In enkele opzichten critiek beleid van B. en W. het op Zijn de Spoorwegen inderdaad nalatig geweest? Leidens liquiditeitspositie is verzekerd Ook K.V.P. niet erg tevreden over woningbouw Communist Van Welzen doet beroep op de P. v. d. A. nieuwe leidsche courant 3 vrijdag 14 november 1952 Begroting voor 1953 onder de loupe Tal van onderwerpen kwamen reeds aan de orde Dr Goslings vraagt om verruiming der werkgelegenheid IEIDENS BEGROTING VOOR 1953 vormt thans het onderwerp van -i lange betogen der vroede vaderen. Niet alles, waarvoor vele woorden worden gebruikt, is echter even belangrijk. Men zou zelfs kunnen beweren, dat de behandeling van de begroting ditmaal weinig spectaculairs schijnt te zullen bieden. Dat neemt niet weg, dat het college van B. en W. de critiek niet wordt gespaard. Gistermiddag- en gisteravond tenminste al niet. An derzijds had men voor het beleid van het college, vooral voor dat van de wethouder van Financiën, veel waardering en hulde. Iedere spreker begon met lof voor B. en W. en de ambtenaren. Wanneer wij die lof bij sommige sprekers in de verslagen achterwege hebben gelaten, gelieve de lezer ze er dus bij te denken! De fractievoorzitters zijn gistermiddag allen nog aan bod gekomen; de avondvergadering werd ingeluid door mr dr Knol. En vanmiddag en vanavond gaat het liedje verder. Alle bovengenoemde objecten hel pen echter slechts tijdelijk de werk gelegenheid verruimen. We moeten ook streven naar blijvende verrui ming: meer industrieën! Ook bU het aantrekken van industrie gaat de kost voor de baat. Dr Goslings sprak waarderende woor- ien over de sector onderwijs, vooral wat Als eerste spreker memoreerde de voorzitter van de grootste fractie, Goslings (P.v.d.A.), dat het gisteren op de dag af negen maanden was geleden, dat het vorige begrotingsdebat werd Dr J. GOSLINGS houden. Daarom wilde spr. namens zijn fractie gaarne de waardering uitspreken voor het vele werk, door college ambtenaren verricht. Ook over de sar stelling van de begroting en de duidelijke uiteenzetting in de geleidebrief kon spr. in het algemeen waardering hebben. De bestaande financiële verhouding met het rijk plaatst de gemeenten vooi onontkoombare consequenties. Het uit- i blijven van de noodzakelijke richtlijnen 1 maakt een juiste raming practisch gelijk. Door de financiële regeling kan van een werkelijk zelfstandig financieel beleid door B. en W. geen sprake zijn, dat ook de mogelijkheid van enerzijds afkeuren of anderzijds hulde brengen uit- gesloten is. Beoordeeld kan slechts worden, in hoe verre B. en W. binnen de door henzelf aangewezen begrenzingen hun financieel beleid voeren. Sprekers fractie nu heeft aanzienlijk meer waardering voor deze begroting en toelichting dan voor van het vorige jaar. B. en W. hebben uitgesproken, dat de gemeente primair is een redelijk zorgingspeil en secundair de wijze, v op in de nodige middelen ter lijking van haar behoeften wordt zien. Dit is het standpunt, door sprekers fractie steeds ingenomen.' We moeten streven naar een redelijk verzorgingspeil. Deze opvatting is niet in strijd met het principe „de tering naar de nering zetten". Maar zo kan de hogere over- i heid zuiver worden ingelicht over de noden der bevolking en zo kan ook wor- den getracht, de overheid te overtuigen I van de noodzaak van hogere uitkeringen. Er is ook dit jaar in feite geen sluiten de begroting, maar wel is nu op reële i wijze het noodzakelijke verzorgingspeil naar voren gebracht. B. en W. nemen aan, i dat de uitkering uit het gemeentefonds met ƒ650.000 zal worden verhoogd. Op welke grond, wordt evenwel niet duide- lijk gemaakt. Evenals vorige jaren kan worden ge zegd, dat de financiële positie van de ge meente op zichzelf niet ongunstig is. Men kan zeggen, dat zij gezond is. Dat B. en W. in het begin van het jaar tijdens een I schaarse markt door grote activiteit reeds successen op financieringsgebied konden boeken, dient hen als grote verdienste te j worden aangerekend. Dat dit ook geld kostte door hogere rente, doet aan dit feit niets af. Men diende dit nu eenmaal te nemen. Namens zijn fractie sprak de heer Goslings voor de activiteit op dit gebied gaarne de waardering uit aan het college, met name aan de wethouder van financiën