SM O Ouderwets Hollandse Zond air nog te handhaven? Lepelaar het komt al 16 jaar Zwanenwater in tmmm Vereveningsheffing wordt afgeschaft PARADE DER TINNEN SOLDAATJES 5 WOENSDAG 31 AUGUSTUS 1955 HOE BRENGEN WIJ DE ZONDAG DOOR I Cl Er is b'ïna geen gezin meer of men zit met grote moeilijkheden (door ds H. J. Spier, Geref. pred. te Rijswijk (Z.H.) T~\E KWESTIES ROND de Zondag dragen zo'n verwarrend karakter, dat hier van een labyrint van vragen gesproken kan worden. Waar zijn wij met onze Zondag aan toe? Is de ouderwets-Hollandse Zondag nog te handhaven, wanneer wij denken aan reizende militairen, aan automaten van winkeliers, aan va tiegangers in het buitenland, en zo meer? Ieder gezin kent z'n moeilijkheden, bijv. met de jongelui die graag 's Zondags voetballen, e.d. Minder bekend is echter, dat er gezien de Bijbelse gegevens - dit punt ook grote theologische moeilijkheden zijn Men kan zich zelfs afvragen, of de Bijbel ons op dit punt in de steek laat Waar loopt de juiste weg, tussen Farizeïsme, Sabbathisme, Puritanisme en Liberalisme door? Men moet enige aarzeling overwinnen en een dosis moed verzamelen, 01 te gaan op de vraag iets te schrijven over de Zondag, met z'n nog altijd telige kwesties. Toch wil ik er het op wagert, in het besef, dat onkunde bevorderlijk is de oppervlakkigheid, waarmede velen hun Zondag laten bederven. Of wilt u het anders: voor velen» is het geen vraag meer, wat zij op Zon dag mogen doen, hoe zij deze grote dag zullen vieren zij doen maar! Wan neer na een serie trieste regendagen de zon op die dag luisterrijk straalt, nemen zij het besluit: „Vandaag naar het strand' Nu eens een keer niet naar de kerk Deze Zondag zal gevierd worden als de dag v i de z De beslissing ls gevallen, de daad komt erbij Enzichzelf rekenschap geven is er niet bij. Kunt u dat overigens nog vra gen van een Christenmens die bek-af is. nadat hij zes lange dagen in z'n zaak- die zenuwen T» neemjTü HET ZENUWST VERWEKKEND. gezwoegd heeft en pas klaar was toen 's Zaterdagavonds de klok over twaalven Wie zal hem zijn verademing niet gun- Alleen. de schreeuwende ongelijkheid valt toch op, wanneer u weet, dat deze man zich wel voortdurend afvraagt, of hij in zaken de meest efficiënte lijn volgt, maar zich niet afvraagt, of hij de Zondag op de juiste wijze viert, zodat het Chris telijk efficiënt ls. Uiteenlopende meningen Hoe sterk de meningen onder Christe nen, die zich wèl rekenschap gaven va: de Zondagsviering, uiteenlopen, komt o frappante wijze uit bij dr H. B. Vissei de vroegere Geref. predikant van Bun schoten-Spakenburg, die de overgang maakte tot de R.K. Kerk. In zijn proef schrift over de Sabbath verdedigde hij destijds, naar eigen zeggen, het streng Voetiaanse standpunt. En nu heeft hij, blijkens de verdediging van zi gang in het boek „Geef Rekenschap", pag. 277, zich van z'n eigen proefschrift ge- distancieerd" en Is hij overgestapt op het R.K. standpunt Inzake de Zondag, waar, naast 't bijwonen van de mis op de dag des Heren, volop ruimte gegeven wordt v ontspanning en vermaak, voor sport bioscoopbezoek en zelfs voor het Carna val. Wanneer hij zegt, dat er niet zoveel schil is tussen het Gereformeerde en Rooms Katholieke standpunt, omdat bij beide het kerkbezoek voorop staat lijkt mij dit toch moeilijk te handhav tius. die vroeger vurig door dr Visser verdedigd werd, wilde voor de Zondag