Dr P. van Royen vertrekt volgende week naar Nieuw-Guinea Botanische expeditie in samenwerking met het Boswezen NIEUWE LEIDSCHE COUHANT 3 ZATERDAG 30 JANUARI 1954 Volgende week Vrijdag vertrekt dr P. van Royen, een der leden van de wetenschappelijke staf van het Rijksherbarium te Leiden, naar Nieuw- Guinea, waar hij, in samenwerking met enkele leden van het aldaar ge vestigde Boswezen, een expeditie zal vormen. Deze laatsten zijn de heren J. C. Versteegh en A. Zieck, die zich reeds op Nieuw-Guinea bevinden. Dr Van Royen zal zich op deze expeditie goeddeels bezighouden met de bestudering van de kwaliteit, variëteit en algemene samenstelling van de flora, terwijl de beide andere geleerden zich voornamelijk zullen interes seren voor de kwantiteiten van de aanwezige houtsoorten, die voor exploi tatie in aanmerking zouden kunnen komen. Het expeditiegebied zal zich hoofdzakelijk tot de kustgebieden uitstrekken. De bagage van dr Van Royen zal voor sn groot deel bestaan uit middelen om ?t mee naar Holland te brengen- mate riaal te conserveren. Dat hier terdege rekening mee moet gehouden worden, zal duidelijk zijn, wanneer men bedenkt. alleen het tropische klimaat Wat betreft de bemoeingen van ons land met Nieuw-Guinea is er een grote achterstand in te halen- Nieuw-Guinea is op velerlei terrein nog terra incognita, waarbij de ontoegankelijkheid van dit schone land een grote rol speelt- Ook op het gebied der botanie valt er nog veel te lerert- Dat dit tihams meer mogelijk is dan voorheen, is mede te danken aan het feit dat men niet meer zo bevreesd is voor hett gnote struikelblok der tropische ziekten, die men In onze dagen op af doende wijze weet te bestrijden. Dat het Rijksherbarium thans, in sa menwerking met het Boswezen, in staat is deze expeditie op touw te zetten, is te danken aan subsidies en andere bij dragen. zoals die van de Hollandse Maat schappij van Wetenschappen te Haarlem- De d'ireoteur van het Rijksherbarium, prof. dir H. J. Lam. die zich steeds voor die botanie bijzonder heeft geïnteresseerd (tn 1920 zette hij een eigen expeditie op touw), heeft tot de totstandkoming van deze laatste financiële bijdrage zeer veel bijgedragen. Ook de Stichting voor Zui ver Wetenschappelijk Onderzoek, het Aardrijkskundig Genootschap, de Treub- maatschappij en nog andere instellingen schonken belangrijke financiële bedra gen. Voorts dienen de vele industrieën ge noemd te worden, die in natura van hun belangstelling blijk gaven, zoals Verkade. Droste, de ERU te Woerden. Hollandia te Vlaardinjgen, Tieleman en Dros, Unox en Patria. Deze zaken hebben op voortref felijke wijze voor de ravitaillering der expeditie gezorgd. Hoezeer in brede krin gen het belang varo de expeditie wordt ingezien, moge tevens blijken uit het feit dat de Maatschappij Nedierl. en de Rot- terdamsche Lloyd voor vrij vervoer van de bagage zorgen, terwijl de Marine- Luehtvaantddenst die al zo vele malen voor niet-maritieme doeleinden is bij gesprongen en de Nederlandse Nieuw- Guinese Petroleum-Maatschappij geen vrachtprijs heffen bij het vervoer van personen en bagage in het exploratiege- bied'. Wanneer men daarbij nog bedenkt, dat het Boswezen zorgt voor veldmatcriaal en dragers en dat het gouvernement alle vervoerskosten zal betalen, voorzover dit niet door de zojuist genoemde luchtvaart diensten gebeurt, krijgt men een inzicht in de prachtige hulp, die de expeditie allerwegen ondervindt. Mooie maar zware taak Dat die expeditie voor moeilijkheden van velerlei aard zal komen- te staan, mag verondersteld worden. Daar is in- de eer ste plaats het 'klimaat. De mens is hier van volkomen afhankelijk- Wil men bij voorbeeld met vrucht in het zuidoostelijk deel van Nieuw-Guinea op botanisch ge bied arbeiden, ^an zijn hier slechts de maanden September en October voor ge schikt- De expeditie zal dan het explora tieterrein. waarop zij zich in Augustus bevindt (die kustgebieden van de Vogel kop en omliggende eilanden) in de steek moeten laten, om de beide komende maanden 1e benutten voor een onderzoek naar de typische Australische planten groei in het Zuidoosten- Dit geeft na tuurlijk schade aan tijd en moeilijkheden op velerlei gebied, zoals dat van trans- „Kunst