^ITlynlteer <^Pimpelmanó
q&öx. „en pension"
Waar Christendom
en Heidendom elkaar ontmoetten
DOOR G. TH. ROTMAN
107. „Vrouw ik geloof, dat er iemand
valt", zei mijnheer Pimpelmans, boven
in de kamer, tegen zijn vrouw, maar
hij durfde niet te eaan kijken. Hij wa3
't hele voorval al vergeten, toen er ge
klopt werd. Dc deur ging open. en
mijnheer Pimpelmans werd wit van
schrik. Het waren twee agenten. ..Ver
dachte Pimpelmans. gij zijt onze ge
vangene!" klonk het.
108. Wat was het geval? De fietsen-
verhuurder. die er, behalve een paar
verstuikte ellebogen en een ontwrichte
kaak nog al goed afgekomen was. dacht
niet anders, of mijnheer Pimpelmans
had hem een beentje gelicht. En nu
werd mijnheer Pimpelmans gehaald en
smadelijk naar het politiebureau ge
transporteerd, verdacht van moordaan
slag met voorbedachten rade'
109. De inspecteur van politie nam
hem het verhoor af. Daar hij zelf nog
al tamelijk zwaarlijvig was, en dus
uit eigen ervaring wist, dat dikke men
sen doorgaans de kwaadste niet zijn.
vond hij. dat zijn gevangene er niet zo
erg bloeddorstig uit zag.
110. ..'t Is een moeilijk geval", zei
hij, na mijnheer Pimpelmans aange
hoord te hebben. Toen moest de rij
wielverhuurder verschijnen; hij werd
door twee agenten ondersteund. Zijn
kaak was al gezet, maar nog stijf,
waardoor hij nog niet goed kon praten.
..Hil heb me een weentje gewicht en
toen ben ik van de twappe gevawwe",
hakkelde hij.
111. Mijnheer Pimpelmans sidderde
op het horen van dit bezwarende getui
genis. Toen rinkelde de telefoon. Het
was de dokter. Hij deelde mede. dat
het kamermeisje van 't pension bij
hem gekomen was met een verzwikte
pols; het arme kind was ook al over
het matje gevallen, zodat niet mijnheer
Pimpelmans. maar vast en zeker het
kleedje de schuld was.
112. Nu was de moeilijkheid ineens
opgelost. Mijnheer Pimpelmans betaal
de de helft vac de waarde der flets en
mocht vertrekken. Hij betaalde zijn
pension, kocht een nieuwe koffer en
vertrok de volgende ochtend weer naar
Epscheuten. waar hij laat in dc middag
bij een triestig regenbuitje aankwam.
113. Uitgeput gingen ze die avond
vroeg naar bed. „Dat reisje kost me
minstens 300 gld.". zuchtte mijnheer
Pimpelmans. zich in bed omdraaiend.
„Een voordeel is, dat ik ten minste 28
kilo afgevallen ben." De volgende
middag zei mevrouw: „Man, ik ga even
tjes naar de vrouw van de nieuwe no
taris. ik ben binnen 10 minuten te
rug!" En weg was ze.
114. Nu wist mijnheer Pimpelmans,
dat 10 minuten in zo'n geval 10 kwar
tier betekenden. Hij besloot dus die
tijd nuttig te gebruiken en de kiekjes te
ontwikkelen, die hij de laatste dagen te
Zomerdorp gemaakt had. Hij stak dus
de rode petroleumlamp aan en ver
dween in de keukenkast.
Weftelljfcse bijlage Zaterdag 23 Januari 1954
KONINGSGRAVEN EN T OUDE KERKJE VAN GAMLA UPPSALA
Hier spreken tie stenen over langvervlogen tijtien
Klokkenspel te Gamla Uppsala.
\T LAK en tamelijk eentonig is het
land in de omgeving van de
Zweedse Universiteitsstad Uppsala.
Vlak en eentonig zoals trouwens de
gehele streek tussen Stockholm en het
70 km. Noordelijker gelegen Uppsa
la weinig relief en afwisseling ver
toont.
