De andere moeder
NIEUWE LEIDSCHE COURANT
4
ZATERDAG 9 JULI 1949
Binnen 50 jaar Nederland voor de
helft Rooms-Katholiek
Meer liefde gevraagd over en weer, tussen
Roomsen en Protestanten
Het derde artikel, dat dr N. G. M. van I vier eeuwen mee
M.S.C. in het r.k- dagblad ..Dejhet immuun voor
„komen tot iets".
Tijd" wijdt aan de verhouding Rooms—
Protestant luidt aldus:
„Wie meent, dat de intense belangstel
ling van de protestant voor het katholi
cisme op gelijke wijze wordt beant
woord, vergist zich. Een typisch
beeldje van deze vergissing vinden wij
in „De Protestant" <4;11;48). Een ijverige
dominee klaagt daar over de kerkelijke
toestand op Ameland. Daar moet harder
gewerkt worden, want: „Rome lacht
delijdend over een vervallen gemeente
als te Nes, en put daaruit de conclussie:
o zielige reformatie
Nietwaar? Wij kunnen ons zo leven
dig voorstellen, hoe Pius XII de consisto
riezaal der kardinalen binnentreedt met
een geruststellende glimlach op de lip
pen: „De reformatie, Eminenties? Zielig.
Kijkt U eens naar Nes op Ameland
De katholiek, althans in ons land, is
minder aggressief dan zijn hervormde
medebroeder, hij* leeft minder fel, ge
moedelijker, blijder en (laten we het er
kennen) zcn-gelozer. Hem trekt meer
een Carnaval dan een bijltjesdag.
Hiermee is echter de kwestie van een
■toekomstige pacificatie niet opgelost.
Het is niet zeker, dat ons land ooit
overwegend katholiek zal worden, maar
het is waarschijnlijk. Indien het vermoe
den juist is, dat bij de laatste volks
telling bijna veertig procent van de be
volking zich opgaf als katholiek,
moet men met de mogelijkheid rekening
houden, dat binnen een halvi
vijftig procent overschreden wordt Wat
dan?
Het wil ons voorkomen, dat de door
snee-katholiek temidden zijner anders
denkende collega's nog niet de levens
stijl bezit van de, leider. Het Vat!
mag dan, volgens Hermelink, het
trum van de meest verfijnde diplomatie
zijn, waarbij Kremlin en State Depart
ment slechts beginnelingen genoemd
kunnen worden
gen is nog weinig op ons katholieke
volksdeel neergedruppeld. Niet dat wij
de diplomatie beschouwen als een bal
sem voor alle wonden, maar mocht ooit
het katholicisme door hoofdelijke stem
ming zijn wil kunnen doorzetten oi
ieder terrein, dan is wel een allerfijnste
tact nodig, afgezien nog van het inzioht,
dat wij de persoonlijkheid van de te
genstander moeten eerbiedigen als zijn
hoogste natuurlijk goed.
Ons katholieke volk zal dan wel diep
doordrongen moeten zijn van het feit,
dat het een staat bestuurt, geen partij;
dat het kapitein is op de grote vaart,
geen stuurman van zijn eigen plezier
jacht Het zal breed moeten denken
precies moeten weten, hoever het met
anderen mee kan gaan zonder zijn prin
ciepen te verloochenen, en niet uit in
dolentie blijven aan de veilige kant ten
koste van de minderheid.
Vragen we ons ernstig af: is het ka
tholieke volksdeel reeds zo doordrongen
van de brede evangelische liefde, reeds
zo opgevoed tot de christelijke hoffelijk
heid. dat -het in staat zal zijn op waar
dige wijze de verplichtingen te vervul
len, die een toekomstige adel het zal
opleggen, en die het (praktisch) in geen
Voor onze Schakers
Correspondentie en oplossingen (bin
nen 14 dagen) aan onze schaakredacteur
Goudreinetstraat 125, 's-Gravenhage
Enkele miniatuurparty tjes
Als het warm is moeten we
weinig mogelijk inspannen. Hieraan ge
dachtig geven we nogmaals enkele par
tijtjes uit de rubriek Chess Caviar
„Chess Review",
Allereerst een tweepaardenspel ii
nahand tussen Lewis en Dayton,
speeld in 1942, waarin de witspeler snel
het loodje legt.
1 e4 e5 2. Pf3 Pc6 3. Lc4 Pi
Pxe4 5. Tel? d5! 6. Lb3 Lc5 7. d4 Pxd4
E. Pxe5 Df6 9. Lxd5 Dxf2t 10. Khl Dglt!
11. Kxgl Pe2tt 12. Kfl Pg3t 13- hxg3
Pxg3 mat!
Dan een partijtje, gespeeld in Polen in
1948, waarin de zwartspeler slechte
varingen opdoet met het geweigerde ko
ningsgambiet. De spelers zijn Grynfeld
(wit) en Tarnovski (zwart). Volstrekt
geen onbekende grootheden. Dit tot troost
van minder sterke spelers.
