Mi „Es ist Krieg", slechte tijding voor bemanning van Madeleine Riekmers NIEUWE LEIDSCHE COURANT DINSDAG 21 SEPTEMBER 1954 Drama van de ondergang van een schip GESCHREVEN DOOR Wim Hornman GEÏLLUSTREERD DOOR Henk Sehoorl [//IEMAND aan boord van de Madeleine f I Riekmers, die met de buik vol spoor- wegmateriaal van Antwerpen naar Griekenland voer, wist, waar donkey man Wolf het meest van hield, van het water of van het vuur. Hij staarde soms naar het een, dan weer naar het ander tot zijn ogen pijn deden en dan sprak hij weinig, alsof er naast hem een onzichtbare vriend liep, waartegen hij zich zon der woorden kon uiten. Maar in Vola in Griekenland dronk hij de wijn met lange teugen. Dan kon hij het glas spelend z0 snej mogelijk naar Duitsland en dan In Constantinopel door zijn vingers laten gaan en al draaide de naar het front. Hij was er niet eens boos wag hgt rustig wereld kolkend om hem heen, het glas brak nooit. om 6eworden- Blagen waren het. c ji De eerste machinist dacht er anders over. Soms zong hij een lied, waarvan niemand de vuj* HlJ had een yrouw en vier ^„en. Dan het anker had doen lichten, kende. Dan werd het stil, niet om zijn stem, ook niet door de woorden van wordt oorlog iets heel anders. vaarteken was geweest, het lied, maar om iets ondefinieerbaars, dat iedereen voelde, maar niet Terwijl het kleine havenplaatsje aan de m^aa~ ai_?p°adlf 5UP Ste™i mensen" horizon verdween en Fischer met zijn ver- ming- ze kregen de mededeling, dat ze niet onder woorden kon brengen. rekijker nog een laatste blik wierp op de van het schip af mochten. Fischer zei het Men schreef Juli 1914. Ondanks de politieke spanning in de wereld werd laadbomen met hun zware last, werd de hun zelf. Zijn grote handen leken mokers Jr r tweede ketel aangestoken. Wolf sprak tegen Zl!"n®air1 }va,s nof ongeKamaer en men er weinig over oorlog gesproken. Men dacht er wel over. maar de wijn en net niemand. Zijn handen hadden de steel van wist> dat hlJ de oefening op de zandzakken Wolf voor hete vuren. loos ge- die spraken niet, tenminste niet tegen Wim Hornman, Jaloers op de vissen dikwijls vanaf de kade naar zijn schip te kijken. Vreemd, maar hij was er aan gehecht. Het deed hem telkens iets als hij over de loopplank naar de wal ging 7 J rtnnr frmit en de groen geschilderde gladdekker een knipoog gaf. o Op een avond achteraan in Juli, toen hij door de smalle straatjes zijn stamcafé opzocht, bleef die kleur hem voor ogen staan. De wijn, die later ....Een uniform aan en zingend had uitgebreid met een half uur. Fischer De dolfijnen met hun spitse snuiten met had een absoluut gebrek aan woorden. Als stevige kaken en kegelvormige tanden hij een toespraak hield, leek het, alsof hij zwommen voor het schip uit. Ze waren de woorden in alle hoeken en gaten van het meer dan twee meter lang en Wolf wist, schip bij elkaar moest zoeken. Meestal wa- dat ze een snelheid konden halen van 60 ren ze dan tweelettergrepig. kilometer per uur. Hij kon uren naar hen Nu ook. kijken, want hij vond ze belangrijker dan Hij keek de kring rond als zocht hij naar de Oostenrijkse boot, die hen naar Triëst 7een souffleur. Ergens grinnikte iemand, bracht. Ze waren lenig ook en in de Mid- langzaam maar zeker bezit van hem nam. maakte alles wat hij zag groen, naar het front. Ze konden hem nog d^wam^iJLdtSE Het was een prettige gewaarwording. Het leek of hij zich midden in de na- meer vertellen. Waarom? Omdat Keizer hen geen horizon. Overdag