e
1
1
ir-
iü
MS
s
0
m.
JK
a
C3
Bi 0
0
0ï
1
0
mm
p fi§ 1m
WKk mek Mi
M I
m wk 'wk
in
iiü
Éi
0
0
0
v?
B H S
18 0
§1 fig
n
J 11
l i
s m
M J|
2 i9
m «t i
m m
W
B»
i a
a
01
f m
0
1 m
SP
If
De man van 1 oil mul
Aprilletje zoet, geeft nog wel eens een wnfe hoed
Te mógen leven!
Af.
VSt> l 'Udd« Z.I
ZONDAGSBLAD
auiustjuujuuz.
17 APRIL 1954
No. 194. B. J. Pranger. Den Haag.
Correspondentie betreffende deze
rubriek aan de heer W. Jurg. Jan
Luykenlaan 12, Den Haag.
Nieuwe opgaven
Ditmaal beschouwen we het probleem
van Viergever als het eenvoudigste van
onderstaand drietal: wel een unicum
product van deze hersenbre-
193. Het vraagstuk
Pranger spant o.i. wat ingewikkeldheid
betreft de kroon: een bijzonder verras
sende ontknoping, die men in deze 10
om 11 stand niet zou vermoeden.
No. 192. J. Viergever, Barendrecht.
M
m
W
W
HP,
M
m
X
mm -vaa
'M
tel
Op 3933 krijgen we het volgende
spel:
3. 39—33 16—21
4. 27x7 12x1
5. 33 x 24 18 x 27
6. 32 x 21 23 X 41
waarna de heer Belle tot winst besluit
Dit lykt ons echter dubieus door
7. 4842 26X17
8. 42—37 41X32
9. 38 x 27 gevolgd door 36—25 en
35x24. waarna de remise oi. niet te
keren is.
Overigens is het nog de vraag of
3933 als derde zet in deze variant
gedwongen is. Wij menen nl. dat dit
niet het geval is. Maar we laten de be
antwoording van deze vraag graag aan
de lezers over en komen hier desge
wenst op terug.
Oplossingen
m m m
m
m
m
mm»
mk.
-
m m m
mm
Zwart; 8, 10, 12. 16, 18. 19, 24, 31.
36. 38.
Wit: 21, 25. 26, 32, 37. 39. 41. 43. 47.
-.9. 50.
Alle vraagstukken, waarvoor geldt:
wit begint en wint, tellen voor de lad
derwedstrijd. Oplossingen inzenden bin
nen 3 weken na plaatsing.
Opmerking uit de lezerskring
In onze verslagen van de wedstrijden
om het persoonlijk damkampioenschap
van Nederland namen wij o.m. het vol
gende fragment op uit de partij tussen
Zwart: 11 t/m 14, 17. 21 t/m 24. 27.
28. 30.
Wit: 31 t/m 33. 35 t/m 39. 41. 42. 44.
No. 193. Joh. v. d. Boogaard, Den Haag
m M
m m
m m
L:
«V 0:
H-,
§5j
M n
u
0'
B
3 m
m m r
0 i
a 0 0
O e
m m m
t
■ÉS
0
m
No. 180. (J. H, H. Scheyen).
Zwart: 9. 12. 15. 16. 27. 31. 34, 36.
Wit: 25. 28. 30, 38. 30, 41, 47, 48.
Opl.: 28—22. 48—42. 42—37. 47 x 27.
27—21, 30—24. 25 x 3. De meeste oplos
sers hebben de moeilijkheid van het
eindspel waarschijnlijk overzien. We
kregei) hierover althans weinig opmer
kingen. Toch bevat deze eindstand en
kele prachtige en practische momenten.
Men zie maar eens de volgende varian
ten (zw. 27—32), 3 X 43!! en niet 3—38,
wat door 1822 tot remise leidt (1520
a). 43—25 (20—24). 25—9 (18—23). 9—13
(24—29), 13—9! (29—33 of?), 9—14 (23—
29), 14—20 enz. en wint. A. (18—22),
43—38 22—28), 36—24 enz. In alle va
rianten scherp. Bijzonder fraai.
No. 181. (B. J. Pranger).
