Honderd jaar geleden werd Cornells Lely geboren W Ontwerper der plannen tot afsluiting en droogmaking van de Zuiderzee door bp SPtORUHERGOlTOMSIW 1 Tussen Amerik. studenten op de Groote Beer DONDERDAG 23 SEPTEMBER 1954 DRIE MAAL MINISTER :ht TOALS de grote figuur van Willem de Zwijger voor altijd verbonden blijft aan de strijd voor onze onafhankelijkheid tegen het toen zo machtige Spanje en Jan Pietersz. Coen vereenzelvigd wordt met de bevestiging van ons gezag in Neder- lands-Indië, zo zal de naam van Cornelis Lely tot ln lengte van dagen in één adem genoemd worden met het machtige werk van de afsluiting en gedeeltelijke droog making van de Zuiderzee. Heden 23 Sept. wordt de honderdste ge waar hij vooral in wiskunde uitblonk. Vier jaar later, op 1 Juli 1875, nog geen 21 jaar oud. had hij het diploma van ci- viel-ingenieur in zijn zak en al spoedig daarop ontving hij door bemiddeling de directeur der Polytechnische school, prof dr. Lewis Cohen Stuart, de opdracht het Amsterdamse Peil naar de Duitse grens over te brengen, hetgeen geschied de door nauwkeurigheidswaterpassing langs de weg Amsterdam, Amersfoort, De venter, Hengelo, Oldenzaal, Salzbergen. Van de Afsluitdijk, gebouwd in de jaren 19271932, werd het laatste gat gesloten op 28 Mei 1932. Op dit punt werd een monument opge richt met het opschrift: Een volk dat leeft bouwt cian zijn toekomst. (Luchtfoto K.L.M.) boortedag herdacht van deze grote Ne derlandse waterbouwkundige, die in Ja nuari j.l. vijf en twintig jaar geleden op 74-jarige leeftijd te 's-Gravenhage over Zeer terecht wordt dr ir C. Lely be schouwd als de schepper naast God var onze twaalfde provincie, want meer dar dertig jaren van zijn leven heeft hij ge arbeid aan de tot standkoming van di' enorme werk, dat overal ter wereld be wondering afdwingt en de goede naarr van onze waterbouwkundigen in het bui tenland eens temeer heeft bevestigd. Juist omdat dr ir Cornelis Lely zulk een uitzonderlijk groot figuur is geweest, is het niet nodig hem de eer te geven, welke anderen toekomt. Immers reeds voor Cornelis Lely waren er al studies over de afdamming en droogmaking var de Zuiderzee verschenen. Zelfs nog voor dat men op de le Juli 1852 met het droog- malen van het Haarlemmermeer gereed was gekomen, waren de eerste plannen om nu ook de Zuiderzee tot teruggave van het verzwolgen land te dwingen, ge reed gekomen. Tijd nog niet rijp De meeste bekendheid van de plannen, waarop ir C. Lely kon voortbouwen, ver kreeg wel het in 1894 verschenen ontwerp van de ingenieur van de Waterstaat G. van Diggelen, die een afsluitdijk had ontworpen van de Noord-Hollandse kust nabij Terschelling en Ameland e oostpunt van Ameland naar de Friese kust. Maar de tijd was toen nog niet rijp voor zulke geweldige plannen en de kos ten, geraamd op 326 millioen gulden voor het gehele plan, waren toen onoverko melijk, zodat het bleef rusten tot een ln 1865 opgerichte Ned. Mij voor Grondkre- diet aan de hoofdingenieur van de Water staat J. A. Beyerinck verzocht om in sa menwerking met de ingenieur T. J. Stiel tjes een nieuw plan te maken, dat alleen het zuidelijke gedeelte van de Zuiderzee zou omvatten, met welk plan een 106 mil lioen gulden gemoeid zou zijn. Naast deze twee, sterk op de voorgrond getreden plannen is in brochures en tijdschriften nog een grote verscheidenheid van an dere plannen gepubliceerd alvorens inge nieur Cornelis Lely geroepen zou worden deze taak op zich te nemen. initiatief werd