speelden ze met tuur bevond, of alle tafels kleine groene struiken waren, de bar een groene Wilhelm op zijn zere teen was getrapt? „Het is Krieg99 hge^ntwetenctoeid var^wa^er^op het \raste boomstronk en de deur een groen vlak, zelfs de meisjes hadden groen haar. Omdat Duitsland landhonger had? Wat land gebeurde. Soms was Wolf jaloers op Groen, de kleur van de hoop. Nu wist hij het. Dat was eigenlijk hetgeen hij kon hem dat schelen. Laat de diplo- „Het is zo ver", brulde de kapitein. Hij df°'mef formidabele sprongen"™ 6o"cem gezocht had. Hij bestelde opnieuw een glas en dronk op de hoop en haar maten het maar uitvechten. Of anders brulde altijd om zo zijn schamele toespraak timeter uit de zee omhoog dartelden. Vroe- - de Keizer zelf. Of nog beter deser- indrukwekkend te maken. Het is Krieg. Er ger hadjiij eigenlijk weinig naar hen ge- vriendinnetje het verlangen. Oorlog teren. Hij schrok niet van het woord, Duitsland heeft de oor- keken. Waarom ook? Een i Rusland. Jullie worden "!aar de hav?n: P'" g.aat hi' e verlangt Mm*-. vergeet Het stond er plotseling voor zijn geest s„!daten. Jullie gaan naar de Du.tse ïe~ga- artUd^^^moge'V^u^hefgêzrchth™ als een onthulde waarheid. En waarom tie om een reisvergunning aan te vragen, het vaste land, want daar wonen de men- die hem alleen maar verderf kunnen De volgende dag stond hij weer met de kolenschop in de hand, maar even later gin houden" van* de pier,"dit Maar direct daarop herstelde zich dr ru- njet? Wie had hem gezegd, dat ze beter Vervolgens gaan jullie op een Oostenrijkse .„„..he, 41. Wolf ,1, een lange wijsvinger in we. roodharige reus. Met een enorme klap n; die Mofi >>oo' naar Triëst en vandaar naar Duits- slon| keek'hb v"n devi^e„ naar het wa- kwam »m rechtervuist teeen een der zand- land. Dan krijg je een geweer op je nek ter, waarin hij de rimpels op zijn eigen leren ze je schieten. Dat zul je nodig voorhoofd in het groot weerspiegeld zag. de zee stak. kwam zijn rechtervuist tegen een der zand- Op de brug stond kapitein zakken terecht, die als een klok schomme- da^ daar ligt die MofEn het was Jen^grote^Duitse6 dog.^ Hü lend op en neer Fischer keek ernaar, waar bovendien. Maar je moet het hebben. Iemand nog iets te vragen? Neen? Hoe dichter het schip Italië naderde, hoe had rood vlassig haar, dat Ja, een klok, schoot het door hem heen. zorgvuldig voor je zelf houden. Ermee Dan ga je aan je werk. Straks kun je het d[oefgeestiger hij werd. Want hij wist maar - tfktok. HU herlas het telegram nog f— misschien niet meer en ..Grüss Gott al te goed. dat de rust op de zee hij nooit voldoende scheen te Een noodklok. Hij herlas het telegram nog +nt i.an_ ffphnmpn j«. Hpf misschien niet kammen. Op de brug hingen a» sPeien 101 Je Kans genomen is. net - een». „Duitsland heeft de oorlog aan «,u»- S S, em land verklaard. Direct opstomen naar Con- gebruiken als het spreekwoordelijke stantinopel". Terwijl er een golf van warm bloed door zijn hoofd schoot, draaide hij morgen ging hij als wilde de stomme, zware dingen te lijf. Hij keek dan na afloop hijgend rond en als iemand hem te aan dachtig gadesloeg, schreeuwde hij, dat hij zin had om hem als zandzak te beschouwen. Eenmaal had iemand op dit dreigement ge reageerd en was de brug opgeklommen, zich om, sloeg nog Nog geen paar seconden later lag hij op eenmaal tegen de dek met een gebroken arm en drie ge- schommelende zand- scheurde ribben. Sindsdien keek niemand zak en schreeuwde