DE VROUW IN
het Nieuwe
Dr Huls (Herv.) en dr Hommes (Geref.)
komen tot soortgelijke visie
DE KE1K ran
Testament
Over Nieuw Guinea is men het
nog lang niet eens
Aan de heer J. de Raat werd
eervol ontslag verleend
Nog eens weer:
Hardegarijp
NIEUWE LEIDSCHE COURANT
4
DINSDAG 5 FEBRUARI 1952
Twee belangrijke studies
„Wy hebbên weer nodig een lange N.T. catalogus van vrou
wen, die arbeiden in het Evangelie" (Hommes),
Alles de Schrift vooraan pleit ervoor om in deze
materie tot een hernieuwde bezinning te komen waardoor
nodig, eeuwenjange vanzelfsprekendheden moeten worden aan
getast" (HulS).
Men schrijft ons:
HET IS WEL MERKWAARDIG, dat op één dag ons twee belangrijke stu
dies een van Gereformeerde en een van Hervormde zijde be
reikten, die elk zich bezighouden met plaats en dienst van de vrouw in de
kerk, en die elk tot conclusie komen van verrassende overeenstemming.
In beide werken wordt, na minitieus Schriftonderzoek, op grond van de
gegevens uit het Nieuwe Testament, volle ruimte gevraagd voor de ont
plooiing der vrouw in het gemeentelijk leven. Dr N. J. Hommes noemde
zijn geschrift „De Vrouw in de Kerk. Nieuw-Testamentische Perspectie
ven" 1). Dr Hulst het zijne „De dienst der Vrouw in de Kerk. Een onder
zoek naar de plaats der vrouw in een presbyteriale Kerkorde" 2). Terwijl
de laatste zijn werk heeft opgedragen „Aari de eerste Vrouw des lands",
deed dr Hommés dit „Aan de Christenvrouwen in Nederland".
Dr Huls heeft deze studie geschre
ven „speciaal met het oog op de mo
gelijkheden, die een presbyteriale Kerk
orde met name die der Ned. Herv.
Kerk aan het mededienen der vr
biedt". En hij doet dit in aansluiting
de oproep tot bezinning in het rapport
van de Generale Synode der Ned. Herv.
Kerk, om de tijd nabü te doén komen,
waarin de Kerk een verantwoorde be
slissing kan nemen.
De Geref. predikant opent na een in
leidend hoofdstuk met een schets
de stand van zaken in de Geref. Ker
ken. Hij betreurt het, dat de Synode
van 1949 de opdracht aan de betreffende
deputaten inzake onderzoek naar de taak
en plaats der vrouw jn de kerk opzet
telijk heeft wülen beperken tot de kwi
tie van het actief kiesrecht der vrouw,
en dan nog met de beperking van een
nieuw toetsen der in 1930 gebruikte ar
gumenten tegen het vrouwenkiesrecht.
Zodoende moeten dëputaten op een zo
mager front als het actieve kiesrecht
der vrouw opereren, terwijl een belang
rijke zaak als het al of niet openstel
len van de bijzondere ambten voor de
vrouw in andere Kerken reëds een
kwestie van grote actualiteit bulten
de gevraagde voorlichting blijft. De
schrijver (zelf deputaat in bedoelde
commissie) kan zich niet aan de indruk
ontworstelen, dat een zekere vrees voor
„nieuwigheid" ons kerkelijk leven hier
grotere parten speelt dan wenselijk is,
en stelt zichzelf dan ook de véél bredere
taak, het licht der Schrift te doen val
len op de kwestie inzake de al of niet
geoorloofdheid van het dienen dér vrouw
in kerkelijke ambten.
MEN ziet, er is ook een opvallende
parallellsme in de aanknoping aan de
actuele problematiek in de onderschei
den kerken.
De materie, door dr Huls behandeld,
is zeer omvangi'Jjk. Dat kan ook niét an
ders, want dit geschrift men zal zich
herinneren dat enige weken geleden uit
voerig in ons blad over de promotie
van de Goudse predikant is geschreven
diende in de eerste plaats om de
schrijver de doctorshoed te brengen.
Het feit dat de dissertatie thans als boek
verschijnt, wijst er op, dat de auteur
zich tot een bredere lezerskring heeft
menen ie moeten wenden, dan dié, welke
pleegt kennis te nemen van een theolo
gisch academisch proefschrift.
Dat is goed gezien. Deze studie dient
niet onder de korenmaat te blijven. On
getwijfeld zal in de eerste plaats de
theoloog van professie de studie ten vol
le kunnen „proeven", en voorts al de
genen die de veelvuldige confrontatie
met de grondtekst kunnen volgen. Maar
ook de andere gelovigen, die bij
Licht van Gods Woord zich willen
diepen in de problematiek rondom de
vrouw in de kerk, kunnen zich aangor
den tot de studie. Maar men zij er op
bedacht, dat de stof wél helder, doch
uiterst gecomprimeerd wordt aangebo
den. En dat hier en daar wel enige ken
nis van de Kerkordelijke kaart in de
Herv. Kerk wordt verondersteld.
TTET eerste deel geeft een overzicht
van de kerkelijke positie der vrouw
in de loop der eeuwen, waarbij de ge
gevens uit het Nieuwe Testament een
grote plaats innemen. Het tweede deel
bespreekt de diensten in het N.T.; het
„ambt" in de Refortnatie, en de dienst
Wel zeer belangwekkend en ontdek
kend is hetgeen gezegd wordt over het
„dienen" in het N.T. en het „cl
Dat noopt tot enige bezinning. Men vindt
hier de hoofdlijnen der Nieuw-Téstamen-
tische ontplooiing van het gemeentelijk
gemeenschapsleven. Daaraan ontleent de
schrijver de klem van zijn betoog, dat
er geen enkele principiële reden is, de
vrouw ook maar van één dienst uit te
sluiten, zelfs niet van hét predikambt.
