In enkele opzichten critiek
beleid van B. en W.
het
op
Zijn de Spoorwegen inderdaad
nalatig geweest?
Leidens liquiditeitspositie is
verzekerd
Ook K.V.P. niet erg tevreden
over woningbouw
Communist Van Welzen doet
beroep op de P. v. d. A.
nieuwe leidsche courant
3
vrijdag 14 november 1952
Begroting voor 1953 onder de loupe
Tal van onderwerpen kwamen reeds
aan de orde
Dr Goslings vraagt om verruiming der
werkgelegenheid
IEIDENS BEGROTING VOOR 1953 vormt thans het onderwerp van
-i lange betogen der vroede vaderen. Niet alles, waarvoor vele woorden
worden gebruikt, is echter even belangrijk. Men zou zelfs kunnen beweren,
dat de behandeling van de begroting ditmaal weinig spectaculairs schijnt
te zullen bieden. Dat neemt niet weg, dat het college van B. en W. de critiek
niet wordt gespaard. Gistermiddag- en gisteravond tenminste al niet. An
derzijds had men voor het beleid van het college, vooral voor dat van de
wethouder van Financiën, veel waardering en hulde. Iedere spreker begon
met lof voor B. en W. en de ambtenaren. Wanneer wij die lof bij sommige
sprekers in de verslagen achterwege hebben gelaten, gelieve de lezer ze er
dus bij te denken! De fractievoorzitters zijn gistermiddag allen nog aan
bod gekomen; de avondvergadering werd ingeluid door mr dr Knol. En
vanmiddag en vanavond gaat het liedje verder.
Alle bovengenoemde objecten hel
pen echter slechts tijdelijk de werk
gelegenheid verruimen. We moeten
ook streven naar blijvende verrui
ming: meer industrieën! Ook bU het
aantrekken van industrie gaat de
kost voor de baat.
Dr Goslings sprak waarderende woor-
ien over de sector onderwijs, vooral wat
Als eerste spreker memoreerde de
voorzitter van de grootste fractie,
Goslings (P.v.d.A.), dat het gisteren
op de dag af negen maanden was geleden,
dat het vorige begrotingsdebat werd
Dr J. GOSLINGS
houden. Daarom wilde spr. namens zijn
fractie gaarne de waardering uitspreken
voor het vele werk, door college
ambtenaren verricht. Ook over de sar
stelling van de begroting en de duidelijke
uiteenzetting in de geleidebrief kon spr.
in het algemeen waardering hebben.
De bestaande financiële verhouding
met het rijk plaatst de gemeenten vooi
onontkoombare consequenties. Het uit-
i blijven van de noodzakelijke richtlijnen
1 maakt een juiste raming practisch
gelijk. Door de financiële regeling kan
van een werkelijk zelfstandig financieel
beleid door B. en W. geen sprake zijn,
dat ook de mogelijkheid van enerzijds
afkeuren of anderzijds hulde brengen uit-
gesloten is.
Beoordeeld kan slechts worden, in hoe
verre B. en W. binnen de door henzelf
aangewezen begrenzingen hun financieel
beleid voeren. Sprekers fractie nu heeft
aanzienlijk meer waardering voor deze
begroting en toelichting dan voor
van het vorige jaar.
B. en W. hebben uitgesproken, dat
de gemeente primair is een redelijk
zorgingspeil en secundair de wijze, v
op in de nodige middelen ter
lijking van haar behoeften wordt
zien. Dit is het standpunt, door sprekers
fractie steeds ingenomen.' We moeten
streven naar een redelijk verzorgingspeil.
Deze opvatting is niet in strijd met het
principe „de tering naar de nering
zetten". Maar zo kan de hogere over-
i heid zuiver worden ingelicht over de
noden der bevolking en zo kan ook wor-
den getracht, de overheid te overtuigen
I van de noodzaak van hogere uitkeringen.
Er is ook dit jaar in feite geen sluiten
de begroting, maar wel is nu op reële
i wijze het noodzakelijke verzorgingspeil
naar voren gebracht. B. en W. nemen aan,
i dat de uitkering uit het gemeentefonds
met ƒ650.000 zal worden verhoogd. Op
welke grond, wordt evenwel niet duide-
lijk gemaakt.
Evenals vorige jaren kan worden ge
zegd, dat de financiële positie van de ge
meente op zichzelf niet ongunstig is. Men
kan zeggen, dat zij gezond is. Dat B. en
W. in het begin van het jaar tijdens een
I schaarse markt door grote activiteit reeds
successen op financieringsgebied konden
boeken, dient hen als grote verdienste te
j worden aangerekend. Dat dit ook geld
kostte door hogere rente, doet aan dit
feit niets af. Men diende dit nu eenmaal
te nemen. Namens zijn fractie sprak de
heer Goslings voor de activiteit op dit
gebied gaarne de waardering uit aan het
college, met name aan de wethouder van
financiën en de betrokken ambtenaren.
Spr. attendeerde voorts op de verwach
ting, dat de rentevoet zal dalen. Hij achtte
de regeling van het rijk inzake de politie
nog steeds onbevredigend.