na Arbeid" sloot feestelijkheden Het Mannenkoor „Kunst na Arbeid" gaf als slot van zijn jubileum gisteravond in de Stadsgehoorzaal een feestavond. De voorzitter van het jubileumcomité, de heer C. J. van der Zeeuw, sprak een woord van welkom en meende, dat de leden en donateurs deze feestavond vol komen verdiend hadden. De jubilarissen moesten nog een keer op het podium komen en de voorzitter van het koor de heer J. Ginjaar werd met enige hartelijke woorden een vulpen met inscriptie overhandigd. Mevrouw v. d. Heide-Brakel kreeg een fraaie doos bon bons. In deze huldiging werd ook mevr. Ginjaar betrokken, omdat in de meeste gevallen de vrouw van een voorzitter aan het kortste eind trekt. De heer Ginjaar bedankte het comité en de leden voor deze blijken van waar dering en vond het zeer aangenaam, dat zijn vrouw in deze hudiging niet was ver geten. Juist door haar was hij zo lang aan Kunst na Arbeid gebleven. Na dit „officiële" gedeelte kreeg Sempre Avanatl's „Jong en Jolig" het woord en met bekende en onbekende melodieën verschafte het de aanwezigen weer een prettig uur. Na operettemelodieën uit het pprogramma van de laatst gegeven uit voering kwam men weer in de costuums der jagers van Koning Willem I; het suc ces stond bij voorbaat al vast. De toneelgroep bracht na de pauze het toneelspel „Welkom binnen" van Chr. Hogewerff. Avonddienst Oosterkerk In de avonddienst morgen in de Oos terkerk, die om 7 uur begint, gaat niet voor ds De Ruiter (zoals absusievelijk in de Leidse Hervormde kerkbode is ver. meld), maar ds Kleermaker. Een dokter nodig De Zondagsdienst der huisartsen te Leiden wordt morgen waargenomen door de artsen Van Alphen, De Bruyne, Den Haan, De Jager en Jasperse. Welke apotheek? De avond-, nacht- en Zondagsdienst der apotheken te Leiden wordt van Za terdag 30 Jan. 13 uur tot Zaterdag 6 Febr. 8 uur waargenomen door apotheek Her- dingh en Blanken, Hogewoerd 171, telef. 20502, en apotheek Reijst, Steenstraat 35, telef. 20136. goede conservering noodzakelijk maakt, maar dat daarbij weinig gelegenheid zal zijn het buitgemaakte materiaal ailvast naar Leidien te zenden, aangezien de mid delen van vervoer op het exploraitieter- rein niet altijd aanwezig zijn. terwijl bo vendien, zo ze ex al waren, de vervoers kosten op deze wijze te hoog zouden komen. Het materiaal dat in Leiden terecht zal komen voor verdere wetenschappelijke verwerking, wordt in 12-voud verzameld- Het Rijksherbarium zal zich hierover ont fermen, waar de experts op dit gebied alsmede wetenschappelijke onderzoekers Stichting Flora Malesiana, onder leiding van prof. Van Steenis. hier een dankbare taak in zullen vinden. Dai men in zo grote veelvoud verza melt is nodig. Een gedeelte van het mee gebrachte materiaal wordt voor de ..ruil handel" met andere botanische instellin gen. zowel in binnen- als buitenland ge bruikt. Bovendien zullen verschillende specimina der Nieuw-Guinese flora beter elders kunnen worden onderzocht, waar bij Leiden evenwel toch over eigen exem plaren wil beschikken. Nieuwe koers in de Mij der Ned. Letteren MET BELGIË WIL MEN HET CONTACT VERSTEVIGEN De maatschappij der Nederlandsche letteren te Leiden, op 20 Mei 1775 bij octrooi van de Staten van Holland en West-Friesland erkend, gaat een nieuwe koers inslaan. De maatschappij wil zich meer dan voorheen in het culturele leven van Nederland inschakelen. Vandaar dat zij het initiatief heeft ge nomen tot de ..Wolf- en Deken-herden- king". De maatschappij zal in de toekomst ook niet alleen meer te Leiden vergade ren, maar in verscheidene plaatsen hier te lande en zo mogelijk van tijd tot tijd in België. Op 13 Februari zal men te Amsterdam in het trippenhuis samenkomen, waar prof. dr J. H. Brouwer uit Groningen spreken zal over „Hedendaagse aspecten der Friese litteratuur". Deze bijeenkomst geschiedt in samenwerking met het Fries genootschap. De maatschappij zal voorts medewer king verlenen bij de totstandkoming van het „Nederlands Letterkundig Museum". Een bestuurslid der maatschappij, prof. dr H. van de Waal, is tevens bestuurslid van genoemd museum. Verder wil de maatschappij, die zien niet alleen met taal- en letterkunde, maar ook met geschiedenis en oudheidkunde