1. e4 e5. 2. f4 Lc5 3. Pf3 d6 4. d4 exd4
5. Lc4 Pf6 6. e5 dxe5 7. fxe5 Pd5 8. Lg5
Pe7 9. Pbd2 P8c6 10. o—o o—o 11. Pe4
Lb6 12 Ld3 Lg4 13. Pf6t! gxf6 14. Lxf6
Dd7 15. Dd2 en zwart gaf het op.
De nieuwe opgaven.
We hebben onze nieuwe opgaven ook
ditmaal aan de gemakkelijke kant ge
houden. U krijgt de punten natuurlijk
niet helemaal cadeau. Dat
flauwe aardigheid en voor U ook niet
bevredigend zijn. Maar het zal U toch
minder inspanning dan gewoonlijk kos
ten, tenminsteals Uw oordeel met
het mijne correspondeert. Zo niet.
moet U de goede bedoeling maar
lief nemen!
Opgave 318 (Voor goede oplossing i'
punten). Wit: Kcl. Da8. Pc7. pion d2
(4). Zwart: Kb3, pionnen b4, b5, c2, d3
en d4 (6). Wit begint en geeft mat in
twee zetten.
Opgave 319 (Voor goede oplossing drie
punten). Wit: Kc7 en Dc4 (2). Zwart:
Ka5, Pb8, pionnen a6 en a7 (4). Wit
begint en geeft mat in drie zetten.
Opgave 320 (Voor goede oplossing vier
punten). Wit: Ke5, Le4, Pe6, pionnen
c4, c6, g4, g6 (7). Zwart: Ke8 (1), Wit
begint en geeft mat in vier zetten.
Opgave 321 (Voor goede oplossing vijf
punten). Wit: Kbl, Tg5, Pe4 en pion
h2 (4)- Zwart: Kh8. Lal, pion b2 (3).
Wit begint en geeft in vijf zetten mat.
We wensen onze oplossers succes bij
hun pogen dit viertal- problemen te over
meesteren. Voor serie A zijn de nos 318
en 319, voor serie B de nos 319 en 320.
voor serie C de nos. 320 en 321.
De oplossingen.
De oplossingen der vier partijstellin
gen uit de vorige rubriek luiden als
V°No 314 (Dr Rey—N.N.. 1942): 1. Pe7T
Lxe7 2. ThSt Kg7 3. Dh6 mat
No 315 (MichelRossetto, Buenos
Aires 1942): 1 Dh6t Txh6 2. Lxhöt Kh7
of Kh8 3. Lf8 mat.
No 316 (HeinonenGauffin, 1947): 1.
Pe6t fxe6 (a) 2. Lh6t KI7 (b) 3. Dg7t
Ke8 4. Lg6 mat. a) Of 1Kg8 2
LxfGt en mat op de volgende zet. b) Of
2Kxh6 3. Dg6 mat.
No 317 (P. Schmidt—dr Schmidt. 1946):
1. Dh6t Kxh6 (a) 2. hxgött Kg5 (b) 3.
Th5t Kxh5 4- f4t Pxe2 (c) 5. Pf6t Kf6
6. Thl Kg7 7. Pe8t Txe8 8. Txh7t Kf6
9. Txf7 mat. (a) Op 1Kh8 volgt 2.
hxg6 en snel mat. (b) Indien 2Kg7
dan volgt 3. Txh7 mat. (c) Zwart kan
xijn vonnis een zet uitstellen door het
Inschakelen van 4Df3t 5. Lxf3 Pxf3
6. Pf6* enz. Dit kan eveneens geschieden
door na 6. Thl te spelen 6Dh3 7.
Txh3t Kg7 enz.
gedragen heeft? Is
de gevaren van het
bezit het reeds de
barmhartige houding van de Zaligmaker
tegenover het geknakte riet zonder
compensatie van een verdrongen
derwaardigheidsgevoel?
Wij menen, dat velen deze vragen niet
durven beantwoorden met de gerust
heid, die zij zouden wensen Er is zeker
de laatste decennia veel verbeterd,
wel van boven af. Maar is er nog niet
te veel achterdocht, te veel verdenking
van kwade trouw, te weinig begrip voor
het feit, dat ook menig andersdenkende
liever zijn leven verliest dan zijn
tuiging? En dat wij met de organisatu
en machtsontplooiing de tegenstander
zo gemakeklijk het gevoel bijbrenger.,
dat hij liefdeloos teruggestoten wordt?
De katholiek dient ook volkomen
lijk te staan tegenover de inhoud
de reformatorische belijdenis. De
voudige gelovigen behoeven geen onder
richt te ontvangen in de grondbeginse
len van de calvinistische theologie, mi
wat men er over vertelt, moet wj
zyn. Het zou van weinig vertrouwen
onze eigen waarheid getuigen, indien wij
de kleinen door leugenachtige
dryving moesten afschrikken
r en zijn aanhangers. Waarom niet
de volle overtuiging van onze katho
lieke adel hun een hoofse ridderlijkheid
bijgebracht tegenover de christen,
dwaalt, maar daarom zijn recht op liefde
i eerbied niet verloren heeft?
In dit verband vragen wij
of het verantwoord is, dat iedere schry-
geschiedenisboekje zonder
deskundige voorlichting zijn v
voorlegt aan kinderen over i
oorzaken der Hervorming en de aller-
gecompliceerdste schuldvraag
enkele alinea oplost?
