Scheveningen kreeg de primeur
van Marconi's seinsysteem
Belevenissen om de Hoge Schole
Katwijkse kapiteins zeilden
ter koopvaardij
Hoe de president van de Ver.
Staten wordt gekozen
NIEUWE LEIDSCHE COURANT
3
WOENSDAG 23 APRIL 1952
Met Bowientje naar het
pijpisten-college
En omdat Bowientje altijd gevonden
heeft, dat mannen-ond.er-elk.aar veel ge
zelliger zijn dan vrouwen-onder-elkaar,
nodigde ik haar gisteravond uit met me
mee te gaan naar de wedstrijd pijproken,
die in het gezellige clubhuis van d<
speeltuinvereniging „Westerkwartier'
gehouden werd.
En zo zaten we dan om goed 8 uur li
een zaaltje met een stuk of dertig man
nen en warempel ook nog een tiental
vrouwen.
„Gunstl", zei Bowientje, „het lijkt wel
gemeenteraadsvergadering. Daar hebbie
de burgemeester ....daag, burgemees
ter!.... ik zeg, daar hebbie de burge
meester, het raadslid Lardee en jullie!"
Die .jullie", dat waren dan enkele
eourantiers, waaronder ik mezelf, zoals
ge weet, ook reken.
Wel, Bowientje ging ereis echt gezellig
hij zitten, om te genieten van al die pijp
rokende mannen. De gouwenaars lagen
klaar. En naast iedere gouwenaar een
frutsje tabak.
Drie-drietiende gram", zei Bowientje.
Bowientje heeft alle berichten over de
Purmerendse opa Klijzing, die, zoals ge
weet wereldkampioen pijproken i
vorige week een Michiganse collega met
tachtig pijplengtes verslagen heeft, ik
zeg: Bowientje heeft alle berichten
die krasse opa Klijzing haarfijn gespeld.
Vandaar dat ze precies de hoeveelheid
tabak kon opnoemen, waarmee een pijp
diende gestopt te worden.
Er waren veel sprekers, die avond.
Maar vanwege de reclame, mag ik maar
enkelen bij name noemen. In de eerste
plaats meneer Lardee, de voorzitter van
het pijprokers-college, die warme woor
den van welkom uitdeelde.
„En nou komt Frangois Henri", zei
Bowientje. En daarmee bedoelde ze
burgemeester. Francois Henri ligt me
makkelijker in de mond", zei se. Boven
dien zei ze het alleen maar tegen mij.
Leidens eerste burger gaf een kort
overzicht weg van de betekenis des pijps
in t algemeen en daarna voor hem en
zijn zenuwen in 't bijzonder. „Wat praat
hij gezellig", zei Bowientje. „Hij rookt
vast en zeker óók pijp". Nou ja, de bur
gemeester was alsmaar bezig lofliederen
te zingen op de pijp, zodat deze conclu
sie nou niet direct zo héél erg knap was.
Toen kwam er nog een meneer, die
een bepaald soort pijp aanbeval. En aan
bood ook nog. Aan de burgemeester, die
er onmiddellijk flink in blies, om te kij
ken of hij niet verstopt was. „Dank u
zeer", zei de burgemeester, en toen
kwam er een andere meneer, die vertel
de dat er in Nederland een heel goed
soort tabak verkocht wordt. Maar ik zeg
lekr niet wélk soort, want dan wordt
het weer reclame. En dan worden die
andere tabakkers weer boos. En wat heb
je aan al die herrie?
En toen werden de pijpen aangesto
ken. Lange Goudse pijpen. Iedere deel
nemer kreeg twee, lucifers, en daarmee
moest hij binnen dertig seconden de pijp
brandende maken.
Nu zult ge zeggen: „Waarom dit kos
telijke papier verknoeid aan die tabaks-
branderij?"
Wel, een Amerikaan heeft eens in het
deftige en geleerde congres in Washing
ton met bewogen stem uitgeroepen:
„Mijne heren, wat dit land ontbreekt, is
een goede vijf-cents-sigaar!"
Kijk, dit zegt wel iets. Een goede vijf
cents-sigaar. Met andere woordengoede
tabak, die tevreden rokers maakt, is on
misbaar voor een larid.
