Nieuwe stationsplein wordt centrum van vooraanstaand verkeersgebied Achter „verkeersader" Morssingel komt parkeerterrein van 200 m2 NIEUWE LEIDSCHE COURANT 3 ZATERDAG 21 JUNI 1952 Bebouwing rond millioenenproject moet aan bepaalde voorwaarden voldoen Onderhandelingen van gemeentebestuur met gele tram" nog steeds gaande Nieuwe bruggen over de Zijl, Haarlemmervaart en Rijnsburgersingel (Van een onzer verslaggevers) F JANUARI 1948 ging de gemeenteraad van Leiden accoord met de spoorwegplannen. Dat besluit betekende een flinke hap uit de stede lijke schatkist, maar het bewees tevens, dat de vroedschap het uitstellen en wachten nu welletjes vond. „Als het er nu niet komt, komt het er nooit", weerkaatsten de wanden van de raadzaal. Een plan van negen tien millioen stond op stapel. In 1949 begon het werk: het dempen van de spoorhaven. We zijn nu ruim drie jaar verder en kunnen gevoeglijk zeggen, dat de streep van de helft is gepasseerd. Midden of eind 1954 hoopt men het werk klaar te hebben. Ten minste alles wat direct bij het nieuwe station en onmiddel lijke omgeving en de nieuwe spoorbaan betrokken is. Want wanneer bij voorbeeld de afgebroken spoorbrug over de Zijl zal zijn vervangen door een nieuwe en de weg van Oude Wetering naar Leiden via de Willem de Zwijgerlaan, een nieuwe brug over de Haarlemmervaart en het Schuttersveld contact krijgt met het Leidse station, dat ligt nog tame lijk ver in het verschiet. Het is eigenlijk nog niet te overzien, wat na het consolideren van de nieuwe spoorwegsituatie in Leiden nog moet gebeu ren. En het is helemaal ondoenlijk, een aantal jaren te noemen, dat hiermee gemoeid zou zijn. Het begin van dit artikel geeft al aan leiding tot een opmerking, die zo lang zamerhand wel op haar plaats is. Wie het over de uitvoering van de spoorweg plannen heeft, denkt onwillekeurig in de eerste plaats aan de Ned Spoorwe gen. Natuurlijk neemt dit bedrijf de hoofdmoot voor zijn rekening, maar het is toch goed het hele werk niet los te zien van de gemeente Leiden, die even zeer dagelijks haar oog over de werken laat gaan en onafgebroken bezig is om de uitvoering tot een aanvaardbaar einde te brengen. Tot dusverre heeft Leiden zelf min of meer op de achtergrond gestaan. Dat is te begrijpen. Want de nieuwe baan, de tunnels, het station en nog tal van an dere dingen, waarvan de uitvoering al 8chter de rug is. „komen uit Utrecht". Nu is echter de tijd aangebroken, dat het werk van de gemeente meer in het cen trum van de belangstelling zal treden. Men zou kunnen zeggen: de afwerking van het plan. al is die afwerking ook zeer omvangrijk. In de achterliggende drie jaren heeft de gemeente allerminst stil gezeten. Tal rijk zijn haar diensten al aan de spoor wegen en aan het publiek. Men denke slechts aan de regelingen van het ver keer. waarvan de betekenis bij de constructie van het hulpviaduct aan de Rijnsburgerweg wel op bijzondere wijze werd geaccentueerd. Talrijk zijn haar voorbereidingen en besprekingen voor wat nog komt Ruimte Wy vonden de wethouder van open bare werken, de heer A. J. Jongeleen, bereid ons uitvoerig in te lichten over de samenstelling van het nieuwe sta tionsplein en het wegenplan in deze om geving. Beginnen wy met de conclusie van ons onderhoud, dan kan gezegd worden, dat Leiden straks op een voor beeldige situatie kan bogen. Het sta tionsplein zal overzichtelijk zijn, vanzelf sprekend ongevaarlyk. gastvrij (waar aan bieat het geen plaats!) en zelfs ge zellig (de beplanting zal daartoe onge- twyfeld het hare by dragen). Men heeft er een respectabele hoeveelheid ruimte voor uitgetrokken, maar de ruimte is dan ook de belangrijkste factor voor het verkrygen van al deze eigenschappen. De oppervlakte van het plein be draagt niet minder dan 31.500 vier kante meter. De lengte is 450 meter en de breedte zeventig. Wethouder Jongeleen zei, dat er allerminst met ruimte is „gesmeten'. Men is niet uitgegaan van de grootte van het plein, maar van de