VOOR öe VROUW
Onze Zaterdagen
DE PAASTAFEL
EEN KORT BABY-JASJE
onzejeuqó-p&qina^
MET HET EI YAN JOPIE HAAS
DE BENGELS
ZONDAGSBLAD 8 APRIL 1950
QT1I.I.E Zaterdag en een jeugd-
herinnering. Ik was er één uit een
gToot gezin en hielp mijn moeder in de
huishouding. Als wij zo Zondags met ons
twaalven ol veertienen om de talel zaten,
was er Zaterdags héél wat te beredderen.
Dat zullen alle huismoeders wel be
grijpen. Maar ik herinner me uit de jaren,
waarin ik graag droomde ..ins Blaue
hinein". dagboeken en melige „ge
dichten" schreel. een Stille Zaterdag,
waarop al die huishoudelijke besognes
naar mijn gevoel in flagrante strijd waren
met deze laatste dag vóór Pasen. En ik
sputterde: „Idioot gewoon, om op
Stille Zaterdag zó te moeten rennen
en vliegen I Je komt er zelfs niet aan
toe. om er maar één ogenblik aan te
denken, wat deze dag eigenlijk inhoudt.
Wacht maar. als ik later m'n eigen
huishouden heb, dan doe ik alleen het
allernoodzakelijkste, maar voor de rest,
maak ik er een dag van stil herdenken
▼anl"
„O ja?", antwoordde mijn moeder
lakoniek. „Dan moet je dat maar doen
hoor kind. Als ik het nog beleven mag,
kom ik dan eens bij je op de thee".
Nou. dat mag ze gerust doenl
Jaren later. Wéér Stille Zaterdag.
Ik was drie kleine hummels rijk, van
één. twee en drie jaar. 't Was een dag
vol kleine tegenslagen, zoals wij allen
die wel eens meemaken. Ik was dus
laat met alles, 's Middags om drie uur
wordt er gebeld. Kribbig, omdat je van
je werk al moet, brom je: „Wie is dat
nou weer?"
Moeder! „Zó kind. ik kom eens rustig
een kopje thee bij je drinken!"
Mij ontging de ondeugende twinkeling
in haar ogen en ik zei: „Nou. een kopje
thee heb ik wel voor u, maar dat „rustig"
kunt u er wel aflaten!"
Verwonderd keek moeder me aan.
..Hè?? 't Is toch Stille Zaterdag?? En
zit j ij dan niet rustig??"
~Hhhh???"
„Herinner je je niet meer. wat je
Ja. opeens wist ik het weer.
„Ach, er komt bij mij toch óók niets
van terecht", verzuchtte ik.
..Dat wist ik wel en daarom kom ik je
een handje helpen. We drinken eerst een
kopje thee en dan laat je mij maar wat
boodschappen doen, of op je kleintjes
passen. Zeg maar. wat ik. voor je doen
kan."
Nu, toen was alles gauw voor elkaar.
Terwijl mijn man, moeder en ik wérkelijk
rustig thee zaten te drinken, merkte
moeder op: „En tóch heb ik het me
toen aangetrokken, wat je zei over die
gejaagd-drukke Stille Zaterdag en er in
later jaren naar gestreefd, zovéél moge
lijk vooruit te werken in die week vóór
Pasen. Jij hebt het niet eens opgemerkt,
dat sinds jouw uitval de gang en de
keuken Donderdags al hun wekelijkse
beurt kregen."
Nee. dat was me niet opgevallen, zo
vervuld als ik blijkbaar in die jaren van
m'n eigen jongemeisjes-belangen was.
N waren de rollen omgekeerd en be
streed moeder mij met m'n eigen
wapensl En n hield i k koppig vol. dat
het in mijn gezin, waarin de kinderen
elkaar zo snel opvolgden, beslist niet
rustiger uitgekiend ken worden.
Calvauus. ensemble van het grote
mode materiaal van dit seizoen: dou-
pion. De cape is gevoerd met dezelfde
gezellige rood-wit-groene ruit als het
rugloze bovenstuk van de japon en
kan aan beide zijden gedragen toorden.