Des te opvallender zijn daarom de
drie hoge heuvels in de nabijheid
van Gamla of Oud Uppsala, een
klein gehuchtje, omstreeks een uur
lopen ten Noorden van het tegen
woordige Uppsala gelegen.
Stil is het hier gewoonlijk, vredig
stil...
Maar soms vooral in de vacan-
tietijd stopt hier een bus met toe
risten. Die toeristen beklimmen de
heuvels, genieten van het mooie uit
zicht en wanneer er kinderen bij zijn,
laten ze zich vaak van de met gras
begroeide hellingen afrollen in dolle
pret.
Totdat de excursieleider of gids de
uitgezwermde passagiers bij elkan
der roept en vertellen gaat van dit
gedenkwaardige historische plekje,
waar de eeuwen als 't waren spreken.
Na korte tijd verlaat zo'n modern
vervoermiddel dan weer dit wegen-
kruispunt, nadat de bezoekers ook
nog een kort bezoek gebracht hebben
aan het kleine oude en zo merkwaar
dige kerkje, dat in de onmiddellijke
nabijheid van de drie heuvels ge
bouwd is.
Dan wordt het weer stil, heel stil
in het oude dorpje...
AAR voor de eenzame wandelaar,
die dan nog tussen kerk en heu
vel toeft, is 't of die heuvels en hun
omgeving gaan spreken.
Hier begroeven ook in de negende
en tiende eeuw het tijdperk ons wel
bekend vanwege de invallen der ru
we Denen en Noormannen! de toen
nog heidense bewoners van Zweden
velen van hun gestorven koningen.
Die drie heuvels zijn grafheuvels...
Hun geschiedenis gaat terug tot de
tijd der Volksverhuizing.
Eeuwen lang begroeven de oude be
woners van dit deel van Scandinavië
hier hun koningen.
Bij nauwkeurig onderzoek door ge
schiedkundigen zijn nog betrekkelijk
kort geleden interessante vondsten
hier gedaan.
Daar waar nu het kleine
Lutherse kerkje staat
een van de oudste uit Mid
den Zweden stond eens
de grote heidense tempel,
waarvan de Evangeliepredi
kers in de elfde eeuw nog
vertellen.
Dit heiligdom van Uppsala
heeft een zeer belangrijke
rol gespeeld in de geschie
denis. Toen Zweden n.l. in
het begin der Middeleeuwen
uit verschillende rijkjes be
stond, was dat der Suionen
vooral daarom een der be
langrijkste. omdat de koning
van dit rijk het centrale
heiligdom bij Gamla Upp
sala beheerste, waaraan hij
een groot overwicht te dan
ken had.
streek waagden zich de zendelin
gen uit het Zuiden en ontmoetten het
oude heidendom en het Christendom
elkander. Bij deze ontmoetingen is
menigmaal bloed gevloeid. Want het
oude heidendom verdedigde zich vaak
met hand en tand.
Langzamerhand werd het een strijd
tussen de oud-heidense en Christelij
ke vorsten. Deze strijd heeft ruim
honderd jaar geduurd. Vanaf de
Tingshög een der heuvels bij Gam
la Uppsala hadden de heidense ko
ningen meermalen hun onderdanen
toegesproken en opgeroepen ten strij
de tegen de Christenen. Tenslotte
moest het oude heidendom in deze
strijd toch het onderspit delven. Op
het einde van de elfde eeuw werd het
heidense heiligdom te Uppsala ver
woest...
Weinig zekers is overigens uit die
oude tijden bekend.
Een enkele naam zoals van Erik,
de Heilige, een Zweedse koning uit
het midden van de twaalfde eeuw, die
het Christendom in Zweden bevorder
de, en wiens relequiën men nog be
waart, in de kathedraal van het nabu
rige grotere Uppsala, leeft nog voort
bij het volk, maar verder ligt er veel
van die voorbije, oude tijden als in
een nevel gehuld.
TOCH herinnert het mooie Romaan
se kerkje aan de voet van de
grafheuvels der heidense koningen
nog aan de moed van de koene pre
dikers die zoals Willebrord en Bo-
nifacius, in Zuidelijker landen hun
leven gewaagd hebben in dienst van
hun Koning om de kruisbanier te ont
plooien tot daar, waar het oude hei
dendom zijn hechtste bolwerken had.
