Dr van Bruggen stamt
goed C.H. geslacht
Uit
Ontroerende pelgrimage van
Elckerlyc in Delft
Installatie van de Prins
ging ernstig toe
C.J.M.V.'ers met onbekende
bestemming door Europa
nieuwe leidsche coubant
MAANDAG 28 JUNI 1954
NIEUWE VOORZITTER UNIERAAD C.H.U.
Bijzondere samenwerking ran
Unieraad en Hoofdbestuur
rvE UNIERAAD der ChristelUk-Historische Unie heeft onlangs uit rijn midden een
nieuwe voorzitter gekozen ln de persoon van mr dr J. van Bruggen te Heemstede.
Voordien was het zo, dat de voorzitter van de C.H.U. automatisch ook voorzitter van
de Unieraad was. Men heeft deze functies nu willen scheiden om het zelfstandig
karakter van de Unieraad als centrum van bezinning binnen de Unie meer tot uiting
te laten komen.
Daarom is de verkiezing van dr Van Bruggen zeker belangrijk te achten. Aan
hem is nu immers de taak om de Unieraad op zijn nieuwe wegen leiding te geven
en zo de bezinning binnen de C.H.U. te stimuleren en te versterken. Na het prettige
onderhoud, dat we met de nieuwe functionaris gehad hebben, menen we te kunnen
concluderen, dat de C.H.U. daar gerust op kan zijn.
Dr Van Bruggen stamt uit een Chr -
Historisch geslacht. Zijn vader direc
teur van de R.H-B-S- te Goes was be
vriend met jhr mr A. F. de Savornin
Lohman, destijds afgevaardigde voor het
district Goes. Aan zijn persoon bewaart
dr Van Bruggen een grootse herinnering
Dr J- Th. de Visser, de bekende C.H-
minister. was eveneens een vriend van
de familie.
De jonge Van Bruggen studeerde te
Leiden wis- en natuurkunde en promo
veerde in 1915 te Utrecht op een wis
kundige dissertatie. In zijn Leidse tijd
was mr J. Schokking, jarenlang voor
zitter van de CHU. zijn leermeester en
oudere vriend, die hij op een speciale
cursus voor kerkelijke en staatkundige
problemen veel sprak. Ook met de be
kende prof. dr J. R. Slotemaker de
Bruine had de student Van Bruggen
veel contact, wat later ambtelijk werd
voortgezet-
Sociaal roepingsbeset
Bijna 40 jaar Is dr Van Bruggen lid
van de CHU. maar toch had dit nóg
langer kunnen zijn. Als jong student
was hij nl. eerst twee jaar lid van de
Chr- Sociale Partij van mr dr A. R- van
der Laan. Zelfs de oprichtingsvergade
ring woonde hij bij.
Het sociale heeft dr Van Bruggen al
tijd sterk geboeid. Al spoedig zag hij
echter in, dat het Christelijk sociaal roe
pingsbesef moest worden ingedragen tn
Christelijke volkspartij en daarom
bedankte hij voor het lidmaatschap van
de Chr. Soc. Partij en trad toe tot de
Chr. Hist. Unie.
Invloeden uit zijn jeugd, Invloed ook
van Hoedemakers geschriften over Kerk
Staat, deden dr Van Bruggen ver
wantschap voelen met de Fries Chr.
Historische gedachte, door Schokking al
dus geformuleerd: „Plaats voor Chris
tus in het leven van de Staat".
Zoals gezegd: het sociale boeide dr
Van Bruggen sterk- In de laatste jaren
van Zijn achtjarig leraarschap was hij
dan ook tevens secretaris van de Raad
van Arbeid te Goes. In 1922 zei hij de
school voorgoed vaarwel en werd voor
zitter van de Raad van Arbeid te Dor
drecht en later van die te Amsterdam.
Het jaar 1938 bracht zijn benoeming tot
lid van de Verzekeringskamer, waarvan
hij 12 jaar het voorzitterschap bekleed
de. Juist deze maand ging dr Van Brug
gen als zodanig met pensioen.
Van talrijke staatscommissies op het
terrein van de sociale verzekering en
bouwkassen was hij lid en voorzitter.
Van de Vereniging voor verzekerings-
wetenschap is hij eveneens voorzitter.
Het Chr. Nat. Vakverbond heeft *teeds
zijn warme belangstelling gehad en nog
is dr Van Bruggen docent aan de ka-
derschool van die organisatie.
Wanneer we hem vragen naar de his
torie van het „mr." voor zijn naam.
komen we achter een aardige bijzon
derheid- Dr vivn Bruggen vatte nl.. 'oen
bij reeds goed in de 30 was, nog een
tweede studie aan: rechtswetenschappen.