Wat de werkloosheid betreft, de
werkgelegenheid is nog niet vol
doende toegenomen. De gemeente
moet tüdig plannen uitwerken. Wat
de gemeente zélf nog kan doen, is:
1. woningen bouwen (al mag Leiden
ruimschoots tevreden zijn), 2. krotten
opruimen.
Dat laatste kan nog niet massaal ge
beuren, maar moet wèl incidenteel door
gang vinden. Bij sanering der oude wij
ken dient men te zorgen voor voldoende
groen, speelgelegenheid en recreatie voor
de jeugd en bovendien moeten historische
gebouwen als belangrijke gedeelten in de
plannen worden opgenompn.
Bij het onderwerp uitvoering openbare
werken sprak dr Goslings zijn verlan
gens uit ten aanzien van de aansluitin
gen op de rijkswegen 4a en 4b, de dem
ping van verschillende grachten, het in
richten van speeltuinen en zwembaden
(ook een tweede overdekte), de verbete
ring van de Stadsgehoorzaal, het bouwen
van een nieuwe Schouwburg en van een
nieuwe veemarkt.
Voor werken, die niet op andere wijze
kunnen worden verricht, kan uitvoering
in D.U.W -verband worden aangevraagd.
Maar Leiden heeft meer werklozen dan
andere soortgelijke steden en slechls iets
minder dan de zogenaamde noodgebieden,
die extra worden geholpen. Misschien is
het mogelijk, enkele der bovengenoem
de werken met subsidie uitgevoerd te
betreft het vakonderwijs. Hij vroeg het
college, nog verder in deze richting te
gaan, o.m. door het stichten van een
M.T.S. De textielindustrie heeft gebrek
aan goed geschoold personeel. Hebben
en W. in deze richting plannen? Spr. v
dankbaar, dat de Mytylschool er thans
al is ze opgezet op bescheiden voet.
Er is dit jaar een scherpe daling v
het aantal Leidse studenten, zoals wij ook
in ons blad hebben gemeld. De financiën
gaan weer een hartig woordje meespre
ken. Kunnen er niet méér jongelui wor
den geholpen met gelden uit het Leids
studiefonds? Het particulier initiatief kan
niet zoveel meer doen.
De geestelijke-culturele instelling van
de jeugd is niet zo rooskleurig. Vaak kan
worden gesproken van een nihilisme.
Spr. besprak de baldadigheid. Dikwijls
rust de schuld bij de ouders. Er is ook
gebrek aan jeugdleiders. Is het niet aan
te bevelen, een commissie van onderzoek
in te stellen? Dr Goslings vroeg ook
steun aan amateurverenigingen op cul
tureel gebied. Hij uitte de wens, dat bij
de G.G D. een kinderpsycholoog of
kinderpsychiater zal worden aangesteld.
De vraag of het Acad. Ziekenhuis moet
worden omgezet in een Stads, en Acade
misch Ziekenhuis, is al twee jaar
studie. Spr. vroeg spoed te betrachten.
De P. v. d. A.-fractie, aldus spr., is voor
de motie inzake de wethouderssalarissen.
Dr Goslings eindigde met de opwekking,
de kansen, die Leiden nog worden gebo
den te gebruiken. Hij was het college
erkentelijk voor wat reeds bereikt is
Mr Woudstra vraagt om meer
particuliere woningen
„Niets is zo permanent als een tijdelijke regeling'
krijgen.
Mr WOUDSTRA (Prot.-Chr.) sloot
zich aan bü de woorden van waardering
voor de activiteit van B. en W. en de
ambtenaren. Hij sprak zijn voldoening
uit over de tijdige aanbieding van de be
groting. De raad heeft de laatste tijd wel
intensief gewerkt: dit jaar twee begro
tingen en bij het normale werk kwam
nog een soort „opruiming van restan
ten". De maat zou overgelopen zijn, als
het plan inzake het bijzonder kleuteron
derwijs ook deze week nog was doorge
gaan.
Krachtens de gemeentewet moet de
begroting uiterlijk op 31 Augustus
den aangeboden. Het college heeft dus
niets te maken met richtlijnen van de
regering, die n& deze datum afkomen.
Spr. juichte het toe, dat het college dit
maal een andere methode heeft gevolgd.
Als uitgangspunt voor de begroting
van uitgaven i:
genomen eer
redelijk verzor
gingspeil, me'
inachtneming
van de begro
ting van ver
leden jaar. Op
de begroting
van inkomsten
is het tekort
geplaatst, en
dit moet van
regeringswege
worden aange
vuld. Op deze
wjjze komt de
verantwoorde
lijkheid te lig-
Mr. C. J. WOUDSTRA gen waar zij
liggen moet.
Uit de geleidebrief klinkt enig op
timisme door. De financiële toestand
is in 1952 verbeterd. Er zijn vele
werken begonnen of uitgevoerd, dan
wel er zijn gelden voor beschikbaar
gesteld. Hier zijn millioenen mee ge
moeid.
