op reis gingen
Complot van de war te Hand
DOOR G. TH. ROTMAN
49. Gelukkig kwamen al gauw de hye
nahonden met Sam en Slokkie aange
rend. zodat Dr. Dikpoots kwelgeesten er
vandoor gingen. Onder leiding van Sam
begonnen de hohden nu uit alle macht
de aarde rondom het gat, waarin de dok
ter «zat, weg te graven. Ze deden hun
uiterste best; de aardkluiten en zand
wolken vlogen naar alle kanten.
50. 't. Was een lawaai van je welste.
want de honden keften en gromden on
der het werk, of ze 't een of ander
kwaadaardig gedierte achtervolgden;
dat hoorde er zeker zo bij. Intussen ont
stond al gauw om het gat heen een
grote trechtervormige kuil. waardoor
het gat zo ruim werd. dat Dr. Dikpoot
er uit kon komen.
51. Dat was me een verademing! Maar
nu kwam het op betalen aan en Sam
bedacht, dat hij meer beloofd had dan
hij kon nakomen. „We hebben nu niets
bij ons", zei hij, „maar volgende week
komen we weer hier langs en brengen
we jullie loon mee!" De hyenahonden
keken wel wat wantrouwig, maar ze
kenden Dr. Dikpoot en die zou hen wel
niet bedriegen, dachten ze.
53 De ingang van de tempel was pre
cies op het oosten gericht, zodat des
morgens bij zonsopgang de eerste stra
len tot in het diepste van de tempel
vielen als om de eerste groet var. dc
nieuwe dag te brengen. Dit alles ver
telde Dr. Dikpoot. maar toen zei hij:
,,Ik moet hier in de buurt een paar
oude kennissen bezoeken; wacht jullie
hier in de tempel, ik ben binnen an
derhalf uur terug!
52. Onze Afrikareizigers moesten nu,
graag of niet. dc nacht onder de blote
hemel doorbrengen. De andere morgen
vroeg gingen ze alweer op pad en be
reikten tegen de middag de grote tem
pel van Ipsamboel, het vroegere Aboe-
Simbel. Ook deze tempel was, meer dan
3000 jaar geleden, door de Egyptena-
ren gemaakt; niet gebouwd, maar tot
60 meter diepte in de rotsen uitgegra
ven. Vier geweldige beelden van 20 me
ter hoog. koning Ramses II voorstel
lende. zaten tegen de voorgevel aan en
hielden daar reeds eeuwenlang de
wacht.
VOORSPEL EERSTE WERELDOORLOG
Besloten wercl tol een aanslag op 't leven
vande Oostenrijkse troonopvolger
QEZE zomer is het veertig jaar
geleden, dat de eerste we
reldoorlog uitbrak.
De aanleiding hiertoe lag in
de Balkankwestie. Na de tweede
Balkanoorlog was er grievende
teleurstelling bij Bulgarije, dat
van de vruchten van zijn over
winningen was beroofd, maar
ook bij Servië, dat de zozeer
begeerde zeehavens door samen
werking van Oostenrijk en
Italië missen moest.
De moordaanslag te Sera je wo
op de Oostenrijkse troonopvol
ger en zijn gemalin bood de oor
logspartij te Wenen en te
Boeda-Pest de gelegenheid Ser
vië te vernederen en het econo
misch en militair zo belangrijke
contact met Bulgarije en Turkije
te herstellen.
In antwoord op deze Oosten
rijkse aanval op Servië ging
Rusland tot mobilisatie over. Dit
voorbeeld werd door Duitsland
gevolgd en niet lang daarna door
Frankrijk, Servië en het Britse
rjjk... de reeds lang dreigende
grote oorlog was begonnen.
In twee artikelen geven wij
het verhaal van het „voorspel",
dat deze geweldige worsteling
tussen de grote rijken van
Europa vooraf ging.
Keizer Frans Josef in zijn laatste levensjaren.
IN de namiddag van de 13e Maart
1914 zat de Serviër Pushara even
als iedere andere dag in zijn café te
Agram tegenover zijn kop zwarte
koffie het ,,Srbobran" dagblad te le-
Plotseling k'eek hij schichtig rond
om te zien, of hij door niemand be
spied werd. Toen hij zag, dat er nie
mand op hem lette, trok hij haastig
zijn mes uit zijn zak en sneed daar
op met vier vlugge bewegingen een
klein stukje uit de krant. Mes en pa
pier verdwenen toen vlug in zijn col
bert. Vroeger dan zijn gewoonte was,
verliet hij het café om snel naar huis
te gaan.
