Krijgt het Nederlandse volk waar
voor zijn (dure) geld?
Zig-zag-politiek houdt grote gevaren in
en speelt Moskou in de kaart
NIEUWE LEIDSCHE COURANT
ZATERDAG 21 MAART 1953
Verontrusting over de opbouw van onze defensie
H
(Van een bijzondere medewerker) zin der Regering, die getoond had geen
I waarachtig vertrouwen in de mogelijk-
'ET IS EEN VERONTRUSTEND VERSCHIJNSEL, dat in ruime kring heden van 's Lands defensie te hebben
hoort te zijn. Het gaat daarbij niet om de strategische vraag ol het weaer-miytaire adviseur móest daarom
ij landse grondgebied in het grote verband der West-Europese en der gehele jsaan, met hem zijn plaatsvervanger
Westerse verdediging behouden kan blijven of niet. Men moet als uitgangs-
!punt aannemen dat zulks in beginsel mogelijk is. Waar het wel om gaat,
is, of onze Nederlandse defensie-inspanning, die toch heus geen kinder
achtig gedeelte van ons volksinkomen vraagt en waarvoor
hoofdkwartier alsmede een wijziging
de positie van zijn opvolger
mede nauw verbonden.
Slechts enkele weken daarna werd
door het inmiddels hervormde Kabinet
volk een het totaal der defensiebegrotingen bijna
groot percentage van zijn belastingpenningen ziet bestemmen, tot zodanige j vangUgemaakt mepteuitvoering
resultaten leidt, dat onze strijdkrachten hun nationale zowel als hun inter-1 var! uitgestoten generaal. Het
j nationale taken zullen kunnen vervullen en het Nederlandse volk dus waar
voor zijn geld krijgt. En juist dat is het, dat zo vele Nederlanders met grote
I zorg vervult en waarvoor zo vele anderen helaas zo onverschillig zijn.
Men doet goed bij een beschouwing
van dit vraagstuk de marine uit te zon
deren. Niet omdat de marine geen moei
lijkheden heeft en evenmin omdat er op
haar niets aan te merken zou zijn. maar
wel omdat de opbouw onzer zeestrijd-
krachten sedert de dagen der bevrijding
onder zo veel gemakkelijker en meer
evenwichtige omstandigheden kon wor
den uitgevoerd. De marine werkt al jaren
lang volgens een gelijksoortig program
ma, met een zich op een vrijwel gelijk
blijvend niveau bewegende begroting en
met een redelijke personeelsformatie, ter
wijl zij door de gebeurtenissen in Indo
nesië slechts in beperkte mate werd be-
invloed. Daarbij verheugt zij zich van
oudsher in een zekere populariteit bij ons
volk.
Met de land- en luchtstrijdkrachten is
het anders gesteld, öm het begrijpen
daarvan te vergemakkelijken, moet men
wel even in het verleden zien.
Na de bezettingsjaren moesten leger
en luchtmacht hun opbouw vrijwel ge
heel van voren of aan beginnen. De voor
raden bewapening en uitrusting waren
verdwenen en het personeel had op enige
uitzonderingen na jaren in krijgsgevan
genschap doorgebracht en de moderne
ontwikkeling gedurende de oorlog niet
van nabij kunnen volgen. De kern van
personeel der luchtstrijdkrachten was als
gevolg van hun geringe omvang vóór 1940
al heel klein.
Het was in het bijzonder de landmacht,
die onder deze omstandigheden voor de
uiterst zware opdracht werd gesteld om
op korte termijn en in een snel tempo
sterke troepen te vormen en uit te zen
den voor de dienst in Indonesië.
Wanneer men bedenkt met hoeveel
moeite en zorgen het thans gepaard gaat
om de verschillende phasen te doorlopen
die via een parate gevechtsgroep ten
slotte tot een parate divisie moeten
leiden en men stelt daar tegenover hoe
uit de lichtingen 1945 en 1946 onder nog
moeilijker omstandigheden gehele divisies
tegelijk werden gevormd voor de dienst
overzee, dan krijgt men een idee van de
reeds bijna vergeten geweldige inspan
ning, welke de toenmalige ministers van
Oorlog en hun medewerkers, met name
de chef-staf, zich hebben moeten geven.
Zeker, ook in die dagen was niet alles
perfect, maar het is gelukt, en wel in
een goede stemming en een goede sfeer,
en onze troepen hebben hun zware en
ondankbare werk gedaan op een zodanige
wijze, dat zij de bewondering opwekten
van een ieder, Nederlander en vreemde
ling, die er mede in aanraking kwam.