bezig houdt hetgeen trouwens tot uit drukking komt in de onderwerpen der Minister Zijlstra bij Royal Gisteren reeds gaven we een verslag an de opening van „Royal" te Leiden. Op de rede, die minister Zijlstra bij deze opening heeft gehouden, willen we nog ren terugkomen. De minister stelde, dat enerzijds voor de Westeüropese producten een vrijere toegang tot de Amerikaanse markt moet worden verkregen, opdat wij in staa zijn door eigen krachten de nodige dollars te erven, en dat anderzijds het land van vestiging voor de Amerikaanse bedrijven conomische voordelen moet geven. Prof. Zijlstra meende, dat Nederland die voor delen in ruime mate biedt. Zonder dat de buitenlandse onderneming een bevoor rechte plaats ten opzichte van de eigen industrie gaat innemen. De ontwikkeling voor het herstel van de vrijhandel moet van groot gewicht worden geacht, omdat door een toenemen de kapitaalstroom uit de V. S., die ge paard gaat met het ter beschikking stel- van technische kennis en ervaring, de landen van West-Europa in de gele genheid worden gesteld hun economische kracht te vermeerderen en een vrij ver keer met het dollargebied te bevorderen, aldus de minister. spreekbeurten nauw samenwerken andere letterkundige verenigingen, de P.E.N.-club. Met België wil men contact verstevigen en daartoe ls onder andere het Belgische lid prof. Van Loey uit Brussel in het hoofdbestuur gekozen. Het bestuur der maatschappij is zo veel mogelijk geheel of gedeeltelijk bij jubilea aanwezig. De maatschappij hoopt ook weer een vast pied-a-terre te krijgen. Dit was vroe ger gevestigd aan het Rapenburg 61 te Leiden, doch het werd uit financiële overwegingen opgegeven. Op het ogen blik geniet de maatschappij gas:vri|neid bij de bibliothecaris van de universiteits bibliotheek te Leiden. Kortgeleden heeft de maatschappij een keur uit 575 sonnet ten uitgegeven, die waren binnengekomen op een in 1950 uitgeschreven prijsvraag. Advertentie C.F.A. aid. Leiden Donderdag 4 Februari draait in het CASINO THEATER om 7 en 9.15 uur de ontspanningsfilm „DE MELKWEG KENT GEEN WEGENWACHT" James Stewart en Mariene spelen hier de hoofdrollt Voor ELKE leeftijd Agenda voor Leiden Zaterdag Antonius-clubhuis. 8 uur: speeltuin vereniging- „Om de Doorbraak", feest avond ten bate van speeltuinmateviaal. Burcht, 8 uur: feestavond personeels vereniging De Landbouw. Schouwburg, 8 uur: K. en O. (groene kaarten), Het Vrije Toneel met Escapade van Roger Mac Dougall. Oegstgeest: Oud-Poelgeest: week einde voor niet-theologen „In gesprek met Karl Barth". Maandag Snouck Hurgronje-huis, 8 uur: K O., studiecursus „Pen en Penseel" door drs F. P. Huygens. Dinsdag Schouwburg. 7.45: Leids Acad. Kunst centrum, Balletgroep Sonia Gaskell. Gulden Vlies. 8 uur: Vereniging vooi Internationale Rechtsorde, drs F. Tiele man over: Rusland na Stalin als achter grond van de conferentie te Berlijn. Rijksmuseum van Oudheden, 8 uui H. Brunsting over de jongste opgravingen op de markt te Athene. Nieuw Minerva, 8 uur: Leids Kunstcen trum, ledenvergadering. Leiderdorp. Dorpshuis, Coöperatie ve Boerenleenbank, receptie gouden jubi leum (34.30). feestavond (7.30 uur). Op 23 Januari stonden bij het arbeids- ureau Leiden 1596 geheel werklozen in geschreven. terwijl daarenboven 135 per sonen op diverse werkvoorzienmgsobjec- tewerkgesteld waren. Het totaal be schikbare aanbod geheel werklozen plus arbeiders werkobjecten bedroeg derhalve 1744. Een daling dus van 62 ten opzichte van de stand per 16 Januari '54. Deze daling moet voornamelijk worden toegeschreven aan het nog vóór het in vallen van de vorst plaatsen van een aan-tal grondwerkers cn van een aantal schilders; het laatste vermoedelijk in ver band met het spoedig aflopen van de subsidieregeling voor schilderwerk in de wintermaanden. Een vergelijking met het overeenkomstige tijdstip in 1953 toomt aan. dat de werkloosheid nog steeds een gunstig beeld vertoont. Bedroeg he: to taal beschikbare aanood op 24 Januari 1953 2378, thans ligt dat aanbod ruim 600 lager. De vraag nam iets af en is in hoofd zaak gericht op jeugdige krachten 15 tot en met 18 jaar en op personeel voor de metaalindustrie. Het aantal werkloos ingeschreven vrou wen bleef vrijwel gelijk