Zwart: 5/10, 13, 19, 20. 24. 31. 35, 36.
Wit: 17. 18, 22, 28. 30. 32. 38. 39. 41.
44. 47, 50.
Opl.: 17—12, 22 x 2, 47 X 38, 38—33, 32—
27, 44—40!, 2—8, 8 x 40. 50x17. Van deze
eindstand, de bekende „David en Go
liath" van E. J. B. v. Vught (1889)
gaven we reeds enige malen de oplos-
No. 182. (Joh. v. d. Boogaard).
Zwart; 2, 8, 10, 12. 13. 16, 18/20, 35.
36. 40.
Wit: 26/29, 31, 37/39, 41. 47, 48. 50.
Opl.: 29—23, 38—33, 28—23, 39—34.
4843. 47—42. 37—32, 31x4, 4 x 7, 26 x6
(1621), 61 (2127 andere varianten
verliezen sneller), 1—18 (27—32), 18—23
(32—38), 23—29 (38—43), 26—40. 50x48.
No. 183 (A. v. d. Elzen).
Zwart: 7. 9, 10, 16/20, 22/24, 26.
Wit: 27, 28, 31/35, 37, 44, 47, 49, 50.
Opl.: 35—30, 34—29, 27—21, 47—12,
42—38. 37 x 48, 48—42, 49—43, 44 x 2 (19—
23 gedw.), 2—11 (34 of 3540), 50-45
en wint."
Voor deze aankomende problemi9t
een zeer verdienstelijke constructie.
35. 36.
Wit: 14, 19, 20, 22, 25, 26, 32, 37, 41,
42. 45. 47. 50.
Opl.: 22—17 (11x22 gedw.), 19—13,
45—40. 50 X 8. 26—21, 42 x 24. 47 x 38, 20—
15, 25X3. 3—9, 15X4 (13—19), 4x22
(19—23), 22—33 (5—10), 33—15 (10—14),
15—33 ^(1419), 33—15 (23—28), 15—10
No. 185. (J. Viergever).
Zwart: 2, 6, 8, 9, 11. 13. 15, 16, 18,
19, 23. 25, 26, 45.
Wit: 17, 21. 27. 29/32, 34, 37/39, 44,
48/50.
Opl.: 26—24, 34—29, 48 x 39. 24—20'.
4440. 50—44, 27—21, 37—31. 32x12, 44
—39, 49x9 (24—30), 9—4 (30—35), 4—
18 (6—11), 18—22 (11—16), 22—6 (ook
224 wint). Een afwikkeling zoals we
van Viergever gewend zijn, verder com
mentaar is dus overbodig.
Zwart: 6. 11/13, 15. 16. 18/20, 23. 24, 26
Wit: 22. 27. 28. 30. 32. 33. 35, 37/39.
43. 48
«en
de remise forceerde:
1 37—31! 25x34
2 39x30 26X37
3 32x41 23;<21
4 33—28 18 X 27
5. 28—23 19 x 28
6. 30x26
Een belangstellende lezer, de heer J.
W. v. Belle te Den Haag, vraagt zich
echter af, of in de diagramstand 2025
van zwart wel gedwongen is. Hij geeft
nl. de volgende mogelijkheid aan:
1. .24—29
2. 33 x 24 20 x 29
(Vervolg van pag. 5)
Van heinde en ver, uit de gehele
wereld komen belangstellenden naar
het museum om het gelaat van de
dode, dat een overgave en vast
beslotenheid toont, waardoor men in
hem ook nu nog de mens herkent,
te aanschouwen. Engelse en Ameri
kaanse televisie-deskundigen hadden
er een reis naar Denemarken voor
over ter vervaardiging van een kort
filmpje van het gelaat, dat binnen
kort in alle Engelse en Amerikaanse
televisieprogramma's zal worden per-
Amerikaanse archaeologen blijken
ook bijzonder geïnteresseerd in de
vondst van hun Deense collega's. Zij
veronderstelden aanvankelijk dat men
te doen had met een Spaanse mon
nik... Zij ontwikkelden zelfs een theo
rie volgens welke de monnik zou zijn
gedood door volgelingen van Christus.
