De kleine man veranderde de grondig in 10 jaar n A ZONDAGSBLAD 16 JULI 1955 ^"niemand wee» waar de „oude rijkdom" gebleven is~^ 't Is h er verrukkelijk wonen, maar uw mentaliteit moet ertegen kunnen Ruim honderd jaar geleden werd de naam Rivlèra in het overi ge deel van Europa een begrip. Het werd een synoniem voor een begena digd stukje natuur, wuivende palmen, helderblauwe reeën en aan de andere i toi bevoorrechte kli maat was in staat om vele, in andere streken als ongeneeslijk beschouwde kwalen te helen. Maar die genezing was een privilege, dat slechts de xeer wcl- gestelden was voorbehouden. Sedert nog geen twintig jaar is dat anders geworden. Men had het kunnen voorspellen. De streek, die zoveel faam had gekregen, moest op een dag ook worden bereikt door zo niet de kleine man, dan toch wel de kleinere man. En het was in 1038, dat voor het eerst het zomerbezoek hoger was dan het winter- bezoek. Dat was een symbool, en se dertdien heeft die figuur zich niet meer gewijzigd zoveel aandelen van het Casino laten kopen, dat hij er de controle over heeft. En bovendien betekent de vrijdom van belasting In het staatje voor iemand met zo'n fabuleus fortuin, zeer veel. Af en toe duikt Faroek er op. Hij ver wekt niet veel opzien, gewend als men hier immers aan beroemdheden is. De Maar niettemin verzinken beide cate gorieën numeriek bij de jongste vorm van plcziermakers: de vacantiegangcr met de kleine beurs uit andere Europe se landen. Deze is het, die ervoor heeft gezorgd, dat de hotels het gehele jaar door openblijven, maar ook, dat de prij zen gedurende de zomermaanden wat hoger zijn dan des winters. Want hij komt bij voorkeur des zomers. Des win ters zijn er de gepensionneerden, de her stel zoekenden en natuurlijk de enkeling, wie het gelukt is, hier een moeilijk be bouwen. De nieuwe va cantiegangcr, de man met de (be trekkelijk) kleine beurs, is het ge weest, die de sedert tientallen jaren bestaande gewoonten en tra dities aan de Azuren Kust in nauwelijks een de cennium omver- Verdwenen zijn nu de hotelhou ders, die hun ho tels sluiten Mei De- Dc oude rijkdom, die in het midden van de vorige eeuw bezit genomen had van de Cóte d'Azur, kwam daar alleen in de wintermaanden. Dan was het weer cr mild cn men ontvluchtte dus de gure kou in het eigen land. Dat kreeg pas omstreeks Mei weer aantrekkingskracht, als de temperatuur langs deze Middel landse Zeekust te hoog werd naar het oordeel van de wintergasten. Bovendien: men mocht eens te bruin worden Zon nebaden was nog niet in de mode en ook zwemmen in de zee werd als een bedenkelijke lichtzinnigheid beschouwd. Toch kwamen langzamerhand ook an deren Zij kwamen in de zomer als om de autochtone bevolking van de streek te laten merken, dat dat tijdperk aan de Rivlèra voor andere Europeanen toch altijd ook nog goed genoeg was. De ommekeer, die reeds twee Jaar voor de oorlog kwam, zette na 1945 door. Want pas na de oorlog kan men met recht van het sociaal toerisme gaan spre ken. Treinen, auto's, bussen. vltegtUlgU) en schepen voerden de vacantiegangers bij duizenden en bij millioenen Immers: als een grote organisatie op reizgebled een volledig verzorgde" reis van twaalf dagen naar Nice voor ƒ223 kan aanbieden, als een bekend jeugd- relaborena m nlwu de Cóte d'Azur doen. Verwacht niet, dat u degenen zult vin den, die de streek vroeger zo beroemd maakten, alleen al door hun aanwezig heid. Zijn zij er niet moer? Vreemd ge noeg: men