In 1927 deed hij zijn doctoraal examen
aan de Vrije Universiteit. Voor de tijd,
doorgebracht aan de V.U. is dr Van Brug
gen zeer dankbaar. Hier leerde hij Groen
van Prinsterer beter kennen en gaven
de prof. Anema en Diepenhorst hem
een wijsgerige juridische en parlemen
tair historische vorming- Daardoor voelt
hij sterk de broederband met ,.dit deel
van de Groeniaanse familie", zoals hij
het formuleert
Behoelte aan beraad
Na deze persoonlijke oriëntatie komt
het gesprek uiteraard op de Unieraad
en onze eerste vraag daarover
Van Bruggen is. hoe hij de belangrijke
opdracht van de Unieraad ziet nl- de
bespreking van de politieke toestand en
het uitbrengen van advies inzake het
bepalen van de politieke gedragslijn
organen der Unie.
We zullen allereerst historisch r
ten Interpreteren, antwoordt de nieuwe
voorzitter. In de CHU werd reeds lang
behoefte gevoeld aan beraad in
kring inzake de actuele problemen der
staatkunde. De samenstelling van de
Unieraad met vertegenwoordigers van
"ie 18 Kamerkringverenigingen van de
federatie van C.H. Jongerengroepen en
de Centrale van C.H. Vrouwengroepen,
r-og gecompleteerd door de leden en ad
viserende leden van het Hoofdbestuur,
waarborgt een gede weergave van de
Keningen binnen de Unie-
Het resultaat van dit uiterst belang-
rjjke beraad moet dienstbaar gemaakt
worden aan het werk van de CHU
haar diverse organen. Dit is de eerste
t«ak van de Unieraad en hiertoe zullen
*ii eigen wegen moeten zoeken-
Zodra zich urgente problemen voor
doen heeft de voorzitter van de Unie
raad de plicht de leden bijeen te roa-
pen. Echter zo voegt dr Van Brug
gen er voorzichtig aan toe niet zon
der voorafgaand contact met het dage
lijks bestuur der Unie en met de Ka
merfracties.
eigen taak en functie, maar dat neemt
weg, dat zij de roeping gemeen
hebben de CHU en door deze het gehele
volk te dienen. De personele Unie in het
voorzitterschap viel weg. de plicht tot
;n zo goed mogelijk samenwerken blijft.
Samen zullen we, aldus dr Van Brug
gen, een goede weg moeten vinden. In
leidende nota's door diverse deskundi
ge personen opgesteld, kunnen het de-
voorbereiden. De opstelling van
vraagpunten is hem als voorzitter van
commissies steeds een nuttige werkwijze
gebleken.
Uiteraard kon het niet anders, of het
gesprek moest ook op algemeen politiek
terrein komen- Het was waardevol om
juist van deze min, met zijn sterke so
ciale inslag, het oordeel over de door
braak te horen. „Ik betreur de door
braak van 1945," zo zi dr Van Bvug-
„want daardoor zijn de verhoudin
gen op politiek terrein vertroebeld- De
PvdA met haar werkverbanden heeft
feite een tripartaire structuur. Bin
ding is alleen een socialism^, waarvan
en inhoud historisch noch socio
logisch bepaald zijn en dat steeds in
beide punten wisselt. Zodra levensbe
schouwelijke problemen aan de orde ko
fpositie van het humanisme, bewa-
Samenwerking
Ook na 1945 is de CHU voor dr Van
Bruggen het ouderlijk huis gebleven
„Omdat." zoals hij het formuleert, „van
uit dit huis in een atmosfeer van onze
traditionefe Nederlandse geestelijke vrij
heid samengewerkt kan worden met ae
beste krachten in andere groepen, die
ons land en voor Europa over
tuigd zijn, dat Eén onze Meester is en
wij allen broeders zijn in Hem."
Voor de CHU staat voorop de gehoor
zaamheid aan het Woord Gods. ook :n
het staatkundig leven- Een logische con
sequentie van deze gehoorzaamheid acht
dr Van Bruggen, dat dit bij alle mo
gelijke verschil van inzicht in concrete
problemen, voeren moet tot een geza
menlijke overtuiging op staatkundig ge
bied t.o-v- de fundamentele structuur en
ïen voor het leven van de Staat.
Essentieel daarbij is het leggen van de
naanik op de geestelijke vrijheid in
Protestantse zin-
Christelijke partijvorming moet echter
iet voeren tot een zich afsluiten van
de wereld. Gehoorzaamheid aan het
Evangelie, dat behalve bederfwerend zout
ook eèn zuurdesem is, eist openheid voor
de structuurwijzigingen, die zich in onze
maatschappij en in Europa voltrekken.
De Unieraad gaat onder deze nieuwe
voorzitter een nieuwe periode in. De
Raad heeft in hem een goede keuze ge
daan. Bezonnenheid, slagvaardigheid
brede, wetenschappelijke kennis stempe
len hem tot een goede voorzitter.- Dr
Van Bruggen behoort met zijn 65 jaren
tot de ouderen- Maar ook de jongeren
kunnen zijn benoeming van harte
juichen- Mede omdat zij in hem
oudere weten, die begrip heeft voo
jongere generatie- „Met hen same
werken om voor hun idealen varn
verwezenlijking te vinden, is ons al'er
plicht". Deze uitspraak is voor dr Van
Bruggen geen holle phrase. De Unieraad
zal onder zijn leiding de goede weg zeker
weten te vinden!
