HYPOTHEKEN MODEVAKSCHOOL
clcicf zonder lack
MARS' OPMARS
ZONDAGSBLAD 4 MAART 1950
'T BRANDPUNT TE DOORN
DE GELEGENHEID om Uw vacantie door te brengen
in positief Chr. sfeer. Bespreek spoedig. 5 H.A. eigen
terrein, vrye wandeling in de bossen, veel attracties in
de omgeving. Frisse kamers, str. wat
Maak gebruik van de gereduceerde prg
tie in de rustige voortijd (April15 Juni) te bespreken.
Vraag prospectus. Tel. K. 34302332.
EERSTE EN TWEEDE
HUISHOUD- en
BEDRIJFSKOELKASTEN
ENGELS FABRIKAAT PRESTCOLD
Vooroorlogse kwalieit 5 jaar garantie
Direct leverbaar in diverse afmetingen.
ALLEENVERKOOP LEIDEN OMSTREKEN
Koeltechnisch Install. Bureau Koeltex
STATIONSWEG 6 A TELEFOON 26882
Nieuwsteeg 43 magazijn-werkplaats - TeL 21656 j
m m nnr.rwnFRn i.fiïïfn
op courante onderpanden. Billijke voorwaarden.
BUREAU INTERMEDIAIR
DEN HAAG - REGENTESSELAAN 201 TEL. 332870
Plaats een „KOERIER"
Het is de weg tot SUCCES I
Aanvang NIEUWE EXAMEN-LESSEN: 13 MAART ax
INSCHRIJVING VAN LEERLINGEN
6, 8. 0 en 10 Maart, van 4 tot 5.30 uur
Speciale Knipcursus voor meergevorderden
DAG- en AVONDLESSEN voor het leren naaien en knfp-
pen voor huishoudelijk gebruik. Ook Privé lessen.
De Inspecteur der Domeinen te Rotterdam
Belastinggebouw, Puntegaalstraat 5. Telefoon 51380,
toestel 340, zal met medewerking van het Makelaars
kantoor A. POT, Bezuidenhoutseweg 482, telef. 772934.
te 's-Gravenhage, op DINSDAG 21 MAART 1950, des
voormiddags 10 uur, te zijnen kantore
bij inschrijving verkopen:
ca. 2200 TON
Stalen Damwandplanken
t.w.:
255 ton Larssen III, 500 ton Columeta
175 ton Ougree Bz I. II, nij
S HI en Z m 55 ton Klöckner HI D,
700 ton Hoesch II en Hl, 480 ton Krupp
(Frodingham K II en III,
Sheet Piling)
alsmede een grote party AFVAL DAMWANDPLAN
KEN, HARDSTEEN en STELCONPLATEN.
De goederen zijn te bezichtigen op Maandag 13 en Dins
dag 14 Maart 1950, van 9 tot 16 uur, op het terrein aan
de Quarantaineweg, Gemeentelijke Werkhaven, te Rotter
dam (Heijplaat).
Lyst met omschrijving der goederen wordt op aanvraag
toegezonden.
Alle nadere Inlichtingen worden door de bovengenoemde
Inspeoteur en het Makelaarskantoor verstrekt.
S»- -■I
is een verkwiste dag
MIJN agenda, die onafgebroken haar
best doet om er de moed by me
In te houden, orakelt heden: „Een dag
zonder lach is een verkwiste dag". Het
is goed om daaraan herinnnerd te
svorden, want lachen is inderdaad een
zeer noodzakelijke bezigheid. Het is
een apart soort onontbeeriyke gymnas
tiek voor hart en longen: er wordt ons
weer eens een flinke stoot zuurstof
toegediend en ons bloed jaagt met
nieuwe vreugde door de aderen. U
roeit dus meteen dat myn agenda vol-
itrekt niet doelt op een miezerig, mis
tig glimlachje of het grimmig grimas
i de hoon, want die halen niets
de eigenaar
IN DE GROTE
VRAAG
moet er toch nog
gevonden worden
kan. Méér nog,
Hoogstens bezorgen
voortgdig dat aantal
helemaal niet grap
pige rimpeltjes en
groeven om z'nmond,
welker samenvatting
zeer duidelijk „zuur
pruim" geheten
wordt. Neen, als we
het over lachen heb-
ben, dan menen we
ook werkelgk dat rondborstige, aanste
kelijke, brede schateren van ganser
harte, en al die toelichtende woorden
wijzen er op hoe hierby aan lichame-
lgke oefening wordt gedaan.