Wat had moeder 'n pleizier en wat was
ik dood-ernstigl
Wéér is het jaren later. Moeder is er
niet meer. Maar ik wou. dat zij nü nóg
eens op Stille Zaterdag bij me kon
komenl Ik zou haar zeggen en ze zou
het ook zien. dat het tóch mogelijk is.
om die dag het werk tot het nood
zakelijkste te beperken, ook al is mijn
gezin nu gTÓter en de omstandigheden,
waaronder wij leven, drükker dan destijds.
Het i s in normale huishoudingen, waar
geen drukke zaak aan verbonden is en
waar geen zieken zijn, mogelijk. We
houden er om te beginnen, in de week
vóór Pasen, géén schoonmaakdag op na.
Gang en keuken krijgen Donderdags hun
wekelijkse beurt. We zetten ons het
menu .voor de Paasdagen tijdig in het
hoofd en laten de kinderen de bood
schappen doen. Op Stille Zaterdag eten
we. óf géén middageten en alleen een
warm hapje (van de vorige dag) bij *t
brood, óf alleen soep. óf bruine bonen.
Als ieder kind z'n eigen taak heeft, de
één schoenen poetst, de ander bedden
opmaakt, de derde boodschappen doet
man en vader óók een handje meehelpt,
dan kan het óók in een gïoot gezin,
zonder hulp. Zaterdagsmiddags al zó
gezellig in huis zijn. Dan kunnen we
diep in die echte vóór-Sabbaths-
ieten.
Om dit zó voor elkaar te krijgen, komt
hot m.i. méér op ons verstandig-denkend
brein dan op onze handen aan.
Organisatie-talent is voor iedere huis-
vtouw een welhaast onmisbare gave,
die de gezinnen ten goede komt.
Zo kunnen wij op déze avond stil ver
wijlen in Jozefs hof, nog toeven op
Golgotha, om morgen mèt de Kerk aller
eeuwen de glorie uit te zingen van
Christus Triumphator, Die óók voor ons de
dood
'onl
MARGARITHA.
Twee Zondagen Eftn voor het gezin
een rustpunt en het is de taak van de
huisvrouw om alles te doen om dit rust
punt te veraangenamen door een sfeer
van verzorgdheid en vriendelijkheid in
Een belangrijk onderdeel hiervan zijn
de maaltijden, en hierbij naast het menu,
de tafelaankleding. De Paastafel leent
zich wel in het bijzonder voor een fleu
rige aanblik. Immers kunnen we met de
voorjaarsbloemen juist die zo zeer ge
wenste lage versiering aanbrengen. Pri
mula's, narcisjes, tulpen en pas ontloken
groene takjes, er is in een drijfschaal of
een diep bord met wat zand in vele
variaties een bloemstukje te maken. Zijn
er kinderen, dan kleuren we vast en
zeker wat eieren. Bjj de drogist koopt
men voor weinig geld een pakje kleur
sel, waarmee men de eieren alle kleuren
van de regenboog kan geven. Laten we
verder zorgen, dat het botervlootje aar
dig versierd is. We strijken de boter
eerst glad en maken dan met een mes
punt er figuurtjes in. Is de boter hard.
dan even het mes vochtig maliën. Ook
de middagdis geeft gelegenheid de tafel
een extra feestelijk aanzien te geven.
Een sla met gehalveerde eieren staat
al leuk, verder spinazie met eipartjes en
hardgebakken brood „soldaatjes". Mis
schien maliën we een voorgerechtje.
Voor ieder wordt dan een dessertbordje
neergezet, waarop een Russisch ei of
een klein hors d'oeuvretje, waarbij dan
een gevuld ei niet ontbreken mag. We
koken hiervoor de eieren hard en halve
ren deze. Voonzichtig halen we het geel
eruit en vermengen dat met een klontje
boter, 2 theelepeltjes mayonnaise of sla
saus, wat nootmuscaat en een snufje
zout. Als het mengsel smeuig is, vullen
we de eieren met een spuit. Bij gebrek
hieraan kunnen we ook met een vork
er wel een torentje vulsel in maken.
Voor de koffietafel zijn Schotse eieren
een heerlijke afwisseling. Hard gekookte
eieren worden gewikkeld in stevig aan
gemaakt gehakt en daarna in frituur
even gebakken. Met een scherp mes hal
veren we deze „ingepakte" eieren en
garneren de schotel met even in heet
frituur gedompelde peterselietakjes.
Het boekje Dekken en Dienen door de
dames A. KoopmansGorter en G. A.