Mijne hoorders! De grote zeventiende-
eeuwse Franse dichter Corneille heeft
eens gezegd: „Wat arlstoteles en zijn
waardige aanhangers ook mogen zeg
gen, de tabak is góddeljjker is
niets, dat er bij haalt!" En daarmee
Wilde hij zeggen: we kunnen over aller
lei dingen filosoferen, één ding is een
feit: tabak is.... enfin, vult u maar in.
Bij alle ronde-tafel-conferenties moest
veel meer gerookt worden. Malik en
Eden en al die andere kerels, die het
lot van de wereld bespreken, moesten
hele koffers pijpen en grote balen tabak
meeslepen naar de conferenties,
gezellige dikke rookwolken uitstoten
en kringetjes naar elkaar blazen
en elkaar een vuurtje geven en al die
gezellige dingen doen, die bij het pijp
roken te pas komen, en ge zoudt eens
zien, dat het ijzeren gordijn binnen een
week werd opgehaald wat zeg ik: af
gebroken dat de Atlantische Unie
een overbodig iets werd en de Uno
slechts een kostbare en overbodige hoe
wel goedbedoelde instelling.
Bowientje was van diezelfde gedach
ten, want behaaglijk zuchtend keer zt
naar al die dampende kerels, die verge
noegd door de rookwolken naar elkaar
zaten te gluren. „D'r zit geen kwaad b\i"
zei ze. En of ze nu bedoelde bij die rook-
sport of bij die smokende mannen, ih
weet het niet, maar ze had schoon gelijk.
Opa Menger, de oudste deelnemer,
met niet minder dan tachtig lentes ach
ter zijn kaarsrechte rug, zat stevig in
stoel geplant, en had al dadelijk het
uiterlijk van een zware concurrent voor
opa Klijzing.
En ik moest opeens denken aan
kennis van me, die een termijn of wat
van z'n belasting achter was en de ont
vanger onmoette terwijl hij die kennis
van me doodleuk achter een borreltje
zat. De ontvanger keek schuin naar 'i
glaasje, en zei: ,Je kon beter je belas
ting betalen!" En toen zei die kennis
van me: Daar ben ik druk mee bezig'."
Voelt u wel? Daar dacht ik aan, toen ik
gisteravond al die mannen zag zitten
roken. Ze waren allemaal aan 't belas
ting betalen, want meneer Lieftinck
ik bedoel onze minister van financiën,
want ik maak geen reclame voor een
tabaksfabrikant ik zeg: minister Lief
tinck vindt het wel prettig, dat Neder-
Negentien-jarige won de
pijprokerswedstrijd
Er waren 22 deelnemers.
Eerste prijs: de 19-jarige B. Hemerik
uit Zöeterwoude, 83 min, 7 sec.; hij kreeg
de wisselbeker.
Tweede: P. C. van Houten uit Leiden;
79»min.: prijs: pijp plus half pond tabak
van de burgemeester.
Derde: J. Weima uit Zoeterwoude,
65.30; tabakspot.
Vierde: J. Zonneveld; uit Leiden, 62.55;
pijp-
Vijfde: J. Bronsgeest uit Leiden, 60.03;
Pijp.
Zesde: J. van Kampen uit Leiden,
59,30; pak tabak.
Voorts kregen alle deelnemers een
plastic tabaksétui, aangeboden door een
tabaksfirma.
De wisselbeker wordt eigendom, -wan
neer hij drie maal achtereen gewonnen
wordt, of vijf maal totaal.
Uit de aanwezigen kwam het voorstel
om elk half jaar een dergelijke wedstrijd
te houden; dus een pijprokersclub op te
richten. Voor deze „trainingsclub" gaven
zich al 15 personen op.
Een halve eeuw geleden
Nederlands zakenman probeerde monopolie
te verkrijgen
(Van een onzer verslaggevers)
Een halve eeuw geleden, om precies te zijn op 25 April 1902, had aar
kust voor Seheveningen een merkwaardige proefneming plaats. Aan het
einde van het Wilhelminawandelhoofd was een zendstationnetje gebouwd,
erg provisorisch overigens, dat zou proberen contact te krijgen met het
pantserschip Van Evertsen, dat enkele honderden meters uit de kust lag.