en bedroeg op 24 Januari 168. De vraag naar vrouwe lijke arbeidskrachten onderging geen wij ziging van ennge betekenis cn kwam 208 op 210. De behoefte aan huishoude lijk personeel is nog steeds belangrijk daarnaast bestaat plaatsinigsmogelijkheid verkoopsters cn kanitoorper- ïstellinccn Volkenkunde Rijksmuseum voo Steenstraat la, zeven calllgraphle en schilderkunst dr R. H. van Gullk), 10—4 uui Februari). Nachtdienst apotheken Apotheeek Herdingh en Blanken, Hoge woerd 171, tel. 20502, en apotheek Reijst, Steenstraat 35, tel. 20136. Raad van Leiden Turks en Nieuw Perzisch aan de Leidse Universiteit Dr Jahn aanvaardde het ambt van hoogleraar Gistermiddag heeft weer een nieuw hoogleraar aan de Leidse universiteit zijn intrede gedaan. Het is prof. dr K. E. O. Jahn, die werd benoemd tot buitengewoon hoogleraar in de faculteit der letteren en wijsbegeerte om onderwijs te geven in het Turks en Nieuw Perzisch. De nieuwe hoogleraar werd in 1906 te i het Altaï-gebied. De archaeologische Brus in Tsjecho-Slowakije geboren. Hij j vondsten, hoe duidelijk ze ook de grote verliet dit land om redenen van politieke! verscheidenheid in cultuur van de Eur- i benoeming a tent bij de algemene taalwetenschappen te Utrecht. Daar werd hij bovendien toe gelaten als privaat-docent voor de Turkse en Slavische talen. Per 1 Juli 1951 werd dr Jahn bevorderd tot wetenschappelijk ambtenaar eerste klasse bij de algemene t assis-aziatische nomaden in het licht stellen. zeggen ons veel minder over het stamland der Turken dan de anthropologische. Wat het eerste optreden der Turken in de geschiedenis betreft pleegt men dit in de regel te verbinden met dat der Hun- Deze verschenen onder deze taalwetenschappen, terwijl hij op die da-pas in de derde eeuw voor Christus op het turn in dezelfde rang ook aan de Leidse j toneel. Spoedig stichtten zij hun kolossale irsiteit werd verbonden, het Perzisch en het Turks. Prof. Jahn merkte in zijn inaugurele^ 'er de oorsprong de tegenwoordig nog] rede op, dat oudste verleden zo uitgebreide Turkse volken zeer uiteen lopende meningen bestaan. De oudste en ook nu nog gedeeltelijk gangbare opvat ting is, dat het oorspronkelijke stamland van de Turken gezocht moet worden in Jaarvergadering Oud-Leiden in de Lakenhal De heer Van der Mark werd lid van verdienste De vereniging Oud Leiden heeft gisteravond in haar jaarvergadering in de Lakenhal bij acclamatie het lidmaatschap van verdienste ingesteld en meteen het eerste lid van verdienste benoemd. Het was de heer G. van der Markdie in September het Leidse arbeidsveld verwisselde voor een nieuw in Amersfoort, maar in de kringen van Oud Leiden nog allerminst vergeten is. De ledenvergadering, waarin dit plaats vond, ging vooraf aan een lezing door prof. dr H. van de Waal, en was binnen de gestelde tijd van drie kwartier afge- Het verslag van de secretaris meldde ;n goed jaar met veel activiteit. Het ledental was 1128. Er werden 77 nieuwe leden gemeld, maar helaas moest men een groot aantal studenten-leden schrap pen wegens wanbetaling, zodat het eind resultaat 1070 werd. De penningmeeste- resse kon een batig saldo van t 1781 mel den. Van de aftredende bestuursleden ir H. van Oerle en dr W. Braat werd de laat ste bij acclamatie herkozen. Ir Van Oerle had zich niet herkiesbaar gesteld. In zijn plaats kwam mej. A. J. van Nienes, die eveneens by acclamatie gekozen werd. De contributie werd na enige bespre king verhoogd van f 4 op f 5,50. De vo rige contributieverhoging had dertig Jaar geleden plaats! De installatie van de heer Van der Mark als lid van verdienste geschiedde door de voorzitter, dr A. Kessen, die in bijzonder hartelijke bewoordingen het werk van de heer Van der Mark en de medewerking van mevrouw Van der Mark prees. De heer Van der Mark ant woordde met enkele eenvoudige maar ernstige woorden. Rembrandt Direct hierop volgde een lezing met lichtbeelden door prof. dr H. van de Waal over Rembrandt en het clair- Prof. Van de Waal begon met er op te wijzen, dat de waardering voor Rem brandt in de loop der eeuwen nogal heeft geschommeld, maar dat men 't over twee dingen steeds eens is geweest: over Rem- brandts kwaliteiten als etser en over de bijzondere wijze, waarop