Thuisgekomen deed hij de deur van
zijn kamer op slot en nam hij een
stuk papier en een enveloppe. Het uit
de krant gesneden berichtje vouwde
hij tussen het papier, waarop hij met
verdraaide hand het v/oord ,,Kruz-
hec" schreef. Hij sloot alles in de
Aartshertog Frans Ferdinand.
enveloppe en adresseerde die aan de
Bosnische emigrant Chabrilovitch in
een café te Belgrado. Om alle spo
ren uit te wissen, ging Pushara naar
Zenica, waar hij de brief postte.
Toen Chabrilovitch de volgende mid
dag in zijn café kwam, werd hem
de brief ter hand gesteld. Hij liet
hem zien aan zijn vriend Gravilov
Princip, de zoon van een geheime
Servische agent, die gewoonlijk aan
zijn tafeltje zat.
Het uitgesneden stukje krant bevat
te maar een klein berichtje over de
tegen het einde van Juni in Bosnië
te houden zomermanoeuvres van de
16e en 17e legergroep onder comman
do van de Aartshertog Frans Ferdi
nand.
De beide mannen in het café spra
ken geen enkel woord, zelfs wissel
den zij geen blik van verstandhou
ding. Zij wisten heel goed, dat deze
brief afkomstig was van een groep
geheime Servische samenzweerders,
de z.g. groeD ..Kruzhec", die met een
felle haat tegen de Aartshertog be
zield waren, omdat hij als vriend van
Pruisen en van de Room-Katholicke
bourgeoisie van Kroatië hun ideaal
van een verenigd Zuid-Slavië in de
weg stond.
Zij wisten, dat dit uitgesneden
stuk papier het sein was om toe te
slaan. Niet het alarmsignaal voor de
grote aanval, maar de slag tegen de
man over wiens duistere plannen
reeds zoveel vernomen was, de ge
vaarlijke troonopvolger van de roof
zuchtige nabuurstaat.
■fr
'PIJDENS een wandeling ontmoette
A Gavrilov Princip een andere
vriend, die voor dezelfde idealen
streed. Deze man, een zekere Gra-
bezh toonde Princip hetzelfde bericht
je, dat uit het dagblad „Istina" ge
sneden was Opnieuw spraken de Sla
ven geen enkel woord.
Enige dagen later besloten Chabri
lovitch, Princip en Grabezh de troon
opvolger van Oostenrijk te vermoor
den. Zij zochten contact met een an
dere Bosnische emigrant, Milan Ci
ganovitch, die officieel in dienst wa>
bij de directie van de Servische
Staatsspoorwegen, maar in het ge
heim No. 412 was van de patriotti
sche organisatie van de Zwarte Hand
(ook wel Unie des Doods) genoemd.
Deze Servische groep streed voor
een groot en vrij Servië. Zij bestond
uit voormalige legerofficieren en
werd geleid door kolonel Dragutin
Dimitrijevitch, de invloedrijke leider
van de inlichtingendienst van de Ser
vische Generale Staf. Deze kolonel
had ook de aanslag van 1903 op Ko
ning Alexander en Koningin Draga
georganiseerd. De leden van zijn or
ganisatie wisten, dat de moord op de
koning van Griekenland en Bulgarije
en op de erfgenaam van de Oosten
rijkse troon op het programma stond.
Ciganovitch sprak met kolonel Di
mitrijevitch over het voornemen van
de drie jeugdige patriotten. Onmid
dellijk kreeg hij voor de vrijwilligers
geld en wapens van het Opperste
Centrale Comité van de Zwarte Hand.
Bovendien ontving hij instructies om
hen te helpen met hun uitrusting en
hun clandestiene overbrenging naar
Bosnië en later, na de aanslag, met
hun vlucht terug naar Servië of vrij
willige dood.
In een park bij Belgrado onder
richtte Ciganovitch de drie jonge
mannen in het gebruik van vuurwa
pens. Hij wees hen de verschillende
verborgen wegen en paden, die van
Servië over de grens naar Bosnië leid
den en stelde hen in kennis met alle
staatsambtenaren van het district,
die bij de samenzwering betrokken
waren.
■fr
TVIETTEGENSTAANDE de uiter-
■L~ ste voorzorgsmaatregelen drong
een gerucht van deze toebereidselen
door tot in de werkkamer van de
Servische premier, Nicola Pashitch.