Een vraagteken blijft de toekomstige
regeling der financiële verhouding. Voor
1953 is er nog niets van bekend. Spr. ver
wachtte niet, dat de pas opgetreden re
gering met een definitieve regeling zal
komen: „Niets is zo permanent als een
tijdelijke regeling".
Hierna ging spr. tot enkele bijzondere
onderwerpen over. Gelukkig wordt het
Nutsgebouw thans verbouwd voor So
ciale Zaken. Werklozenzorg: de kosten
van de sociale bijstandsregeling zijn 4%4
ton hoger geraamd. Spr. begreep dat
niet. Door de invoering van de werkloos
heidswet worden immers de kosten van
de werkloosheid voor een belangrijk deel
naar het bedrijfsleven overgeheveld.
Spr. kon deze hoge raming alleen
verklaren uit een verwachte sterke
stijging van de werkloosheid of uit
het feit, dat in Leiden een belangrijk
aantal hardnekkige werkloosheids-
gevallen zich voordoen. Hieraan
dient dan de nodige aandacht te
worden besteed.
Op het gebied van het onderwijs heeft
het college een grote activiteit aan de
dag gelegd. Spr. betreurde het, dat het
praeadvies bijzonder kleuteronderwijs
(voorstel-Woudstra-Van Dyk) nog niet
in de raad is geweest. Omdat deze kwes
tie in de eerstvolgende raadsvergadering
aan de orde komt, wilde spr. er thans
over zwijgen.
Wat de behoefte aan schoolruimte be
treft, is de situatie gunstiger gebleken
dan enkele jaren geleden verwacht werd.
Dat neemt niet weg, dat aan de scholen
bouw veel aandacht moet worden ge
schonken i.v.m. de stichting van nieuwe
stadswijken. De beschikbaarstelling van
een schoollokaal aan de Mytylstichting
juichte spr. toe.
Het feit, dat steeds meer instellingen
op cultureel gebied om subsidie komen
vragen, achtte mr Woudstra zorgwek
kend. Het streven van verenigingen, die
zich bewegen op het terrein van de volks
ontwikkeling, moet worden bevorderd.
Bij het geven van subsidie moet echter
blijken, dat steun onmisbaar is en dat by
de burgerij voldoende offervaardigheid
aanwezig is. Ook zal de betrokken ver
eniging haar sporen verdiend moeten
hebben. Een geval als „De mens in zijn
vriie tijd" moet zich niet herhalen.
Mr Woudstra meende, dat de activiteit
ten aanzien van de woningbouw in 1952
geringer was dan in 1951. Ook het totale
resultaat sinds 1945 bevredigt niet. Wat
is hiervan de oorzaak?
Het percentage van het woning
tekort is gedaald dóór, waar de par
ticuliere bouwnijverheid gestimu
leerd werd. Vooral op het platteland
is veel gebruik gemaakt van de pre
mieregeling en is het woningtekort
sterk verminderd, soms zelfs geheel
opgeheven. Geheel anders ligt het
in de grote steden.
In 1951 bedroeg de particuliere bouw
gemiddeld 27% van het totaal. In Leiden
sinds 1945 tien procent! Kan ook in Lei
den de woningbouw volgens de premie
regeling niet méér worden toegepast?
Mr Woudstra wees er op, dat het
ningtekort een der oorzaken van het te
ruglopen van het aantal inwoners kan
Er blijven nog vele wensen, maar:
Leiden Leeft! Leiden bouwt aan zijn toe
komst en de Prot.-Chr. raadsfractie wil
daarin meewerken, zoveel mogelijk in
samenwerking met de andere fracties.
Bij alle verschil van mening streven wij
hetzelfde doel na: de zorg voor het wel
zijn van de stad die ons lief is. „Als de
Here het huis niet bouwt, tevergeefs
bouwen de bouwlieden daaraan". Uit
deze overtuiging leeft de Prot.-Chr. frac
tie, ook bij het raadswerk.
Ten slotte diende mr Woudstra als
eerste ondertekenaar de motie inzake de
wethouderssalarissen in.
Carillonklanken in
de theepauze
Tijdens de theepauze hebben
de twee stadsbeiaardiers de
dames en heren raadsleden
gisteren verheugd met een
concert op het Stadhuistoren-
carillon. Onder meer werden
liederen gespeeld van Bach en
Bizet en ook uit Valerius' Ge-
denckclanck. Daartoe behoorde
het lied, waarin de regel voor
komt: „Hou' je roer recht".
Aankoop Grote Sloot
aangehouden
Aan de behandeling van de begroting
ging gistermiddag een kleine agenda
vooraf. De raad bepaalde, dat een her
ziening van het partiële uitbreidingsplan
Leiden-Zuidwest wordt voorbereid. Het
perceel Vismarkt 5 werd voor een jaar
verhuurd aan de heer B. E. Feld.
Het voorstel van B. en W. tot het
aankopen van de zogenaamde Grote
Sloot onder Warmond werd door het
college aangehouden.
