HET VERHAAL VAN
Cïflient}e en vSaartje ^^eperneut
DOOR G. TH. ROTMAN
28. Woedend en wanhopig begon ik op
de deur te bonzen, terwijl Saartje met
haar vuisten het raam bewerkte, zodat
de mensen buiten verbaasd bleven
staan Blijkbaar waarschuwde men de
vrouw van de vrachtrijder, want deze
kwam even later aanhollen en maakte
de deur open. „Hoe komen jullie hier?"
29. We vertelden haar. wat er gebeurd
was en dat haar man er met onze
bloempot vandoor was. „Tja zijn zus
ter woont helemaal in Groendorp; ik
kan er dus verder ook niets aan doen!"
zei ze Wij weer aan het huilen! „Wacht
ereis, ik weet al wat!" klonk nu op
eens een stem. Het was de groenten-
boer. die tussen het publiek stond, dat
zich om ons heen verzameld had.
30. „Ik moet toch ook die kant uit!"
vervolgde hij. „als jullie meerijdt, zullen
we proberen, hem in te halen!" Zo ge
zegd. zo gedaan. We stapten op de bok,
en de groentenboer legde de zweep er
over. Spoedig waren we in volle draf
buiten de stad. En jawel, hoor, zowat
halverwege Groendorp zagen we de
vrachtrijder voor ons uit fietsen.
31. ..Harder! Harder!" riepen we.
Maar de groentenboer zei. tot onze gro
te teleurstelling: „Het zal niet gaan,
want ik moet hier deze zijweg in en Jul
lie moeten dus maar afstappen!" O.
foei. hoe akelig, en dat juist op het
laatste nippertje! Maar hoera! Tot
onze grote blijdschap zagen we. dat ook
de vrachtrijder van zijn fiets stapte en
een C3fé binnenging, dat aan de weg
32. Wij holden er heen, terwijl de
groentewagen de zijweg insloeg. Voor
zichtig gluurden we naar binnen door de
ramen van het café... Jawel, hoor. daar
zat hij, met 'n grote kop koffie voor
zich. Oe bloempot stond op het tafeltje
bij hem. „Zullen we naar binnen gaan"
fluisterde ik. Bevend van angst slopen
we naar de deur en openden die... Ting!
zei de bel.
33. Nu hadden wij er geen erg ih ge
had. dat kinderen niet zonder geleide in
een herberg mogen komen. Zo gauw we
dan ook binnen waren, kwam de her
bergier op ons afstormen. „D'r uit! D'r
uit!" brulde hij, woedend zijn vuist op
stekend. Gillend holden we weg, dwars
de weg over. terwijl de herbergier ons
tot aan de deur nastoof.
34. Toen hij weer naar binnen was ge
gaan en de deur weer achter zich had
toegedaan, keerden we voorzichtig terug
en gingen naast elkaar tegen de muur
vlak naast de deur zitten. „Nu ontsnapt
hij ons niet meer!" zei Ik; „als hij de
deur uitkomt, hebben we hem!"
35. Net had ik het gezegd, of Saar riep
„Daar gaat-ie! Hier de bloempot! Ho!"
De kerel was namelijk niet de voor
deur, maar een zijdeur uitgegaan, en zat
op zijn fiets, eer wc er erg in hadden.
Luid schreeuwend holden we hem na,
totdat hij ons eindelijk hoorde en ver
baasd omkeek. „Dat is onze pot! Geef
hier'" riep ik.
36. Terwijl hij zo omkeek, had hij
echter niet op 'n auto gelet, die van de
andere kant aankwam, waardoor hij
net op het laatste ogenblik moest uit
wijken en van de schrik van z'n fiets
sprong. De bloempot viel uit z'n han
den. kwam in het gras terecht en rolde
met een vaartje langs de berm om
laag
^Thlet 3^Carei <~lÜaóck in HET GLAZEN HUIS
A
DIJKVERHOGING OF
AFSLUITING VAN ZF.F.ARMKN?
Op poft- 4 en 5 van dil Zondagsblad
treft men een artikel aan van de
hand van ir. A. G. Bruggeman. liet
houdt ons de lei voor ogen, die de
Februari-ramp 1953 ons volk Ie
leren gaf.
Voor deze nuchtere en toch boeien
de uiteenzetting, gegeven van alles
zins bevoegde zijde, zal in onze
lezerskring ongetwijfeld grote be
langstelling bestaan.
In dit artikel wordt gewezen op
de tragedie, dat onze zo sterk ge
waande dijken tegen de krachtproef
niet bleken opgeuassen. Bij nóg
hogere stormvloed had de ramp
zelfs nog groter kunnen zijn.
