F ACHTERGRONDEN Ét ÉS B m i i ,.t» e ft N s IP m WÊk m «s - e 6 Correspondentie betreffende deze ru briek aan de heer W. Jurg. Jan Luyken- laan 12. Den Haag. Bewerkingen van een klassiek motie! Bén van de meest spectaculaire mo tieven in de damproblematiek is wel het klassieke „vierkantje van v. d. Meer" (ook wel genoemd het swastikamotief). We kunnen het ons dan ook wel voor stellen, dat toen S. E. v. d. Meer in 1916 zijn eerste reine bewerking van dit slot- idee publiceerde, dit onder de proble- misten van die dagen het nodige opzien baarde. Men zie maar eens de volgende verrassende ontleding. S. E. v. d. Meer (1916) No. 145. J. H. H. Scheyen, Kerkrade. m „M - m m m m ft m m m\ Zwart: 7. 8, 17 Wit: 26. 27, 29 18. 20, 3034. 24. Dam op 12 Dam op 36. rwm a m m JÊ 1 1 m m sa H sa m -sa m m mm mm mm m m 0 a 0' a e 0 0 G sa 8 Zwart: 9, 10. 14, 17, 19, 22. 23, 29. 4:1 Dam op 50. Wit: 25, 34, 36, 37. 39 '44 Dam op 48. In dit probleem wint wit als volgt: Nieuwe opgaven Ditmaal openen wc met een fraai pro bleem van de inmiddels naar Groningen verhuisde oud-Haagse problemist Boers- ma Scheyen demonstreert een vlotte Alise-bewerking, terwijl we zelf voor het waarschijnlijk niet zo eenvoudige sluitstuk zorgen. Ne. 144. H. Boermu. Groningen. d a I' N 8 jj a s fcS t-'s ©•BB u Isa «fl~ WÊ 'fSPÜf i* mt me- w teu as i sa m 6' l m -r' W: 0; i- w Mi w, No. 146. W. Jurg, Den Haag HH jp^PPIllff m m II m 9 BR W S: i rn B m s -mm m m i m m m 0 B m Correspondentie C. M. B. Uw oplossingen zijn niet ge heel correct. In de problemen die wij plaatsen, is het steeds de bedoeling dat wit een aantal schijven offert en zwart dus gedwongen slagen krijgt waarna de winnende eindslag (en) van wit volgt (en). Speelt U de oplossingen, die we hierboven geven eens goed na. Mocht het dan nog niet duidelijk zijn, dan schrijven wij U nadere bijzonder heden. Zwart: 1, 6, 8/10, 18/20, 24. 29, 30, 35. Wit: 16. 17, 27, 31/33, 36. 38/41, 44. 49. Voor alle opgaven geldt: wit begint en wint. Oplossingen No. 135 (J. Viergever). Zwart: 1. 6, 8/10, 12/14, 19. 20, 26, 29. Wit: 17. 21, 23, 25 28, 34/37, 41, 44, 45. Opl: 36—31, 45—40, 37—32, 40—34, 35x4, 25—20, 23x12, 4x2. No. 136 (B. J. Pranger). Zwart: 8. 9, 12, 15, 16, 22, 23, 28. 29 Wit: 20, 26, 31, 34, 38, 41. 44, 47. 48. Opl.: 31—27, 27x7, 26—21. 7—1, 1x32, 4741 (Manoury-motief). No. 137 (H. Boersma). Zwart: 4. 7. 11, 12. 16, 18, 19, 23, 28. 36. 40. Dam op 46. Wit: 14, 20, 25. 27, 30, 32, 37/39. 42. 47. 49 Opl.: 14—9, 49—44 39—33, 37—31. 30— 24. 47 —41, 31—26, 2Gxl9, 25x1, 1—6. Keu rig werk. 'p.e.K &\0JnfCeti naai TEXEL Vanzelfsprekend leende dit motief zich niet voor een massaproductie, al ver schenen er in de loop der jaren wel en kele meer of minder geslaagde bewer kingen. Wel de bekendst,- hic Oplossing: 3430, 2923, 15x13. Deze bewerking betekent een verbete ring. doordat beide witte motiefstukken tijdens de afwikkeling op hun plaats worden gebracht, terwijl tevens de inlei dende meerslagen economisch zijn. De constructie zelf is echter niet zo diep. We hebben dan ook getracht de spelgang enigszins te verdiepen en kwamen zo tot de volgende opgave: Jurg (Verwoly van pag. 4.) Mijn toestand was niet benijdenswaar dig. Toen ik eindelijk een soort sleutel had opgevist en het porceleinen dingetje los kon draaien, liet ik het met een snauw uit mijn handen vallen. Het was gloeiend heet en pas na een kwartier kon ik het enigermate reinigen. Ongelukkigerwijs stond de boom vlak langs het fietspad. Ik wist niet dat het