Geen overeen
stemming
Toen de Indonesische tijd was afge
lopen en de periode van verhoogde inter
nationale spanning intussen was ingetre
den, waardoor de aandacht dus plotse
ling op de verdediging van het grond
gebied in Europa werd geconcentreerd,
ontstonden nieuwe moeilijkheden. De
toestand van 's Lands financiën was zeer
zorgelijk en, hoewel het internationaal
overleg inzake de Westeuropese defensie
reeds in begin 1948 was aangevangen, kon
er in het Kabinet geen overeenstemming
n geschied,
Leven in verleden
De desorganisatie van het hoofdkwar
tier kon zich niet anders dan wreken. In
Door dit alles werd het detenslebeleid de nle"w« ch«< had gevonden wat
in de laren 1948 tot en met 1950 steeds meI1 ?ochi- een uitvoerder van de wen-
verder op losse schroeven geret. sa?. .der 5e8e""S Ee" b?kwaam sta(.
Toen de weinig krachtige minister ««'e'er, die echter de karaktereigen.
Schokking m October 1950 was algetre-f*>PPe" van de leider mist. die geen
•generaal van het teamgeest weet op te bouwen
departement van Financiën, mr s' Jacob \vle 8efn bezieling uitgaat Een i
rijn opvolger werd kwam er - ondanks der belangstelling voor de internationale
hit feit dat de internationale ontwik d!«m« ««"««Urt-
keiing steeds dringender om een krachtig ten leeft in het verleden
ingrijpen vroeg slechts weinig ver-
andenng in het beleid Het was duide-
lijk dat de nieuwe minister zich nog anneer het thans met ons leger
it inwerken, doch vóórdat hij nol «nre internationale positie niet goed gaal,
duidelijk beeld had kunnen geveS dan is het echter onbilluk dit de nieuw,
wat hu wilde, volgde de kabinets- ftafch,!,; verwijten Het verwijt treft
crisis van Januari 1951. waaruit een i™ v,olle het toenmalige Kabinet dat het
Kabinet-Drees ontstond, waarin de aa,« 5 vooravond van een beslissing in-
heer Jacob geen zitting meir had f118 defensiebeleid uit gekwekte
hoogheid of welke andere gevoelens dan
W orrrr&ixrenrlrf ook nodig vond om de man te verwijde-
vv fc?yyewt?*Ki| ren die haar de noodzaak had VOorge-
Aan de vooravond echter van deze j b«"d«h dergelijk beleid te gaan
crisis deed de minister, van wie men Je ongemotiveerde vrees voor 'i
deze korte spanne tijds nauwelijks een stcrk? ?ïe! va" da Senerale staf had d,
voldoend inzicht in onze defensieproble- waarh„c,d d«e" vergeten van het gezegde
mocht verwachten, een voor de toe-'-po not change horses in a winning
komst noodlottige stap. Met nagenoeg
automatische instemming van een minis-l Weinig TOOSkleUIig
terraad, die volledig i.i beslag was ge-
door de hangende crisis, ontdeed Het beeld, dat het huidige leger biedt,
hij zich op een uitzonderlijk onelegante.! IS weinig rooskleurig. Van een bezielen-
bijna kwajongensachtige, manier van zijn1 de leiding is geen sprake, het hoofd
kwartier van de Generale Staheeft
zich niet kunnen herstellen van de toe
gebrachte klappen en is niet geworden
tot het orgaan, dat een vlotte, deskun
dige leiding aan de legeropbouw kan
geven. De positie van de Chef van de
Generale Staf is afgebrokkeld en op
één lijn gesteld met die van een Direc
teur Personeel, een Directeur materieel
en een Directeur administratieve dien-
Gelukkig is bij de jongste kabinets-
formatie een einde gemaakt aan de heer-
I schappij van staatssecretaris vice-admi-
raal H. C. W. Moorman, over dit vier-
1 span. Hij was iemand, die het leger niet
j kende en het over één kam scheerde
l met de Marine; hij poogde de
marine goede organisatie op te dringen
aan het leger. Hij werd naar de marine
j teruggezonden! Wel werd de andere
I staatssecretaris, mr F J Kranenburg, ge
handhaafd Aanvankelijk strekten zijn
bemoeienissen zich in het bijzonder
tot de materieel-voorziening van land
en luchtmacht Thans is hij hoewel
slechts zyn politieke richting, blykende
uit zijn grote vriendschap met Evert Ver
meer, wie hij ook ambtelijke brieven
schrijft met het opschrift „Beste Evert",
de rechtvaardiging voor het bekleden
van dit hoge ambt kan zijn staats
secretaris in algemene dienst op het de
partement van Oorlog.