In het licht van de tegenwoordige radio-telegrafische prestaties gezien,
was deze proef wat kinderlijk van opzet, maar men dient niet te vergeten,
dat Marconi, de beroemde uitvinder, op dat tijdstip pas een jaar of zes
bezig was.
Met praten in de huiselijke kring
dient U het Wettig Gezag niet. Steun
daadwerkelijk door toe te treden tot
de reserve-gemeente-politie.
land zoveel dampende mannen (en vrou
wen) heeft.
Purmerend, Leiden en nog vele andere
plaatsen hebben nu een rookcollege.
Waarom, zo vraag ik me af, kan er geen
Internationale Pijprokers Bond worden
opgericht? Alleen toegankelijk voor mi-
isters van buitenlandse zaken.
En Joe Stalin voorzitter.
Over de proefneming zelf is prac-
tisdh niets bekend. Er zijn. ook geen
foto's van genomen, al schijnt er t
aantal autoriteiten bij tegenwoordig
zijn geweest Wel werpt zij een vreemd
licht op de manipulaties van een zekere
heer A. Weiss, indertijd directeui
een Indische handel- en culturele
schappij. Deze meneer Weiss, die direct
het enorme belang van de telegrafie had
ingezien, was reeds lang bezig van het
toenmalige Gouvernement in Indië het
monopolie voor telegrafisch verkeer
verkrijgen in dit eilandenrijk. Toen hem
dat niet erg lukte, haalde hij de boven
genoemde „stunt" uit, waarvoor hij
stemming kreeg van het ministerie
Marine. Om echter de verontwaardi
ging te begrijpen, die zich naderhand'
van de verantwoordelijke autoriteiten
meester maakte, moeten wij nog
melden, dat Weiss zich later ontpopte
als een vertegenwoordiger van de Mar-
conimaatschappij. Deze maatschappij
streefde n.L naar het wereldmonopolie.
Geen enkel schip, dat een Marconi-
6ysteem aan boord had, was het ver
oorloofd te corresponderen met radio
stations, die niet van deze maatschappij
waren. Nederland wilde zich daarvan
niets aantrekken, getuige de in 1904
totstandgekomen Telefoon- en tele-
graaifiwet. Zelfs de Holland—Amerika-
Lijn mocht niet in contact treden mei
radio-Scheveningen. Dat dit een beetje
al te gortig was, spreekt vanzelf e
1905. toen de Nieuw-Amsterdam afge
bouwd was, kon men pas met het va
derland via radio-Scheveningen corres
ponderen. Weiss, wiens rol daarbij dui
delijk aan het licht was getreden, werd
natuurlijk een concessie geweigerd.
Bovendien had Weiss onaangenaam
heden gekregen met een Brusselse maat
schappij, die het alleenrecht van de
Marconimaatschappij had verkregen!
voor alle Europese landen, plus hun
bezittingén en koloniën.
Later probeerde hij het toch weer
een keer, door op de Overtoom te Am
sterdam een station op te richten, waar
mee hij correspondeerde o.a. met En
geland. Helemaal een eind kwam ei
aan de onoverzichtelijke situatie, toen
in. 1906 in Berlijn een internationaal
verdrag werd aanvaard, waarbij elk
[and practiscfli kon doen en laten wat
het wilde.
Vreemd is intussen wel, dat aa
proefneming op Scheveningen zo weinig
aandacht is besteed ook niet door de
dagbladen in die tijd. Een feit is echter,
dat van meneer Weiss niet veel meer
gehoord werd en dat de Marconimaat
schappij daardoor, gelukkig, geen voet
aan de (Nederlandse) grond kreeg.
GEEN KWAST IS VEILIG
voor Baron de Kwasterover
Wonderlijk, hoe snel Verf Van
Vettewinkel een huis tot een
ander huis maakt! En een mens
tot een ander méns! Neem het
geruchtmakende geval-Lamarotte.
Moeizaam neergeschreven door Baerend Bartelsz
Toen ik enkele dagen ge
leden, zijnde de derde Juli
van het jaar 1692, over de
Breestraat liep, hoorde ik
omtrent de blauwe steen
veel rumoert.