genomen op voorstel van e heer A. Buma. Het doel van deze ver- niging. die feitelijk de stoot heeft gege ten om de afsluiting en droogmaking van de Zuiderzee metterdaad te gaan aanpak ken, was het instellen van een technisch en een financieel onderzoek omtrent de afsluiting, mede ter voorbereiding van 'n latere geleidelijke drooglegging van de Zuiderzee, de Wadden en de Lauwerszee. Een technisch bureau werd ingesteld, aan welks hoofd gedurende korte tijd stond de hoofdingenieur van de Rijkswaterstaat J. van der Toorn, doch die reeds spoedig werd opgevolgd door Cornelis Lely. Het ontwerp Lely-Zuiderzeevereniging- Staatscommissie 1892 is het uitgangspunt geworden van dit machtige werk, waartoe op 14 Juni 1918, dus nog tijdens de wereldoorlog, werd besloten. Acht nota's De vader van Corn. Lely had zondere belangstelling voor technische vraagstukken en het staat wel vast dat de droogmaking van de Zuiderzee, die de glorie zou worden van zijn zoon, me belangstelling had. Gedurende de ja ren 1887 tot 1891 diende ir Lely acht nota's in, waarin hij twee plannen had uitgewerkt, één met en één zonder afsluit dijk, waarvan, zoals we weten, het eerste het gewonnen heeft. Na het indienen var de laatste van zijn acht nota's maakte ii Lely plannen om naar Brazilië te gaan, maar gelukkig ging dat niet door, want in 1891, na de Tweede Kamerverkiezingen werd aan de toen 36-jarige ingenieur door de oud-burgemeester van Amsterdam, G. van Tienhoven, die belast was me' vorming van een nieuw ministerie, de portefeuille van Waterstaat, Handel en Nijverheid aangeboden. Tijdens zijn eerste ministerschap van 1891 tot 1894 kwam o.m. de wet tot ver betering van kleine rivieren tot stand, voorts het eerste ontwerp Veiligheidswet, een ontwerp gewijzigde Stoomwet en hel eerste subsidlevoorstel voor stoomtram wegen. In Maart 1892, toen Lely al eer half jaar minister was, verscheen de laat ste Technische nota voor de droogmaking der Zuiderzee. Hij aarzelde van zijn posi tie als raadsman der Kroon gebruik te maken om dit belangrijke voorstel, w in vijf jaren van zijn leven verwerkt ren en van welks voordelen hij beter dan wie ook op de hoogte was, aan het oordeel der Staten-Generaal te onderwerpen. Er n nog grote financiële bezwaren t« duchten, want de uitgaven voor dit gigan tische werk, hoewel over een reeks var jaren verdeeld, 6tonden gelijk met het toenmalige eindcijfer der Staatsbegrotin gen en er was geen sprake van dat de pu blieke opinie reeds voldoende op de hand van de droogmaking was. Lely wilde geen nederlaag in de Kamer riskeren en hi; liet daarom het door de Zuiderzee-vereni- ging aangeboden plan eerst nog door eer op brede basis samengestelde Staatscom missie onderzoeken- Het rapport der Staatscommissie wai voor het plan een grote stap vooruit, maai jammer genoeg trad het ministerie zeei kort daarna af dn verband met de kies rechtkwestie. In 1894 werd lr Lely door de kiezers an het distriot Lochem naar de Tweede amer afgevaardigd, in welke functie hij Dr. ir. C. Lely neur van Suriname. Hoewel hij er niet in geslaagd is in deze driejarige ambts periode de kolonie in economisch opzicht te doen herleven, was zijn optreden rlgens zeer gelukkig en zowel hij als zijn echtgenote Gerarda Jacoba van Rinsum, met wie hij 22 December 1881 in het hu welijk was getreden, mochten zich ver heugen in een grote populariteit. In het vaderland teruggekeerd, werd de oud-gouverneur wederom tot lid van de Tweede Kamer gekozen, nu