De gevoelsindrukken die de tienjarige
leerling ontvangt bij de lessen, dikwijls
verscherpt door intonatie en gelaats
uitdrukking van de onderwijzer, bepa-
het leven liefde
keer. Hier is eigenlijk een meesterhand
vereist.
In ieder geval zal heel de opvoeding
op dit gebied er op gericht moeten zijn,
dat hot katholieke kind later in staat is
ook als lid van de leidende party rustig
eenvoudig met zijn andere landge
noten samen te wonen, zonder te zijn
aangetast door een in sommige pro
testantse kringen nog voorkomend -
hoofdbewonercomplex.
Van katholieke zijde wordt een groots
gebaar vereist om de spanning onder de
christenen van ons land te vermdnde-
Maar dan mogen wij ook verwach
ten. dat bij de protestanten de overtui
ging doorbreekt, dat kruitdamp en sma
lende leuzen, wantrouwen en vrees ons
niet kunnen voeren tot de oplossing var
het conflict.
Laat men aan reformatorische zijde
bekennen, dat ook daar een meesterhand
ontbreekt, die geschiedenisboekjes
(belangrijker nog) catechismussen
anti-katholieke tendenties. Wat
Hellenbroek en Landwehr in een jam
merlijk groot aantal herdrukken
jeugd voor het leven hebben meege
geven aan z.g. roomse opvattin-gen, is
belachelijk en te goeder trouw wel
licht lasterlijk.
Hier doet zich het gemis voelen van
•n ereraad, waarin vooraanstaande
theologen van beide richtingen zitting
Het fiat van deze raad
waarborg moeten zijn. dat de leer door
de andere partij juist is weergegeven,
dat geen nodeloos kwetsende termen
zijn gebruikt.
Zullen de aanhangers van het refor-
matorisch-christendom een halve eeuw
ver willen zien bij de opvoeding van hel
kind? Zal daar op ander gebied het ge
sprek verkozen worden boven frontvor
ming? De publicaties der élite geven
hoop. hun reacties echter stemmen tot
pessimisme. Prof Berkouwer noemt de
recente discussie over hetprocessiever
bod in deze tijd van contact en gesprek
zeer terecht „zonder meer pijnlijk",
tracht hij haar te motiveren (Trouw, 18;
6). Wij durven verder gaan en vragen:
„Hoeveel psychologischer, hoeveel be
langrijker voor de vrede binnen ons va
derland zou een ander adres geweest
zijn door dezelfde raad van Protestantse
Kerken aan de Ministers: „vertrouwend
op het gezonde verstand en de toene
mende irenische houding in leidende
katholieke kringen, verzoeken wij art.
177 te blijven uitleggen, zoals het sinds
enige -tijd door breed-denkende rechters
is uitgelegd. Het zij vrede!"
Men heeft de geste niet gewaagd,
waardoor men een slag gewonnen had
In het pacificatie-proces. Men heeft de
slag verloren en alle motiveringen teza-
kunnen niet de Indruk wegnemen,
dat de eenheid der protestanten zich
nog steeds het meest natuurlijk mani
festeert door een protest.
Ondanks alles blijft onze taak. omdat
Jj niet voorwaardelijk is. maar abso
luut. De Katholieke Kerk kan zich niet
verminken, geestelijk niet en evenmin
in haar zichtbare groei. Maar zij draagt
in haar wapen niet het „Oderint dum
metuant", „laat ze maar haten, als ze
bang zijn". Zij wil niet worden
gevreesd en zij wil niet voeren tot haat.
Een ander devies staat haar voor ogen:
Al zouden alle volkeren neerliggen
in uw voeten,
zo ge de liefde niet hebt,
het baat u tot niets."
En de
schaar knipt
Wanneer onze kleine
dochter voor het eerst uit
logeren gaat, willen we
haar graag een j,k,oi
nachtponnetje meegeven.
Ons model 42. van deze
week, kan moeder helpen
om dat eens keurig voor
elkaar te krijgen.
kunnen er een va_
gezellige gebloemde ka
toentjes voor nemen
flanel, dan is ons meiske
ook voor de winter heer-
lijk ingespannen. Het pa
troon is verkrijgbaar voor
de leeftijd van 4, 6 en 8 jaar. Voor 10
jaar Jcan het bijbesteld worden. De
patronen kunnen afgehaald worden aan
ons bureau Hogewoerd 103, Leiden (van
Maandag 2 uur af) tot Zaterdag 16 Juli
k i 0.35. Per post worden ze toegezonden
na ontvangst van f 0.50.
Het modelletje, waai- 2.25 2.75 stof
van 90 cm voor nodig is, heeft een
schouderpasje. Onder de opgestikte naad
springt de ruimte uit. Het splitje komt
midden achter, de knoopjes voor dienen
slechts als garnering. Met een paar
kleine zakjes wordt het een grappig
geheel.
Toen het praatje door 't dorp gin-g, datl Gek, brulde Henk, je bent niet wijs.
