De Nieuwe Leidsche - een gezellige krant i
NlRuvVc. LraUSCHE COURANT
J. Fo.L.QUESTROO
NW'BUN 51 LEIDEN
Maar Petzi waagt zich te ver en rrrttt.... daar glijdt hij
naar beneden. Hij geeft een gil van schrik en verwacht niet
anders of hij zal straks kopje-onder duiken. Maar niks daarvan
hoor, want hij komt netjes op de bovenlip van de zeereus te
recht. Dat is een leuk spelletje en Pingo denkt er al over
zich ook naar beneden te laten glijden. Van al die kunstjes
moet kapitein Pelle echter niets hebben, 't Is hier wel leun
de ontmoeting met dit vriendelijke zeemonster is boven
wachting goed afgelopen, maar ten slotte kunnen ze hier I
niet altijd blijven zitten. Want op deze wijze komt ei
reis om de wereld weer niets terecht. „Vraag eens aan MeiL
Walvis", roept Pelle, „of hij ons aan een beetje benzine
helpen. Dan kunnen we weer gaan varen en behoeven 1
niet langer lastig te vallen." Petzi brengt het verzoek o
maar tot zijn leedwezen moet de walvis zeggen dat hij i
benzine in voorraad heeft. Maar heel erg is dit toch niet.
walvis zegt: „Ik ga een rondje zwemmen en dan moeten ji
maar goed uitkijken. Misschien zien we wel een boot
gaan we vragen of die ons aan benzine kan helpen." Zo gez(
zo gedaan en stoer en fors baant Meneer Walvis zich een
door de grote waterplas.
(Wordt vervolgd