In een slotartikel, dal wjj vol
gende week hopen op te nemen,
zet de schrijver uileen. dat we de
keus hebben tussen dijkverhoging
op grote schaal óf afsluilig ran zee
armen. Daar dit laatste technisch
mogelijk is, acht de schrijver de
keus als aangewezen.
„UNICA". Ontwerp
TOEN ik, terugkerend van een bezoek
aan het Glasmuseum, in 't Leer-
damse „Lucullus", mijn vruchtensap
dronk, bracht ik met een zekere eer
bied het glas naar mijn lippen. Waar
schijnlijk was ik nog sterk onder de
indruk van wat ik gezien en gehoord
had bij de rondleiding door de conser
vator Karei Wasch. Zijn voorlichting
over de edele glaskunst is boeiend en het
simpele gebaar, waarmee hij met zijn
nagel tegen een bokaal tikt. spreekt van
zijn liefde voor de glazen schoonheid.
Ik stel mij voor, dat hij nog altijd Rijn
wijn drinkt uit een roemer en die aan
de mond brengt met dezelfde hoffelijk
heid. waarmee cavaliers eertijds de
hand van hun dames kusten.
Van die roemers, in hun diepgroene
tinten, staat er een tiental In het Na
tionaal Glasmuseum. Ik zag cr twee uit
Museum Boymans in Rotterdam Zij
hadden de groene doorschijnendheid van
zeewater en bezaten een wonderlijk so-
le lang natrilde.
glas beluisteren I
Nationaal Glasmuseum te Leerdam:
droom en daadkracht in kristal
glasrozetten versierde toegangsdeur,
fonkelde van kristal. Maar ook vond ik
er een onooglijk pulletje, tweeduizend
jaar geleden op primitieve wijze door
de Romeinen vervaardigd en bij Nijme
gen opgegraven. In die omgeving stuit
men nog telkens op voortbrengselen van
een eeuwenoude beschaving, waarin ook
het glas al bekend was.
Het pulletje stond naast een prachti
ge coupe van Venctiaans glas. dat eens
een wereldfaam had. Er waren ook ju
weeltjes van Perzische kunst, een met
goud versierde Silezische vaas. fluitgla-
zen en bokalen. 18e eeuws Engels glas
werk, versierd met spreuken en dia
mantstippel- of radargravures, huwe
lijksbekers en één van die rijk bewerk
te. in barokke schoonheid pralende wer
ken van de Boheemse glasmakers; een
cylindervormige beker met emailsohil-
deringen.
Het is zelfs onmogelijk om een op
somming te geven van de stukken, die in
schoonheid uitmunten. Daarvoor is de
collectie te uitgebreid. En bovendien
zou men dan verdwalen in de doolhof
van stijlen en technieken, die in de loop
der ecuwen werden toegepast.
DE geschiedenis van het glas is zo
oud, dat de oorsprong er van zich
aan onze waarneming onttrekt. Zelfs de
Egyptenaren hielden zich al bezig met
de vervaardiging van glas, in de sim
pelste vorm een versmelting van zand,
kalk en alkali. Vóór hen moeten reeds
oudere culturen de techniek meester zijn
geweest.
Er wordt wel eens verteld, dat het
glas op een heel toevallige wijze in de
wereld is gekomen. Tientallen eeuwen
geleden raakte ergens, bij een oud cul
tuurvolk. een prlmitle.ve korenmolen In
brand. In de vuurgloed versmolten de
drie genoemde bestanddelen en later
vond men in de as een broze stof: het
eerste glasproduct in de geschiedenis
van de mensheid. Later ontstonden
over heel de wereld de verschillende
glasculturen, die hun stempel drukten
op de ontwikkeling van deze kunst.
onderscheidt
kelijk zal men simpel
gebruiksvoorwerpen neb
ben gemaakt. zonder
aan artistieke vormge
ving te denken. Omdat
daarbij de natuurlijke
drang tot versiering en
volmaking tot uiting
kwam. konden toch
werkstukken ontstaan,
die wij heden ten dage als kunststukken
bewonderen. Dit ziet men op tal van
levensterreinen
Het is wel typerend, dat de huidige
opvattingen inzake de toegepaste kunst,
weer veel meer gericht zijn op de ver
vaardiging van een zuiver functioneel
product.
Als Karei Wasch, beweeglijk en met
een Gallische welsprekendheid, zijn ge
zelschappen rondleidt door hel glazen
huis. wijst hij telkens op nieuwe facet
ten van de glaskunst.