Nog slechts enkele fragmenten van
het oude Godshuis een kruiskerk
omstreeks 1100 hier gebouwd zijn
tot in onze tijd bewaard gebleven.
Omstreeks 1245 werd dit bouwwerk
grotendeels door brand verwoest,
schip en zijvleugels werden neerge
haald en jammer genoeg werd slechts
een gedeelte van de kerk herbouwd.
Toch is dit gedeelte nog altijd merk
waardig genoeg. Koning Erik de Hei
lige als martelaar vereerd werd
hier opgebaard en in deze kerk bij
gezet... totdat ongeveer een eeuw
waarschijnlijk in Lubeck vervaar
digd trekt de aandacht van iedere
kunstkenner.
Daartegenover een Apostelfiguur
uit de 15e eeuw. Geen beeldenstorm
vernielde hier ook de fraaie Romaan
se aartsbisschoppelijke zetel uit do
vroege Middeleeuwen in deze kerk,
die in de 16e eeuw in gebruik is ge
nomen voor de Lutherse eredienst.
kerkje. Van de daar bewaarde kunst-
De grafheuvels,
later, toen de aartsbisschoppelijke ze
tel van Gamla of Oud Uppsala, naar
het nieuwe, grotere Uppsala werd
verplaatst ook zijn gebeente naar
de naburige, steeds groeiende stad
werd overgebracht.
Oud Uppsala kwam geheel in ver
val, maar de stenen bleven spreken!
Een enkele maal werden de zerken
geopend om een dode bij te zetten.
Daaronder waren beroemde man
nen: professor Magnus Celcius, hoog
leraar in de theologie en zijn klein
zoon. de beroemde natuurkundige An
ders Celcius, de uitvinder van de ther
mometer naar hem genoemd.
Een gedenksteen, aangebracht op
de Noordelijke muur der kerk, en hun
eenvoudige grafsteen in de grootste
zijbeuk der kerk herinneren de be
zoeker nog aan deze grote geleerden.
Een merkwaardig mooie Madonna
met het Kindeke in de armen om
streeks het jaar 1500 in Duitsland,
kwaardige Christelijke kerkje.
schatten noemen we slechts een en
kele.
In de eerste plaats de niet minder
dan zes eeuwen oude fraaie avond
maalsbeker vroeger misbeker
die in een glazen kast bewaard wordt.
Deze beker staat naast een niet min
der fraaie schotel, die een van Upp
sala's predikanten tijdens de beroem
de veldtocht van de Zweedse koning
Gustaaf Adolf in Duitsland, als veld
prediker ten geschenke kreeg.
Een exemplaar van de eerste
Zweedse Bijbeluitgave uit het jaar
1541 ligt op de eikenhouten tafel,
terwijl bij de uitgang de aandacht
van iedere bezoeker gevestigd wordt
op het unieke bezit van dit oude ver
weerde kerkje een zeer oude offer
kist. vervaardigd uit één enkel groot
eikenblok.
Mogelijk stond deze offerkist reeds
in het heidense tijdperk bij een oude
bron. Zulk een bron bevond zich juist
in de omgeving van de grafheuvels,
Zuid-Westelijk van de kerk.
Opvallend is de zeer kleine ronde
opening van de offerkist. Men ver
trouwde zo zegt men in de omge
ving van Uppsala de boze geesten
niet. Want ook nog lang nadat de be
volking in deze streek tot het Chris
tendom was overgegaan, geloofde me
nigeen, dat die geesten 's nachts rond
waarden bij de oude grafheuvels...
Als zij eens een greep deden in de
geldkist... je kon nooit weten.
JtfATUURLIJK ontbreekt ook hier de
kleine houten klokkentoren niett
Geheel apart staande zoals trou
wens bijna overal in Zweden de klok
kenstoelen of torens los staan van het
eigenlijke kerkgebouw is deze to
ren met zjjn grote luidklok uit 1514,
wel één van de meest karakteristieke
klokkentorens van Scandinavië.