schoonmaken van een bougie zulk een vernederende bezigheid was. Duizend voudig in hun verschijningsvorm waren de blijken van tevredenheid der fietsen den. die. leken als zij zijn, mijn vehikel van een pertinente weigering verdach ten. Sommigen keken mij alleen maar met troebele ogen aan. anderen sisten hatelijk tussen de tanden en er waren er ook die de vuist balden en on meedogend lachten. Toen ik weer op wilde stappen nader de er juist zulk een enorme karavaan wielrijders, zo hard bellend en zo breed uit het pad bezettend, dat ik mij weer op de grote weg begaf, zij het met een bedrukt hart. Daar herhaalde zich het spel. dat mij alle groene en witte tand pasta's met de prijsvragen inbegrepen, verwensen deed. Een kleine personen auto dreef mij als een haas voor zich uit. zodat ik gedwongen was een paar enorme kuilen te „nemen". *1*OEN ik, half geradbraakt, weer op- A gestapt was, werd ik mij bewust van een enorm lawaai, dat mijn eigen brom mer scheen voort te brengen. Het was het geluid van een volwassen tractor, een straaljager met geluidssnelheid, een Knetterend, sneller dan ik ooit ge reden had, met vette smoorwolkcn ach- n, flitste ik telkens als seerde merkte ik. ho verschrikt uitweken. angst sloeg mij of i Tiij pas- de bestuurders n het hart, ik stationcar van in mijn rich- naderde een stad de politic draaide d> ting, kwam mij achterna... En plotse ling hoorde ik die luidsprekerstem boven het gebrul van mijn muskiet uit. „Wilt u stoppen. Stoppen Uw uitlaatpijp..." Stoppen, jazeker. Ik was de stad al weer voorbij. De weg liep door groene beemden. Ik schakelde mijn gas uit, maar vóór het gevaarlijke bruibrommer tje tot stilstand was gekomen ontwaarde ik de gestalte van een vrouw... mijn vrouw. Zij stond voor mij op de weg. zwaaiend met haar armen, alsof ook zij door mijn brommer geïrriteerd werd. Zij. ik en de politie troffen elkaar bij een dikke boom, waartegen een brom fiets leunde. De motor was half gede monteerd. „Ik wilde je komen halen..." zei ze. „ik heb er één gehuurd, maar hij is halfsleets. We moeten maar es ruilen straks." De politieman trok zijn zakboekje te voorschijn. „Het is vandaag 1 Augustus, mijnheer. U moet voortaan op het fietspad rijden. En u bent strafbaar bovendien voor het verwekken van on nodig lawaai." „Neem hem maar mee", zei ik. „Wie?" vroeg hij verbouwereerd. Ik wees op mijn groene sprinkhaan en ging in het gras zitten. Mijn v.-ouw sprong tussenbeide, deed de brommer op slot en stak de sleutel in haar zak. De goede man wilde haar een proces verbaal geven wegens diefstal, maar hij wist niet dat ze mijn vrouw is en hoe ze is. Hij liet het tenslotte bij een waarschuwing voor ons allebei. Toen zijn we tenslotte naar Den Hel der gegaan, lopend, met een groene en een zwarte brommer aan de hand. We liepen niet op de weg en niet op het rijwielpad, het was op beide te druk. We liepen op de smalle grasstrook, met molshopen en kuilen en wij keken elkaar niet aan. Fietsen, auto's en motors re den ons voorbij, en ook bromfietsers, die met een somber gezicht hun ver driet verbeten op 't smalle rijwielpad. En wij gingen kamperen, op Texel. En tandenpoetsen met groene pasta, groen als de bromfiets, groen als het gras waarop wij onze moede voeten „En toch zei mijn vrouw op de Ik sloot mjin ogen en viel in een diepe slaap. No. 138 (Joh. v. d. Boogaard). Zwart: 7. 9, 10, 17, 18, 20, 21 25/27, 38. Wit: 16. 33. 35. 36. 39. 41. 42.' 45. 48/50. Opl41—37 (38x47 gedw 49—43, 37— 31, 39—33, 48—42. 50—44. 