<3-tei geheim van de boóhut
onze jeuqó-p&qin&f=
Vertelling van
MeeuwvanRotterdam
onze BRievenBus
SS
B
D
D
E
E
F
F
G
H
H
I
I
1
6
ZONDAGSBLAD 29 OCTOBER 1955
(Vervolg v*n vorige week.)
Opeens bemerkt hij ook. dat de
soldaat in deze kleren nog meer ge
vaar loopt.
Eén ding kan hij nog doen. Vader
moet gewaarschuwd worden, zo
vlug mogelijk. Hij zal wel weten, wat
er verder gebeuren moet.
Terzij van het bospad zal hij haas
tig naar huis lopen.
Zacht pratend, probeert hij zija
plan duidelijk te maken.
De soldaat knikt glimlachend. Hij
legt zijn hand op Freeks schouder
en zegt met een vreemde warme
stem: „Jij een dappere kerel. Ik zal
wachten."
Dan kruipt Freek op z'n knieën
naar buiten en blijft even luisterend
staan. Alles is donker en stil.
Voorzichtig gaat hij de struiken
door en spoedig heeft hij het bekende
pad bereikt. Terzijde daarvan gaat
hij haastig op weg naar huis. In de
duisternis van de hut blijft een een
zaam soldaat achter.
Stil!... Klonk daar opnieuw gerucht?
Hij blijft staan, doodstil met inge
houden adem. Niets beweegt er. 't Ia
zeker de angst, die hem telkens aan
vreemde geluiden doet denken. Ach
ter hem is het ook nog rustig.
Verder dan maar, nog sneller, vóór
dat het gevaar groter wordt.
Opeens!... Aan de kant van da
weg flitst plotseling het licht van een
zaklantaarn. Het schijnt hem midden
in het gezicht.
Hij wil zich laten vallen, maar op
eens weet hij, dat dit niets meer hel
pen zal. Hij wil schreeuwen, weg
rennen het pad over naar huis. maar
de felle schrik heeft hem als ver
lamd doen stilstaan.
„Vader," kreunt hij zacht.
Dan klinkt er een stem: „Zo kerel
tje. ben jij 'et? Wat moet jij hier zo
alleen op het bospad?" Meteen heeft
hij de stem herkend, 't Is Gijs. de
lange Gijs uit het dorp. die gluiper.
Gelukkig,... geen Duitser dus.
„Nou, spreek op. Wat moet je
hier?" Gijs is overeind gekomen en
gaat nu wijdbeens vóór hem staan
Nu opletten, denkt Freek.
„Niks," antwoordt hij stug. *k
ben naar het vliegtuig geweest."
„Helemaal alleen? Jij durft zeg!"
Gijs knippert nog eens met de lan
taarn om te laten zien hoe gewichtig
het wel staat.
„Mispunt," denkt Freek.
Dan klinkt het plagend: „Wat liet
ik je lekker schrikken hé? Zorg maar,
dat je thuis komt. Daarginds komen
de moffen. Straks nemen ze je mee!"
Freek klemt zyn tanden op elkaar.
„Gemene kerel," mompelt hij zacht.
„Maar je hebt toch lekker niks ge
merkt."
Snel gaat hij verder. Achter hem
schijnen weer de koplampen van de
legerwagen. Ze hebben natuurlijk
niets gevonden. O. als ze het eens
wisten.
De auto komt snel dichterbij.
Op een kleine afstand van het pad
verbergt hij zich vlug in een droge
greppel. Hier zal niemand hem vin
den.
Een ogenblik later rijdt de auto
hem hobbelend voorbij. Gelukkig, nu
is het grootste gevaar geweken.
Even wacht hij tot de wagen in de
kromming van het pad is verdwe
nen, dan is alles weer veilig. Hij kan
weer verder gaan.
Ginds tegen de donkere hemel ziet
hij reeds het dak van hun boerderij.
Niet ver van huis is vader hem
tegemoet gekomen. Na het vreemde
geluid van het neergeschoten vlieg
tuig dreef een stille onrust hem naar
het bospad.
