Krijgt het Nederlandse volk waar voor zijn (dure) geld? Zig-zag-politiek houdt grote gevaren in en speelt Moskou in de kaart NIEUWE LEIDSCHE COURANT ZATERDAG 21 MAART 1953 Verontrusting over de opbouw van onze defensie H (Van een bijzondere medewerker) zin der Regering, die getoond had geen I waarachtig vertrouwen in de mogelijk- 'ET IS EEN VERONTRUSTEND VERSCHIJNSEL, dat in ruime kring heden van 's Lands defensie te hebben hoort te zijn. Het gaat daarbij niet om de strategische vraag ol het weaer-miytaire adviseur móest daarom ij landse grondgebied in het grote verband der West-Europese en der gehele jsaan, met hem zijn plaatsvervanger Westerse verdediging behouden kan blijven of niet. Men moet als uitgangs- !punt aannemen dat zulks in beginsel mogelijk is. Waar het wel om gaat, is, of onze Nederlandse defensie-inspanning, die toch heus geen kinder achtig gedeelte van ons volksinkomen vraagt en waarvoor hoofdkwartier alsmede een wijziging de positie van zijn opvolger mede nauw verbonden. Slechts enkele weken daarna werd door het inmiddels hervormde Kabinet volk een het totaal der defensiebegrotingen bijna groot percentage van zijn belastingpenningen ziet bestemmen, tot zodanige j vangUgemaakt mepteuitvoering resultaten leidt, dat onze strijdkrachten hun nationale zowel als hun inter-1 var! uitgestoten generaal. Het j nationale taken zullen kunnen vervullen en het Nederlandse volk dus waar voor zijn geld krijgt. En juist dat is het, dat zo vele Nederlanders met grote I zorg vervult en waarvoor zo vele anderen helaas zo onverschillig zijn. Men doet goed bij een beschouwing van dit vraagstuk de marine uit te zon deren. Niet omdat de marine geen moei lijkheden heeft en evenmin omdat er op haar niets aan te merken zou zijn. maar wel omdat de opbouw onzer zeestrijd- krachten sedert de dagen der bevrijding onder zo veel gemakkelijker en meer evenwichtige omstandigheden kon wor den uitgevoerd. De marine werkt al jaren lang volgens een gelijksoortig program ma, met een zich op een vrijwel gelijk blijvend niveau bewegende begroting en met een redelijke personeelsformatie, ter wijl zij door de gebeurtenissen in Indo nesië slechts in beperkte mate werd be- invloed. Daarbij verheugt zij zich van oudsher in een zekere populariteit bij ons volk. Met de land- en luchtstrijdkrachten is het anders gesteld, öm het begrijpen daarvan te vergemakkelijken, moet men wel even in het verleden zien. Na de bezettingsjaren moesten leger en luchtmacht hun opbouw vrijwel ge heel van voren of aan beginnen. De voor raden bewapening en uitrusting waren verdwenen en het personeel had op enige uitzonderingen na jaren in krijgsgevan genschap doorgebracht en de moderne ontwikkeling gedurende de oorlog niet van nabij kunnen volgen. De kern van personeel der luchtstrijdkrachten was als gevolg van hun geringe omvang vóór 1940 al heel klein. Het was in het bijzonder de landmacht, die onder deze omstandigheden voor de uiterst zware opdracht werd gesteld om op korte termijn en in een snel tempo sterke troepen te vormen en uit te zen den voor de dienst in Indonesië. Wanneer men bedenkt met hoeveel moeite en zorgen het thans gepaard gaat om de verschillende phasen te doorlopen die via een parate gevechtsgroep ten slotte tot een parate divisie moeten leiden en men stelt daar tegenover hoe uit de lichtingen 1945 en 1946 onder nog moeilijker omstandigheden gehele divisies tegelijk werden gevormd voor de dienst overzee, dan krijgt men een idee van de reeds bijna vergeten geweldige inspan ning, welke de toenmalige ministers van Oorlog en hun medewerkers, met name de chef-staf, zich hebben moeten geven. Zeker, ook in die dagen was niet alles perfect, maar het is gelukt, en wel in een goede stemming en een goede sfeer, en onze troepen hebben hun zware en ondankbare werk gedaan op een zodanige wijze, dat zij de bewondering opwekten van een ieder, Nederlander en vreemde