De Deense archaeologen, die het ge
hele onderzoekingsproces hebben ge
leid, hebben deze veronderstelling
naar het rijk der fabelen verwezen.
Met grote zekerheid hebben zij im
mers vastgesteld, dat de ,,man van
Tollund" werd gedood vele jaren vóór
de geboorte van Christus...
KEES NOORDEWIER
Cryptogram
groene 3<CerM
(Van onze weerkundige medewerker)
HET komt gelukkig niet zo vaak
voor als men wel eens meent te
mogen veronderstellen, nl. dat er op
een groene Kerst een witte Paas
volgt. Vooral wanneer de Paasdagen
vroeg zijn, komt het nog al eens voor,
dat er nog enkele sneeuwbuien vallen.
Het bovengenoemd weerrijmpje „April
letje zoet" is echter oiet zo maar
een rijmpje, maar af en toe ook wer
kelijkheid.
Voor twee jaar terug lag er op 1
April in een groot deel van ons land
nog een laagje sneeuw, maar veel
erger was het in April 1950. Het
weerverschijnsel, dat zich in dat jaar
op 25 April voordeed, was wel een
hele bijzonderheid. In de namiddag
van die dag begon het te sneeuwen
en er viel zó veel, dat een groot deel
van ons land onder een wit sneeuw
dek lag Bijgaande foto is een opna
me uit de Betuwe, waar dc kerse
bomen al volop in bloei stonden,
maar door de sneeuw niet meer af
staken tegen het witte landschap.
Gaan wij de oorzaak van deze zeer
late sneeuwval opzoeken, dan zien we
dat zich al enkele dagen een afge
sloten zeer koude hoeveelheid lucht in
dc hogere luchtlagen bevond, die wel
koude put" wordt genoemd. Uit de
radiosondeopstijgingen te De Bilt ver
richt zien wij, dat de lucht op 5 kilo
meter hoogte boven ons land een
temperatuur bezat van 30 graden
Celsius. Deze zeer koude en onsta
biele lucht is er de oorzaak van ge
weest, dat op dit middag van 25 April
1950 de neerslag in vrijwel geheel ons
land in de vorm van sneeuw naar
beneden kwam. Een bewijs alweer,
dat ook al zijn de Paasdagen laat,
een wit'e Paas toch mogelijk is.
In 1949 beleefden wij xle warmste
Paasdagen van de laatste 100 jaar.
En wij hopen, dat, als er dit jaar
zich iets bijzonders mocht voordoen,
dit op warmte en niet op kou of
sneeuw betrekking mag hebben.
April doet wat hij wil. Daar schuilt
een grond van waarheid in. Het is
een overgangsmaand tussen de win
ter en de zomer, zodat een sterke af
wijking ons zowel winter- als ook zo
merdagen kan bezorgen.
Zo is de hoogste Apfil-temperatuur
(30 graden) in ons land waargeno
men in 1916 te Vlissingen en de laag
ste (—8 graden) in 1905 te Winters
wijk. Zo werden in De Bilt in April
19Ó6 en in 1915 totaal 11 tegen nor
maal 4 vorstdagen waargenomen.
Buitengewoon zomers was daarente
gen April 1865, toen in De Bilt dc tem
peratuur op 5 dagen boven de 25 gra
den C. steeg.
Kenmerkende weertypen voor April
zijn dikwijls de hardnekkige hoge-
drukgebieden over Scandinavië en de
Noordzee, welke bij ons vele dagen
schraal, droog en sterk zonnig voor
jaarsweer brengen. Berucht zijn de
krachtige oostenwinden, die soms wa
re zandverstuivingen aanrichten.
In het begin van deze week waren
de vooruitzichten nog gunstig. Zonnig
en warmer weer zal het feest van
de Opstanding bij ons nog een fees
telijker gevoel geven.
Sneeuwval op 25 April 1950. In de Betuwe stonden
de kersebomen in volle bloei.