niet weten van verkoop van aan bederf onderhevige etenswaren, ook niet enige soorten van „plezieren", en zélfs niet van vuur aansteken om etenswaren te bereiden. Volgens hem moest de Zon dag doorgebracht worden eerst in de beide kerkdiensten en daarna in het denken en bespreken van de preken, met het zingen van geestelijke liederen het houden van geestelijke oefeningen, zodat alle wereldse zaken uit het gezichts veld verwijderd bleven. Hoe geheel anders is echter de Rooms Katholieke Zondagsviering! Het feit mag niet over het hoofd ge zien worden, dat van de Reformatoren zowel Luther als Calvijn een „ruim' standpunt t.a.v. de Zondag hebben inge nomen. Zij verdedigden beiden de opvat ting. dat de Joodse Sabbath Christelijke Kerk. de Nieuw-Testamenti- sche gemeente, is afgeschaft. Calvijn gaat zelfs zover, dat hij zegt niet te 'willen hangen aan één dag op zeven. „Immers lk zal de Kerken niet veroordelen, die andere dagen bestemd willen houden voor haar samenkomsten, mits zij zich slechts onthouden geloof," aldus Calvijn. de Zondag, die gelijk gesteld wordt de Sabbath, een verbodsdag maakt. De ene „politieverordening" na de dere wordt samengebracht in een s teem van verboden. Kinderen mogen dan op die dag r buiten spelen. Stel u voor! Ook de step en de flets, de motor auto en vooral de bal moeten van Zondagsr ;enietei Doodstraf op vissen op Zondag Lijnrecht hiertegenln gaat de opvat ting van de Puriteinen ook door Voe- tius verdedigd dat alle Oud-Testa- mentlsche bepalingen van de Sabbath ook voor ons gelden. Vandaar dat men, onder Puriteinse invloed, eens in Schotland een wet heeft uitgevaardigd, dat iemand die op de Zondag buiten zat te vissen, gedood moest worden. Met een geringer vonnis kon men foor zo'n Sabbathschender niet toe Nauw hieraan verwant is het Farizeese standpunt, dat zich in allerlei splinterige vragen verloor en er een kwestie van maakte cf een ei, dat door een kip op de Sabbath gelegd was, wel mocht worden op gegeten. Werd men daardoor niet mede schuldig aan Sabbathscnennis? Dit Farizeese standpunt treffen wij van daag nog aan in kringen ,waar men van Spelletjes li vrolijkheid, d: gevaarlijk. Christen kan geen tramconducteur, chauffeur, geen spoorwegbeambte zjjn, die immers op Zondag dienst oen. Een militair moet maar in ■rplaats blijven, wanneer hU op Zondag Vierkant hier tegenover staat het libe ralistische standpunt, dat eigenlijk alles wel goed vindt, wat er op de Zondag gebeurt. Men moet wat gunnen! Ieder zijn vrijheid! Ieder zijn plezier! Wanneer uw buurman In de kerk >n goedkppe trein naar het buitenland gaat en die trein toevallig alleen op Zon dag loopt, moet hij dat weten. Het vol gend jaar doet u misschien precies het zelfde. Op liberalistisch standpunt staandt st men de vrijheid voor zichzelf op, de Zondag precies zo in te richten als zelf verkiest. Naar eigen genoegen! Het is immers uw dag vrijaf! Verwarring vergroot door Sabbathisme De verwarring, die door bovengenoem- tegenstrijdige standpunten kan ont staan, wordt nog vergroot door de pro paganda van de zgn. Sabbathisten. Met >me de Zevende-Degs-Adventisten drij ;n vandaag nog actief zending om hui ïvangelle" aan de man te brengen. De grote zonde van het Christendom is volgens hen, dat het Gods Wet heeft willen veranderen. De Here spreekt in Zijn Wet imm< an de zevende dag als rustdag. De Kerk I heeft daar