M. de Boerde Jonge geschreven en
uitgegeven bij P. Noordhoff te Gronin
gen leert ons nog vele wetenswaardig
heden over de kunst van tafelvcrzor-
ging. Voor wie dat in de puntjee wil
weten zeer aanbevelenswaardig.
met bijpassend mutsje
Geklede schoen van donkerbruin
suède, hoog de wreef omsluitend. Een
smal randje van glad leer accentueert
de lijnen. Geperforeerd voorblad
schouders Jcanten we aan het begin van
de volgende 6 toeren 6 steken ai en de
overige steken in de daaropvolgende toe*
rughals.
Het i
wtje:
laai, dat gebruikt wordt is
fijne wol.
Wanneer dus dikker materiaal ver
werkt moet worden is het aan te be
velen hiervap eerst een staaltje te breien,
bijvoorbeeld Van 30 steken breedte en 30
toeren hoogte en aan de hand van dit
breiproefje na te gaan (natuurlijk in
vergelijking met het schema met de aan
gegeven maten), hoeveel steken er min
der opgezet moeten worden en hoeveel
toeren er minder gebreid moeten wor
den. Ook is het raadzaam even de hoofd-
maten na te meten van de baby, waar
het jasje voor moet dienen. Al deze
voorzorgsmaatregelen voorkomen teleur
stelling.
Benodigd is ongeveer 100 gram fijne
wol. twee breinaalden no. 2en drie
knoopjes.
Het korte jasje wordt zonder zijnaden
gebreid, dus de rug en de voorpanden
aaneep.
Begonnen wordt aan de onderkant en
we zetten in totaal 201 steker, op. (Onge
veer 50 c.m. breed). Hierop breien we
2% c.m. steeds alle st. rechts voor het
boordje. Daarna gaan wc verder in het
patroon en wel op de volgende wijze:
le toer: 10 st. rechts (voor de ribbel
rand aan de middenvoorkant), xx 5 r.,
1 a., herhaal van xx af tot er nog 11 st.
over zijn, dan 1 r. breien voor de streep
en 10 r. breien (ribbelrand).
2e toer: 10 r. (voor de ribbelrand), la.
(voor de streep), xx 2 r., 4 a., herhaal
van xx af tot de laatste 10 st na en deze
weer r. breien voor de ribbelrand.
3e toer: 10 r., 3 r., 3 a., herhaal van xx
af tot op 11 st na, de toer eindigen met
1 r. (streep) en 10 r. (ribbelrand).
4e toer: 10 r., 1 a., 4 r., 2 a„ herhaal
van xx af en eindigen met 10 r.
5e toer: 10 r., xx 1 r, 5 a., herhaal van
xx af tot op 11 st na dan 1 r. (streep),
10 r. (ribbelrand).
Ce toer: 10 r., xx 5 a., 1 r., herhaal van
xx af tot op 11 st. na dan 1 a., 10 r.
7e toer: 11 r., xx 2 a., 4 r., herhaal van
xx en eindigen met 10 r.
8e toer: 10 r., xx 3 a3 r., herhaal van
af tot op 11 st na dan 1 a., 10- r.
- la.,2 r., hei
et 10 r.
herhaal
van xx af, tot op 11 st. na, dan 1 a., 10 r.
De le tot en met de 10e toer vormen
het gehele patroon en deze 10 toeren
moeten steeds herhaald worden
Als op deze wijze 15 c.m. gebreid is
(dus 17% c.m. gerekend van de opzet-
kant af), worden de armsgaten gevormd.
Hiervoor breien wc als volgt (te be
ginnen aan de goede zijde van het
werk): 10 st voor de ribbelrand, 45 it
in patroon, (linkervoorpand), 5 st. afkan
ten, 81 st. in patroon (rugpand). 5 st af
kanten, 45 st. in patroon (rechtervoor-
pand, 10 st. (ribbelrand).
De beide voorpanden en het rugpand
worden ieder afzonderlijk opgebreid.
Het linkervoorpand. Dit breien we nog
zo veel verder in het patroon totdat een
geheel patroon is afgewerkt (waren we
bij het armsgat dus bijvoorbeeld geble
ven in een 5e toer van het hierboven be
schreven patroon, dan moeten er nog 5
toeren boven gebreid worden, zodat dus
een heel motiefje is gevormd). Dan
den 4 toeren geheel r. gebreid en hier
boven alle st. in de tricotsteek (dit is
alle toeren op de goede zijde van het
werk r. en de toeren op de achterkant
van het werk a.). Tegelijkertijd worden,
nadat het werk in drie delen gesplitst is,
drie knoopsgaten in de ribbelrand gebreid.