behoefte van het verkeer. En doordat die behoefte niet gering is, moet het nieuwe plein wel sterk afsteken tegenover het oude, dat bepaald niet meer aan de eisen voldeed. Zo komt bet, dat toch elke plaats van het plein is benut. Het geheel is voornaam en harmonisch Beestenmarkt vrij... De Morssingel zal er in de toe komst heel anders gaan uitzien. De graskant wordt versmald en het zal ook wel nodig blijken, de voor tuintjes by de huizen op te ruimen. Want deze singel wordt de ver binding tussen de stad (Steen straat) en het viaduct aan de Ge vangenlaan, dat voert naar de rijksweg AmsterdamDen Haag. Het verkeer passeert dan de linker verkeerslus van het stationsplein, die komt te liggen op het op de foto goed zichtbare lege ter, (achter de lantaarnpalen). Op de achtergrond de huidige perrons. Foto N. van der Horst. N.Z.H.-kantoren naar Stationsplein Naar wij vernemen, bestaat bij de Noord-Zuidhollandse vervoer maatschappij het voornemen, om de kantoren bij de remise aan de overzijde van de spoorbaan Rijnsburgerweg te verplaatsen naar het Stationsplein, waar, aan de linkerkant van het station, een dienstgebouwde zal worden ge zet. De oude gebouwen zouden na verloop van tijd worden ge sloopt. De remise echter blijft dan bestaan voor de bussen, die in de toekomst in Leiden gaan rijden (ter vervanging vcm de trams 1). Op de plaats van de huidige kantoren is in het plan het voorplein voor deze remise geprojecteerd. Want de N.Z.H. moet haar tegenwoordige tuin offeren ten behoeve van de nieuwe verbinding tussen Sta tionsweg en Rijnsburgerweg. Lei den behoeft er dus niet aan te twijfelen, dat de trams eens uit de stad zullen verdwijnen. van zijn standplaatsn voor twaalf tax: Het trottoir by het station is zeer rui: Zetten wy onze wandeling naar links voort, dan komen we bij het terrein voor de bussen. Er zyn hier achttien wachtplaatsen voor de reizigers gepro jecteerd. Zij hebben een breedte drie meter en een lengte van 24 meter. Bij elk wachtplaats kunnen zonder be zwaar twee grote bussen parkeren, zodat er plaats is voor niet minder dan 36 bus sen. De „heuvels" liggen schuin op het plein; dit heeft men ook gedaan om de voorgestelde lengte (van 24 meter dus) te kunnen handhaven De vraag, of hier straks wel 36 bussen zullen parkeren, is spoedig beantwoord. De wethouder vertelde, dat, zo gauw het stationsplein klaar Is. de bussen alle van de Beesten markt zullen verdwijnen en by het station hun standplaats vinden. De Beestenmarkt wordt te vol. En af gezien van dat is het geen overbo dige luxe, dat Leiden er wat par keerruimte voor andere voertuigen by krygt. Vooral op Vrydag, als er veemarkt is en tientallen auto's op de Beestenmarkt een plaatsje zoe ken, is de situatie allesbehalve prettig. Bezuiniging Rechts van het stationsgebouw vindt en een ruime plaats voor ongeveer 20 particuliere auto's. En wat de fietsen aangaat, die kan men kwijt in de kelder onder het station, waar niet minder dan tweeduizend fietsen kunnen worden ge borgen. De ingang van deze kelder be vindt zich ook aan de rechterkant van het gebouw. Tussen twee haakjes: de fietsers zyn alleen op deze kelder aangewezen. Het heeft aanvankelijk in de bedoeling gele- ook by het Tcrweepark een fiet senbergplaats te bouwen voor de reizi gers uit de richting Oegstgeest, maar uit bezuinigingsoverwegingen heeft men deze bouw afgezien. De heer Jonge leen kon dit niet betreuren, omdat de paciteit van de grote bergplaats n voldoende is. Trams De trams uit Oegstgeest, die hun eind punt by het station hebben, stoppen vlak het stationsgebouw. Daar is grote vluchtheuvel, waarin een oversteek plaats uitmondt, die aan de ene kant voert naar het station en aan de andere kant naar het trottoir, waaraan het ge bouw van de Kamer van Koophandel staat. Hebben de passagiers de tram laten, dan rijdt deze door, „neemt" de linker ronding op het stationsplein stopt dan tegenover de parkeerplaats voor de bussen. De tram stopt hier niet om