Mr Dirks (K.V.P.) vroeg met enige
schroom het woord bij het voorstel in
zake de aanbieding aan de gemeente van
een beeldje voor de verfraaiing van het
stadhuis door H.M. Koningin Juliana. Hij
vroeg B. en W., het beeldje niet op de
binnenplaats van het stadhuis te plaat
sen, maar bij voorbeeld op het Stadhuis
plein. Mr Dirks vond dit meer in over
eenstemming met de geste van de Geef
ster.
De voorzitter wees er echter op,
dat eerst H.M. Koningin Wilhelmina en
later ook H.M. Koningin Juliana steeds
hebben bedoeld, dat het beeldje zou
worden geschonken ter verfraaiing van
het stadhuis, nadat zoveel schoons door
de brand verloren was gegaan. Het leek
B. en W. daarom het meest in overeen
stemming met de Koninklijke geste, het
beeldje op de binnenplaats van het stad
huis te plaatsen.
De heer Van Iterson wil meer leven in Leiden
V.V.D.-hulde voor Financiën
Uit de geleidebrief meende de heer
Frohwein, fractieleider van de VV.D.
(na woorden van waardering voor E
W. en ambtenaren) te mogen constate
ren. dat de gemeente er financieel rede
lijk goed voor staat. In het bijzonder
deed het hem genoegen, dat de wethou
der van financiën er in geslaagd is, de
liquiditeitspositie van de gemeente te
verzekeren. Dat is van het grootste be
lang en een financieel offer is er zeker
voor op zijn plaats. Toch zou spr. graag
van het college vernemen, hoe de wer
kelijke liquiditeitspositie, in cijfers uit
gedrukt, momenteel precies ligt en wal
ten aanzien hiervan de verwachtingen
voor 1953 zijn.
Bovendien had de heer Frohwein graag
een uiteenzet
ting t-a.v. hel
reële verloop
der financiële
positie over
1952. Zo zou hij
willen weten,
of de gemeente
het geraamde
bedrag ad
f650 000 (bij
zondere uitke
ring) inderdaad
ook in 1953 zal
ontvangen-.
Voorzover hem
bekend is
A. O. FROHWEIN JSg
ministeriële circulaire. Tevens zou hij
willen vernemen of het aangeboden
Pleidooi voor grote gezinnen
De K.V.P.-fractievoorzitter, de heer
an Dij k, vond dat het schip van de
gemeente nogal veilig uit de mist van het
vorig jaar te voorschijn was gekomen. Hij
achtte de vooruitzichten niet ongunstig.
Spr. bracht dank aan B. en W. en de
ambtenaren, met name voor de uitge
breide toelichting bij de begroting.
Hij bepleitte vervolgens een meer op
het gezin gericht politiek beleid en gaf
enkele concrete suggesties als voorbeeld:
1. Een premie van f 50 of f 100 voor elk
kind boven het tweede (en niet alleen
bij de geboorte van een drieling!); 2. Zo
veel mogelijk een eigen woning voor elk
gezin; 3. Tegemoetkoming in de huur
voor grote gezinnen. Nu gebeurt het
maar al te vaak, dat een groot gezin geen
groter huis kan betrekken, omdat de
huur niet kan worden opgebracht.
Voorts vroeg de
heer Van Dijk
een sociologisch
onderzoek naar
de woningtoe-
stander.. vooral
met betrekking
tot de grote
gezinnen
Spr. verde
digde zijn voor
stel, om het
vermenigvuldi-
gingscijfer voor
al het onder
wijs te bepalen
op 1. Hij ap
pelleerde daar-
gegeven
A. VAN DIJK
reeds eerder door B.
woord.
Bij het vooronderzoek had spr. vragen
gesteld over de aanstelling en promoties
ambtenaren en werklieden van de
lichtfabrieken. Op grond van welke ge
meenteverordening worden deze niet
r ter goedkeuring aan de commissie
bijstand van de lichtfabrieken voor
gelegd? B. en W. hadden hierop geant
woord, dat dit het gevolg is van een
wijziging, door de raad goedgekeurd. De
.ve regeling voldoet volgens B. en W.
goed, maar de heer Van Dijk kon deze
gevoelens niet delen. Hij vroeg zich af,
of het college wel op deze wijze moet
Qoorgaan. Spr. had niet een speciale wet
houder op het oog, maar vond in het
algemeen, dat de taak van de commis-
ie niet voldoende tot haar recht komt.
Over de resultaten van de woning
bouw kon de heer Van DUk zich niet
bijzonder verheugen. Sinds 1945 ge
middeld 226 nieuwe woningen per
jaar, dat is niet veel. Vóór de oorlog
hadden we elk jaar 400 nieuwe hui
zen nodig. De toestand is dus sinds
1945 niet verbeterd, maar het is
steeds bergafwaarts gegaan.
Spr. wilde de activiteit van de wet
houder niet in twijfel trekken. Hij was
in overtuigd, dat deze alles gedaan
heeft, wat gedaan kon worden. Niet
tegenstaande dat had spr. de indruk, dat
méér gedaan moet worden. We moe
ten steeds weer zien. een grote- kwan
tum woningen machtig te worden.