Het eerste knoopsgat wordt gemaakt wan
neer het werk een hoogte heeft van 18%
c.m. (gerekend van de opzetkant af), het
tweede knoopsgat op 21 c.m. hoogte en
het derde op 23% v.m. hoogte.
Voor elk knoopsgat kanten we de mid
delste 4 st. af van de ribbelrand en zetten
We beginnen bij het boordje en zetten
54 st- op. waarboven we afwisselend 1
verdraaid r., 1 a., breien (in de volgends
toeren de r. st. a. breien en de a. st r.
breien) tot op een hoogte van 3 c.m. We
breien nu verder in het patroontje, zoals
dit aan het begin van de beschrijving is
aangegeven, terwijl we gelijktijdig om de
2% c.m. aan het begin en eind van de
toer 1 st. meerderen, zodat we dus bij een
totale hoogte van 23 c.m. (boordje inbe
grepen) 70 st. op de naald hebben.
Voor de kop van de mouw kanten we
aan het begin van de volgende 10 toeren
telkens 6 st. af en van de daaropvolgende
2 toeren telkens 5 st
net kraagje.
We zetten 20 st. op de naald en breien
hierop steeds r. totdat we in het geheel
In de volgende toer weer 4 steken op
boven de af gekante st.
Voor de ronding van het armsgat kan
ten we aan de zijde van het armsgat aan
het begin van de heengaande toeren nog
3 maal 1 st. af. Dan breien we verder op
de wijze als hierboven is beschreven en
zonder minderen, totdat het voorpand
een totale hoogte heeft van 24% c.m.
Voor de halsuitsnijding kanten we daar
na aan de middenvoorkant eerst 10 st. af
(dit zijn de st. van de ribbelrand). Bij de
volgende toeren kanten we aan dezelfde
zijde steeds 6 st. af, totdat er in het ge
heel nog 18 st op de naald staan. Hier
boven breien we verder zonder minderen
totdat het armsgat een hoogte heeft van
10 c.m., waarna we voor de schouder bij
de volgende 3 toeren telkens 6 st. afkan
ten, te beginnen aan de zijde van het
armsgat.
Het rechtervoorpand breien we op de
zelfde doch tegengestelde wijze als het
linkervoorpand en zonder knoopsgaten.
Het rugpand:
Boven de overgebleven steken breien
we op dezelfde wijze als voor het voor
pand is beschreven, terwijl we aan he»
begin van de 6 volgende heengaande toe
ren 3 st. afkanten voor de beide arms
gaten. We vervolgen ons breiwerk weer
zonder minderen tot de armsgaten een
hoogte hebben van 10 c.m. Voor de beide
96 ribbels hebben (192 tóeren), waarna
we losjes afkanten.
Vervolgens persen we alle delen onder
een vochtige doek heel luchtig op, waar
na we ze in elkaar zetten. Het kraagje,
dat in dwarse richting is gebreid wordt
langs de halsuitsnijding genaaid. De
knoopjes naaien we aan op het ene voor
pand, corresponderend met de knoopsgat
in het andere voorpand.
Wanneer we bij het aanzetten van de
kraag telkens 1 ribbel overslaan, verkrij
gen we gaatjes en door deze gaatjes kun
nen wc naderhand een koordje rijgen, dat
aan elk eind "afgewerkt is met een pom
pon.
Het malsje: Dit wordt aan de voor
kant begonnen. We zetten 120 steken op
(30 c.m.) en breien 2ï5 c.m. alle steken
en toeren r. voor de rand. Dan gaan we
verder m het patroontje, zoals dit voor
het manteltje is beschreven tot op een
hoogte van 14 c.m. Dan breien we alleen
verder op de middelste 40 steken in de
tricotsteek, totdat dit middengedeelte z®
lang is, dat de zijkanten even lang zijn
als de delen van 40 st. aan weerskanten
van het middengedeelte. Daarna de ste
ken afkanten en de zijkanten aan de 40
steken vastnaaien. Langs de onderkant
van het mutsje een toer stokjes haken en
hierdoor een koordje rijgen met twee
pompons.
