Dr P. van Royen vertrekt volgende week
naar Nieuw-Guinea
Botanische expeditie in samenwerking
met het Boswezen
NIEUWE LEIDSCHE COUHANT
3
ZATERDAG 30 JANUARI 1954
Volgende week Vrijdag vertrekt dr P. van Royen, een der leden van de
wetenschappelijke staf van het Rijksherbarium te Leiden, naar Nieuw-
Guinea, waar hij, in samenwerking met enkele leden van het aldaar ge
vestigde Boswezen, een expeditie zal vormen. Deze laatsten zijn de heren
J. C. Versteegh en A. Zieck, die zich reeds op Nieuw-Guinea bevinden.
Dr Van Royen zal zich op deze expeditie goeddeels bezighouden met de
bestudering van de kwaliteit, variëteit en algemene samenstelling van de
flora, terwijl de beide andere geleerden zich voornamelijk zullen interes
seren voor de kwantiteiten van de aanwezige houtsoorten, die voor exploi
tatie in aanmerking zouden kunnen komen. Het expeditiegebied zal zich
hoofdzakelijk tot de kustgebieden uitstrekken.
De bagage van dr Van Royen zal voor
sn groot deel bestaan uit middelen om
?t mee naar Holland te brengen- mate
riaal te conserveren. Dat hier terdege
rekening mee moet gehouden worden, zal
duidelijk zijn, wanneer men bedenkt.
alleen het tropische klimaat
Wat betreft de bemoeingen van ons
land met Nieuw-Guinea is er een grote
achterstand in te halen- Nieuw-Guinea is
op velerlei terrein nog terra incognita,
waarbij de ontoegankelijkheid van dit
schone land een grote rol speelt- Ook op
het gebied der botanie valt er nog veel
te lerert- Dat dit tihams meer mogelijk is
dan voorheen, is mede te danken aan
het feit dat men niet meer zo bevreesd is
voor hett gnote struikelblok der tropische
ziekten, die men In onze dagen op af
doende wijze weet te bestrijden.
Dat het Rijksherbarium thans, in sa
menwerking met het Boswezen, in staat
is deze expeditie op touw te zetten, is
te danken aan subsidies en andere bij
dragen. zoals die van de Hollandse Maat
schappij van Wetenschappen te Haarlem-
De d'ireoteur van het Rijksherbarium,
prof. dir H. J. Lam. die zich steeds voor
die botanie bijzonder heeft geïnteresseerd
(tn 1920 zette hij een eigen expeditie op
touw), heeft tot de totstandkoming van
deze laatste financiële bijdrage zeer veel
bijgedragen. Ook de Stichting voor Zui
ver Wetenschappelijk Onderzoek, het
Aardrijkskundig Genootschap, de Treub-
maatschappij en nog andere instellingen
schonken belangrijke financiële bedra
gen.
Voorts dienen de vele industrieën ge
noemd te worden, die in natura van hun
belangstelling blijk gaven, zoals Verkade.
Droste, de ERU te Woerden. Hollandia te
Vlaardinjgen, Tieleman en Dros, Unox en
Patria. Deze zaken hebben op voortref
felijke wijze voor de ravitaillering der
expeditie gezorgd. Hoezeer in brede krin
gen het belang varo de expeditie wordt
ingezien, moge tevens blijken uit het feit
dat de Maatschappij Nedierl. en de Rot-
terdamsche Lloyd voor vrij vervoer van
de bagage zorgen, terwijl de Marine-
Luehtvaantddenst die al zo vele malen
voor niet-maritieme doeleinden is bij
gesprongen en de Nederlandse Nieuw-
Guinese Petroleum-Maatschappij geen
vrachtprijs heffen bij het vervoer van
personen en bagage in het exploratiege-
bied'.
Wanneer men daarbij nog bedenkt, dat
het Boswezen zorgt voor veldmatcriaal en
dragers en dat het gouvernement alle
vervoerskosten zal betalen, voorzover dit
niet door de zojuist genoemde luchtvaart
diensten gebeurt, krijgt men een inzicht
in de prachtige hulp, die de expeditie
allerwegen ondervindt.
Mooie maar zware taak
Dat die expeditie voor moeilijkheden
van velerlei aard zal komen- te staan, mag
verondersteld worden. Daar is in- de eer
ste plaats het 'klimaat. De mens is hier
van volkomen afhankelijk- Wil men bij
voorbeeld met vrucht in het zuidoostelijk
deel van Nieuw-Guinea op botanisch ge
bied arbeiden, ^an zijn hier slechts de
maanden September en October voor ge
schikt- De expeditie zal dan het explora
tieterrein. waarop zij zich in Augustus
bevindt (die kustgebieden van de Vogel
kop en omliggende eilanden) in de steek
moeten laten, om de beide komende
maanden 1e benutten voor een onderzoek
naar de typische Australische planten
groei in het Zuidoosten- Dit geeft na
tuurlijk schade aan tijd en moeilijkheden
op velerlei gebied, zoals dat van trans-
„Kunst na Arbeid" sloot
feestelijkheden
Het Mannenkoor „Kunst na Arbeid" gaf
als slot van zijn jubileum gisteravond in
de Stadsgehoorzaal een feestavond. De
voorzitter van het jubileumcomité, de
heer C. J. van der Zeeuw, sprak een
woord van welkom en meende, dat de
leden en donateurs deze feestavond vol
komen verdiend hadden.