Boven deze staatssecretaris troont ml-
H. J. Kruis. nister Staf, een man van kwaliteiten, die
Deze fiuictionnaris, die de militaire getoond heeft organisatievermogen te be.
leiding van de opbouw had gehad in de f'"™ d!« «P z»n """Steriele niveau het
moeilijke Indonesië-jaren en daarbij i'blernetionale werk goed doet en die
schat van ervaring had opgedaan, "oh veel moeite geeft de slecht lopende
was daarna voor een zware tweeledige ?"acJ?ine op gang brengen en te
Enerzijds moest hij de voor-1 i! .e.n'
bereidingen treffen om uitbreiding en L i .v?n de allerbeste minister echter,
reorganisatie van het leger mogelijk te !?ie et leger en z^n n?°eilykheden en
maken, zodra de regering eindelijk eens mensen waarmede hij moet werken,
,'^v
GENERAAL KRULS
.zelfstandig denkend.
worden bereikt inzake een door de
standigheden geboden verhoogd ni
der defensiebegrotingen.
Onvoldoende inzicht in de ernst va
toestand leidden er toe dat i
de om door verlenging van de diensttijd
en door het aannemen van voldoende be-
roepspersoneel de onmisbare voorwaar
den te scheppen, die de vorming van
parate troepen mogelijk moesten maken,
terwijl de productie van defensiegoederen
door de eigen industrie onvoldoende werd
bevorderd.
De regering heeft zelf moeten erken
nen, dat het werkloosheidscijfer tot on
rustbarende hoogte is gestegen, mede
door een achterstand in de toewijzing
van de aanvankelijk geprojecteerde de
fensie-order».
een gezonde toporganisatie zou bezitten
mensen, die voor hun taak volledig
geschikt zijn en wanneer de minister
zeker kon zijn steeds de juiste op het
belang der zaak gegronde adviezen te
krijgen, dan kan men van een begaafd
politiek minister met verstand en orga
nisatievermogen verwachten, dat hij de
juiste ministeriële leiding kan geven.
Ingekapseld
De minister van Oorlog, tevens minis-
r van Marine, wordt in het beheer van
het departement van Oorlog, een beheer,
towel leger als luchtmacht betreft,
nog bijgestaan door een secretaris-gene
raal. Diens positie in het hele complex
staatssecretaris en directeuren is
van eenvoudig en men kan het
wel uitgesloten achten, dat zijn taak een
behoorlijke afbakening vindt. De huidige
functionaris verheugt zich niet in een
grote mate van waardering in luchtmacht
cn leger Men ziet in hem de man. wiens
streven niet in de eerste plaats gericht
is op het vormen van bruikbare land
en luchtstrijdkrachten, maar wel op het
voeren of althans bevorderen van
beleid, dat vooral op personeelsgebiea de
leidende gedachte heeft om te voorkomen
dat er te veel personeel komt en het per
soneel onder te gunstige omstandigheden
dient doet!
Het is bijv. voorgekomen, dat
tractuele salarisverhogingen meer dan
een half jaar op zich lieten wachten!
Deskundigen op dit gebied schudden
hierover bedenkelijk het hoofd en zeg
gen mysterieus: „cherchez la femme"
Opmerkelijk is het. dat. met name vooi
beleidskwesties, naast de secretaris-gene
raal een andere figuur is geschoven.
beleid zou hebben aangegeven,
anderzijds had hij een voorname rol te
spelen in het internationaal overleg in
zake de defensie. Met inzet van alle
krachten was hij er in geslaagd deze taak
vervullen en het was hem daarbij ge
lukt zich in de internationale militaire
wereld een goede reputatie en een groot
persoonlijk gezag te verwerven.
Met hem verdween ook de bekwame
plaatsvervangende chef van de Generale
Staf, luit.-gen. M. R. H. Calmeyer; die
zijn chef op uitstekende wijze had aan
gevuld, en om het afbraakwerk te ver
volmaken werd de bezetting van het
hoofdkwartier zodanig gewijzigd, dat het
in feite uit elkaar was geslagen.