ZONDAGSBLAD 8 APRIL 1950
7
iets heel leuks voor de Paos
PAASMORGEN
in
JOZEF's HOF
TJTEERLIJKE dingen waren in de vroege
morgen in Jozefs hol gebeurd
maar wie wist er van?
De vrouwen niet, die op weg waren
naar het graf.
En de soldaten, die bij het graf de
wacht hielden, wisten er helemaal niet van.
Die soldaten waren vreselijk ge
schrokken.
Heel de nacht hadden se het graf,
waarin het lichaam van Jezus Vrijdags
avonds gelegd was, bewaakt. Zó hadden
de Joden het gewild en had Pilatus be-
Maar er was bij het graf niets gebeurd.
Wie zou 't ook wagen bij een graf te
komen, waarvan de steen verzegeld is en
dat door Romeinse soldaten wordt be
waakt? Toch zeker niemand.
De soldaten zullen wel blij geweest zijn.
toen 't eindelijk in 't oosten begon te
lichten. Gelukkig, de nacht was voorbij
straks zou de nieuwe dag aanbreken.
Dan zou de zon weer schijnen en alles
vol licht en leven zijn in de schone hol
van Jozef.
Straks zou de derde dag aanbreken.
Tot zó lang moest het graf bewaakt
Als die derde dag maar eenmaal voorbij
was, dan zou 't voor goed stil worden bij
het graf van die profeet uit Nazareth.
Heerlijk is 't, als 't na een lange nacht
eindelijk begint te lichten
Toen is het vreselijke gebeurd!
Plots schudde een hevige aardbeving
Jozefs hof wie zou dan niet schrikken?
Maar er gebeurde nog méér en daarvan
schrokken de soldaten zó erg, dat ze
werden als doden.
Een Engel des Heren daalde uit de
hemeL Zijn gedaante was gelijk een
bliksem en zijn kleding wit gelijk sneeuw.
Even hebben de soldaten die vreselijke
verschijning gezien heel even maar.
Toen hun eerste verlammende schrik
voorbij was, zijn ze naar de stad gerend
om aan de Opperpriesters te gaan vertellen
de vreselijke dingen, die in Jozefs hof
Een Engel des Heren daalde uit de
hemel.
Wat geeft die Engel om een soldaten
wacht of om een verzegelde grafsteen?
Die Engel had van God een heerlijke
opdracht ontvangen. Hij moest gaan naar
de donkere aarde, naar de hof van Jozef,
waar achter een steen het lichaam van
Jezus was neergelegd.
De Engel heeft zich gehaast die op
dracht te vervullen.
Terwijl de soldaten dodelijk verschrikt
wegvluchten, wentelt de Engel de steen
weg voor de opening van 'l graL
En toen toen is de Here Jezus uit
het graf opgestaan.
Geen mens was daarbij tegenwoordig.
Alleen de Engel.
Met hoeveel eerbied en vreugde zal die
Engel Gods Zoon hebben zien opstaan
PAASLIED
Het zoekende licht,
wil door bladeren dicht
tot diep in di donkerte schijnen..^.
En wachters verheugd,
(met de dag komt weer vreugd
zien 't nare donker verdwijnen
Daar schiet van omhoog
O, een Licht, dat hun oog
door hemelklaart moet verblinden.....
Zie, de helden daar staan
dood'lijk ontdaan.
Dan vluchten ze naar hun vrinden.
Een Engel wiekt neer,
raakt de grafsteen... De Heer,
Verwinnaar van dood treedt naar
[buiten...^.
En 't hemellicht
zingt een wonder gedicht
en vogels jubelend fluiten
Op vleugels van licht
en met stralend gezicht
is de Dag uit het donker gekomen....
Wijd over de aard
klinkt een jubel Hem waard,
Die verlost van de dood al Zijn
[vromen.
O, Heiland, maakt my
door Uw opstaan ook blij
En geef dat ook ik U mag roemen.....
U, (Die in de dood
gingt door smarten groot)
voor eeuwig mijn Jezus mag noemen.
P.A.DE ROVER.
uit het graf. uit de dood, waarin Hij zich
vrijwillig gegeven had.
En toen Jezus het graf had verlaten,
ging de Engel rustig op de steen zitten.
In de lange nacht hadden soldaten het
geslóten graf bewaakt.
Lij het geópende en ledige graf wordt
de wacht betrokken door een Engel des
Heren.