meer om en liet men hem ongestoord de dat' het lossen was afgelopen en men ""het direct bet anker moest lichten. TA _4 I Er ontstond een De ouwe 18 gek lichte paniek. Oor zandzakken Op de morgen van de eerste Augustus 1914 werkte de kapitein zich zweet. was. Toen ze eindelijk de kust zagen, als Wolf stond achteraan. Hij keek naar lange zwarte potloodstreep, probeerde hij voor de zoveelste maal het woord oor- hart, dat onder je riem gestoken wordt, het gezicht met de ongekamde haren, log te ontraadselen. Later in de trein van Triëst naar Duitsland wist hij het echter Deze man zou nog niet. nooit bang voor Een zware vermoeidheid overviel hem en ..als hij sliep had hij zware dromen, zijn even zijn. >s Morgens werd hij met een schok wak- Harde lichamen, ker, omdat een zonnestraal een van zijn harrlo oppstpn Df °®en openwrong en opnieuw ontsloten de geesten, ui dem0nen van de huivering de poort van had hij zich ver- zijn geweten, gist? Lag er toch iets mense- lijk zeggen hoe lang de reis ge" duurd had. Eenmaal over de eigen lijks? - - - - - de schrijver van het boeiende verhaal over het goudschip Renate Leonhardt heeft een avontuurlijk leven achter de rug. Reeds in 1940 werd hij als dienstplichtig militair geconfronteerd met de oorlog. Na enkele maanden krijgsgevangenschap keerde hij naar Tilburg terug. Daar kwam hij bij een illegale verzetsgroep. £IND 1943 werd hij gearresteerd en naar verschillende Nederlandse en Duitse concentratiekampen overge bracht. Na de bevrijding van Neder land ontving zyn vader het bericht dat zijn zoon in het concentratiekamp was omgekomen. Tot grote blijdschap van de familie bleek dit bericht on juist te zijn. Hornman was van een gevangenen-transport ontvlucht en leefde wekenlang als een opgejaagde tussen de ruïnes van grote en kleine steden. Hij werd door de Amerikanen bevrijd en na eerst enige tijd burge meester te zijn geweest, kwam hij in dienst van de Secret Investigation Service. NA zijn terugkeer in Tilburg werd hij stadsredacteur van een plaat selijk blad. Dat bleef hij zeven jaar. Toen had hij er genoeg van, want zijn avontuurlijke aard dreef hem verder. Hij kwam in contact met Korea-vrij- willigers en in een roes van veront waardiging schreef hij de oorlogsro man „Ik wil leven". Later werd hij oorlogscorrespondent in Korea en maakte o.a. de ondertekening van de Wapenstilstgndsovereenkomst mee. Ook over de eerste politionele actie in Indonesië schreef Hornman een roman. Thans werkt hij aan zijn derde roman, die speelt in het door de Ame rikanen bezette Japan. L grenzen zag hij een nieuw Duitsland. In gedachten Hard en gesloten als metaal. In de „De ouwe is gek", zei iemand tegen Wolf. nek Het"sieürde hen dwars door de ruimen. Hij werd nog zwijgzamer dan anders. In ging hij het ijzeren trapje af naar milltaire tremen waarmede hij reisde, die van het manschappenverblijf op weg in de laadbomen hing juist een bonkig stuk het manschappenverblijf werd er 's avonds _tooknlaat 7p ,n,]dpn ri„c Hit mannen met barse gezichten. Ze was naar de stookplaat. Wolf bromde iets yzer, dat zachtjes op en neer ging. Men dacht druk over gesproken. Wolf merkte op, dat ae stooKpiaat. z,e zouden dus dit. Spraken weinig. terug wat de ander niet verstond. Hij had er niet aan. Iedereen vluchtte het schip in. er een gedrukte stemming hing. Het was schip moeten verlaten. MadeleineHij stond soms een halve dag en en omdat hij nooit geleerd had indivi- een bijtende kater. Een