In blijde schrik had Freek zijn va
der ontdekt.
„Gelukkig jongen, ben je daar?
Moeder en ik maakten ons al onge
rust. Wat is er daarginds gebeurd?"
Ze keken achterom, waar nog steeds
het gevaar dreigde en Freek begon
zijn verhaal te vertellen.
Vader luisterde gespannen. „Jon
gen toch," zei hij telkens. En Freek
vertelde van de donkere, veilige hut,
van lange Gijs, het brandende vlieg
tuig en van de vreemde soldaat, die
«enzaam zat weggescholen in de duis
ternis van de hut.
Nu vader alles weet, is alle angst
opeens verdwenen. Hij haalt het ge
heime briefje tevoorschijnhet
briefje van meneer Verdonk.
Vader hurkt neer om dan op een
beschut plekje, bij het zwakke licht
van een zaklantaarn het antwoord te
lezen. Hij stopt het daarna vlug in
zijn broekzak en zegt: „Nu gaan we
dezelfde weg, waarlangs jij gekomen
bent weer terug. Wij tweeën zullen
proberen die eenzame soldaat veilig
bij ons thuis te brengen en hem te
HWel een beetje
moeilijk, hè, die
puzzle van de vorige
week! Maar ja, dan
hebben de groteren
ook eens iets, waar
ze lekker op kun
nen „kluiven". Som
migen hebben ten
minste al gevraagd,
of ik nog eens
zo'n .Jijne moeilijke
puzzle" wil plaatsen.
Nou, dat gebeurt
nog wel eens, hoor.
Ik zal eerst de
oplossing maar eens
zeggen: het eerste
mannetje speelde piano, het tweede
cello (gitaar heb ik ook goed ge
rekendhet derde bas, het vierde
viool, het vijfde blokfluit, het zesde
accordeon, het zevende xylophoon en
de achtste trompet. Sommigen schre
ven voor nr. 7: drummer, maar dat
is niet juist, omdat een drummer
altijd zit, tenminste, dat hoort hij te
doen.
De prijzen heb ik toegekend aan:
Hans van 3emmel (hoofdprijs) en
Harrie van Klaveren, Margriet en
verstoppen in een hoekje van de
schuur. Wijs jij me de weg maar
Je durft toch wel hé?"
„Natuurlijk vader," antwoordt hij
flink.
„Goed opletten hoor!"
Daar gaan ze,... een grote, sterke
vader met z'n kleine dappere zoon.
Ze luisteren scherp alle twee. Er
loert immers zoveel gevaar en mis
schien kan Gijs hier nog wel in de
buurt zitten.
Soms fluisteren ze iets tegen el
kaar, soms ook staan ze even stil.
Dan weer gaan ze haastig en zwij
gend verder.
Hiskientje Muys, en Ingrid Koch.
Apart wil ik nog even vermelden de
keurige oplossing van Hans en Teun
Hoogerwerf. Jullie hebt dan wel geen
prijs, maar de tekening was heel
mooi, hoor!
Wil, Greet en Hanneke Faber hebben
met vader en moeder een heerlijke wan
deling gemaakt en ze hebben naar ,de
haven in Scheveningen gekeken! Wat
een leuke foto, Henny Clancy, wat een
grappige vlechtjes heb jij! Je had
het haast goed. Jaspert Nieuwland, op
die drummer na. Je moet maar eens
schrijven hoe oud je nichtje is. hoe ze
heet en waar ze woont, Willie Koomans
van den Dries. Hoe is het met Lenie en
Kees, zijn jullie nog niet ziek gewor
den? Willie (geen achternaam in de
brief) vertelt me dat ze drie broertjes
heeft en in November jarig wordt.
Dat is zeker ook wel leuk, met de bus
naar school. Flora Vuyk. Nou, jij
hebt het zeker druk, Wim Koole, je bent
een flinke vent! Je schrijft keurig
met je nieuwe vulpen. Hans de Snoo.