Aad van Duist
Kunst en Letteren
Schoon allegoriespel op het aloude Prinsenhof
van het Prinsenhof te Delft na de opvoering van Den Spieghel der
Salicheyt van Elkerlyc door de Nederlandse Comedie. De devote stilte van
een diep onder de indruk verkerend publiek sprak duidelijker taal. Er wa?
een tastbare dankbaarheid, dat hier in Delft een toneeltraditie gaat groeien,
zoals Amsterdam reeds jaren heeft op de Nieuwjaarsdag met de Gysbreght
Een tweeling
Met
voorbeeld verduidelijkt hU
De Friese Siamese twee-
ling ls gescheiden. Voor Folkje en TjitJ-
ke is het psychologisch en physiologisch
noodzakelijk, dat zij zo dicht mogelijk
«amen blijven leven en groeien-
Zo hebben Hoofdbestuur (waarvan dr
Van Bruggen als penningmeester ook
deel van uitmaakt) en Unieraad ieder
ook een warme ingenomenheid
met de spirituele wijze waarop dit gezel
schap onder de regie van Johan de Mees
ter, dit Middeleeuwe zinnespel gebracht
had en een diep besef voor de godsdien
stige betekenis van wat Petrus van Diest
met zijn Elckerlyc de toeschouwers te
zeggen heeft.
O zeker, het is een Rooms vermaan en
de schrijver vindt er gelegenheid, in de
zijn snel, zijn toehoorders een
kort begrip der Roomse religie te géven.
ieder, die in staat is door de
tijdsvorm heen te zien, zal toestemmen,
dat hier voldoende Christelijke elementen
zijn overgebleven om te spreken van een
Evangelieverkondiging op het toneel, ja.
waar het toneel tot kerk werd-
De weg ter zaligheld van Elckerlyc.
d.i. voor ieder mens. wordt hier uiteen
gezet. God geeft de Dood bevel Elckerlyc
te halen voor de reis. waarvan niemand
wederkeert. En de Dood; getrouwe dienst
knecht Gods. voert dit bevel uit zonder
dralen. Elckerlyc. die onbekommerd
voortleeft, wordt vöor het onontkoombare
geplaatst. Hij verzoekt de Dood hem toe
te staan reisgezellen te zoeken op deze
moeilijke weg. Allereerst doet hij een be
roep op zijn vrienden, maar Ghcselscap.
die kort tevoren hem bezworen heeft
met hem mee te gaan, al was het ook
naar de hel, laat hem toch op deze tocht
in de steek- Dan wendt Elckerlyc zich
vertwijfeld tot zijn familie, maar oom en
neef bedanken hem ln hoofse bewoordin
gen voor de uitnodiging. Dan blijft de
vereenzaamde Elckerlyc nog één aards
beroep mogelijk: het Goed, zijn rijkdom
en bezit, welke hem nimmer ln de steek
gelaten heeft op zijn aardse reis- Maar
ook dit Goed. dat met banden gebonden
en in een vervuilde staat, als ware het
een pad ten tonele komt Elckerlyc had
het altijd goed verzekerd opgeborgen ln
de kelder weigert mee te gaan en
doet zich van zijn schamele kledij,
rijk uitgedost in goud en zilver, een ander
sterveling te gaan bekoren en verleiden.
Ten laatste doet Elckertyc een vertwij
feld beroep op zijn Deugd, wij zouden
zeggen: zijn geweten. Maar deze ls als
een oude. zwakke vrouw, die geen kracht
meer heeft voor zo'n lange reis. Elcker
lyc heeft haar zijn leven lang laten ver-
kommeren, maar Duecht Is een geschenk
des Hemels en hoe zwak zij ook is. zij
laat hem niet alleen, maar roept haar
vriendin Kennisse, het Inzicht in de weg
des heils. te hulp, om Elckerlyc op het
rechte pad ter zaligheid te brengen.
Hier zet de keer ten goede in, want
Kennisse wijst de goede weg. Zij leidt
Elckerlyc naar Biechte. die hem de boete
leert. Elckerlyc zoekt de boete
geseling van het lichaam. Het is wellicht
op dit punt. dat Rome en de Reformatie
lijnrecht tegengestelde wegen gaan, want
boete is voor de Reformatoren niet
kastijding van het lichaam, maar een
broken geest en een verslagen hart Hoe
dit ook zij, het is hier. dat Elckerlyc in
een ontroerend gebed de Evangelische
woorden spreekt:
Sodat ic in Syn passie bade.
Want tc begheer aen U ghenade!
De onderdompeling in het Lijden
de Heer. dit is de weg. waarlangs Góds
genade tot ons komt-
Aandoenlijk is het moment, waarop
Duecht en Kennisse Elckerlyc kleden in
het witte kleed van het berouw: in het
witte licht der schijnwerpers straalt dit
zuiver habijt als een onbesmet, pas ont
vangen geschenk.