weet het niet precies. Voor een groot deel is de oude adel ver- armd. maar voor een ander deel be woont zij nog wel grote huizen aan de azuren kust. Men merkt er echter niet veel van: een enkele maal, bij de brui loft van twee telgen uit een vroeger vorstenhuis zeggen zelfs degenen, die al laren hier wonen, verbaasd tegen el kaar. dot ze nooit geweten hadden, dat de prins van X of de graaf van Y. hier nog woonde. Nieuwe rijkdom ER Is echter ook een nieuwe adel r cember. Men had families die twee hotels bezaten: een voor de win termaanden aan de Rivièrn en als het daar 's zomers te warm was ge worden gingen zij naar hun an dere hotel, ergens in de Pyreneeën, waar het 's win ters te koud werd bevonden. Deze families bestaan niet meer, deze combinaties zijn definitief verleden tijd geworden r is landcl{jker Er zijn dus nieu we heersers ge komen daar waar vroeger de mo narchen en de millionnairs het alleen vertoningsrecht hadden. Zo zijn wij cr ook geweest: als éèn van de grote stroom, die de ommekeer veroorzaakte. Grote trekpleister W OG IEDER JAAR neemt het aantal vacantiegangers aan de Rivlèra toe. Geen wonder: wie het na een koude, kille winter moet doen met twee of drie weken vaeantle en daarvoor een ga rantie van goed weer verlangt, komt aan Erankrijks Oostelijke Middellandse Zee kust vrijwel altijd aan zijn trekken. Voor de Nederlander Is er zoals voor vele anderen nog het bijkom stige voordeel, dat HIJ eens helemaal in een andere omgeving Is en zich In do vestibule van de tropen kan wanen. gelijkelijk blauw kan zijn, zoals men het in het Noorden nimmer ziet. de palmen, die in een zoele wina zo driftig kunnen klapperen, de sinaas appel- en bananenbomen, de cypressen en de kleuren, die feller en emotioneler zijn dan hier dat alles draagt tot de aantrekkingskracht van deze streek bij. Geen wonder dus, dat de Cóte d'Azur voor zo velen en voor steeds meerderen een trekpleister is, geen wonder ook. dat wie er eenmaal ge weest is, meestal een volgend jaar weer komt en geen won der tenslotte, dat zovelen. die de streek tijdens hun vacantie hebben leren kennen, plannen beramen om hun residentie naar het zonnige Zuiden te verleggen. Maar dat is nJet gemakke lijk. Men moet, geloven wij, een zekere dosis geluk hebben, een bijzonder grote wilskracht,, veel aanpassingsvermogen en die hoeveelheid bohémiennie. die nodig is, om kleine onge makken hier met een glimlach van de hand te doen, al zou men zich in het goede vaderland er razend over maken. Wat doet ge in Rotterdam of Den Haag, in Leiden of Dordrecht, als er plotseling geen water meer uit de kraan wil komen? Waarschijnlijk controleert ge de kranen, als dat niet helpt, pleegt ge overleg met de buren en als die de zelfde ondervindingen hebt en als u, wordt er driftig opgebeld naar het wa terleidingbedrijf. In de meeste geval len zal men u daar vertellen, dat het een storing is, die men binnen een uur hoopt te hebben verholpen, ofwel dat u de waarschuwing niet hebt gelezen, die u vertelde, dat tussen drie en vier de waterleiding in verband met werkzaam heden zou worden afgesloten, dan wel er komt onmiddellijk een storingsmon teur. En gaat dat allemaal niet zo gauw in z'n werk als ge wel verlangt, dan kan er geklaagd worden bij de direc teur en tenslotte zijn de ingezonden stukken-kolommen van de dag- en week bladen er ook altijd nog. Geen opwinding 1 AAR dan aan de Cóte. Het enige, ge in zo'n geval kunt doen, is u kwaad