Advent FINALE UtL-S siïjLÏSJLS- iiiL herstelt de harmonie tussen God en mens KERSTFEEST is de levende her innering aan de daden Gods. Wan neer we dat vergeten, lopen we on herroepelijk vast en toch doen we dat maar al te gemakkelijk, en maken van Kerst onze eigen, per soonlijke aangelegenheid. Deze feest dagen midden in de week met hun eigen stilte en sfeer verlokken ons tot de verkeerde opvatting dat dit nu alles is: „dit", de vertrouwelijkheid van de familiekring; de rust temid den van het jachtende leven; de glanzende kinderogen bij de kerst boom; het groen en wit en rood van hulst en kaars en linten; heel de veelheid van onverwachte weldaden. We schuiven al het wereldse gehar rewar enkele dagen buiten de kleine cirkel van onze gedachten; we ont vluchten de grauwe werkelijkheid voor het mogelijk dan wel wat plat vloerse, maar in elk geval erg lek kere genot van een royale maaltijd, of eventueel voor het schijnbaar veel verhevener genot van een preek bij een gerenommeerd spreker die we anders niet al te trouw volgen En dat is dan Kerstfeest: dat en niets meer. Maar we vergissen ons deerlijk: Kerstfeest is helemaal niet iets van ons. Zelfs dan als onze feestviering volstrekt niet zou slagen de maaltijd brandde aan; de kin deren kwamen niet over; de ene te leurstelling werd op de andere ge stapeld dan nóg zou Kerst vol maakt geslaagd zijn, wanneer we maar wezenlijk ontdekten dat God omtrent deze dagen een machtig werk van Zijn handen gevierd wil zien. Ja, we moeten mogelijk nog verder gaan en zeggen: juist toen al les wegviel en alles scheef liep, toen zijn we het wezenlijke gaan ontdek ken. Gelijk veel mensen Kerstfeest het best verstaan hebben in die laat ste oorlogswinter, toen er niets bij zonders en dat zelfs nog maar ter nauwernood voldoende op tafel kwam en toen niemand na het val len »van de schemering meer over- straat mocht gaan. Toen doofde God der zinnen schijn als lampen, die niet nodig zijn. En we zagen: Gods daad wil met Kerstfeest herdacht zijn. Méér nog: God wil ook op dit Kerstfeest iets doen. God geeft vre de. verwijt dat we daar niets van mer ken in onze tijd van straaljagers, atoombommen en ander kwaadaar- lig oorlogstuig. Wie alleen rekeDing wil houden met wat rond ons heen met het blote oog te zien valt, zal nooit iets bemerken van de vrede die God geeft. In dat opzicht waren de herders in het veld van Efratha zelfs geen grein boven ons bevoorrecht. U hebt toch ook wel gelezen dat Je zus geboren werd in de dagen dat Augustus keizer was en dat Cyreni- us met zijn soldaten aan de grens klaar stond om in te grijpen, als er in Palestina iets mis mocht gaan met die volkstelling? Dat wisten die her ders opperbest en wellicht liepen daar over vele gesprekken bij hun wachtvuur. Wat dat betreft zouden ze hebben kunnen volstaan met schouderophalend de engelenzang aan te horeD om vervolgens weer verder te dutten in de overtuiging dat ze ehkel maar een rare wens droom hadden gehad. Maar juist het feit dat ze dit niet deden, doch op stonden en ijlings naar Bethlehem trokken, verraadt ons dat zij in die goddelijke tijding over „Vrede op aarde" iets geheel nieuws hoorden, dat hun de moeite waarde scheen. En dat weer niet omdat het woord „Vre de" voor hen zo totaal andere in houden had dan voor ons, maar veel meer hierom wijl het Gód was, die van vrede sprak. Al moet ik daar aan toevoegen dat het begrip „Vre de" in de taal van de bijbel iets an ders geladen is dan het onze. Bij ons is „vrede" een begrip van rust en bijpassende te„vreden"heid. We gebruiken het voor een toestand waarvan we feitelijk niet de minste notie hebben: speciaal bij begrafe nissen waar het „rust in vrede" te gelijk véél- èn nietszeggend is, want niemand kan onder woorden bren gen wat hij er mee bedoelt. Het