Dr Huls vraagt de Ned. Herv. Kérk
zo volledig mogelijk kerkordelyk tot uit
drukking te brengen, dat Kerk-zijn is:
liohamelijk-van-Christus-zijn, waarbij al
le charismata als functies in dienst ge
steld worden. „Door het voorbeeld te
geven, dat zij de aan de vrouw geschon
ken charismata in geen enkel opzicht
minderwaardig acht aan die van de
man, maar volledig rekening houdt met
het bijbelse gegeven, dat Christus ze aan
man en vrouw schonk „tot opbouw van
het geheel", kan zij anderen de ogen
voor deze verrijking van het kerkelijk
leven openen."
T\E studie van dr Hommes is ingesteld
-L' op een nog ruimere lezerskring. Zij
vormt de uitwerking van en aanvulling
op zijn boeiende artikelenreeks in het
Gereformeerd Weekblad, die zozeer de
aandacht getrokken hééft en bij velen
de wens deed opkomen, de materie, die
nu bij tussenpozen en bij beetjes ter tafel
kwam, nog eens, breder uitgebouwd, in
zijn geheel te kunnen bestuderen. Maar
niet alleen zü, doch het gehele Geref.
volk mag deze Nieuw-Testamenticus en
zijn uitgever dankbaar zijn voor dit
werk.
Waar reeds eeuwenlang de argumen
tatie tot uitsluiting van alle ambtelijke
activiteit en nu nog zelfs van het ac
tieve kiesrecht van de vrouw geput werd
en wordt uit 1 Cor. 14 34, 35 en 1 Tim.
2 12, groepeert dr Hommes zjjn be
schouwingen juist rond deze teksten.
Maar hij behandelt ze niet als losse ci
taten buiten verband met de contekst,
doch laat ze hun plaats in het totale
beeld door alle belangrijke gegevens te
toetsen.
De ogenschijnlijke tegenstrijdigheden
bü Paulus (de vrouw mag wel profete
ren; en dan toch een zwtfggebod?) gaat
de auteur geenszins uit de weg. Hij zet
ér zich juist toe om de verschillende uit
spraken in hun volle betekenis recht te
doen wedervaren en te laten zien, dat
de „spanningen" slechts vermeend zijn.
En dat kan wel niet anders dan door
een directe benadering van de grondtekst
en een zo getrouw mogelijke weergave
daarvan. Mén proeft schrijvers grote lief
de tót het Grieks en zijn omvangrijke
kennis van de ouden, zonder dat het
boék ook maar énigszins aan leesbaar
heid voor de niét-gestudeerde inboet.
Vanuit de vaste wetenschap, dat de
Schrift niet kan strijden tegen Schrift,
worstelt hij met de stof. Een worsteling,
die voor de schrijver „een onzegbare be
vrijding is geweest en een wonderlijke
hérontdekking van het Nieuwe Testa
ment". Hij heeft onderkend, dat „eeuwen
aaneen sinds de Reformatie er geen in
nerlijke adhaesie was voor het niveau,
waarop het Nieuwe Testament de vrouw
plaatst". En de geschiedenis der exegese
laat zien, hoe moeilijk het dan is, een
bepaalde Schrift te verstaan. Hommes
spréékt in dit verband van een „narcose
der exegese" en van een „rookgordijn",
dat bedoelde teksten eeuwenlang heeft
omgeven.
'pERLOOPS zü opgemerkt dat dr Hom-
mes bü zün beschouwingen in ver
band met wat hü noemt „de subordina
tie der vrouw" echter nog niet geheel
losgekomen is van een al te traditionele
schriftbenadering, wat betreft het ka
rakter van de boven- en onderschikking
in het huwelük. Wü kunnen daar hier
niet uitvoerig op ingaan, maar moeten
toch wel zeggen, dat de belasting van
het autoriteitsmoment in het huwelük
met een accent van overheidsmacht (o.a.
blz. 39, 76) de goddelüke structuurwet
van het huwelük onder-belicht en daar
door juist dreigt te kleuren. En wy vra
gen ons af, of dit niet mede oorzaak is
geworden, dat de schrijver de vloek van
Gen. 3 16 als wet wil interpreteren.
De liefdevolle leiding van de man als
hoofd van het organisch geheel, waar-
by hy zich heeft te richten naar Chris
tus, Die als Hoofd de Behouder des li-
Chaams is, en Zich in Zyn liefde voor
Zyn gemeente heeft overgegeven, is gans
iets anders dan de heerschappü uit de
oordeelsaanzegging. En het respecterend
opzien tot en onderdanig zich schikken
naar de man aan de züde van de vrouw
is gans iets anders dan een gedreven
worden door begeerte. Het is juist een
normatieve activiteit, geen passiviteit.
Daarom wordt ook nooit tot de man ge
zegd, dat hy zün autoriteit moet hand
haven, maar aan de vrouw dat zy die
moet erkennen. Christus, voor Wien ge
sloten deuren geen obstakel zyn, laat
aan de gemeente Filadelphia schryven:
Zie, Ik sta aan de deur en klop. Indien
iemand myn stem zal horen en de deur
opendoen, Ik zal tot hem inkomen en Ik
zal avondmaal met hem houden. (Openb.
3 20). Voor de verhouding tussen Chris-
tus en Zyn Kerk is het heilig huwelyk
het symbool. En daarin is wel essentieel
een boven- en onderschikking, maar deze
is van herboren inhoud.
met krachtige argumentatie wordt uit
eengezet, dat de steeds tegen de vrouw
in het geding gebrachte teksten uit Cor.
en Tim. niet anders brengen dan een
boodschap over gedrag en decorum der
gehuwde vrouw in de eredienst. De
kwestie, wie ambtelük mag optreden en
ambtsdrager mag zyn, blükt daar in het
geheel niet aan de orde.