maken, maar ook dat kunt ge beter laten, want niets is er zeker, be halve de wetenschap, dat opwinding hier niet zal helpen. Het Is mij In Menton overkomen, dat er anderhalve dag geen water was, uitgezonderd dat wat er met moeite uit de (zoals hier gebruikelijk) boven op het dak geplaatste watertanks o 1Mb ii.11 Mijn gastheer en gastvrouw wezen me de volgende dag triomfantelijk op een berichtje in de krant: door een storing bij Monte Carlo was de gehele streek van Roquebrune tot Menton meer dan een dag van water verstoken geweest. Zo'n onverwachte uitleg kan blijkbaar veel goedmaken: niemand had het ver wacht, maar er is toch nog wat geko- Maar opgebeld naar het waterleiding bedrijf was er niet. Men wist trouwens niet eens, waar het was. Telefoneren is hier bovendien een dure zaak. Men kan dit laks noemen, óf een uiting van een De citroenpluk, die in het begin van het jaar plaats vindt, en hier, naar wij ver- tor de fotograaf is aangepast. M; hogere levensfilosofie: het oordeel zal van uw eigen instelling afhangen. Die wilskracht, die wc noemden, is nodig om het hoofd te bieden aan de duurle (voor Hollandse begrippen). Want het leven is hier, voor degene, die er woont, veel duurder dan de vacantiegan- ger wel denkt, of kan welen. De vacantieganger is bereid en meest al in staat, orn wat meer uit te geven, dan hij in het dagelijks leven gewend is. Hij heeft cr tenslotte voor gespaard. Men kan in het sprookjesoord heel goed zijn geld kwijt, maar ook aan de be- huciun van het sociale toerisme wordt in toenemende mate tegemoetgekomen. Wie zich door een betrouwbaar reisbu reau laat adviseren, kan dit dorado zon der al te hoge kosten genieten. Maar degene, die hier woont, zal zich voor uitgaven geplaatst zien, waar de vacantieganger eenvoudig geen weet van heeft. Want wat heeft de toerist te ma ken met de prijzen van vlees, boter, gas, electriciteit, telefoon en zoveel meer? Hij zal, als hij geen „verzorg de i i van zijn reisbureau heeft be- stelu, toch meestal wel in restaurants eten. D^n weet hij (vaak) niet, hoeveel meer vlees kost dan in Holland, dat een kubieke meter gas driemaal zoveel kost als bij ons het gemiddelde, dat electriciteit naar rato is. dat een plaat selijk telefoongesprek twintig cent kost, terwijl wij al boos waren ove: hoging van drie op vier cent, kunt wel doorgaan. r de i dat. 1 thans een nieuwe rljkdoi se reder Onazzls. die i In Monle Carlo woont, beeld van. llij beeft d> het Een begenadigd stukje natuur, wuivende palmen, helderblauwe xeeën en aan de andere kant sprookjesachtige luxe en tomeloze spilzucht Geen huizennood EN dan de huizen. Er bestaat geen huizennood, maar nergens is het mo dijker om - n huis te huren, dan hier. Dat klinkt tegenstrijdig. Maar de oorzaak daarvan is, dat de Franse wet niemand, die een huis bezit en er zelf niet in woont, verplicht om er een of meer mensen in te laten wonen. Zo kan het dus voorkomen, dat langs de gehele Cóte d'Azur vele huizen het grootste ge deelte van het jaar leegstaan. Het een is van een rijke Parijse industrieel, het ander van een reder uit Marseille en het derde van een parfumkoning uit Grasse. Zij hebben wel iemand in dienst, die er op past, dat het huis wederrech telijk in bezit wordt genomen, maar als zij er mensen in zouden laten wonen, zouden zij hun zomer (of winter-) resi dentie kwijt zijn. Een enkele maal slechts verhuurt Iemand zijn huls, of een deel ervan. Maar dan alleen gemeubileerd. Wie