De jubilarissen moesten nog een keer
op het podium komen en de voorzitter
van het koor de heer J. Ginjaar werd met
enige hartelijke woorden een vulpen met
inscriptie overhandigd. Mevrouw v. d.
Heide-Brakel kreeg een fraaie doos bon
bons. In deze huldiging werd ook mevr.
Ginjaar betrokken, omdat in de meeste
gevallen de vrouw van een voorzitter aan
het kortste eind trekt.
De heer Ginjaar bedankte het comité
en de leden voor deze blijken van waar
dering en vond het zeer aangenaam, dat
zijn vrouw in deze hudiging niet was ver
geten. Juist door haar was hij zo lang aan
Kunst na Arbeid gebleven.
Na dit „officiële" gedeelte kreeg Sempre
Avanatl's „Jong en Jolig" het woord en
met bekende en onbekende melodieën
verschafte het de aanwezigen weer een
prettig uur. Na operettemelodieën uit het
pprogramma van de laatst gegeven uit
voering kwam men weer in de costuums
der jagers van Koning Willem I; het suc
ces stond bij voorbaat al vast.
De toneelgroep bracht na de pauze het
toneelspel „Welkom binnen" van Chr.
Hogewerff.
Avonddienst Oosterkerk
In de avonddienst morgen in de Oos
terkerk, die om 7 uur begint, gaat niet
voor ds De Ruiter (zoals absusievelijk
in de Leidse Hervormde kerkbode is ver.
meld), maar ds Kleermaker.
Een dokter nodig
De Zondagsdienst der huisartsen te
Leiden wordt morgen waargenomen door
de artsen Van Alphen, De Bruyne, Den
Haan, De Jager en Jasperse.
Welke apotheek?
De avond-, nacht- en Zondagsdienst
der apotheken te Leiden wordt van Za
terdag 30 Jan. 13 uur tot Zaterdag 6 Febr.
8 uur waargenomen door apotheek Her-
dingh en Blanken, Hogewoerd 171, telef.
20502, en apotheek Reijst, Steenstraat 35,
telef. 20136.
goede conservering noodzakelijk maakt,
maar dat daarbij weinig gelegenheid zal
zijn het buitgemaakte materiaal ailvast
naar Leidien te zenden, aangezien de mid
delen van vervoer op het exploraitieter-
rein niet altijd aanwezig zijn. terwijl bo
vendien, zo ze ex al waren, de vervoers
kosten op deze wijze te hoog zouden
komen.
Het materiaal dat in Leiden terecht zal
komen voor verdere wetenschappelijke
verwerking, wordt in 12-voud verzameld-
Het Rijksherbarium zal zich hierover ont
fermen, waar de experts op dit gebied
alsmede wetenschappelijke onderzoekers
Stichting Flora Malesiana, onder leiding
van prof. Van Steenis. hier een dankbare
taak in zullen vinden.
Dai men in zo grote veelvoud verza
melt is nodig. Een gedeelte van het mee
gebrachte materiaal wordt voor de ..ruil
handel" met andere botanische instellin
gen. zowel in binnen- als buitenland ge
bruikt. Bovendien zullen verschillende
specimina der Nieuw-Guinese flora beter
elders kunnen worden onderzocht, waar
bij Leiden evenwel toch over eigen exem
plaren wil beschikken.
Nieuwe koers in de Mij der
Ned. Letteren
MET BELGIË WIL MEN HET CONTACT
VERSTEVIGEN
De maatschappij der Nederlandsche letteren te Leiden, op 20 Mei 1775 bij
octrooi van de Staten van Holland en West-Friesland erkend, gaat een
nieuwe koers inslaan. De maatschappij wil zich meer dan voorheen in het
culturele leven van Nederland inschakelen.
Vandaar dat zij het initiatief heeft ge
nomen tot de ..Wolf- en Deken-herden-
king". De maatschappij zal in de toekomst
ook niet alleen meer te Leiden vergade
ren, maar in verscheidene plaatsen hier
te lande en zo mogelijk van tijd tot tijd in
België.
Op 13 Februari zal men te Amsterdam
in het trippenhuis samenkomen, waar
prof. dr J. H. Brouwer uit Groningen
spreken zal over „Hedendaagse aspecten
der Friese litteratuur". Deze bijeenkomst
geschiedt in samenwerking met het Fries
genootschap.
De maatschappij zal voorts medewer
king verlenen bij de totstandkoming van
het „Nederlands Letterkundig Museum".
Een bestuurslid der maatschappij, prof.
dr H. van de Waal, is tevens bestuurslid
van genoemd museum.