Teuntje Verhagen trouwen ging trou- Frans graaide op dat zelfde ogenblik het
met Bart de hoefsmid, die verleden doosje met lucifers Henk uit handen,
met drie kinderen was achtergeble-l Zo, dat had hij alvast. Wat Henk ver
keken de mensen elkaar verbaasd der te vertellen had, kon hem geen klap
schelen. En als Henk hem niet helpen
[PUZZLE
PAN DE WEi
ek)
Horizontaal: 1 tweetal, paar, 4 bretel,
gevangeniskamer, 9 groot koopvaardij
schip, 10 inhoudsmaat (afk.), 11 flink,
kloek, 12 binnen. 13 onbebouwde ruimte
rondom een woning, 14 telwoord, 15
steek met een puntig voorwerp, 16
fraaie zangvogel. 18 pan, 19 been, 20
zwart (afk.), 21 maanstand (afk.), 22
likeur, 23 reptiel, 24 machinebankwer-
kersgereedschap, 25 ploegsnede, 26 be-
dektbloeiende plant, 27 plezier, 28 spil,
29 herkauwer, 30 on-meetbaar getal, 31
roep waarin iemand staat, 32 oppervlak-
temaat, 33 vluchtheuvel. 34 liefdesgod
heid.
Verticaal: 1 bootsman, 2 vrucht-
vliesje, 3 onbepaald telwoord, 4 schoof,
5 lichaamsdeel, 6 maanstand (afk.), 7
waad-vogel, 9 katjesdragende loofboom,
11 gebeurtenis, 12 loofboom, 13 haat, 14
dwaas, 16 inwendig deel van vis, 17 deel
het etmaal, 19 diploma, 20 onder-
Teunbje, trouwen met Bart? Hoe
was 't mogelijk!
Teuntje hoorde wel wat er achter haar
rug gemompeld werd. Doch het een noch
het ander deerde haar. Te veel was er
in haar ziel omgegaan, om aan praatjes1 Doe
vf.n ii«..r-u zich te storen.
Nu waren ze getrouwd.
's Avonds zaten ze samen. Hij in
gemakkelijke stoel, wachtend op de
krant, zij gebogen over Frans zijn jas,
waarin hij een flinke winkelhaak had
gehaald.
Teuntje, ik begrijp het niet,
en scheen meer in zich zelf dan tot haar
te praten, zodat ze vragen moest: Wat
niet Bart?
Dat van jou en Frans. Die verhou
ding bedoel ik. Als ik toch denk
verdriet, dat dat kind me heeft bezorgd,
dan staat m'n verstand stil bij de
keer van deze dagen.
Teuntje liet haar naald rusten,
aar hem op, zwijgend. Bart overviel
haar. Ze zat juist te denken aan
flict dat ze 's middags met Frans had
gehad en waarvan zijn vader niets ge-
geworden was. Ze wilde het niet
m ook. Eerst moest ze Frans beter
leren kennen om over zijn fouten te kun
nen spreken.
Wat moest ze Bart antwoorden?
Ik denk, aarzelde ze, dat -het door
't vreemde komt, dat er is tussen hern
en mij, waardoor hy voor een ongenblilc
in z'n vaart gestuit is.
Bart dacht fia. Net iets voor Teun
tje om verder te zien dan het ogenblik.
Ik geloof toch zeker, dat jij hem
winnen zult. zei hij toen.
Nee Bart, zo mag je niet spreken.
Ik kan niets, wanneer het mij van Boven
niet gegeven wordt.
kant van de voet. 22 jong takje, 23 vaar
tuig, 24 slimme viervoeter, 25 model, 2(
makker, 27 mil. auto, 29 raamscherm. 3(
3or. 31 zangnoot, 32 maanstand (afk)
Oplossing van de vorige puzzle
Horizontaal: 1 transparant, 8 dog, 10
gijl, 11 A.C., 13 regen, 14 D.M., 15 fel.
17 den, 18 kap. 19 Irene. 20-anode, 21
kei. 22 gek, 24 pel, 25 as. 2 6 kerel. 28 h,
~~j ton, 30 net, 32 thermometer.
Verticaal: 1 trafikant, 20 A.D., 3
4 page, 5 Rijn, 6 al. 7 tempelier. 9 gede
gen, 10 genaken. 12 Ceres, 14 dadel, 16
lei, 18 kop. 23 ergo, 26 kor, 27 lee, 2'
31 t.t.
De prijswinnaars zijn ditmaal: le prijs:
C. A. van Beveren, Hoofd6tr. 83, Noord-
wijk "aan Zee; 2e prijs: Nic. Timmers,
Loostérw. 47. Voorhout; 3e prijs: H. A.
Chaudron, Van Speykstr. 42, Leiden.
Inzendingen per briefkaart uiterlijk
s. Donderdagmorgen aan ons bureau
In de linkerbovenhoek van de adreszijde
tb vermelden „Puzzle-oplossing"
Na 1 October kortere grens
controle.te Roosendaal
M.I.v. 1 October, bij het van kracht
worden van het nieuwe spoorboekje, zal
de grenscontrole bij Roosendaal niet i
"minuten eisen. De Nederlandse
diensten zullen hun controle gedeelte
lijk gaan uitoefenen in de rijdende trein
op het traject RotterdamRoosendaal
Geslaagd dank zij.