Horizontaal: 1 Pro sem is ohm. 4 in
dit rijk ligt een -traptapijt niet voor een
zwerver, 7 in de toonladder past zowel
de kop als de staart van een uitgestor
ven walgvogel, 8 onthoofd de worm en
verwaarloos een onmeetbaar getal, 10
verf uit de piano om te tellen, 11 wat
akelig als uit ijverig gaat, wat het bak
sel doet rijzen. 13 dit dierenverblijf
geeft moeite. 16 uit de stem komt Iets
minder smakelijks. 18 de ezel voelt
niets voor een tandeloos zoogdier. 19
een tor uit dit ras is een groter dier.
paar voor de schrijflijn geeft een
goed richtsnoer. 24 als redelijk er bij
komt is het Juist andersom.
Verticaal: 1 Deze roofvogel was eer
der plat, 2 gooi het beentje maar uit
het vruchtje van de roos voor aanzien,
3 deze Romein had er ook twee, 5 geen
rode dooier meer, ,G een Argentijns
werkman voelt niets voor geslotenheid,
7 het halsje van dc overste moet weg,
9 de schipper bekeek de omgekfeerde
slede. 10 toch gevuld, ondanks teer uit
revolutie, 12 "t insect is nu bedorven,
14 de zangnoot bestaat, 15 niet vroeg, dit
leervak op school. 16 er is lef nodig
voor gebruik in kleding, 17 de ofliceren
stapten uit het smaldeel en lieten een
boom achter, 20 in deze Noorse stad was
eerst wat loos, 21 uit de schoolafdeling
kroo^> een weekdier, 23 een wiel van
Inzendingen per briefkaart uiterlijk
Donderdagmorgen a s. aan het bureau
van dit blad. In de linkerbovenhoek aan
de adreszijde vermelden: „Puzzle-oplos-
sing". Er zijn drie prijzen: 1. 5; 2.
2.50 en 3. 2.50.
Oplossing kruiswoordraadsel
10 April
HorlionUal: 1 Aanvallig, 6 onderwerp,
10 Ec. 11 es. 12 eb, 14 ton. 16 mi, li
Nljl, 19 wijk, 20 bas, 21 wet, 22 bef.
24 leg. 26 el. 27 hok. 29 re, 30 Po, 31
en. 33 Transvaal. 36 slagregen.
Verticaal: 2 Aan, 3 vleet, 4 luwen 5
Ier, 6 open, 7 dc. 8 es. 9 ptlk 13 bijbel,
15 os. 10 mijter, 18 lèf. 19 wei. 22 belt,
23 do. 29 geul.' 27 honig, 28 kevie, 30
pa, 32 na, 34 rol, 35 are.
ZONDAGSBLAD 17 APRIL 1954
3
S VOOR óe VROUW 1
ii
zie, enigen van de wacht kwamen in de stad om de over-
priesters al het gebeurde te berichten. En in een vergadering
met de oudsten kwamen zij tot een besluit en zij gaven den
soldaten veel geld, en zij zeiden: zegt, zijn discipelen zijn des
nachts gekomen en hebben Hem gestolen terwijl wij slie
pen. En zij namen het geld en deden zoals hun gezegd was.
Matth. 28: 11—13 en 15.
Pilatus' wachten kan men niet vertrouwen,
Zij vluchtten en hun liegloon zat wel goed!
Maar Christus is gezien van Cefas en de vrouwen,
Maria viel Hem diep ontroerd te voet.
Die over Christus als een dode spreken
Zijn voor de opgestane Heer op vlucht gegaan.
Voor deze Levensmacht is zelfs de dood geweken,
Het graf is leeg! De Heer is waarlijk opgestaan!
En waar Hij gaat is licht, daar geurt het leven.
Hij die Zijn Rijk zo schoon voor ons ontsloot,
Heeft aan Zijn kerk het teken van Zijn trouw gegeven,
Voorgoed beveiligd tegen hel en dood!
Dat ons de vreugd van Pasen diep doordringe,
De harten naar Zijn Liefde opengaan,
Een psalm van lof en dank in ons ontspringe:
Gij zijt ons eeuwig en ontfermend toegedaan!
HERM. STEGGERDA.
f-fEER, ik dank U dat ik leven
mag."
Zó begon een door rheumatiek ver
groeide vrouw iedere nieuwe dag, die
God haar schonk.