zijn huis ongemeubileerd verhuurt, heeft niet veel rechtsmiddelen meer, om de huurders eruit te krijgen en bovendien kan net als in Neder land de huursom dan niet zo hoog zijn. Prijzen van 200 tot 400 gulden per maand voor een niet al te grote wo ning zijn dan ook gewoon en voor de moderne appartementen in de flatge bouwen. zoals die de laatste jaren voor al in Nice veel zijn verrezen, bedragen de prijzen vaak het dubbele. Wie hiervan schrikt, moet bedenken, dat de gemiddelde Franse lonen ook ho ger zijn dan de onze Maar als een Nederlander aan de Cóte wil leven van een salaris, dat hij in Nederland ver dient en uit Nederland krijgt overge maakt, zal hij een harde dobber heb ben om het hoofd boven water te houden. Toch wonen er wel Nederlanders. Waarom z|j deze streek uitkozen, wan neer zij er heengingen en boe zij erin slaagden, willen wij u in een volgend artikel vertellen. HANS SCHMIDT ZONDAGSBLAD 16 JULI 1955 5 Via Liedkunst van Hugo Wolf en Claude Debussy ZES jaar voor zijn tragische dood schreef Hugo Wolf zijn laatste lie deren, In Maart 1897 (in September van dat jaar werd hij krankzinnig) maakte hij muziek bij drie verzen van Michelangelo, die uit het Italiaans vertaald waren door Robert Walter- Tornow. De tragische ondertoon van de verzen van de grote beeldhouwer, pas te volkomen in de sfeer van Wolfs laatste levensjaren. Wolf zag geen uit zicht meer, wist zich nog slechts staan de te houden door de herinnering en nam met deze liederen als het wace afscheid van het leven. ,,Wohl denk' ich oft an mein ver- gang'nes Leben" (Vaak denk ik nog aan mijn voorbije leven) zong Hugo Wolf met Michelangelo en beiden waren zich ook bewust van de waarheid van het tweede lied Alles endet, was ent- stehet" (Alles wat ontstaat verdwijnt weer). En het derde vers is een liefdes lied en het is wel heel merkwaardig, dat Wolf in dit zeer subjectieve vers pas aan het eind van zijn leven tot het uitspreken van een verlangen komt: het verlangen naar de vrouw. Deze drie liederen van Hugo Wolf zijn niet de meest bekende, maar misschien wel de meest aangrijpende liederen, die hij ooit schreef. Hugo Wolf geeft hier niet het beeld van een ander in zijn meeste liederen laat hij talrijke figuren de revue passeren maar een zelf portret. De Duitse bariton Heinz Rehfuss maakte van deze liederen een opname voor DECCA (langspeelplaat LW 5162). Deze zanger beschikt niet alleen over subliem materiaal (welk een prachtig timbre cn welk een unieke stemplaat- sing), maar weei zuik een artistiek- expressieve vertolking te bereiken, dat deze plaat onvoorwaardelijk een hoogte punt genoemd kan worden in de op namen van liederen. Ook de piano begeleiding van Hans Willi Haeusslein is volmaakt ingesteld op de sfeer der liederen. Aan de andere plaatzijde zingt Heinz Rehfuss vijf andere en meer be kende liederen van Hugo Wolf. nl. de Eichendorff-liederen ,,Der Frcund", ..Der Musikant" en „Verfchwiegene Liebe" en de Mörike-liederen ..Gesang Wevlas" en ..Storchenbotschaft". Welk een geheel andere sfeer hebben deze liederen en hoe geniaal heeft Wolf de 6feer van het gedicht gevangen in de piano- en zangpartij. Ook kon hij mees terlijk humoristisch tekenen, zoals b v. in ..Storchenbotschaft", waarin hij de Pa v. d. Steur vóór het Vaderland. Dit maakte hem bij voorbaat bestemd om „rechts" te zijn in de politiek. Hij kan er niets aan doen; het is zijn typische „heim- wec-opvocding", die daar dc oorzaak van