rbeidstherapie groeide uit tot kunstnijverheid Engelse sportkleding heeft stijl C. Licht is belangrijk voor planten ïg met open deuren- issr-jfeM qRoentesoep met keRRie NIEUWE LEIDSCHE COUHANT I In het Nederlands Studenlensanatorium Onverflauwd enthousiasme van lerares - bijzondere prestaties van patiënten 11/AT doet een mens als hij ziek is dat wil zeggen langdurig ziek is? Hij leest kranten, tijd schriften en boeken, vooral veel boeken. Hij leest zo vaak en zo veel, dat hij af en toe gelooft sterretjes te zien en de neiging in zich voelt opkomen en wel eens uitvoering geeft ook aan dit voornemen! om met die boeken te gaan smijten of iets geks te doen, zomaar iets geks. Dan wordt verveelt en ivellicht laat men rukken. Jaren geleden heeft een patiënt ïr het Nederlands Studenten Sanatorium t< Laren (NH) het eens zó uitgedrukt: „Je leest maar en je leest maar je moet steeds opnemen, maar iets uiten kun je niet." Wellicht was dat een de redenen, waarom de toegewijde zitter van de Stichting „Het Nederlands Studenten Sanatorium", prof. dr. C fi Heringa contact opnam met mevi C. EisenloeffelMacDonald uit Amster dam en haar enthousiast wist te maken voor de idee: les te geven in handen arbeid aan deze patiënten. Mevrouw Eisenloeffel, klein, kittig kunstzinnig, kan zich, acht jaar dat ze voor het eerst met dit werk begon, nog goed herinneren met hoe veel gemengde gevoelens ze de ka mers in het oude N.S.S. aan de Naar- derstraat in Laren betrad en met haar voorstellen kwam. Een beetje scepti cisme, een beetje achterdocht en die gevoelens van „oh moet er weer zc noodzakelijk iets voor de zieke jongens gedaan worden" (gevoelens waar iede re t.b.c,-patiënt vroeg eri laat mee maken krijgt! dat waren zo dingen waar mevrouw Eisenloeffel kening mee moest houden. Met verwonderlijk gevoel Een krijttekening van een pa tiënt, die zich van zijn eigen kunstzinnige gaven niet of nauwelijks bewust was. Om de kuurtijd door te komen is het niet goedt uitsluitend te lezen of te stu deren. Creatief werk verrich ten is een tact en humor heeft zij zich boven deze problemen weten te 'stellen; eenvoudig doordat zij niet van het standpunt ging dat deze uit de maatschappij ruggetrokken jonge mensen iets geleerd moest worden. Zij praatte met ze over kunst, kunstgeschièdenis, liet voorbeel den zien van kunstnijverheid en atten deerde er de patiënten bij wijze van spreken'langs haar neus' wég'óp, hoe- het vervaardigen van bepaalde kunst voorwerpen in zijn Werk ging. Niets werkt zo deprimerend en vernederend als het: „probeer het nu maar eens, i ga eens wat leuks maken, dan ga je ook. minder piekeren en het komt je kuur ten goede". Mevrouw Eisenloef fel vermeed dit onderwerp, ging kalm haar gang en kreeg niettemin enthousi aste „volgelingen". In het moderne en lichte- sanatorium, dat aan het „oude huis" werd gebouwd is een groot lokaal ter beschikking ge steld van de arbeidstherapie. Het is zo langzamerhand al van veel materiaal en hulpmiddelen bij de handenarbeid vpor- zien wel een heel verschil met die be ginperiode, toen het boekbinden bijvoor beeld een vrij ingewikkelde geschiede nis was en het persen onder de poot van een bed geschiedde. Bezigheidstherapie het hulpmid del om de in het nauw gedreven mens los te maken van zichzelf. Men noemt het ook gaarne: afreageren. Misschien meer dan zich van dit psychologische effect bewust te wor den, kwamen vele patiënten (me vrouw Eisenloeffel schat het zeker op constant 20 pet. van de „vlotten de bevolking") tot de ontdekking dat zc konden tekenen, schetsen, schil deren zelfs. De waarde van het zélf iets creëren bleek verrassend groot, ook al omdat hetgeen men zo spe lenderwijs opstak ook op allerlei an der gebied van positieve waarde bleek te zijn. Gevoel voor kleur en licht, voor verhoudingen en vormen, het zich verrijkt weten door de ken nis