de eerste dag van de week van gemaakt. Dit ls niets minder dan de zon deval van de Kerk. Daardoor worden Gods oordelen over de wereld aangetrok- Het kan niet ontkend worden, dat de Zevende-Dags-Adventisten zich hierbij op de letter van het vierde gebod beroepen kunnen. Ook andere Bijbelplaatsen schij nen sterk in hun voordeel te pleiten. In het vervolg zullen wij nader op hun argumentatie moeten ingaan. Teksten om van te schrikken Voor een eenvoudig Christen, die al tijd gedacht heeft, dat wij. precies als de Joden vroeger, de Sabbath hebben, met dit verschil, dat voor ons de zevende dag veranderd is in de eerste dag als de dag van Jezus' opstanding, staan er ln de H. Schrift teksten om van te schrik ken. Zo lees lk in Rom. 14 vs 5: „Deze (immers) stelt den eenen dag boven den anderen, gene stelt ze alle ge lijk. Ieder zij voor zijn eigen besef ten volle overtuigd". Eerlijk gezegd heb ik mij destijds bij het lezen van deze plaats de ogen uit gewreven. Nu kan men met sommige exegeten menen, dat het hierbij alleen Hoe brengen wij de Zondag door? Hoe moeten wij de Zondag door brengen? Moeten wij de ouderwetse manier handhaven Is de Zondag een soort Christelijke Sabbath? Of is voor de Christen de Sabbath ra dicaal afgeschaft? Deze en derge lijke vragen beantwoordt ds H. J. Spier, Geref predikant te Rijswijk (Z.-H.) in een viertal artikelen in ons blad. Hierbij het eerste artikel, waarin de verschillende opvattin- pen over een juiste Zondagsviering aan een vergelijkend onderzoek worden onderworpen. gaat om Joodse vastendagen en het dus alleen een kwestie was van onderscheid dagen betreffende eten en drinken (Greijdanus). Maar anderen laten dit wel degelijk op de Joodse Sabbath slaan, die dus niet behoeft te vieren en prof. dr J. L. Koole denkt hierbij aan de Zon dag, die door Paulus niet als de Sab bath in het Oude Testament verplich tend werd gesteld. „Er zijn geen bijzon der heilige dagen meer, iedere dag zij heilig en geen enkele dag onheilig" (Li turgie en ambt in de Apostolische Kerk, pag. 19). In ieder geval heeft Paulus ln Gal. 4 s. 10 en in Col. 2 vs. 16 geageerd tegen Christenen, die de Joodse feestdagen en Sabbathen nog waarnai leest i ellicht tevergeefs mmers als een verwijt: inden, vaste tijden en dat ik mij heb". ingespai En heel onomwonden zegt Paulus: „Laat dan niemand u blijven oorde lenop het stuk van een nieuwe maand of Sabbath, dingen die slechts een scha duw zijn van hetgeen komen moest ter wijl de werkelijkheid van Christus is." (Coll. 2 vs 16. 17). het bovenstaande gelezen heeft op zich in heeft laten werken, krijgt \v licht de gedachte, dat wij in een doolhof geraakt zijn, waar wij nooit uitkomen. lijkt zelft, of de Bijbel ons op dit punt in de steek laat. In ieder geval maakt de H. Schrift het as niet gemakkelijk. In de volgende artikelen willen wij nagaan, hoe wij uit het labyrint van gen kunnen komen, en daarbij eerst het standpunt van de Sabbathisten onde Toch is het zo DOKTERS EN 431) Hel bezwaar van een beperkte regelruimte, is zeker het feit, dat on gewild een neiging tot generaliseren ontstaat, uitsluitend cn alleen omdat de beperkte plaatsruimte het niet mogelijk maakt een bepaald facet vanuit zoveel mogelgk gezichtspunten te belichten. Desondanks moeten we ons voor gene ralisatie hoeden, en daarom beginnen we mei uitdrukkelijk voorop te stellen dat de artsen tijdens