is. En niet alleen voor hem; voor iedere Nederlander in het buitenland (elders bestond Oranje-Vrijstaat!). Nochtans is het een oer-sterke op voeding: het hebben van twee va ders, zijn eigen en zijn koning. Als de staat beschouwd wordt als een ge zin, is de hechtheid van de staat ver zekerd. De korte historie van de In do (dus sinds 1920) heeft dit geleerd. Als volksgemeenschap heeft de Indo- Europese groep klappen gehad, die andere volksgemeenschappen gevoerd zouden hebben tot revolutie of tot op zijn minst scherpe oppositiegroep, maar de Indo is als steeds een trouw dienaar, een goed zoon van zijn Ko ning-vader. Het is de geest van Pa van der Steur, die hierin doorwerkt. Is het dan een wonder, dat Pa's kinderen, de Oud-Steurtjes met dit werk door gaan dat Pa bij zijn verscheiden heeft achtergelaten? Zij beseffen dat va derlanden ten onder kunnen gaan en dat regeringen kunnen falen, maar dat er altijd vergeten kinderen zullen zijn, die zoeken naar een nieuwe va der en door die vader naar een nieuw vaderland. Sinds kort hebben deze Steurtjes zich weer hecht verenigd. Vandaag, op Pa's verjaardag, wordt die verjaardag gevierd in het Amicitiagebouw in Den Haag. net was vroeger gewoonte In In- dië om op Pa's verjaardag evenveel munten te collecteren als Pa jaren oud was. Dat zullen dit jaar dus ne gentig centen (stuivers, dubbeltjes, kwartjes, guldens, etc.) zijn. Er is een giro-nummer nu: 38343. Wat hier gestort wordt is geen vorming van een fonds (zoals er al zovele be- ktaan), maar het is vorming van een geestelijk klimaat, waaruit vaders geboren zullen worden als eens een samenleving in nood komt en er kin deren zullen roepen om een doodge wone Pa, niet meer maar vooral ook niet minder. TJALIE ROBINSON. bewegingen van de ooievaars heel gees tig weergeeft in de pianopartij. De zan ger Heinz Rehfuss weet elk lied precies de juiste waarde te geven, zingend ver telt hij en men luistert graag, omdat de vertelling genuanceerd en onderhou dend is, omdat men in de zang het lied beleeft. Voor liefhebbers van Wolf- liederen een onmisbare plaat. T-TOE geheel anders is de ■8* van de Fransman Claudi liedkunst Claude Achille Debussy (1862—1918), een liedkunst, die gemaakt is met een impressionistisch palet. Een heel bijzondere lyriek heb- Zes prachtige liederen van De bussy worden gezongen door de Brusselse sopraan Suzanne Danco. liederen zijn typische voocdrachtsliede- ren, waarbij de melodische lijn het woord-rhythme volgt, terwijl de piano begeleiding niet meer wil zijn dan illus tratie. Dit alles maakt de vertolking van deze kunst niet eenvoudig. Er wordt een aterk Franse instelling ver eist van de zanger of zangeres, terwijl dc begeleider zich steeds de kleur- menger moet weten. Het was een goede gedachte van DECCA om zes liederen van Debussy te doeu uitvoeren door de Belgische sopraan Suzanne Danco. een zangeres, die als het ware is voorbestemd voor het Franse lied (langspeelplaat LW 5145). Suzanne Danco. die kort geleden in het Holland Festival als gast bij dc Ned. Opera optrad en toen bewees niet tot de beste opera-krachten te be horen, geeft het lied van Debussy zo onvergetelijk schoon en zuiver weer. dat deze interpretatie absoluut uniek genoemd kan worden. Het rhythme van woord en muziek weet ze volmaakt op te vangen en komt daardoor tot een prachtige expressie in de voordracht. Aan de ene plaatzijde zijn opgenomen de drie liederen uit de eerste serie „Fêtes galantes", nL „En Sourdine", ..Fantoches" en „Clair de lune", in 1892 geschreven op teksten van Paul Verlaine. In dc mystieke rust van het schaduwrijke bos is er de intieme stilte der liefde; deze tere stemming schil dert Debussy in zijn eerste lied, Een heel grappig spel van de beide pop pen uit het marionettentheater, Scara- mouchc en Pulcinella, geeft hij in „Fantoches", soms heel komisch uitge werkt en vooral muzikaal raak type rend. In „Clair de lune" geeft Debussy oen serene nocturne, in tegenstelling tot Fauré die dit gedicht als een menuet componeerde. Het is een zuivere na tuurimpressie geworden bij Debussy. De andere plaatzijde heeft de „Trois Ballades de Franpois Villonnl. „Bal lade de Villon s'amye" (ballade van Villon aan zijn vriendin), „Baladc que feit Villon a la requeste de sa mere pour prior Nostrc-Dame" (Ballade, die Villon op verzoek van zijn moeder heeft gemaakt om tot Onze Lieve Vrouwe te bidden) en „Ballade des femmes de Paris" (Ballade van de Parijse vrou wen), Deze drie liederen zijn gemaakt op tekst van de 15e eeuwse dichter Francois Villon, die enkele malen ver oordeeld is geweest wegens moord en diefstal. Zijn gedichten hebben vaak een Ironische ondertoon, doch bezitten een lyriek, die hem tot een der grootste dichters van de middeleeuwen maakt. Het oude Frans is voor velen moei lijk te vertalen en het zou wellicht de moeite lonen de volledige vertalingen Heinz Rehfuss, de Duitse bariton, zingt onbekende en bekend* Wolf-liederen op de Decca-plaat. van deze drie Balladen hier te geven. Om hier niet te veel plaatsruimte te vra gen verwijs ik naar het voortreffelijke boek van Hennie Schouten „Drie Franse liederencomponisten" (Ultg. Mij. Holland, Amsterdam i, waarin dc vertalingen zijn opgenomen. In de eerste Ballade is er de tragiek van een bedrogen liefde; de tweede Ballade is eigenlijk het gebed van een onwetende (oude vrouw) aan het Maria-beeld: „Ik ben een arme. oude vrouw, die niets weet cn nooit heeft kunnen lezen"; de derde Brllade is een loflied op de Parijse vrouwen, daar „alleen zij een goed mondweik Debussy heeft deze drie Balladen ge schilderd met de genialiteit van een grootmeester cn Suzanne Danco geeft in haar voordracht een prachtige nuan cering. Men kan werkelijk van een bij zondere prestatie spreken, ook van het pianospel van Guido Agosti. Opname- technisch laat de plaat niets te wensen CORN. BASOSKI. Miebei bij de massajeugd Nog eens: De doop van Rietje Uit de VOLKSWIJK ,WAT steekt daar dan achter?" vroeg ik. We hadden het im mers over de doop van Pietje Pie- tersen. die al acht jaar lang maar steeds met doorgaat. De doop waar voor dat kind onophoudelijk aange geven wordt, terwijl het toch nim mer in de kerk gebracht wordt om 'm ook tc ontvangen. ..Hebben ze misschien geen goeie kleren om naar de kerk te kunnen gaan?" vroeg ik cr achteraan. Zoiets leek me een plausibele reden, al was het geen bijster verstandige opmer king, want ik joeg er onze sociale werkster meteen door in 't harnas. ..Zeg eens!" zei die verontwaar digd „dacht je dat we dat al ruct acht jaar geleden bekeken hadden? Direct dc eerste keer toen ze wel aangifte gedaan hadden maar niet op waren komen dagen, ben ik er zelf heengegaan en heli gevraagd wat de reden was Ik keek een beetje ongelovig, want bij de ver deling onzer functies leek z\j me niet de aangewezen persoon om dergelijke zaken uit te puzzelen. Maar ik bedacht me opeens: acht jaar geleden bestond die hele