door het dis trict Amsterdam II. Intussen naderde de oplossing van het Zuiderzeevraagstuk ge leidelijk zijn beslissing. Toen in Februari 1908 het ministerie De Meester aftrad, had het Wieringermeerontwerp het weliswaar nog niet tot een voorlopig verslag ge bracht, doch de nieuwe minister van Wa terstaat, mr J. G. Bevers, handhaafde het ontwerp en dezelfde houding werd aan genomen door mr L. H. W. Regout, die in Januari 1909 aan het hoofd van dit de partement kwam. Het voorlopig verslag, dat op 3 Mei 1909 verscheen, was over het algemeen niet ongunstig. Behalve de Zuiderzee waren er in deze periode een aantal andere belangrijke langelegenheden, waarmee Lely zich in het parlement bezig hield, o.a. de Velser- brug en de Balkpolderkwestie, spoorweg- raagstuken en de sociale wetgeving. Eie-promotie houden i Geen legenden Ook de in Nederland gangbare mening dat de dijk op Zurich van ir Lely is, komt riet met de feiten overeen. De prioriteits eer en het beste inzicht omtrent de plaat sing der sluizen, komt de in 1804 te Sta voren geboren K. K. Kooy toe, die op 66-jarige leeftijd daarover een studie •chreef en in 1885 te Sneek overleed. De eerlijkheid gebiedt dit te vermelden. Trouwens, door legenden wordt de na gedachtenis van dr Lely niet geëerd, daarvoor zijn zijn eigen verdiensten groot genoeg geweest. Cornelis Lely was het zevende kind en de vierde zoon van de makelaar Jan Lely, afkomstig uit een predikantenfamilie, en Adriana Maria Elisabeth van Houten. Hij werd op 23 September 1854 te Amsterdam geboren, doorliep de lagere school, deed op elfjarige leeftijd toelatingsexamen voor de 5-jarige H.B.S. aan de Keizersgracht bij de Westermarkt en werd vijf jaar later ingeschr.ven als student aan de toenmalige Polytechnische school te Delft, Vandaag is het honderd jaar geleden dat de grote waterbouw kundige dr ir C. Lely, de ontwerper van de plannen tot droogmaking van de Zuiderzee, werd geboren. Het gemaal te Medemblik, dat dient om de Wieringermeer droog te houden, is naar hem genoemd. (Luchtfoto K.L.M.1 Nadat deze opdracht met goed gevolg as volbracht, werden door de jonge in genieur Lely slechts tijdelijke betrekkin gen aanvaard teneinde op een veelzijdig terrein ervaring op te doen en zijn kans af te wachten. Zo w. 1877 buitengewoon opzichter bij de Staats spoorwegen te Arnhem, waar hij belast met het houden van toezicht maken van de metalen bovenbouw spoorbrug over de Rijn tussen Arnhem Oosterbeek. In de elf jaren dat ir Lely tijdelijke be trekkingen vervulde, werd hem o.m. d« bouw van een keersluis tot lozing van he water van het Zwolse Diep opgedragen, as medewerker aan het ontwerp-ka- naalwet van de eerste minister van Wa terstaat, J. T. R. Tak van Poortvliet, ir 1881 verscheen er van hem een brochurf r het Merwedekanaal en ook was hl; kzaam bij de Nauwkeurigheidswater passing te Leiden. De rivieren, de havens, Amsterdams Rijnverbinding, Het Suezka- ■1, de Mississippi zelfs waren proble- n, waar de jonge Lely zich op wierp, was vrijwel geen waterbouwkundige kwestie of hij stond in die dagen gereed r zich in te verdiepen. In 1883 aan vaardde hij een aanstelling als ingenieur bij het waterschap De Schipbeek te De nter en het jaar daarop verhuisde hij er naar Delft om daar als repetitor op treden aan de Polytechnische school sedert 1905 de Technische Hogeschool die Lely tot doctor honoris causa zou promoveren en waaraan hij eenmaal als president-curator de hoogste leiding zou De grote kans De