grote epidemieën in vroeger tijden bg herhaling blijk hebben gegeven van grote moed en ontroerende zelfop BESMETTING tgdens de regering van de Engelse koning Karei 11 in héél Londen slechts één vertegenwoordiger van de regering te vinden was. Trouwens, ook de mees- te doktoren hadden hun eigen adviea opgevolgd en het hazenpad gekozen, waardoor de publieke opinie zirh tegen hen keerde, ten gunste van de apothe kers die tenminste op hun post geble- De eerlijkheid gebiedt hier aan toe te voegen dat de arts in vroeger tijden eigenlijk weinig tegen een epidemie kon uitrichten. De offering. v.n eet. heldhaftigheid en mensenliefde die lot de edelste momen ten van het leven behoren. Maar er zijn ook hoogst zonderlinge Indien we althans het verlenen van hulp san de lijden de mens. tot de voornaamste taak van de arts rekenen. schijnsel dat in wSm m-'~ V 4NT/.pfsrcosruu*i J vroeger gebruikte amuletten. bezwe ringen. toverformu le» en wonder geneesmiddelen hadden hun on- werkzaamhrid be wezen en in de léde en 17de eeuw was men tot de ge dachte gaan over hellen dat een ziek te als de pest door verontreiniging van de lurht en uitwase ming van de lijders kon worden over- doktoren herhaaldelijk de vlucht namen bij het naderen van een epidemir, toch Tot deze vluchtenden behoorde o.a. de grote geneesheer Galenns. die ijlings zjjn biezen pakte toen in de 2de eeuw n. Chr. zich een epidemie in Rome verspreidde. Hg werd echter door de len ten i^'dienT van het "leger stellen. De rollen waren echter nok wel eens verdeeld, want In later tijden, toen de reisgelegenheden wat gemakkelijker waren geworden, gaven de doktoren de gezonden hjj herhaling de raad zo snel mogelijk naar een ver afgelegen streek te trekken en niet te vroeg terug te keren. Dergelijke adviezen konden uiteraard alléén worden opgevolgd door degenen die de middelen daartoe be zaten. En zo kon het voorkomen dat de besmetting te vrijwaren was de eerste eis voor vele doktoren en daar om kleedden zij zirh in een leren pak met dito handschoenen en droegen zij een masker mei brilleglazen, terwijl op de plaats waar zich de neus bevindt, brarht. waarin specerijen werden ver brand om do lurht die zjj inademden van besmetting te zuiveren. Aldus toe getakeld, leken de artsen méér op aan geklede vogels, dan op dienaren der mensheid die de lijders in hun moei lijkste ogenblikken kwamen bijstaan. Dit biedt een mooie gelegenheid om Daarover een volgende keer. (Nadruk verboden). Ter compensatie van de ouderdomsverzekering (Van onze parlementsredactie) Wanneer de onlangs voorgestelde ouder- domsvrrrekering In werking treedt, sal het overheidsbudget worden ontlast va de kosten van dr Noodwet Ouderdom) voorziening. Deze kosten rijn voor d jaar op f 297 milliocn geraamd, een b< drag, dat even hoog is. als de opbrengst van de vereveningsheffing voor dit Jaar. Het zou voor de regering derhalve geen offer betekenen, wanneer zij de vereve ningsheffing afschafte. Omdat de premie voor de ouderdomsverzekering hoogst waarschijnlijk niet betaald kan worden zonder dat de lonen omhoog gaan. heeft de regering als compenserende maat regel voor de werkgevers de Tweed# Kamer thans voorgesteld, tot afschaffing van de vereveningsbelasting over te gaan Deze maatregel zou gelijktijdig met d# algemene ouderdomsverzekering moeten ingaan. Zij zal bewerken, dat. mede ln het belang van de