45x34, 35x2 (21 —26), 2—19 26—31). 19—13 (25—30), 13x35 (31—37), 35—24 (27—31), 36x27 (37—41). 24—47 (41—46), 47-41 en wint. No. 139 (J. H. H. Scheyen). Zwart: 1. 5. 6. 8. 9, 16. 26. 29. 30. 33. 34. Wit: 15. 17. 20. 21. 25, 27. 32, 36. 41, 43. 44. Opl.: 15—10. 36—31 (26x46). 43—38. 27—22. 4439, 25x3, 3x2. No. 140 (J. Viergever) Zwart: 7/10, 13, 14, 19, 20, 25, 26, 36. 39. Wit: 17, 18, 21, 22, 30, 32. 33. 37, 38, 44, 45. 49 Opl 32-28. 38-32. 37-31!, 28-28, 22x4, 4x6. 6x1, 49-44, 1-6. Goede oplossingen ontvangen van de heren P. Baanen, J. v. Baardewijk, W.F. Bolle. C v. Buuren, D den Hertog. D. v. Nugteren Jr. C. v. Oostrom, G. v. Rhee, L. W. Scholten en P. Verwilligen. Nogmaals het eindspel Pennings In de rubriek van 1 Augustus jl. ga ven we een oplossing van probleem-No. 133 (van D. Vuurboom en J. A. Pen nings». Dit vraagstuk eindigde in het volgende motief van Pennings. Zwart: 12 en 17. Wit: 21. 26 en 37. Op de door ons gegeven oplossing van deze slotstand ontvingen we geen reacties uit de an ders nogal critisehe lezerskring. (Vacan- tiestemming?!). Toevallig namen we echter het eindspelletje zelf nog eens onder de loupe en ontdekten daarbij, dat de gegeven winstgang op een enkel punt faalt. Men zie nl. de volgende va riant (zwart aan zet). 117-22 2 21-16 22-28 3 16-H 28-33 4 11-6 12-17 Op 6-1 volgt riu 17-21. 33-39 met re- De clou zit dus in zwarts 2e zet. waarna we geen winst meer kunnen ont dekken. Ziel de auteur of één der lezeis een weerlegging? Tegelijk beantwoorden we nu een op merking van een lezer over de aan dit eindspel voorafgaande stand en wél zwart: 12. 17 en 33. Wit: 21. 26. 42 eu 48. Via 42-38 kómen we dus tot het boven- aangegeven slotmotief. De bedoelde le zer meent echter dat in deze stand ook 48-43 winst brengt. Dit is volgens ons niet juist We krijgen dan nl. de volgen de spelgang: 1. 48-43. 17-22 2. 42-37( a22-27. 3 21x32, 33-38 met e«i vrij snelle (a) 2. 21-16 12-17 eveneens remise. „Kijk, Titius may op de brom/iels van zijn vader rijden....1 Horizontaal: 1. voedsel; 4. vogel; 8. ongebonden; 9. Bescherming Burgerbe volking; 11. vruchtvliesje; 12. slede; 13. gebouw; 15. rondhout; 16. rookartikel; 17. kroon; 19. loze streek: 20. genees heer; 21. maat; 23. neon; 24. zangnoot; 25. geestdrift; 27. maalinrichting; 30 zon derling. 32 maatstaf; 33. gereed; 34. zangnoot: 36 voorzetsel; 37. de lezer heil; 38. honingdrank; 40 Nederlands Fabrikaat; 42. schrijfgerei; 43. de naam onbekend; 45. loswerkman in Argenti nië; 46. onmeetbaar getal; 47. Euro peaan; 49 de lezer heil; 50 mager; 51. kleur; 52. drank. Verticaal: 1. rijzig; 2. handvat; 3. boom; 5. voorzetsel; 6. deugd; 7. gereed; 9. aanvang; 10. vissoort; 13. huiverig: 14. huisdier; 18 verslag; 20 plaats in Gel derland; 22. made; 24. burcht; 25. af nemend getij; 26 noordoost; 28. niet deel baar door twee; 29 maanstand; 31. deel van een klok; 35. Spaanse groet; 37. buigzaam; 38. omslag: 39. telwoord; 41. kloek; 44 ontkenning; 46. vaas; 48. zang noot; 50. lidwoord. Inzending per briefkaart uiterlijk Don derdagmorgen a s aan het bureau van dit blad. In de linkerbovenhoek aan de adreszijde vermelden: „Puzzle-oplossing". Er zijn drie prijzen: 1. ƒ5.2. ƒ2.50. 