ling, die er mede in aanraking kwam. Geen overeen stemming Toen de Indonesische tijd was afge lopen en de periode van verhoogde inter nationale spanning intussen was ingetre den, waardoor de aandacht dus plotse ling op de verdediging van het grond gebied in Europa werd geconcentreerd, ontstonden nieuwe moeilijkheden. De toestand van 's Lands financiën was zeer zorgelijk en, hoewel het internationaal overleg inzake de Westeuropese defensie reeds in begin 1948 was aangevangen, kon er in het Kabinet geen overeenstemming n geschied, Leven in verleden De desorganisatie van het hoofdkwar tier kon zich niet anders dan wreken. In Door dit alles werd het detenslebeleid de nle"w« ch«< had gevonden wat in de laren 1948 tot en met 1950 steeds meI1 ?ochi- een uitvoerder van de wen- verder op losse schroeven geret. sa?. .der 5e8e""S Ee" b?kwaam sta(. Toen de weinig krachtige minister ««'e'er, die echter de karaktereigen. Schokking m October 1950 was algetre-f*>PPe" van de leider mist. die geen •generaal van het teamgeest weet op te bouwen departement van Financiën, mr s' Jacob \vle 8efn bezieling uitgaat Een i rijn opvolger werd kwam er - ondanks der belangstelling voor de internationale hit feit dat de internationale ontwik d!«m« ««"««Urt- keiing steeds dringender om een krachtig ten leeft in het verleden ingrijpen vroeg slechts weinig ver- andenng in het beleid Het was duide- lijk dat de nieuwe minister zich nog anneer het thans met ons leger it inwerken, doch vóórdat hij nol «nre internationale positie niet goed gaal, duidelijk beeld had kunnen geveS dan is het echter onbilluk dit de nieuw, wat hu wilde, volgde de kabinets- ftafch,!,; verwijten Het verwijt treft crisis van Januari 1951. waaruit een i™ v,olle het toenmalige Kabinet dat het Kabinet-Drees ontstond, waarin de aa,« 5 vooravond van een beslissing in- heer Jacob geen zitting meir had f118 defensiebeleid uit gekwekte hoogheid of welke andere gevoelens dan W orrrr&ixrenrlrf ook nodig vond om de man te verwijde- vv fc?yyewt?*Ki| ren die haar de noodzaak had VOorge- Aan de vooravond echter van deze j b«"d«h dergelijk beleid te gaan crisis deed de minister, van wie men Je ongemotiveerde vrees voor 'i deze korte spanne tijds nauwelijks een stcrk? ?ïe! va" da Senerale staf had d, voldoend inzicht in onze defensieproble- waarh„c,d d«e" vergeten van het gezegde mocht verwachten, een voor de toe-'-po not change horses in a winning komst noodlottige stap. Met nagenoeg automatische instemming van een minis-l Weinig TOOSkleUIig terraad, die volledig i.i beslag was ge- door de hangende crisis, ontdeed Het beeld, dat het huidige leger biedt, hij zich op een uitzonderlijk onelegante.! IS weinig rooskleurig. Van een bezielen- bijna kwajongensachtige, manier van zijn1 de leiding is geen sprake, het hoofd kwartier van de Generale Staheeft zich niet kunnen herstellen van de toe gebrachte klappen en is niet geworden tot het orgaan, dat een vlotte, deskun dige leiding aan de legeropbouw kan geven. De positie van de Chef van de Generale Staf is afgebrokkeld en op één lijn gesteld met die van een Direc teur Personeel, een Directeur materieel en een Directeur administratieve dien- Gelukkig is bij de jongste kabinets- formatie een einde gemaakt aan de heer- I schappij van staatssecretaris vice-admi- raal H. C. W. Moorman, over dit vier- 1 span. Hij was iemand, die het leger niet j kende en het over één kam scheerde l met de Marine; hij poogde de marine goede organisatie op te dringen aan het leger. Hij werd naar de marine j teruggezonden! Wel werd de andere I staatssecretaris, mr F J Kranenburg, ge handhaafd Aanvankelijk strekten zijn bemoeienissen zich in het bijzonder tot de materieel-voorziening van land en luchtmacht Thans is hij hoewel slechts zyn politieke richting, blykende uit zijn grote vriendschap met Evert Ver meer, wie hij ook ambtelijke brieven schrijft met het opschrift „Beste Evert", de rechtvaardiging voor het bekleden van dit hoge ambt kan zijn staats secretaris in algemene dienst op het de partement van Oorlog. Boven deze staatssecretaris troont ml- H. J. Kruis. nister Staf, een man van kwaliteiten, die Deze fiuictionnaris, die de militaire getoond heeft organisatievermogen te be. leiding van de opbouw had gehad in de f'"™ d!