Verder wil de maatschappij, die zien
niet alleen met taal- en letterkunde, maar
ook met geschiedenis en oudheidkunde
bezig houdt hetgeen trouwens tot uit
drukking komt in de onderwerpen der
Minister Zijlstra bij
Royal
Gisteren reeds gaven we een verslag
an de opening van „Royal" te Leiden.
Op de rede, die minister Zijlstra bij deze
opening heeft gehouden, willen we nog
ren terugkomen.
De minister stelde, dat enerzijds voor
de Westeüropese producten een vrijere
toegang tot de Amerikaanse markt moet
worden verkregen, opdat wij in staa zijn
door eigen krachten de nodige dollars te
erven, en dat anderzijds het land van
vestiging voor de Amerikaanse bedrijven
conomische voordelen moet geven. Prof.
Zijlstra meende, dat Nederland die voor
delen in ruime mate biedt. Zonder dat de
buitenlandse onderneming een bevoor
rechte plaats ten opzichte van de eigen
industrie gaat innemen.
De ontwikkeling voor het herstel van
de vrijhandel moet van groot gewicht
worden geacht, omdat door een toenemen
de kapitaalstroom uit de V. S., die ge
paard gaat met het ter beschikking stel-
van technische kennis en ervaring,
de landen van West-Europa in de gele
genheid worden gesteld hun economische
kracht te vermeerderen en een vrij ver
keer met het dollargebied te bevorderen,
aldus de minister.
spreekbeurten nauw samenwerken
andere letterkundige verenigingen,
de P.E.N.-club. Met België wil men
contact verstevigen en daartoe ls onder
andere het Belgische lid prof. Van Loey
uit Brussel in het hoofdbestuur gekozen.
Het bestuur der maatschappij is zo veel
mogelijk geheel of gedeeltelijk bij jubilea
aanwezig.
De maatschappij hoopt ook weer een
vast pied-a-terre te krijgen. Dit was vroe
ger gevestigd aan het Rapenburg 61 te
Leiden, doch het werd uit financiële
overwegingen opgegeven. Op het ogen
blik geniet de maatschappij gas:vri|neid
bij de bibliothecaris van de universiteits
bibliotheek te Leiden. Kortgeleden heeft
de maatschappij een keur uit 575 sonnet
ten uitgegeven, die waren binnengekomen
op een in 1950 uitgeschreven prijsvraag.
Advertentie
C.F.A. aid. Leiden
Donderdag 4 Februari draait in het
CASINO THEATER
om 7 en 9.15 uur de ontspanningsfilm
„DE MELKWEG
KENT GEEN
WEGENWACHT"
James Stewart en Mariene
spelen hier de hoofdrollt
Voor ELKE leeftijd
Agenda voor Leiden
Zaterdag
Antonius-clubhuis. 8 uur: speeltuin
vereniging- „Om de Doorbraak", feest
avond ten bate van speeltuinmateviaal.
Burcht, 8 uur: feestavond personeels
vereniging De Landbouw.
Schouwburg, 8 uur: K. en O. (groene
kaarten), Het Vrije Toneel met Escapade
van Roger Mac Dougall.
Oegstgeest: Oud-Poelgeest: week
einde voor niet-theologen „In gesprek
met Karl Barth".
Maandag
Snouck Hurgronje-huis, 8 uur: K
O., studiecursus „Pen en Penseel" door
drs F. P. Huygens.
Dinsdag
Schouwburg. 7.45: Leids Acad. Kunst
centrum, Balletgroep Sonia Gaskell.
Gulden Vlies. 8 uur: Vereniging vooi
Internationale Rechtsorde, drs F. Tiele
man over: Rusland na Stalin als achter
grond van de conferentie te Berlijn.
Rijksmuseum van Oudheden, 8 uui
H. Brunsting over de jongste opgravingen
op de markt te Athene.
Nieuw Minerva, 8 uur: Leids Kunstcen
trum, ledenvergadering.
Leiderdorp. Dorpshuis, Coöperatie
ve Boerenleenbank, receptie gouden jubi
leum (34.30). feestavond (7.30 uur).
Op 23 Januari stonden bij het arbeids-
ureau Leiden 1596 geheel werklozen in
geschreven. terwijl daarenboven 135 per
sonen op diverse werkvoorzienmgsobjec-
tewerkgesteld waren. Het totaal be
schikbare aanbod geheel werklozen
plus arbeiders werkobjecten bedroeg
derhalve 1744. Een daling dus van 62 ten
opzichte van de stand per 16 Januari '54.
Deze daling moet voornamelijk worden
toegeschreven aan het nog vóór het in
vallen van de vorst plaatsen van een
aan-tal grondwerkers cn van een aantal
schilders; het laatste vermoedelijk in ver
band met het spoedig aflopen van de
subsidieregeling voor schilderwerk in de
wintermaanden. Een vergelijking met het
overeenkomstige tijdstip in 1953 toomt
aan. dat de werkloosheid nog steeds een
gunstig beeld vertoont. Bedroeg he: to
taal beschikbare aanood op 24 Januari
1953 2378, thans ligt dat aanbod ruim
600 lager.