nieuwtestamentische woord slaat evenwel een óndere toets aan. „Vre de" wil daar altijd zeggen: „in vol maakte orde", „op de juiste plaats". gelijk dat heel scherp blijkt in 1 Co- rinthe 14 vers 33, waar God genoemd wordt de God van vrede en niet van staan moet; waarin ieder mens de hem toekomende plaats heeft gekre gen en daardoor dus gelukkig kan zijn; „een opgeruimde situatie" als van een kamer, die geheel aan kant is gebracht. Vrede heeft daar dus helemaal niets met rust te maken. Vrede - dat is eer een ingewikkel de machinerie, die feilloos en geruis loos loopt omdat alle onderdelen de hun toegedachte rol vervullen en ner gens iets hapert. Een machine in rust die zou juist verwarring en wanorde kunoen betekenen: de zaak was vastgelopen. Maar tegelijk is het beeld van een machine weer te armelijk. „Vrede", dat is dat leven de mensen hun taak verrichten daar waar God hen gesteld heeft: waar ze Hem en andere mensen het beste kunnen dienen. Dat is de zin van dé engelenzang; nu, met Kerstfeest, heeft God Zelf de wanorde opgehe ven; nu is de harmonie tussen God en mens op aarde hersteld; nu is de mens voor het eerst pas weer waarlijk mens. f^OD geeft vrede op aarde. De en- gelen bedoelen daarmee niet dat de mensen nu meteen van „goeden wille" zijn en zich zonder tegenspre ken gaan invoegen in Gods orde. Geen sprake van: de engelen zien ook wel die soldaten klaar staan; ze zien Augustus op zijn troon oorlo gen beramen; ze zien de schriftge leerden in de tempel, die meer om hun godgeleerdheid dan om God ge ven en ze zien Herodes, die zijn eigen koningschap met het zwaard zal handhaven. Ja, het is zelfs de vraag of ze ook maar één mens zien, gie begrijpt wat er gebeurt. Hoogstens hebben enkelen, Maria en Jozef, Za- charias en Elisabeth, Simeon en An na uit Aser er een flauw vermoeden van. Maar de engelen kijken vol- strekt niet naar de mensen: ze sta- Straks luiden de Kerstklokken weer.... God geeft vrede op aarde. Sinds de val der eerste mensen is de aar de zonder deze vrede. De aarde is uit haar baan geschoten. Zij kringt nog wel rond de zon, maar zij cirkelt niet langer om God, het Een en Enig Middelpunt. De mens had zichzelf in het centrum geplaatst en daarmee was God van de aarde verjaagd. De zonde heeft God buiten de deuren der aarde gesloten, en de mensheid Hij kwam en klopte aan mijn deur en wilde bij mij overnachten. Mijn weigring stelde Hem teleur: Hij ging, maar fluisterde: Ik kan wachten. Hij keerde; vroeg met zachte stem of ik Hem wilde binnenlaten; 'k Ontsloot geen deur» geen hart voor Hem. Hij 9*n9 uoeer heen, stil en gelaten. Hij keerde, en keerde telkens weer, hoe vaak ik Hem had afgewezen. Hij klopte en sprak: Ik ben de Heer laat u door Mij van waan genezen. Hij kwam en klopte aan mijn deur. Ik luisterde, kon niet weerstreven en toen Hij inkwam, wolkte een geur mij tegen van nieuw, eeuwig leven. De deur staat open, 'k ben bereid als Hij bij mij ruil binnenkomen; Hij heeft mij 't avondmaal bereid ik kon niet aan Zijn liefde ontkomen. de Gr. ren naar het Kind in de kribbe en daarom zingen zij. De mensen blij ven voor hen als op oude schilde rijen, die de stal tot motief voeren in de schaduw: alle licht stijgt voor hen op uit dit Kind. Daarom bedoe len zij ook zeker niet met dat beken de lied te zingen hoe eens vrede zal op aarde dagen. De engelen denken aan geen verre toekomst. Hiervan zijn ze boordevol: nu schenkt God vrede op aarde door dit Kind. Want nu God op aarde gekomen is, nu is de ware orde hersteld en nu is de aarde terug in de juiste staat. is blijven zitten met een God-loze we reld. De gevolgen daarvan kennen wij. Het zijn de twisten en ruzies in de kleine kringen van gezin, ver eniging, arbeid en gemeente het zijn de revoluties en oorlogen in en tussen