Een fijn boek is dat, hè Marry v. d.
Kaaden, dat verhaal van Willem Wij-
cherts. Vond je het een leuke puzzle,
Wim Ameling? Fijn dat de prijs naar
je zin was, Liesbeth Resoort. Jij
zorgt al echt goed voor de kleine Arie,
hè Rina Oudijn? Was moeders ver
jaardag prettig. Cock van der Schoor?
Paula van Alphen is een knikkerzak
aan het haken en Kees vertelt, dat hij
het zo fijn vindt bij Oma. omdat je
daar van alles krijgt. Speelt jouw
vader op de grote trom, Jopic Hordijk?
Je werd zeker wel een beetje nat.
'U»UtU«U«l It 1»L Jt 1*1 It Tl
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
A
A
B
C
C
G
J
J
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
Wat zou dat nu wel te betekenen hebben, al die ruitjes? Ik zal het je
zeggen: het is een uithangbord. Er moeten letters op komen te staan, dan kan
iedereen zien, wie er in deze winkel woont. Hoe je het doen moet? Heel
eenvoudig: je maakt de hokjes zwart, die in het lijstje hieronder staan
aangegeven. Dus C2 doe je zó: je zoekt de C op, je zoekt het cijfer 2 op
en het hokje waar die twee samen komen maak je zwart. Zo werk je het
hele lijstje af. Denk er om, dat de oplossing vóór Dinsdag in mijn bezit moet
zijn en vergeet VOORAL, niet om naam en adres IN de brief te zetten.
C 2
D 2
E 2
G 2
C 16
D 16
E 16
F 16
G 16
C 4
E 4
F—4
G4
C—16
D 18
E 18
G 18
C 9
E 8
C—i
F 8
t-o
0
1 «J K.
G 8
G 6
G—17
C 20
B 6
E 3
D ZO
1 12
C 21
E 20
1 13
C 12
F 20
D 12
G 20
c 10
E 12
C 3
D 10
F 12
C 6
E 10
G 12
D 6
F 10
G 3
E 6
G 10
E 9
F 6
G 9
G 13
C l 7
C 14
D 14
E 14
F 14
G 14
H 14
1 14
C 13
E 17
Boven hen wordt het geluid van de
ronkende motoren minder.
Zonder tegenslag bereiken 70 de
hut. Freek gaat voorop.
Dan klinkt het antwoord: „Hallol
Alles goed?"
„Ja."
Meteen komt de soldaat vanuit zijn
donkere schuilplaats tevoorschijn en
als hij vader heeft ontdekt, drukt hij
hem de hand. Zijn stem klinkt
vriendelijk. Hij is ook zo dankbaar,
dat iemand hier in dit vreemde land
hem helpen wil.
„Komt u maar mee," zegt vader.
„We zullen u thuis verbergen."
Alles gaat weer snel en voorzich
tig. Het blijft gelukkig stil om hen
heen. Stel je voor, dat nu de Duitsera
komen.
Onder hun voeten kraken weer de
takken. Doorlopen maar en vooral
goed opletten.
Boven hen, tegen de donkere b»»-
mel schitteren de vele sterren.
Eindelijk bereiken ze de boerderij,
die hen stil en donker ligt op 10
wachten. Vreemd en geheimzinnig »s
nu alles.
Vóór ze het erf opgaan, speuren ze
even scherp om zich heen. Gelukkig
er is geen gevaar.
„Kom maar", zegt vader zacht.
„Eerst hierheen." Ze volgen.
De keukendeur staat op een kier
tje. Dat heeft moeder gedaan, die nog
steeds met onrust op hen wacht.
Als ze het schuifelen van voetstap
pen heeft gehoord, doet ze de kamer
deur wat open. „Wie is daar?"
In de duistere keuken geeft vader
het antwoord. „Wees maar gerust
moeder, wij zijn 'et."
(Volgende week verder).
Eefjc Resoort. toen je dat snoepje met
je mond uit dat bord water moest vis
sen Ja, ik kryg meestal erg veel
brieven met oplossingen, Lodewyk Schut.