De vraag nam iets af en is in hoofd
zaak gericht op jeugdige krachten 15
tot en met 18 jaar en op personeel
voor de metaalindustrie.
Het aantal werkloos ingeschreven vrou
wen bleef vrijwel gelijk en bedroeg op
24 Januari 168. De vraag naar vrouwe
lijke arbeidskrachten onderging geen wij
ziging van ennge betekenis cn kwam
208 op 210. De behoefte aan huishoude
lijk personeel is nog steeds belangrijk
daarnaast bestaat plaatsinigsmogelijkheid
verkoopsters cn kanitoorper-
ïstellinccn
Volkenkunde
Rijksmuseum voo
Steenstraat la, zeven
calllgraphle en schilderkunst
dr R. H. van Gullk), 10—4 uui
Februari).
Nachtdienst apotheken
Apotheeek Herdingh en Blanken, Hoge
woerd 171, tel. 20502, en apotheek Reijst,
Steenstraat 35, tel. 20136.
Raad van Leiden
Turks en Nieuw Perzisch aan
de Leidse Universiteit
Dr Jahn aanvaardde het ambt van hoogleraar
Gistermiddag heeft weer een nieuw hoogleraar aan de Leidse universiteit
zijn intrede gedaan. Het is prof. dr K. E. O. Jahn, die werd benoemd tot
buitengewoon hoogleraar in de faculteit der letteren en wijsbegeerte om
onderwijs te geven in het Turks en Nieuw Perzisch.
De nieuwe hoogleraar werd in 1906 te i het Altaï-gebied. De archaeologische
Brus in Tsjecho-Slowakije geboren. Hij j vondsten, hoe duidelijk ze ook de grote
verliet dit land om redenen van politieke! verscheidenheid in cultuur van de Eur-
i benoeming a
tent bij de algemene taalwetenschappen
te Utrecht. Daar werd hij bovendien toe
gelaten als privaat-docent voor de Turkse
en Slavische talen. Per 1 Juli 1951 werd
dr Jahn bevorderd tot wetenschappelijk
ambtenaar eerste klasse bij de algemene
t assis-aziatische nomaden in het licht stellen.
zeggen ons veel minder over het stamland
der Turken dan de anthropologische.
Wat het eerste optreden der Turken in
de geschiedenis betreft pleegt men dit in
de regel te verbinden met dat der Hun-
Deze verschenen onder deze
taalwetenschappen, terwijl hij op die da-pas in de derde eeuw voor Christus op het
turn in dezelfde rang ook aan de Leidse j toneel. Spoedig stichtten zij hun kolossale
irsiteit werd verbonden,
het Perzisch en het Turks.
Prof. Jahn merkte in zijn inaugurele^
'er de oorsprong
de tegenwoordig nog]
rede op, dat
oudste verleden
zo uitgebreide Turkse volken zeer uiteen
lopende meningen bestaan. De oudste en
ook nu nog gedeeltelijk gangbare opvat
ting is, dat het oorspronkelijke stamland
van de Turken gezocht moet worden in
Jaarvergadering Oud-Leiden in
de Lakenhal
De heer Van der Mark werd lid van verdienste
De vereniging Oud Leiden heeft gisteravond in haar jaarvergadering in
de Lakenhal bij acclamatie het lidmaatschap van verdienste ingesteld en
meteen het eerste lid van verdienste benoemd. Het was de heer G. van
der Markdie in September het Leidse arbeidsveld verwisselde voor een
nieuw in Amersfoort, maar in de kringen van Oud Leiden nog allerminst
vergeten is.
De ledenvergadering, waarin dit plaats
vond, ging vooraf aan een lezing door
prof. dr H. van de Waal, en was binnen
de gestelde tijd van drie kwartier afge-
Het verslag van de secretaris meldde
;n goed jaar met veel activiteit. Het
ledental was 1128. Er werden 77 nieuwe
leden gemeld, maar helaas moest men
een groot aantal studenten-leden schrap
pen wegens wanbetaling, zodat het eind
resultaat 1070 werd. De penningmeeste-
resse kon een batig saldo van t 1781 mel
den.
Van de aftredende bestuursleden ir H.
van Oerle en dr W. Braat werd de laat
ste bij acclamatie herkozen. Ir Van Oerle
had zich niet herkiesbaar gesteld. In zijn
plaats kwam mej. A. J. van Nienes, die
eveneens by acclamatie gekozen werd.
De contributie werd na enige bespre
king verhoogd van f 4 op f 5,50. De vo
rige contributieverhoging had dertig
Jaar geleden plaats!
De installatie van de heer Van der
Mark als lid van verdienste geschiedde
door de voorzitter, dr A. Kessen, die in
bijzonder hartelijke bewoordingen het
werk van de heer Van der Mark en de
medewerking van mevrouw Van der
Mark prees. De heer Van der Mark ant
woordde met enkele eenvoudige maar
ernstige woorden.