De wethouder van onderwijs heeft vol
gens de heer Van Dijk in belangrijke
mate activerend gewerkt, o.m. wat de
Mytylschool betreft. Het onderwijs op
deze school eist veel zorg en moet nog
te veel op de particuliere liefdadigheid
teren. Zo heeft de leraar zich een jaar
lang gratis ter beschikking gesteld. Spr.
deed een ernstig beroep op B. en W. om
de stichting te steunen, als de financiële
omstandigheden van de stichting daar
toe nopen.
Wat de voorstellen inzake het bijzon
der kleuteronderwijs betreft, het was
leuker geweest, als B. en W. eerder met
de plannen waren gekomen. De culturele
verenigingen moeten worden gesteund.
Voor K. en O. had spr. niets dan lof,
maar de liefde van K. en O. voor deze
verenigingen is pas later gekomen. Spr.
meende, dat hij bij K. en O. pijn had
geconstateerd over de oprichting van de
stichting „De mens in zijn vrije tijd".
Wat doet nu eigenlijk in dit verband de
commissie voor culturele zaken?
Leeft de commissie inzake het bur
gerijfonds nog wel, zo vroeg de heer
Van DUk zich verder af. HU meende,
dat het geld (het „soepgeld" uit de
bezettingstyd) niet beter besteed zou
kunnen worden dan voor twee
nieuwe kruisgebouwen, één voor het
wetsontwerp Omzetbelasting nog finan
ciële consequenties zal hebben voo:
gemeente. Zal voorts de in bet financie-
ringsfonds der gemeente belegde reserve
van f 3 000.000 in de nabije toekomst moe
ten worden aangesproken?
Nadat de heer Frohwein nog enkele
financiële opmerkingen had gemaakt,
o a. dat de stijging van de winst bij de
S.L-F. procentsgewijze zeer sterk
achtergebleven bij de verhouding der al
gemene uitkering uit het gemeentefonds,
vroeg hij of de gemeente in de toekomst
nog belastingbronnen denkt aan te bo
ren Volgens spr. verdient het voorts aan.
beveling, dat er op toe wordt gezien, dat
een nadelig saldo van de Sociale Raad
in de toekomst wordt vermeden. Of
schoon spr. verheugd was, dat aan So
ciale Zaken in de toekomst een goede
huisvesting wordt gewaarborgd ('t Nut
van 't Algemeen), verzocht hij het col
lege, de mogelijkheid onder het oog te
zien om te streven naar een meerdere
Natuurlijk begon ook de heer Van
terson (Prot.-Chr.) met B. en W.
dank te brengen, inzonderheid voor het
feit, dat de op stapel gezette werken ge
financierd konden worden. Spr. betrok
ook de ambtenaren in de hulde.
Met het oog op de moeiiykheden,
die zich momenteel voordoen in het
Leidse Spoorwegplan (grondverzak
kingen nabij de Haarlemmertrek
vaart), zou spr. gaarne vernemen, of
speciaal bü deze vaart indertüd vol
doende grondboringen zün verricht
en voorts ook, of de wüze van grond
onderzoek, dat aldaar heeft plaats
gehad voor de verhoging van de
spoorbaan, de volledige instemming
heeft gehad van de deskundigen bij
Gemeentewerken.
Grotere aandacht had sprekers fractie
graag zien besteed aan de bouw
middenstandswoningen. Hierbü moet
ook, meer dan tot dusverre, de particu
liere bouwnijverheid worden ingescha
keld.
Voorts drong spr. er sterk op aan
veel mogelijk de uitvoering van publieke
werken in werkverschaffing te helpen
bevorderen. In dit verband dacht spr.
aan de afgraving van het terrein van d«
reinigingsdienst, zulks teneinde eer
vlotte doorgang te bewerkstelligen vooi
de schepen, bestemd voor de lichtfabrie
ken- Voor de werkloze hoofdarbeiders
achtte spr. het inrichten van een woning
en gezinsstatistiek van groot belang.
De heer Frohwein, die de aangebrachte
verbeteringen aan het gesticht Endegeest
op hoge prijs stelde, zag gaarne ii
verpleegkosten enige stabilisatie inge-
De bedrijfseconoom bij de S.L.F- dient
volgens spr. grotere ontplooiingsmoge
lijkheid te worden gegeven. Een hechte
samenwerking tussen de technische staf
en deze functionaris achtte spr. van on
schatbare waarde. Gezien de grote be
dragen, die in het verleden voor warmte-
technische adviezen zijn uitgegeven,
vond spr. het gewenst om een warmte-
technisch deskundige aan te stellen.
Tenslotte merkte de heer Frohweir
dat grote voorzichtigheid t a v. het
houden van terreinen, bestemd voo
industrie, geboden blijft. Spr. eindigde
met de wens. dat het college ook
1953 d« wijsheid mag ontvangen oir
schip van de gemeente trots alle nevel,
naar rustige wateren te leiden.