Thans vertoont Elckerlyc de korte
ogenblikken, dat hij nog op aarde ls.
de rijkdom van het Christelijk leven
Koninklijk wordt hij in deze spanne tijds
nog omgeven door vier vorstelijke ge
stalten: Cracht, Schoonheyt, Vroeseap en
Vijf Sinnen. als afstralingen
Hemelse Majesteit over het geheiligde
leven. Maar als de weg in het graf leidt,
laten ook deze gestalten Elckerlyc al
leen, hoe schoon Vijf Sinnen ook gespro
ken moge hebben over de Sacramenten
andere waarheden van het Christelijk
geloof- In het graf gaat Elckerlyc als een
wie alle macht en heerlijk
heid ontbreekt. Alleen de Dueght verge
zelt hem en Kennisse. die hem brengt tot
i van de donkere kuil. Zij
heeft de weg gewezen, haar taak is nu
volbracht. Dueght echter leidt Elckerlyc
voort, in haar handen houdt zij hoog het
kruis, want op deze rei» is Christus ons
altijdi voorgegaan en terwijl de
Engel hem roept en het koor op de ach
tergrond het lied der blijde thuiskomst
ingt: Koomt uitverkoren bruid, gaat
Elckerlyc ten Hemels poorten in-
eg des heils is ons allen voorge
tekend: ..Amen segghet allegader! God
heb lof', zijn de laatste woorden van ddt
schoon allegoriespel.
Wij hebben U de inhoud ditmaal uit-
Kruis, mantel en zwaard
(Van een onzer verslaggevers)
OMHANGEN MET HET SINT JANSKRUIS (symbool van het Christe
lijk geloof), de riddermantel (uitdrukking van naastenliefde en barm
hartigheid) en belast met het zwaard (om nieuwe rechtsridders te slaan)
nam Z.K.H. Prins Bernhard Zaterdagmiddag in de Ridderzaal in Den Haag
plaats achter de kapitteltafel. Hij was landscommandeur geworden van de
Orde van Sint Jan, geïnstalleerd door zijn voorganger, mr W. J. baron van
Lynden, die de titel van Grootmeester droeg. Het was het hoogtepunt van
de plechtigheid, die zich kenmerkte door soberheid en diepe ernst.
Zoals we Zaterdag meldden, woonde
H.M- de Koningin deze gebeurtenis bij.
H.M. had plaats genomen op de voorste
rij van het vak, waarin ook het voltallig
kapittel van de souveretne orde van
Malta zijn plaats had ingenomen. De
A.R. raads- en statenleden in Alphen
Stedebouw: hachelijke noodzaak en
nobele staatstaak
Mogelijkheid lot ontplooiing naar eigen
aard is eerste voorwaarde
(Van een onzer verslaggevers)
STEDEBOUW IS NIET alleen een taak voor de overheid maar voor ieder
een en voor alle samenlevingsverbanden. Het is niet alleen een kwestie
van schoonheid of architectuur, het is ook rechtsbedeling en het is bovenal
de zorg dat alle dingen die ruimte en die plaats krijgen, dat ze zich naar
eigen aard en karakter kunnen ontplooien. Het wordt tijd dat men in onze
kring beter begrip gaat krijgen voor de positieve eis, dat we deze wereld
schoon hebben te maken. Dezè woorden sprak ir W. F. Schut op de jaar
vergadering van de A.R. provincie-1 en gemeentebestuurders in Zuidhol
land, die Zaterdag te Alphen aan den Rijn werd gehouden.
Ir Schut, directeur van het Instituut
voerig uiteengezet, want op de inhoud
komt het hier in de eerste plaats aan.
In de regie is dit ook meesterlijk begre
pen door Johan de Meester. Heel de in
stelling was er op gericht deze inhoud te
verduidelijken. Sober in dictie en gebaar,
waren allen zich van hun taak bewust-
Moeten wij nog spreken van het prach
tige woordgebruik, waarmee Tón Lutz
zijn rollen (stem van God, Die Doot.
Biechte en Naeprploghe) sprak. Zoal»
deze kunstenaar de taal brengt, bereikt
het Nederlandse vers haar schoonste
hoogten.
Han Bentz van den Berg was een ont
roerende Elckerlyc in zijn aanvankelijk
wat onverschillig verbaasd-zijn, over de
grillige keuze, dat juist hij nu voor de
dood was aangewezen: maar later in zijn
vertwijfelde eenzaamheid, zijn opfecht
berouw, zijn ddepdoorleefde boete, zijn
vreugde om de weg te gaan. Hoe teer
was Ank van der Moer als de zwakke
Dueght, hoe poëtisch schoon Ellen Vogel
als de toegewijde Kennisse, die met grote
tact de weg der zaligheid wijst, hoe ont
roerend was ook Lous Hensen, die als
Vijf Sinnen (het gezonde verstand) het
kort begrip van de catechismus sprak-
Laten wij met deze namen volstaan en
slechts onze dank uitspreken voor de
gave vertolking van dit juweel der vader
landse letteren Op 1, 2 en 3 Juli 's avonds
om 9 uur wordt deze voorstelling in het
Delftse Prinsenhof herhaald. Dit althans
ls de bedoeling- Wij wensen de bezoekers
dan. naast een goede aandacht, ook wat
warmer zomerweer.
