PIETER PEUTER Zware toch! in barre streken WE De levensloop van DOOR G. TH. ROTMAN 46. Hij keek er 'ns door... hè, hoe hij genoot! Wat je er dóór zag, werd driemaal zo Vooral de baard van opa was mooi! Sprekend een weefsel van touw en hooi! Hoe langer je keek. Hoe mooier het leek! Nee. daarvan snapte Pieter geen steek! 47. Toen ging hij aan de zonkant staan. Ach, had hij dat maar nooit gedaan! Want de zonnestralen vielen door 't glas, Dat natuurlijk meteen een brandglas De harenpracht Knetterde zacht, Maar Pieter sloeg Daarop geen acht... 48. Je begrijpt wel, dat er weer scha de van kwam! De baard stond weldra in vuur en Opa sprong overeind met 'n ruk! O wee, o wee, wat 'n ongeluk! Toen 't vuur was bedaard, Leek opa's baard Precies 'n geplukte Kippestaart! 49. Opa was kwaad, dat snap je terstond, Hij pakte z'n wandelstok van de grond, Waarmee hij Pieters broek ging meten, In de lengte en in de breedte! De stok kwam neer Keer op keer! Au! au! au! Wat deed dat zeer! 50. De and're middag, na den eten. Was Piet het leed alweer vergeten; Hij zat met Hilda aan de waterkant, En daar was het buitengemeen amu- 'n Hond moest leren Apporteren; Telkens moest hij 't Wéér proberen. 51. Maar de heer, de hond Ging aan het hengelen in de plas. En toen de vissen zo lekker beten. Was Bello, de hond, al dra vergeten. Hij liep er vandaan. Piet riep hem aan En gedwee Kwam hij bij hem staan. 52. Om zijn vriend niet weer kwijt ta raken. Besloot onze Pieter hem vast te maken; Hij bond de lijn dus om het been Van de slapende Hilda heen. Die door het zitten In de hitte Slaap had gekregen en Was gaan „pitten". 53. Toen Piet zo'n poosje had stilge staan. Verveelde hij zich en dacht „Komaan! Ik zal voor de grap toch eens proberen, Of hij ook voor mij wil apporteren. Daarbij vergat Hij echter, dat Hilda nog steeds Aan 't touwtje zat... 54. Hij pakt takje „Ap- port!" Het takje vliegt weg. en Bello snort Het hout achterna, tot Hilda's verdriet, Want de stakker moet mee, of ze wil of niet! Schreeuwend van „neen!" Staand' op één been. Huppelt ze naar De waterkant heen... t Karakorum-Himalaya-expeditie na vier maanden in Europa terug Uitrusting van perlon-fabricaten hield zich perfect industrie!) en ieder een was reusachtig be nieuwd, hoe zulk een ex periment zou uitvallen. Wel, het is uitstekend gegaan, en (alle onder goed was van perion) niemand heeft bevroren ledematen gehad! zich aan moeten toevertrou- Dokter Berent, die we op de foto op weg zien naar de Hispar-gletscher, heeft op het succes van deze expe ditie grote invloed gehad. Doordat hij slaagde, inspi reerde hy zijn t chtgenotcn eveneens alle krachter in te spannen. De foto van de tocht naar de Raka Poshi, 7900 meter hoog, werd 's morgens 9 uur gerfomen. Het doel werd niet bereikt. Door geweiJ;c<? lawines was men genood zaakt terug te keren Op de grote foto onder aan deze pagina ziet men de 26-jarige Duitse Alpinist Dolf Meyer bij 't begin van zijn tocht naar de „Eisspitz", de eerste top in de Batura. Op zijn rug draagt hij een katrol waarin een perion- koord ia bevestigd. E'EN Duits-Oostenrijkse groep dokters, na tuurkundigen, metereolo- gen en kartografen on der leiding van Matthias Rebitsch is zojuist te ruggekeerd van een expe ditie naar de Himalaya. a mmmm Hunza, de Pakistaanse Gedurende vier maan den hebben deze mensen, op uitnodiging van de Pakistaanse regering, een gebied