Zoals ge weet, dient
voormelde steen orn hen,
die zich vergrepen hebben
tegen de goede orde en het
recht, aldaar aan den volke
getoond, mitsgaders ge
straft te worden. Dezè blau
we steen bevindt zich daar,
waar de Lange Pieterskerk-
koorsteeg en de Maarsman-
steeg op de Breestraat uit
lopen. Op deze plek, die het
midden der stad is, ont
moeten elkaar de vier wind
streken.
In vroeger tijden werden
op deze plaats eveneens
doodvonnissen voltrokken,
doch thans worden boeven en
diergelijken aldaar aan den
lijve gestraft en aan de kaak
gesteld, tot schrikwekkend
voorbeeld voor anderen. Het
is u bekend dat de zwaarste
straf, zijnde de doodstraf, ten
uitvoer gebracht wordt bui
ten de Morspoort, alwaar de
naam „Het Galgenveld" voor
zichzelf spreekt.
Maar laat ik tot mijn ver
haal terugkeren.
Ik was een kort bezoek
wezen brengen bij mijnen
neef Volbrecht Diercksz, die
met hevige flerezijn sinds
vele weken te bed ligt, en
keerde juist langs het Kort
Rapenburg en de Breestraat
huiswaarts, toen ik enen
groten oploop zag, omtrent
de plaats waar zich de blau
we steen bevindt.
Ik spoedde mij derwaarts,
menende weder te doen te
hebben met een of andere
studentengrap of -twist,
welk laatste feit zich helaas
maar al te veel voordoet,
en zag toen de oorzaak van
het groot rumoer.
Om de blauwe steen ston
den zeker wel honderd men
sen, waarvan inderdaad ve
len student waren. Doch de
ware oorzaak van deze men
senmenigte was degene, die
op de blauwe steen tentoon
gesteld stond.
Het was de bekende Wou
ter Stevensz., die naar het
zeggen van den Schout, voor
galg en rad opgroeit.
Wouter Stevensz., die in
een klein vervallen huisje
op de Voldersgracht woont,
staat binnen zowel als bui
ten de stad bekend als een
gauwdief. Reeds menigmaal
is hij,door de rakkers opge
bracht vanwege zijne misda
den. Laatst nog stal hij drie
sinds enkele jaren naar deze
gewesten is overgewaaid,
maar dat velen, zoals even
eens onze stadsregering, deze
klederdracht niet oorbaar
vinden. Nu tracht men de
rok op deze wijze belache
lijk te maken, in de hoop,
dat voortaan een ieder, die
zulk een kleed draagt, zich
zelf voelt en beschouwd
wordt als een dief! Maar on
ze vroede stadsregering zal
zich vergissen! Steeds meer
komt de Japanse rok in
zwang en Ik moet u zeggen,
dat ik zelf vorige week bij
IX. De Japanse rok
kippen van de markt, zijnde
het wettig eigendom van
boer Louwsz. uit Zoeter
woude.
Dat hij ook thans weer
aan de kaak gesteld werd,
mocht niet zulk ene grote
verwondering veroorzaken.
En het was ook niet hierom,
dat zulk ene grote menigte
zich om hem heen verzameld
had. De oorzaak van de gro
te belangstelling, die hij trok,
was gelegen in de kledij,
waarin hij te pronk stond.
Hij was namelijk gekleed in
ene kamerjapon van bleu-
merant satijn, welke hem
tot zijn voeten viel. Verders
droeg hij witte kousen en
rode muiltjes, welke dracht
hem meer dan zot stond.
„Waarom heeft men hem
zo wonderlijk toegetakeld",
zo vroeg ik aan een der stu
denten, die zich het dichtst
bij mij bevond.
De jonkman keek mij
lachend aan.
„Wel", zo zeide hij, „dat
laat zich nogal gemakkelijk
raden! Gij ziet hier onzen
Wouter gekleed zoals thans
vele studenten gekleed
gaan: in ene Japanse rok.
Gij weet, dat deze mode
meester Lugtenburg in de
Vrouwensteeg een dergelijke
rok besteld heb. Noch be
spotting van de burgerij
noch de afkeuring van het
stadsbestuur kan ons belet
ten te dragen wat ons be
lieft. Wij leven, Gode zij
dank, in een vrij land!"