concurrentiepositie van ins land. het kostprijsverhogend effect an de ouderdomsverzekering in belang- ijke mate wordt beperkt. Voorgesteld wordt voorU. de premie Wijziging vleesprijzen in winkel merkbaar? (Van onze parlementsredactie) Het socialistische Tweede Kamerlid, de heer H. Peschar, heeft aan de ministers Zijlstra en Mansholt een overzicht g< vraagd van het prijsverloop van rund en varkensvlees over 1954 en het thi voorbije deel van 1955, af boerderij, bij d< groothandel en in de winkel. De heer Peschar vraagt vervolgens of deze gegevens voldoende grondslag bieden voor een uitspraak, of wijzigingen in vleesprijs af bedrijf (boerderij) al dan niet bevredigend hebben doorgewerkt ln groot handels- en winkelprijzen. Mocht dit mogelijk zijn, dan wenst het Kamerlid e een uitspraak van de ministers DUIZENDEN VOGELS IN ONGEREPTE NATUUR Zestig km vliegen om een hap eten "yoetje Lang zal het niet meer duren of ook deze lepelaar zal meedoen aan de „grote trek". (.Van een onzer verslaggevers) Castrlcum, Aug. voetje slopen we naar hem toe. De eeuwen-oude en ongerepte jodem wiegde zachtjes onder onze ;en als een groot matras van schulr ter. De langbenige Platalea Icuco cheen niets te bemerken. Totdat we ren wlr-war van struiken, stronke lekeis moesten. In de brandnetel; dan wil een mens wel eens Iets zeggen, lepelaar toch niet verstaat, minste, dat dachten we. Maar h(J hoorde het wel. Geen wonder eigenlijk, want we ten (of beter gezegd: we hingen) op g geen meter voor zUn nest. En uitge rekend op dit adembenemende moment, toen ons fototoestel „klik" zei, deed die Platalea leucorodia „klak", zijn Zondagse naam ten spijt, en hadden we de volgen de minuten druk werk om met doek en water de broekspijp schoon te boenen. Wij waren deze week een dag in he'. zeldzaam mooie natuurreservaat, dat be kend staat als N.V. Maatschappij Het Zwanenwater, dicht bij Castrlcum zo tus sen Alkmaar en Den Helder. Dit parti culiere bezit beslaat 586 ha ongeschonden natuur in de duinen. „De bergen" zegt de heer J. Honschooten, die het reservaat voor de maatschappij beheert en er jachtopziener-rentmeester is. Al 36 jaar. Wie denkt, dat zovele Jaren ln een zaamheid fnuikend moeten zijn voor een mens, kom*, bedrogen uit wanneer hij kijkt en luistert naar deze jachtop- „Houden Jullie die grote stad maar! Hier, op „mijn" grond, hier kan een mens pas leven". En dan komen de verhalen los, die vertellen van zijn gro te liefde voor de natuur, en voor de vo gels die in „zijn" gebied bescherming vinden. Wonc/ermooie wereld Met zo'n man naast ons, krijgen toe een dubbel stel open. Een wondermooie wereld gaat nu voor ons open. Kijk, daar liggen eieren van een zilvermeeuw. En daar weer een paar. Enroetssss, daar schieten jonge fazanten voor de banden Leeftijdsverschil We stapten op het eiland, waar de r 7000 paren lepelaars hun Jongen ver gen. Ze hebben veel voor hun kroost over. Op de Wadden, op ruim 30 km af stand van hun nest, halen zij het voer. Dat is dus 60 km vliegen voor een hap Het lepelaarsvrouwtje legt één tot vier eieren. Mees'.al het laatste aantal t begint meteen op het eerste el te broe den. Heel grappig ls het, dat mer (Van onze speciale verslaggever) DE WERELD telt volgens recente schatting acht-en- twintighonderd verzamelaars van historische tinnen figuurtjes. Eén van die acht-en-twintig-hon- derd verwoede verzamelaars, een 