Evenwel, mijn agenda helpt me min
der dan zy in wezen schgnt te doen,
want het is nu wel heel aardig van
haar om zo aan mijn lichameiyk en
geesteiyk wei-zijn te denken, maar dan
erst een onderwerp
/aarover ik lachen
haar argeloze raad
ineens volledig de lust
om eens vroiyk nergens aan te denken
en schopt me halsoverkop in een war
net van piekeraarskronkels. Want het
is juist mgn agenda, die me tot deze
vrolijkheid opwekt en die me dus tcge-
lijk herinnert aan talloze zeer dorre en
droge plichten, die nu eenmaal by deze
Zaterdag behoren. Ik kan althans niet
zeggen dat er veel „juichensstof" zit in
de opsomming van een lastige bespre
king om half tien, van een uitermate
ingewikkeld en riskant onderhoud om
half twaalf, van een overbezet middag
spreekuur en van nog drie andere ta
ken, die eerlgk over deze dag verspreid
liggen als zwerfstenen op een heide-
veldje. Ik heb zelfs de indruk dat ze
samen heel wat meer gelegenheid bieden
om een deuntje te gaan huilen dan om
nu eens luchthartig te lachen.
Ik sta hierin ongetwyfeld niet alleen.
Als ik zo eens om me heen kyk, aan
schouw ik zeker geen belangryk per
centage van lachende lachen, gieren,
brullen Nederlanders, zodat ik zeer
vrees, dat heel wat van onze tien mil-
lioen ingezetenen een leiyk verkwiste
dag hebben geproduceerd. Trouwens,
wat zou het een heibel geven als ze het
wél tot de agenda-programma-festynen
hadden gebracht. Ik zie het al: schate
rende ministers voor juichende kamers
der volksvertegenwoordiging; hikkende
hoogleraren voor dito collegezalen. Ik
zie de trams schudden van pure pret,
terwgl de passagiers gierend de boch
ten worden doorgehutst. Ik zie jube
lende hulsmoeders aan stralende krui
deniers en slagers hun laatste pennin
gen uitgeven; huppelende artsen bren
gen bezoeken aan van vreugde op
springende patiënten; belastinggaarders
dansen van louter jolijt met geiykgc-
stemde dwangbevelklanten. Maar ik zie
het enkel maar in de droom in de
werkeiykheid klopt het niet helemaal;
of helemaal niet.
DAAROM, zeg nu zeli: ls het nu wel
fair om ons tot lachen aan te por
ren ln een wereldje, waar feiteiyk bar
weinig te lachen valt? Myn agenda had
tenminste de moeite kunnen doen om
me ertoe te brengen; zg zou by voor
beeld iedere Zondag die zy vreemd
genoeg indeelt als een dag der dagen
waarop geen uren bestaan: als een
brokje eeuwigheid midden ln de tyd
ons eens een plaatje kunnen voorzet
ten, zo genocgïyk, dat we enkel daar
om reeds stikten van de pret. Zo op de
manier van haar collega-agenda's voor
gymnasiasten, h.b.s.-ers, kwekelingen
en muloscholieren, ook al plegen die
prentjes dan meestal meer geestelijk-
cultureel verantwoord te zgn dan gees
tig. Maar met al haar practische opvat
tingen komt mijn agenda niet aan de
spelende, lachende mens toe. Feitelijk
doet zg dat zo hopeloos afgezaagde
wat van oudsher de dominé's hebben
gedaan: zg preekt. Zg heft een be
zwerende vinger op en betuigt met
„Lach, lach, ik wil alsdat gij lacht...",
maar bij nader inzicht is het alleen
maar een zwerende, heftig kloppende
wijsvinger, die zg me voorhoudt. Zij
sleept ons als clowns de arena binnen:
„Lach dan toch, Paljazzo..." En hoe
graag ik het ook doen
wil ik kan het
Waarom zou ik
lachen? Waarom zou
jij lachen? Omdat je
jong bent in een fali-
kant failliete wereld
Omdat je je weggetje
zoekt tussen de puin
hopen van gisteren en van overmorgen
Omdat je als een blinde door het schaduw-
rgk heen moet sukkelen? Omdat ons
landje zo stikvol mensen zit dat je no
dig in de wieg al moet beginnen met
plaatsbespreking voor de werktribune,
wil je straks niet op de negentigste
rang zitten? Omdat we vuile handen
hebben en geen Radion wast die witter
dan wit? Omdat we bivakkeren in een
voorgeborchte der hel met louter ge
sloten deuren, waardoor zelfs Gcrrit de
Stotteraar niet naar buiten kan breken
Hoe langer ik er over denk, hoe meer
me de lust bekruipt om jou, agenda, in
de hoek te keilen wat ik overigens
niet doe omdat je nu eenmaal mgn
meester bent en ik zelf je gehoorzame
slaaf en ook omdat ik zonder jou zelfs
niet die luttele penningen kan bgeen-
schrapen, die het leven dan wel niet
GEK, de agenda trekt zich niets van
myn betoog aan en preekt rustig
verder: „Een dag zonder lach is een
verkwiste Üag..." zy is daarin zelfs nog
erger dan die ouderwetse togadrager
op de kansel: die kan tenminste nog
eens voor een verzetje zorgen. Hij kan
het glaasje water naar beneden kiepe
ren, of door de preekstoelbodem zak
ken, of zich glorieuslgk verspreken in
een van zijn meest dramatische zinnen.