hij het clair- obscur hanteerde. Als techniek is het clair-obscur ont staan in Italië, waar Caravaggio de be tekenis zyn voorstellingen „onder streepte" door de schaduwen extra te maken. Het publiek, dat deze „lidrtval" in de schilderijen direct ging vragen, waar het licht nu eigenlijk vandaan kwam en of het op verantwoor de wijze was weergegeven, deed een hele school van clair-obscur-achilders ont staan, die ergens op het doek een licht bron aangaven, of dit nu een kaars, een lantaren, een hemelse geest of het Christuskind was. De jonge Rembrandt is met deze rich ting in zijn studietijd in aanraking ge komen. De eerste zelfstandige stap was een zeer persoonlijke ontwikkeling in de richting van de ruimtelijke weergave. Hoe geniaal Rembrandit in dit opzicht was, toonde spr. aan door een portret van Rembrandts leerling Dou, geschil derd door de meester, te vergelijken met een portret van de meester door de leer ling Dou. Rembrandt ls echter verder gegaan. Hij heeft het donker een eigen functie gegeven, het in complementaire ver houding geplaatst tot het licht, dat In de late werken tot een middel werd om abstracte dingen weer te geven, om in nerlijke werelden te ontsluieren. Het werd van techniek tot een gevoelig in strument, dat in de handen van het genie Rembrandt de diepste roerselen van de mensenziel wist te noteren. Prof. Van de Waal hield zijn betoog zeer eenvoudig. Door de grote kennis van za ken, waarvan het sprak, bleef het ech ter tot het laatste moment boeiend. Ook de lichtbeelden waren uitstekend geko zen. Zodat het dankwoord van dr Kes sen de aanwezigen uit het hart gegrepen nomadenrijk, dat zich uitstrekte noord- en westgrenzen van China tot diep in het Westen van Azië, waarschijnlijk t aan de Oeral. De leidende stammen van dit Hunnen genoemde complex van ethnisch en cul tureel verschillende Euraziatische noma denvolken waren namelijk, naar men heeft kunnen vaststellen, hoogstwaarschijnlijk Turkse afstamming. Ze waren de eer- in de rij der zogenaamde Altaïsche volken, die eeuwenlang over de vlakten steppen van Eurazië zouden heersen, de plaats ingenomen te hebben van de daar aangetroffen Scytho-Sarmatische stammen, die vermoedelijk in hoofdzaak jn Iraanse afkomst waren. In het vervolg van zijn rede beschreef prof. Jahn onder meer het ontstaan van het runenalfabet. In de vermenging van de Turken met andere volken ligt de sleutel tot de oplossing van menig pro bleem, zowel wat uiterlijk en mentaliteit als wat de taal van vele Turkse volkeren betreft, aldus de hoogleraar. Na de oratie werden de gebruikelijke toespraken gehouden. Tot de curatoren zei spr.: „Het is voor elke oriëntalist een hoge eer, werkzaam te mogen zijn aan de op het gebied van de oosterse studiën reeds van ouds zo beroemde Leidse Uni versiteit. Door de vestiging van de nieuwe leerstoel voor het Turks heeft deze voor name tak van wetenschap eindelijk een eigen plaats gekregen, die haar grotere mogelijkheden van ontplooiing biedt". Geslaagd Onze stadgenoot, de heer M. H. J. Th. Bergsma, is te Delft geslaagd voor het examen ingenieur electro-techniek. werkloosheid in Leiden Rasfotoqraaf Martien Coppens weer iets gedaald 3 exposeert in de Lakenhal Tentoonstelling, die artistiek èn menselijk imponeert Een fototentoonstelling in de Lakenhal; het zal sommigen wel even vreemd aandoen: het „nuchtere" camera-plaatje in de ruimten, waar anders de min of meer geïnspireerde transformaties van de werkelijkheid plegen te prijkendie schilders, tekenaars en grafische kunstenaars ons aanbieden. Toch betreft het wel degelijk óók kunst, wat er van heden, Zaterdagmiddag, af in ons stedelijk museum te zien is. Want de bekende fotograaf Martien Coppens is maar niet zo iemand, die ergens een feitje constateert en zijn camera grijpt om het te knippen. Hij is een man, die kleine dingen van grote en diepe betekenis weet op te merken en deze schijnbaar kleine din gen tot een compositie in zwart-wit weet te verwerken, die ronduit im- pbnerend is. De tentoonstelling „Nood" is dan ook geenszins een verzame ling „nuchtere" camera-plaatjes, maar een artistieke en menselijke be lijdenis, die als manifestatie in de Lakenhal volkomen op haar plaats is. De