En toen kwamen de vrouwen.
Ze zullen van de aardbeving ook wel
erg geschrokken zijn.
En haar schrik werd nog groter, toen zij
het ledige graf en de Engel zagen.
Verbaasd, verschrikt staren ze de Engel
aan. En dan horen se de heerlijke bood
schap: „Vreest gijlieden niet: want ik
weet. dat gij zoekt Jezus, die gekruisigd
was. Hij is hier niet. want Hij is opgestaan,
gelijk Hij gezegd heeft. Komt herwaarts,
ziet de plaats, waar de Here gelegen
heeftl"
Dat was en dat is de heerlijke Paas-
boodschap: de Here is waarlijk opgestaanl
Daar moeten we elke Zondag aan
denken, want de Christelijke Kerk heeft
de eerste dag der week, geheiligd door de
opstanding van Christus, tot wekelijkse
rustdag gemaakt.
Maar op het Paasfeest denken we daar
aan in heel bijzondere zin.
Al zijn we nog jong de heerlijkheid
en rijkdom van Pasen begrijpen we allen
wel.
Pasen betekent: de Here Jezus, die
waarlijk was gestorven, is ook waarlijk
uit de doden opgestaan.
Hij leeft en met Hem zullen eeuwig leven
al degenen, die opiecht in Hem geloven.
DAT MOCHT WEL
Een jongen hij was wel een beetje
brutaal vroeg eens aan een agent:
„Agent, mag ik tegen een ezel „agent"
zeggen?"
„Jazeker", zei de agent.
„En mag ik tegen een agent „ezel"
zeggen?"
„Nee, dit mag niet", zei de agent, „dat
is heel onbeleefd".
„Nu, dig agent!" zei de jongen, en
maakte dat hij wegkwam.
Een poosje geleden hebben jullie ken
nis gemaakt met mijn vriendin Betsie.
Maar ik heb nog veel meer vrienden
en vriendinnen. Dit keer ga ik ,ullie
eens wat vertellen van Jopie Haas.
Jopie had op school gehoord, dat het
de gewoonte was, met Pasen de eieren
te beschilderen. Dat staat gezellig en
feestelijk op tafel. Moeder Haas had er
eerst geen oren nqar. Maar toen Jopie
beloofde, dat hij niet met verf zou
knoeien, gaf ze hem een flink groot ei
1
en een potje verf. Jopie dolblij na
tuurlijk en hij ging onmiddellijk aan het
werk. Moeder kwam na een poosje
kijken en ze wreef haar ogen uit, want,
dat het zó mooi zou worden, had ze
niet verwacht!
Jopie vertelde, vol trots, wat de be
doeling was en wat hij aan moeder Haas
vertelde, geldt ook voor alle neven en
nichten van Oom Karei. Kijk: op dit ei
heeft hij 18 tekeningetjes gemaakt Jo
pie Haas heeft bij de eerste negen een
cijfertje gezet en bij de andere niet
En weten jullie, wat nou een aardige
bezigheid voor jullie is, voor de paas
dagen of in de paasvacantie? Luister
goed. De laatste negen tekeningetjes
(dus zonder cijfer) horen stuk voor
stuk bij één van de tekeningetjes met
een cijfer. Wil je een voorbeeld? Te
kening 1 stelt voor: 8 3. Daar hoort
bij.. Heb je dat? Schrijf dan maar
op Van het woordje, dat je opgeschre
ven hebt, moet je goed de eerste
letter onthmouden. In hokje 2 is een
pen getekend. Nou, bij die pen hoort
natuurlijk zoek maar op. Gemakke
lijk hè? Ook van dat woordje de eer
ste letter onthouden. En als jullie nu
voor alle tekeningetjes met een cijfer
tje het erbij passende prentje zonder
cijfer gevonden hebben, zul je tien. dat
dc eerste letters van ieder woordje, dat
je uitgezocht hebt, samen een heel be
kend voorwerp vormen, dat je vooral
in de Paasdagen veel gebruikt. Stuur
dat woord maar naar Oom Karei en
vertel er maar bij, hoe je het gevon
den hebt. Omdat ik met de Paasdagen
jullie eens extra wil verwennen,
heb ik inplaats van vier, acht prachtige
cadeaux gekocht voor de goede in
zendingen! Wie zal er bij die gelukkige
acht zijn, volgende week? Probcei het
allemaal maar, want de prijzen zijn de
moeite waard En nu aan alle neven en
nichten een hartelijke groet. Veel ple
zier in de Paasdagen.