30-jarige Straats burger, heeft dan verder vastgesteld, dat er 140.000 vormen van tinnen figuren zouden zijn. zijn 6-Jarig zoontje meege nomen. Toen het zoontje al lang uitgekeken wat, was pa nog intens geboeid. Hij zag een diorama van de grote zaal van Haarlems Raadhuis, met daarachter de tuin van het Jacobijnen klooster, waar (n historisch volmaakt I „Wij zouden deze merk waardige feiten zeker niet achterhaald hebben, als er niet dezer dagen in Amster dam ten doop was gehouden de Nederlandse Stichting ter Bevordering van de Toepas sing van Cultuurhistorische Tinnen Figuren, van welke stichting de hoofdstedelijke perschef mr P. J. Mijksenaar, zelf ook hartstochtelijk col- lectlonneur. het voorzitter schap heeft aanvaard. Eerste activiteit van deze jongste loot aan de Neder landse verenigingsstam ls geweest te onderzoeken, hoe veel verzamelaars Nederland telt. Dat onderzoek was in goede handen van de soclo- graaf drs J. Diederich. Hij ontdekte ln ons land zeven- reertig beoefenaars van deze specifieke hobby, en meende daarmee alle ver zamelaars geregistreerd te hebben, toen Ton Koot, de bekende slotvoogd van het Muiderslot plotseling als 48ste te voorschijn trad. Prins Maurits e zich herinnert, dat Prins Maurits volgens de geschiedschrijvers gewend met tinnen soldaatjes zijn veldslagen voor te berei den. en voorts weet. dat de hoofdzakelijk Duitse en Zweedse industrie van deze figuurtjes (van voet tot ogen 30 mm hoog) duizend solda ten-figuurtjes tegen één burger-figuurtje op de markt brengt, zal het niet verbazen, dat onder de namen van de Nederlandse verzamelaars die van generaal H. J. Kruis en generaal P. L. C. Door man voorkomen. De laatste boogt op een collectie van zestienduizend historisch verantwoorde „tin negieters" Moge uit deze feiten al blijken, dat dit toch geen kinderspel meer is, dr W. J. Wieringa, wiskunde-leraar aan een Haarlems Lyceum. het feit >rde firn figurt weergeven, hoe Jacoba van Beieren in 1428 haar rechten overdroeg aan haar neef Philips van Bourgondië. Maar er was ook het schouwspel tian een Atheense Markt In de grijze oudheid, en het beeld van een overval van Franse, Munsterse en Keulse troepen bv Abcoude uit 1672. En uit dit alles kon die collega begrijpen, wat alle verzamelaars van tinnen fi guurtjes reeds lang begrepen hebben. n.L dat deze hobby typische ontspanning voor intellectuele geesten nog iets anders inhoudt dan ver zamelen alleen. De vreugde tot het kleine die met deze figuren in klasseverband de fraaiste historische diorama's weet te scheppen, maar aanvankelijk door zijn collega's om zijn hobby voor een zonderling was gehouden, weet hoe snel van inzicht wordt veranderd, als gezien wordt hoe inten sief met deze figuurtjes kan worden „gespeeld". Zo kwam na herhaald aandringen een collega naar zijn Jiobby kfjken. Voor alle zeker heid had die collega "\/TEN doet er Iets mee. En dat iets begint, nadat men links en rechts de blanke tinnetjes gekocht of gekregen heeft Dat blanke tin moet beschilderd worden. Men moet studeren en zoe ken tot men de historisch juiste kleurencombinatie» heeft gevonden. Een firma stelde ten behoeve van deze collectionneurs een kleuren- lijst samen van honderd-en- elf tinten Sommig» verza melaars hebben er meester stukjes van schilderkunst geleverd. Uniek mag stellig genoemd worden de collectie Bourgondische vorsten over