Ev. Grolle.
Toch is het zo
AUTOMATISCHE HOND
(81) Hersenen x\jn erg teer en kun
nen gemakkelijk in hun normale func
tie urorden gestoord. Een kleine bloed
uitstorting van een gesprongen aartje
kan reeds verlammingsverschijnselen te
weeg brengen en, sou het zuurstofrijke
bloed één ogenblikje minder rijkelijk
de cellen omspoelen, dan verliezen we
direct het bewust rijn en daarmee ook
de beheersing tan ome spieren. Het is
dus geen wonder dat men lange tijd
van opvatting was dat de hersenen on
misbaar rijn voor het leven. Voor de
mens is dit juist,
maar voor dieren
blijkt dese opvat
ting niet te gelden,
althans niet wet
het vegetatieve
voortbestaan betreft.
verschillende geval
len bekend van zelfs
zeer grote zoogdie
ren die zonder her
in leven zijn geble
ven. Rartolini ver-
meldde in 1661 dat
een os die zich al
tijd normaal had
gedragen, na slach
ting geen hersenen bleek te bezitten
omdat de gehele schedel gevuld it>ai
met een steenhard geswei, waardoor de
hersenmassa geheel verdrongen en ver
nietigd was. Ook andere beschrijvingen
syn bekend van hersenloze dieren,
waaraan gedurende het leven niets bij
zonders te merken is geweest. De mees
te dezer gevallen syn echter nooif be
hoorlijk wetenschappelijk onderzoekt.
Anders staat het echter met de ver
schillende dieren die vooral in de vorige
eeuw werden geobserveerd. Klassiek in
dit opzicht is het onderzoek dat Golz
in 1892 verrichtte by een hond, die
maandenlang in leven is gebleven ter-
wyl toch de grote hersenen uaren weg
genomen. Deze hond, die dus geen psy
chisch leven bezat en niets kon onthou
den, wiens reuk, gehoor en gezicht niet
functioneerde, leidde het leven van een
volslagen automaat, al dient hieraan te
worden toegevoegd dat het dier toch
somtyds handelingen verrichtte die bo
ven het automatische uitgingen. Zij
want het was een vrouwtje sliep des
nachts een droomloze slaap, maar liep
overdag onophoudelijk in het rond,
meestal in de zin van de uurwerkwij
zers. Soms echter draaide zij zich om
en liep dan in tegengestelde richting.
Eten deed zij behoorlijk en met
graagte, mits haar het voedsel in de bek
werd geduwd, of haar snuit in een bak
melk werd gestopt. Eigener beweging
nam zij niets tot zich, hetgeen ons niet
behoeft te verbazen, want zy bezat geen
reukvermogen. Of
iets lekker afweer-
zinwekkend was,
proefde zy uitste
kend.' Naderde zij
het punt van verza
diging, dan werd het
eten langzaam en
lusteloos. Ook r»/
het dier blijk i«n
onlustgevoelens, zy
bromde, jankte en
blafte bijv. wanneer
zy te hard werd
aangepakt.
Maar de spreek
woordelijke trouw
van de hond was
verdwenen, evenals
uiteraard de eveneens spreekwoor
delijke slimheid. Het dier kende niemand,
kwispelde nimmer met de staart, had geen
geheugen en leerde niets. Tweemaal per
dag werd zij opgepakt om gevoederd te
worden, waarbij tij zich altijd verzette.
En niettegenstaande het feit dat dit op
pakken steeds gevolgd werd door een
aangename ervaring (de maaltijd) bleef
zij zich ook de duizendste maal verzet
ten. Een verband tussen het oppakken
en de maaltijd kon door het ontbreken
legd. Kortom, de hond zonder grote her
tenen. is een dier van reflexen, een le
vende automaat zonder psychisch leven.
O ja, zo keuvelend over hersenen,
moeten we het toch ook eens hebben
over het witkund*ondemxjt op de uni
versiteit in de goede oude tijd".
Daarover morgen.
(Nadruk verboden).
Stad en Landschap van Zuid-Holland,
begon zijn interessante referaat met te
zeggen dat we stedebouw en welstands
toezicht niet los mogen maken van
Psalm 8 waar staat dat de heerlijkheid
des Heren over de ganse aarde is. Dè
mens heeft die heerlijkheid veelal ge
weld aangedaan door zijn eigen mate
riële vormgeving. Stedebouw echter
niet alleen een kwestie van vorm of
schoonheid, mèar óók van gerechtlg-
heidi en daarom kan men de overheid
hier niet uitschakelen.