Mr Geertsema oefent critiek
V.V.D. kan cultureel beleid van
B. en W. niet toejuichen
Mr Geertsema (V.V.D.) wees er op,
dat uit de cijfers blijkt, hoe de toestand
van de kleine middenstanders steeds
somberder wordt. Hij gaf dit de raad
door als vingerwijzing voor het geval
weer middenstandsproblemen aan
orde komen. De raad overwege dan, wat
te doen om de zorgen te verminderen l In
elk geval mogen de kleine middenstan
ders niet in verdrukking komen door
coöperaties en warenhuizen.
r. is voorstander van het uitkeren
gratificaties naar prestaties bij jubi-
jan ambtenaren. Thans zijn vaste be
dragen vastgesteld. Mr Geertsema vroeg
voorts of de proef met de verkeerslich
ten Gangetje geslaagd is. (Zoals onze
lezers weten, blijven deze lichten).
Het rapport over de voetbalvelden aar
de Haarlemmertrekvaart laat nog steeds
op zich wachten. Zijn de velden v
ardelyk goedgekeurd? Wat zijn dan
de voorwaarden? Ten aanzien van scho
lenbouw bestaat een verheugende acti
viteit. Voorkomen moet worden, dat over
enige jaren enkele scholen leeg zouden
één
het Wit-Gele
De toestand zal ongetwijfeld vele moei
lijkheden brengen, waaraan het hoofd
moet worden geboden. Spr. wekte op, dat
eensgezindheid te doen en daarbij
steun te zoeken bij God de Schepper.
Dan kunnen wij opgeruimd en blij ver
richten, wat onze taak van ons verlangt.
Gezamenlijk optreden tegen de gevolgen
der werkloosheid"
Laatste spreker in de middagvergade
ring was de heer Van Welzen
(Comm.) Ook hij had waardering voor
het werk van B. en W., met name wat
de vlotte aanbieding van de begroting
voor 1953 betreft De waardering wordt
evenwel wat getemperd, omdat sommige
ramingen op
losse schroeven
zijn komen te
staan, daar de
richtlijnen uit
Den Haag ont
breken. B. enW.
achten een ze
kere tevreden
heid, een zeker
optimisme op
zijn plaats. De
liquiditeitsposi-
Spr. wenste
echter een an-
H. VAN WELZEN. der geluid te
laten horen, namelijk wat betreft het
.verzorgingspeil" der gemeente. Ook de
behoeften, die niet direct tot de meest
elementaire behoren, dienen te worden
bevredigd. Daar is in de eerste plaats
het vraagstuk van het woningtekort;
daar zijn voorts de verkeersproblemen.
Of deze op de eerste of de tweede plaats
moeten worden gesteld, kan onderwerp
bespreking zijn. Maar iedereen is
er over eens, dat deze problemen
Leiden belangrijke vraagstukken
betekenen.
Sinds de bevrijding zijn te Leiden
1585 nieuwe woningen verrezen. Men
kan daar wel tevreden over zijn, maar
het aantal is nu eenmaal niet afdoende-
het aantal huwelijken nagaan
(ruim 5600 sinds 1945), rijst de vraag in
hoeverre het woningtekort is af- of toe
genomen. Natuurlijk is het hier geen
kwestie van een aftreksommetje, maar
toch heeft een aanzienlijk percentage
jonggehuwden geen woning kunnen vin
den. Spr. achtte de toestand dan ook
niet bijzonder rooskleurig. Hij wilde de
wethouder echter niet in gebreke stel
len ten aanzien van de ontplooide acti
viteit Maar het bouwvolume moet wor
den verhoogd, willen we de woningnood
onder de knie krijgen. De bevolkings
aanwas hebben we niet voldoende kun
nen opvangen.
De communistische fractieleider wilde
het vraagstuk van de werkloosheid in
internationaal verband zien en wel met
het oog op het bewapeningsvraagstuk.
De crisisverschijnselen leiden tot een
somber perspectief. Spr. wekte op tot
een gemeenschappelijk optreden tegen
de gevolgen van de werkloosheid en
deed daartoe vooral op de P. v. d. A.
een beroep. Dat wilde spr. ook doen gel
den ten aanzien van de woningbouw, te
meer omdat er zoveel werkloze bouw
vakarbeiders zijn. Op die wijze kunnen
we het woningtekort misschien over
winnen. Spr. wilde de particuliere wo
ningbouw „niet geheel en al aan banden
leggen".
De gemeente dient zoveel mogelijk de
cultuurbeoefenende amateurverenigingen
te steunen, evenals de vacantiebezighe-
den. Er zijn veel mensen, die geen geld
voor vacantie hebben. K. en O. verdient
waardering, maar in de vacantie doet
deze stichting niet veel.
De heer Van Welzen vroeg om een
woningstatistiek, mede in verband met
de sanering en krotopruiming. HU be
sloot met enkele volzinnen over de
I naar een socialistisch Nederland".