gevoel alsof een De loopplank werd ingehaald en beneden bekend, dat ze naar Constantinopel zouden naam had iets romantisch Er voelde de loomheid over zich komen ^ueel te denken, deed hij wat anderen roofdier zich een weg vrat van het ene ein- bij de ketel sjouwde donkey-man Wolf, varen en als het goed gmg kwamen ze over oe naam naa iets romantiscn. Er voeiae ae loomneia over zien Komen wai anaeren de van zijn hoofd naar het andere. Hi, nam Wa„t hij wist dat ze met één ketel het drie dagen aan. Dan moesten ze z.ch na- moest schemerlicht bij zijn als je als werden de zandzakken van kapi- °aaen' °acm a0"M'lef; zon8 collectief de schop en bekeek peinzend de steel. Daar- anker moesten lichten, omdat er geen tijd tuurlijk melden op de Duitse legatie en dan «s-H-m-rlipV»» omen tein Fisscher op zijn hoofd gestapeld. f", naaiie collectief al wat door de op staarde hij naar zijn vereelte handen. meer 0ver was om de tweede aan te ste- via Duitsland naar het front aie uitspraK. öcnemerncnt en groen Jn München was hij he- beu Hi? keizer en zijn generaals was veroor- Hij dacht aan Hamburg, aan zijn broer in ken. Terwijl hij als een razende werkte. „Ik ben er bij, dat weet ik zeker hoor- behang. Weer trok hij de keteldeur viuchtte de trein uit als zat een Hire deeld. Saksen, aan zijn vreugdeloze jeugd, draai- klemden de gedachten zich als bloedzui- de hij iemand zeggen. Wolf keek op. Terwiil hii in de vlammen V.lu^mte °e UJJ als zat K^T de daarop de ventilatie-kleppen dicht en gers aan hem vast. 's Avonds speelde Krampf altijd op zijn open. lerwiji nij in ae vlammen sische patrouille achter hem aan. Hij Daarom was hij In München uit de gooide het stalen deurtje van de oven open. yoor de 00ri0g was maar één woord: mondharmonica. Nu had hij het instrument staarde, dacht hij aan de woorden van had een gevoel alsof hij moest over- trein gevlucht- Weg van deze stomme Een ogenblik keek hij m het vuur van m00rd. Het drong nog niet voldoende tot niet bij zich. Fisscher en ülotseline beeon een stem geven. Dagenlang de ketel en zag het grillige spel der over hem doort maar t0en hij de deur van de -De ouwe staat de hele dag met zijn ver- isscner en pioisenng Degon een siem 6 b 5 elkaar woelende vlammen. Dan nam hij de ketel weer opende en de vlammen zag, die rekijker op de brug ging Krampf verder. in hem te krijsen, gillend als een sirene. Ild met!> schop vaster in zijn handen, schoof hem spits en venijnig een hernieuwde aanval op ..Hij is niet te genieten. Kom niet te dicht Q„„ct7,iroot Krat hom uit T4ii nrn gezien dan zwaarge- vooruit en wierp de kolen in het vuur, dat de kolen deden, huiverde hij. Enkele uren in zijn buurt, want hij is in staat je als «et angstzweet Drak ftem uit. flij pro- wapende mannen met later stoomde de „Madeleine Riekmers" de zandzak te gebruiken. beerde zichzelf te kalmeren met een Prnstipe gezichten - - Wat verderop kregen er twee ruzie. ernsuge gezicmen. „Als jij getrouwd was zou je er ook wel lied, maar het hielp niet. teneinde raad Hij had naar hen ge- aatzuchtig monster direct I aanval deed op de nieuwe prooi. Behoed- haven uit.' Uit de schoorsteen kwam sloot Wolf daarop het deurtje van broken rookpluim. Als een lang stuk staal de ketel en zette zijn schop tegen de wand. stond de kapitein op de brug. Onafgebro- anders Langs het smalle trapje klom hij aan dek. ken keek hij naar het spoorwegmateriaal, snotblaag Het werk aan de kade was in volle gang. De enorme