening van de leiding komen. Een der euvelen is hier: beloven en niet doen. Zelfs en misschien juist, ln kleine din gen. Een werknemer (ster) beklaagt zich. Chef of directie zeggen: „Er zal verandering in komen" en de kwes tie komt nooit meer ter sprake. Andere, dikwijls voorkomende fouten: het al te voorkomend zijn tegenover nieuwe, moeilijk verworven krachten, het onvoldoende regelen van promotie het niet kunnen nakomen van beloften in lokkende advertenties. Al deze dingen scheppen verbittering en bederven de arbeidssfeer. Met een vriendelijk „goe- denmorgen" of een joviaal gebaar is dat niet meer weg te nemen. Hierdoor verzwakt de leiding zelf de onderneming. Deze dingen werden ons weer door werknemers verteld. Zij zien in deze gebreken een tekort aan verantwoorde lijkheid bij de werkgevers. Al duidelijker wordt het. dat de verhouding „baas en knecht" niet meer bestaat, dat men als mens tegenover mens staat, misschien tengevolge van het huidige tijdsbeeld, maar toch ook in feite Woorden van saamhorigheid en ge meenschappelijke verantwoordelijk heid zijn leeg en onbetekenend. De tijd is rijp, om nu in deze tot daden te komen, opdat er straks, wanneer de toestand weer eens mocht verande ren, althans iets gewonnen is, dat dan van waarde blijkt te zijn. ?t is een merkwaardige fabriek, zulk werkplaats. Er wordt ijverig en vol inspanning gewerkt aan draaibanken, in de smederij, de lasserij en andere me taalbewerkingsafdelingen. in de bouw n en buiten. maar voorlopig leidt deze productie tot niets, al wor- er wel eens werkstukken die zich laten slopen, zoals bijv. granieten fonteinbakken. verkocht. wezen geld opbrengen doet deze gemengde fabriek zeker niet, maar dat ~ok niet de bedoeling, t gaat er om. arbeidsgeschbkte man- te scholen, te herscholen of om te scholen en hen als bruikbare krachten 'het productieproces te brengen. De rijksverkplaatsen werden op pa- er voorbereid in de oorlogstijd en von den dus hun „wieg" in Londen. Zij wa ren oorspronkelijk bedoeld om mannen, die uit het arbeidsproces waren geraakt ofwel jongelui, die door de oorlogsom standigheden geen vak hadden geleerd. vangen. TOEKOMSTBELANG GAAT VOOR BIJ ARBEIDERSTEKORT t minister Suurhoff die voorstaat, komt heus niet alleen uit de mond van leken, die. ziende naar het werknemers tekort, zeggen: „Waarom laten ze dan zoveel gezinnen emigreren? Dat kost de overheid handen vol geld gezin neemt goede arbeidskrachten mee." )oli van-andere zijde wordt bezwaar gemaakt tegen het lenen van subsidie aan emigrerenden 1 de volgende argumenten: De bouwvakken ïrdedlgt zijn beleid In deze Stopzetting van subsidie aan bouwvakarbeiders wordt be- Hk P'e" ln verband met de woningnood. Maar, zegt de minister, dit zou kannen betekenen, dat de emigratiestroom terug- ebt met 20 of 25.000 personen per Jaar en dan zoudei ,v,.„ wij nog 10.000 woningen méér per Jaar nodig hebben, inister Suurhoff Daarom is de minister ervan overtuigd, dat de 31 millioen welke voor 1956 weer ter beschikking van d< emigratie-crganisaties wordt gesteld, een waardevolle bij egt zich nog steeds rondom dragc zal vormen voor oplossing van het toenemend structuurprobleem waarmee ons land in de toekomst zal hebben te worstelen: dat van een snelgroeiende bevolking in een land met zeer beperkte oppervlakte en weinig hulp- Ons geboorte-overschi de 150.000 per jaar. mede door het dalende sterftecijfer en de langere levensduur. Moest men voor de oorlog de ge middelde te bereiken ouderdom op ruim 66 jaar stellen, thans is deze gestegen tot 72 Jaar. Met 329 inwoners per km2 is Nederland thans het dichtst bevolkte land ter wereld geworden en alleen al hierom zou het tegenhouden van emigratie volkomen onjuist zijn. Door de eeuwen heen. zegt de minister verder, zijn Ne derlanders uitgezwermd in de wereld en ons land dankt daaraan een stuk van zyn huidige positie en mogelijk heden. Het zou kortzichtig