Waartoe de afzijdigheid van de over-
hèid leidde, heeft ons de vorige
eeuw" getoond, toen men in Rotterdam
ten Westen van de Coolsingel en in
Crooswijk erbarmelijke wijken bouw
de. De sterkste kon doeh wat nij wil
de, maar de economische of financieel
zwakkere (de gezinnen, de kerken,
de ouden van dagen) werden de
dupe. Fabrieken verrezen op allerlei
plaatsen en werden een doorn in het
vléés van .de bevolking, door hun
stank, stof, geraas, belemmering van
lichtof brandgevaar.
Thans kan de overheid via de
Woningwet ingrijpen en alle groeper.
recht doen. Al zal men steeds móeten
toezien dat de Overheid niet te ver gaat
Spr. verwierp met kracht de in de grond
oud-liberale opvatting van de vrijheid,
die niet anders is dan de vrijheid hele
maal geen plan te willen.
Pittoresk omhulsel
Krotopruiming, verkeersproblemen enz.
stellen zware eisen ta.v. de sanering
van binnensteden of de kom van dor
pen. Men zal niet steeds het bestaande
gunnen handhaven omdat dit oud is.
Als men in oude steden met de
moeilijke puzzle van verk eersdoor-
braken zit «al men moeten overwegen
of het historische, nog levenskrachtig is.
want het gaat niet om de vorm maar
om het wezen. Is het oude alleen het pit
toreske omhulsel van wegkwijnend le
ven, dan moet het mes er in en moet
plaats gemaakt worden voor nieuwe
vormen, die wel levenskracht zullen
hebben.
Spr. wekte tenslotte de aanwezigen op,
bij het maken van uitbreidingsplannen
voor de gemeente of van streekplan
nen rekening te houden met de eigen
aard van gemeente of streek.
Op dit referaat volgde een uitgebrei
de en geanimeerde bespreking.
Bij de opening van de vergadering
had de voorzitter, de heer J. A J. Jan
sen Manenschijn, aandacht gevraagd
teleurstellende verkiezings
uitslag in Zuid-Holland. Dat moet voor
de raadsleden een prikkel zijn zich :r>
de gemeenten ten volle te geven L)e
betekenis en de invloed van een a.r.-
raadsfractie wordt niet alleen bepaa.a
door het getal, maar vooral ook door de
wijze waarop men de zaken aanpakt
De jaarverslagen van secretaris en
penningmeester werden goedgekeurd.
Het ledental bleek gestegen van 304 tot
359. De aftredende bestuursleden wor
den allen bij acclamatie herkozen.
Middags is het gezelschap door het
gemeentebestuur van Alphen op het
raadhuis ontvangen, waar de wnd.
burgemeester, wethouder A. Dekker,
•n begroetingswoord uitsprak.
Toespraak
De heer Dekker begon zijn toespraak
et de burgemeester en loco-burgemees
ter J. van den Berg te verontschuldigen,
de eerste wegens vacantie, de tweede we
gens een familiefeest. Wel waren aanwe
zig de wethouders Deerenberg en Nijman
en secretaris Veenhuijsen. Spr. gewaagde
van de erkentelijkheid van het gemeente
bestuur voor het feit, dat op Alphen voor
deze congresdag de keuze viel.
Gij allen, aldus de heer Dekker, hebt u
met meer dan gewone belangstelling naar
het centrum van de Rijnstreek begeven,
ln de gerechtvaardigde verwachting, wat
meer van deze gemeente te zullen horen
zien. Het kan toch kwalijk worden ge
loochend, dat de goede plaats onzer in
woning de -laatste Jaren menigmaal ge
vangen werd in het licht van de schijn
werper der publiciteit
Vervolgens vertelde de heer Dekker de
aanwezigen in vogelvlucht iets over de
geschiedenis van Alphen en de opgravin
gen. Door de samenvoeging van de ge
meenten Alphen aan den Rijn, Aarlan-
derveen. en Oudshoorn ontstond in 1918
de nieuwe gemeente Alphen. Deze drie
telden in 1867 bijna 8.000 zielen. Thans is
zij de grootste gemeente van de Rijn
streek met een inwonertal van ruim
22.000 en ontwikkelt zij zich meer en meer
tot centrumgemeente. Tot het uitbreken
van de tweede wereldoorlog heerste
een zékere stabiliteit ln de verhouding
tussen veeteelt en zuivelbereiding ener
zijds en industriële ontwikkeling ander
zijds. Maar na de bevrijding, toen de eco
nomische omstandigheden van het land
het nodig maakten opnieuw onze plaats
bepalen op de werledmarkt, werd Alphen
ln het nationale industrialisatieplan als de
kern vóór de Rijnstreek opgenomen
Spreker verklaarde voorts, dat het ge
meentebestuur zich er van bewust is, dat
de impulsen tot zulk 'n ontwikkeling pri
mair moeten uitgaan van het particuliere
initiatief en dat 't zich allerwegen ópen-
barende verschijnsel van een gezapig
leunen op de overheid de volkskracht
sloopt en het kostbare goed van de vrij-
hèid op den duur doet ondergaan. Het zijn
tenslotte de ondernemers, die het tempo
van de industrialisatie bepalen naar de
mate, waarin zij bereid zijn risico's te
nemen, afhankelijk van hun visie op de
winstmogelijkheden, aldus spr Aan ons is
echter de taak om het klimaat voor de
ontplooiing van deze activiteiten zo gun
stig mogelijk te maken. Wij menen daar-
slechts een plaatselijk of een re
gionaal, maar een landelijk belang te
dienen, aldus de heer Dekker, die ver
volgens inging op de mogelijkheden, die
Alphen te bieden heeft.