grote kans voor Cornelis Lely, waar- p hij jaren had gewacht, kwam toen hij benoemd werd tot ingenieur van de Zui- derzeevereniging ln 1886, waartoe door een aantal vooraanstaande Nederlanders het bijzonder actief was. Genoemd moeten worden een amendement Lely op de begroting, op 11 Dec. 1895 aangenomen, waardoor het mogelijk werd de docent in werktuigbouwkunde aan de Polytechni sche school te Delft de titel van hoog leraar te geven, zijn aandrang tot uitbrei ding van het aantal Inspecteurs van d< arbeid, zijn deelneming als voorzitter var de commissie van rapporteurs aan de de batten over de nog door hemzelf ontwor pen stoomwet. Bij de behandeling van hel ontwerp-kieswet in Mei 1896 liet hij zich onbetuigd, zijn streven was groot mogelijk aantal Nederlanders het kiesrecht te doen toekomen. In 1897 kwam Lely op zijn ministers- stel terug in hot ministerie Pierson-Bor- gesius, nadat hij ten tweede male door het district Lochem naar de Tweede Kamer afgevaardigd. Tijdens zijn tweede nisterschap heeft Lely een belangrijke vloed gehad bij de totstandkoming der ongevallenwet, de wet tot aanleg van d< vissershaven te Scheveningen, de sub sidieverlening aan tramwegen, die de ilening van ons land met locaal- spoorwegen en stoomtrams sterk bevor derd heeft, de verbetering van het Noord zeekanaal, waarbij o.a. de Velservoetbrug door een pontveer werd vervangen, de instelling van een staatscommissie voor de •aterstaatswetgeving en de wet tot ex ploitatie van steenkoolbedrijven in Lim burg, die het Staatsmljnbedrijf tot resul taat hadden. En ook diende minister Lely het Zuiderzee-ontwerp in. Haags raadslid In 1901, na het aftreden van het minis- rie nam oud-minister Lely weer zitting in de Tweede Kamer, waarheen hij dit maal werd afgevaardigd door het kiesdis- Amsterdam. Bovendien werd hij ge kozen tot lid van de gemeenteraad van -Gravenbage. Van 1902 tot 1905 trad hij op als gouver- Lely werd intussen in 1909 gekozen tot d van de Provinciale Staten van Zuid- Holland en het jaar daarop vaardigden de Staten van Friesland hem naar de Eer ste Kamer af. Twee jaar eerder was hij te Delft gepromoveerd tot doctor honoris de Technische Wetenschappen. In 1908 was hij voorts wederom gekozen tot lid van de gemeenteraad van de Re- dentie en trad hij op als wethouder van openbare werken, in welke functie hij belangrijke kwesties te behande len kreeg, o.a. de kwestie der Scheve- ningse haven, het bekende conflict met het Rijk, de doorbraak Spui-Buitenhof en het schouwburgvraagstuk. In 1913 werd dr Lely ten derde male tot ft ministerschap geroepen. Hij maakte zijn optreden afhankelijk van de voor- arde der Zuiderzeedroogmaking. In de- periode had Lely het ontwerp der Maaskanalisatie te verdedigen, hij heeft zich met het wegennet intensief bezig ge- hij' vierde het schoonste mo- zijn werkzaam leven, toen de kroon op zijn werk werd gezet door de aanvaarding van de Zulderzeewet op 14 Juni 1918. Voorzitter Zuiderzeeraad Na zijn derde ministerschap werd Lely Dorzitter van de Zuiderzeeraad. Als danig was hij bij de uitvoering der Zui derzeewerken de eerste adviseur van di regering. Zo bleef hij verbonden aan zijr grote schepping en was hij in de gelegen heid daaraan leiding te geven. Op 29 Juni 1920 werd de eerste bak grond voor de af sluitdijk van de Zuiderzee gestort dijk, die WIeringen met het vaste land moest verbinden. In 1925 werd door de re gering het contract getekend voor de aan leg van de afsluitdijk tussen