zijn, onze kijk op dit probleem te laten verduisteren door de tegenwoordige moeilijkhe den op dc areidsmarkt. welke hoogstwaarschijnlijk van voorbijgaande aard zijn. De cijfers tonen tuur toch al remmend werkt op de en wanneer de regering dit proces nog zou stimuleren door het inhouden van subsidies, zou de mogelijkheid bestaan, dat de ontvangende landen niet bereid zijn, uit sluitend die categorieën arbeiders op te nemen, welke fratiesaido wij „wel misbaar" achten. Zon de emigratiestroom mi lolkingsaam opdrogen, dan zou dat ook desastreuze gevolgen hebben louding t.w tegen 50 000 per jaar tussen 1951 i Het zou dus geen juist beleid zijn, te verstoren. Niet zoveel Tegenover de «migratiecijfers moet men de Immigratie cijfers stellen en deze zijn vooral opgelopen door de repa triëring uit Indonesië. In 1954 stonden tegenover 61.000 dat de gunstige conjunc- emigraties 42.000 immigraties, alszo een overschot igratlegenelgdheld vertrekkenden van 19.000. Gemeten met de groei der be- 'olking is dit heus niet veel. In de jan - latei nigratle jevolgei bereldei vrienden en familieleden, die 1950—1954 werd een gemiddeld netto-emi- 20.156 per jaar bereikt. De gemiddelde be bedroeg toen 131.740 per jaar Uit de ver te cijfers (en medegerekend de grot» jeugd groep in ons volk) mag dus worden opgemaakt, dat er voor ..uitholling der volkskracht doar ©migratie" vooralsnog geen rreee behoeft te bestaan. Er wordt gesmeed en getimmerd, geverfd en gelast, maar...., Snelle groei Besloten werd toen. het aantal en de ^.rootte van deze werkplaatsen te doen afhangen van de behoefte, maar deze behoefte bleek zo groot te zijn, dat in j ir tijds 34 werkplaatsen, over het gehele land verpreid, werden opgericht. Nog zijn er plannen voor meer en daar bij komen dan eerst Hoogeveen en Ter- >uzen aan de beurt. Dc eerste werkplaats werd in Eind- >ven geopend en berntwoordde volko en aan het gestelde doel. Maar lang- imerhand kwamen de mannen via an dere kanalen binnen. Toeti de militai ren uit Indonesië begonnen af te zwaai en, bleken de rijks werkplaatsen ook voor hen een uitkomst te zijn en nu treft men er, tussen mannen uit de industri eel niet-ontwikkelde streken van ons land ook vele gerepatrieerde Nederlan- Thans is het doel: scholing tot leniging van het werknemers tekort. In totaal kunnen de rijkswerk- plaatsen nu 3500 mannen tegelijk scholen en de Rotterdamse werk plaats is, met 300 leerlingen, wel een van de grootste. Men schoolt hier a.s. arbeiders van 1835 jaar, hoewel er ook wel ouderen tussendoor lopen, bijv. gerepatrieerden, of landarbeiders die omgeschoold worden De duur van de opleiding varieert uiteraard en bedraagt van 5 maanden tot één a anderhalf jaar. In feite heeft men hier individuele scholing, wa; cijfers worden gebaseerd op tempo de arbeider en kwaliteit van het pro- In de Rijkswerk plaatsen gonst het van ijver Het onderricht wordt degelijk i werkt en van belang is daarbij ook het „droogzwemmen", om het eens popu lair uit te drukken. Dit is de bewegings leer, welke bij de beroepen past. Een uur achter elkaar, in groepen van zes, leren de cursisten bepaalde bewegingen goed uitvoeren, z bijv. de armzwaai bij het inslaan van spi,l:ers. bij het han teren van stenen of troffel enz. Oefenin gen, die niet alleen goed ri de smaak vallen, maar ook uiterst nuttig zijn bij snelle scholing. Heeft met het tenslotte gebracht tot de norm „geoefende kracht met basis voor vakmanschap", dan krijgt men, vier we ken voor het beëindigen van de cursus, bericht daarvan. Bemiddelaars bezoe- Ook nazorg Men denke niet, dat de bemoeienis van de werkplaat» ten einde 1», wanneer de cursist heengaat. Uit de werkplaats kan men in 13 verschillende speciale beroepen zich practisch verder bekwa men in de bedrijven. Daarna kan men examen doen en daarom houdt de werk plaats regelmatig voeling met de be drijven. waar de cursisten nu werkzaam zijn als