Door de ramen op de tweede etage
zag ik een blinde muur en rokende
schoorstenen van de Glasfabriek te
Leerdam, en ik vroeg mij af, hoe ach
ter zo n grauwe muur zoveel kristallen
schoonheid geschapen kan worden.
Het is al 175 jaar geleden, dat de eer
ste glasblazers zich in Leerdam vestig
den en in ongezonde hutten hun adem
al te spoedig verbruikten met het slo
pende werk. De industriële revolutie
trok ook haar vervlakkend spoor door
de glazen wereld. Er is een tijd geweest,
waarin aan de lopende band de meest
smakeloze producten werden vervaar
digd. Ook die zijn tentoongesteld in het
Glasmuseum en Karei Wasch trekt er
UNICA". Ontwerp A. D. Copier.
zij het vloeibare glas nieuwe vormen te
«even. Zij experimenteerden, bogen zich
tot diep in de nacht over hun plannen
en vonden In het plooibare materiaal
ook nieuwe mogelijkheden
scheppingsdrang uiting
glas werd opniei
ontdekt.
tor vertelt over die ople-
grotc voldoening in zijn
slem. Hij trekt vergelijkingen met het
werk van Anna Roemer Viascher en de
technische mogelijkheden van toen en
nu. En na een bespreking te hebben ge
wijd aan het verleden, zoals dat spreekt
uil de collectie van Museum Boymans
cn het glas en kristal, dat H M de Ko
ningin welwillend ter expositie afstond,
voert hij U binnen in het bloeiende tijd
perk van de glaskunst, dat wij heden
beleven.
Er i
neling: bokalen en k
de beeltenis
van vorsten uit het Oranjehuis, met
leeuwen, festons en zinnebeelden, wa
pens en inscripties. Zij bevat drinkhoor
nen en kelken, maar ook enkele spe
cimen van de moderne glaskunst, om.
de prachtige bokaal, die President Tru
man H.K.H. Prinses Wilhelmina len ge
schenke gaf bij het gouden regerings
jubileum.
Over het algemeen valt het op. dat
de glasversieringskunst va.n heden tech
nisch op veel hoger peil staat en dat de
producten ook veel nauwkeuriger worden
afgewerkt. Na 1915 werd er van die
technische vervolmaking weer een ver
antwoord gebruik gemaakt Tal van ont
werpers. waarvan Copier een der meest
bekenden is. brachten hun denkbeelden
tot uitvoering in serviezen en kunstvoor
werpen.
Beroemde bouwmeesters als Berlage
en De Bazel gaven in het glas gestalte
aan de lijnen en hoeken die zo gepro
nonceerd in hun beroemde gebouwen tot
uiting komen. De harmonie, die De Ba
zel tot uitdrukking wilde brengen in zijn
landhuizen, vindt men terug in door
hem ontworpen bekers en in een boter-
vloot van Berlage ziet men a h w z'.jn
Amsterdamse Beurs weerspiegeld
gla:
AREL Wasch.
h uitleg, voerde
'ereld. die
zijn
Vitrine in Nationaal Glasmuseum. Op de bovenste twee planken
ontwerpen van Joep Nicolas. Onderste plank en tafel: ontwerpen en
„Unica" van A. D. Copier.
Steeds opnieuw komen de ontwerpers
tot een andere vormgeving. Al de stij
len. die bij andere kunsten gebezigd wor
den. zijn hier terug te vinden in het
fragiele glas. llcel mooi en toch geheel
op het gebruik afgestemd, is het ser
vies bestaande uit z.g. gilde gla zen. dat
werd ontworpen in samenwerking met
de vereniging van wijnhandelaren.
Het langst vertoefde ik echter tussen
de glazen kunstvoorwerpen, die uitslui
tend ter versiering dienen. Hierin vindt
men verwantschap met pottenbakkerij
en beeldhouwkunst, maar de mogelijk
heden van het materiaal geven deze
vazen en plasticken een geheel eigen
cachet.
Ik had nooit vermoed, dat ,jlas zó
mooi kan zijn. Copier toont hier in een
rijke verscheidenheid van werkstukken
rijn ontwikkeling minstens r<> boeiend
als een schilder dal doet in zijn schil
derijen. Hij ia niet alleen technisch ver
bazend knap. maar heeft ook in de vorm
voortdurend naar nieuwe mogelijkheden
gezocht.
Op het terrein van de sierkunst her
halen de kunstenaars zichzelf niet Zij
maken vaak slechts één werkstuk van
een bepaald procédé cn zekere vorm.
Dit noemt men een „unica".
De beroemde architect Frank Lloyd
Wright is in het museum vertegenwoor-
(Vervolg op pag. 5).