en de betrokken ambtenaren. Spr. attendeerde voorts op de verwach ting, dat de rentevoet zal dalen. Hij achtte de regeling van het rijk inzake de politie nog steeds onbevredigend. Wat de werkloosheid betreft, de werkgelegenheid is nog niet vol doende toegenomen. De gemeente moet tüdig plannen uitwerken. Wat de gemeente zélf nog kan doen, is: 1. woningen bouwen (al mag Leiden ruimschoots tevreden zijn), 2. krotten opruimen. Dat laatste kan nog niet massaal ge beuren, maar moet wèl incidenteel door gang vinden. Bij sanering der oude wij ken dient men te zorgen voor voldoende groen, speelgelegenheid en recreatie voor de jeugd en bovendien moeten historische gebouwen als belangrijke gedeelten in de plannen worden opgenompn. Bij het onderwerp uitvoering openbare werken sprak dr Goslings zijn verlan gens uit ten aanzien van de aansluitin gen op de rijkswegen 4a en 4b, de dem ping van verschillende grachten, het in richten van speeltuinen en zwembaden (ook een tweede overdekte), de verbete ring van de Stadsgehoorzaal, het bouwen van een nieuwe Schouwburg en van een nieuwe veemarkt. Voor werken, die niet op andere wijze kunnen worden verricht, kan uitvoering in D.U.W -verband worden aangevraagd. Maar Leiden heeft meer werklozen dan andere soortgelijke steden en slechls iets minder dan de zogenaamde noodgebieden, die extra worden geholpen. Misschien is het mogelijk, enkele der bovengenoem de werken met subsidie uitgevoerd te betreft het vakonderwijs. Hij vroeg het college, nog verder in deze richting te gaan, o.m. door het stichten van een M.T.S. De textielindustrie heeft gebrek aan goed geschoold personeel. Hebben en W. in deze richting plannen? Spr. v dankbaar, dat de Mytylschool er thans al is ze opgezet op bescheiden voet. Er is dit jaar een scherpe daling v het aantal Leidse studenten, zoals wij ook in ons blad hebben gemeld. De financiën gaan weer een hartig woordje meespre ken. Kunnen er niet méér jongelui wor den geholpen met gelden uit het Leids studiefonds? Het particulier initiatief kan niet zoveel meer doen. De geestelijke-culturele instelling van de jeugd is niet zo rooskleurig. Vaak kan worden gesproken van een nihilisme. Spr. besprak de baldadigheid. Dikwijls rust de schuld bij de ouders. Er is ook gebrek aan jeugdleiders. Is het niet aan te bevelen, een commissie van onderzoek in te stellen? Dr Goslings vroeg ook steun aan amateurverenigingen op cul tureel gebied. Hij uitte de wens, dat bij de G.G D. een kinderpsycholoog of kinderpsychiater zal worden aangesteld. De vraag of het Acad. Ziekenhuis moet worden omgezet in een Stads, en Acade misch Ziekenhuis, is al twee jaar studie. Spr. vroeg spoed te betrachten. De P. v. d. A.-fractie, aldus spr., is voor de motie inzake de wethouderssalarissen. Dr Goslings eindigde met de opwekking, de kansen, die Leiden nog worden gebo den te gebruiken. Hij was het college erkentelijk voor wat reeds bereikt is Mr Woudstra vraagt om meer particuliere woningen „Niets is zo permanent als een tijdelijke regeling' krijgen. Mr WOUDSTRA (Prot.-Chr.) sloot zich aan bü de woorden van waardering voor de activiteit van B. en W. en de ambtenaren. Hij sprak zijn voldoening uit over de tijdige aanbieding van de be groting. De raad heeft de laatste tijd wel intensief gewerkt: dit jaar twee begro tingen en bij het normale werk kwam nog een soort „opruiming van restan ten". De maat zou overgelopen zijn, als het plan inzake het bijzonder kleuteron derwijs ook deze week nog was doorge gaan. Krachtens de gemeentewet moet de begroting uiterlijk op 31 Augustus den aangeboden. Het college heeft dus niets te maken met richtlijnen van de regering, die n& deze datum afkomen. Spr. juichte het toe, dat het college dit maal een andere methode heeft gevolgd. Als uitgangspunt voor de begroting van uitgaven i: genomen eer redelijk verzor gingspeil, me' inachtneming van de begro ting van ver leden jaar. Op de begroting van inkomsten is het tekort geplaatst, en dit moet van regeringswege worden aange vuld. Op deze wjjze komt de verantwoorde lijkheid te lig- Mr. C. J. WOUDSTRA gen waar zij liggen moet. Uit de geleidebrief klinkt enig op timisme door. De financiële toestand is in 1952 verbeterd. Er zijn vele werken begonnen of