Wat deze jonkman mij
vertelde was geheel waar.
Sinds geruimen tijd had
deze Japanse rok zijn intre
de gedaan.
Het waren de studenten,
die er mede begonnen.
Eerst droegen zij de rok al
leen, wanneer zij op hunne
kamer waren. Doch na kor
ten tijd begaf men er zich
tevens mee op straat Ja,
men toog er mee naar colle-
gie en ontzag zich zelfs niet
deze verwijfde kledij te dra
gen, wanneer men ter kerke
toog. Menig student is door
de brave burgers uitge
jouwd, omdat zij de rok niet
oorbaar achtten voor enen
welgeschapen man. Ook do
minee Ten Braek mocht er
zo treffend over komen te
preken en noemde de rok
een „luirok", „een laffe,
weke jonkerjapon" en „een
japon voor melksmuilen".
En thans is het reeds zo
ver gekomen dat eerbare
burgers zich niet ontzien zich
op straat in deze verfoei
lijke kleren te tonen. En ik
moet eerlijk zeggen, dat het
mij evenmin zint. De kamer
japon is doorgaans van zeer
fijne stof, die door genen
waarlijken man pleegt, ge
dragen te worden. Hij is van
voren vastgeregen als een
keurslijf en wordt gedragen
zonder broek. De benen
behoren gestoken te zijn in
witte kousen en aan de voe
ten draagt men rode muil
tjes, die mijns erachtens niet
aan mannenvoeten behoren.
„Kijk daar eens!" riep
voorzeide student, terwijl
hij me aanstootte. „Daar
komt sinjeur Swanenburgh,
en hij draagt eveneens zijn
Japanse rok!"
Onder groot gelach begaf
deze aanzienlijke heer, die
een neef is van een onzer
voormalige burgemeesters,
zich naar den kring omstan
ders, om zich op de hoogte
te stellen van het rumoer en
de oploop.
„Gij ziet het, sinjeur Swa
nenburgh!" riep een over
moedige student, en hij wees
op het bord, dat zich aan de
borst van Wouter bevond.
Daarop stond geschreven:
hKijk, burger, kijk op
Uw gemak!
Ge ziet het boefjen in
zijn boevenpak!"
Sinjeur Swanenburgh
lachte van ganser harte en,
terwijl hij weder uit de
kring trad, zeide hij: „Ik
moet zeggen, dat het boeven
pak mij goed bevalt!"
Neen, wanneer gij het mij
vraagt, geloof ik niet, dat
men den burgrer kan afleren
de Japanse rok te dragen.
Maar ik vraag m\j wèl in
ootmoed af, waarheen wij
gaan, dat de man zich zoda
nig kan vernederen, dat hij
in vrouwelijke kleren zon
der schaamte rondloopt!
De suikertante
op visite
Nauwelijks hadden de schilders,
het eerste kleurye opgezet (oud
rabarber-rood in de torenkamer)
of de kwasten raakten op geheim
zinnige wijze zoek. Tenslotte vond
men ze op zolder, waar de baron
het vergeelde familiearchief een
beurt zat te geven onder de
strijdkreet: „De kwast er overl"
r Sindsdien heet hij
J in de schilders-
mond Baroa de
Kwasterover en zij
stoppen hun kwas
ten weg. Zo is er in
iedere familie wat.
T>e kwast erover/
Minister Beel voor de radio
Oproep tot steun aan de
Stichting 1940-1945
De minister van Binnenlandse Zaken,
dr Beel, houdit Maandagavond van,
voor acht tot acht uur een radiotoespraak
om de inzameling voor de Stichting 1940
1945 in te leiden. De collecte begint
Maandag en zal tot 11 Mei duren.
De stichting moet ddt jaar aan
zetsslacbtoffers tenminste f2,5 millioen
uitkeren. Het rijk verstrekt dan nog f9
millioen. Het Nederlandse volk heeft
vorig jaar f 1,3 millioen bijeen gebracht,
ln 1950 rond f2 millioen, in 1949 onge
veer f2,1 millioen en in 1948 omstreeks
f2,6 millioen.