3. f 2 50. OPLOSSING MAGISCH VLECHTWERK 22 AUGUSTUS 1 Nederland; 2 Mei: 2. materie; S. Ierland, 4. kader; 5. riant; 6. end. ES6i snisnonv 6z aviasovdNOZ ZONDAGSBLAD 29 AUGUSTUS 1953 VOOR öe VROUW i fi/JEESTAL beoordelen viij elkaar naar het zichtbaar waarneembare en zijn er deswege van de tien keer negenmaal naast. In ons haastig, oppervlakkig oordeel kunnen we zo meedogenloos hard zijn voor onze medemens. Bedenk toch dat er in ieders leven achtergronden zijn, waar toe zelfs de knapste psychologen niet dan na uiterste inspanning vermogen door te dringen. In vele gevallen zul len er dan nóg schuilhoeken overblij ven, waarin alleen het oog van God doordringt. Daarom is de verantwoordelijkheid, die de rechterlijke macht draagt, zo enorm zwaar. Soms wordt een tip van de sluier, die voor die achter gronden hangt, voor ons opgelicht. De sleutel, die ons gedeeltelijk toe gang verleent tot dat onbekende rijk is d liefde. En bij het licht van deze schoonste fakkel Gods wordt veel van het onbegrepene en onver klaarbare ons duidelijk. We zien een door haat en nijd verpeste jeugd, minderwaardigheidscomplexen, ge leden armoe vlak naast een leven in weelde en overdaad, verkapte liefde enz. enz. Ontelbare drijfveren tot moord, diefstalechtbreuk en andere zondige daden worden wij gewaar. Dit stemt ons milder. Wij leggen onze hand op de mond, die tot he: uitspre ken van een onbarmhartig oordeel gereed stond en gaan in liefde èn ootmoed vlak naast die medemens staanom samen met hem (haar) die duistere zondemacht te bestrijden. Veel weten doet veel vergeven", zegt de volksmond zeer terecht. Aan deze dingen moest ik denken bij het lezen van enkele brieven, waarin ik iets van de achtergronden in het leven dezer mensen ontdek. Naar aanleiding wan mijn stukjes: „Tweede vrouw en Moeder" (4 Juli l.f.) en Stiefmoeders(1 Aug.) wer den deze brieven geschreven. Eén vrouw begint met de beken tenis: „Ik ben zo'n slechte stiefmoeder, als u beschrijft". Dan volgen er vel len vol over vele verschrikkelijke huwelijksjaren met een man en kin deren uit zijn eerste huwelijk, die (volgens haar) in staat waren van een engel een duivel te maken. Een man, wiens huishoudster en slavin zij moest zijn, maar die haar nooit d i e liefde en die eer gaf, die hij haar als zijn vrouw verschuldigd was. Een leven zó vol ellende, om van te hui- weren. Eu tóch.... tóch heeft zij deze man, die van haar weggegaan is, nu alle kinderen getrouwd zijn, nóg zielslief Zó is een vrouw. Tot zóver kan ik haar volgen, véél begrijpen, meevoelen en vergeven. Maar dan opeens stuit ik op een stukje in die brief, waar ik lijnrecht iegenover haar sta. „Mijn eigen kindje, dat zich spoe dig na ons huwelijk meldde, kon ik niet in de wereld laten komen (ik had geen doorzicht). Het middel, dat ik aanwendde baatte echter niet, zo dat ik toch moest zorgen, dat alles er kwam wat nodig is voor de komst van een baby. Het werd dood gebo- ren en zelf heb ik toen op de rand van het graf gelegen". Dit is héél erg. Dit is een grote zonde, al direct in het begin van uw huwelijk. Uw eigen eerste kindje, dat God u geven wou, vermoord. Al had dat middel in 't begin wél ge holpen, dan nóg zou het moord geweest zijn. Dit kind van u beiden zou misschien een band gelegd heb ben, die niet verbroken zou gewor den zijn. Van dat eigen kind zou u zoveel liefde ontvangen kunnen hebben. Hoe radeloos moeten vrouwen toch zijn, die dit doen. Ik zou al die rade lozen (ongetrouwde a.s. moeders en ongelukkig getrouwden) wel willen toe schrééuwen: doe d i t ontzet tende alsjeblieft niet! Al is de vader nóg zo'n ellendeling, laat dit eigen kindje van jou tóch komen. Je ziet er nü nog niets van, maar er kan zo'n grote zegen van God voor je in verborgen liggen. Je hebt een hulpe loos. geheel van jóü afhankelijk we zentje om voor te