Wieringen en Friesland. Het historisch ogenblik, toen op de 28e Mei 1932 des namiddags te 13,02 het laatste gat in de afsluitdijk gedicht werd, heeft dr Lely niet meer mogen beleven, want de namiddag van de 22e Januari 1929 kwam plotseling het einde van dit wel bestede leven toen de nog altijd werk- 74-jarige in zijn werkkamer bezig iet de voorbereiding van een voor dracht over een waterbouwkundig onder werp voor het Koninklijk Instituut voor Ingenieurs. VERMINC Een enorme directe besparing in Uw autokosten. Radio-actieve proeven en road-tests hebben bewezen, dat BP Special Energol de motorslijtage met 80'/# verminderd en een benzinebe sparing geelt van gemiddeld 10°/*. Door onmiddellijke volmaakte smering bij koudste start, zowel als hoogste bedrijlstemperatuur voorkomt BP Special Energol Visco Static motorvervuiling en aanslag ln de verbrandingsruimten. BP Special Energol geeft het hoogste motorrendemejit. SPECIAL BENZINE EN PETROLEUM HANDEL MAATSCHAPPIJ N.V. AMSTERDAM V.rloop.A.,u If.nl.. OU C. Lid- Om domheden wordt niet gelachen Tot de professor: „Luister eens Bill De heer E. Talstra schrijft ons: Amerikaanse en Canadese studenten kleden zich anders dan wij gewend zijn. Dit geldt zowel voor de jongens als voor de i De zeshonderd jongelui, die zich vorige maand aan boord van de Groote Beer bevonden, vertoonden zich li kledingstukken, waarin alle kleuren vai de regenboog vertegenwoordigd waren Ze hebben een voorliefde voor zoeti kleuren! Of bepaalde kledingstukken qu; kleur met elkaar harmoniëren, is vooj hen volkomen onbelangrijk. Wij Europeanen kunnen dit gek vin den; één ding staat vast, dat de kleding gemakkelijk zit en efficient is. Aan boord was een boer uit Overijssel, die naar Canada ging emigreren. Hij verscheen iedere dag aan het dek in een flanellen broek, geel overhemd, pet op en pantoffels aan. Als je niet beter wist, zou je zeggen, dat hij bij de studenten van de universiteit van Georgia behoort. Tn zijn kleding valt hij tussen deze stu denten niet op. Wanneer hij in deze kleding echter op het Buitenhof zou gaan wandelen, zou een volksoploop niet uitgesloten zijn! Een bepaalde voorliefde hebben de stu denten voor truien en shirts waarop naam, plaats en embleem van de uni siteit of het „College" waar zij studi vermeld is. Het haar van deze jongelui is, wat de jongens betreft, naar onze begrippen be paald te kort geknipt en heeft geen mo del; de meisjes hebben een gemakkelijk kapsel, doch practisch altijd volgens zelfde recept, hetgeen enkele Hollandse emigranten de opmerking ontlokte: „Die Amerikaanse meisjes hebben allen het zelfde gezicht". De studenten vallen op door het feit, it ze nooit zeeziek zijn. Wij hebben de heepsarts, dokter Weyschedé, en zuster Niemeyer naar de oorzaak hiervan ge raagd. Naar hun mening is activiteit robaat middel tegen zeeziekte. En actief Toch is het zo VERGETEN IS BELANGRIJK (154) Vele mensen klagen over geheugen, dat hun op bepaalde moi ten in de steek laat. En het zijn kelijk niet alleen de ouderen die klacht uiten. Ook veel jongelui examen moeten doen, of proeven i ten afleggen, hebben tengevolge hun nervositeit een slechte geheu functie. In deze laatste gevallen een verbetering intreden wanneer mene toestand zal daardoor verbetert name beelden en feiten zou dan in onverminderde duidelijkheid vóór ons staan, zonder dat we hieruit naar hun betekenis en persoonlijk welbevinden een keus zouden kunnen doen. We zouden een opslagplaats zijn van