Tu/intig dagen op een TANKER vprookjeó van ^C.^.c&ncleróen Tekeningen: BOERGE PRAMVIG 21. „Dat u toch een vreselijk gezeur met die mensen!" zei de kamerpoes tot de keukenpoes. „Nu is het weer mis tus sen Babebte en Rudy." „Daar houd ik niet van." zei de keukenpoes. „Ik ook niet." zei de kamerpoes. Babettes ring had Rudy verloren, en juist door dat verlies had Babette hem terug gewonnen. Hij kwam weer in de molen; het begon met een kus en het eindigde daarmee. Zijn grote fout was geweest, dat hij aan Babette's trouw had kunnen twij felen. Ze zouden nu spoedig gaan trouwen Maar niet in het huis van de molenaar zou de bruiloft gevierd worden; Peettan te wilde, dat de bruiloft bij haar *zou wor den gevierd, en de huwelijksvoltrekking zou plaats vinden in de mooie, kleine kerk in Montreux. En zo is het gebeurd. Rudy en Ba-bette waren een knnp paar en zij leefden ge lukkig vele jaren. Q,zv\ gouden óchat 1. De vrouw van de tamboer was naar de kerk geweest. En zij haastte zich om thuis te komen. Want daar wachtte Peter, haar jonge zoon. waarop zij en haar man erg trots waren. Ze nam het kindje in haar armen en zei: „Mijn gouden schat, mijn rijkdom en zonneschijn!" En als haar man haar zo bezig zag, sloeg hij van blijdschap een roffel op de trommel. Peter was een jongen vol levenslust. Hij had een mooie stem en kon prachttg zingen. Hij had rood haar en daar plaag den de straatjongens hem wel eens mee. Maar Peter, hoe klein hij ook was, was van hen helemaal niet bang. De dichtst bijzijnde jongen gaf hij een stomp in zijn buik. Daarvan hadden de anderen niet terug en maakten dat ze weg kwamen. 2. De stadsmuzikant was heel voornaam. Maar hij mocht Peter graag. Hij gaf hem een viool en leerde hem spelen; de jon gen had er aanleg voor. hij zou meer worden dan tamboer, hij zou stadsmuzi kant worden. ..Soldaat wil ik worden!" zei Peter, want hij was oog maar een heel klein kerel tje en dacht, dat het "t verrukkelijkste ter wereld was een uniform en een sabel te dragen. „Je moet leren gehoorzamen aan het trommelvel! Trommelom. kom, kom!' zong de trommel. Peter groeide op tot een flinke jongen en hij deed niets liever dan soldaatje spelen. En toen kwam er echt oorlog. De soldaten moesten naar de grenzen. Peter ging mee. En zijn vader zag in gedachten zijn zoon al als een beroemd soldaat uit de oorlog terugkeren. De stadsmuzikant vond 't jammer, dat Peter de stad had verlaten. Hij had be ter bij de muziek thuis kunnen blijven. 2. „Roodkop!" zeiden de soldaten en Peter lachte. Het was een flinke jongen, hij had een opgewekt humeur en dat is de beste veldfles, zeiden de oude kame raden. In weer en wind. doornat tot op zijn huid. moest hij onder de open hemel heel wat nachten buiten hagen, maar ■ijn goede humeur behield hg. de trom melstokken sloegen: ..Trommelom! Alle man op!" Heus, hij was een geboren tamboer. Men raakte slaags; de zon was nog niet op. maar het was morgen, de lucht was koud, de strijd heet. De kogels on granaten vlogen naar »Ue kanton, maar voorwaarts ging het. De kleine tamboer keek met een heel vergenoegd gezicht naar de regimenU- hond, die voor hem uit sprong, echt blij, alsof alles maar een grap was. Maar Peters moeder zat heel bedroefd thuis Als haar jongen maar niet gewond werd. Zou se hem wol levend terugzien? Wekelijkse bijlage Zaterdag i November 195S Neder'andse iankvloot neemt eervolle plaats in VJ rends in de stage regelmaat, waar mee de tankers hun reizen maken. Zij zijn hechte en betrouwbare scha kels in de wereldomvattende aard olieindustrie. Op de olievelden van Abqaiq aan de Perzische Golf, doen de