tentonstelling is getiteld „Nood". Zij bestaat uit drie delen: de stormramp 1 Februari 1953, het leed van de ontheem den in Duitsland anno 1953 en mensen van onze tijd, portretten van schijnbaar willekeurig gekozen individuen, die ech ter mèt elkaar een bepaald beeld geven van onze mensheid. Dat is trouwen waarde van deze collectie, dat zij geen aaneenschakeling van losse feitelijkheden in beeld is, maar als geheel werkt en bijna een noodkreet wordt. De kracht van Martien Coppens' werk ligt nog niet eens in de prachtige, aaneen gesloten composities en zijn foto-techni sche kwaliteiten, ofschoon die zélfs de Op de tentoonstelling „Nood" in de Lakenhal, waar de bekende foto graaf Martien Copperïs van heden af exposeert, is ook dit kleine meisje uit een Duits ontheemden-kamp te zien. Dit is een nood, die veel dieper grijpt dan gebrek aan kleding en voedsel. Genootschap Nedeiland-Engeland Vice-consul F. Wearing zong lof over Merendistrict De Engelse vice-consul uit Rotterdam, de heer F. Wearing, heeft gister avond in De Doelen voor het genootschap NederlandEngeland de lof gezongen over dat wondermooie gebied in Noordwest-Engeland, dat bekend staat onder de naam Merendistrict. Twintig jaar lang had spreker daar al bij tijd en wijle rondgezworven, en nog altijd kwam hij onder de bekoring van de ongerepte natuur daar. Het Merendistrict ligt tegen de Schotse grens aan, wordt in het westen begrensd door de Atlantische Oceaan en in het zui den door Lancashire met zijn fabrieken. Het feit, dat er 190 bergen van enige om vang en 64 meren zijn, zegt op zichzelf niet zoveel. Er zijn landen, waar dit allemaal in veel verbijsterender hoeveel heid aanwezig is. Het lijkt wel, alsof de natuur zich heeft ingespannen om in dit betrekkelijk kleine gebied en zo groot mogelijke pracht ten toon te spreiden, zei de heer Wearing. Alles is prachtig van verhouding: er zijn geen bergen, die torenhoog boven de an dere uitsteken, de meren zijn betrekke lijk klein, al die onderdelen van het land- Chr. reisvereniging in Leiden had „goede reis" Herdenking 30-jarig bestaan einde Maart gelopen.jaar een „goede reis" gehad. Buitengewoon goed zelfs. Er werden talrijke excursies gemaakt, '-de culturele ontwikkelingsavonden werden druk bezocht en, wat zeer belangrijk is, het ledental groeide ge staag. Aan het eind van het jaar bedroeg het 584. Dit waren enkele feiten, die de afde lingsvoorzitter, de heer A. v. d. Bos, gis teravond noemde bij de opening van de jaarvergadering in het Vlies. Hij voegde er aan toe, dat men vast besloten is op deze weg voort te gaan. Dat voornemen zal zeker ook gesterkt kunnen worden door de herdenking van het 30-jarig be staan. De voorzitter kondigde aan. dat die D.V. op Donderdag 25 Maart in de foyer van de Stadsgehoorzaal zal plaats vinden. Aan het welslagen er van wordt mee gewerkt door het mannen-dubbelkwartet Inter Nos, enkele solisten en een voor drachtskunstenaar. Verder wordt een toneelstukje, „Met vacantie", opgevoerd helemaal in de lijn van liefhebbers van reizen dus. De zaken verlopen dus naar wens, dat bleek uit alles, en dat gaf tergrond aan de oproep v resse, mej. B. A. Beks, die lid te worden of leden te werven. Mej. Beks gaf in haar jaarverslag nog enkele getallen. In totaal werden 18 excursies georgagniseerd. Daar werd door 342 per sonen aan deelgenomen. De vijf winter en goede ach- n de secreta- r op aandrong bijeenkomsten werden door in totaal 1151 personen bezocht. En na een jaar van der gelijke activiteit had de penningmeester, de heer Vogel, nog een saldo van 73 in kas, bewijs voor de juistheid van het financiële beleid. Bij de bestuursverkiezing werd de heer A. Forma herkozen. Ook werd nog ge sproken over de beschrijvingsbrief voor de algemene vergadering, die op 13 Febr. te Groningen wordt gehouden. De heren Veldhuizen en Vogel hopen de afdeling daar te vertegenwoordigen. Met een aantal bijzonder mooie kleu rendia's van de heer Forma werd de aan dacht van de bezoekers verder geboeid. Velen herkenden plekjes in Zwitserland, in Venetië of aan de Rivièra. Na de pauze draalde de heer Forma nog twee films. Eén kolderfilmpje van hemzelf en de heer Jan de Kier, dat bijzonder geestig was. De geschiedenis