standen en staten. Het zijn juist al die verschijnselen, die ons beletten om kinderlijk-blij met Kerst feest van „vrede" te zingen en die ons heendrijven naar het gedachten- loos staren in kaarsvlammetjes om maar te vergeten wat de wereld eigenlijk is. Maar nu, nu geeft God vrede aan de aarde. Want God komt Zelf op aarde, en daarmee is de juiste verhouding eensklaps hersteld. De aarde is immers met al haar vol heid des Heren. Nu, nu Gods Zoon op aarde ligt al ligt Hij dan maar in de schamele kribbe van e?n koud stalletje nu is de orde weer aan wezig. De eigenaar is nu weer tot zijn eigendom gekomen, al mag het waar zijn dat dit eigendom Hem nog niet als Heer erkent. GOD geeft vrede op aarde. Men tast naar beelden om dit uit te drukken. Ik denk aan Elzas-Lotha- ringen, door de eeuwen heen twistap pel tussen Frankrijk- en Duitsland. Frans grondgebied, in 1872 aan het vaderland ontroofd. Jaren, decenniën lang. Maar dan komt de dag na de eerste wereldoorlog en opnieuw een na de tweede dat dit land terugkeert tot het eigen rijk. Dan is de chaos overwonnen, dan komt de hernieuwde eenheid tot stand. Daar van zingen hier de engelen: God had de wereld aan haar lot overgelaten, maar God keert terug. Niet met vlie gende vaandels en slaande trom; niet met de legioenen engelen, maar als een Kind. Daarmee is de vrede hersteld omdat daarmee de hemelse grenscorrecties zijn aangebracht. In beginsel; weliswaar slechts in begin sel. Maar hoe zouden de engelen zwijgen? Die weten veel te goed dat God het werk Zijner handen niet va ren laat. God geeft vrede op aarde. Alleen wanneer we het zo beschouwen, kan Kerstfeest ons iets schenken. Dan kan het immers niet anders of ook in ons hart behoort de opstand be dwongen te worden; moet de juiste positie tegenover God gekozen wor den. Alles ontbrak daaraan: wij leefden God voorbij; wij waren con stant voor God op de vlucht. Wij vreesden de ontmoeting met de Hei lige, met het gevolg dat we voort durend duivelen ontmoetten. Ons le ven miste elke vrede: verwrongen door haat, vervuld met strijd, ten prooi aan radeloze verwarring, onaf gebroken in paniek. Terug naar de normale verhouding tussen God en mens! En deze normale verhouding is het geloof. Het geloof, dat ver baasd aanvaardt dat God bij ons in tocht doet en dat God daarmee ook ons Zijn vrede schenkt. Bij die aan vaarding komt er een diepe rust over ons en daar maar ook enkel: daar raakt het nieuw-testamenti- sche begrip „Vrede" het onze. Of schoon enkel Romeinen 15 vers 13 het zo hanteert in een zin, die onze Kerstwens is voor elke lezer: „De God nu der hoop vervulle u allen met alle blijdschap en vrede, opdat gij in de hoop overvloedig moogt zijn Twe'e bel angrijke boeken voor het GEZIN -Encyclopedie voor ouder x Wij ontvingen het eerste deel van de „Encyclopedie voor ouders", die het licht ziet bij de Uitgeversmij W. de Haan N.V. te Utrecht! Als het compleet is zal dit werk bestaan uit zes delen met in totaal 1500 pagina's en 300 illustraties. Elk deel is- gebonden in een mooie rode band met opdruk in goud. Op de ti telpagina staat te lezen, dat ruim 70 deskundigen aan deze uitgave mede werkten; dp samenstelling berust bij ir B. D. Swanenburg. Het eerste deel loopt van ABod en telt 255 bladzijden. Als de andere delen even uitvoerig bewerkt wor den als dit eersie, zal 't o.i. moeilijk zijn het schema niet te overschrijden Deze encyclopedie bevat voor het gezinsleven een schat van wetenswaar digheden. Men kan er bijv. een inte ressant artikel in vinden over de „aardappel", maar ook vertelt 't u hoe men een „aquarium" verzorgen moet, wat men onder „adoptie" heeft te verstaan; tevens geeft 't u een in zicht over „arbeidstherapie". Wij la zen een heldere uiteenzetting over „belasting", een uitvoerige beschrij