„Met deze twee teksten kan men dan
ook niet afdoende de weg versperren
voor de vrouw naar het ambt, laat staan
haar de weg versperren voor het stem
recht". De schets van de N.T. eredienst
met het geheel eigen karakter van leren
en terechtwyzen, dat niet aan een ker-
kelyk ambt gebonden was, zal in dezen
veel verduidelyken. Dr Hommes hoopt
dat de Gen. Synode der Kerken haar
standpunt inzake het vrouwenkiesrecht
zal herzien, „en zü kan dit met een vrye
consciëntie doen, want er is geen veto
in de Schrift".
Tot dezelfde conclusie komt de schrij
ver inzake het vraagstuk, vrouw en
ambt". Hy beschouwt het probleem
daarmee niet als afgehandeld, maar stelt
zo primair als „het vraagstuk van
de normativiteit van het N.T. exempel,
van de geestelyke gelykwaardigheid van
man en vrouw (Gal. 3 28) als van haar
anderszyn."
T een Geref. Nieuw-Testamenticus
»en boek schryft van deze strekking,
getuigt van moed. Het is waarlyk geen
geringe zaak het resultaat van zyn
Schriftonderzoek openlyk mede te delen,
wanneer men weet, dat dit resultaat in
gaat tegen wat de gangbare opvatting
sinds lang uit de Schrift heeft menen
te moeten afleiden. Die moed kon de
schrijver opbrengen, omdat het hem bo
venal gaat om: Wat zegt de Schrift?
Ook aan de „onjuiste aanwezige re
serve om de vrouw het passieve kies
recht te geven" in de politiek, worden
nog enige zinsneden gewyd. Het enige
excuus, dat op zichzelf gerespecteerd
moet worden, zou zün: de vrees om
door deze weg te betreden, in te gaan
tegen de conceptie van de Heilige Schrift
over de vrouw. Waar de auteur meent,
op grond van zyn onderzoek te hebben
aangetoond, dat die vrees ongegrond is,
kan hy schryven: „Een verkeerd con
servatisme is hier noodlottig. Het wordt
tragisch noodlottig, wanneer het berust
op edele, maar onjuiste motieven. Om
Gods wil en om 's levens wil hebben wy
ndaag ook in het maatschappelük en
staatkundig leven te gebruiken de gaven
en talenten van vrouwen wier leven vry-
gemaakt is door Jezus Christus."
/ONTROEREND en haast visionair is
het slot, waarvan we nog iets aan
halen
,De volledig tot rijpheid en bewust
wording gekomen vrouw in Christus
staat thans in de vryheid der kinderen
Gods om met en naast de man, 1
kleed met Christus en in de overgave
melodie van het hart, dat dieper boort
dan het verstand, het volle leven in
Kerk en Staatsgemeenschap te dienen,
Het waren eens mannen die zich ver
baasden dat Jezus met een vrouw sprak.
waren eens mannen die zich erger
den toen een vrouw een albasten fles
met dure nardus stuk sloeg voor Jezus.
Zy zyn door Jezus tot zwygen gebracht.
„Zo zal Jezus in onze eeuw de laat
ste critiek tot zwygen brengen, nu de
tot rijpheid gekomen vrouw zich geroe
pen weet om in de Kerk, in de Staat en
in de Maatschappy haar albasten flessen
voor Jezus stuk te slaan, want hierbü is
geen sprake van mannelük en
welük".
Huls en Hommes gaven onafhankelijk
»n elkander ieder in eigen kring kla
roenstoten, die in hun onderlinge har
monie ver daarbuiten dienen gehoord te
worden en op zuiverheid getoetst. De
discussie, hier langer, daar korter, i
ene kerk op verschraalde, in de andere
op brede basis, reeds aan de gang, kan
door deze publicaties aan diepte
vruchtbaarheid slechts winnen.
Visserijgolfjes
De Maan dagmark t
De noteringen voor de verschillende
vissoorten waren gisteren in doorsnee
iets beter. De vraag was groter, dus ging
de handel vrij vlot. De kleine scholsoor
ten, die Zaterdag naar de vismeelfabrie-
ken dreigden te gaan, maakten nu
1420 per 50 kg. Ook de grovere schol
werd met 40 iets beter btaaeld.
tongprijzen stegen met enkele centen per
kilo, voornamelijk voor de grote
middel tong. De grote tong bereikte hier
door de ƒ3.60, de grove slip boekte ge
middeld ƒ1. Vodr de schelvis was goede
belangstelling en de notering bleef dan
de
de
vandaag
'as rijkelijk vi
De trawlers, die
ook gehandhaafd
grote soorten en vai
Aanvoer vai
De Dinsdagmarkt
zien van trawleraanvc
de laatste week beter konden vissen door
de goede weersomstandigheden, brachten
alle vrij veel vis aan. Aan de afslag kwa
de Batavia met 885 kisten, de Tu-
bantia met 685 kisten en 160 stijve ka
beljauwen en de Vikingbank met 960
De verwachting
Ook de Woensdagmarkt zal goed wor-
;n in quantiteit. Bekend zijn voor bin
nenkomst De Hoop (1300 stijve ijska-
beljauwen, 800 stijve kabeljauwen en
125 kisten diversen), de Norma Maria
(nog geen vangstopgave), de Herman
(1440 kisten) en de Allan Water (997
kisten en 190 stuks stijve kabeljauwen)
Betere visserij.