Vreemde vogels vliegen
naar Avifauna
De K.L.M. zal in de komende weken
weer tal van vreemde vogels naar Neder
land vliegen. Uit Zuid-Amerika worden
rode ibissen, banaanvogels, dwerg-ara's,
Amazonepapegaaien, diverse reigersoor
ten, kolibri's en twintig pinguins aange
voerd; uit India zijn gewone en witte
kraanvogels, jaburi's, wolnek-ooievaars,
zwarte ibissen, goudspechten en enige
andere soorten vogels in aantocht. De
vier kraanvogels zijn met speciale
gunning van het ministerie van O., K.
en W. aangekocht. Deze vogels komen
ook in Europa voor en mogen niet an
ders, dan met toestemming, worden ge
houden. Alle vogels zijn bestemd vooi
Avifauna.
Sullen spekt de schatkist
Er moest weer een groot aantal over
treders van de verkeerswet niet min
der dan 166 terecht staan voor de
kantonrechter. Zij hadden o.a. geen
richting aangegeven, geen voorrang ver
leend enz. Het O.M. schreef de overtre
dingen toe aan onbekendheid met de
verkeersvoorschriften, niet op het ver
keer letten, rijden met defecte wagen,
of suffen achter het stuur. De boeten
varieerden van f20 tot f50.
Het zilveren N.U.V.A.-
jubileum
Op de bijeenkomst t.g.v. het 25-jarig
bestaan van de Ned. Unie van Accoun
tants, welke, zoals is gemeld. Zaterdag
middag om half drie in Hotel Wittebrug
wordt gehouden zullen spreken prof. dr
J. Waterink over: De mens in het ver-
trouwensberoep en prof. ir D. Dresden,
voorzitter van het curatorium van de
N.U.V.A. over: De bedrijfsaccountant en
technisch speurwerk.
Prinses Armgard woont
nu in Huize Warmelo
Naar we uit Diepenheim vernemen is
Prinses Armgard, de moeder van Prins
Bernhard, thans in Huize Warmelo
aldaar aangekomen om er definitief haar
intrek te nemen. Op het ogenblik moet
Prinses Armgard het bed houden, omdat
zij een zware kou heeft gevat.
Oud-Katwiik herleeft
II - Het geslacht Schaap
Wanneer wij over Katwijk en de koopvaardij schrijven, doemt aan het
einde der achttiende eeuw de naam op van het geslacht Schaap. In die
dagen woonde namelijk te Katwijk een zekere Aamrik Schaap. Zijn gezin
telde vier zonen, genaamd Cornelis, Maarte, Ary en Jacob, waarvan de
eerste drie allen hun sporen hebben nagelaten in de geschiedenis van de
Nederlandse koopvaardij.
Van Jacob weten we slechts, dat Fiér-
an Eduard Meerburg met de oprichting
in zijn rederij in 1823 hem van meet af
i dienst nam, en dat hij in 1833 schipper
werd op een vissersbom, die zijn broer
Maarte tezamen met Meerburg in Noord-
wijk voor hem aankocht en waarop hij
het eerste jaar met weinig zegen gevaren
heeft; tot in 1841 vinden wij hem
meld als schipper van deze bom „De
Vereniging".
Ook Cornelis Schaap, die in 1769
geboren klaarblijkelijk de oudste der
gebroeders was, is zijn zeemansloopbaan
begonnen bij de visserij. Zo zien we hem
1794 als schipper op een bom van de
reder Jacob Spaanderman reeds ter vis
serij varen en in October van het volgend
jaar vaart hij op dezelfde bom van
Spaanderman ter koopvaardij onder neu
trale Pruisische vlag. Op deze wijze leert
hij diverse Engelse havens kennen. Dat
deze koopvaart onder de toen heersende
omstandigheden oorlog tussen de Ba
taafse Republiek en Groot-Brittannië
echter niet zander gevaar was, worden
wij gewaar uit zijn ervaringen in het
jaar 1798, waarvan zijn broer Maarte in
zijn dagboek getuigt:
„Wij kwamen af dwars voor)
Winterduijn; conterari wind zijnde
zeijlden agter voornoemde Gdlgezant
uit vrees voor de franse kapers om
daar gunstigen wind af te wagten en
dan na de Maas over te steeken.