Léven, dat ongrijpbaar Wonder,
waar iedere vrouw, die een kind ter
wereld brengt en de eerste kreet van
de pasgeborene opvangt, iets van er
vaart. Een levende ziel! Ook de om
standers grijpt dit altijd weer aan als
een Wonder, dat ons mensen geschon
ken wordt en wijzelf niet vermogen te
Hoe hangen we allemaal aan het le
ven. Dat is niet iets, waarover wij ons
behoeven te schamen. God heeft ons
voor het leven geschapen.
En al is er in ons leven geen grotere
werkelijkheid dan de Dood, deze is
tbch de grote tegennatuurlijke, de af
schuwelijke, d.e niet by ons hoort.
De dankbaarheid voor het te mógen
leven ervaren toy in dit jaargetijde
wel het sterkst, nu gans de schepping
zich verjongt en vernieuwt.
Wij kunnen het de vrome dichteres
Jacqueline van der Waals zo navoelen,
da* zij, na het bericht te hebben ont-
dat zij zou moeten sterven,
„Ik sprak niet goede dood,
Ik spralc niet boze,
Maar het dennebosje geurde
En de rozen
En ik had het leven nooit zó
liefgehad".
Te mógen leven.
Eigenlijk zouden wij allen onze da
gen moeten beginnen met het aan
het begin van dit stukje genoemde
dankwoord van die zieke, oude vrouw.
En zéker, wij die gezond zijn.
was hier maar naar toe gezeuld om
dat ze niets beters wist. Kon zij de
mensen, waar haar moeder jaren ge
leden was geweest, niet vinden, of
vielen ze haar tegen, dan was er al
tijd nog het water. Uit haar school
boekjes wist zij, dat er grote, brede
rivieren in Holland waren...
Waarom was ze eigenlijk dit krank
zinnige avontuur begonnen...
Wanneer het nu eenmaal zo was be
schikt, dat er toch nooit een greintje
geluk op je pad kwam, dan moest je
ook maar geen pogingen doen om er
zelf nog wat van te maken.
Ze nam een homp oudbakken brood
uit haar tas en begon te eten. De erg
ste vermoeidheid zakte wat weg.
Prettig stil was het hier. Reisden
de mensen niet in dit gehucht?.. De
gedachte, dat ze nu niet meer opge
jaagd zou worden, schiep automa
tisch ontspanning. Straks ging ze
maar weer op pad. Het wrede onbe
kende tegemoet...
Kijk, daar liepen mensen in kleine
groepjes Zondagse kleren droegen ze
en sommigen hadden een gebeden
boek in de hand. Wat voor een dag
was het eigenlijk vandaag? Natuurlijk
was ze de tel kwijt. Zondag, zou je
zeggen...
En dan opeens vulde zwaar klok
gebeier de lucht. Bim, bam... In geen
maanden, jaren misschien had zij zo-
iete gehoord. Ze lachte wat wrang.
Hier in dit land waren de kerkklok
ken vrij om te beieren, te zingen.
Ach, maar natuurlijk... Het moest
vandaag een groot feest zijn... Pa
sen... Nu ging zij het feest der Opstan
ding op vrije grond uit de verte mee
beleven.
Uit de verte... Maar waren dit niet
de klokken van haar redding?...
Moei2aam stond ze op van de hou-
De deur van de wachtkamer piep
te, toen ze erdoor ging. Een weldadig
zonnetje streelde haar gezicht. De
schare van ingetogen kerkgangers
groeide voortdurend aan.
AI3 in een droom liep zij mee.
En toen ze bij de oude kerk was
gekomen, stond zij als een stenen
beeld. Met verwezen blik...
DE Heer is ons genadig geweest...
Was dat de waarheid?
Het lied van de Paasklokken zwol
aan tot een machtige hymne.
Toen schoot als een lichtende
schicht een vreemde gedachte door
haar hoofd: Nog vóór Pasen ten ein
de zou zijn, was ze zeker, de mensen,
die ze zocht, te zullen vinden.
Ook haar wens was op het punt te
worden vervuld.
Tranen stroomden over haar wan
gen, toen zij met de gelovige schare
mee het kerkgebouw binnentrad.