RESA - HILVERSUM
(Bekende Schriftelijke Cursus)
Vraagt ons prospectus
Staatsexamen A en B. Mulo dlpl.,
Zal ik1 je helpen, Frans?
Teuntje zag, dat hij moeite had zijn
s van de kapstok te wippen.
Frans sloeg haar hand terug: Blijf
af. zeg ik je. 'k Vraag je toch zeker niets.
Teuntje probeerde kalm te zijn, ook
toen ze vroeg: Kan dat niet anders
Frans? Zeg in ieder geval, nee moeder,
als je denkt 't zelf te kunnen doen.
Moeder, klonk het smalend; hoor
ou es, die wil dat ik moeder tegen haar
zeg, ha, ha!
Nee Frans, zo is 't niet. Het was je
vaders wens.
O. vader, die vraagt zo vaak wat,
.aar daarom doe ik 't niet.
Z.wyg, gebood ze. Ik wil niet dat
zo over je vader spreekt.
Och mens, hou zelf je
Vlug legde zij haar hand op zijn mond.
Maar Frans, bestrafte ze.
Nijdig sloeg hij van zich af. Sleepte
n jas bij een mouw de gang door
rende weg.
Op straat gromde hij na: 'k Zal
r wel krijgen, 'k Heb met haar praat
jes niks te maken. Die vervelen me ai
zolang ze daar rondloopt. En hij keek om
1 z'n boze blik haar nog treffen kon.
In het achterkamertje, waar de -brood-
bordjes nog op afruimen te wachten
stonden, liet Teuntje zich op een stoel
neervallen, verslagen. Het ging niet goed
Wat was die jongen snauwerig
bits. Gisteren al en als de dag nu
begon. En wat voor reden had hij?
wilde wel alles doen om hem
te leren inzien hoe hij zich zelf
deren onnodig verdriet deed. Doch hoe?
Met hem -praten?
Och, dat was de eerste dagen nog wel
mogelijk geweest. Toen had hij, hoewel
wrevelig, naar haar geluisterd, ook nog
wel gedaan wat zij van hem vroeg. Tot
opeens in een ruzietje met Bram waar
zij tussen kwam, Frans haar vinnig had
toegeslingerd: Houd je stil, n!
je hebt hier niets te zeggen.
Daarna had hij meer gedurfd.
Teuntje voelde haar taak zw,
en. Vertrouwde ze te veel op eigen
kracht?Vader, smeekte ze,
ij een trouwe helper.
Toen stond ze op en ging aan haar
morgenbezigheden. En terwijl de klein
tjes vrolijk om haar heen sprongen, zon
ze op iets waarmee ze Frans een plezier
kon doen.
Zou ze voor vandaag wat koken
hij veel van hield?
Ze wist al wat! Flensjes zou ze bakken
1 er veel suiker tussen strooien. Daar
as de jongen dol op. En zorgen dat
in beker chocolademelk voor hem klaar
stond als hij uit school kwam.
Op het schoolplein rumoerde de jeugd,
't Was speelkwartier.
Frans rende dwars door een groep
spelende meisjes heen om bij Henk, z'n
vriendje, te komen.
Zeg jog, heb jy lucifers, vroeg hij.
Ik, deed de ander verbaasd. Wat
moet ik met lucifers?
Weet ik dat. In jouw zakken zit an
ders pruttel genoeg.
Wat moet je dan. wilde Henk weten.
Als jy zorgt dat ik lucifers kryg,
zal 'k je 't zeggen.
Daar is nog al kunst aan. pochte
Henk, maakte zich uit de voeten en
kwam in een ommezien terug met een
doosje lucifers.
Bewaren voor straks als we naar
huis gaan, commandeerde Frans, 'k Moet
gat branden in m'n kous, dat er een
knol door kan. Gisteren heb 'k met een
spijker er een ingetrokken, da's de moei
te niet. Dat heeft ze zo weer dicht
Waar die jongen dan toch (blijft, brom
de Bart, die graag 't eten op tafel zag
vrouw, er is geen wachten
i nog, vond zij. 't Is
KORT VERHAAL
door Gré van Ast
gezellig voor Frans als wij bezig zijn.
Vijf, zes, zeven minuten vergingen.
Geen Frans.
Ik kan onmogelijk langer wachten,
driftigdë Bart. Precies één uur moet 'k in
de smederij wezen om 't paard van boer
Klaassens te 'beslaan.
Ja, zuchtte Teuntje. Als -het dat
moest ze ook rekening houden met Bart
zijn zaken en ze bracht het eten binnen.'
Toen ze 'klaar -waren zei Bart: Als de
jongen er over een half uur nog niet
waarschuw me dan. En hij ging naar z
Nauwelijks waren zijn stappen verklon
ken of daar kwam Frans de achterdeur
in. Voetje voor voetje sleepte hij zich
voort in de bijkeuken. Au, -kreunde hij
au, en plofte neer op een kistje.
Net kwam Teuntje aanlopen. Ze droeg
een bakje met eten, dat ze naar de kippen
wilde brengen.
