^ITlijnUeer <^impelmanó QAAt „en pension" OOK IN JAPAN De schatten van het Kind DOOR G. TH. ROTMAN 73. De pensionhoudster, die ook in de tuin was. stormde naar binnen en rende de trappen op. „Mijnheer Pimpelmans", riep ze uit, „dat gaat zo niet. Ik raak mijn klanten kwijt, het kost me een ruit en nog een diner op de koop toe! Ver trekt u dan maar liever! Zoiets heb ik hier nog nooit beleefd! O foei. en ik had u voor zo'n nette man aangezien!" En het arme mens barstte in tranen uit. 74. Er hielp niets aan. Om niet als een stoute jongen weggejaagd te worden, moest mijnheer Pimpelmans betalen: 1 gebroken ruit, 1 compleet middagmaal, benevens 2 dagen pension voor de da mes Ribbenspek en Drooglijn, die alle bei kwaad en zonder betalen waren weg gelopen... 73. Daar mijnheer Pimpelmans' bril tijdens het bombardement naar beneden gevallen en gebroken was. liet hij hem bij een opticien in de reparatie brengen. Toen hij hem de volgende dag ging ha len. zag hij in de winkel een dot van een fototoestelletje, en hij besloot ter stond het te kopen. „Maar man. je hebt thuis nog een kostelijk toestel staan!" zei z'n vrouw, „heb je nog al geen geld genoeg uitgegeven?" 78. „Vrouw." zei mijnheer Pimpel mans. „wat heb jij daar nou voor ver sland van! Dit is een nieuwerwets toe stel. voor filmrollen; dat gepruts met die losse platen is niks voor een mens, die met zijn tijd meegaat!" En hij kocht het toestel, met en benevens de vereiste benodigdheden. Zo gauw hij buiten was, ging hij terstond aan 't kiekjes nemen. 77. Wacht, daar zag hij een bijzonder aardig „gevalletje!" In een weiland ston den twee koeien mekaar kopjes te ge ven. en dat vond hij zo'n roerend schouwspel, dat hij het terstond op de plaat „vereeuwigde." „Ik plak de kieken allemaal in 'n album," zei hij. „dan heb ben we een aardige herinnering aan on ze vacantiereis!" 78. Toen hij thuiskwam, zei hij tegen de pensionhoudster: „Mevrouw, ik heb u zoveel last bezorgd, dat ik het weer goed wil maken! Ik zal een mooie foto van u maken, en die krijgt u nu eens van mij cadeau!" Nu, dat voorstel viel in goede aarde; de brave weduwe had al in geen zeven jaar haar portret la ten maken. 79. Nadat de pensionhoudster ..geknipt" was. kwam Tinus aan de beurt. Hij wil de beslist eerst zijn beste rokcostuum er voor aantrekken. Toen mijnheer Pim pelmans zijn film volgekickt had, gaf hij die aan de pensionhoudster; haar zoon zorgde namelijk altijd voor het ont wikkelen van de kiekjes der pensiongas ten; hij was daar een hele piet in. 80 Een uur daarna kwam de pension houdster rood van woede op mijnheer Pimpelmans afstuiven, met een afdruk van haar „portret" in de hand. „U moest u schamen!" riep ze uit, „een eerzame weduwe te bespotten!" En op nieuw sprongen de arme vrouw de tra nen in de ogen. Wat was er namelijk gebeurd? 81. Wel. mijnheer Pimpelmans. die nog aan geen rolfilms gewend was. had een paar keer vergeten de film verder te draaien, zodat de foto's van de koeien, de pensionhoudster en Tinus over elkaar heen gekomen waren, met het hierboven afgebeelde resultaat. Nu, het was ook werkelijk om uit je vel te springen. Het kostte mijnheer Pimpelmans dan ook heel wat moeite, de verontwaardigde vrouw er van te overtuigen, dat het een ongeluk was. Luclitcommandant van Pearl Harbor verkondigt Evangelie Zijn medewerker is een Amerikaanse oorlogsvlieqer y|/JORGEN is 't de laatste Advent-Zondag. Dan nog vier dagen en over heel de wereld luiden de Kerstklokken. In steden en dorpen, in machtige bevolkingscentra en op eenzame zendingsposten. En die Kerstklokken zullen 't uitgalmen, dat Gods belofte aan een wereld verloren in schuld heerlijk werd vervuld. Die Kerstklokken zullen luiden ook in Japan. En Mitsuo Fuchida, een voormalige hoge officier van de keizerlijke Japanse luchtmacht, zal tot zijn landgenoten spreken over het Kind in