reizigers in te laten, maar oir wachten op het ogenblik van vertrek. Is dit er, dan rydt zy naar de vluchtheuvel tegenover het station om de passagiers op te nemen. Via de tunnel komt ze weer op de Rynsburgerweg. De blauwe tram uit de richting Den Haag stopt voor het gebouw van de Ka mer van Koophandel om de reizigers uit te laten. Vervolgens trekt de tram op naar links, draait op de verkeerslus er stopt, evenals die uit de richting Oegst geest, by de grote tramwachtplaats, te genover het bussenstation. De tramreizi gers, die naar Den Haag moeten, wach ten hier niet, maar by de halte Kamer van Koophandel. Als de tram moet ver trekken, stopt zij dus eerst by dit punt. Sprekend over de trams op het Sta tionsplein. stelden wy de heer Jon geleen nog een netelige vraag, name- P.T.T. wijzigt plannen Van de zijde van de P.T.T. deel de men ons mee, dat het aanvan kelijke plan, om tegen het nieuwe station een nieuw postkantoor te doen houwen, definitief van de baan is. Het voornemen om in Leiden belangrijke voorzieningen te treffen heeft daarmee echter niet afgedaan. In welke richting de plannen zich nu bewegen, kon men ons nog niet meedelen. Wel verklaarde men ons, dat zal wor den bekeken wat met het oude gebouw aan de Breestraat kan worden gedaan. Ook plantsoenendienst een taak Ook de gemeentelyke plantsoenen dienst heeft een taak by de aanleg van het stationsplein. Die taak is niet zo heel groot, maar toch belangrijk, want het groen zal de prettige sfeer by het station wel bevorderen. Op alle trot toirs komen bomen, die passen in dit straatbeeld. Op enkele plaatsen zal een brede groenstrook worden aangelegd. Het talud en de rondingen worden van lage heesters voorzien. lUk deze: 'ioe het nu met de gele tram gaat in de toekomst. Het hele tramwezen Is in onze stad een groot probleem, waaraan we schynbaar niet kunnen ontkomen. In hoeveel steden immers zyn de trams al lang niet door bussen vervangen. De gele tram maakt zeker een groot deel van dit vraagstuk uit. Is die eenmaal uit de stad. dan f- er al veel gewonnen. Per slot van rekening kan op de Breestraat beter een tram ryden dan op de drukke en nauwe Haarlemmer straat met haar vel zystraatjes. De wethouder verklaarde, dat hy Jam mer genoeg op dit ogenblik geen nauwkeurige mededelingen daarover kon doen. „Omdat we nog steeds met de directie van de gele in onderhan deling zyn. Ik hoop. dat deze onder handelingen in het belang van de gemeente Leiden goede resultaten zullen afwerpen". Belangryk is in ieder geval, dat het gemeentebestuur de stryd nog niet heeft opgegeven, dat het diligent biyft om de gele slang uit de stad te verwyderen. Er is inderdaad nog een soort contract, dat de tram toestaat nog enige jaren de stad onveilig te maken. Maar wy vragen ons toch af, of dat contract, terwyi er essentiële belangen op het spel staan, maar moet worden gehandhaafd. Het papier is opgemaakt in een tyd, waarin men deze tyd biykbaar niet heeft kunnen overzien. Het is U hopen, dat de gele tram straks ook van de aantrekke- Ujke situatie op het nieuwe stations plein gebruik zal maken. En zy een vorm weet te vinden, waarmee ook haar commerciële belangen gediend zyn. Overigens hebben wy de indruk gekre gen. dat het gemeentebestuur het we) ideaal zou vinden, als alle trams uit de stad zouden verdwynen, dus ook blauwe. Nadere gegevens hierover ont breken nog. Wellicht zou met de stads trams een begin kunnen worden gemaakt. viaduct aan de Gevangenlaan. Hier komt immers de weg, die aansluiting geeft op de ryk'weg Amsterdam Den Haag. De singel zoals hy nu la. kan niet als „verkeersader" function- neren, zodat er wel een en ander aan gebeuren moet. In de eerste plaats wordt de graskant smaller en verder zal het toch ook nodig biyken de voortuintjes te doen sneuvelen. Veiligheid De doorsnede van het stationsplein ziet er als volgt ait (van bebouwing tot aan de nieuwe spoorbaan): bebouwing trottoir parkeerplaats voor auto's (be stemd voor bebouwing) ryweg