« «P z»n """Steriele niveau het moeilijke Indonesië-jaren en daarbij i'blernetionale werk goed doet en die schat van ervaring had opgedaan, "oh veel moeite geeft de slecht lopende was daarna voor een zware tweeledige ?"acJ?ine op gang brengen en te Enerzijds moest hij de voor-1 i! .e.n' bereidingen treffen om uitbreiding en L i .v?n de allerbeste minister echter, reorganisatie van het leger mogelijk te !?ie et leger en z^n n?°eilykheden en maken, zodra de regering eindelijk eens mensen waarmede hij moet werken, ,'^v GENERAAL KRULS .zelfstandig denkend. worden bereikt inzake een door de standigheden geboden verhoogd ni der defensiebegrotingen. Onvoldoende inzicht in de ernst va toestand leidden er toe dat i de om door verlenging van de diensttijd en door het aannemen van voldoende be- roepspersoneel de onmisbare voorwaar den te scheppen, die de vorming van parate troepen mogelijk moesten maken, terwijl de productie van defensiegoederen door de eigen industrie onvoldoende werd bevorderd. De regering heeft zelf moeten erken nen, dat het werkloosheidscijfer tot on rustbarende hoogte is gestegen, mede door een achterstand in de toewijzing van de aanvankelijk geprojecteerde de fensie-order». een gezonde toporganisatie zou bezitten mensen, die voor hun taak volledig geschikt zijn en wanneer de minister zeker kon zijn steeds de juiste op het belang der zaak gegronde adviezen te krijgen, dan kan men van een begaafd politiek minister met verstand en orga nisatievermogen verwachten, dat hij de juiste ministeriële leiding kan geven. Ingekapseld De minister van Oorlog, tevens minis- r van Marine, wordt in het beheer van het departement van Oorlog, een beheer, towel leger als luchtmacht betreft, nog bijgestaan door een secretaris-gene raal. Diens positie in het hele complex staatssecretaris en directeuren is van eenvoudig en men kan het wel uitgesloten achten, dat zijn taak een behoorlijke afbakening vindt. De huidige functionaris verheugt zich niet in een grote mate van waardering in luchtmacht cn leger Men ziet in hem de man. wiens streven niet in de eerste plaats gericht is op het vormen van bruikbare land en luchtstrijdkrachten, maar wel op het voeren of althans bevorderen van beleid, dat vooral op personeelsgebiea de leidende gedachte heeft om te voorkomen dat er te veel personeel komt en het per soneel onder te gunstige omstandigheden dient doet! Het is bijv. voorgekomen, dat tractuele salarisverhogingen meer dan een half jaar op zich lieten wachten! Deskundigen op dit gebied schudden hierover bedenkelijk het hoofd en zeg gen mysterieus: „cherchez la femme" Opmerkelijk is het. dat. met name vooi beleidskwesties, naast de secretaris-gene raal een andere figuur is geschoven. beleid zou hebben aangegeven, anderzijds had hij een voorname rol te spelen in het internationaal overleg in zake de defensie. Met inzet van alle krachten was hij er in geslaagd deze taak vervullen en het was hem daarbij ge lukt zich in de internationale militaire wereld een goede reputatie en een groot persoonlijk gezag te verwerven. Met hem verdween ook de bekwame plaatsvervangende chef van de Generale Staf, luit.