Jongen, waar kom jij vandaan! Bij
na had ze uitgeroepen: „Wat zie
uit!" Ze zag dat z'n jas slordig neerhing
gezicht besmeurd was. Hij heeft
zeker weer gevochten, dacht ze. Zc
't hem vragen? Nee, toch m-aar
't Gaf misschien weer woorden. Zijn
hapje zal ze klaarmaken. De kippen heb
ben de tijd en ze zette het bakje zolang
op de grond.
Maar mèt dat ze het doet, ontdekte
dat e® met Frans erger dingen gebeurd
zij-n. Ook viel het haar op hoe hulpeloos
hij daar zat. Frans de druktemaker leek
:n triest jongetje.
Even bleef ze hem aanzien of ze zeggen
wilde: Is 't nou zover met je gekomen?
Frans liet toe, dat z'n moeder z'n schoen
uittrok en de kous, die niet meer
l lor.
iets
- jongen
watisdatHoekom je
aandie plekop je been
't Lijkt welHeb je weer met vuur
gespeeld?
een schuldige toonde hij zich.
Heb je pijn?
Erg, zei Frans en slikte iets weg.
vroeg ze dat: Heb je pijn? Niets
boos was ze en hij dacht nog wel
't geval van 's morgens dat ze zeggen
zou: Net goed, jongetje. En nu deed
juist zo aardig. En ze smeerde van i
bruine goedje op z'n been, wond er toen
De pijn werd er al een beetje
minder van. Hij had wel „dank u wel"
willen zeggen.
In do keuken stond er voor hem al
leen nog gedekt. Hij moest gaan eten.
ook al weer een meevallertje,
vond hij. En hij kreeg worst, gebraden
worst. Heerlijk was dat. En toen nog
flensjes. Hij kon er niet over u"
Teuntje was onderwijl naar Bart ge
gaan. Hij was druk en zag haar niet.
Bart, moet ze roepen. Bart!
Is er wat met de jongen, vroeg hij
Hij is thuis, dat wilde ik je
/en zeggen.
Mooi zo. bromde Bart en hanteerde
Hij vraagt niet naar bijzonderheden,
gelukkig maar, dacht Teuntje en ze
haastte zich terug naar Frans.
Ze zag hem bezig. Hij ruimde zyn eigen
bordies weg en kwam daarna aandragen
met het tafelzeil, dat hij reeds op de stok
had gerold.
Toen vroeg hy: „Kan ik nog wat
oor U doen?"
Die vraag gaf Teuntje een diep
gevoel. Ze bloosde er van.
Zo'n jongen toch!
Ze kwam naar hem toe en keek hem
recht in de ogen.
Frans dacht: Zou ze nu toch beginnen
/er die gerafelde kous? Wat hij gedaan
had was ook lelijk van hem geweest,
"ou ie 't zeggen?
Zijn gedachten bleven toeven.
Frans, kijk me eens aan!
Hij zag naar haar op en vroeg: „Is
Heb je dan nog veel pijn? Teuntje
dacht dat hij de brandwond bedoelde.
Ik wou weten van de kous, zei h
Is datvindt U 't erg?
Welnee jongen,' die is immers
weer gemaakt. Wees maar dankbaar, dat
goed afgekomen bent. Er had heel
wat anders door kunnen gebeuren.
Weet vader 't al.
Nee Frans.
Zegt U 't hem?
Teuntje moest even nadenken, toen
zei ze:
Frans, hou je veel van je vader?
Hij knikte.
En waarom plaag je hem dan tel
kens weer, Frans? Omdat je dat prettig
Waarom praat ze alleen over vader,
denkt Frans. Hij maakte het haar im-
ook lastig. En ze mopperde nooit
zoals vader deed.
Ze vroeg: „Hou je van vader"
¥iï'pper$cfieppn
jajen naar
JOHN MASERELD
60
„Niet erg, tenminste, maar ze heeft
water binnen."
„Neem me niet kwalijk dat ik het
zeg, mijnheer", zei Kemble. „Ik doe
het alleen om U te waarschuwen. Ze
hebben een dodelijke ziekte aan boord,
dat is mijn mening en voordat ze weg
voeren hebben ze de kranen openge
zet om het te laten zinken".
„Dat is best mogelijk," zei Kruiser.
„En het kan zijn, dat ze een paar
stervenden aan boord hebben gela
ten. Het kan gele. koorts zijn, of pok
ken. Ik ga nu alleen aan boord, of
samen met jou, Rodmarton. want jij
kent het schip. En terwijl ik aan
boord ben, .houdt u af aan een lijn,
tot ik weet, wat eraan mankeert. Be
grijp het goed, stuurman, u laat ons
tweeën aan boord, steek dan af en
blijf op een afstand, want ze bevalt
me niets."
„Mij ook niet, mijnheer," stemde
Fairford toe. „Ik zal op een afstand
blyven, als u een lijn wilt vastma
ken."
„Hé, ik heb nooit geweten, dat het
zo'n sierlijke achtersteven had," zei
Kruiser, terwijl ze met gestreken
zeil roeiend het schip naderden. Hoog
rees.de ovale achtersteven boven hen
op en vermeldde in een vergulde
krans naam en haven:
Bird of Dawning,
London
The light comes after me.l)
Boven en onder de vergulde krans
stond het devies: een witte haan, met
vuurrode nekveren en vergulde spo
ren op een stok.