staf fan vandaag nog niet eens, en het leek me dus b(j nader inzicht best waarschijnlijk dat zij er inderdaad op afgestapt was. „In elk geval mist de familie Pietersen materieel niets", praatte de sociale werkster door. „De man heeft een goed inkomen; de vrouw gaat nog zo nu en dan uit werken, en het ziet er dan ook allemaal keurig netjes b\j hen uit. Als ze wegblijven, doen ze dat zeker met uit armoe I" „In geen geval", beaamde de wijkpredikant, „De tijd is voorbij dat men aan dopen dacht terwillr van pakjes en truitjes, en verstek liet gaan als die niet als voorschot geleverd werden. Het moet wat anders zijn?" „Wat dan?" drong ik aan. „Natuurlijk gewoon aanstel lerij t" rond een der mede werkers. ,Je hebt van die naturen, die rich altijd op de voorgrond willen dringen. Ze run niet gelukkig ■Is ze niet worden opgemerkt. Hij had filmster moeten worden en dan zo'n stuk of wat huwelijken «o elkaar. Telkens met een hele massa show erbij „Maar wat zit er nu voor show aan een doopaangifte?" strib belde ik tegen. „Als hij nu wél doopte en zich daar op de een of andere manier erg ostentatief bij gedroeg. Alle kinderen in nieuwe pukjes en dan extra opzichtig er uit zien. Dat zou ik me kunnen begrijpen, maar zo'n praatje op een spreekuur valt helemaal niet op. Nou ja, de predikant merkt het „Welbedankt I" zei dc haas p n grinnikte. Achteraf bekeken, had mijn opmerking niet erg flat teus geklonken, maar je kunt ook met overal tegelijk om denken. „Maar misschien is dat al vol doende voor hem. Misschien heeft r(jn vak? O ja, fabrieksarbeider. ongeschoold. Dat is toch zo gek niet: je bent een nummer uit een grote massa en nu ontdek je dc mogelijkheid om opeens een apart persoon te wezen. Dat is toch ont- zettend veel waard? I Ik geloof werkelijk dat ik hem maar weer eens moet gaan opzoeken Daur zuchtte de baas even ran, want elke week komen er minstens tien van die noodzakelijke gevallen voor de dag, en hyj weet van te v voren dat hij hoogstens aan twee daarvan zal kunnen toekomen. „Is dat nou met tc gewichtig?" vroeg een jeugdleider. „Het is misschien enkel maar een kwestie dat Pwtersen niet echt doorzetten kan. Hij wil wel, maar hij kan rijn U'il niet volbrengen. Dat rien we zo vaak. De mensen kunnen soms niet willen. Ze zijn ziek. Ze „Wat steekt daar dan achter?" vroeg ik. h(j wel een dominees-complex. Misschien wil h\j me inderdaad zo eens per kwartaal b(j rich aan huis hebben. Dat komt in heel ge ordende fatsoenlijke gemeenten ook voor. ik herinner me uit myn eerste dorpje dat één der boeren opeens weg bleef uit de kerk. Na twee of drie keer ging ik hem op zoeken en vroeg 'm of ie ziek was Welnee, rei hg, maar ik wou je weer eens spreken, en ik dacht zo dat je vanzelf wel komen zou, als ik een tiidje verstek liet gaan Best mogelijk dat die Pietersen daar ook last van heeft. Gewoon, geldingsdrang. Erkend willen wor den Wat doet ie ook weer van kunnen niet meer tegen het leven opZe nemen wel aanloopjes, maar re springen nooit over dc sloot heen ,Jlè zei ik „Dat is met die Pietje zelf ook zo. Hij is zo'n schattig joch en h# wil zo zijn best doen. maar h(j speelt het nooit klaar. Hij laat zich altijd weer a/leiden, m dan is het mis. En op school bhjft hy van 't jaar ook ritten Maar het is onderlussen best mogelijk dat o»n nog totaal andere redenen rictje's doop stagneert Waarom? Dat weet zelfs niet Uw MIEBEL.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1955 | | pagina 10