boorto rens hup werk. Daarna stroomt de op gepompte aardolie over een afstand van zeventienhonderd kilometer dwars door de woestijnen en geberg ten naar Sidon, aan de kust van de Middellandse Zee. Tankers zorgen dan voor het ver voer naar de Westelijke comsumptie- gebieden. Deze imponerende pijplei ding voorziet tientallen tankers van alle nationaliteiten van vracht en be spaart de schepen een enorme om weg door het Suezkanaal naar het winningsgebied aan de Perzische Golf. In de toekomst zal dit aardolie transport per pijpleiding mogelijk zelfs continenten verbinden, maar zo- "Itl ET de regelmaat van een busdienst vaart een schip heen en weer tussen een raffinaderij in Rotterdam-Pernis en de rede van Sidon, een kleine, Oosterse havenstad aan de voet van het Libanongebergte. Het is de tanker Caltex Pernis. Prompt drie weken na de uitvaart meert het vaartuig weer in de Petroleumhaven, met zestienduizend ton aardolie klotsend in de. ruimen. Slangen worden aangekoppeld, pompen in werking gesteld en nauwelijks twintig uur later vaart de tanker opnieuw dezelfde, met rode inkt op de zeekaarten uitgezette route. lang die toekomstdro men niet verwezenlijkt zynzorgt de wereld- tankvloot (bijna drie duizend schepen en een gezamenlijke tonnage van dertig millioen) voor dit uitermate be langrijke vervoer. DE Nederlandse tank- vloot neemt een eer volle negende plaats in op de ranglüst en heeft een laadvermogen van meer dan een millioen ton. In 1953 verscheep ten onze tankers een behoorlijke portie van de fabelachtige hoeveel heid aardolie (350 mil lioen ton), die toen in tankcompartimenten over alle zeeën en oce anen werd vervoerd. Dank zy deze be trouwbare diensten kun nen oliestelletjes en noodlampjes branden, verheffen vliegtuigen zich in de lucht, snort het verkeer over de wegen, brommen trac tors hobbelend over de akkers en wordt kortom zo ongelofelijk veel ac tiviteit teweeggebracht, dat heel onze bescha ving in chaos en ver wildering ten onder zou gaan als er geen tan kers meer op de wereld zeeën gesignaleerd wer den. De toepassing van aardolie is zo veelomvattend, omdat ook de petro-chemische industrie steeds meer grondstoffen aan deze vloeistof onttrekt. Aardolie wordt ook, om maar enke le voorbeelden te noemen, gebruikt voor dc lippenstift van een bakvis en het plastic lepeltje in uw jampot. De verwerking van het ruwe pro duct wordt een steeds belangrijker factor in ons economische leven. In 1952 werd in onze raffinaderijen ze- Als de tanker ontballast en dus geheel leeg is, verheft de boeg van het schip zich bijna geheel uit de golven. De Caltex Pernis ligt voor de kust van Libanon, gereed om de zestien mil lioen liter aardolie aan boord te nemen. ven millioen ton aardolie verwerkt, voor een klein deel opgepompt uit eigen bodem en de waarde der uit gevoerde producten was in datzelfde jaar rond 600 millioen gulden. Ons land is na Engeland en Frankrijk de derde Europese exporteur van aard olieproducten. De tankers met de rode ster op hun schoorsteen geven wel 't sprekende voorbeeld van de feilloze regelmaat in deze industrie. In vergelijking met moderne tankschepen, waaronder ko lossen zijn van zo'n 45.000 ton, Is de „Pernis" een eenvoudig vaartuig. Het werd tijdons de oorlog in serie gebouwd op een Amerikaanse werf en heeft dus niet het uitgebreide com fort, dat de nieuwste tankers ken merkt. Men herkent het tankschip di rect aan de min of meer traditionele vormen. Om het brandgevaar te beperken is de machine in het achterschip gebouwd, het „kasteel" met de brug bevindt zich ongeveer midscheeps en tussen beide