-gen. M. R. H. Calmeyer; die zijn chef op uitstekende wijze had aan gevuld, en om het afbraakwerk te ver volmaken werd de bezetting van het hoofdkwartier zodanig gewijzigd, dat het in feite uit elkaar was geslagen. Te actief Waarom? Alleen omdat de Chef mis schien te ijverig was en hij in een pe riode, waarin de Regering niet de moed besluitvaardigheid opbracht om tot juist bpleid te komen, op geoorloofde wijze geijverd had haar daartoe te bren gen. Omdat hij niet de passieve uitvoer der was geweest, maar de man, die zelf meedacht en op grond daarvan zijn voor stellen deed. Omdat hij had begrepen dat Nederland zelf een besluit moest inzake zijn defensie-inspanning mocht wachten tot het daartoe door anderen zou worden gedwongen door die dwang zyn recht van spreken zou verliezen. Omdat hij had ingezien dat van het Nederlandse volk alleen dan eer wezenlijke belangstelling voor en eer oprechte medewerking aan de krijgs macht venvacht zou kunnen worden wan neer het over de problemen daarvan zc veel mogelijk zou worden ingelicht. Deze zelfstandig denkende man, die op zichzelf een juist gevoel had voor publi citeit in het belang van de defensie- opbouw, werd het tot insubordinatie ge rekend, dat hij zijn denkbeelden in het openbaar blootlegde. Men kan ning verschillen over de vraag of zijn standpuntbepaling-in-het-openbaar op een juist tijdstip geschiedde, niet echter over de noodzakelijkheid, het toenmalige Ka binet te verlokken tot een duidelijk uit stippelen van de te volgen koers. De zgn. insubordinatie van generaal Kruis was echter een welkome gelegenheid, zich van hem te ontdoen: men kon het nu een maal niet hebben, dat een krachtige en deskundige Chef-Staf in de besluitvor ming zou meespreken. De vraag, of het op een zijspoor rangeren van generaal Kruis onze internationale positie zou aan tasten, is blijkbaar niet eens ovenvogen. De gang van zaken was niet naar de MINISTER STAF .organisatievermogen iemand, die ongetwijfeld grote organisa torische gaven heeft, daarmee dé werke lijke secretaris-generaal geheel voorbij-1 streeft en inkapselt, doch dit doet opl een wijze, waarvan men kan zeggen, dat hij zeer toepasselijk voor een depar tement van Oorlog! over lijken gaat Eigen industrie l De onvoldoende materieelvoorziening is vanzelfsprekend een belangrijke grond voor de huidige moeilijkheden. Voor zover Nederland voor die voor ziening van de Verenigde Staten afhan kelijk is, kan men de Nederlandse over heden ten hoogste indirect daarbij be trekken, namelijk door het stellen van de vraag of zij zelf wel alles gedaan heb ben dat nodig was om de Amerikanen de overtuiging te geven, dat Nederland niet alleen een hogere prioriteit nodig had. doch deze ook had verdiend, zodat de verwachting aanwezig was. dat aan ons land gezonden wapens een goed ge brulk zouden vinden. Overigens moet men het gevoerde be leid ten aanzien van de productie door de eigen industrie zien als de andere oorzaak van de huidige moeilijkheden. In ons land. dat beschikt over zo vele industrieën, die uitstekend in staat zijn om militaire goederen te maken en waar van men reeds jaren kon voorzien dat zy in de toekomst militaire orders bij zonder graag zouden ontvangen, werd tot voor enkele jaren maar weinig gedaan Oefening met luchtdoelgeschut, van zo groot belang voor de Nederlandse territoriale verdediging. Zo zagen onze troepen in In donesië er uit Vastberaden jongens, deel uitmakend van uit de grond gestampte een heden, met het nodige enthou siasme en een uitstekend moreel. om die orders ook te geven. Dat was een gevolg van onvoldoende belangstel ling voor het defensieprobleem en van de vrees om in eigen fabrieken dingen te gaan maken die men „misschien" zon der of met geringere financiële opoffe ring in bezit zou kunnen krijgen In de laatste jaren is in dit opzicht veel veranderd, maar wie heden ten dage kennis neemt van de ingewikkelde amb telijke machinerie, die deze tak van staatszorg moet bedienen, vraagt zich af wat hiervan wel de resultaten zullen zijn Aangetast moreel De toestanden in de legerleiding vin den hun aftekening bij de onderdelen. Ondanks de omstandigheid dat leger en luchtmacht in een periode van opbouw zijn, Is de geest in het algemeen heerst er een moedeloze stemming, die onvermijdelijk ook hét moreel der strijd krachten moet