„Halleluja, halleluja... De Heer is
waarlijk opgestaan!"
Deemoedig boog Ilonka het hoofd...
Want al beukt en kwelt en be
nauwt dat leven ons nog zo, al slaken
wij misschien wel eens de verzuchting:
„Ik wou dat ik dood was", we hangen
er toch aan. Maar ervoor danken,
terwijl je diep in de ellende zit, ver
mag alleen hij of zij, die uit het Paas
feest leeft.
Want daar in Jozefs hof is voor óns
eeuwig, onverderfelijk leven aan het
licht gebracht en daar heeft de Dood
de genadeslag gekregen. De angel is
hem ontnomen.
Zij. die in Jezus Triumfator als in
hun Heer en Zaligmaker geloven, héb
ben nu het eeuwige leven. Door de
poort van de dood gaan zij dit eens in
volkomenheid leven.
De hoofdlegerpredikant ds A. T. W.
de Kluis schreef een boekje, dat
enigszins cru aandoend tot titel
draagt: „Heden overleed tot onze
blijdschap De Dood". Maar dat is al
lerminst cru, integendeel diep-ernstig
Paas-evangelie, of beter gezegd:
eeuwig-blij Paas-evangelie.
Zeker, wij moeten allemaal eens
sterven en ook de vroomste kinderen
Gods kunnen doodsbang zijn voor die
dood. En tóch is in dat donkere dal
van angst en benauwenis Jezus, de
Heer bij hen, om hen dóór die donkere
tunnel te leiden in de heerlijkheid, die
Hij voor hen verwierf.
Nee, wij redeneren die dood niet
weg, we spotten er niet mee, noch
coquetteren met hem, zoals Anna Bo-
leyn bijvoorbeeld, die tot de beul, toen
deze haar zou onthoofden nog zei:
„Wat een heerlijke ochtend!", maar
we zien hem als een overwonnene.
En nu is voor óns het leven, leven,
léven! Door Pasen is alles anders,
nieuw geworden! Die grote blijdschap
van dit machtig feest kan een mensen
hart haast niet bevatten.
Laten we het „De Heer is waarlijk
opgestaan!" toch laten zien en horen
aan onze medemensen, waaronder er
zijn, die van dit schone feest zo'n arm
zalige caricatuur maken.
Deze week werd er in mijn omge
ving een Paas-modeshow gehouden,
opdat alle dames en heren straks op
z'n Paasbest gekleed zullen zijn. In
een plaatselijk advertentie-blaadje lees
ik deze advertentie: „de weg naar dc
heerlijkheid leidt langs de trap naar
de wijnkelder van restaurant.Op
de avond vóór Goede Vrijdag houdt
een banketbakker, die Christen en
mee-levend kerklid is, een paaseieren-
show; een ander adverteert met: „geen
goede Pasen zonder onze (chocolade)
Nu vind ik dit allemaal zo vreselijk
niet uitgezonderd dan die twee ad
vertenties), want we mogen met dank
bare harten van al Gods goede gaven
genieten, als wij er maar géén hoofd
zaak van maken. Ook déze zijn vrucht
van Christus sterven en opstanding.
Wie die verrukkelijke chocolade
eitjes van omtrent een gulden per ons
kan betalen geniete ervan en late een
ander meegenieten.
Ik kan met eerlijke bewondering de
kunstproducten van vele banketbak
kers, die ran grote artisticiteit getui
gen, bekijken.
En nu bomen, struiken, planten,
bloemen en vogels hun nieuwe jasjes
aantrekken, zich tooien op z'n mooist
tot lof van de Schepper, zouden wij
dan achterblijven? We kunnen onze
blijdschap ook mede uitleven in het
ons kleden op ons paasbest. Maar dan
vanbinnen óók op ons paasbest zijn!
Dat zit 'm niet in dikke woorden of
lange preken.
Een zó vol zijn van Hém, dat wij al
leen maar in het stof kunnen vallen aan
Zijn voeten en „Rabbouni!" stamelen,
dat is Pasen beleven, dat alléén maakt
het leven, het leven waard.
De Heer is waarlijk opgestaan!