ving over „bloed" en „bloedarmoe de' en om maar niet meer te noe men over het „bloemen schikken" Inderdaad worden hier dus behan deld allerlei Qnderwerpen, die voor elk gezin van belang zijn en waar over men dikwijls wel eens wat meer weten wil. Jammer is, dat wij onder het groot aantal medewerkers zo weinig namen vinden van man nen en vrouwen uit prot. chr. krin gen. Maar wellicht wordt dit bij de andere delen anders en beter. Ook aan de illustraties is grote zorg besteed- In dit eerste deel von den wij prachtige foto's. 5fet nieuwe<~U> oor leerboek VAN W. G. VAN DE HULST „De schone kans ons gegeven, om in vertelling èn prent, zo zuiver als maar mogelijk was op el kaar afgestemd, die kleinen te die nen, móést weer benut. Ons samen werken in deze moeilijke, maar scho ne arbeid, werd ons een vreugde". Met deze woorden leidt de heer W. G. van de Hulst zijn bij gebr. Zomer en Keuning te Wageningen thans ver schenen „Nieuwe Voorleesboek" in. Het is een voortzetting van „Het grote voorleesboek", dat een paar jaar geleden bij dezelfde uitgeefster het licht zag. van W. G. v. d. Hulst Jr. Zoals de titel zegt, is ook dit boek weer be stemd om door moeders aan haar kleuters te worden voorgelezen. Wat moeten we eigenlijk er nog meer van zeggen? Van de Hulst is en blijft onze grote „kinderschrijver". Men proeft hem uit elke regel. Met wat hij schreef is een halve boeken kast te vullen, en nog steeds zien we nieuwe „Van de Hulstjes" ver schijnen. Wat laat God deze man, die de 70 reeds gepasseerd is, heer lijk jong! Met liefdevolle blik be spiedt hij 't kinderleven, leest in de kinderziel en schrijft er over zó puur dat elke vertelling een zuiver kunst stukje wordt. Wat een zelftucht en strenge zelfcritiek is hiertoe nodig. Een kleine halve eeuw geleden heeft V. d. Hulst als kinderschrijver naam gemaakt en hij heeft en dat is nog belangrijker de jaren door die naam weten te handhaven. Sedert geruime tijd werkt de grijze auteur samen met zijn zoon, die het mooiste molenlandschap van Nederland (omgeving Kinderdijk), steeds meer een voortreffelijk illu strator blijkt te zijn. „Het nieuwe voorleesboek" is daarvan weer een kostelijk bewijs. Wat zullen de kleuters en peuters luisteren als moeder rustig en lang zaam voorleest! En als ze de mooie platen, getekend in echt kinderlijke toon, mogen bekijken! Wat jammer, dat dit boek nood wendig duur moet zijn. Maar 't is de prijs van 13-90 dubbel en dwars waard. Nr 12 NU de meeste oplossers de resultaten van 10 puzzles ingestuurd hebben, hebben sommigen van hen de top van de ladder bijna bereikt. Vermoe delijk zullen na het elfde hersen- kmkertje de eerste prijswinnaars aan gewezen kunnen worden. In de rubriek van 29 December hopen we de geluk kigen voor het voetlicht te brengen. U kunt zich misschien voorstellen, hoe onze spanning in hoogspanning ver keerd is. Het was ons een groot genoegen van puzzle 10 zeer vele oplossingen te ver- wenken. Zulk een puzzlè geeft de zwakken moed, terwijl de gerouti neerde oplossers bijna een vrije ronde hebben. De bespreking van deze opgave kan m-i. zeer kort zijn, daar er geen onoverkomelijke moeilijk heden in voorkwamen. Voor degenen, die sinds lang geen rekenonderwijs gehad hebben, moge hier één bepaalde fout besproken worden. Als voorbeeld nemen we de volgende foutieve oplos singen. 