aantasten. Wie de moeite «neemt bij ondercom mandanten en onderdelen daarover zyi licht op te steken, zal ervaren dat dit ii het algemeen de waarheid is. Waarom waren de najaarsoefeningen in 1951 een mislukking en gaven de deel, nemende troepen blyk van onvoldoende discipline? Hoe was het mogelyk dat de her halingsoefeningen te Oirschot vorig jaar Maart/April tot een zo grondige verspil ling van tijd en geld werden, dat ei eigenlijk niet op was gerekend, dat de aanwezige sterkte in het kamp moest worden ondergebracht en hoe kon het dat instructeurs en leerlingen te op het zelfde peil van kennis wai bracht, zodat zij elkander niets te leren hadden? Het zy'n allemaal verschijnselen van dezelfde oorzaken. Gebrek aan vol doende bekwaam personeel, gebrek bezieling, aan inzicht en organisatiever mogen! Waar was bij de Scheveningse parade op de jongste Koninginnedag het enthou siasme en de goede geest, die uit houding en blik van goede troepen zo duidelijk be hoort te blijken? Enkele onderdelen uit gezonderd, waren zij eenvoudig niet aan wezig. De tegenstelling met bijv. de ote troepenschouw op de Leusderheidé ir Februari 1951 was bepaald opvallend. Men kan toch niet zeggen, dat het en thousiasme leed onder de nabijheid var de zee? Overigens zou men bijna ver onderstellen, dat de hogere legerleiding daar de schuld op wil schuiven. Thans is immers het besluit gevallen, de grote Koninginnedag-parade in Amsterdam te houden, blijkbaar in de gedachte, dat de nabijheid van het IJ stimulerend zal ken. Ei, ei En waarom moest men in het afgelopen najaar de gelegenheid laten voorbijgaan om een echte mobilisatie-oefening te houden en een volledig Nederlands leger korps aan internationale oefeningen te laten deelnemen? Niet omdat al het Amerikaanse materieel er nog niet v ook als er een oorlog zou uitbreken men moeten optreden met dat, waarover men wél beschikt. Niet omdat die oefe ningen niet nodig zyn; zij zyn hoogst noodzakelijk zolang men niet met over tuiging kan verklaren dat een dergelijk gebeuren in geval van werkelijkheid goea zal kunnen verlopen. Maar wel omdat het niet aandurfde, omdat men bang voor nieuwe mislukkingen, omdat vreesde voor het falen der organi satie, daar het leiding gevende personeel niet in voldoende mate aanwezig is en van hoog tot laag de bezieling ontbreekt om iets moeilijks te doen slagen. Als ministerie. Legerleiding en leger destijds onder gelijke omstandigheden hadden gewerkt, dan waren er nooit divisies naar Indonesië gezonden en zou reeds in die jaren een ineenstorting hebben plaats gehad. Thans staat de vorming van het Euro pese Leger voor de deur. Nederland zal zyn beste officieren naar de gemeen schappelijke staven moeten zenden. De ontwrichting in het slecht bezette eigen huis zal daarmede nog verder gaan. Ne derland zal parate divisies moeten vor men voor het Europese Leger. Het moest daarom zijn plannen weer herzien; maar daarmede zal het zich opnieuw in moei lijkheden steken, zolang het niet beschikt over een bezieleryde leiding en een sterk beroepskader. Luchtmacht Met de luchtmacht, kind van dezelfde stam als het leger, is het al niet beter gesteld, hoewel men in vele op zichten de prestaties moet bewonderen. Om billijk te blijven geldt dat laatste trouwens ook voor het leger. De vorige regering heeft langdurig ge treuzeld om onze luchtstrijdkrachten de begroting te geven, die zy nodig hadden. Daardoor konden eerst te laat de plan nen worden ontwikkeld waarop de voor bereidingen gebaseerd moesten worden en daarvan was «weer het gevolg dat veel te veel tijd verloren ging met het nemen van maatregelen, die tot de noodzakelijke materieelvoorziening moesten leiden. Eerst na lang overleg besloot men Fokkerfabrieken in te schakelen, beslis- GENERAAL CALMEIJER .te bekwaam. singen tot het opnemen in de organisatie van onontbeerlijke „All weather fighters" werden voortdurend opgeschoven. Te laat werd het