Nü te mogen leven, voor altijd!
MARGARITHA.
Mevr. B. te Den Haag. Aan zo'n
adres kan ik u niet helpen en al zóu
ik er één weten, dan zou ik nóg de
verantwoording niet op mij durven
te nemen, door twee mensen, van wie
ik er één niet persoonlijk kén, te laten
samenwonen. U voelt wel, daar kun
nen de grootste narigheden uit voort
komen.
Denk om „de Hjn"l
Boter en margarine ontlenen hun be
lang voor ons lichamelijk welzijn niet
alleen aan het feit. dat ze ons van vet
voorzien, maar voornamelijk daaraan,
dat ze ens de vitamines A en D leveren,
die in spek niet voorkomen.
Als aan deze beide voorwaarden is
voldaan, d.w.z. als u dus zorgt naast
vet spek ook die levensmiddelen te ge
bruiken, die u van eiwitten en vitamines
voorzien, kan dat spek zonder bezwaar
uit een oogpunt van voedingsleer en met
succes uit een oogpunt van smaak op
het menu worden geplaatst.
We moeten echter nog wel een kleine
domper op de spekvreugdc zetten. Denkt
u aan de slanke lijn?
Wat u wint door het laten staan van
taartjes en koekjes en door het vermij
den van suiker in koffie en thee, ver
liest u maar al te gemakkelijk als u
vet spek eet.
En dit geldt voor iedereen: al kunt
u dan gerust eens vet spek eten, doe
het niet te dikwijls en zéker niet da
gelijks!
Er is trouwens nog een andere oplos
sing mogelijk: een speksoort, die onze
dagelijkse portie vlees of vis in voedings
waarde meer nabij komt en die de slan
ke lijn niet bederft.
Mogen we u helpen herinneren aan:
mager spek?
Goede mcnu'3 met spek:
gebakken spek, capucijners. aardap
pelen, koolsla en custardvla toe;
zuurkoolstamppot met gekookt spek
èn worst (fruit).
gebakken spek, bieten, aardappelen
en griesmcelpap toe;
stamppot rauwe andijvie met gebak
ken spek en hangop of yoghurt toe;
stamppot rauwe andijvie, gebakken
ei met spek (fruit).
Pasen en eieren eten; beide begrippen
zijn jo nauw geassocieerd, dat wc ons
nooit meer eens afvragen eigenlijk,
waarom nu feitelijk eieren op het Paas-
menu verschijnen en bv. geen vruchten.
Het eiéren-eten-gebruik is oeroud en
gaat terug tot een 300 jaar vóór Chris
tus. toen men het legproduct der hoen
ders beschouwde als een symbool der
vruchtbaarheid, dat potentiële wonder
krachten bevatte. Zo is het ook te be
grijpen, dat men de doden eieren mee
gaf in het graf. Heel wat eieren zijn
uit de Phoenicische graven opgedolven.
De wonderbaarlijke, levendmakende
kracht van het ei was overdraagbaar
op onbezielde dingen. Daarom begroef
de boer wel eieren in dc akker of meng
de hij onder het zaaikoren eierschalen.
En ook tegen ramp en ongeval, leed en
ziekte, had het ei afwerenae eigenschap-
Onze kerkvaders kerstenden het hei
dense gebruik van eieren-eten op Pasen.
Voortaan zou het een symbool zijn van
nieuw ontwakend leven, symbool van
Christus' opstanding.
,,Aflaat"-eieren waren eieren, welke op
Witte Donderdag of Goede Vrijdag wa
ren gelegd. De geestelijkheid verstrekte
ze tot aflaat.
De kleur der ..heidense" gebruikte eie
ren was: rood, tot eer van Donar, geel
ter ere van de godin der Lente. Ostard,
maar na de kerstening alleen zwart, wit
en paars, d.w.z. men gaf ze dc kleur
van het kazuifel dat de priester droeg
op Palmzondag, Goede Vrijdag en Pa
sen.
Wie van ons zal, wanneer hij een be
hoorlijke portie eieren consumeert op
de Paasdagen, nog denken aan de bete
kenis, die men aan het ei aanvankelijk
gaf?