uitgevoerd, dan wel er zijn gelden voor beschikbaar gesteld. Hier zijn millioenen mee ge moeid. Een vraagteken blijft de toekomstige regeling der financiële verhouding. Voor 1953 is er nog niets van bekend. Spr. ver wachtte niet, dat de pas opgetreden re gering met een definitieve regeling zal komen: „Niets is zo permanent als een tijdelijke regeling". Hierna ging spr. tot enkele bijzondere onderwerpen over. Gelukkig wordt het Nutsgebouw thans verbouwd voor So ciale Zaken. Werklozenzorg: de kosten van de sociale bijstandsregeling zijn 4%4 ton hoger geraamd. Spr. begreep dat niet. Door de invoering van de werkloos heidswet worden immers de kosten van de werkloosheid voor een belangrijk deel naar het bedrijfsleven overgeheveld. Spr. kon deze hoge raming alleen verklaren uit een verwachte sterke stijging van de werkloosheid of uit het feit, dat in Leiden een belangrijk aantal hardnekkige werkloosheids- gevallen zich voordoen. Hieraan dient dan de nodige aandacht te worden besteed. Op het gebied van het onderwijs heeft het college een grote activiteit aan de dag gelegd. Spr. betreurde het, dat het praeadvies bijzonder kleuteronderwijs (voorstel-Woudstra-Van Dyk) nog niet in de raad is geweest. Omdat deze kwes tie in de eerstvolgende raadsvergadering aan de orde komt, wilde spr. er thans over zwijgen. Wat de behoefte aan schoolruimte be treft, is de situatie gunstiger gebleken dan enkele jaren geleden verwacht werd. Dat neemt niet weg, dat aan de scholen bouw veel aandacht moet worden ge schonken i.v.m. de stichting van nieuwe stadswijken. De beschikbaarstelling van een schoollokaal aan de Mytylstichting juichte spr. toe. Het feit, dat steeds meer instellingen op cultureel gebied om subsidie komen vragen, achtte mr Woudstra zorgwek kend. Het streven van verenigingen, die zich bewegen op het terrein van de volks ontwikkeling, moet worden bevorderd. Bij het geven van subsidie moet echter blijken, dat steun onmisbaar is en dat by de burgerij voldoende offervaardigheid aanwezig is. Ook zal de betrokken ver eniging haar sporen verdiend moeten hebben. Een geval als „De mens in zijn vriie tijd" moet zich niet herhalen. Mr Woudstra meende, dat de activiteit ten aanzien van de woningbouw in 1952 geringer was dan in 1951. Ook het totale resultaat sinds 1945 bevredigt niet. Wat is hiervan de oorzaak? Het percentage van het woning tekort is gedaald dóór, waar de par ticuliere bouwnijverheid gestimu leerd werd. Vooral op het platteland is veel gebruik gemaakt van de pre mieregeling en is het woningtekort sterk verminderd, soms zelfs geheel opgeheven. Geheel anders ligt het in de grote steden. In 1951 bedroeg de particuliere bouw gemiddeld 27% van het totaal. In Leiden sinds 1945 tien procent! Kan ook in Lei den de woningbouw volgens de premie regeling niet méér worden toegepast? Mr Woudstra wees er op, dat het ningtekort een der oorzaken van het te ruglopen van het aantal inwoners kan Er blijven nog vele wensen, maar: Leiden Leeft! Leiden bouwt aan zijn toe komst en de Prot.-Chr. raadsfractie wil daarin meewerken, zoveel mogelijk in samenwerking met de andere fracties. Bij alle verschil van mening streven wij hetzelfde doel na: de zorg voor het wel zijn van de stad die ons lief is. „Als de Here het huis niet bouwt, tevergeefs bouwen de bouwlieden daaraan". Uit deze overtuiging leeft de Prot.-Chr. frac tie, ook bij het raadswerk. Ten slotte diende mr Woudstra als eerste ondertekenaar de motie inzake de wethouderssalarissen in. Carillonklanken in de theepauze Tijdens de theepauze hebben de twee stadsbeiaardiers de dames en heren raadsleden gisteren verheugd met een concert op het Stadhuistoren- carillon. Onder meer werden liederen gespeeld van Bach en Bizet en ook uit Valerius' Ge- denckclanck. Daartoe behoorde het lied, waarin de regel voor komt: „Hou' je roer recht". Aankoop Grote Sloot aangehouden Aan de behandeling van de begroting ging gistermiddag een kleine agenda vooraf. De raad bepaalde, dat een her ziening van het partiële uitbreidingsplan Leiden-Zuidwest wordt voorbereid. Het perceel Vismarkt 5 werd voor een jaar verhuurd aan de heer B. E. Feld. Het voorstel van B. en W. tot het aankopen van de zogenaamde Grote Sloot onder Warmond werd door het college