die men vergaarde op een ter rein dat men voordien nooit had dur ven of willen betreden dit alles droeg bij tot lichtpunten in kuurpe riodes die vaak moeilijker door te komen zijn dan een buitenstaander zich kan voorstellen. vraag is mevrouw Eisenloeffel herhaal de malen gesteld en zij geeft maar al te gaarne toe, dat. zij onmogelijk kan vaststellen in hoeverre hot schilderen, boetseren, weven of leerwerk de kuur versnelt of vertraagt. Maar zij is er van overtuigd, dat het creatieve werk voor mensen,; die verondersteld worden de" hélé dag met hun-neus in de'boeken te zitten (in dit geval dan: te liggen) vafi niet té" onderschatten belarig is. Veel van haar eigen opvattingen stem- wat zij tegenkwam in Gehoord dat een glinsterend bijoux tegen woordig vaak al* enige versiering op een donkere japon gedragen wordt in de buurt van de elle- Gezien een heer die een stropdas en een pochette droeg van hetzelfde, het rood-wit gestreepte materiaal. Gelezen in „Newsweek" dat een 12-jarige jon gen in Boston vier dagen lang niet thuis kwam en zijn ouders in grote on gerustheid bracht. Toen hij weer kwam opdagen vertelde hij dat hij naar verschillende bioscopen was geweest en in totaal 24 films gezien had. het boekje van de Engelse kunstenaar Adrian Hill, .die „Art versus illness" (kunst contra ziekte) schreef. Een we zensverschil is. dat Hill zijn mensen uit sluitend laat tekenen of schilderen en dat mevrouw Eisenloeffel andere uitingen van productiviteit evengoed op haar program neemt. Daarbij laat zij zich niet leiden door.de. opvatting dat het weven bijvoorbeeld een typisch werkje voor een vrouwelijke patiënt is. Zij kan zich oprecht, verheugen over het feit dat een kleedje, in een eenvoudig sireepmo- tief, de maker de voldoening schenkt zelf iets vervaardigd te hebben, zelf de kleuren te hebben gekozen en de een voudige figuurtjes er in te hebben ver werkt. Dat is het belangrijkste: het zelf verzinnen, zelf ontwerpen en zelf fan taseren over kleurencombinaties. Voor beelden zijn zoal niet uit den boze bij mevrouw Eisenloeffel. dan toch Uitslui tend bedoeld als een middel om zich een bepaalde techniek eigen te maken. Samen schilderen Men kan gerust zeggen dat het werk van mevrouw Eisenloeffel in de loop der jaren is uitgegroeid, verbreed, ver diept. Niet alleen omdat het sanatorium werd uitgebreid en het aantal patiënten dat aan handenarbeid deed dus toenam, maar ook in meer ideële zin. Mevrouw Eisenloeffel behoort tot de mensen wie „wilde fantasieën" worden toegeschre ven, maar die er dan toch maar in sla gen datgene wal onmogelijk leek, mo gelijk te maken. Een van haar ideeën is het „community-painting". Met Kerstmis 1952 werd in de hall van het sanatorium een „schilderij" van 6 bij 2.75 meter opgehangen, vervaardigd door een tiental patiënten. Zo is er nog eens een schilderij gemaakt voor een van de eetzalen en het vorige jaar gooide mevrouw Eisenloeffel het over een andere boeg èn er kwam een kerststal tot stand. Een practische vraag is: hoe doen ze dat dan allemaal, terwijl ze toch op hun rug moeten blijven liggen? Het is alles een kwestie van uitkienen en een beetje manoeuvreren met de ter be schikking staande hulpmiddelen. Door het zg. bedtafeltje in verschillende stan den te zetten, het papier er op vast te klemmen of met punaises te bevestigen, is de patiënt in staat liggend werkzaam heden te verrichten. Arbeidstherapie, bezigheidsthera pie, kunsttherapic. Het z(jn woor den, die toch slechts ten dele uit drukken wat mevrouw Eisenloeffel bedoelt te bereiken. Zelf ziet ze het leven, een benadering van de kunst door zelf op dat gebied Iets te pro beren en te presteren. Planten kunnen van licht, lucht en water alleen niet leven, wordt wel eens gezegd, maar het zijn toch alle drie wel heel be langrijke factoren! Het water, uit de bodem opgenomen en het kool