was helemaal opgehangen aan een aantal boekentitels. Een reis- fllmpje over Oostenrijk en Italië werd het laatst vertoond. Een dankbaar appli was de juiste waardering voor het werk van de cineast. schap schijnen leden te zijn van een mogene familie. De schoonheid in deze natuur is van een harmonie, die eigen lijk niet in woorden is uit te drukken. Voorts is er sprake van een merkwaar dige gevariëerdhcld in landschap in die zin, dat elk doorkijkje weer anders is dan het vorige, dat geen twee meren op el kaar lijken. De ware schoonheid open baart zich slechts aan de mens. die te voet het gebied doorkruist. Van de twin tig passen kan de helft trouwens niet per wiel worden gepasseerd. In elk jaargetijde heeft het Merendis trict zijn eigen bekoring. Industrie kan et nooit vaste voet krijgen wegens de schaar se verbindingen. Bovendien worden grote delen beschermd door de National Trust, een lichaam, dat met succes het Engelse landschap voor aantasting door vreemde invloeden bewaart. Oude volksstammen en van overzee ge komen invasiegolven hebben er hun spo ren achtergelaten. De overblijfselen van oude beschavingen zijn buitengewoon rijk in aantal en bovendien goed bewaard gebleven. De heer Wearing was van me ning, dat de mens nergens elders groter schoonheid, rust cn vreugde in de natuur kan vinden dan hier. Ongelukkigerwijs was de goede film strip niet op tijd aangekomen, maar na de pauze kon do Inleider toch een strip vertonen van de National Trust, met en kele beelden uit het Merendistrict. Begrafenis J. Heringa Gistermiddag is onder grote belangstel ling de heer J. Heringa op Rhijnnof ter aarde besteld. Onder de aanwezigen wa ren ir J. J. G. van Hoek. voorzitter van de Leidse ambachtsschool, die ook het Ned. verbond van werkgevers en de Ka- Koophandel vertegenwoordigde, de heren J. C. van Eek en dr J. D. Bo. s s de Rotaryclub, ir M. C. de Jong Ph. J. de Ruyter de Wildt, voorzit- secretarls van M.S.G., de heer P. A. Wernink, ondervoorzitter van het dep. Leiden van de maatschappij voor Nijver heid en Handel, mr F. J. J. Trapman na- de Leidse vereniging van induslrië- n vertegenwoordigers van verschil lende bedrijven. Eerst werd gesproken door de heer P. K. Heringa en vervolgens door de heren Van Hoek en P. C. Knaap, de laatste na mens het personeel van de bedrijven. Ds Ch. Cabanis. predikant van de Waalse Gemeente te Leiden, sprak eveneens. De heer J. Heringa sprak een slotwoord. leek op het eerste gezicht opvallen. Zijn kracht ligt in een diep-menselyk benade ren van zyn onderwerp, met vermijding van alle sentimentaliteit Coppens vertelt geen gruwelverhalen van dc watersnood, geen schokkende bijzonderheden uit de Duitse DP-kampen. Wie op deze tentoon stelling sensatie zoekt komt bedrogen uit Wat Coppens gezien heeft? Het door de stormramp aan de achterzijde weggesla gen huisje, waar dc openstaande deur geen gezellig binnenkamertje, maar tot aan de grijze horizon golvend water laat zien. Het zachte, geduldige schaap, ver dronken tussen warrig prikkeldraad. Koeien zonder baas en zonder stal. saam gebonden op een droog gebleven plekje stad. wachtend in de sneeuwstorm, oo de melkers, op voer. Uit het water geredde kinderen, met de doorwaakte nachten nog in hun ogen. Paarden in takels boven lichters, waarin hooi en stro en voer; maar de takel zat niet goed en het paard was zenuwachtig. Dingen, die in de Februaridagen van het vorig jaar óók in de kranten en óók in de filmjournaals te zien waren? De feiten, ja. Niet de eindeloze triestheid van dit alles, de klomp, die tussen het wrak hout spoelde, juist gerepareerd, de zand zakken. die als waardeloze flarden tegen de doorgebroken dijk lagentot het tóch hield. Wat Martien Coppens in de kampen van de ontheemden heeft gezien, is óók niet in hoofdzaak de kleinheid en de don kerheid van zo'n bunkercel, waar dag en nacht het electrisch licht moet branden en ternauwernood twee ledikanten kunnen staan. Dat is niet het uit wrakhout en blik opgetrokken hutje, dat temidden van 'n niet te draineren modderpoel de herin nering aan de verlaten boerderij moet levend houden. Maar dat is de ziekmaken de wanhoop van de moeder, die haar kleine jongen geen lucht en geen licht, laat staan