Rembrandt
Direct hierop volgde een lezing met
lichtbeelden door prof. dr H. van de
Waal over Rembrandt en het clair-
Prof. Van de Waal begon met er op
te wijzen, dat de waardering voor Rem
brandt in de loop der eeuwen nogal heeft
geschommeld, maar dat men 't over twee
dingen steeds eens is geweest: over Rem-
brandts kwaliteiten als etser en over de
bijzondere wijze, waarop hij het clair-
obscur hanteerde.
Als techniek is het clair-obscur ont
staan in Italië, waar Caravaggio de be
tekenis
zyn voorstellingen „onder
streepte" door de schaduwen extra
te maken. Het publiek, dat
deze „lidrtval" in de schilderijen direct
ging vragen, waar het licht nu eigenlijk
vandaan kwam en of het op verantwoor
de wijze was weergegeven, deed een hele
school van clair-obscur-achilders ont
staan, die ergens op het doek een licht
bron aangaven, of dit nu een kaars, een
lantaren, een hemelse geest of het
Christuskind was.
De jonge Rembrandt is met deze rich
ting in zijn studietijd in aanraking ge
komen. De eerste zelfstandige stap was
een zeer persoonlijke ontwikkeling in de
richting van de ruimtelijke weergave.
Hoe geniaal Rembrandit in dit opzicht
was, toonde spr. aan door een portret
van Rembrandts leerling Dou, geschil
derd door de meester, te vergelijken met
een portret van de meester door de leer
ling Dou.
Rembrandt ls echter verder gegaan.
Hij heeft het donker een eigen functie
gegeven, het in complementaire ver
houding geplaatst tot het licht, dat In de
late werken tot een middel werd om
abstracte dingen weer te geven, om in
nerlijke werelden te ontsluieren. Het
werd van techniek tot een gevoelig in
strument, dat in de handen van het genie
Rembrandt de diepste roerselen van de
mensenziel wist te noteren.
Prof. Van de Waal hield zijn betoog zeer
eenvoudig. Door de grote kennis van za
ken, waarvan het sprak, bleef het ech
ter tot het laatste moment boeiend. Ook
de lichtbeelden waren uitstekend geko
zen. Zodat het dankwoord van dr Kes
sen de aanwezigen uit het hart gegrepen
nomadenrijk, dat zich uitstrekte
noord- en westgrenzen van China tot diep
in het Westen van Azië, waarschijnlijk
t aan de Oeral.
De leidende stammen van dit Hunnen
genoemde complex van ethnisch en cul
tureel verschillende Euraziatische noma
denvolken waren namelijk, naar men heeft
kunnen vaststellen, hoogstwaarschijnlijk
Turkse afstamming. Ze waren de eer-
in de rij der zogenaamde Altaïsche
volken, die eeuwenlang over de vlakten
steppen van Eurazië zouden heersen,
de plaats ingenomen te hebben van de
daar aangetroffen Scytho-Sarmatische
stammen, die vermoedelijk in hoofdzaak
jn Iraanse afkomst waren.
In het vervolg van zijn rede beschreef
prof. Jahn onder meer het ontstaan van
het runenalfabet. In de vermenging van
de Turken met andere volken ligt de
sleutel tot de oplossing van menig pro
bleem, zowel wat uiterlijk en mentaliteit
als wat de taal van vele Turkse volkeren
betreft, aldus de hoogleraar.
Na de oratie werden de gebruikelijke
toespraken gehouden. Tot de curatoren
zei spr.: „Het is voor elke oriëntalist een
hoge eer, werkzaam te mogen zijn aan de
op het gebied van de oosterse studiën
reeds van ouds zo beroemde Leidse Uni
versiteit. Door de vestiging van de nieuwe
leerstoel voor het Turks heeft deze voor
name tak van wetenschap eindelijk een
eigen plaats gekregen, die haar grotere
mogelijkheden van ontplooiing biedt".
Geslaagd
Onze stadgenoot, de heer M. H. J. Th.
Bergsma, is te Delft geslaagd voor het
examen ingenieur electro-techniek.
werkloosheid in Leiden Rasfotoqraaf Martien Coppens
weer iets gedaald 3
exposeert in de Lakenhal
Tentoonstelling, die artistiek èn menselijk
imponeert
Een fototentoonstelling in de Lakenhal; het zal sommigen wel even vreemd
aandoen: het „nuchtere" camera-plaatje in de ruimten, waar anders de
min of meer geïnspireerde transformaties van de werkelijkheid plegen te
prijkendie schilders, tekenaars en grafische kunstenaars ons aanbieden.
Toch betreft het wel degelijk óók kunst, wat er van heden, Zaterdagmiddag,
af in ons stedelijk museum te zien is. Want de bekende fotograaf Martien
Coppens is maar niet zo iemand, die ergens een feitje constateert en zijn
camera grijpt om het te knippen. Hij is een man, die kleine dingen van
grote en diepe betekenis weet op te merken en deze schijnbaar kleine din
gen tot een compositie in zwart-wit weet te verwerken, die ronduit im-
pbnerend is. De tentoonstelling „Nood" is dan ook geenszins een verzame
ling „nuchtere" camera-plaatjes, maar een artistieke en menselijke be
lijdenis, die als manifestatie in de Lakenhal volkomen op haar plaats is.