mr A. Telders uit Rot terdam beschikt Hij liet deze figuurtjes fabelachtig nauwkeurig be schilderen door de vermaar de Parijse kunstenaar Dou- chekine. Ziet men deze kunststuk jes, men begrijpt dat hier een tijdsbesteding gevonden is, die de verzamelaars vol ledig uit hun dagelijks doen kan halen. En men be grijpt ook, waarom naast dr Wieringa en kolonei Hartman, directeur van het Legermuseum te Leiden, prof. dr F. van Thlenen, hoogleraar in de kunstge schiedenis aan de Academie voor Beeldende Kunsten te Amsterdam .deel wilde uit maken van het curatorium van deze Jonge stichting met haar acht-en-veertig begun stigers. Het aanlal mogelijkheden van deze hobby is nauwelijks te schatten. De jonge Neder landse Stichting heeft dat aantal met één vergroot door thans in Neurenberg de eerste twee tinfiguren van de beroemde Muiderkrlng te laten gieten: één figuurtje van P. C. Hrfoft en één van Maria Tesselschade. Te zij- voor de ouderdomsverzekering in ds cobrdin a lie tabellen van de loonbelasting te verdisconteren. Het ligt in de bedoe ling, tabellen samen te stellen, waaruit bij een bepaald loon zowel de verschul digde loonbelasting als de voor de ouder domsverzekering verschuldigde premie zal zijn af te lezen. Weldra wetsontwerp tot vervanging Woningwet (Via c In het naj; toegezegde de Woningwet tegemoet zien. zo heeft minister Witte meegedeeld. Het overleg mbtgenoten over de ontwerpen Is onlangs voltooid. Aangezien het echter nog geruime tijd zal duren, voordat het wetsontwerp op de ruimtelijke ordening tot wet ts verheven in werking zal kunnen treden, is het. ten einde lacunes te voorkomen, gewenst, de werkingsduur van de voorlopige rege ling in zake het Nationale Plan en de streekplannen tot 1 Januari 1958 te ver lengen. Minister Witte heeft een voorstel hiertoe bij de Tweede Kamer ingediend. parlementsredactie) kan de Tweede Kamer de tsontwerpen tot vervanging Eieren van een zilvermeeuw, vlak langs het pad. Aroren, die op 38.-300 N—28° W. en dus een aardig stuk van honk liggen. Het Zwanenwater bezit ongeveer een 300 paren. Met gerechtvaardigde trots vertelde de heer Honschooten hoe goed het wel gaat met de vogelstand in dit reservaat, beter dan in de andere kolonies. Zo ie bijv. het aantal lepelaars op Texel 30 tot 40 pet teruggelopen. Ook wulpen treft men in het Zwanenwater In groter aantallen dan elders. Daarbij komen dan nog de vele bergeenden, de fazanten, de circa 2000 paren sterke kolonie van zilver en nog tal van andere ver tegenwoordigers van een rijke fauna. Het is uitermate boelend. te mogen dwalen door dit mooie stukje natuur. Die duizenden vogels van zo heel dichtbij rn observeren. Te genieten van het landschap, van die golvende duinen, iet hun velden van toit-pele duinroosjes. Opmerkelijk de volkomen kale plekken hier en daar, gewezen broea- waar de begroeiing door over- bemesting" verdwijnt om later rijker en weelderiger terug te keren. Maar voor het is, geven die verstuivingen, hoofd zakelijk veroorzaakt door de zilver meeuwen, heel wat extra werk. Neen, gebrek aan werk hebben de heer Honschooten en zijn zoon Geert die na tuurlijk hetzelfde vak koos als zijn va der... zijn grootvader, zijn ooms en zijn broer beslist niet te klagen. Handen vol geld Al dat werk de heer G. Honschoo- n etaat voor dag en dauw op om maar liefst 1300 stuks Jong wild te voederen kos* handen vol geld. En