OOM KAREL.
P.S. Denk er aan: Uiterlijk Donder
dag moet ik de inzendingen hebben.
PASEN BIJ OMA
19
Wat moet jij dan erg, erg
dankbaar zijn, Doesje. Dat
jullie dat allemaal wèl heb
ben. Zó goed is God de Heer
voor jullie. Elke dag mogen
jullie spelen en pretmaken,
en er is heerlijk eten voor
jullie, en mooie kleertjes
jullie hebben alles, wat je
het wel.
„Elke dag moet je de Here
danken, Does, weet je dat
wel En als le dan 's Zondags
naar de kerk mag gaan, en
daar horen van Hem, die elke
dag voor je zorgt, en Hem
daar met alle mensen samen
danken mag. en zingen tot
Zijn eer. wat wordt het dan
heerlijk!"
„Maar Tante, ik kan de
preek héós niet begrijpen."
„O, iéts ervan wèl, Does.
Als je maar probeert om te
luisteren. Je bent al zo groot,
en je zei immers, dat je in de
kerk zo goed aan andere
dingen kon denken?"
Verlegen knikt Does. Daar
schaamt ze zich nu voor.
Maar Tante Elsie zegt
„Dan mag je er best eens
aan denken, hoeveel goeds en
moois de Here jou gegeven
heeft."
Zo praat Tante Elsie door.
Does voelt, hoeveel ze van
haar houdt. Wat wordt alles
nu mooier en gemakkelijker!
Het wordt nu vast anders
in de kerk. Op haar eigen
manier zegt ze er iets van
tegen Annemarietje. Turn vindt
het altyd fijn in de kerk.
Maar Turn is nog zo klein, en
dan lijken alle dingen nog
De dagen aan zee vliegen
veel te gauw voorbij.
Kees en Miepje gaan het
eerste weg. Tante Elsie gaat
met Mevrouw en Meneer
Jochan mee. Ze is een echte
Tante van Miepje. CTes moet
alweer naar school.
Als dc bengels van „school"
horen, willen ze hun oren wel
dichtstoppen.
't strand
door Phé Wijnbeek
Toch is de pret nu gauw
uit. Het is al zes en twintig
Augustus.
En de éérste September
«r is niets aan te doen.
Nu gaan Lieke en Hanseman
ook al. Dat is maar goed ook,
want als er een paar weg zijn,
is 't tooh niet meer zo heel
echt aan 't strand.
Geen Tante Elsie meer
geen vriendjes
Voor 't laatst i
voor 't laatst
weer is niet zo erg mooi meer.
't Heeft telkens al geregend.
Snoecksie pakt maar koffers.
En dan gaan ze met een auto
naar huis.
Een autotocht is fijn. Maar
als ze Rika en Alie vrolijk
wuivend aan 't hek zien staan,
springen de bengels, om er
weer uit te komen. Och,
thuis zijn is weer een feest!
Er slaan bloemen in de kamer
er zijn taartjes, door Tante
Elsie gestuurd er is heer
lijke limonade, door Rika zelf
gemaakt van frambozen.
De bengels ravotten het hele
huis door.
„Fijn, weer thuis te zijn?"
„En of. Vader!"
Annemarietje vindt haar
nieuwe negerpopje weer en
Tum moet haar lieve dikke
poes knuffelen. Does vertelt
in de keuken hele verhalen
aan Alie. die graag luistert.
Vader blijft maar één nacht
thuis. Hij heeft nog een week
vakantie, gaat alleen op reis.
't Is wel ongezellig, maar de
bengels moeten toch naar
school. In optocht brengen ze
Vader naar de trein, op hun
laatste vakantiedag.
„Zullen jullie op tijd zijn,
morgenochtend?"
„Ja. Vader!"
..Turn. en denk je om dc af
spraak?"
„Tüürljjk!"
„Geen schoolpijntjes, hoor
jongens!"
„Hèèèü"
Vader lacht. Hij ziet de
trein aankomen.
„Lief zijn thuis, hoor", zegt
hij nog.
Zo ver ze kunnen, wuiven
ze de trein na.
„Dóg Vader! Da-ag!l"
4Wordt vervolgd)