zorgen, je mag het met Gods hulp grootbrengen voor Hem, je hebt een eigen kind om lief te hebben en door geliefd le worden. Verhinder, versmoor dit wordend leven nietAl ziet het er in de wereld jwg j&p, dqnker uit, plaats voor jóuw kindje Is er nog idel en.... leven w ij nief op een nieuwe hemel en een nieuwe aarde aan? Jij toch ookBij Hem is véél vergeving Kijk, dit was nu weer eert donker punt in het leven van deze vro waar ik niet doorhéén kom en weer even een ander licht op die r Iaat vallen Pen oude tachtigjarige heer schrijft over zijn tweede huwelijk, dat zeer gelukkig was met een vrouw, die ook ten volle Moeder voor zijn kinderen is geweest en nu een geliefde Oma van de kleinkinderen. Wellicht heb ben buitenstaanders met hun afkeu rend oordeel destijds alweer klaar gestaan, toen hij betrekkelijk kort na het overlijden van zijn eerste vrouw, hertrouwde. Maar in dit gezin met zes opgroeiende kinderen, waarvan de vader dag en nacht in touw is voor zijn dagelijks brood, is een flinke, lieve tiveede moeder schreeu wend nodig. Enzoals ik in mijn stukje van 4 Juli schreef het kan zo mooi en goed worden. Als er óók .bij een tweede huwelijk maar in de eerste plaats met G o d te rade wordt gegaan. ■H- Een Moeder uit Lisse schrijft er over, hoe moeilijk een eigen moe der al tegenover haar opgroeiende kinderen kan staan. Er kunnen met eigen grote kinderen al zulke con flicten en zóweel spanningen in het gezin ontslaan, dat het voor een twee de moeder een haast bovenmense lijke laak moet zijn. Het komt im mers tussen ouders en eigen kinderen óók wel eens tot een breuk? Hoe vaak groeien kinderen heel anders op dan vader en moeder wertoacht en gehoopt hebben? Inderdaad Mevr. T. hebt u hierin groot gelijk. Wij kunnen onze kinde ren niet kneden naar ons model, 't Zijn zelfstandige mensen, per soonlijkheden voor wie God een eigen plaats bepaald heeft in Zijn bestek. Als onze kinderen volwassen zijn, staan wij als mens tegenover mens, al is dat dan in de verhouding: ouder kind. Eer het zoifer is behoeven wij allen veel wijsheid van Boven. Oók tweede moeders. Laten deze laatsten vooral zich toch goed bezinnen, egr zij be ginnen. Wie de honderden aanbie dingen van vrouwen in moederloze gezinnenop de advertentie-pagina's leest, houdt z'n hart wast. Ook hier zijn achtergronden MARGARITHA Dior moge de grootste der mode koningen z'(jn, deze winter dreigt hij ons teleur te stellen. Korte rokken, 40 cm boven de grond, en een silhouet dat in de breedte is uitgewerkt, heeft hij voor het nieuwe seizoen gedecreteerd. Tot verontwaardiging van velen zijner collega's. De grote Hartnell, de kleertnaker van Koningin Elisa beth II, heeft rondweg de oorlog aan dit strewen verklaard. De Hollandse vrouw moet intussen de schrik wel om het hart gesla gen zijn. Laat zij echter getroost zijn. Er zijn nog modekoningen genoeg, die het beter met haar menen. Dat laat het linkse plaatje zien, een tailleur van Serge Kogan van beige laken afgezet met sabelbont. Kennelijk heeft de mannequin ook veel meer plezier in haar elegante kledij dan haar rechtse collega, die een wonder lijke creatie van Dior toont. Probeer het eens met een sloofscholel De Fransen zeggen „navarin", de Engelsen „stew", de Hongaren „guly- as", onze voorouders hadden het over hutsepot en ze bedoelen allen een stoof schotel. Roepen deze benamingen ook bij U gedachten op aan een ouderwetse kook pot boven een houtvuur of aan een vuur vaste schaal die heet van het fornuis tafel wordt gezet en waarin