De tentonstelling is getiteld „Nood". Zij
bestaat uit drie delen: de stormramp
1 Februari 1953, het leed van de ontheem
den in Duitsland anno 1953 en mensen
van onze tijd, portretten van schijnbaar
willekeurig gekozen individuen, die ech
ter mèt elkaar een bepaald beeld geven
van onze mensheid. Dat is trouwen
waarde van deze collectie, dat zij geen
aaneenschakeling van losse feitelijkheden
in beeld is, maar als geheel werkt en
bijna een noodkreet wordt.
De kracht van Martien Coppens' werk
ligt nog niet eens in de prachtige, aaneen
gesloten composities en zijn foto-techni
sche kwaliteiten, ofschoon die zélfs de
Op de tentoonstelling „Nood" in de Lakenhal, waar de bekende foto
graaf Martien Copperïs van heden af exposeert, is ook dit kleine meisje
uit een Duits ontheemden-kamp te zien. Dit is een nood, die veel dieper
grijpt dan gebrek aan kleding en voedsel.
Genootschap Nedeiland-Engeland
Vice-consul F. Wearing zong
lof over Merendistrict
De Engelse vice-consul uit Rotterdam, de heer F. Wearing, heeft gister
avond in De Doelen voor het genootschap NederlandEngeland de lof
gezongen over dat wondermooie gebied in Noordwest-Engeland, dat bekend
staat onder de naam Merendistrict. Twintig jaar lang had spreker daar al
bij tijd en wijle rondgezworven, en nog altijd kwam hij onder de bekoring
van de ongerepte natuur daar.
Het Merendistrict ligt tegen de Schotse
grens aan, wordt in het westen begrensd
door de Atlantische Oceaan en in het zui
den door Lancashire met zijn fabrieken.
Het feit, dat er 190 bergen van enige om
vang en 64 meren zijn, zegt op zichzelf
niet zoveel. Er zijn landen, waar dit
allemaal in veel verbijsterender hoeveel
heid aanwezig is.
Het lijkt wel, alsof de natuur zich heeft
ingespannen om in dit betrekkelijk kleine
gebied en zo groot mogelijke pracht ten
toon te spreiden, zei de heer Wearing.
Alles is prachtig van verhouding: er zijn
geen bergen, die torenhoog boven de an
dere uitsteken, de meren zijn betrekke
lijk klein, al die onderdelen van het land-
Chr. reisvereniging in Leiden
had „goede reis"
Herdenking 30-jarig bestaan einde Maart
gelopen.jaar een „goede reis" gehad. Buitengewoon goed zelfs. Er
werden talrijke excursies gemaakt, '-de culturele ontwikkelingsavonden
werden druk bezocht en, wat zeer belangrijk is, het ledental groeide ge
staag. Aan het eind van het jaar bedroeg het 584.
Dit waren enkele feiten, die de afde
lingsvoorzitter, de heer A. v. d. Bos, gis
teravond noemde bij de opening van de
jaarvergadering in het Vlies. Hij voegde
er aan toe, dat men vast besloten is op
deze weg voort te gaan. Dat voornemen
zal zeker ook gesterkt kunnen worden
door de herdenking van het 30-jarig be
staan. De voorzitter kondigde aan. dat die
D.V. op Donderdag 25 Maart in de foyer
van de Stadsgehoorzaal zal plaats vinden.
Aan het welslagen er van wordt mee
gewerkt door het mannen-dubbelkwartet
Inter Nos, enkele solisten en een voor
drachtskunstenaar. Verder wordt een
toneelstukje, „Met vacantie", opgevoerd
helemaal in de lijn van liefhebbers van
reizen dus.
De zaken verlopen dus naar wens, dat
bleek uit alles, en dat gaf
tergrond aan de oproep v
resse, mej. B. A. Beks, die
lid te worden of leden te werven. Mej.
Beks gaf in haar jaarverslag nog enkele
getallen. In totaal werden 18 excursies
georgagniseerd. Daar werd door 342 per
sonen aan deelgenomen. De vijf winter
en goede ach-
n de secreta-
r op aandrong
bijeenkomsten werden door in totaal 1151
personen bezocht. En na een jaar van der
gelijke activiteit had de penningmeester,
de heer Vogel, nog een saldo van 73 in
kas, bewijs voor de juistheid van het
financiële beleid.
Bij de bestuursverkiezing werd de heer
A. Forma herkozen. Ook werd nog ge
sproken over de beschrijvingsbrief voor
de algemene vergadering, die op 13 Febr.
te Groningen wordt gehouden. De heren
Veldhuizen en Vogel hopen de afdeling
daar te vertegenwoordigen.
Met een aantal bijzonder mooie kleu
rendia's van de heer Forma werd de aan
dacht van de bezoekers verder geboeid.
Velen herkenden plekjes in Zwitserland,
in Venetië of aan de Rivièra. Na de pauze
draalde de heer Forma nog twee films.