„Het licht volgt me na," spelde
Edgeworthl „En nou volgen wij jou
na, ouwe knar, als je daar maar om
denkt."
„Even wachten voor we langszij
komen," zei Kruiser. „We moeten ze
praaien, vóór we aan boord gaan.
Vooruit, alle hens tegelijk." De hele
bemanning riep uit één mond; „Cock,
ahoy! Bird of Dawning, ahoy!" Ze
hadden geen antwoord verwacht op
hun praaien maar er kwam ant
woord. Uit het kippenhok by de grote
mast kraaide een haan hen zwakjes
toe.
„Een haan", zei Kruiser.
„Dan is het niet verlaten, mijn
heer", zei Rodmarton.
„Ze zouden de kippen nooit achter
gelaten hebben. Ze zijn vast alle
maal aan de pest gestorven."
„Wie heeft de boten dan meege
nomen?" vroeg Kruiser. „Ze gingen
in allerijl van boord, denkende, dat
het schip zinkende was, en het is
niet gezonken."
Lij fronste zijn wenkbrauwen, hij
wist niet, wat -hij ervan denken
moest. Hij stond op en praaide weer:
„Bird of Dawning, ahoyJ" Weer
kraaide de haan tepug, alsof het hat
schip zelf was, dat antwoord gaf. Het
merendeel van de manschappen zei,
dat te een boon waren, als ze er iets
van begrepen.
„Hoe eerder wij het inspecteren, hoe
beter", zei Kruiser. „Het zal ons nog
een doodschrik op het lijf jagen, zolang
we het niet weten."
Hij zelf was wat benauwd bij de ge
dachte aan de afgrijselijke dingen, die
hij daar op slechts enkele vademen af
stand misschien zou vinden. Maar
naast die verschrikking bestond de
hoop, dat zij, vóór het schip zonk,
nieuwe voorréden konden vinden.
„Stuur op de vallen af, Coates", zei
hij. „Zie, dat je de voorste lijn te pak
ken krijgt, Rodmarton. dan grijp Ik de
achterste. Opletten, aan bakboord, dat
jullie de riemen niet tegen boord stuk
slaat. Houd haar af met een sliet,
Edgeworth, jij ook, Kemble".
Voorzichtig kwamen zij langszij,
Coates aan het roer, Rodmarton voor
uit, Kruiser in de roertalies, klaar om
te springen, en de twee anderen klaar
om af te houden. Reusachtig doemde
het schip boven hen op, hief zijn
groene koperen dubbeling, terwijl het
wegrolde en toonde kale, glanzende
plekken, waar de blokken langs ge-,
schuurd hadden. Even hield de rollen
de beweging op, toen kwam het schip
met snel" toenemend geratel op hen
af, tot zijn raas op dalende speren ge
leken. „Bakboordriemen binnen", riep
Kruiser. „Een halve streek stuurboord,
en vlug. Let op je kans, Rodmarton."
Lenig als een kat, ondanks zijn ver
moeidheid, sprong hij naar de talie, die
van de achterdavit slingerde, greep
haar, klorn er langs naar boven, zwaai
de zich over de reling en sprong op
het dek.
Rodmarton volgde hem aanzienlijk
minder lenig. Kruiser nam een opge
schoten kabel van de pennen en boog
zich over de reling.
„Van onderen", riep hy. „Pak die
lijn en zet haar vast om de voorste
doft. Dan afvallen, tot ik „Vast" roep".
Hij vierde de lijn en keek toe, hoe
de bemanning de boot afhield tot ze
een vijftien vaam achter het schip lag.
De bemanning stond op een kluitje
voorop toe te kijken. Rodmarton stond
bij de stuurboordreling te kijken als
een vis op het droge. De woorden van
Kemble en van de anderen waren hem
niet langs de koude kleren gegaan.
Misschien lag zijn broer Joe wel dood
in zijn kooi in een van die dekhuizen
vlak bij hem.
Kruiser liep naar de kuil en haalde
de peilstok op: er stond drie voet drie
duim water in.
Aardbeien en kersen
De aardbeien- en kersentijd duurt
slechts enkele weken; wie ervan genie
ten wil, moet zijn kans waarnemen als
de pluk in volle gang is en het fruit
het goedkoopst verkrijgbaar. En wie nof
iets van de geur van de zomer wil be
waren kan het fruit in de vorm vat
jam, vruchten op sap of limonade vooi
het winterseizoen conserveren.
Dat zijn van die zelfgemaakte produc
ten, die een huisvrouw met. trots laat
zien en proeven Wanneer men daarvoor
maar het goede ogenblik kiest, kan het
ook een flinke besparing betekenen op
onze uitgaven voor fabrieksconserven.
aardbeien e;
(2 a 3 potjes)
500 g aardbeien. 500 g kersen, 1
citroen, kg suiker.