De kabeljauw-, koolvis- en makreel
visserij is de laatste week aanmerke-
toegenomen. Vooral de makreel
laat zich dit jaar beter verschalken en
reeds komen vangsten voor van 300
kisten per schip. De kabeljauwvang
sten zijn zeer plaatselijk. De trawler
De Hoop b.v., die uitsluitend kabel
jauwvisserij heeft uitgeoefend, heeft
uim 2200 exemplaren gevangen.
Herdenkingsdienst op zee
.De bemanningen van de schep^j op
ee waren Zondag in de gelegenheid
de herdenkingsdienst voor de mannen
de Alkmaar te volgen. Over de
402 meterband werd een reportage
deze dienst, die in de Oud-Katho-
Wiener Sangerknaben zongen
in Nieuwe Kerk te Katwijk
Zij bewezen hun vitaliteit weer zonneklaar
Toen in de roerige Novemberdagen
m 1918 de Habsburgse glorie uiteen
spatte, bleken er, na het optrekken
de kruitdamp, tussen de ontelbare stille
getuigen van de macht en luister der
:uwenoude dynastie, ook nog enkele
levende roemruchte resten over te zijn.
Daarvan was het jongenskoor van de
Hofburg-Kapelle, algemeen aangeduid
als de „Wiener Sangerknaben", één van
de voornaamste.De vitaliteit van dit en
semble is sindsdien in de loop der jaren
zonneklaar bewezen. Zijn ruim vier
eeuwen oude reputatie deinde zelfs na
de revolutie van een zuiver locale dus
Weense uit tot een wereldwijde. Met
pijnlyke nauwgezetheid en liefderijke
zorg werd de muzikale culuur van dit
koor onderhouden en tot indrukwekken
de hoogte opgevoerd. De samenstelling
blijft uiteraard onstandvastig, want de
plaatsen van de jongens, aan wie de on
ontkoombare „baard in de keel" het lid
maatschap verder onmogelijk maakt,
worden steeds weer door nieuwe krach
ten bezet.
Om tot het koor te worden toegelaten,
moeten de knapen aan bijzondere eisen
voldoen. Ze dienen, ongeacht de maat
schappelijke positie der ouders, uit -te
blinken in intelligentie en muzikaliteit.
Dit testimonium geeft al bij voorbaat een
verklaring van de super-kwaliteit. De
Weense bevolking geldt immers als één
der meest muzikale ter wereld. En daar-
vormt dit kleine koor dan nog de
Reeds vóór de oorlog hoorden we de
„Wiener Sangerknaben" verscheidene
malen. We konden echter constateren,
dat de hoedanigheid van de zang sinds
dien nog is verbeterd. De klank is zil-
volkomen transparant en ge
wichtloos, de techniek wonderlijk vol
maakt. De nuanceringen worden zeld-
natuurlijk aangebracht, doen nooit
geforceerd aan en scheppen uitermate
bekoorlijke, fijne pasteltinten.
Zo is deze zang van een onwerkelijke
schoonheid, die men nauwelijks bestaan
baar acht. De dirigent, Peter Lacovich.
Mi Moh. Jamin gaat in Indonesië pools
hoogte nemen
BU de besprekingen der Nederlandse en Indonesische delegaties ln Den Haag is het
volgens een gezameniyk communiqué gebleken, dat' de standpunten te ver uiteen
liggen. Daarom is het nodig, dat de regeringen en verantwoordelijke politieke krin
gen van beide landen geraadpleegd worden, want beide partüen streven zeer ern
stig een duurzame verbetering van de verhouding tussen Nederland en Indonesië na
en willen voor dit doel het probleem van Nleuw-Guinea tot
De Indonesische missie heeft besloten,
r Moh. Jamin naar Indonesië te zenden,
teneinde zijn regering omtrent de stand
der besprekingen in te lichten. Naar
leiding van speculaties in de pers
trent voorstellen, waarin derde mogend
heden worden genoemd, kan men mede
delen, dat plannen van die aard niet zün
ter sprake gekomen.
Het communiqué verklaart voorts, dat
en bij de besprekingen gestreefd heeft
naar een openhartige uiteenzetting
elkanders standpunten en dat men op be
paalde terreinen reeds voorlopige resul
taten heeft verkregen, voornamelijk met
betrekking tot de toekomstige regeling
van de belangen van beide landen voor
het geval de unie zou worden ontbonden.
Een in alle opzichten bevredigende op
lossing voor dit geheel van vraagstukken
is echter nog niet gevonden, aangezien er
ten aanzien van de economische en finan
ciële vraagstukken meningsverschillen
van algemene en tyjzondere aard bestaan,
die spoedig tot een bevredigende oplos
sing moeten worden gebracht.
Mag men het Franse persbureau A.F.P
geloven, dan bevestigen politieke kringen
te Canberra, dat Australische vertegen
woordigers in Den Haag aan het hoofd
van de Indonesische delegatie, prof. Soe-
pomo, te kennen hebben gegeven, dat
Australië tegen opneming van Westelijk
Nieuw-Guinea in Indonesië is (Gelyk
weet, werd dit door Merdeka ge-
i oplossing brengen.
meld. Dit Australische standpunt is echter
reeds jaren bekend).
Tevens wyst men er op, dat verschei
dene leden van het Australische kabinet
verzocht hebben, het aantal militaire
patrouilles in Australisch Nieuw-Guinea
te vergroten teneinde Indonesische infil
tratie te voorkomen, welke een bedrei
ging zouden vormen van het Australische
bestuur.
Nieuwe omroeper bij de N.C.R.V.