Eén kolderfilmpje van hemzelf en de heer
Jan de Kier, dat bijzonder geestig was. De
geschiedenis was helemaal opgehangen
aan een aantal boekentitels. Een reis-
fllmpje over Oostenrijk en Italië werd het
laatst vertoond. Een dankbaar appli
was de juiste waardering voor het werk
van de cineast.
schap schijnen leden te zijn van een
mogene familie. De schoonheid in deze
natuur is van een harmonie, die eigen
lijk niet in woorden is uit te drukken.
Voorts is er sprake van een merkwaar
dige gevariëerdhcld in landschap in die
zin, dat elk doorkijkje weer anders is dan
het vorige, dat geen twee meren op el
kaar lijken. De ware schoonheid open
baart zich slechts aan de mens. die te
voet het gebied doorkruist. Van de twin
tig passen kan de helft trouwens niet per
wiel worden gepasseerd.
In elk jaargetijde heeft het Merendis
trict zijn eigen bekoring. Industrie kan et
nooit vaste voet krijgen wegens de schaar
se verbindingen. Bovendien worden grote
delen beschermd door de National Trust,
een lichaam, dat met succes het Engelse
landschap voor aantasting door vreemde
invloeden bewaart.
Oude volksstammen en van overzee ge
komen invasiegolven hebben er hun spo
ren achtergelaten. De overblijfselen van
oude beschavingen zijn buitengewoon
rijk in aantal en bovendien goed bewaard
gebleven. De heer Wearing was van me
ning, dat de mens nergens elders groter
schoonheid, rust cn vreugde in de natuur
kan vinden dan hier.
Ongelukkigerwijs was de goede film
strip niet op tijd aangekomen, maar na
de pauze kon do Inleider toch een strip
vertonen van de National Trust, met en
kele beelden uit het Merendistrict.
Begrafenis J. Heringa
Gistermiddag is onder grote belangstel
ling de heer J. Heringa op Rhijnnof ter
aarde besteld. Onder de aanwezigen wa
ren ir J. J. G. van Hoek. voorzitter van
de Leidse ambachtsschool, die ook het
Ned. verbond van werkgevers en de Ka-
Koophandel vertegenwoordigde,
de heren J. C. van Eek en dr J. D. Bo. s
s de Rotaryclub, ir M. C. de Jong
Ph. J. de Ruyter de Wildt, voorzit-
secretarls van M.S.G., de heer P.
A. Wernink, ondervoorzitter van het dep.
Leiden van de maatschappij voor Nijver
heid en Handel, mr F. J. J. Trapman na-
de Leidse vereniging van induslrië-
n vertegenwoordigers van verschil
lende bedrijven.
Eerst werd gesproken door de heer P.
K. Heringa en vervolgens door de heren
Van Hoek en P. C. Knaap, de laatste na
mens het personeel van de bedrijven. Ds
Ch. Cabanis. predikant van de Waalse
Gemeente te Leiden, sprak eveneens. De
heer J. Heringa sprak een slotwoord.
leek op het eerste gezicht opvallen. Zijn
kracht ligt in een diep-menselyk benade
ren van zyn onderwerp, met vermijding
van alle sentimentaliteit Coppens vertelt
geen gruwelverhalen van dc watersnood,
geen schokkende bijzonderheden uit de
Duitse DP-kampen. Wie op deze tentoon
stelling sensatie zoekt komt bedrogen uit
Wat Coppens gezien heeft? Het door de
stormramp aan de achterzijde weggesla
gen huisje, waar dc openstaande deur
geen gezellig binnenkamertje, maar tot
aan de grijze horizon golvend water laat
zien. Het zachte, geduldige schaap, ver
dronken tussen warrig prikkeldraad.
Koeien zonder baas en zonder stal. saam
gebonden op een droog gebleven plekje
stad. wachtend in de sneeuwstorm, oo de
melkers, op voer. Uit het water geredde
kinderen, met de doorwaakte nachten nog
in hun ogen. Paarden in takels boven
lichters, waarin hooi en stro en voer; maar
de takel zat niet goed en het paard was
zenuwachtig.
Dingen, die in de Februaridagen van
het vorig jaar óók in de kranten en óók
in de filmjournaals te zien waren? De
feiten, ja. Niet de eindeloze triestheid van
dit alles, de klomp, die tussen het wrak
hout spoelde, juist gerepareerd, de zand
zakken. die als waardeloze flarden tegen
de doorgebroken dijk lagentot het
tóch hield.