in drukken van gelijke sterkte, ge plaatst in chronologische volgorde en we zouden niet bij machte zijn daaruit het bruikbare te kiezen. Met andere ivoorden, het onbegrensde geheugen de macht geheugen. Z^ker^de mens zou de mens niet zijn, zónder zijn geheugen. Nooit zouden we iemand herkennen, een ge sprek zou niet mogelijk zijn alleen al door het ontbreken van de taal, wt hoger georganiseerde kort Stelt u tegenover dit volkoi brek aan geheugen nu eens hei uiterste. n.l. dat de mens al onthouden en dat hij een voort, en levende voorstelling heeft i erkom Alle i alle beduidends staan scherp in zijn geheugen gegrift. Elke aanblik, elke ovenceging, elke gedachtensprong, elk geluidje dat ons oor bereikte, elk gevoel tot het meest pijnlijke of weerzinwekkende toe. kort- altijd gebruik ma ken, zij het dan dat dit grotendeels au tomatisch en onbe wust geschiedt. Met verrassende snelheid in het onderbewust zijn, of worden verdrongen door nieu we indrukken. Vooral met onaangename ervaringen is dit hoogst belangrijk, want een voortdurend en helder be wustzijn daarvan zon de door het leed geslagen wonden voortdurend open houden en onophoudelijk zou het ver driet aan de ziel knagen. Dergelijke uitwassen zijn ons bespaard, dank zij het vergeten, waarover vele mensen klagen, maar waarvoor zij toch wel iets méér waardering kunnen hebben, dan kemeenlijk wordt getoond. Al zij toegegeven, dat het vergeten op onge legen momenten zeer lastig kan zijn. Het m werkelijk geen grote sprong, wanneer we thans eens iets zeggen over da merkwaardige rekenkunstenaars. Daara (Nadruk verboden). waren deze studenten! 's Morgens van 10 tot 12 gaven zij vrijwillig Engelse les aan de emigranten, 's Middags van 3 tot 5 hadden zij hun interessante „discussions", 's Avonds werden er feestjes op touw gezet. Ze waren tot laat in de nacht be zig! Bovendien, zo vertelde de dokter, heeft het feit, dat deze studenten in het algemeen veel meer gereisd hebben dan de gemiddelde emigrant, ongetwijfeld vloed. Tenslotte speelt suggestie bij zeeziekte ook een rol, want de verpleegster kreeg in Le Havre een vrouwelijke patiënt bij zich, die vertelde dat zij zeeziek was en overgegeven had. Zodra de boot was gaan varen was het al begonnen en ze wilde nu graag enkele pilletjes slikken. Het typische was echter, dat het schip nog rustig aan de kade gemeerd lag, terwijl de vrouw meende, dat wij al op zee wa ren. Zij was namelijk in de slaapzaal ziek geworden, een plaats waar men niet naar buiten kan kijken. Frisse lucht en afleiding is dan ook de beste remedie volgens de dokter en daar- werden zeezieken door hemen de ver pleegsters dan ook prompt uit bed ge haald en naar het zonnedek gestuurd. Ook door hun optreden vielen deze stu denten op. De omgang van jongens en meisjes is Wij hebben alle „discussions" aan boord van de Groote Beer meegemaakt en de slotconclusie was: Daar valt iets van te De gang van zaken is als volgt: Door de leider van de groep (pl.m. honderd per sonen) wordt in enkele minuten een klei ne toelichting gegeven op het te behan delen onderwerp. Dan wordt de grote groep gesplitst in kleine groepjes van 8 a 10 personen. In elk groepje wordt één rapporteur aangewezen. Ieder groepje gaat nu gedurende ruim een uur het on derwerp bespreken. Iedereen kan zeggen, wat hij wil en doet dat ook, zoals wij ge constateerd hebben. De rapporteur maak te korte aantekeningen. Wanneer de tijd verstreken is, gaat iedere rapporteur voor zijn groep, ten aanhore van alle aan~ wezigen, verslag uitbrengen. De leider schrijft de conclusies op het bord, waar na tenslotte nog een algemene bespre king volgt omtrent het geheel. Bij deze procedure vielen mij verschil lende punten op: le. Iedereen zonder uitzondering, deed mee en zei zijn of haar mening. 