zuur, dat uit de lucht door fijne huidmondjes in de plant komt, moeten samen een stof vormen, die tot opbouw van het plantenlichaam dient, tot de groei dus. En dat kan alleen onder invloed van licht. Over het algemeen kunnen kamer planten wel met wat minder licht toe dan buitenplanten. Men moet echter niet vergeten, dat wat wij voldoende licht achten voor de planten in wer kelijkheid maar heel zwak is. Licht meters wijzen uit, dat de lichtsterkte i in de kamer, één meter van het raam af, slechts ongeveer een derde die van buiten is. Drie meter vat i«=am is de lichtsterkte nog slechts 1/25 gedeelte. Het is te begrijpen dat bij zuik een zwak licht de meeste planten niet gedijen kunnen. -#■ Planten dienen dus een enkele I uitzondering daargelaten dicht bij 1 het raam te staan. Felle zon, zo tussen elf en twaalf uur 's morgens, is wa' te kras, zelfs voor geraniums, dit overigens wel wat zon kunnen heb- Staan uw planten dus beeld met een stukje vitrage. Krant staan lelijk en werken bovendien averecht. Het best doen de planten Zet de planten nooit vlak tegen het raamdes zomers dus niet om de felle zonnebrand en in de winter vanwege de sterke afkoeling door het g'J-is. - Voor een regelmatige groei is het nodig, dat de bladeren regelmatig schoongemaakt worden. Het is in de kamers meestal nogal stoffig en daar door raken de fijne huidmondjes gauw verstopt. Afspoelen is daarom het beste, liefst met lauw water of bij grote gladde bïaden door ze af te nemen met een vochtige doek of spons. Bloeiende planten mogen niet afgespoeld worden, de bloemen lijden er van. Denkt u er voorts vooral om, dat tocht voor de planten even na delig is als voor mensen en dieren. vorige week hadden die ons allen verkwikt en maarbezitten wij "die wij het over onze sterkt. Allerminst is het altijd en overal? Durft u de bedoeling met deze aan te bellen bij Meneer avonden onszelf alleen A en bij Mevrouw B en maar geestelijk te „spek- .met hen over de Here ken", maar (figuurlijk ge- Jezus, over hun zónden sproken) de deuren staan de wereld in start (na de vacantie) kerk, staat en maatschap pij en daarin in het ko ninkrijk Gods. Een var de grote gevaren van on ze tijd is, dat Wij onszelf °pen in de massa verliezen. Daarmee onttrekken ve len zich aan de activi- elkaar meeleven in vreug- teil, die God van ieder Van oud en jong, en problemen, maar ként merking: „ja, zeker, aeleerde een.. onzer een buitenker- zal daar m'n hele hebben inoo.o-n *nl kelijke-in-nood, dan zoe- en houwen -aan twee van ken we die persoonlijk op, die betrekkelijk vreemde geven het adres door naar mannen gaan vertellen!" de evangelisatie-commis- Fout hè? Zij zijn uw sie en nemen zoeen ook broeders, die op dat mo- eens mee naar onze ment als gezanten van avonden. Christus bij u komen, 't Zijn ook mede-zondaren, VOOR jeugd-, vrouwen- van wie niemand mag en mannenverenigin- verwachten, dat zij als i ik ieder willen heiligen leven zullen, houd de clubjes Wijst hen niet met de arbeider huisvrouw, dominee kenmah persoonlijk vraagt. Aan alle gelovigen is het evangelie der genade toevertrouwd en daar hebben we mee te wer ken. Wee, wie het in een zweetdoek bewaart! Waar deze activiteit niet ontspringt aan de band gen der liefde tussen Chris- raden: tus en ons ieder persoon lijk, waar de liefde tot de naaste niet aanwezig is, daar is alle woord en werk voor God gespro ken en gedaan een lui dende schel. Overpeinzingen van Margaritha te Ëvanston gehouden Zoals met alle kerkewerk i nog wel een ouder- de Amerikaanse komt ook hier, splitsing ling! Zeg het hem dan geestelijke dr. Th. Wedel, in kleine wijken (afdelin- liever onder „Massa- gen) de intensiviteit zijn levenswan- schieten het werk ten goede. In del hindert. Mijn persoon- J--'- [kleine kring van üjke mening is dat het ;ert men alle huisbezoek van een ouder- valse schaam- iing