Wat Martien Coppens in de kampen
van de ontheemden heeft gezien, is óók
niet in hoofdzaak de kleinheid en de don
kerheid van zo'n bunkercel, waar dag en
nacht het electrisch licht moet branden en
ternauwernood twee ledikanten kunnen
staan. Dat is niet het uit wrakhout en
blik opgetrokken hutje, dat temidden van
'n niet te draineren modderpoel de herin
nering aan de verlaten boerderij moet
levend houden. Maar dat is de ziekmaken
de wanhoop van de moeder, die haar
kleine jongen geen lucht en geen licht,
laat staan een toekomst kan bezorgen. En
dat is het- oud-makende wantrouwen,
waarmee die andere kleuter door het mi
nimale venstertje van zijn wrakke huisje
naar buiten kijkt, naar de flarden was
goed. die vrijwel de enige rijkdom van
zijn familie uitmaken. Er hangt op deze
tentoonstelling een foto van een klein
meisje in de portiek van een bunker. Zij
heeft een oude paraplu uitgespreid voor
zich neergezet en daarachter speelt zij
met een poppenkamer, gemaakt uit een
weggegooide kartonnen doos. Het verlan
gen naar een eigen hoekje, naar een
eigen veilig plekje op aarde, spreekt, nee
schreit uit deze foto.
En dan tenslotte de serie „gewone" por
tretten: vrouwen en kinderen uit een
woonwagenkamp, heel jonge kinderen in
hun karakteristieke houdingen, Staphor
ster mensen in hun klederdracht, vee
kooplieden, arbeiders, lieden in een ha-
venbar. geestelijken, notabelen, heel die
bonte wereld, waarin wy leven en ln nood
verkeren. Hoe prachtig geobserveerd zijn
die beide ambtsdragers uit de Kempen,
de boer met zijn slecht geknipt haar onder
dc hoge hoed, de feestsigaar half opge
brand en uitgegaan in de eeltige hand,
stoer, conservatief, een kracht, die ten
goede, maar ook ten kwade kan zijn. En
naast hem de burgemeester waarschijnlijk,
dikbuikig, niet al te intelligent, eigenwijs
en tevens slim speler in de plaatselijke
politiek. Zelfbewust staan ze daar bij een
of andere dorpsplechtigheid, de hand op
het afsluitingstouw
Tenslotte nog een enkel woord over de
artistieke kwaliteiten van het tentoon
gestelde. Coppens werkt niet met valse
effecten. Hij gaat in zijn werk recht op de
man af en zijn composities zijn bij alle
geslotenheid overzichtelijk en ruim. Wie
issentic van dit werk artistiek wil
proeven, bekyke de half stuk geslagen
houten schuur op het verdronken land
van Schouwen-Duiveland. een foto. die
direct herinneringen wekt aan de Japan
se prentkunst, zo summier is Coppens hier
geweest en zo subliem.
De tentoonstelling wordt hedenmiddag
door burgemeester Van Kinschot geopend.
Op dezë plechtigheid, waarbij de burge
meester van Nieuwe Tonge en de oud
gedelegeerde van Nederland van de I.R.O.,
mr Sark, ook het woord zullen voeren,
komen wij Maandag nader terug.
C. Th. R.
Jaarvergadering van
A. V. Holland
Ondanks de ijsvreugde was de Jaarver
gadering van de A.V. Holland gisteravond
in Royal toch nog goed bezocht. Na een
hartelijk welkomstwoord van voorzitter
C. W. Tieleman gingen de meeste versla
gen vlot onder de hamer door; alleen het
jaarverslag van de secretaris gaf stof tot
bespreking.
Naast vele sportieve successen werden
er ook gevoelige verliezen gememoreerd.
Vooreerst het niet steeds beschikbaar zijn
van de gewaardeerde voorzitter, de heer
Tieleman, die echter op waardige wijze
werd vervangen door de ere-voorzitter,
de heer C. Guldemond. Beide voorzitters
werd hartelijke dank gebracht voor het
meer dan bijzondere werk voor A.V. Hol
land gedaan.
Een winstpunt was het onvermoeid*
werken van Jan Labordus. die de afgetre
den wedstrijdsecretaris, de heer J. J. Gul
demond, verving. Met de hulp van leden
en supporters kon ook de Sleutelloop op
19 April een groot succes worden, evenals
de avondwedstrijd. waaraan Fanny
Blankers-Koen, *J>uck Brouwer en Wim
Slijkhuis meededen. Tot slot kreeg ook de
E.H.B.O. een pluim voor het verdienste
lijk werk.
De technische commissie bracht een
grote vooruitgang in de prestaties en zo
erden drie Holland-athleten genoemd,
die Nederland op Internationaal gebied
vertegenwoordigen: Alb. v. d. Linden op
de 10.000m (tweede), C. v. Wanrooy op ce
800 m en R. v. Es (polsstok).
Bij de uitreiking van de wisselbeker „In
memorlam Herman Vostermans" kreeg
Alb. v. d. Linden de meeste punten. De
prijzen voor de beste prestaties werden
als volgt verdeeld.
Senioren: J. D. v. Rooyen 767 pnt (1500
m 4.08.4); junioren A: C. J. Wanrooy 715
pnt (800 m 1.59.3); punioren B; R. den
Tonkelaar 414 pnt (600 m 1.33.2); junioren
C: K. Smit 574 pnt (60 m 7.6); all-round-
junioren A: M. Roosenschoon 1491 pnt.
Het werkprogramma 1954 werd als volgt
vastgesteld: nationale singelloop 4 April;
nationale avondwedstrijd 23 Juni; dwars
door Lelden 2 October.