aangehouden. Mr Dirks (K.V.P.) vroeg met enige schroom het woord bij het voorstel in zake de aanbieding aan de gemeente van een beeldje voor de verfraaiing van het stadhuis door H.M. Koningin Juliana. Hij vroeg B. en W., het beeldje niet op de binnenplaats van het stadhuis te plaat sen, maar bij voorbeeld op het Stadhuis plein. Mr Dirks vond dit meer in over eenstemming met de geste van de Geef ster. De voorzitter wees er echter op, dat eerst H.M. Koningin Wilhelmina en later ook H.M. Koningin Juliana steeds hebben bedoeld, dat het beeldje zou worden geschonken ter verfraaiing van het stadhuis, nadat zoveel schoons door de brand verloren was gegaan. Het leek B. en W. daarom het meest in overeen stemming met de Koninklijke geste, het beeldje op de binnenplaats van het stad huis te plaatsen. De heer Van Iterson wil meer leven in Leiden V.V.D.-hulde voor Financiën Uit de geleidebrief meende de heer Frohwein, fractieleider van de VV.D. (na woorden van waardering voor E W. en ambtenaren) te mogen constate ren. dat de gemeente er financieel rede lijk goed voor staat. In het bijzonder deed het hem genoegen, dat de wethou der van financiën er in geslaagd is, de liquiditeitspositie van de gemeente te verzekeren. Dat is van het grootste be lang en een financieel offer is er zeker voor op zijn plaats. Toch zou spr. graag van het college vernemen, hoe de wer kelijke liquiditeitspositie, in cijfers uit gedrukt, momenteel precies ligt en wal ten aanzien hiervan de verwachtingen voor 1953 zijn. Bovendien had de heer Frohwein graag een uiteenzet ting t-a.v. hel reële verloop der financiële positie over 1952. Zo zou hij willen weten, of de gemeente het geraamde bedrag ad f650 000 (bij zondere uitke ring) inderdaad ook in 1953 zal ontvangen-. Voorzover hem bekend is A. O. FROHWEIN JSg ministeriële circulaire. Tevens zou hij willen vernemen of het aangeboden Pleidooi voor grote gezinnen De K.V.P.-fractievoorzitter, de heer an Dij k, vond dat het schip van de gemeente nogal veilig uit de mist van het vorig jaar te voorschijn was gekomen. Hij achtte de vooruitzichten niet ongunstig. Spr. bracht dank aan B. en W. en de ambtenaren, met name voor de uitge breide toelichting bij de begroting. Hij bepleitte vervolgens een meer op het gezin gericht politiek beleid en gaf enkele concrete suggesties als voorbeeld: 1. Een premie van f 50 of f 100 voor elk kind boven het tweede (en niet alleen bij de geboorte van een drieling!); 2. Zo veel mogelijk een eigen woning voor elk gezin; 3. Tegemoetkoming in de huur voor grote gezinnen. Nu gebeurt het maar al te vaak, dat een groot gezin geen groter huis kan betrekken, omdat de huur niet kan worden opgebracht. Voorts vroeg de heer Van Dijk een sociologisch onderzoek naar de woningtoe- stander.. vooral met betrekking tot de grote gezinnen Spr. verde digde zijn voor stel, om het vermenigvuldi- gingscijfer voor al het onder wijs te bepalen op 1. Hij ap pelleerde daar- gegeven A. VAN DIJK reeds eerder door B. woord. Bij het vooronderzoek had spr. vragen gesteld over de aanstelling en promoties ambtenaren en werklieden van de lichtfabrieken. Op grond van welke ge meenteverordening worden deze niet r ter goedkeuring aan de commissie bijstand van de lichtfabrieken voor gelegd? B. en W. hadden hierop geant woord, dat dit het gevolg is van een wijziging, door de raad goedgekeurd. De .ve regeling voldoet volgens B. en W. goed, maar de heer Van Dijk kon deze gevoelens niet delen. Hij vroeg zich af, of het college wel op deze wijze moet Qoorgaan. Spr. had niet een speciale wet houder op het oog, maar vond in het algemeen, dat de taak van de commis- ie niet voldoende tot haar recht komt. Over de resultaten van de woning bouw kon de heer Van DUk zich niet bijzonder verheugen. Sinds 1945 ge middeld 226 nieuwe woningen per jaar, dat is niet veel. Vóór de oorlog hadden we elk jaar 400 nieuwe hui zen nodig. De toestand is dus sinds 1945 niet verbeterd, maar het is steeds bergafwaarts gegaan. Spr. wilde de activiteit van de wet houder niet in twijfel trekken. Hij was in overtuigd, dat deze alles gedaan heeft, wat gedaan kon worden. Niet tegenstaande dat had spr. de indruk, dat méér gedaan moet worden. We moe ten steeds weer zien. een grote- kwan