De N. C. R(adio) Vereniging heeft per
1 Februari tot omroeper benoemd de
heer Andries Roest uit Haarlem. Hoewel
hy reeds als zodanig werkzaam is, zal hij
Vrijdagmiddag van 4.35 tot 4.45 uur bij
wüze vap kennismaking een voordracht
houden.
De heer N. Samsom speldt de heer
H. Verschuur de gouden speld met
twee diamanten op de borst.
Foto Lux.
Het rommelt weer in Alphen
Prestigekwestie tussen burgemeester en
ondercommandant
Burgemeester Ed. C. Witschey van Alphen aan den Ryn heeft In een raadsvergade
ring een beroep op de pers gedaan niet te veel kwade berichten over Alphen te
melden. Er is echter weer enige aanleiding toe. De. kwestie, een prestige-conflict,
de burgemeester en de ondercommandant van de vrijwillige brandweer, de
heer J. de Raat, was ons reeds ter ore gekomen, maar om der wille van het verzoek
hebben wü gezwegen. Wij betreuren het daarom des te meer, dat met medeweten
van gemeentelijke instanties in enkele bladen openbaarheid aan dit incident is ge
geven, zonder dat alle ter plaatse aanwezige persinstanties op gelyke wijze waren
ingelicht.
tewerken werd bij dé organisatie
In September j.l. verliet de directeur
van gemeentewerken, ir J. Snijders, die
tevens hoofd was van de brandweer, dc
gemeente. Ter wille van het goed func-
tionneren van de burgerlijke verdediging
achtte het gemeentebestuur het gewenst,
dat het hoofd van deze dienst, de heer A.
Ros, tevens tot commandant van de
brandweer werd aangesteld. De volgende
functie, die van adjunct-hoofdbrandmees
ter, werd vervuld door de heer J. de
Raat en na hem volgde de heer A. J. Th.
M. Korver in de rang van brandmeester.
Deze intussen belast met de wa,
ming van het directeurschap van gemeen-
Dhr H. Verschuur 50 jaar
bij Samsom
Het was Zondag 50 jaar geleden, dat de
heer H. Verschuur in dienst trad bij de
inrichting voor gemeente-administratie
van N. Samsom N.V. Gisteren werd de
jubilaris, o.a. in het bijzijn van burge
meester Witschey, gehuldigd.
De oudste directeur, de heer N. Sam
som, roemde de kwaliteiten, de ijver er
de bekwaamheid van de jubilaris. Spr.
dankte de heer V. voor zijn plichtsbe
trachting en voor zyn trouw aan Sam
som, en liet ook mevrouw Verschuur ii
de hulde delen. In de bijna 70 jaar, die
Samsom N.V. telt, is de heer Verschuur
de zesde met 50 dienstjaren. Naast het
geschenk van de directie bood de heer S.
de jubilaris het gouden ere-teken van de
N.V. en het vererend getuigschrift van
de Mij voor Nijverheid en Handel aan.
Burgemeester Witschey stelde de heer
Verschuur tot een voorbeeld van de jon
geren en stond vervolgens stil by de ver
houding werkgever-werknemer.
De heer A. Zweers sprak namens hel
personeel en de heer G. Verhaar zegde
een door hem zelf gemaakt gedicht,
waarin de levensloop van de heer Ver
schuur werd beschrèven.
Botsing tussen motor en auto
De 55-jarige wisselloper van de Rot
terdamse Bank alhier, de heer A. Burg
graaf, botste gistermiddag omstreeks
half 5 ter hoogte van Avifauna met zijn
motor op een personenauto. Hij werd
enkele meters weggeslingerd en moest
op advies van dokter Stehouwer
het Academisch Ziekenhuis te Leiden
worden vervoerd. De motor werd
ernstig, de auto licht beschadigd.
HDC hield jaarvergadering.
De Hoornise damclub kwam in
than in jaarvergadering bijeen. In zijn
openingswoord kon de voorzitter, d« heer
M. de Groot, gewagen van een goed ver
enigingsjaar, vooral door het kampioen
schap van het eerste tiental. Spr. richtte
ook waarderende woorden tot de nestor
van de club de heer Mechgelse. hDC
bezit momenteel 26 leden. Het spelma
teriaal kon het afgelopen jaar
lijk uitgebreid worden. Ook financieel
heeft de damclub geen reden tot klagen.
Bij de bestuursverkiezing werd de heer
T. Vergunst herkozen, terwijl in de plaats
de heer W. Baart, die niet herkies-
was, gekozen werd de heer P. H.
Spek. De voorzitter memoreerde de grote
erdiensten van de heer Baart als secre
taris van HDC. Ook de heer Van Klav:
sprak namens de leden enige zet
waarderende woorden tot het scheiden
de bestuurslid. Enkele leden, die al 15
jaar lid van de HDC zyn, ontvingen een
uitgevoerd diploma van KNDB.
Nadat nog enkele zaken, o.a. het Alphens
damkampioenschap, uitvoerig waren be
sproken, sloot de voorzitter, met de op
wekking om propaganda te maken voor
het damspel en de club, deze geanimeer
de vergadering.
de brandweer in de kring burgerlijke
verdediging tot hoofd van deze kring,
omvattende 22 gemeenten, benoemd. Op
grond van deze functie en in aanmerking
genomen, dat de heer Korver waarne
mend directeur is van gemeentewerken
(de heer De Raat is opzichter bij deze
dienst), achtten de burgemeester en de
commandant van de brandweer het wen
selijk, dat de heer Korver bij de orand-
weer minstens een gelyke rang bekleedt
als de heer De Raat. De heer De Raat
zag de feiten toch zo, dat er eigenlijk
twee leiders waren, hoewel de onderlinge
taakverdeling zo was geregeld, dat bei
den aan elkaar gelijk waren en de heer
Korver de toezegging had gedaan bij de
brandweer in plaatselijke aangelegen
heden niet als de superieur van de heer
De Raat op te treden.