grijparmen van de laadbomen omklemden het spoorwegmateriaal en hesen het kreunend naar dc kade. Een kleine Griekse jongen stond er met een ernstig gezicht naar te kijken. Een magere hond lag onbeweeglijk als was hij dood aan zijn voeten. De Grote Schilder had de lucht een staalblauw kleurtje gegeven, waarbij de groene kleur van de „Madeleine Riekmers" ietwat vreemd afstak. Ergens hoorde hij iemand zingen, een weemoedig lied, waar van hij de woorden niet verstond. Schreeu wende mensenstemmen op de kade vorm den een vreemde koorbegeleiding. De kapi tein oefende nog steeds op zijn zandzakken. Af en toe hield hij even op en schreeuwde een bevel. „Wij Duitsers kunnen bevelen", dacht Wolf. „Onze taal leent er zich toe. Voor de liefde leent zich onze taal ook. „Ich liebe dich" klinkt melodieuzer dan „I love you". Het harde geluid van metaal op metaal werd afgewisseld met doffe slagen op de zandzakken. Plotseling hoorde hij snelle voetstappen op dek. Er stormde iemand de brug op met een papier in zijn hand. Het was de tele grafist. Wolf had hem nog nooit zo gezien. Friedlich was een lange, enigszins apathi sche man, die floot, telkens als hij zich herinnerde op een vrachtboot gemonsterd te hebben. Hij sprak drie talen en wuifde daarmede zichzelf eer toe als een wierook. Hij was de enige aan boord, die nooit vloek te, maar ook de enige, die als hij sprak zo liederlijk zijn mening over vrouwen ten beste gaf, dat je met liters wijn de vuile smaak uit je mond wilde wégspoelen. Wolf zag hoe de ouwe zich omdraaide smerige zej bjj jangzaam en duidelijk, rond- keken als ze auto- M denken. Je bent Cheeuegnt,ZmenSeiS n'Jr Z Tnd're kijkend of hij alleen was: ."ik word raatisch strijdliederen, wereld te schietendeserteur" zongen en hij was De bootsman, een Pruis, hoor- jrtTV,„„j v,of To *0t ontdekking de het. „Daar heb jij geen Er kwam iemand het trapje af. „Je gekomen, dat hun verstand van Hans." Hij sprak schijnt nogal plezier te hebben. Er zijn hart niet meezong. stern8 „J?eLnrgeonkalnoetbkag van die mensen, die zich nergens iets Daarom vond hij als je naar het front wilt. Je van aantrekken." Er klonk jaloezie uit afschuwelijke gaat er voor je land heen. Voor liederen. Het leken de keizer. Voor je familie. Voor ae woorden. dode mannen waar. heel Duitsland." Wolf sloot met een klap het deurtje in men gram0_ PlSSST"kSS*van de ketel en wiste het zweet van foon met een luid- Ouwewijvenpraat. Hans heeft zijn voorhoofd. Hij antwoordde niet, spreker had neerge- *elljk- maar er speelde een flauwe glimlach zet- „Hoe denk jij erover, Wonf? Op den duur walg- vroeg de bootsman. om zijn mond. Alleen de vlammen in De donkey-man haalde zijn de ketel wisten iets van zijn besluit en schouders op. Deserteren", zei een stem Alles werd groen Zijn stem was laag en donker toen hij antwoordde: „Ik denk er helemaal niet over. Ik zal wel zien. Wat komen moet, moet komen." Maar de stem. die andere stem zei maar één ding diep in hemzelf: Deser teren! Jullie kunnen me met geen commando's, noch met sentimentaliteit overtuigen. En dat nu roerloos aan de laadbomen hing. in alle twee zijn jullie verduveld sterk. „uix 4og ««44 44^4. Zelfs déze rustige haven was hen vijandig Ik ben ook een Duitser maar een van het de telegrafist iets toesnauwde. Maar deze ^eworden.Eénstukjepapierhad hen vijan- verstandige In mijn jeugd heb ik al Iptfp daar niet od en met een kort, bijna den van de Grieken gemaakt. hysterisch gebaari duwde