Te actief
Waarom? Alleen omdat de Chef mis
schien te ijverig was en hij in een pe
riode, waarin de Regering niet de moed
besluitvaardigheid opbracht om tot
juist bpleid te komen, op geoorloofde
wijze geijverd had haar daartoe te bren
gen. Omdat hij niet de passieve uitvoer
der was geweest, maar de man, die zelf
meedacht en op grond daarvan zijn voor
stellen deed. Omdat hij had begrepen dat
Nederland zelf een besluit moest
inzake zijn defensie-inspanning
mocht wachten tot het daartoe door
anderen zou worden gedwongen
door die dwang zyn recht van spreken
zou verliezen. Omdat hij had ingezien dat
van het Nederlandse volk alleen dan eer
wezenlijke belangstelling voor en eer
oprechte medewerking aan de krijgs
macht venvacht zou kunnen worden wan
neer het over de problemen daarvan zc
veel mogelijk zou worden ingelicht.
Deze zelfstandig denkende man, die op
zichzelf een juist gevoel had voor publi
citeit in het belang van de defensie-
opbouw, werd het tot insubordinatie ge
rekend, dat hij zijn denkbeelden in het
openbaar blootlegde. Men kan
ning verschillen over de vraag of zijn
standpuntbepaling-in-het-openbaar op een
juist tijdstip geschiedde, niet echter over
de noodzakelijkheid, het toenmalige Ka
binet te verlokken tot een duidelijk uit
stippelen van de te volgen koers. De zgn.
insubordinatie van generaal Kruis was
echter een welkome gelegenheid, zich van
hem te ontdoen: men kon het nu een
maal niet hebben, dat een krachtige en
deskundige Chef-Staf in de besluitvor
ming zou meespreken. De vraag, of het
op een zijspoor rangeren van generaal
Kruis onze internationale positie zou aan
tasten, is blijkbaar niet eens ovenvogen.
De gang van zaken was niet naar de
MINISTER STAF
.organisatievermogen
iemand, die ongetwijfeld grote organisa
torische gaven heeft, daarmee dé werke
lijke secretaris-generaal geheel voorbij-1
streeft en inkapselt, doch dit doet opl
een wijze, waarvan men kan zeggen, dat
hij zeer toepasselijk voor een depar
tement van Oorlog! over lijken gaat
Eigen industrie l
De onvoldoende materieelvoorziening is
vanzelfsprekend een belangrijke grond
voor de huidige moeilijkheden.
Voor zover Nederland voor die voor
ziening van de Verenigde Staten afhan
kelijk is, kan men de Nederlandse over
heden ten hoogste indirect daarbij be
trekken, namelijk door het stellen van
de vraag of zij zelf wel alles gedaan heb
ben dat nodig was om de Amerikanen
de overtuiging te geven, dat Nederland
niet alleen een hogere prioriteit nodig
had. doch deze ook had verdiend, zodat
de verwachting aanwezig was. dat aan
ons land gezonden wapens een goed ge
brulk zouden vinden.
Overigens moet men het gevoerde be
leid ten aanzien van de productie door
de eigen industrie zien als de andere
oorzaak van de huidige moeilijkheden.
In ons land. dat beschikt over zo vele
industrieën, die uitstekend in staat zijn
om militaire goederen te maken en waar
van men reeds jaren kon voorzien dat
zy in de toekomst militaire orders bij
zonder graag zouden ontvangen, werd tot
voor enkele jaren maar weinig gedaan
Oefening met luchtdoelgeschut,
van zo groot belang voor de
Nederlandse territoriale
verdediging.
Zo zagen onze troepen in In
donesië er uit Vastberaden
jongens, deel uitmakend van
uit de grond gestampte een
heden, met het nodige enthou
siasme en een uitstekend
moreel.
om die orders ook te geven. Dat was
een gevolg van onvoldoende belangstel
ling voor het defensieprobleem en van
de vrees om in eigen fabrieken dingen
te gaan maken die men „misschien" zon
der of met geringere financiële opoffe
ring in bezit zou kunnen krijgen
In de laatste jaren is in dit opzicht
veel veranderd, maar wie heden ten dage
kennis neemt van de ingewikkelde amb
telijke machinerie, die deze tak van
staatszorg moet bedienen, vraagt zich af
wat hiervan wel de resultaten zullen zijn
Aangetast moreel
De toestanden in de legerleiding vin
den hun aftekening bij de onderdelen.
Ondanks de omstandigheid dat leger en
luchtmacht in een periode van opbouw
zijn, Is de geest in het algemeen
heerst er een moedeloze stemming, die
onvermijdelijk ook hét moreel der strijd
krachten moet aantasten.