Deze situatie vond hij ongewenst en hü
vroeg eervol ontslag. Dit werd niet alleen
door de burgemeester en de commandant,
de heer Ros. en de heer Korver betreurd,
ook door de manschappen. Zy na-
het voor de heer De Raat op, vooi
s bekwame leiding zij veel waarde
ring hebben. Allerwegen werd er bij de
heer De Raat op aangedrongen zijn be
sluit terug te nemen. Dit geschiedde in
derdaad in een onderlinge bespreking
tussen de vier betrokkenen. Hierna stel
de de heer De Raat echter enkele voor
waarden en daardoor werd het conflict
opnieuw acuut. Want het gemeentebe
stuur zag de aangelegenheid nu ontaar
den in een prestigekwestie, waaraai
meent paal en perk te moeten stellen.
Daarom heeft de burgemeester het ont
slag toch verleend.
Wij willen nu in het midden laten wie
de schuldige is. Maar betreurd moet wor
den, dat verschil van inzichten in de
_ste gemeentelyke kringen in aange
legenheden, waarbij de burgerij zo nauw
is betrokken, opnieuw heeft geleid tot
een openlijk conflict, dat eindigt met het
heengaan van een verdiertstelijk functio-
de manschappen verteld,
zaken er voor staan. Bij de besprekingen
is op ondubbelzinnige wijze gebleken, dat
men het heengaan van de heer De Raat,
die tientallen jaren zijn beste krachten
het corps had gewijd, zeer betreurt.
Men besloot zelfs de jaarlijkse feestavond,
die gisteren zou worden gehouden, af te
gelasten. Men wil zich er voorts
raden, welke houding het corps nu moet
Jaarvergadering Rode Kruis
Onder voorzitterschap van de heer Ch.
Bannier hield de afdeling van het Rode
Kruis in Centraal haar jaarvergadering.
Uit de jaarverslagen van de heren J. van
Brummen en G. van Staalduinen bleek,
de afdeling 2955 leden telt. De
transportcolonne onder leiding van dok-
"V. v. d. Wind te Aarlanderveen
zet veel werk. Ze telt zestien mannelijke
veertien vrouwelijke leden. Gememo
reerd werd ook de bloedafnemi-ng te
Alphen en te Boskoop. Tweemaal werd
deelgenomen aan de Rode Kruis-wed-
strijden, te Leiden en te Gouda. Bedroeg
saldo vorig jaar f7475.25, nu is h^t
f6678.83 groot.
aftredende bestuursleden, mej.
Tuinman, dokter J. van Eek en de heer
Van Brummen, werden bij acclamatie
herkozen.
Afdeling Ned. jeugdgemeenschap
De afdeling van de Ned. jeugdgemeen
schap vergaderde gisteravond in de zaal
van de Remonstrantse Gemeente aan de
Van Mandersloostraat. Bij ontstentenis
van de voorzitter, de heer G. Nijman,
presideerde ds F. Palmboom. De bijeen
komst was belegd naar aanleiding van de
Amsterdamse instructiedag van de N.J.G.
ter beraming van plannen voor de her
denking van de nationale bevrijdlngs-
ware zijn koor als een kostbaar, uiterst
gevoelig instrument. Natuurlijk mag er
dan ook aan 't uiterlijk niets mankeren.
Zo is de discipline voorbeeldig. De jon
gens komen rustig op, weten precies hun
plaats en zijn vol toegewijde aandacht.
Katwijk mocht zich gelukkig prijzen,
ditmaal in de tournée opgenomen te
zyn. Het heeft dit voorrecht overduide
lijk gewaardeerd. Nog maar zelden heb
ben we de grote Nieuwe Kerk zó vo!
gezien. En dit ondanks de vrij hoge
toegangsprijs. Van heinde en ver ware
bovendien de liefhebbers toegestroomd.
Het koor treedt, naar gelang de om
standigheden, met een concert- en ee
kerkprogramma op. Dit laatste bestaat
uit vier delen, waarvan in dit geval drie
werden afgewisseld door orgelspel-inter-
mezzi. De heer Lacovich speelde op zeer
verdienstelijke wijze (maar uiteraard
zonder kennis van de registratie-moge
lijkheden) enkele delen uit Bachs orgel-
Partita's.
We noemen ten slotte enkele opmer
kelijke koornummers. Van de oude ker
kelijke a-cappella muziek trof in 't bij
zonder het schone „Salvator Mundi'
(Palestrina). Het wonderbaarlijke ju
weel, dat Verdi nog op hoge leeftijd
schiep, de „Laudi alia Virgine Maria",
schitterde in de uitvoering met byzon-
dere glans.
En dan de volksliederen!
We releveren er slechts enkele. „La
Pastorella" (Schubert), het typisch Oos
tenrijkse „Rosenstock" en vooral Mo-
zarts „Wiegenlied", waarin één der
jongens met een ongelofelijke vaardig
heid de op die van een nachtegaal ge
lijkende coloraturen zong, lieten een on
vergetelijke indruk achter.
Ondanks het verzoek, niet te applau
disseren, konden de bewonderende toe
hoorders na de hoofse buiging van d«
dirigent, zich niet inhouden.
Joh. v. W.
KATWIJK
Burgerlijke stand
GEBOREN: Leuntje, d v G Klinken
berg en G v d Oever; Teunis, z v A H
van Leeuwen en W K Meijvogel; Jan J,
z v T Guijt en J W v d Meij; Jacobus
z v W H Oort en M Mali; Arie L, z
A L de Jong en A Rovers; Pieter A, 2
P Schoneveld en M M Vermeulen; Berta,
d v J Plokiker en E Barnhoorn; Alida,
d v J H v d Perk en A Haasnoot; Dirk,
z v E de Grave en A G van Beelen.