hij da kkpitein Het water bruiste rond de boeg. Het genoeg beroerdigheid meegemaakt, het papier onder de neus. scheen sissend te fluisteren Fischer keek Soms schaamde Wj zich v00r die gedach. no rirtnWpv-man zap hop hot cczicht van naar de zandzakken. Zo moeten we voor- de ouwe verstrakte. Hoe er direct daarop taan de mensen, die met ons in oorlog zijn, te en toen drie dagen later het schip voor een kramp overheen kwam als werd eep beschouwen. Zandzakken. Sla erop, verniel anker ging in Constantinopel zonder dat on- van zijn spieren ontwricht en duidelijker ze. derweg een oorlogsschip hen gekruist had, dan hij nog ooit iets in zijn leven zou horen. Donkey-man Wolf in de stookplaat dacht wgrd hij rustiger. Hij ging denken, dat klonk de stem tot hem door, de stem van aan dezelfde dingen. Hij had ze op dek ho- J een gebroken man, een langgerekt „Don- ren praten. Een paar snotneuzen hadden hll spoken gezien had. Dat het flodderende nerwetter". Levensgeschiedenis!! J-JET VERHAAL, dat wij U op deze en volgende pagina's zullen bren gen, is de levensgeschiedenis van George Wolf, die één dag voordat de Renate Leonhardt werd getorpedeerd, van het schip deserteerde en zo aan een bijna zekere dood ontkwam. De heer Wolf woont nog steeds in IJmui- den en heeft een vrij regelmatig con tact gehad met de heer Visser, die weldra het goud van het Duitse schip zal trachten te bergen. In de komen de weken zullen wij vertellen over George Wolf, van het ogenblik, dat hij hoorde over het uitbreken van de oorlog tussen Duitsland en Rusland, tot het moment, dat hij van de Renate Leonhardt deserteerde. hun schouders rechtgetrokken en wilden in de wind wapperende papiertje, dat hun de hij er van. Er moest iets met hem gebeuren voor hij een van deze brui machines de hersens insloeg. In het be gin had hij zichzelf nog voldoende onder controle gehad. Toen was het alleen maar nieuwsgierigheid geweest. mensenmassa, die in oorlogshysterie haar eigen leed trachtte weg te trappen. Toen hij eenmaal over de brede trottoirs liep en weer ergens een vrouw zag, die de vuilnisbak buiten zette en verder de melkboer opmerkte, die kalm een paar flessen van zijn kar retje nam, werd hij rustiger. Hij liep enkele uren door verlaten buurten. Hij voelde een niet te weerhou den drang om zijn eigen voetstappen te horen, die tot nu toe waren onder gegaan in de klank van dui zenden doffe laarzen op harde grond. Hij keek naar de huisnummers. Zag ergens een bloempot voor een raam en bleef lang stilstaan die hem bij een restaurant waar hij naar bin- In het Griekse Vola. scherper rondom zich deed zien. La- nen kon kijken. Als hij een uniform ter werd het walging en nog later zag, keek hij een andere kant uit en een met moeite onderdrukte haat tegen als hij de zware stap van laarzen deze collectieve waanzin. hoorde, draaide hy snel een andere De massa was losgekomen. De stom- straa* *n' me, geüniformeerde massa. En plotse- Wwwwwwwww ling had hij het verschil geweten tus- sen een zeeman en een landrot. De onze volgende aflevering eerste had wat van de wereld gezien, t Had de mening van andere mensen ge- 5 over et drama van dc Renate hoord en geleerd erover te denken. De n tweede was geboren, getogen en klein Leonhardt: Dbemanning in gemaakt inde plaats waar hij woonde. J Duitsland terug Nu werd hij losgelaten. Hij verdween uit zijn veilige, vertrouwde omgeving

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1954 | | pagina 5