tum woningen machtig te worden. De wethouder van onderwijs heeft vol gens de heer Van Dijk in belangrijke mate activerend gewerkt, o.m. wat de Mytylschool betreft. Het onderwijs op deze school eist veel zorg en moet nog te veel op de particuliere liefdadigheid teren. Zo heeft de leraar zich een jaar lang gratis ter beschikking gesteld. Spr. deed een ernstig beroep op B. en W. om de stichting te steunen, als de financiële omstandigheden van de stichting daar toe nopen. Wat de voorstellen inzake het bijzon der kleuteronderwijs betreft, het was leuker geweest, als B. en W. eerder met de plannen waren gekomen. De culturele verenigingen moeten worden gesteund. Voor K. en O. had spr. niets dan lof, maar de liefde van K. en O. voor deze verenigingen is pas later gekomen. Spr. meende, dat hij bij K. en O. pijn had geconstateerd over de oprichting van de stichting „De mens in zijn vrije tijd". Wat doet nu eigenlijk in dit verband de commissie voor culturele zaken? Leeft de commissie inzake het bur gerijfonds nog wel, zo vroeg de heer Van DUk zich verder af. HU meende, dat het geld (het „soepgeld" uit de bezettingstyd) niet beter besteed zou kunnen worden dan voor twee nieuwe kruisgebouwen, één voor het wetsontwerp Omzetbelasting nog finan ciële consequenties zal hebben voo: gemeente. Zal voorts de in bet financie- ringsfonds der gemeente belegde reserve van f 3 000.000 in de nabije toekomst moe ten worden aangesproken? Nadat de heer Frohwein nog enkele financiële opmerkingen had gemaakt, o a. dat de stijging van de winst bij de S.L-F. procentsgewijze zeer sterk achtergebleven bij de verhouding der al gemene uitkering uit het gemeentefonds, vroeg hij of de gemeente in de toekomst nog belastingbronnen denkt aan te bo ren Volgens spr. verdient het voorts aan. beveling, dat er op toe wordt gezien, dat een nadelig saldo van de Sociale Raad in de toekomst wordt vermeden. Of schoon spr. verheugd was, dat aan So ciale Zaken in de toekomst een goede huisvesting wordt gewaarborgd ('t Nut van 't Algemeen), verzocht hij het col lege, de mogelijkheid onder het oog te zien om te streven naar een meerdere Natuurlijk begon ook de heer Van terson (Prot.-Chr.) met B. en W. dank te brengen, inzonderheid voor het feit, dat de op stapel gezette werken ge financierd konden worden. Spr. betrok ook de ambtenaren in de hulde. Met het oog op de moeiiykheden, die zich momenteel voordoen in het Leidse Spoorwegplan (grondverzak kingen nabij de Haarlemmertrek vaart), zou spr. gaarne vernemen, of speciaal bü deze vaart indertüd vol doende grondboringen zün verricht en voorts ook, of de wüze van grond onderzoek, dat aldaar heeft plaats gehad voor de verhoging van de spoorbaan, de volledige instemming heeft gehad van de deskundigen bij Gemeentewerken. Grotere aandacht had sprekers fractie graag zien besteed aan de bouw middenstandswoningen. Hierbü moet ook, meer dan tot dusverre, de particu liere bouwnijverheid worden ingescha keld. Voorts drong spr. er sterk op aan veel mogelijk de uitvoering van publieke werken in werkverschaffing te helpen bevorderen. In dit verband dacht spr. aan de afgraving van het terrein van d« reinigingsdienst, zulks teneinde eer vlotte doorgang te bewerkstelligen vooi de schepen, bestemd voor de lichtfabrie ken- Voor de werkloze hoofdarbeiders achtte spr. het inrichten van een woning en gezinsstatistiek van groot belang. De heer Frohwein, die de aangebrachte verbeteringen aan het gesticht Endegeest op hoge prijs stelde, zag gaarne ii verpleegkosten enige stabilisatie inge- De bedrijfseconoom bij de S.L.F- dient volgens spr. grotere ontplooiingsmoge lijkheid te worden gegeven. Een hechte samenwerking tussen de technische staf en deze functionaris achtte spr. van on schatbare waarde. Gezien de grote be dragen, die in het verleden voor warmte- technische adviezen zijn uitgegeven, vond spr. het gewenst om een warmte- technisch deskundige aan te stellen. Tenslotte merkte de heer Frohweir dat grote voorzichtigheid t a v. het houden van terreinen, bestemd voo industrie, geboden blijft. Spr. eindigde met de wens. dat het college ook 1953 d« wijsheid mag ontvangen oir schip van de gemeente trots alle nevel, naar rustige wateren te leiden. Mr Geertsema oefent