van zeven meter breedte trambaan geflan keerd door „tramtrottoirs" ryweg van zeven meter breedte middentrottoir autobusstation trottoir hoge baan. Het autobusstation heeft een breedte van ongeveer dertig meter; het middentrot toir er vóór een breedte van 1.15 meter. Voor de bebouwingen is steeds 'n breedte in vyftien meter uitgetrokken. Voorts is het plein in ruime mate van oversteekplaatsen voorzien, die de vei ligheid voor de voetgangers bevorderen. De samenstelling van het geheel maakt trouw gebruik van deze plaatsen noodzakelyk. Wegen en bruggen Het leven op het stationsplein zal zich bewegen tussen twee rondingen. De eer ste verkeerslus ligt tegenover de viaduct de Rynsburgerweg, de tweede lus tegenover het kunstwerk aan de Gevan genlaan. Deze rondingen zyn ook voor de s van groot belang, want het is nu meer nodig, dat deze rangeren. In de ronding Gevangenlaan komen vier verkeersstromen uit: stationsplein. Mors singel (van de zyde van de Steenstraat), Morssingel (zyde Morsweg) en verbin dingsweg rijksweg Amsterdam-den Haag de stad. Hoogbouw Aan de bebouwing van het stations plein zal ook de nodige aandacht worden besteed. De heer Jongeleen kon alleen zeggen, dat er hoogbouw moet komen. Panden met een goothoogte van tien tot twaalf meter. Van een andere zyde ver namen wy, dat de vestiging van nieuw postkantoor in deze omgeving al lerminst vast staat. Vrij regelmatig ko men er by het gemeentebestuur aa gen binnen voor vestiging aan het plein. Elke aanvrage wordt nauwkeurig onder de loupe genomen. Het gaat om di tree van de stad. Die moet een zekere indruk maken. Een grote strook bebouwing vindt op de tekening beneden, tussen de Sta tionsweg en de linker verkeerslus. Ach ter deze bebouwing geheel beneden is een groot parkeerterrein geprojecteerd (tussen Stationsweg, Stationsplein en Morssingel). De grootte van dit terrein bedraagt 160 200 vierkante meter. De toegang tot deze plaats bevindt zich in de bebouwing aan het plein, waar onderdoorgang wordt geconstrueerd. De uitgang is aan de Morssingel. Leiden dus in de toekomst niet meer over tekort aan parkeerruimte hebben te kla gen. Hier kunnen ook enige tientallen auto's staan. Vermeld dient verder nog, dat de toren van de Leidse duinwater- maatschappy zal worden afgebroken. V.V.V. weer naar het station De ervaring heeft geleerd, dat een inlichtingenbureau van de dienst voor vreemdelingenverkeer bij een station gevestigd moet zijn, wil het door het publiek in voldoende mate gebruikt worden. De conclusie van de heer Visser, directeur van de afdeling Leiden van de vereniging voor vreemde lingenverkeer, is, dat het V.V.V. - centrum, nu bij het museum voor Volkenkunde aan de Steenstraat, niet die aftrek heeft, die het vroe ger had, toen het by het station was gevestigd. „De reizigers zien V.V.V. niet meer. En zij moeten het zien, voordat ze 't gebruiken". Vandaar dat er reeds besprekin gen zijn gevoerd om het kantoor van de V.V.V. weer naar het sta tion te verplaatsen. De kans is groot, dat dit lukt. Het zou komen links van de ingang van het nieuwe station in een dienstge bouwde van de N.Z.H.V.M. Geen eigen gebouwtje dus, maar dat bezwaar is zeker niet doorslag gevend. In de ronding vóór de viaduct aan d* Rynsburgerweg mondt de weg uit, dl* over het Schuttersveld zal worden aan gelegd en ten behoeve waarvan een nieuwe brug over de Rynsburgerslngel by de molen De Valk zal worden ge bouwd. De huidige brug wordt dan af gebroken. Geheel rechts is de weg ont worpen. die aansluit op de weg van Oude Wetering naar Leiden. Zoals al op gemerkt moeten hiervoor een brug over de Zyi en een brug over de Haarlemmer vaart worden gebouwd. Aangezien dit all-s nog tot de bekend* toekomstmuziek behoort, heeft het wei nig zin er op dit ogenblik nader op in t* gaan Het is wèl duidelyk. dat het L«ida* stationsplein het centrum van een voor aanstaand verkeersgebied wordt

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1952 | | pagina 3