de blok jes vlees en groenten nog oven naprutte- len? Als het deksel er af genomen wordt, geurt en smaakt het gerecht alsof het zachtjes een tijd lang heeft staan sudderen en alle bestanddelen aan elkaar en aan het geheel him beste krachten hebben gegeven. En dat is ook zo bij een goed samengestelde en goed bereide stoofschotel. Zoals de naam aangeeft, worden voor dit gerecht verschillende hoofdbestand delen van een maaltijd tezamen ge stoofd: gaar gemaakt in jus of in bouillon of water onder toevoeging van boter, margarine of een andere vet- Er kunnen drie groepen van ingre diënten in de stoofschotel voorkomen: aardappelen of bonen, vlees en groenten; of wel een combinatie van twee van deze. Vele mensen vinden het gerecht het smakelijkst als het niet uit over heersend aardappelen bestaat. Vooral wanneer er weinig vlees en jus zijn ia de stoofschotel een gezellige afwisseling op dc dagelijkse aardappelen, groenten en vlees apart. Hoe U de schotel ook samenstelt, neem stevige groenten en niet-stukko- kende aardappelen of bonen. Kies een dikwandige pan, geef ieder ingrediënt de slooftijd die het behoeft en zorg dat het geheel niet al te droog is. Stoofschotel met vlees, aardappelen 150 a 280 g runderpoulet of doorregen rundvlees, I kg aardappelen, 250 g wor teltje®. kg snij- of spercieboneiv plm. 50 g boter, margarine of vet, zout. (nootmuskaat). Het vlees zouten en in blokjes snijden. Deze aan alle kanten bruin bakken in boter, margarine of vet. Een scheutje water toevoegen en het vlees onder af en toe keren tenminste 2 uur stoven in de gesloten pan. Dan de aardappelen e gaar laten worden. De bestanddelen voorzichtig dooreen schep pen en het geheel op smaak afmaken Desgewenst extra aardappelen erbij geven. Gulyaa. 200 g magere varkenslap, 200 g ui. 50 g vet, 1 kg aardappelen, kg itp- maten, 2 theelepels paprikapoeder, eén. eetlepel bloem, zout, (marjolein), (50 g smalle gerookte worst). Het vlees zouten, in stukjes snijden en deze in het vet zeer lichtbruin bak ken. De uien schoonmaken, snipperen en met de paprika (en de marjolein) aan het vlees toevoegen. Vlees en uien bruin bakken. De bloem cr door roeren en zo veel water toevoegen, dat het geheel zachtjes stoven. Dan de aardappelen en de tomaten schoonmaken en in gelijke plakken snijden. Deze bij het vlees in de pan doen en de schotel in nog ongevi bijv. knolle- ste 5 minuten schijfje* wor: ken. Het gerecht op smaak desgewenst met een scheutje I'ram gerecht van vleee en groenten. 200 g lams- of mager varkeni 500 g gemengd tjes, worteltjes, Kleine uujea, cc»i yaaI aardappelen, (50 g cantharellen of an dere eetbare paddestoelen), plm. 50 g boter, margarine of vet. 20 g (2 eetle pels) bloem, zout, laurierblad, (peper, peterselie). Het vlees zouten en in een paar stuk ken snijden. Deze aan alle kanten licht bruin bakken. De bloem toevoegen en eveneens bruin bakken. Zoveel water toevoegen dat een dunne saus ontstaat. Deze tegen He kook aan brengen en het vlees onder af en toe keren een uur stoven in de gesloten pan. De groenten, aardappelen (en paddestoelen) schoon maken en in blokjes snijden. Deze en het laurierblad bij het vlees in de pan doen en zoveel heet water toevoegen, dat de blokjes net onderstaan. Het ge heel aan de kook brengen en in plm. 20 minuten zachtjes gaar laten worden. De ragout zo nodig bljbindcn met een weinig bloem en op smaak afmaken met peper en zeer fijngesneden peter selie.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1953 | | pagina 13