personeelsbeleid gericht op het verkrijgen van de sterke kern aan goed geschoolde militaire technici zonder welke een luchtmacht nu eenmaal niet verwezenlijken is. Zo heeft men onze luchtstrijdkrachten onnodig en onverant woord lang met een gebrek aan voldoen de goede krachten laten tobben, zelfs ondanks het feit dat hetzelfde departe ment van Oorlog, dat zowel voor het ene als het andere personeel moet zorgen, toeliet en nog toelaat dat de luchtmacht met betere voorwaarden en betere voor uitzichten personeel van het leger naar zich toetrekt. Alteraatiei Nederlands strategische positie is uiterst moeilijk. De Westerse land- en lucht strijdkrachten in West-Europa zijn zwak en het is een open vraag of zij een vijand lang genoeg zullen tegenhouden tot ver sterkingen kunnen worden ingezet Goede woorden en treffende verzekeringen zijn hiervoor lang niet voldoende! Daarom STAATSSECR. KRANENBURG Beste Evert kan het niet anders dan onzeker zijn of het hele Westeuropese gebied en derhalve het Nederlandse grondgebied wel in een hardnekkige verdediging kan worden op genomen. Het alternatief is dat bepaalde gebieden na enige vertraging aan de aggressor worden prijs gegeven met all» verschrikkelijke gevolgen voor land. volk en cultuur. Nederland kan zijn defensiebelangen alleen maar dienen en invloed op d« Westerse verdediging uitoefenen wanneer het zich kan beroepen op een krachtige en gezonde militaire bijdrage, op een goed georganiseerde territoriale verdediging en een tot verzet bereid volk en wanneer het zijn belangen laat behartigen door mensen met ervaring en internationaal Aan deze eisen wordt helaas niet vol daan. Leger en luchtmacht zijn zwak en physiek en psychisch nog niet voorbe reid op hun taak, de territoriale verde diging is stiefmoederlijk behandeld, de Nationale Reserve is op een lijdensweg en in het internationaal overleg staan wij Moskou lacht De wereld bevindt zich midden in een koude oorlog. Moskou, ook het Moskou van Malenkov, strijdt op allerlei wijzen, zijn agenten zijn overal om de grond slagen der Westerse samenleving «te on dermijnen en de oproep der grote Wes terse leiders tot holle woorden te maken. Als die agenten in ons land opereerden en de fundamenten van onze landsver dediging zouden willen ondergraven, zou den zij tevreden hebben kunnen zijn met de resultaten. De zwakte van het Neder landse defensiegebouw had een resultaat kunnen zyn van communistische activi teit. een resultaat waarop men aan gene zijde van het IJzeren Gordijn trots had kunnen zyn. Het zijn echter niet al thans niet rechtstreeks de gevolgen van de wroetende mannen der Kom in form, maar het zijn de noodlottige resul taten van eigen blindheid, gebrek aan Inzicht en eigen tjdelheid, die dit alle» hebben bereikt. Tenzij de diepere achter grond toch bij Moskou ligt en het in direct werkzaam was om de Nederlandse leiders tot hun defaitisme te brengen en hen de ogen te verblinden voor de ge varen van hun eigen daden. Een onderstelling, die men nauwelijks durft uiten, maar die helaas in onze ver dwaasde wereld niet eens geheel onwaar schijnlijk is. In dit alles mag het Nederlandse Volk niet berusten. Daarvoor is het te goed, daarvoor heeft het reeds te veel geleden. Het is een volk van nuchtere mensen, die herhaaldelijk hebben getoond iets goeds te kunnen presteren en die soldaten kunnen op brengen, die de toets der kritiek kun nen doorstaan. Zolang de heren in het Kremlin niet tot een oorlog hebben besloten of zij hun ondermijningswerk zo ver hebben voortgezet dat het Westen als een rype appel geplukt kan wor- jden, blyft er hoop. Maar om die te J verwezenlijken moet het beleid over jen bij „Defensie" omgevormd worden jmet de nodige kracht, wijsheid en. I snelheid! Wanneer minister Staf daarin slaagt, zal hy zich de dank der natie en der gehele vrije wereld waardig maken.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1953 | | pagina 5