Na een paar onderwijszaken kwam
spr. tot het beleid op cultureel ge
bied. De V-V.D.-fractie kan dit beleid
geenszins toejuichen. De V-V-D. Is
voorstandster van het particuliere
initiatief. Pas in latere stadia moet
de gemeente zo nodig büspringen. In
dat geval heeft de gemeente het recht
of misschien zelfs de plicht, een ge-
meentelUk gedelegeerde aan te wU"
zenvoor toezicht, maar niet om
het voorzitterschap, het secretariaat
of het penningmeesterschap op zich
te nemen.
Helaas wordt in Leiden vaak een an
dere weg gevolgd. De wethouder van
onderwijs gaat vaak direct met het par
ticulier initiatief in zee- Dan begint men
met de plannen, zonder dat eerst bewe
zen is. dat ze kunnen worden uitgevoerd-
Het liefst neemt de wethouder den ook
nog het voorzitterschap op zich.
Nu zit de stichting „De mens in zijn
vrije tijd" met een tekort van ruim f900-
Waarom moet de raad dat bijpassen? Dat
doet de raad bij andere verenigingen ook
niet. Als de wethouder voorzitter is.
wordt bij de leveranciers de verwachting
gewekt: De gemeente zal wel bijpassen!
Er wordt wel eens vergeten, dat men
geen privé-gelden, maar gelden van d«
gemeenschap beheert. Dan gaat men Sin
terklaas spelen van gemeentegelden. Mr
Geertsema hoopte, dat de wethouder tab
berd zou afleggen en het boetekleed
trekken.
Ook de V.V.D- wil de cultuurbeoefe
ning steunen, maar dan uitsluitend op
verantwoordelijke wijze- De culturele
commissie heeft nog geen enkel belang
rijk werk verricht en nog geen enkel
belangrijk cultureel advies uitgebracht
Wat de gezinspolitiek van de heer Van
Dijk betreft: de V.V.D. wil niet naast
de landelijke kinderbijslag ook nog
gemeentelijke kinderpremie. Dat is ook
niet in overeenstemming met de oplos
sing der overbevolkingsproblemen en
met 4c emigratie....
Voorstel om jaarwedden
wethouders te verhogen
De heren C. J. Woudstra, J. Goslings,
Alb. van DUk en A. O. Frohwein, frac
tievoorzitters resp. van de Prot.-Chr., de
P. v. d. A.. de K.V.P. en de V.V.D., dien
den de volgende motie Inzake de jaar
wedde van de wethouders in.
De raad der gemeente Leiden;
overwegende, dat de regeling Inzake de
jaarwedden der wethouders onvoldoen
de rekening houdt met de eisen, welke
de vervulling van het wethouderschap
aan de wethouder stelt,
antiwoordelijkheid, welke deze functie,
in het bijzonder in de na-oorlogse
standigheden, meebrengt;
dat bedoelde jaarwedderegeling met
name onbevredigend is voor de gemeente
Leiden;
dat toch Leiden het centrum ls van
een gebied, waarin de inwoners van
tientallen gemeenten voor allerlei be
hoeften geheel of grotendeels op onze
gemeente aangewezen zyn (b.v. op de
Leidse instellingen van onderwijs, de
lichtfabrieken, de duinwatermaatfiohap-
Pij. de veemarkt, de gestichten ter ver
pleging van krankzinnigen en zwakzin
nigen enz.), terwijl Leiden bovendien
als universiteitsstad een bijzondere plaats
inneemt;
dat onze gemeente dientengevolge een
activiteit dient te ontplooien, welke haar
in velerlei opzicht meer overeenkomst
doet vertonen met de grote dan met de
middelgrote gemeenten in one land;
dat dit bijv. ook hieruit blijkt, dat ln
het overleg tussen de grote Zuid-Hol
landse gemeenten Den Haag en Rotter
dam voortdurend ook Leiden betrokken
wordt:
dat tengevolge van al deze omstan
digheden zowel op de wethouders ge
zamenlijk als leden van het college van
-ethouders als op ieder
Hierna kwam spr. met enkele critl-
cche opmerkingen. Al twee jaar zeggen
B. en W., dat het plan tot demping resp.
vernieuwing der riolering van de Lange-
brug in voorbereiding is. Maar dit werk
is zeer urgent. B. en W. zullen nu spoe-
oig komen met "n voorstel inzake 't wel
standstoezicht. Laten de twee hoofdamb
tenaren zich dan niet langer belasten
met kleine futiliteiten. Daar is htm tijd
toch wel te kostbaar voor.
Spr. zag met verlangen uit naar de
dag, waarop de belangengemeenschap
Spoorwegen-Leiden tot het verleden
behoort Eerst hadden we de tunnelver
zakkingen, nu de baanverzakking. Beide
partüen moeten het verlies opbrengen.
Maar is hier één van de partijen, name-
J. VAN ITERSON
lijk de „uitvoerder", niet in gebreke?
Juist in de hoek by de Haarlemmertrek
vaart is de grond slechte bouwgrond.
Hebben de Spoorwegen wel aan onze
technici deze kwestie voorgelegd?
Het doet eigenaardig aan, dat men nó
Grondmechanica ls gaan inschakelen
en niet vóórdat men de baan ging
storten. Daar komt bU. dat de ver
zakte tunnels toch heus wel als
sirenes moeten hebben gewerkt. Is
hier niet sprake van een tegenvaller,
die voorkomen had kunnen woivlen?