Bethlehems kribbe, dat ook zijn Verlosser is geworden. Hoe dat mogelijk is? Dat kunt DECEMBER 1941. Terwijl in Wash ington een Japanse „vredesmis sie" confereerde op het ministerie van buitenlandse zaken, werd door admiraal Nagumo op het slagschip „Akagi" de oorlogsvlag gehesen. Op alle schepen werd appèl gehouden en hoorden de bemanningen het doel van de reis. Te midden van door de oceaan voortschietende torpedojagers lagen de vliegkampschepen. De manschap pen der vliegtuigen stonden aangetre den voor hun toestellen, waarop de rijzende zon bloedrood schitterde te gen de blauwe tropenhemel. Toen trad een officier naar voren: kapitein luitenant ter zee vlieger Mit suo Fuchida. Hij vertelde zijn man schappen van de „heilige oorlog, die gewonnen moest worden om het kei zerrijk van de ondergang te red den Donderend was het gejuich, dat opklonk. Opgetogen vliegers sloegen elkaar op de schouder. Hun strijd was een strijd voor de zege van Japan, voor de heerschappij van hun vaderland over al die eilanden, waar Westerse machten heersten. Toen werd het nacht, en onder de zwarte, met sterren bezaaide lucht splitste de vloot zich. De stilte van het ruisende water werd uiteenge- gescheurd door Japanse commando's en door het geloei van warmdraaien- de vliegtuigmotoren. *7 EVEN December was een Zondag en in de haven van Pearl Har bor heerste Zondagsrust. De boodschap, die de Amerikaanse torpedojager „Ward" om 5 uur uit zond, toen hij door de Japanse mari ne naar de kelder werd gejaagd, weid niet eens opgevangen. En de matroos, die op zijn radarscherm naderende vliegtuigen zag en dit rap porteerde, werd eigenlijk een beetje voor de gek gehouden. Dat kon toch Maar tóch was het zo. Om even vóór zes uur in de morgen was de luchtvloot van kapitein Fuchida ge start van de vliegkampschepen. Hon derden en nog eens honderden bom menwerpers, torpedovliegtuigen en jagers naderden het slapende Pearl Harbor. En toen was het snel ge- Fuchida's vliegtuigen vielen aan, golf na golf, escadrille na escadrille Branden braken uit. Mannenstemmen gilden, schepen werden tot zinken gebracht. Reeds waren de 360 dood en verderf zaaiende toestellen van de marineluchtmacht van Japan ver dwenen, toen men zich pas goed rea liseerde wat er was geschied. De vij and verloor 29 vliegtuigen, de Ame rikanen bijna 200. Ruim 2400 doden werden geborgen en vele schepen dreven brandend rond door de met wrakhout versperde haven of waren gezonken. En terwijl de vredesmissie nog in Washington vertoefde, werd kapitein Fuchida gehuldigd als de held van de dag, de man, die het rijk van Hiro- hito van de ondergang had gered. onderstaand verhaal lezen. Voor hem neigden de vlaggen op de schepen. Zijn borst werd getooid met onderscheidingen. En met verbeten gelaat zei hij maar één doel te heb ben: het voortzetten van de strijd tegen de Christenhonden... dit zo doorgaan? Waar is dan het einde?" Toen kwam de tegen zet; een aanval op Ja pan zelf. Eerst hadden deskundigen de vlucht betiteld als gekken werk. Na veel rekenen en studeren verklaar den zy het voor moge lijk. al was het uiterst riskant voor de vlie gers. die er aan zouden deelnemen. H ET nieuws van de lafhartige, ver raderlijke aanval van Fuchida's vliegtuigen op Pearl Harbor sloeg m als een bliksemschicht. In de bezet te gebieden en in de Verenigde Sta ten, bij burgers en in militaire kam pementen was men met van de radio weg te slaan. Jacob DeShazer, sergeant van de Amerikaanse luchtmacht, hoorde met zijn kameraden het nieuws. Eerst zeiden zij niets. Toen hebben zij ge vloekt, zoals soldaten vloeken kunnen om hun gemoed te luchten. En na die 7e December kwam er méér zorg en kregen de geallieerden méér slagen Het land van de rijzen de zon rukte op. Fuchida's lucht macht sloeg toe. fel. hard en raak Singapore viel, de Amerikaanse eilan dengroepen in de Oceaan