meer kans op open de dingen van heid. op een vertrouwelijk geestelijk leven te gesprek geeft, dan dat spreken, af te leggen. Er van twee. openheid, n grootgemaakt het eigen hart geze- steeds meer hun doel voorbij, er zijn te weinig gelovigen leert levende, openstaande ge- schroom meenten en daardoor blij- te, om ven belangstellende bui- het tenkerkelijken toch gees telijk dakloos. Onder deze komt omstandigheden is het ge- Christus boden, in alle lagen de bevolking christelijke gend wordt. Deze open cellen te vormen, om op heid wordt ook deze manier de grondslag gedragen te leggen voor een nieuw, kringen, intensief kerkelijk leven", omgeving, site's enz Cel-vorming ja, zegen van kan uitgaan. Zo hebben wij in de vlakte blijven, plaats mijner inwoning sinds twee jaar buurtge meenschappen i kerk opgericht, groepjes in discrediet is geraakt, dat het hele gezin mees- mee- muilt als er gezegd andere wordt: „vanavond ouder- de dagelijkse ijngenbezoek" ligt zeer - verjaarsvi- zcker ook aan het dikwijls _j i. on_tactjsch optreden van dka/n gelovigen "onderling, niet voorbh^dgrootsTea"erïenh alleen de opper- tage aan ons gemeente leden. Want het is dan Ook voor de ouderlingen blijkbaar zo met ons ge er gemeenten is het steld, dat het ons geen onze werkseizoen weer aange- vreugde is om te spreken Kleine broken. Hoe moeilijk is over de dingen van het (hoog- dat werk! Hebben wij ons koninkrijk Gods, stens achttien) die in de- dat wel eens ingedacht? Jezus. onze Verlosse zelfde buurt wonen eenmaal per maand menkomen, kaar, of Het ergste is. dat wijzelf Dat vinden het deze broeders zo zwaar niet zo vroom!", smaalt met el- maken. Door onze geslo- He een dan op de ander, bijbelgedeel- tenheid allereerst. Salo- Fn hier raken wij de te, of een actueel boek mo's wijsheid hebben deze, dige kern. Wij houden er het zo een Zondags-geloof op te be- na. Ons leven van iedere dag is er niet van door drenkt. 't Geloof is voor si: ve- de Zondag en in de week (geschrift) op geestelijk gebied te bespreken en hart van i daarover van gedachten te naderen, wisselen. Er wordt een stukje uit de bijbel gele- ik w zen, we zingen samen en len uit deze avonden onderlinge band ontstaan, vaak de nodige tact. gebed en ja. dan heten we Christen. Maar zijn wé het dan wel? Bovengenoémde dr. We del zei het ook te betreu ren, dat de Christen zich in de ogen van de fiiet- Christen vaak slechts onderscheidt door een paar morele principes, de Zondagse deelneming aan een soort vrome oefening en een ten toon gespreide eigengereid heid Onderzoeke een ieder zichzélf Versterkt de gemeen schap der heiligen en zijn geloofsleven, mede door het vormen van cellen, maar houd de deuren open om te roe pen en te zoeken wat verloren dreigt te gaan, want wij hebben een Woord, nee Hét Woord voor de Wereld!" MARGARITHA Ds. J. W. K. te G. Als anwoord op uw ingezon den schrijven betreffende myn handel en wandel diene Mattheus 7:1 en 2. Mijnheer H. v. L- te A. Dat boekje „Brieven uit de Hel" ken ik, ook. Dat is inderdaad ontdekkend om te lezen. Natuurlijk kunnen wy in ons eigen hart de werking van Gods Geest en die van Satan onderscheiden. Maar er zijn situaties, waarin de werking van Goddelijke machten en die van Satan voor de mens niet precies zijn af te bakenen. U herinnert zich nog wel, hoe daar over door theologen en leken gediscussieerd" is tijdens de jongste waters nood. Denk ook aan Je zus die de wind bestrafte. Nee hoor. geen rubriek erby in 't Zondagsblad! Op iets anders uit uw brief kom ik nog «ens in een stukje terug. Mevr. F. de W.den B. te R. Zo'n brief van u, als 90-jarig echtpaar is een zonnestraal. Fyn, dat u bij het bidden voor de Wereldraad van kerken, ook tot het werken en het beurzen openen aan spoort en ook zelf dit „ora et labora" in prac- tijk brengt. En dat op zo hoge leeftijd! Omringe God u beiden