onderzocht, waar tot dusver nog geen toch ten naar toe waren onder nomen, en het heeft hen waarlijk niet meegezeten, wat de weersomstandig heden aangaat. Doch, zoals de heer Rebitsch op een perscon ferentie heeft verteld, men is tevreden. Daar komt nog iets bij zonders bij, want de ge hele uitrusting bestond uit perlon-fabrikaten (een geschenk van de gezamen lijke Duitse nylon- DE zes hierbij geplaatste exclusieve foto's spre ken voor zichzelf en geven een beeld van de enorme moeilijkheden, die op deze zware tocht in on'oekende streken waren te overwin nen. Betreffende enige foto's willen we nog iets naders vertellen. Hunza, de naam van de Pakistaanse gids, is eigen lijk de naam van de stam waartoe hij behoort. Deze man heeft in zijn leven al heel wat meegemaakt, maar de beklimming van de Balta- gletschcr overtrof alles. De foto van het Batura- kamp geeft een goede in druk van enige bij deze tocht gebruikte uitrustirfgs- stukken, o.a. luchtbedden, draagbare radio-telefoon, ny lon-koord (vief maal dun ner dan het traditionele touw, waar bergbeklimmers Het belangrijkste vond de heer Rebitsch, dat het gewicht van de anders toch al omvangrijke be pakking, hierdoor met meer dan 50% was ver minderd WAT het verloop van de tocht betreft, is men begonnen met een grootscheepse poging de toppen van de Raka Poshi (7900 meter), Oostelijk van de plaats Gilgit, te bereiken. Dit is mislukt ten gevolge van aanhou dende lawines op de laat ste toegangsweg. Hierop ging het onder steeds slechter wordende weersomstandigheden naar de Balta-gletscher, met drie nog naamloze toppen in de onmiddellijke nabij heid (6000 meter), doch dichtbij het doel nadat de sneeuwval al was toe genomen tot 70 centime ter per dag! kwam men in een orkaan terecht. De Pakistaanse gids, Hunza, zei nog nooit zoiets ver schrikkelijks meegemaakt te hebben; men moest opnieuw opgeven De derde tocht, auuu ondernomen door de arts dr. Berent met enige gid sen, werd met succes be kroond. Zonder moeilijk heden bereikte hij in de streek van Dastogil de Hispar-gletscher Links: L)e 'JU-ja rige Duitse Al- pmist Dolf Meyer, 0begint met be- klimming van de .-Eisspitz V Rechts: dokter Berent op weg de Hispar- gletscher. Hierdoor aangemoedigd, besloten allen de streek van Batura te gaan ver kennen, in vier etappes. Het eerste tentenkamp op 4100 meter hoogte, het tweede op 4850 meter, het derde op 5300 meter en het vierde op 6100 meter. Van hieruit bestegen de Alpinisten van het gezel- Rechts: In het Baturakamp, der de étappe. Onder: De ex peditie onderweg naar de toppen van de Raka Poshi :■-%* rr- w* gezet en kwamen langs een omweg op de top (7800 meter), die de naam „Augustus" kreeg De temperatuursver schillen in het bezochte gebied zijn buitengewoon groot, 's Nachts daalde het kwik twintig gra den onder nul, over dag steeg het tot zestig erboven!! (graden Cel sius). Hierom werden de moei lijkste delen van de tocht 's nachts afgelegd, of in ieder geval zo vroeg mo gelijk in de ochtend (men stond meestal om drie uur op) tot uiterlijk 10 a 11 uur voormiddag. JACK P. DE KLERK eerste nog naamloze top (7300 meter), die zij bereikten en de naam van „Eisspitz" hebben gegeven. Bij een poging van de hele expeditie om de tweede top te beklimmen, raakte men bijna bedolven onder een lawine. De beide Alpinisten hebben echter door-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1954 | | pagina 7