Wie de moeite «neemt bij ondercom
mandanten en onderdelen daarover zyi
licht op te steken, zal ervaren dat dit ii
het algemeen de waarheid is.
Waarom waren de najaarsoefeningen
in 1951 een mislukking en gaven de deel,
nemende troepen blyk van onvoldoende
discipline?
Hoe was het mogelyk dat de her
halingsoefeningen te Oirschot vorig jaar
Maart/April tot een zo grondige verspil
ling van tijd en geld werden, dat ei
eigenlijk niet op was gerekend, dat de
aanwezige sterkte in het kamp moest
worden ondergebracht en hoe kon het
dat instructeurs en leerlingen te
op het zelfde peil van kennis wai
bracht, zodat zij elkander niets te leren
hadden? Het zy'n allemaal verschijnselen
van dezelfde oorzaken. Gebrek aan vol
doende bekwaam personeel, gebrek
bezieling, aan inzicht en organisatiever
mogen!
Waar was bij de Scheveningse parade
op de jongste Koninginnedag het enthou
siasme en de goede geest, die uit houding
en blik van goede troepen zo duidelijk be
hoort te blijken? Enkele onderdelen uit
gezonderd, waren zij eenvoudig niet aan
wezig. De tegenstelling met bijv. de ote
troepenschouw op de Leusderheidé ir
Februari 1951 was bepaald opvallend.
Men kan toch niet zeggen, dat het en
thousiasme leed onder de nabijheid var
de zee? Overigens zou men bijna ver
onderstellen, dat de hogere legerleiding
daar de schuld op wil schuiven. Thans is
immers het besluit gevallen, de grote
Koninginnedag-parade in Amsterdam te
houden, blijkbaar in de gedachte, dat de
nabijheid van het IJ stimulerend zal
ken. Ei, ei
En waarom moest men in het afgelopen
najaar de gelegenheid laten voorbijgaan
om een echte mobilisatie-oefening te
houden en een volledig Nederlands leger
korps aan internationale oefeningen te
laten deelnemen? Niet omdat al het
Amerikaanse materieel er nog niet v
ook als er een oorlog zou uitbreken
men moeten optreden met dat, waarover
men wél beschikt. Niet omdat die oefe
ningen niet nodig zyn; zij zyn hoogst
noodzakelijk zolang men niet met over
tuiging kan verklaren dat een dergelijk
gebeuren in geval van werkelijkheid goea
zal kunnen verlopen. Maar wel omdat
het niet aandurfde, omdat men bang
voor nieuwe mislukkingen, omdat
vreesde voor het falen der organi
satie, daar het leiding gevende personeel
niet in voldoende mate aanwezig is en
van hoog tot laag de bezieling ontbreekt
om iets moeilijks te doen slagen.
Als ministerie. Legerleiding en leger
destijds onder gelijke omstandigheden
hadden gewerkt, dan waren er nooit
divisies naar Indonesië gezonden en zou
reeds in die jaren een ineenstorting
hebben plaats gehad.
Thans staat de vorming van het Euro
pese Leger voor de deur. Nederland zal
zyn beste officieren naar de gemeen
schappelijke staven moeten zenden. De
ontwrichting in het slecht bezette eigen
huis zal daarmede nog verder gaan. Ne
derland zal parate divisies moeten vor
men voor het Europese Leger. Het moest
daarom zijn plannen weer herzien; maar
daarmede zal het zich opnieuw in moei
lijkheden steken, zolang het niet beschikt
over een bezieleryde leiding en een sterk
beroepskader.
Luchtmacht
Met de luchtmacht, kind van dezelfde
stam als het leger, is het al niet
beter gesteld, hoewel men in vele op
zichten de prestaties moet bewonderen.
Om billijk te blijven geldt dat laatste
trouwens ook voor het leger.
De vorige regering heeft langdurig ge
treuzeld om onze luchtstrijdkrachten de
begroting te geven, die zy nodig hadden.
Daardoor konden eerst te laat de plan
nen worden ontwikkeld waarop de voor
bereidingen gebaseerd moesten worden
en daarvan was «weer het gevolg dat veel
te veel tijd verloren ging met het nemen
van maatregelen, die tot de noodzakelijke
materieelvoorziening moesten leiden.