een toekomst kan bezorgen. En dat is het- oud-makende wantrouwen, waarmee die andere kleuter door het mi nimale venstertje van zijn wrakke huisje naar buiten kijkt, naar de flarden was goed. die vrijwel de enige rijkdom van zijn familie uitmaken. Er hangt op deze tentoonstelling een foto van een klein meisje in de portiek van een bunker. Zij heeft een oude paraplu uitgespreid voor zich neergezet en daarachter speelt zij met een poppenkamer, gemaakt uit een weggegooide kartonnen doos. Het verlan gen naar een eigen hoekje, naar een eigen veilig plekje op aarde, spreekt, nee schreit uit deze foto. En dan tenslotte de serie „gewone" por tretten: vrouwen en kinderen uit een woonwagenkamp, heel jonge kinderen in hun karakteristieke houdingen, Staphor ster mensen in hun klederdracht, vee kooplieden, arbeiders, lieden in een ha- venbar. geestelijken, notabelen, heel die bonte wereld, waarin wy leven en ln nood verkeren. Hoe prachtig geobserveerd zijn die beide ambtsdragers uit de Kempen, de boer met zijn slecht geknipt haar onder dc hoge hoed, de feestsigaar half opge brand en uitgegaan in de eeltige hand, stoer, conservatief, een kracht, die ten goede, maar ook ten kwade kan zijn. En naast hem de burgemeester waarschijnlijk, dikbuikig, niet al te intelligent, eigenwijs en tevens slim speler in de plaatselijke politiek. Zelfbewust staan ze daar bij een of andere dorpsplechtigheid, de hand op het afsluitingstouw Tenslotte nog een enkel woord over de artistieke kwaliteiten van het tentoon gestelde. Coppens werkt niet met valse effecten. Hij gaat in zijn werk recht op de man af en zijn composities zijn bij alle geslotenheid overzichtelijk en ruim. Wie issentic van dit werk artistiek wil proeven, bekyke de half stuk geslagen houten schuur op het verdronken land van Schouwen-Duiveland. een foto. die direct herinneringen wekt aan de Japan se prentkunst, zo summier is Coppens hier geweest en zo subliem. De tentoonstelling wordt hedenmiddag door burgemeester Van Kinschot geopend. Op dezë plechtigheid, waarbij de burge meester van Nieuwe Tonge en de oud gedelegeerde van Nederland van de I.R.O., mr Sark, ook het woord zullen voeren, komen wij Maandag nader terug. C. Th. R. Jaarvergadering van A. V. Holland Ondanks de ijsvreugde was de Jaarver gadering van de A.V. Holland gisteravond in Royal toch nog goed bezocht. Na een hartelijk welkomstwoord van voorzitter C. W. Tieleman gingen de meeste versla gen vlot onder de hamer door; alleen het jaarverslag van de secretaris gaf stof tot bespreking. Naast vele sportieve successen werden er ook gevoelige verliezen gememoreerd. Vooreerst het niet steeds beschikbaar zijn van de gewaardeerde voorzitter, de heer Tieleman, die echter op waardige wijze werd vervangen door de ere-voorzitter, de heer C. Guldemond. Beide voorzitters werd hartelijke dank gebracht voor het meer dan bijzondere werk voor A.V. Hol land gedaan. Een winstpunt was het onvermoeid* werken van Jan Labordus. die de afgetre den wedstrijdsecretaris, de heer J. J. Gul demond, verving. Met de hulp van leden en supporters kon ook de Sleutelloop op 19 April een groot succes worden, evenals de avondwedstrijd. waaraan Fanny Blankers-Koen, *J>uck Brouwer en Wim Slijkhuis meededen. Tot slot kreeg ook de E.H.B.O. een pluim voor het verdienste lijk werk. De technische commissie bracht een grote vooruitgang in de prestaties en zo erden drie Holland-athleten genoemd, die Nederland op Internationaal gebied vertegenwoordigen: Alb. v. d. Linden op de 10.000m (tweede), C. v. Wanrooy op ce 800 m en R. v. Es (polsstok). Bij de uitreiking van de wisselbeker „In memorlam Herman Vostermans" kreeg Alb. v. d. Linden de meeste punten. De prijzen voor de beste prestaties werden als volgt verdeeld. Senioren: J. D. v. Rooyen 767 pnt (1500 m 4.08.4); junioren A: C. J. Wanrooy 715 pnt (800 m 1.59.3); punioren B; R. den Tonkelaar 414 pnt (600 m 1.33.2); junioren C: K. Smit 574 pnt (60 m 7.6); all-round- junioren A: M. Roosenschoon 1491 pnt. Het werkprogramma 1954 werd als volgt vastgesteld: nationale singelloop 4 April; nationale avondwedstrijd 23 Juni; dwars door Lelden 2 October.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1954 | | pagina 3