verhogingen strekt zich het dek uit als een ijzeren vallei. Beurtvaart tussen Sidon en Pernis DE opvarenden komen gehaast en jachtig aan boord terug. Twintig uur is een streng limiet, voor iemand, die in drie weken vrouw en kinderen niet heeft gezien, maar de onverbid delijke wetten van de tankvaart ge dogen geen langer intermezzoDe bemanning heeft een vreemd bestaan, onder de ban van regelmaat en tem po. tussen een eindstation met geu rende citroenbomen en besneeuwde berghellingen en het vertrekpunt bij de stalen wildernis van een olieraf finaderij in het mistige vaderland. Stipt als beurtvaarders varen de Caltex Pernis en haar vijf zustersche pen hun pendeldiensten, zonder dat eon vreemde havenstad of een tro pisch landschap enige afwisseling brengen. Niemand zet ooit een voet aan wal in de Libanon, met uitzondering van de gezagvoerder Wiebren Reinouds van Haga. En zelfs hij moet zich nog het vuur uit de sloffen lopen om zijn zaken te kunnen afhandelen. Eerste stuurman Friedrichts heeft al minstens veertig reizen gemaakt naar Sidon, maar de bonte gemeen schap van dit havenstadje bleef hem volslagen vreemd. Soms staat hij uit te kijken naar het land, maar zijn werk staat hem niet toe het schip te verlatenHet laden van aard olie is zo geperfectionneerd, dat in vijf, zes uur alle compartimenten tot de rand toe zijn gevuld. ZOLANG het drieweekse verlof geen onderbreking brengt, zijn de op varenden van deze tankers maanden lang op zichzelf en het schip aange wezen. De koers kan men wel dro men en zelfs de liefelijke kusten van Spanje en Portugal en het diepblauwe water van de Middellandse Zee met de prachtigste kleurschakeringen, ver liezen na twintig reizen een groot deel van hun bekoring. Soms doen zich aan boord dan ook verschijnselen van „tankeritis" voor, welk woord een vage aanduiding is voor alle gevolgen van sleur en ver veling. Ontspanning is het beste voor behoedmiddel tegen deze kwaal en dit wordt dan ook in een extra dosis toe gediend. Sinds kort worden op de Cal- tex-tankers complete speelfilms ver toond, maar zelfs dit is niet bij mach te om het tijdschema in de war te brengenI Er is overigens ook iets fascine- "3-ler\ót De herfst is tceer gekomen en tussen de bomen liggen de blaren op hopen bijeen. Herfst, de avond van 't jaar kwam weer met de eerste regenvlagen en de eerste koude dagen En de zonnige zomer Mies Vreugdenhil. Na een dag, waarop iedere matroos heeft meegeholpen om het dek te verven, komen somt zware rollers overspoelen, die de tanker weer van zijn nieuwe jasje beroven. OVERAL verspreid staan de tank- hoofden, die gelijkenis vertonen met grote kookpotten. Zij bekronen de vele door langs- en dwarsschottcn ge scheiden compartimenten. Overal slingeren zich de buizen, er zijn hon derden afsluiters en het hart van dit uitgebreide systeem Ls de pompka- mer, een diepe schacht waarin het olieverkeer wordt geregeld. Boven de stalen wildernis van het dek loopt over heel het schip een smalle lucht brug, die kattenloop wordt genoemd en nog begaanbaar is als zware stort zeeën tussen de tankhoofden uiteen slaan. Nadat op de rede van Sidon het ballastwater is uitgepompt, wordt het schip snel geladen. De aardolie, die al een reis van 1700 km door de „tapline" achter de rug heeft, is op geslagen in enorme tanks op de hel ling van het gebergte. Door het hoogteverschil stroomt de olie met grote kracht in een onder zeese leiding, die ongeveer twee km uit de kust via een rubberslang, die door sleepboten wordt opgevist, aan (Vervolg op pag. 2).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1955 | | pagina 15