Zo op de manier van die predikant, die
ten besluite nog eens de tekst drama
tisch reciteren wilde en in plaats van
„En toen kraaide de haan..." de ge
meente onthaalde op „En toen haaide
de kraan..." om dat te verbeteren tot
een „En toen kraande de haai..." Bg
de agenda niets daarvan; zelfs geen
klein leuk drukfoutje; volmaakt uitge
streken.
„Een dag zonder lach..." Je wordt
daar tureluurs van. Zet een annonce in
de krant: „Lach gevraagd" mis
schien krijg je er iets op: oude ver
sleten moppen over boze schoonmoeders,
die laatste pleisterplaats vóór de humor
geil wordt. Maar hoe kom ik van mijn
sjagrgn en de zondige verkwisting mij
ner dagen af?
Tot God je agenda beziet en zegt:
„Kind, wat heb jij het druk. Je moet
de hele stad regeren en besturen en
tegelgk voor je zelf zorgen alle dagen
der wereld. Je schgnt bovendien nog alle
gemaakte fouten te moeten goedmaken
en alle toekomstige te moeten vermij
den. Je doet werkelgk net, alsof Ik er
niet ben, jy belangrgke, probleemrgke,
succesrgke, werkrijke armoedzaaier dat
je bent... Luister eens naar My..." Wel
eens een kind gezien dat boos was; dat
huilde? Dan kwam moeder en zij was
verstandig genoeg om niet op dat kin
derprobleem in het oneindige door te
zeuren, maar ze begon over heel wat
anders. Over iets fijns, Iets feestelgks.
En vgf minuten later liep het kind weer
te lachen en te zingen. Zo doet God.
En wat er dan veel te lachen valt. Om
je eigen gewichtigheid en om die tien
millioen ge wichtigheid j es van onze be
volking. Een lachen onder de open he
mel van vergeving en barmhartigheid.
Een lachen bovenal om die agenda's
met him gewichtige aantekeningen en
orakelspreuken. Hè, wat doet dat lachen
OVER DE VELUWE
Natuurbeschermers verontwaardigd over vordering
van de Dellen
IN twee artikelen hebben wij uiteen
gezet hoe het kanon de rust op de
Veluwe meer en meer verstoort en
Mars doende is daar de toeristen van
de paden te verdryven.
Het laatste artikel maakte melding
van het feit, dat op de legerplaats Ol-
debroek de functies van legerplaats-
commandant en A.N.W.B.-consul in één
man waren verenigd en wg verheugden
ons daarover, omdat wy er gunstige
perspectieven voor het toeristenverkeer
in zagen. Onze vreugde wordt evenwel
door de A.N.W.B. niet gewaardeerd.
Deze oreanisatie schreef ons nl., dat de
commandant-consul ln Oldebroek niet,
zoals hy ons vertelde op zijn verzoek
als zodanig is aangesteld, in verband
met de netelige kwestie van de uitbrei
ding. Consuls worden nl. alleen aange
steld om de bond van advies te dienen
en desgevraagd zyn belangen te behar
tigen. Voorts vermeldt de instructie
voor de Bondsconsuls, dat zij, met ver
melding van hun functie, geen mede
werking mogen verlenen aan publica
ties en dat de A.N.W.B. dus op gener
lei wijze de mededelingen van zijn
consul in Oldebroek dekt.
Die mededelingen kwamen, zoals men
zich herinneren zal, daarop neer, dat
het vreemdelingen- en toeristenverkeer
op de Noordelijke Veluwe in niet zó
ernstige mate door de uitbreiding der
militaire oefenterreinen belemmerd wor
den, omdat het militaire apparaat reke
ning houdt met de behoeften van het
vreemdelingenverkeer.
De A.N.W.B. en met hem de andere
organisaties, die rond verkeer en na
tuurschoon georganiseerd zgn, staan
echter ten enenmale afwijzend tegen
over de vordering van meer Veluwe-
terreinen voor militaire doeleinden.
Toen onlangs in Amsterdam het na-
tuurfonds, gesticht door de Contact
commissie voor Natuur- en Landschaps-
bescherming, ten doop werd gehouden,
is nog eens de aandacht gevestigd op
het feit, dat van de tuin, die Nederland
is, ieder jaar 2400 ha opgeofferd wordt
aan grond voor huizenbouw en ver-
keersbanen. En dat, terwyi nog geen
16% van ons grondgebied uit bossen
en woeste gronden bestaat!
De belangstelling voor ons bosbezit,
we toonden dat in het eerste artikel al
*aan, wordt ieder jaar groter. Per jaar
gaan niet minder dan 750.000 mensen
kamperen in Nederland!
Er is dus alles aan gelegen het in-
schrompelend Nederlands grond- en
bosbezit te vi-ywaren voor nieuwe be
perkingen. En al is het zo, dat er op
de Noord-Veluwe niet gerooid zal wor
den, het bestemmen van natuurreser
vaten als de Dellen voor schictterreinen
is, juist om de culturele betekenis van
het bosbezit, ontoelaatbaar.
(Voor vervolg pag. 3)