met Zijn licht en liefde. M. Deux-pieces nog steeds in trek Aan de kleding van de Engelse vrouw heeft het nimmer aan doelmatigheid ontbroken. Men kent ze, de verhalen van de Engelse ladies, struis en flink, die op stevige schoenen, wollen sportkousen en in tweed mantelpakken gekleed grote wande lingen maken in de omgeving van hun landgoed. Feit is. dat de sportkleding die in Engeland vervaardigd wordt en dan is DE naam op dit gebied die van Harrods dat onmiskenbare en typische accent heeft, dat alleen maar als „Engels" kan worden be stempeld. Toch is In die kleding de laatste jaren ook iets van elegance binnengeslopen en men kan thans de truitjes en sweaters, de jumpers en toppers die Harrods brengt, moeL lijk alleen maar degelijk noemen. Tweed en wollen jersey laten zich uitstekend combineren. Wollen jer- sey met een knobbelig tweed-effect is zeer gewild voor sweaters, eveneens voor wijd-klokkende rokken. Een bo lero of omslagdoek van wollen stof is eveneens zeer populair. Het wol- ie" ifU1^e js daar°m zo practisch, omdat de draagster het 's avonds fTn i°Pe,.u ?n !s middags met geslo- ™ii bo°thals kan dragen. Een ge tailleerde spencer van grove wollen jersey voorziet Harrod* van een re- borduurde rand. en een topper van tweed knygt een gebreide pas. kraag en manchetten. Zo"n jasje draeen door ClSe meis'jes het hol€ jaar £em™kfgdv°aenen worden bij voorkeur gemaakt van cashemir, dat in alle mogelijke kleuren wordt gebracht <h'p èu i?1S hebben nauwe pijpen .d e de enkels vrij laten. Een enkele pullover vertoont de lijn die in h! lw£U«" I-™> mod.m m de Kerri., h« po^cnormi,. s„| „kl.UP de mengsel van verschillende specerijen («.a. zyn er kruidnagelen, gember, ko- nander en curcumawortel, welke laatsle de gele kleur en de specifieke smaak «n de kerrie geren, aan toegevoegd IJ kennen velen eigenlijk uitslóitend als ingredient by het bereiden van de spe ciale kerrieschotel,. Maar in soep, en dan spec.aal groentesoep smaakt deze krui- dencombinatie ook voortreffelijk. Voor dit recept hebt U nodig: 1 liter water of bouillon, ongeveer 150 gr. ge- mengde soepgroenten. 40 gr. (24 eet- lepel boter of margarine, 40 gr. (4 eet- lepels) bloem, 1 theelepel kerrie, peter- selie of kervel, een scheutje melk. zont, desgewenst bouillonblokjes of -pasta. De groenten schoonmaken en snijden. De boter of margarine smelten en de kerrie er even in bakken. De groenten en iets zout toevoegen, de pan sluiten en het geheel ongeveer tien minuten zacht verwarmen. De bloem erdoor mengen en onder steeds roeren de bouillon of het water toevoegen met kleine hoeveel heden tegelijk. De soep aan de kook brengen en tien minuten laien trekken. Desgewenst aardappelmeel aanmengen met koud water tot een glad papje en dit onder roeren hij de soep voegen. De soep op smaak afmaken met veel fijngesneden peterselie of kervelgroen en desgewenst bouillonblokjes of -pasta. Het is een smaakvol en elegant geheel, deze deux-pièces, waar van het jasje op verschillende manieren versierd kan worden. Wie extra handig met de naald is maakt op de opgestikte zakken een garnering van bijvoorbeeld ajourwerk, of pailletjes, of, wat ook heel aardig en modern is, van raffia. Het jasje heeft een smal, aange knipt kraagje en de J mouwen worden op de gewone wijze i nge- Ze-jPe ro'c ,s voor glad en heeft midden achter een diepe halve plooi. Voor dit patroon, nr. 174 heeft u 2.75 meter d 140 cm. breed, nodig. De patronen zijn verkrijgbaar in de maten 44. 46 en 48. Maat 42 kan besteld worden. Het patroon is d f 0,40 bij onze bureaux verkrijgbaar. Bestellin gen per post kunnen geschieden door aan de voorzijde van een briefkaart, naast de gewone fran keerzegel. f 0J0 aan postzegels te plakken. Na 18 September kunnen geen bestellingen meer worden aangenomen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1954 | | pagina 7