Wanneer biykt, dat er inderdaad na
latigheid bU de Spoorwegen was. dan
komen de hogere kosten niet mede
voor rekening van Leiden.
Vorig jaar werden de voetbalvelden
aan de Haarlemmertrekvaart door de
K.N.V.B. afgekeurd. Na grote werkzaam
heden zyn ze nu voorwaardelijk goed
gekeurd. Deze zaak kost veel geld. Nu
moet worden afgewacht of drainage zal
worden toegepast of niet en daarna zal
een rapport verschijnen. Het kan dan
mee- en tegenvallen. Laat men toch by-
tyds deskundigen inschakelen, anders
worden het geen voetbal- maar goud
velden.
B. en W. hebben verklaard, dat het
braakliggende terrein hoek Herengracht-
Oosterkerkstraat beschikbaar is voor een
openbaar gebouw en een parkeerterrein.
Hoe hoog moet deze grond in prijs ge
stegen zijn door renteverlies, voordat tot
bebouwing wordt overgegaan? Is het per
se nodig, dat er openbare gebouwen
komen? Kunnen B. en W. aantonen, dat
daar en niet elders een parkeerterrein
nodig is? B. en W, klagen, dat er geen
bouwrijpe grond meer is. Die is er hier
wel.
De heer Van Iterson sprak hierna over
Leidens toekomstige stadsbèeld. Spr.
wilde dat beeld in kaart laten brengen,
mede i.vrn. de aansluitingen met om
liggende gemeenten en de verkeerspro
blemen. De sanering moet ook worden
voorbereid met het oog op de opbouw.
Voorkomen moet worden, dat grote op
stallen worden opgetrokken op plaatsen,
waar in de toekomst een weg komt Men
rnoet ook bekyken, welke grachten er
zullen moeten worden gedempt
Er dient voorts te worden gepland,
waar de openbare gebouwen moeten
komen, die we nodig zullen hebben. Lei
den zal in de toekomst aan de bouw van
een nieuwe schouwburg niet kunnen ont
komen. Dan in het centrale punt: bij het
station. Dat kan een representatief ge
bouw zijn bij de betreding van de stad.
Leiden mist behoorlyke entrees. By de
Zoeterwoudseweg grijnst een grauwe
steenmassa de mereen aan. De „kop" van
de mooie en rustige Lammen6chansweg
wordt nu al met „Korea" betiteld.
Leven moet er komen ln onze stad.
Elke stad en elk dorp breidt zich uit.
maar Lelden ziet nog steeds meer
mensen vertrekken dan komen. Ook
ter wille van de bestrijding der werk
loosheid moeten de plannen klaar
zUn.
Over het aantal ln 1952 gebouwde wo
ningen kunnen we tevreden zijn. Maar
zijn sinds 1945 de contingenten verbruikt?
Sinds 1945 zijn 1585 woningen gereed ge
komen en er zijn er 853 in aanbouw. Dat
zyn woningwetwoningen en daartegen
over staan slechts 155 particuliere wo
ningen. Er is groot gebrek aan midden
standswoningen. Het gaat zich wreken,
dat de particuliere bouw in Lelden geen
voet aan de grond heeft weten te krijgen.
Per jaar heeft Leiden sinds 1945 225
woningen gebouwd; dat is niet veel.
Zoveel mogelijk moet worden voor
komen, dat kosten worden gemaakt voor
werken, die niet worden uitgevoerd. Dia
kosten zyn evenwel niet Altijd te voor
komen, zo besloot de heer Van Iterson.
Raadsbesluit demping
Mare goedgekeurd
Ged. Staten van Znld-Holland
hebben het besluit van de gemeen
teraad van Lelden, om de Mare te
dempen, goedgekeurd. Thans kan
dus tot uitvoering van de plannen
worden overgegaan.
PUZZLE
PROMINENTEN
1. E. van der Veen, Stieltjesstraat
41, Leiden; 2. L. Dissel. Herenweg 83.
Alphen aan den RUn; 3. D. v. d. Le
lie, Berkendaalstraat 6. Leiden.
de hun toegewezen werkterreinen, een
zeer uitgebreide taak rust;
dat de vervulling van deze taak de ge
hele persoon van de wethouder en diens
voUe werkkracht opeist, zodat het te
enen male onmogelijk is om naast het
wethouderschap nog enige andere ge
salarieerde betrekking te bekleden;
dat met het oog hierop de handhaving
van de huidige Jaarwedderegeling der
wethouders voor de gemeente Leiden
onaanvaardbaar is;
«preekt uit, van oordeel te zijn, dat
de jaarwedden van de wethouders der
gemeente Leiden, inclusief de vaste toe
lagen, gesteld dienen te worden op een
bedrag van tenminste f 8 000 per jaar;
besluit deze uitbraak ter kennis te
brengen van het college van Ged. Staten,
met verroek alle nodige en gewenste
stappen te doen ter effectuering van de
uitspraak van de raad.