critiek V.V.D. kan cultureel beleid van B. en W. niet toejuichen Mr Geertsema (V.V.D.) wees er op, dat uit de cijfers blijkt, hoe de toestand van de kleine middenstanders steeds somberder wordt. Hij gaf dit de raad door als vingerwijzing voor het geval weer middenstandsproblemen aan orde komen. De raad overwege dan, wat te doen om de zorgen te verminderen l In elk geval mogen de kleine middenstan ders niet in verdrukking komen door coöperaties en warenhuizen. r. is voorstander van het uitkeren gratificaties naar prestaties bij jubi- jan ambtenaren. Thans zijn vaste be dragen vastgesteld. Mr Geertsema vroeg voorts of de proef met de verkeerslich ten Gangetje geslaagd is. (Zoals onze lezers weten, blijven deze lichten). Het rapport over de voetbalvelden aar de Haarlemmertrekvaart laat nog steeds op zich wachten. Zijn de velden v ardelyk goedgekeurd? Wat zijn dan de voorwaarden? Ten aanzien van scho lenbouw bestaat een verheugende acti viteit. Voorkomen moet worden, dat over enige jaren enkele scholen leeg zouden één het Wit-Gele De toestand zal ongetwijfeld vele moei lijkheden brengen, waaraan het hoofd moet worden geboden. Spr. wekte op, dat eensgezindheid te doen en daarbij steun te zoeken bij God de Schepper. Dan kunnen wij opgeruimd en blij ver richten, wat onze taak van ons verlangt. Gezamenlijk optreden tegen de gevolgen der werkloosheid" Laatste spreker in de middagvergade ring was de heer Van Welzen (Comm.) Ook hij had waardering voor het werk van B. en W., met name wat de vlotte aanbieding van de begroting voor 1953 betreft De waardering wordt evenwel wat getemperd, omdat sommige ramingen op losse schroeven zijn komen te staan, daar de richtlijnen uit Den Haag ont breken. B. enW. achten een ze kere tevreden heid, een zeker optimisme op zijn plaats. De liquiditeitsposi- Spr. wenste echter een an- H. VAN WELZEN. der geluid te laten horen, namelijk wat betreft het .verzorgingspeil" der gemeente. Ook de behoeften, die niet direct tot de meest elementaire behoren, dienen te worden bevredigd. Daar is in de eerste plaats het vraagstuk van het woningtekort; daar zijn voorts de verkeersproblemen. Of deze op de eerste of de tweede plaats moeten worden gesteld, kan onderwerp bespreking zijn. Maar iedereen is er over eens, dat deze problemen Leiden belangrijke vraagstukken betekenen. Sinds de bevrijding zijn te Leiden 1585 nieuwe woningen verrezen. Men kan daar wel tevreden over zijn, maar het aantal is nu eenmaal niet afdoende- het aantal huwelijken nagaan (ruim 5600 sinds 1945), rijst de vraag in hoeverre het woningtekort is af- of toe genomen. Natuurlijk is het hier geen kwestie van een aftreksommetje, maar toch heeft een aanzienlijk percentage jonggehuwden geen woning kunnen vin den. Spr. achtte de toestand dan ook niet bijzonder rooskleurig. Hij wilde de wethouder echter niet in gebreke stel len ten aanzien van de ontplooide acti viteit Maar het bouwvolume moet wor den verhoogd, willen we de woningnood onder de knie krijgen. De bevolkings aanwas hebben we niet voldoende kun nen opvangen. De communistische fractieleider wilde het vraagstuk van de werkloosheid in internationaal verband zien en wel met het oog op het bewapeningsvraagstuk. De crisisverschijnselen leiden tot een somber perspectief. Spr. wekte op tot een gemeenschappelijk optreden tegen de gevolgen van de werkloosheid en deed daartoe vooral op de P. v. d. A. een beroep. Dat wilde spr. ook doen gel den ten aanzien van de woningbouw, te meer omdat er zoveel werkloze bouw vakarbeiders zijn. Op die wijze kunnen we het woningtekort misschien over winnen. Spr. wilde de particuliere wo ningbouw „niet geheel en al aan banden leggen". De gemeente dient zoveel mogelijk de cultuurbeoefenende amateurverenigingen te steunen, evenals de vacantiebezighe- den. Er zijn veel mensen, die geen geld voor vacantie hebben. K. en O. verdient waardering, maar in de vacantie doet deze stichting niet veel. De heer Van Welzen vroeg om een woningstatistiek, mede in verband met de sanering en krotopruiming. HU be sloot met enkele volzinnen over de I naar een socialistisch Nederland". Na een paar onderwijszaken kwam spr. tot het beleid op cultureel ge bied. De V-V.D.