Hij beval aan zijn minister van bin
nenlandse zaken, Stejan Protitch be
velen te zenden aan alle grenswach
ten langs de Drina, dat onder geen
enkele omstandigheid aan Bosnische
studenten mocht worden toegestaan
van Servië naar Bosnië over te ste
ken. Daar de meeste grenswachten
eveneens leden van de Zwarte Hand
waren, bleef de officiële tussenkomst
van de minister evenwel zonder suc
ces.
Ook in Wenen waren onderwijl be
denkingen gerezen tegen het voorge
nomen bezoek van de troonopvolger
naar de onveilige provincie Bosnië
bovendien zo bedenkelijk dicht bij
de Servische grens als te gevaar
lijk en niet te rechtvaardigen door het
belang van de legermanoeuvres.
Het district, dat bezocht zou worden
had veel arme en dus ontevreden be
woners. Al waren zij gesplitst in tal
rijke onderling strijdende groepen,
toch trokken zij in de haat tegen de
Habsburgse Monarchie één lijn door
de drukkende uitzonderingswetten:
Bosnië-Hcrzegowina verlangde meer
dan ooit te worden bevrijd van het
juk van de Donau-monarchie en te
worden verenigd tot een vrije Zuid-
Slavische Staat.
Toen op 4 Juni 1914 door de ..Neue
Freie Presse" in Wenen alle bijzon
derheden van het voorgenomen be
zoek door de troonopvolger aan Bos
nië gepubliceerd werden met nauw
keurige vermelding van de officiële
aankomst in Serajewo op Zondag 28
Juni, gingen er nog meer waarschu
wende stemmen op.
Met enige bezorgdheid werd er op
gewezen, dat juist die Zondag een be
paalde betekenis had voor de bevol
king daar: het was Sint-Veitdag, op
welke dag de Serviërs in de 14e eeuw
't Was zeer onrustig in Europa, vlak
vóór het uitbreken ran de eerste
wereldoorlog. In Frankrijk was het
vooral Jean Juarès, leider der socia
listen, die krachtig protesteerde tegen
de toenemende militaire voorberei
de slag van Kossowo hadden gestre
den een herinneringsdag, die door
alle Servische patriotten gevierd
Op 18 Juni ontving de Servische ge
zant in Oostenrijk-Hongarije, Jovan
Jovanovitch een waarschuwing van
zijn regering in Belgrado en een be
vel om die waarschuwing vertrouwe
lijk aan dc bevoegde autoriteiten in
Wenen door te geven.
Drie dagen later zat hij bij de Oos
tenrijks-Hongaarse minister van fi
nanciën. dr. von Bilinski, die als chef
van het burgerlijk bestuur van Bos
nië verantwoordelijk was voor alles
wat samenhing met het bezoek van
de Aartshertog. ,,Het bezoek zal de
grootste ontstemming veroorzaken
onder de Serviërs", verzekerde de
gezant, ,,die dit als een provocatie
zullen beschouwen. Manoeuvres zijn
onder zulke omstandigheden altijd ge
vaarlijk. Onder de Servische mannen
zou er één kunnen zijn, die een scher
pe patroon in plaats van een losse
in zijn geweer of revolver zou kun
nen doen. Hij zou kunnen vuren en
de kogel zou de man, die provoce
rend optreedt kunnen treffen. Daar
om zou het goed en aanbevelenswaar
dig zijn als de Aartshertog niet naar
Serajewo ging, de manoeuvres niet
op St. Veitdag en in Bosnië werden
gehouden,"
Misschien kende men in Weense
hofkringen de Servische gezant als
overbezorgd; misschien was hij ta
melijk impopulair wegens zijn hou
ding tegen Habsburg in de periode
van de annexatie van Bosnië-Herzego-
wina; misschien of wel zeker stelden
de invloedrijkste kringen, die het
dichtst bij de Hofburg stonden niet
zo'n groot belang in het leven van
de troonopvolger: in elk geval werd
de wenk van de Servische gezant m
de wind geslagen.
De geruchten bereikten ook de
Aartshertog, maar in het begin trok
hij er zich weinig van' aan.Hij be
schouwde ze als ingegeven door de
vijanden van zijn vrouw om haar
vreugde over naar eerste officiële be
zoek te bederven. Toen de waarschu
wingen echter aanhielden, deed Frans
Ferdinand een beroep op de bejaar
de Keizer en vroeg hij hem toestem
ming om van het voorgenomen be
zoek aan Bosnië te mogen afzien.
Frans Jozef echter vond het onjuist
dit te doen, nadat het bezoek al of
ficieel was aangekondigd.
(Voor vervolg pag. 3)