gewoon werknemer. Hebben zij er enkele praktijkjaren op zitten, dan kunnen zij, weer met be middeling van de werkplaats, examen doen voor vakman, doch zrij worden hier toe slechts uitgenodigd en nooit gedwon- Er vormen zJch ook verengingen van oud-cursisten, die bijv. maandelijkse filmvoorstellingen op technlsch-cultureel gebied organiseren. De ovenhrad *"et als groot voordeel van de werkplaatsen mede. dat een geschoolde in een bedrijf tevens werk gelegenheid opent voor twee ongeschool den. Lever dus één cursist af. en help drie mensen, segt zij daarom. Het is een genoegen eens rond te kijken in zo'n werkplaats, waar het gonst van ijver en waar men van alles ziet maken en bouwen. Vooral de opleiding bouwvakken is spectaculair, want hiér zet een cursist ramen in, daar wordt een gebogen trap afgewerkt, ginds zwaait de witkwast en hier de schilderskwasten toch komt er nooit een woninkje uit te voor schijn. Jammer. Zed romen graag verbonden. Men krijgt hier een normale opleiding, welke vóór heeft op die in de bedrijven, dat er niet op één punt vlug wordt geschoold, maar dat men een al gemene basisopleiding krijgt. De cursisten komen via de arbeidsbureaux. Slaan zy daar als werkloos ingeschreven, dan wordt er met hen gepraat en daarna volgt hoe kan het anders! de test. Volgt men de cursus, dan betaalt het ryk loondervingsver goeding en prestatietoeslag, plus reiskostenvergoeding van en naar de woonplaats. Moet men, om de werkplaats te kunnen bezoeken (er worden normal*» werktijden gemaakt) langer dan 12 uur per dag van huis 'ijn da» worden er pensionkosten betaald bovendien. Tweede Kamer komt op voor haar budgetrecht (Van onze parlementsredactle) Wanneer het voor de ministers moge lijk wordt, tekorten op een post van hu begroting te dekken door eventuele over schotten van een andere post uit de zelfde afdeling van die begroting de in het gedrang verkerende post te schrijven, dan /uilen de Staten-Gene- raal voor moeilijkheden komen te bij de uitoefening van het bun in de Grondwet toegekende budgetrecht, het bij de wet vaststellen van 's lands uit gaven. In het voorlopig verslag van de Twee de Kamer op het wetsontwerp, dat de overschrijvingsmogelljkheden in boven genoemde voege vergroot, staat dan ook te leren, dat zeer vele parlementariërs vooralsnog een afwijzend standpunt ten opzichte van het wetsvoorstel aannc- Het is Immers nodig, dal de Staten- Generaal ook over dc details van de be groting hun oordeel kunnen geven. Voorts worden soms in één begrotings afdeling uilgaven betreffende zeer utt- eenlopende onderwerpen bijeengevoegd. Wanneer men daarbij voegt, dat van de thans vereiste procedure het Indie nen van een suppletoir» begroting zo'n preventieve werking uitgaat, dat de regering als het ware gedwongen wordt, de verleiding om grote financiële uitga ven te doen te weerstaan, dan lijkt het Energie bij gemeenten wordt gedood Bols ward protesteert tegen „bevoogding van gemeenten" De gemeenteraad van Bolmvard heeft geprotesteerd tegen de wat hij noemt „bevoogding van gemeenten" door de re gering. Bij de behandeling van d© gemeente begroting ie h©t traditie, dai de vijf frac tievoorzitters algemene beschouwingen houden. Deze algemene beschouwingen zijn nu achterwege gebleven. Nu de gemeenten een sluitende begro ting moeten hxHenen, desnoods door het zich opleggen van beperkingen bij kapi taalsuitgaven, bestaat de kans dat »l!e energie btj de gemeenten wordt gedood. De ockaae <üe door d© ministers van binnenlandss zaken en financiën Is opge steld, doet een verstarring optreden In de financiële verhouding tuasen het rijk en de gemeenten en re nvt een normals ontwikkeling van het gemeentelijk le- than» bestaande stelsel, volgens vele Tweed" Kamerleden, wel h»t aangewe zen middel om ervoor te zorgen, dat gel den. voor een bepaalde overheldataak

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1955 | | pagina 7