Tegen de middag van den tweeden
Nederlands jeugd moet haar verant
woordelijkheid aandurven
Ir Posthumus over een verenigd Europa
Nu de urgentie van de eenwording van Europa sterk op de voorgrond
treedt, wil ik een beroep doen op-het gevoel van de jeugd, dat de toekomst
van het oude Europa ook haar na aan het hart ligt, aldus ir S. A. Posthu
mus in zijn onderwerp „Een verenigd Europa en de taak der jongeren". Hij
zei dit op een vergadering, die gisteravond in de Turk werd belegd door de
vereniging voor internationaal jeugdverkeer, in samenwerking met de be
weging van Europese federalisten, afdeling Leiden.
Van het ogenblik af, dat men critiek
heeft op de versplintering van Europa, zo
zeide spr., moet men de verantwoordelijk
heid durven dragen, aan die critiek te
gehoorzamen door te proberen het in een
andere richting te sturen. Nog maken
verschillende Europese staten elkaar ka
pot in de strijd om het eigen belang. Ai-
leen een samengaan op grond van le
vensverbondenheid zal Europa tot een
sterk en krachtig geheel kunnen maken.
Tijdens de oorlog hebben we iets van
de eenheid gezien, maar die eenheid was
het resultaat van het streven van een im
perialistisch, egocentrisch en misdadig
stelsel. Overal, waar dat het geval is, is
de gebrokenheid te verkiezen boven de
rust van de dictatuur, die tot slavernij
voert. Het is het doel van het federalisme
lot een sterk werkbare, algemeen
aanvaarde samenwerking te komen op
grondslag van de 'bewegingsvrijheid der
onderdelen.
Als men het ideaal van het verenigd
uropa heeft gezien, moet men het ook
aandurven, zich met de concrete vorm
geving daarvan bezig te houden. Ontloopt
men de politieke werkelijkheid, dan ver
zeilt men in het vlak van de idealist, die
zjjn concrete verantwoordelijkheid niet
kent. In de strijd voor deze eenwording
zal men op niet geringe weerstanden
Uitkering gemeentefonds
omhoog tot 145 pet
Minister Beel heeft aan de gemeenten
meegedeeld, dat de uitkeringen uit het
gemeentefonds dit jaar definitief 145 pet
van het basisbedrag zullen omvatten,
tegen slechts 135 pet in het afgelopen jaar.
In verband met deze verhoging zal ech
ter de voorgenomen na-uitkering
1950 niet doorgaan. Alleen wannee:
gemeenten in de loop van het jaar doos
onvoorziene omstandigheden ernstig wor
den belast, zullen de uitkeringen aan het
eind van het jaar opnieuw worden over
wogen. De rente die aan de gemeenten
wordt vergoed over de geblokkeerde gel
den uit het gemeentefonds, is met ingang
van 11 Maart verhoogd tot 4Va pet
Familieberichten uit
andere bladen
BEVALLEN: Mevr. Verhoelf-Nleuwland, z,
Otterdam.
OVERLEDEN: M Korporaal-Oomen. v. 60
j, Rotterdam: J Kruyne-Spoon. v. Delft; M
van Es-Frowein, v. Arnhem; L Spruit-SÏIk-
ervcer, m. 87 J, R'dam; C Oppenhelm-Pool.
68 j, R'dam: S J v d Maadenv. Santen,
77 j, Rotterdam.
stuiteh, die slechts geleidelijk overwon
nen kunnen worden.
Eén ding echter maant Europa tot
spoed en dat is de bedreigde situatie,
waarin het verkeert. De dreiging van
het Sowjet-imperialisme versnelt de ont
wikkeling, die stap voor stap dichter bij
het doel komt.
Ten slotte deed ir Posthumus een be
roep op de jeugd, die warm loopt voor
de Europese eenheid, om de jongeren, die
hiervoor nog niet enthousiast gemaakt
zijn, het besef bij te brengen, dat Europa
hun eigen zaak is.
Uw veel oudere buurman is lid van
de reserve-gemeente-politié. Kunt U
als jonge, flinke kerel achterblijven?
dag dat wij daar geahkert lagen,,
zijnde 28 April, kregen wij een ge-
wappen gewapende) Engels sloep
aan boort, van Jarmouit. De man
schappen sprongen over en zonder ies
te spreeken ligten ons anker en onder
zeijl bragten de bom voor de haven.