-fractie kan dit beleid geenszins toejuichen. De V-V-D. Is voorstandster van het particuliere initiatief. Pas in latere stadia moet de gemeente zo nodig büspringen. In dat geval heeft de gemeente het recht of misschien zelfs de plicht, een ge- meentelUk gedelegeerde aan te wU" zenvoor toezicht, maar niet om het voorzitterschap, het secretariaat of het penningmeesterschap op zich te nemen. Helaas wordt in Leiden vaak een an dere weg gevolgd. De wethouder van onderwijs gaat vaak direct met het par ticulier initiatief in zee- Dan begint men met de plannen, zonder dat eerst bewe zen is. dat ze kunnen worden uitgevoerd- Het liefst neemt de wethouder den ook nog het voorzitterschap op zich. Nu zit de stichting „De mens in zijn vrije tijd" met een tekort van ruim f900- Waarom moet de raad dat bijpassen? Dat doet de raad bij andere verenigingen ook niet. Als de wethouder voorzitter is. wordt bij de leveranciers de verwachting gewekt: De gemeente zal wel bijpassen! Er wordt wel eens vergeten, dat men geen privé-gelden, maar gelden van d« gemeenschap beheert. Dan gaat men Sin terklaas spelen van gemeentegelden. Mr Geertsema hoopte, dat de wethouder tab berd zou afleggen en het boetekleed trekken. Ook de V.V.D- wil de cultuurbeoefe ning steunen, maar dan uitsluitend op verantwoordelijke wijze- De culturele commissie heeft nog geen enkel belang rijk werk verricht en nog geen enkel belangrijk cultureel advies uitgebracht Wat de gezinspolitiek van de heer Van Dijk betreft: de V.V.D. wil niet naast de landelijke kinderbijslag ook nog gemeentelijke kinderpremie. Dat is ook niet in overeenstemming met de oplos sing der overbevolkingsproblemen en met 4c emigratie.... Voorstel om jaarwedden wethouders te verhogen De heren C. J. Woudstra, J. Goslings, Alb. van DUk en A. O. Frohwein, frac tievoorzitters resp. van de Prot.-Chr., de P. v. d. A.. de K.V.P. en de V.V.D., dien den de volgende motie Inzake de jaar wedde van de wethouders in. De raad der gemeente Leiden; overwegende, dat de regeling Inzake de jaarwedden der wethouders onvoldoen de rekening houdt met de eisen, welke de vervulling van het wethouderschap aan de wethouder stelt, antiwoordelijkheid, welke deze functie, in het bijzonder in de na-oorlogse standigheden, meebrengt; dat bedoelde jaarwedderegeling met name onbevredigend is voor de gemeente Leiden; dat toch Leiden het centrum ls van een gebied, waarin de inwoners van tientallen gemeenten voor allerlei be hoeften geheel of grotendeels op onze gemeente aangewezen zyn (b.v. op de Leidse instellingen van onderwijs, de lichtfabrieken, de duinwatermaatfiohap- Pij. de veemarkt, de gestichten ter ver pleging van krankzinnigen en zwakzin nigen enz.), terwijl Leiden bovendien als universiteitsstad een bijzondere plaats inneemt; dat onze gemeente dientengevolge een activiteit dient te ontplooien, welke haar in velerlei opzicht meer overeenkomst doet vertonen met de grote dan met de middelgrote gemeenten in one land; dat dit bijv. ook hieruit blijkt, dat ln het overleg tussen de grote Zuid-Hol landse gemeenten Den Haag en Rotter dam voortdurend ook Leiden betrokken wordt: dat tengevolge van al deze omstan digheden zowel op de wethouders ge zamenlijk als leden van het college van -ethouders als op ieder Hierna kwam spr. met enkele critl- cche opmerkingen. Al twee jaar zeggen B. en W., dat het plan tot demping resp. vernieuwing der riolering van de Lange- brug in voorbereiding is. Maar dit werk is zeer urgent. B. en W. zullen nu spoe- oig komen met "n voorstel inzake 't wel standstoezicht. Laten de twee hoofdamb tenaren zich dan niet langer belasten met kleine futiliteiten. Daar is htm tijd toch wel te kostbaar voor. Spr. zag met verlangen uit naar de dag, waarop de belangengemeenschap Spoorwegen-Leiden tot het verleden behoort Eerst hadden we de tunnelver zakkingen, nu de baanverzakking. Beide partüen moeten het verlies opbrengen. Maar is hier één van de partijen, name- J. VAN ITERSON lijk de „uitvoerder", niet in gebreke? Juist in de hoek by de Haarlemmertrek vaart is de grond slechte bouwgrond. Hebben de Spoorwegen wel aan onze technici deze kwestie voorgelegd? Het doet eigenaardig aan, dat men nó Grondmechanica ls gaan inschakelen en niet vóórdat men de baan ging storten. Daar komt bU. dat de