2e. Spreekangst viel niet te constateren hetgeen waarschijnlijk een gevolg was van het feit, dat deze methode reeds vroeg op school ook gebruikt wordt. 3e. Er werden ook domheden gezegd, doch niemand lachte daarom. Alles werd serieus opgevat en er ging even later wel iemand anders opstaan om te vertel len, dat hij het met het beweerde van de vorige spreker niet eens was. Daarbij werd degene die aangevallen werd, niet belachelijk gemaakt of denigrerend be handelt. Vooral dit laatste punt lijkt mij zeer belangrijk en ik ben er stellig van over tuigd, dat wij in dit opzicht iets van onze Amerikaanse en Canadese vrienden kun- De onderwerpen die behandeld werden, Bij aankomst per boot heeft men vanaf de St. Laurens-rivier een prach tig gezicht op de Frans-Canadese stad Quebec. Het grote gebouw in het midden is het kasteel Le Frontnac, thans ingericht als hotel. Tijdens de oorlog hebben Roosevelt, Churchill en Mackenzie King in dit gebouw een conferentie gehouden. gemakkelijker dan bij ons,-doch ook de igang met ouderen, leraren en profesgo- wijkt af bevoegd te zijn een oordeel uit te spre ken omtrent het feit, of deze omgang roor- of nadelen heeft ten aanzien van vat wij gewend zijn. Het is echter bij >ns ondenkbaar, dat een HBS-er, eraar met Piet aanspreekt en dat ;tudent aan de V. U. zijn hoogleraar Claas betitelt. Op de Groote Beer was dat doodge* voon. In een discussiegroep zei een dent op zeker moment tegen een profes- v>r: „Luister eens Bill, wat je daar be weert is wel aardig, maar ik ben "vet eens. Ik zie dat probleem nl. zo en zo!" Dit werd zonder meer maar gezegd, doch je kreeg niet de indruk, dat er iemand was die zich hieraan ergerde. Hoewel dit een voorval is, dat wij In Nederland niet zullen meemaken en waarvan wij evenmin zullen zeggen, dat het te betreuren valt wanneer wij deze omgang in Nederland missen, zitten er wijze, waarop zij een bepaald on- erp ln discussie brengen en behan delen, punten, die zeer zeker onze aan dacht verdienen. waren voor ons buitengewoon interes sant, omdat hieruit bleek hoe de mensen uit de nieuwe wereld, Nederland en Europa zien; wat zij hier prettig vinden maar ook vaak wat zij niet prettig vin den en wat zij in Europa niet begrijpen. In een slotartikel hoop ik u een verslag te geven van de meest interessante pun ten uit deze „discussions". De Groote Beer is inmiddels In Quebec aangekomen. Wij hebben hartelijk afscheid genomen van de vele vrienden onder studenten en emigranten. Vanuit deze Frans-Canadese stad met een typisch Amerikaanse in slag, vertrekken de studenten weer naar hun Universities en High Schools, ter wijl de emigranten zich in de grote eml- grantentrein, die aan de haven klaar staat, begeven, om te vertrekken naar een plaats ergens in Canada of Amerika, om daar een nieuwe toekomst op te bouwen. Hoe groot dit land is realiseerden wij on*. toen wij afscheid namen van de fam. Renema uit Wierlum (Fr Deze familie vertrok naar Vancouver Island. Toen zij in Quebec aankwamen, waren zop dat moment nog dichter bij Rotterdam dan bij de plaats waarheen zij in Canada emigreerden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1954 | | pagina 5