ONDERTROUWD: J Parlevliet en
v d Valk; A Noort en T van Duijn; J
Hoogeveen en W Bakker; A v d Oever
1 A v d Bent.
GEHUWD: L M C Romeijn en G J van
Paridon: G Remmelzwaal en H A van
Rhijn; G Blok en C van Rijn; A J Hou-
t en A de Jong; A v d Laiken en
F Boezaard.
OVERLEDEN: A Haasnoot m v A
Schaap. 75 j: H v d Plas, m v C van
Duijn, 70 j; B Vis, m v J J den Duik,
32 j; J Kuijt, m v D Kloos, 58 j.
KATWIJK AAN DEN RUN
Jaarvergadering K.D.C.
De regelmatige clubavonden van de
Katwijkse damclub K.D.C. werden gis
teravond onderbroken, voor zover het
dammen betrof. Ditmaal waren de spe
lers met hun echtgenoten en begunsti
gers bijeen in het clubegebouw voor de
19e jaarvergadering. De voorzitter, de
heer J. Schoneveld, sprak een woord var
welkom, waarin hij o.a. wees op de goe
de sfeer is de K.D.C.-gelederen. Ondanks
het niet veranderde ledental, kon met
twee tientallen worden uitgekomen in de
competitie. De secretaris, de heer H. Koe-
lewijn memoreerde de behaalde sucessen
terwijl de penningmeester, de heer Jac
Koelewyn W. H. Bzn een batig saldo
meldde ad f 20,60. Bij de bestuursverkie
zing werd herkozen de heer J. Houwer.
In de vacature-H. Koelewijn (secreta-
!s) werd gekozen de heer Alb. van
Beelen. De heer Jac. van Elk, oud-voor
zitter en mede-oprichter van K.D.C. werd
door de voorzitter toegesproken i.v.m.
zijn benoeming tot ere-lid.
Hierna volgde de prijsuitreiking. In de
eerste klas waren het de heren Fr. Spie
renburg en Jac. Freke en in de tweede
klas de heren A. Voorzaat en G. Varke-
visser die met de prijzen gingen strij
ken: De dokter Bergman-beker, die de
heer Fr. Spierenburg definitief in han
den kreeg, werd door deze speler terug
geschonken aan de club. Voor het hoog
ste aantal punten in de competitie ont
vingen medailles: in de eerste klas de
lieren Jac. Freke en P. van Duyvenbode
en in de tweede klas de heer Alb. van
Beelen. Na het huishoudelijke gedeelte
bleef men nog gezellig byeen.
Onvoorzichtige kinderen.
Toen de heer De Vreugd, wonende aan
het Commandeurspad, zioh gistermiddag
per rijwiel naar huis begaf, staken ter
hoogte van de Kerklaan in de Kerkstraat
een paar kinderen plotseling de straat
over. Een van de kinderen was oorzaak,
dat de fietser op de straat terecht kwam,
en zijn onderbeen brak. Hij werd naar
het Academisch Ziekenhuis te Leiden
vervoerd.
KATWIJK AAN ZEE
Aanbesteding
Vanmorgen werd door de Katwfjkse
bouwvereniging de bouw van 16 wonin
gen aan de Admiraal de Ruyterweg aan
besteed. Van de 32 inschrijvers was
hoogste A. C. Zalentyn Den Haag, voor
f 236.500 en laagste de fa L. de Best al
hier voor f 175.461.
Men schryft c
1 Hervormde zijde:
Spreekbeurt
VOORSCHOTEN
Jaarfeest Geref. Mannenvereniging
De Geref. Mannenverenigng hoopt
Donderdagavond een feestelijke jaarver
gadering te houden in het locaal achter
de kerk. De heer D. Rodenburg zal een
inleidng houden over „Verzoening met
God en vrede door het geloof" (Rom. 5)
terwül na de pauze het feestelijk karak-
•an de vergadering meer op de voor
grond zal treden.
TANIGE weken geleden verscheen in ons
blad een beschouwing over de ge
ruchtmakende kwestie „Hardegarijp";
nog steeds wachten we met een zekere
spanning op de toegezegde brochure,
waarin, naar schynt beloofd te zijn, en
kele verhelderingen zullen geboden wor
den, o.m. een aanvulling van het manco,
dat prof. Van Niftrik in zyn Utrechtse
rede wèl de Chr. school, doch niet de
openbare critiseerde.
Inmiddels verscheen in het Christelijk
Schoolblad Onze Vacatures een hoofd
artikel, dat om meer dan één reden de
aandacht verdient. In het no van 24
Januari kunt u het vinden. „Met grote
bezorgdheid" staat er boven. De heer De
R. plaatst hierin met scherpe klaarheid
een reeks opmerkingen geestig soms en
steeds recht op de zaak af, die naar wij
hopen tot nadere bezinning mogen
dryven.
Schr. begint met te verklaren dat hü
van heler harte „de nieuwe koers" in de
Hervormde Kerk is toegedaan. Dankbaar
ziet hij de oude volkskerk de weg terug
zoeken naar een Bijbelse belijdenis. Daar
om juist bedroeft het hem, dat de Her
vormde Raad voor Kerk en School
(welks bestaan hy toejuicht) zo eenzijdig
is samengesteld, zo vaag is in zijn woor
den en zo weifelend ten aanzien van de
Christelyke school. Hy (n.l. deze Raad)
draaft voortals Baron van Münch-
hausen op een half paard, zodat enthou
siaste volgelingen van de eerste jaren
zich in teleurstelling of verwarring af
wenden. Hierdoor wordt de reformatie
van de Herv. Kerk deerlijk en ten diepste
geschaad.