moesten de stars-and-stripesbanier neerhalen, Ne derlands Indië werd Japans en al verder en verder rukte Nippon op... al verder en verder van het Japan se eilandenrijk werden de geallieer den teruggedrongen. Het Amerikaanse volk begon te twij felen. Niet in het openbaar, o nee, maar diep in het hart van velen kwam de schrijnende vraag: „Moet vlooteenheid over de Oceaan, even geheim zinnig als de Japanse vloot naar Pearl Harbor. Op 18 April, de vloot was nog vele mijlen verwijderd van het punt, waarop de vliegtuigen konden opstij gen, werden de schepen gesignaleerd door een Japanse verkenner. In al lerijl werd krijgsraad gehouden. Moest men teruggaan of doorzetten? Het laatste werd gekozen, maar ver der varen was onverantwoord. Im mers zou de Japanse afweer spoedig gewaarschuwd zijn en tegenmaatre- Daarom startten de bommenwer pers op dit punt, honderden kilome ters van de plaats, die in het plan was vermeld. Sergeant DeShazer zag de startbaan van het vliegkampschip snel onder zich wegglijden. Even was het alsof de bommenwerper niet ge noeg snelheid had en in zee zou stor ten, maar vlak boven het water wist de piloot de kist omhoog te krijgen. Boven de vloot werd de formatie ge vormd. Nog eenmaal trokken zij met grommende motoren over de schepen, met de vleugels schomme lend ten afscheid. Beneden werd ge wuifd en met vlaggen gezwaaid. Toen ging het naar het westen, richting Tokio, terwijl de schepen de steven wendden en naar het zuiden terugstoomden. Straks luiden de Kerstklokken In het vliegtuig van DeShazer wer den de afgelegde mijlen geteld, hon derden na honderden. Onder hem zag hij het zacht golvende water van de Oceaan voorbijglijden, door niets ge stoord dan door de eigen schaduw van de bommenwerpers. Na vier uur was de afstand bijna afgelegd. Beneden hen, op het Japan se gebied, werd nu en dan een schot gelost door afweerbatterijen. Maar toen ze de hoofdstad naderden werd de tegenstand heviger. De granaten ontploften bij honderden. Toch vlogen ze verder. Daar klonk het commando „Klaarmaken voor ac tie!" De routine-handelingen voor het afwerpen der bommen werden ver richt en weldra gierde de dodende lading omlaag. Grauwe rookwolken van ontploffingen en branden stegen op tegen de blauwe hemel. Ver be neden de vliegers renden de mensen als kleine figuurtjes door de straten, de handen beschermend boven het hoofd geheven. Grimmig blikte sergeant DeShazer omlaag. „Eerst wij Pearl Harbor. Nu jullie dit en er komt nog meer", gromde hij, terwijl zijn mitrailleur ratelend de Japanse jachtvliegtuigen op een afstand hield. (Voor vervolg pag. 6) ft wr fttfr Qftit ■üüietfCiifii-tt&trir&ifCriT {rtrtth:ïirirtriritü-iiütcbli irh&irttirtrtt O Kind, dat was in heerlijkheid, omringd door 's hemels majesteit, waarom werdt G' arm en teer en Opdat gij. rijk zoudt zijn.' Ik tijk door U? Ach, hulp'loos Kind, hoe is het, dat ik rijkdom vind bij U, die U van pracht onthieldt? Indien gij bij Mijn kribbe knielt'. W it geeft Gij mij dan? Wat 's de schat, die Uwe komst voor mij bevat? Is 't weelde, rijkdom, overdaad? Kind, waarom klopt Uw hart voor mij? Waarom geeft Gij m' Uw liefde? Gij die mij toch als een vreemde zyt? Ik ken u reeds van eeuwigheid.' Kind, kent Gij dan dat stille leed waarvan geen mens op aarde weet, dat in mijn hart verborgen is? Voor Mij is 't geen geheimenis! Kind, meer dan elke schat op aard is mij de grote blijdschap waard van 'n hart vol rust en vol van vree. Ik geef u goud, dat vergaat! Ik deel rust Kind, dat mij vragend voor U ziet, wat is dat goud, dat Gij mij biedt? Een bron van rijkdom, die nooit stopt? Het is Mijn hart, dat voor u klopt.' Kind, 'k bid U om die grote schat die voor my al 't geluk bevat. Wees dan ootmoedig, need'rig, klein en laat mij uwe Heiland zijn! A VAN ATTEN.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1953 | | pagina 13