Daar zijnde wirt mijn broeder, die
schipper was, van boort gehaalt en
na lant gebragt. De manschappen van
de sloep zeijlen met de bom in de
haven en dadelijk met ken paart na
de stad gejaagt. In de stad 2ijnde
kreegen een wagter aan boort".
En zo duurde het niet lang, of ook da
bemanning verwisselde haar schip voor
een Engelse gevangenis en later voor een
interneringskamp te Normans Cross, waar
een ziekentrooster van Adm. de Winter s
bij Kijkduin verslagen vloot in het brood
huis de kerkdiensten leidde.
Intussen was uit het voorlopig onder
zoek gebleken, dat Cornelis Schaap en
zijn mannen deze overrompeling te dan
ken hadden aan.... een andere Kat
wijkse schipper, Jacob Hus, die voor de
zelfde reder voer, twee dagen eerder ge
nomen was en voor het Engelse tribunaal
door de mand gevallen was, en daar zijn
kameraad; Schaap verraden had in de
vervulde! verwachting hierdoor zelf
spoedig op vrije voeten te kunnen ko
men.... (Hus verklaarde namelijk, dat
het schip ondanks zijn Pruisische vlag
niet van Pruisen maar van Katwijk af
komstig was).
Eind September werd Cornelis met de
zijnen echter weer op vrije voeten ge
steld en aan boord van een bom van de
Noordwijker Leendert Smit keerde hij in
het vaderland behouden weer!
Het was daar, bij zijn aankomst te Rot
terdam, dat hij door bemiddeling van de
heer De Bie van De Bie en Hofman het
verzoek ontving, op een bom van de heer
an Hoboken te gaan varen. Met in
stemming van Spaanderman, zijn vorige
patroon, aanvaardde Cornelis Schaap het
aanbod en maakte op deze bom „Neptu
in de volgende drie jaren ondanks
de stremming van de vaart door de lan
ding der Engelsen en Russen in Noord-
Holland een zevental reizen, waarvan
sommige over grote omwegen, zoals in
1800, toen hij met zijn lading eerst bin
nendoor naar Emden moest sukkelen,
aleer hij goed en wel zee kon kiezen!
In het voorjaar van 1801 zeilde Cornelis
Schaap voor de laatste keer naar Kat
wijk aan Zee, met een procuratie van
zijn patroon om de „Neptunus" te verko
pen, daar ze te slecht geworden was om
koopmansgoederen te vervoeren. Nadat
hij hierin geslaagd was, reisde hij af naar
Sneek, waar voor hem een nieuw boter-
kofje, groot 30 last, op stapel stond, dat
„De Hoop" zou heten. Maar voor Corne
lis Schaap is „De Hoop" geen werkelijk
heid geworden, want toen het kofje
reeds te water gelaten was, en men bezig
er de laatste hand aan te leggen,
werd eerst Maarte ziek, en daarna zijn
broer, en wel „aan de kinderpokken". En
negen dagen overleed de 32-jarige
Cornelis Schaap, terwijl hij menselijker
wijs gesproken nog aan het begin stond
van zijn carrière als koopvaardijkapitein.
(Wordt vervolgd) W. A. Poort
Bovenstaande schematische voorstel
ling geeft een duidelijk beeld van de
Amerikaanse presidentsverkiezingen. Op
3 verschillende manleren worden de ge
delegeerden aangewezen. In 17 staten ge
schiedt dit ln algemene verkiezingen, zgn.
„primaries"; 28 andere staten wijzen de
candldaten aan in partij-conventies en
in 3 staten worden de gedelegeerden door
een commissie aangewezen. In Juli a.s.
zullen er van de Republikeinen en de
Democraten resp. 1205 en 1230 gedele
geerden bekend zijn. Deze stellen ln een
partij-conventie, welke in Chicago wordt
gehouden, ieder voor de eigen party da
officiële candidaat voor de presldent9-
zetel. Tenslotte wordt dan in November
van dit jaar door het gehele Amerikaan
se volk uit beide candidates de president
gekozen.