Dat bij de toeneming van de industrie
de recreatiemogelijkheden gelijke tred
dienen te houden, is een standpunt, dat
het gemeentebestuur er toe gebracht
heeft Avifauna door aankoop te behou
den, verklaarde de heer Dekker tenslotte.
Onder leiding van bet stichtingsbestuur
de huidige directie ontwikkelt het zich
een wijze, die de hoop geeft, dat de
principiële gevoelens van een belangrijk
deel onzer bevolking thans meer
vroeger worden ontzien.
De heer Jansen Manenschijn heeft op
geestige wijze deze toespraak beantwoord.
Hij wees er op, dat reeds in 1713 te Leiden
een boekje werd uitgegeven, waarin P.
Plemper schreef over de voortreffelijk
heden en heerlijkheden van Alphen. Hij
besloot met het gemeentebestuur van
phen een pluim op de hoed te zetten
hetgeen men op het gebied van de
fraaiing der gemeente heeft bereikt
Na de bezichtiging van het raadhuis
vertrok men 'naar Avifauna,, waar
gezelschap de tbee gebruikte.
Mei reertig ia een autobus
Eeiste dagAanrijding en aanmerking op
militaire plunjezakken
HfATERDAG ZIJN 40 CJMV'ers uit Zuid-Holland met een autobus uit
Den Haag vertrokken om een reis met onbekende bestemming door
Europa te maken. De eerste dag bracht al de nodige sensaties, want buiten
het stadje Erkelenz, even voorbij de Duitse grens werd de autobus aan
gereden door een personenauto, waarvan de bestuurder geen voorrang gaf.
De Duitse personenauto werd aan de voorzijde volkomen vernield en moest
worden weggesleept.
tegen middernacht het kampterrein Al-
tenahr bereikte.
Met grote moeite kon men de bestuur
der, die tussen het stuur zat geklemd,
uit de auto halen. Het slachtoffe-r moest
met twee gebroken ribben en lichte ver
wondingen naar een ziekenhuis worden
gebracht De autobus van de GJMV-ers
werd gelukkig aan de achterzij&e slecht»
licht beschadigd.
Voor Rinus Blok (Valkenboskade 44),
begon het oponthoud al bij de Holland
se grens, toen hij daar tot de ontdekking
kwam, dat hij zijn pas vergeten had. ln
Venlo heeft hij van 's-middags 12 uur
tot 'savonds half zeven gewacht voordat
een speciale koerier zijn pas uit Den
Haag had gebracht. Per trein heeft ny
zijn reis hierna voortgezet waarna hij
Bij de grenscontrole bleek, dat ver
schillende oud-militairen hun militaire
plunjezak voor hun bagage hadden
genomen. De marechaussee noteerde de
namen van deze CJMV-ers en waar
schuwde hen. dat zij waarschijnlijk op
geroepen zullen worden voor een extra
inspectie.
Zondagmorgen heeft de heer J
Deierkauf, de Federatie-secretaris,
korte dienst geleid, waarna 's middags
een korte wandeling werd gemaakt.
Ondanks de moeilijkheden, die mer
bij het begin van de reis heeft onder
vonden, is de stemming onder de CJMV-
ers opperbest
vorstin was gekleed in een grijs com-
cn zij droeg een kleine strohoed. Bij
de ingang der Ridderzaal waren de Ko
ningin anjers in de kleuren der orde van
Sint Jan aangeboden: rood en wit. Dat
waren de kleuren die in de Ridderzaal
domineerden tussen het zwart der rid-
dermantels en dat der vele geklede Jasr
De Prms droeg het generaals-uniform
van de Grenadiers. Andere generaals
waren jhr W. Röell, die rechtsridder is
en generaal-majoor H- Koot. kanselier
der Nederlandse orden. Enkele ere-rid-
ders waren in officiersuniform en ook
de hoofdcommissaris van politie, de heer
J. H- A- K. Gualthérie van Weezei ver
scheen. evenals enkele vrouwelijke Rode
Kruis-functionarissen in uniform- De
Malthezer ridders droegen hun rode rok-
m
De enige toga ln dit gezelschap droeg
Jonkheer ds F. W. Teding van Berkhout,
die een wijdingswoord sprak. Daarin wees
hij de ridders van St. Jan op het voor
beeld van hun patroon: Johannes de Do
per. die het geweldige woord sprak: „Hij
namelijk Christus) moet wassen, ik moet
minder worden"- Dat is de enige Juiste
gestalte van mensen, die deze grootste
onder de mensenkinderen willen volgen.
Hy droeg de noden van Orde. van land
n volk daarna in het gebed op.