5 1 2 X 3 4. Dit is fout, want de bewerking 2x3 6 gaat vooraf aan optellen en aftrekken. De uitkomst van deze oplossing wordt nu: 5=1 6 4 3. Bedoeld is natuurlijk 5 (1 2) X 3 4. Op de lagere school leerden wij reeds de bekende slagzin: Mijnheer Van Dalen Wacht Op Antwoord. Dit ezelsbruggetje betekent, dat de volgorde is: Machts verheffing, Vermenigvuldiging, Deling, ffERINNERT u zich fei telijk nog wel hoe we aan dat verhaal van Sjaak en Merietje zijn gekomen? Dat het eenmaal voor het eerst verteld is aan een meneer, die ons hele gedoe een bodemloze put vond, en die daarom eerst eens iets over successen" wilde horen? Nu voer ik u terug naar deze gesprekskamer. Het is laat geworden; er hangt een blauwe nevel in het vertrek hij heelt me werkelijk wel een zee van t\jd gegeven voor mijn verhaal dat thans ten einde loopt. Jo", zeg ik, „zo is dat dus gegaan. Met Sjaak en met Merietje en hun kleu ters. Ze zijn nu de Volks wijk uit; ze wonen in één van die nieutoe wijken, die rond de stad als padden stoelen de grond uitschie ten. Ik bespaar u het relaas van alles wat aan die ver huizing nog te pas ge komen is; ik zeg enkel maar dat op hun zoldertje in Nederland nog zo zeker nietMaar wat in elk geval vast staat is dat dit gezin zichzelf maatschap pelijk wel redden zal en dat dit althans onze maat- ben hier eens één keer op werk doet en dus doorgaan een wijkavond geweestkunnen, volhouden kun- Dat uiist ik tussen haakjes zelf niet: je overziet niet altijd allen hoofd voor hoofd. Maar hij vertelde had; deze dat als God los laat. „Kijk, dominee, als God je in zijn netje t>angt, dan kun je nog zo gen. En geestelijk staat dit vast dat ze Christus ge vonden hebben „Dus toch?" vorst de hard spartelen, man tegenover mij. Omdat laat je niet hij zolang heeft willen luisteren weet ik dat hij ii gezegd Toen dacht ik spreken irünt een namaak gelovige zou me nu zeker eerst niet kunnen volgen. daarna Ja", zeg ik dus, Ja, ze hebben Christus ge vonden. Toen ze ver trekken zou- Uit de VOLKSWIJK loof, maar we hebben het buiten gezien en >an binnen ge- uoeld ...en datzelfde willen we ook voor onze kinde ren weten. Toen wist den, zijn ze eerst bij me ik dat ze door Christus geweest, sdmen om te gevonden waren; toen wist thans al weer een volgend praten over de doop van ik dat hét kleine teken van gezin bivakkeert en dat hun kinderen. Dat xvas al een kerkewerk, dat door iets bijzonders, want het wroet en doorzwoegt, hoe is helemaal niet vreemd moeilijk het soms ook'valt, wanneer je je het apen- tot een groot teken gewor- zuur loopt voor een be- den was, een teken van paald gezin en opeens is binnen het spoorloos tierduienen Afijn geduldige toehoor zonder taal of teken. Met der knikt peinzend, dan de Noorderzon en het hei- glimlacht hij even: ,Jk lig kruis laten ze voor je weet niet of je met zo achter. Maar Sjaak en weinig veel indruk zult Merietje deden het anders, maken. Als ik niet zelf een Op een avond zaten ze blij lied in mijn leven had, dat tegenover me en vertelden daarvan zegt „Verlaat niet van het nieuwe huis en wat uw hand begon van binnen de maand over en als ik daar niet zo on stad aan de horizon van en toen opeens zeiden ze gelofelijk véél aan had onze huizenrijen kerke- dat ze toch eerst dopen dan zou ik je nu moeten xvilden. Ik vroeg naar het uitlachenMaar er is waarom en toen kwam onder de wijde hemel niet Sjaak pas goed los. Hij zei: meer dan dit, en het is Jfisschien ben je het zelf voldoende; van binnen te allang vergoten, maar ik weten dat God geen half onze sociale werkster Ma- rietje daar weer mee van voren af aan kan beginnen. Ik weet zelfs niet of ik deze afloop nu succesvol kan noemen. Ik weet alleen dat Sjaak een goeie baan heeft; dat Merietje pleizier in haar werk bezit en dat niemand de kinderen er op zal aanzien dat ze eens zo aan de rand van een afgrond hebben verkeerd. Laten we nu maar hopen die nieuwe dat er ook 1 werk gebeurt, dat dit ge zinnetje zo nodig nog eens wat geestelijke en morele steun verleent. Dat moet je helaas afwachten; dat is omdat Hij volhoudt, omdat alle beloften wer kelijkheid worden, net als eens in de Kerstnacht". Ik beaam zijn uitspraak gretig en ik ben rijk dat er nog iets aan toegevoegd kan