Eerst na lang overleg besloot men
Fokkerfabrieken in te schakelen, beslis-
GENERAAL CALMEIJER
.te bekwaam.
singen tot het opnemen in de organisatie
van onontbeerlijke „All weather fighters"
werden voortdurend opgeschoven. Te laat
werd het personeelsbeleid gericht op het
verkrijgen van de sterke kern aan goed
geschoolde militaire technici zonder
welke een luchtmacht nu eenmaal niet
verwezenlijken is. Zo heeft men onze
luchtstrijdkrachten onnodig en onverant
woord lang met een gebrek aan voldoen
de goede krachten laten tobben, zelfs
ondanks het feit dat hetzelfde departe
ment van Oorlog, dat zowel voor het ene
als het andere personeel moet zorgen,
toeliet en nog toelaat dat de luchtmacht
met betere voorwaarden en betere voor
uitzichten personeel van het leger naar
zich toetrekt.
Alteraatiei
Nederlands strategische positie is uiterst
moeilijk. De Westerse land- en lucht
strijdkrachten in West-Europa zijn zwak
en het is een open vraag of zij een vijand
lang genoeg zullen tegenhouden tot ver
sterkingen kunnen worden ingezet Goede
woorden en treffende verzekeringen zijn
hiervoor lang niet voldoende! Daarom
STAATSSECR. KRANENBURG
Beste Evert
kan het niet anders dan onzeker zijn of
het hele Westeuropese gebied en derhalve
het Nederlandse grondgebied wel in een
hardnekkige verdediging kan worden op
genomen. Het alternatief is dat bepaalde
gebieden na enige vertraging aan de
aggressor worden prijs gegeven met all»
verschrikkelijke gevolgen voor land. volk
en cultuur.
Nederland kan zijn defensiebelangen
alleen maar dienen en invloed op d«
Westerse verdediging uitoefenen wanneer
het zich kan beroepen op een krachtige
en gezonde militaire bijdrage, op een goed
georganiseerde territoriale verdediging en
een tot verzet bereid volk en wanneer
het zijn belangen laat behartigen door
mensen met ervaring en internationaal
Aan deze eisen wordt helaas niet vol
daan. Leger en luchtmacht zijn zwak en
physiek en psychisch nog niet voorbe
reid op hun taak, de territoriale verde
diging is stiefmoederlijk behandeld, de
Nationale Reserve is op een lijdensweg
en in het internationaal overleg staan wij
Moskou lacht
De wereld bevindt zich midden in een
koude oorlog. Moskou, ook het Moskou
van Malenkov, strijdt op allerlei wijzen,
zijn agenten zijn overal om de grond
slagen der Westerse samenleving «te on
dermijnen en de oproep der grote Wes
terse leiders tot holle woorden te maken.
Als die agenten in ons land opereerden
en de fundamenten van onze landsver
dediging zouden willen ondergraven, zou
den zij tevreden hebben kunnen zijn met
de resultaten. De zwakte van het Neder
landse defensiegebouw had een resultaat
kunnen zyn van communistische activi
teit. een resultaat waarop men aan gene
zijde van het IJzeren Gordijn trots had
kunnen zyn. Het zijn echter niet al
thans niet rechtstreeks de gevolgen
van de wroetende mannen der Kom in
form, maar het zijn de noodlottige resul
taten van eigen blindheid, gebrek aan
Inzicht en eigen tjdelheid, die dit alle»
hebben bereikt. Tenzij de diepere achter
grond toch bij Moskou ligt en het in
direct werkzaam was om de Nederlandse
leiders tot hun defaitisme te brengen en
hen de ogen te verblinden voor de ge
varen van hun eigen daden.
Een onderstelling, die men nauwelijks
durft uiten, maar die helaas in onze ver
dwaasde wereld niet eens geheel onwaar
schijnlijk is.
In dit alles mag het Nederlandse
Volk niet berusten. Daarvoor is het te
goed, daarvoor heeft het reeds te
veel geleden. Het is een volk van
nuchtere mensen, die herhaaldelijk
hebben getoond iets goeds te kunnen
presteren en die soldaten kunnen op
brengen, die de toets der kritiek kun
nen doorstaan.
Zolang de heren in het Kremlin
niet tot een oorlog hebben besloten
of zij hun ondermijningswerk zo ver
hebben voortgezet dat het Westen
als een rype appel geplukt kan wor-
jden, blyft er hoop. Maar om die te
J verwezenlijken moet het beleid over
jen bij „Defensie" omgevormd worden
jmet de nodige kracht, wijsheid en.
I snelheid! Wanneer minister Staf
daarin slaagt, zal hy zich de dank
der natie en der gehele vrije wereld
waardig maken.