De Raad, die tot en over de school wil
spreken „uit het Evangelie en uit het
Evangelie alleen" (een concrete omschrij
ving wat hieronder verstaan wordt, dient
gegeven te worden!), zegt dat de Kerk
niet onvoorwaardelijk voor de Christe
lijke school kan kiezen, „zich niet op één
schooltype kan vastleggen". In abstracto
acht De R. dit juist. „De Kerk is nu een
maal van een andere, een hogere orde
dan de school". Er kunnen zich trouwens
(ook wij hebben hierop reeds de aandacht
gevestigd) gevallen voordoen, dat in een
geheel orthodoxe dorpsgemeenschap een
gemeenteschool practisch en christe
lijke is.
T~\AT de Raad crltisch staat t.o.v. de
christelijkheid van de school met de
Bijbel, acht De R. voorts heilzaam. Fun
damentele bezinning inzake didactiek,
leerstof, leuzen en organisatie is drin
gend geboden, want „de anthropologic
school :s doortrokken van de
antieke wijsbegeerte".
Geestig is de opmerking, dat honder
den predik- en andere heren vuurbe-
nauwd zyn voor de tale Kanaans (die
toch zo kwaad niet is), doch onbekom
merd spreken zij de taal van Grieken
land (echter een dodelijk gif). „Bevriende
biologen vertellen me uitentreuren dat
op de christelyke school aan bio
logie onderwezen wordt (voorzover zy
dit uit de boekjes kunnen nagaan) van
onchristelijke makelij is. Zelf heb
ik deze jaren uit en te na betoogd, dat
traditionele geschiedenisonderwijs
stikt van het heidendom"! Een funda
mentele bezinning zal dan ook aan het
licht brengen, hoe er nog zeer veel
uiterst problematische kwesties schui-
paal boven water staat even
wel één ding: onze school is een school
met de Bijbel.- Heeft Van Niftink zelf
indertijd (1947) niet geschreven over de
Chr. school als die, waar „het gaat om
de Verkondiging"; waar Christus erkend
wordt als de Heiland en de Verzoener;
het „onder de Bijbelvertelling,
i, Kerk kan zyn"? Geldt dat ineens
dag. Men zal trachten aan deze dag een
bepaald karakter te geven. Er is een
klein plan uitgewerkt, dat aan ver
schillende verenigingen zal worden voor
gelegd.
niet 1
Bybelles is onder bepaalde omstan
digheden ook op de openbare school
mogelijk; doch de Kerk kan zich door
de staat onmogelyk beperkende bepa
lingen laten opleggen. „Bovendien, op
de openbare school mogen duizenden
doopleden van de Hervormde Kerk gaan,
de school zelf is grotendeels in handen
onderwyzers die grotendeels de ont
kerstening van Nederland beschouwen
vooruitgang van de cultuur en de
herkerstening als een terugval in de ach-
terlykheid zien. In handen van atheïsten
nog niet eens altyd atheïsten van de
beste soort. Waarvan de Kerk niets te
verwachten heeft. (Dat wy hier mee
schuldig staan door onze ongelukkige
politiek van Verelendung der openbare
school doet aan deze feitelijkheid zelf
niets af.)"
yO, aldus De R., is de concrete situatie
1 op de christelyke school en die op de
openbare school. „En nu is ieder vrij
de christelyke school een noodwoning te
vinden, en te „gruwen van de neutrale
staat en van zyn school" en met Van
Ruler hele theocratische gemenebesten
de horizon te zien oprijzen, op 't
ogenblik verandert de concrete situatie
daarmee niet. Derhalve mogen wy van.
Synode en Raad verwachten en vergen
dat zy zich in 't algemeen verklaren vóór
de Chr. school": We herinneren aan een
opmerking van de heer De Zeeuw, on
langs in ons blad geplaatst, dat het voor
keur verdient consequent (in de lyn der
historie) te spreken van „School met de
Bijbel".
Nadat De R. zyn leedwezen uitgespro
ken heeft over het feit dat de Raad, die
zegt niet te kunnen kiezen, al meermalen
onverholen voorkeur voor de open
bare school aan de dag heeft gelegd",
constateert hij: Al vier jaar is Kuypera
leus aangeheven „Niet de school der
christelijkheden, maar de school van
Christus". Maar wat heeft de Raad in
al die tüd gedaan om dat woord waaj te
maken? Er inhoud en gestalte aan te
geven? Bedroefd weinig. En niets posi
tiefs".
Wy hopen van harte, juist omdat „de
Kerk mede verantwoordelijk is voor de
opvoeding van en het onderwys aan de
jeugd van het gehele volk in gezin en
school, opdat ook daarin de gehoorzaam
heid aan Gods geboden gestalte krijge"
(Kerkorde art. IX, lid 2) en er voor
Kerk en school alles van afhangt hoe
deze geconcretiseerd wordt, dat deze stem
moge doorklinken, opdat veler bezorgd
heid worde weggenomen.
Daartoe is gewenst, dat men niet te
vlot spreke van „de Hervormde visie" op
de school, want het kon wel eens blyken,
dat het overgrote 4pel der Hervormden
de door de Raad voorgedragen inzichten
niet deelt. De heer De R. merkt in zyn
artikel snedig op, dat niemand toch zal
durven beweren, dat alleen een stroming
het juiste inzicht heeft gepacht.
Alle voorbarig spreken en schryven la
tot schade van Kerk en School beide.
Ned. Handelmij uitgeschakeld
Japan en België hebben een financiële
regeJing gesloten, waarbij de Bank van
Japan de Nederlandsche Handelmy,
waarover thans de rekening loopt, zal
vervangen.