worden; aan dat ver haal over Merietje en Sjaak. Je hebben ge doopt", vertel ik. „Ze heb ben gedoopt en Sjaaks moeder heeft de kinderen binnengebracht. En na de doop heeft Sjaak me ineens zomaar een briefje van vijf-en-twintig gulden in mijn hand gestopt. Hij zei: „Dat was de eerste keer dat ik in de kerk ben ge weest, maar het zal de laatste keer niet zijn, en dat is voor die andere tob- berds, die het nog niet weten En de volgende avond kwam h\j nog weer opnieuw aanlopen met een pak onder zijn arm waarin allerlei fdbrieks- spullen zaten. Hij kwakte het op mijn tafel en sprak: „Dat kunnen we niet mee verhuizen, want daar ben ik vroeger niet eerlijk aan gekomen en dat hoort nou niet meer bij ons Zo hebben we dan tenminste één herinnering aan Sjaak en MerietjeEn als ze nu maar op dat gezinnetje letten, daar in die nieuwe omgeving „God laat niet varen het werk Zijner handen", zegt de ander en drukt me een papier in handen. Buiten zie ik hoe het een veelvoud van Sjaaks gave is, een groot veelvoud. Maar goed ook, want dit ene gezin vormde immers maar één honderdste van het geheel? WIJKPREDIKANT. Worteltrekking, Optelling, Aftrekking. Er komen nog wel een paar andere dingen bij te pas, maar diie laten we maar achterwege. Met behulp van deze regel kan men direct zien, dat dus ook het antwoord 16 3 2 1x4 fout is, want 1 x 4 4 en de uitkomst wordt in dit geval 3 2 4=1. Bedoeld is hier 16 (3 2 1) x 4. Daar we niet de taak hebben een reken proefwerk na te kjjken, rekenen we deze antwoor den toch goed. Zulke oplossingen vor men echter een aparte hersenkraker voor de redacteur, die hem ook wel eens kunnen ontgaan. Sommige oplossers hebben hun taak vrijwillig verzwaard door bij alle op lossingen de getallen 1 tot 4 in dezelfde volgorde te zetten of door een beperkt aanital tekens te gebruiken, wait een puzzle apart vormt. De twaalfde opgave vormt de laat ste rekenpuzzle van dit jaar. Gevraagd wordt alle getallen van 1 tot en met 25 te schrijven met gebruikmaking van vier drieën. Hierbij moogt u gebrui ken: machitsverheffen enz. volgens de hiervoor aangegeven regel. Verder nog 3! 3 x 2 x 1 6 en ook de repe terende breuk. Voor degenen, die zich deze term niet herinneren ddene (k volgende som: 3 x 3,3333 enz. wordt geschreven 3 X 3,3/ en geeft als uit komst 10. Voor het getal 10 is deze oplossing niet te gebruiken, want er worden slechts 3 drieën gebruiikt. Bij deze opgave wordt het gebruik van haakjes nu eens niet toegestaan. 3° 3 X 3 X 3 27. V3 X V3 3. Deze laatste voorbeelden dienen voor eventuele nieuwe oplossers, die altijd hartelijk welkom zijn in de grote familie van puzzelaars. Het getal 22 heb rk zelf tot dusver niet gevonden, wamt een schrijfwijze als 3 x 31, 3/ +3 voor 3 x 6,3/ 3 acht ik niet juist Mocht iemand er wel in slagen het correct weer te geven, dan ver dient hij een extra punt. Het gebruik van de combinatie 33 is geoorloofd. Het maximum van 24 getallen geeft 5 punten, het minimum is ditmaal 16. Daar de zetter niet beschikt over het teken 3 met er door heen, is de streep achter het cijfer geplaatst, dus: 3/. Geregeld worden gelukkig nieu we puzzles ingezonden. Men bedenke echter wel, dat alleen eigen werk ge vraagd wordt Verschillende inzender» hebben opgaven gestuurd, die alge meen bekend zijn en dus niet voor plaatsing in aanmerking komen. An dere inzenders moeten nog enig geduld betrachten, opdat ik hun geestespro ducten rustig bestuderen kan. De tijd van Kerstmis tot Nieuwjaar komt me daarvoor het best gelegen. Oplossingen worden uiterlijk Don derdag 27 December ingewacht bij het bureau van dit blad onder het motto: „Heraenkrakertjes". ANTON VAN MEEDEN. Jtijk uit naar schepen, Piet! Ik een eindje uxmdelen".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1951 | | pagina 12