er staat niets tegenover aan profijten. Dat particulieren zoveel uitgeven voor het behoud van natuurschoon is een unicum. Het lijkt welhaast niet meer van onze tijd. Maar de vogels to nen hun dankbaarheid: zij komen ln steeds groter groepen. Daarom alleen al trekt het Zwanenwater bijzonder de aandacht. Dit Jaar ls het bij wijze van proef ook voor de leek mogelijk aan dit reservaat een bezoek te bren gen. Tegen betaling van één gulden »en onvergetelijke dag ln het Zwanen- „Wat zegt u?" vroeg een stadse mijn heer aan de jonre mevrouw Honschoo- n. ..wat zegt u? Een gulden om een paar vanen te zien? Als het nou een kwartje En niemand vond het nodig om hem vertellen dat In he» Zwanenwater geen vanen zwemmen en dal honderd cen- n toch waarlijk niet te veel zijn om te ogen vertoeven In een van die schaarse brokje^ natuur waar de mens nog niets heeft vernield. Lepelaars in rust en in de vlucht gefotografeerd. Z\j hebben hun naam te danken aan de lepelvormige snavel, waarmede zij in ondiep water in moerassig gebied hun voedsel „oplepelen", hoofdzakelijk bestaande uit waterdiertjes (garnalen). De volwatsn lepelaar bereikt een lengte van circa 75 cm. De vogel lijkt wel wat op de veel zeldzamer ooievaar, maar heeft een zwarte snavel en komt niet in sprookjes voor ner tijd zullen deze historische kring volgen Wie weet, dat elk (plat) tlr figuurtje, twee-zijdig gegra veerd wordt 'n lel, alvoreni gegoten te kunnen worden kan zelfs voor die fijnhesne den blanke tinnetje* 'l be wondering hebben. inze auto weg. Ginds gaan tientallen lepelaars klapwiekend het strakblauwe hemelgewelf tegemoet om even later eer schitterend staaltje „zweefvliegen" te de- treren, de poten naar achteren ge en de bekuifde koppen tussen de schouders getrokken. een bocht in hef duinpad staan blauwe reigers. Als deftige oude hei net de handen op de rug wachten op het langstrekken van de optocht Plotseling schenen die statige hoertjes elkaar iets in het oor te moeten fluisteren Toen schrokken ze van een brutale kraai. En weg waren ze. Het oog werd naar een ander beeld ge trokken. Hele formaties wulpen scheer den over. Toen werd het ',ijd om ln het roeibootje te slappen, dat aandoenlijk lekte. Bulten het bootje lag het water roerloos te dromen. Een evenement, *.e kunnen pagaaien over een dulnmeer, dat daar bijna vier eeuwen geleden moet zijn gevormd en dat zich nu nog over een verschil ln „leeftijd" kan zien. Precies als bij de mensen-kinderen, maar dan niet in Jaren, doch ln dagen. Het Zwanenwater Is een voortreffelijk oord voor lepelaars. ZU vormen daar wel de grootste kolonie van Nederland. F.én is er b(j, die de beer Honschooten al voor het zestiende Jaar heeft opgemerkt. Hoe dat mogelijk Is? Wel de vogel heeft wat men In vakkringen noemt, een hangpoot, die dus tijdens de vlucht niet kan worden gestrekt. Als men weet, dat op lepelaars In het buitenland druk wordt geschoten, beseft men temeer, hoe wonderlijk het is, dat dete gehandicapte vogel al voor de zestiende maal na z(jn „vacantle" In Afrika het Zwanenwater weer weet te Verre reizen De blauwe reigers maken ook verre reizen. Een er van kreeg eens een ring om de poot. Binnen drie maanden was er „bericht terug" na een reii naar de j Deze jonge lepelaar liet heel dui delijk merken dat hij iets tegen one had

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1955 | | pagina 5