De aftredende Grootmeester herinnerde
i zijn afscheidrede aan het groot verle
den der Orde. die voortkwam uit de
kruistochten- Evenals later de rede van
de Prins was ook zijn betoog gericht op
het doen van de persoonlijke daad en het
echte offer.
Terwyi allen zich van hun zetels verhie-
en installeerde de heer Van Lynden
Jn opvolger, wiens titel op eigen ver
zoek ..landscommandeur" zal zijn. Hij
wenste hem toe. tot in lengte van jaren
werkzaam te mogen zijn tot hulp cn
steun van allen die zwak zijn. de naas
tenliefde te betrachten en de Christeiyke
deugden te beoefenen, overeenkomstig do
tradities der orde- Oude ridderdeugden,
die ontleend zijn aan de Heilige Schrift
die gaven zyn, welke Christus aan al
zijn gelovigen schenkt.
Daarop heeft, na de reeds vermelde
rede van de Prins, de Coadjutor der
Orde jhr mr J. Beelaerts van Blokland
een afscheidswoord tot de heer Van
Lynden gesproken. Kapittelridder, ir F.
C- C. baron van Tuyll van Serooskerken
van Zuyien sprak een slotwoord, getiteld:
„Heeft de orde nog recht van bestaan".
Ais men ridder is alleen omdat het mooi
is een chique mantel* te dragen en van
tijd tot tijd bijeen te komen met gelijk
gezinden, dan wordt de orde in plaats
van een zegen, een vloek- De eenheid
voelen met alle broeders in Christus en
persoonlijk geloofbelijden door een God
toegewyd leven, dat maakt van het goud
de ridderschap een offer. In het an
dere gevai wordt het een afgod. Het
belangrijkste is niet of de ridders zelf
vinden, dat hun. Orde recht van bestaan
heeft, maar da* God dat ook vindt. De
Orde. aldus deze kapittelridder, moet
en biddende order zijn.
VOORSCHOTEN
Brand in schaftlokaal
Zondagavond omstreeks 7 uur werd de
brandweer gealarmeerd voor een brand
aan de Rijndijk 206. Daar bleek het
schaftlokaal van de compostopslag Drie
bergen uit RijnSburg in brand te staan.
De oude bus, tot schaftlokaal omgebouwd
is geheel uitgebrand. De brandweer onder
commandant Lekkerkerker bluste het
vuur met twee stralen van de motorspuit
op open water. Een nabijgelegen garage
liep aanvankelijk gevaar, maar door het
optreden van de brandweer werd uitbrei
ding van de brand voorkomen.
Agenda Raadsvergadering
Woensdagavond 8 uur komt de raad in
openbare zitting bijeen. Behandeld zullen
worden de volgende voorstellen: het ver
lenen van subsidie aan de stichting R.-
Katholieke gezinszorg en gezinshulp te
Leiden; het verlenen van medewerking
aan de doortrekking van de Krlmkad#
tot aan de Parallelweg van de Leidseweg
en tot beschikbaarstelling van een bij
drage ad 50van de aan deze wegaan
leg verbonden kosten; het vaststellen van
de bezoldigingsregeling 1954; het beschik
baarstellen van een crediet van l 7000
voor de aanleg van straatverlichting aan
het gedeelte van de Papelaan, tussen de
watertoren en de grens van de gemeente
Wassenaar; crediet van f 1000 voor on
derhoudswerkzaamheden aan perceel
Laan van Langenhorst 7; het aankopen
van aan baron Schimmelpenninck van der
OiJe toebehorende gronden, gelegen in de
Oranjepolder groot 6.72.55 ha. voor de
prijs van f 67.588.
WARMOND
Winkelweek en braderie
Ook dit jaar zal gedurende de Kaag-
week een winkelweek met braderie wor
den gehoUden. Het ia Immers gebleken,
dat zowel een winkelweek met een daar
aan verbonden etalagewedstrijd als een
braderie door zeer velen wordt gewaar
deerd.
De winkelweek wordt geopend op Don
derdag 15 Juli 's avonds om half negen.
De etalages zullen op die dag van k mid
dags drie uur af voor keuring door de
Jury gereed moeten zijn. De braderie
wordt op Maandag 19 Juli 's middags om
half vier geopend. Het ligt in de bedoe
ling dit door de jeugd van Warmond te
laten doen. die ballonnetjes zal laten op
stijgen. Aan deze ballonnenplechtlgheld
is ook een wedstrijd verbonden. De win
kelweek zal op Woensdag 21 Juli
's avonds met een bijzondere attractie
worden gesloten.
Om deel te nemen aan de etalagewed
strijd kan men zich tot 8 JuH opgeven
bij de heer G. v. Dam, Herenweg 39. Er
zullen weer vijf prijzen ter beschikking
worden gesteld. Het gemeentebestuur
heeft reed» toegezegd een wissel-wimpel
voor de eerste prljs-winnaar beschikbaar
te stellen.
Voor deelneming aan de braderie kan
men zich wenden tot de heer M. van
Stijn, Herenweg 40.