Wat heb jij een hoog cijfer voor Aard
rijkskunde! Natuurlijk mag tante wel
helpen, als je het zelf niet helemaal
kunt vinden, Gerrit van Houwelingen.
Van Sneeuwklokje en Roosje kreeg
ik een heel mooie tekening. Oefenen jul
lie al druk met de voordrachten? Ik
ben haast nooit op kantoor, J.J Kraaij-
veld. Willie van Elk schrijft: Als
mijn kleine zusje stout is gaat ze zo
hard huilen! Thea Smallenburg vindt
het erg prettig op school, vertelt ze.
Arie van Houwelingen heeft bieten ge
rooid en bietenlof ingekuild, en Tonia
vertelt dat er een hen is doodgegaan.
Gerard Grootendorst heeft een ring-
slangetje gevonden. Hebben Gert. Nelly
en Hans het ook gezien? Hier is nog
al iemand die zoveel van Aardrijkskun
de houdt, het is Lia Sleutelaar. Teu-
nie van Breugel schrijft: nu heb ik al
8 keer in de krant gestaan en nog
steeds geen prijs, 't Komt wel, Teunie.
De vader van Maaike en Willem
Baars is bakker en ze helpen vader
wel eens met brood wegbrengen. Is
het mooi verlicht bij jullie. Corrie
Meyers? Bij Lenie Visser thuis neb
ben ze twee jonge poesjes gekregen,
leuk is dat. zeg. Tonnie Kroon is ook
al blij met de prijs. Dat is ïeuk.
Hennie v. d. Berg, dat je kartonnen
centen kunt verdienen bij juf op school.
Jij bent al een hele tijd in Blaricum,
Jannie van de Hil. Heb je fijn ge
speeld met je vriendinnetje, Truusje
MacLean? Kun jij al goed accordeon
spelen, Evelyntje Mnnting? Ik hoop
dat je nu geen pijn meer hebt in je
keeltje. Connie v. d. Heide. Jouw teke-
aing vond ik keurig, NelUe! Is moe
der nu al weer beter, Cobie Kientz?
Dus jullie zijn al aan het oefenen
/oor het Kerstfeest, Thea Geleynse.
Wat heb jij al veel postzegels. Paula
Donkers. En wat kun jij mooi schrij
ven, Nellie! Mien van der Lee heeft
ïen nieuw nichtje gekregen. Frits
Vlasblom heeft ook goed zijn best ge
daan. Wat leuk. Ada Rosenbrand,
dat jullie een snoepje van de schoolarts
kregen' Ik dacht eerst dat Dorrle
en Loekie van Driel meisjes zijn. maar
het zijn jongens. Paula Breukel heeft
op haar verjaardag heel veel cadeaux
gekregen. Dikkie en Ria van der
Heijden hebben de mannetjes met de
zwarte pakken niet kunnen thuisbren
gen, geeft niet hoor, volgende keer be
ter! Wat een leuke tekening heb ik
van je gekregen, Kees van de Velde!
Ik luister ook heel vaak naar de re
portages over het bezoek van de Konin-
ging, Sijtko Zonneveld. Netty Meijer
schrijft haar brief op heel leuk poslpa-
per, van Sneeuwwitje. Hoe heb je je
hondje genoemd. Han Verduyn en wat
voor soort is het? Ben je al weer
beter, Carla Nieborg? Heb je gezien
welke fouten in je oplossing stonden,
Nellie Reijm? Je moet je vriendinne
tje ook maar eens laten winnen met de
knikkerpot, Loes Mulder, dat vindt ze
vast wel leuk. Heb jij ook een lief
vriendinnetje, Mieke?
Hier zijn de nieuwelingen: Peter van
Duijvenbode, Marijke Salomons, Rien
Solleveld, Guusje Zoeteman, Anneke
Knip. Marjan Voorbij, Kees Kok, Harte
lijk welkom!
Dag allemaal, tot de volgende week.