ver zakte tunnels toch heus wel als sirenes moeten hebben gewerkt. Is hier niet sprake van een tegenvaller, die voorkomen had kunnen woivlen? Wanneer biykt, dat er inderdaad na latigheid bU de Spoorwegen was. dan komen de hogere kosten niet mede voor rekening van Leiden. Vorig jaar werden de voetbalvelden aan de Haarlemmertrekvaart door de K.N.V.B. afgekeurd. Na grote werkzaam heden zyn ze nu voorwaardelijk goed gekeurd. Deze zaak kost veel geld. Nu moet worden afgewacht of drainage zal worden toegepast of niet en daarna zal een rapport verschijnen. Het kan dan mee- en tegenvallen. Laat men toch by- tyds deskundigen inschakelen, anders worden het geen voetbal- maar goud velden. B. en W. hebben verklaard, dat het braakliggende terrein hoek Herengracht- Oosterkerkstraat beschikbaar is voor een openbaar gebouw en een parkeerterrein. Hoe hoog moet deze grond in prijs ge stegen zijn door renteverlies, voordat tot bebouwing wordt overgegaan? Is het per se nodig, dat er openbare gebouwen komen? Kunnen B. en W. aantonen, dat daar en niet elders een parkeerterrein nodig is? B. en W, klagen, dat er geen bouwrijpe grond meer is. Die is er hier wel. De heer Van Iterson sprak hierna over Leidens toekomstige stadsbèeld. Spr. wilde dat beeld in kaart laten brengen, mede i.vrn. de aansluitingen met om liggende gemeenten en de verkeerspro blemen. De sanering moet ook worden voorbereid met het oog op de opbouw. Voorkomen moet worden, dat grote op stallen worden opgetrokken op plaatsen, waar in de toekomst een weg komt Men rnoet ook bekyken, welke grachten er zullen moeten worden gedempt Er dient voorts te worden gepland, waar de openbare gebouwen moeten komen, die we nodig zullen hebben. Lei den zal in de toekomst aan de bouw van een nieuwe schouwburg niet kunnen ont komen. Dan in het centrale punt: bij het station. Dat kan een representatief ge bouw zijn bij de betreding van de stad. Leiden mist behoorlyke entrees. By de Zoeterwoudseweg grijnst een grauwe steenmassa de mereen aan. De „kop" van de mooie en rustige Lammen6chansweg wordt nu al met „Korea" betiteld. Leven moet er komen ln onze stad. Elke stad en elk dorp breidt zich uit. maar Lelden ziet nog steeds meer mensen vertrekken dan komen. Ook ter wille van de bestrijding der werk loosheid moeten de plannen klaar zUn. Over het aantal ln 1952 gebouwde wo ningen kunnen we tevreden zijn. Maar zijn sinds 1945 de contingenten verbruikt? Sinds 1945 zijn 1585 woningen gereed ge komen en er zijn er 853 in aanbouw. Dat zyn woningwetwoningen en daartegen over staan slechts 155 particuliere wo ningen. Er is groot gebrek aan midden standswoningen. Het gaat zich wreken, dat de particuliere bouw in Lelden geen voet aan de grond heeft weten te krijgen. Per jaar heeft Leiden sinds 1945 225 woningen gebouwd; dat is niet veel. Zoveel mogelijk moet worden voor komen, dat kosten worden gemaakt voor werken, die niet worden uitgevoerd. Dia kosten zyn evenwel niet Altijd te voor komen, zo besloot de heer Van Iterson. Raadsbesluit demping Mare goedgekeurd Ged. Staten van Znld-Holland hebben het besluit van de gemeen teraad van Lelden, om de Mare te dempen, goedgekeurd. Thans kan dus tot uitvoering van de plannen worden overgegaan. PUZZLE PROMINENTEN 1. E. van der Veen, Stieltjesstraat 41, Leiden; 2. L. Dissel. Herenweg 83. Alphen aan den RUn; 3. D. v. d. Le lie, Berkendaalstraat 6. Leiden. de hun toegewezen werkterreinen, een zeer uitgebreide taak rust; dat de vervulling van deze taak de ge hele persoon van de wethouder en diens voUe werkkracht opeist, zodat het te enen male onmogelijk is om naast het wethouderschap nog enige andere ge salarieerde betrekking te bekleden; dat met het oog hierop de handhaving van de huidige Jaarwedderegeling der wethouders voor de gemeente Leiden onaanvaardbaar is; «preekt uit, van oordeel te zijn, dat de jaarwedden van de wethouders der gemeente Leiden, inclusief de vaste toe lagen, gesteld dienen te worden op een bedrag van tenminste f 8 000 per jaar; besluit deze uitbraak ter kennis te brengen van het college van Ged. Staten, met verroek alle nodige en gewenste stappen te doen ter effectuering van de uitspraak van de raad.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1952 | | pagina 3