De vruchten schoonmaken, ontpitten,
fijndrukken en langzaam
ze zacht zijn. Het citroensap toevoegen
en de vruchtenmassa inkoken tot 2/3 van
het volume. De suiker erbij doen en de
jam laten koken, totdat een paar drup
pels, op een koud bord afgekoeld, niet
meer uitvloeien. (Bij het inkoken goed
roeren, zodat de jam niet aanbrandt). Ze
heet in de goed schoongemaakte potjes
doen, die, om het stukspringen te voor
komen, in een teil met warm water zijn
geplaatst. De potjes afsluiten met een
stukje vochtig cellofaan of perkament
papier. dat met een touwtje strak
het potje wordt gespannen. Men kan de
jam ook bedekken met een laagje ge
smolten paraffine, alvorens het potje te
sluiten.
Aardbelenlimonade
1 liter aardbeiensap, lVx kg suiker, 35 g
citroenzuur.
Het vruchtensap aan de kook brengen
en de suiker er in oplossen. Het sap la
ten doorkoken en afschuimen. Het ver
volgens koud laten worden. Het citroen-
ïur in een weinig water laten oplossen
i afkoelen.
Het koude- sap met de koude citroen-
iur-oplossing vermengen. De limonade
siroop overdoen in goed schoongemaakte
flessen en deze met een kurk afsluiten.
Kersenpannekoekjes
200 g zelfrijzend bakmeel, 1 ei, Vg liter
melk, 1 snuifje zout.
500 g kersen, wat boter of margarine,
suiker.
Het bakmeel in een kom doen, het ei
in breken, iets zout toevoegen en er
met de melk een glad beslag van roeren.
De kersen wassen, van stelen en pitten
ontdoen en ze door het beslag roeren.
In de koekenpan wat boter of margarine
smelten en van het beslag pannekoekjes
bakken, die aan weerszijden lichtbruin en
van binnen gaar moeten zijn. Er op de
schaal wat suiker over strooien.
Olietank van Nederlands schip
in het Kattegat ontploft
Gisternacht is in het Kattegat 'n riiwe-
olietank van het 250 ton metende motor
schip „Eljo" uit Amsterdam ontploft
Het schip is op eigen kracht de haven
van Kopenhagen binnengekomen.
De machinist is in een ziekenhuis op
genomen met brandwonden en «jen ze
nuwschok.
De brand, die op de ontploffing volg
de werd door de bemanning bedwongen
wil weten waarom ik hem plaag.
Wie dacht daar nou bij. Als je wat uit
wilde halen deed je het.
Hij kon geen antwoord geven. En toch
wilde hij' wat zeggen, iets waaruit ze
merken kon. dat hij haar aardig vond.
Want ineens is 'hij daar heel zeker van
Hij zint, zint
En Teuntje wacht. Weet ze wat daar
arrelt in z'n jongensbrein?
De school, schrikt Frans. Hij moet
aar school. Vijf minuten heeft hij maar
Zal hij weggaan, zo, zonder woorden.
Geen ogenblik bedenkt hij zich meer.
Plots richt hij zijn hoofd en geeft moeder
Dag moeder, zegt hij dan -bedankt
dit en wijst naar zijn verbonden
been. Dan gaat hij haastig heen.
Lang nog staart Teuntje naar de deur
waardoor ze Frans zag heen gaan.
Een grote blijdschap is over haar ge
komen. Haar adem gaat lichter, gemak
kelijker nu. Er is een glimpje hoop.
't een juichtoon in haar ziel ziet ze
Boven.
Vader, ik dank U voor dit ogenblik.
Indien ik maar
Want zy zeide: Indien ik maar
Zyn klederen mag aanraken, ik
zal gezond worden.
Dit woord is door de vrouw, van wie
het afkomstig is, misschien meer by
zichzelf gedacht dan hardop gezegd.
Haar kwaal was er dan ook niet naar
om dit zo tegen anderen te zeggen en er
met iedereen over te spreken.
Ze was er intussen ernstig genoeg aan
toe. Die kwaal heeft haar levenskracht
gesloopt en haar levensvreugde gedoofd.
Ze heeft eraan gedaan en eraan laten
doen, wat ze maar kon. Maar by nie
mand heeft ze baat gevonden. En ze is
er ook nog al haar geld mee kwyt ge-
Nu komt Jezus in haar omgeving.
Zou Hy haar kunnen helpen?
Dat is voor haar geen vraag. Hij kan
het. Dat weet ze. Maar dan moet ze met
Hem in aanraking komen, al is het maar
met Zyn kleed.
Dus gaat ze naar Hem toe. Maar niet
zo, dat iedereen begrijpt waarom het
haar te doen is. De mensen moeten het
niet bemerken. Ze heeft het by zichzelf
goed overlegd, het zal al voldoende zijn,
als ze maar de kans krijgt, even Jezus'
opperkleed vast te grijpen. De Meester
behoeft niet eens bijzondere aandacht
aan haar te schenken. Hij behoeft ook
geen woord tot haar te zeggen. Indien
ik maar Zijn klederen mag aanraken,
ik zal gezond worden.
Wat een geloof! Misschien niet in elk
opzicht zuiver, zoals uit het vervolg
blijkt, maar toch een groot geloof!
Geen vraag, of Jezus het wel kan!
Geen vrees, dat haar kwaal te^zeer ver
ouderd is! Geen twijfel, of ze wel aan de
voorwaarden voldoet, die deze Rabbi
stelt
Alleen dit: Jezus is groot! Jezus is
machtig! By Jezus is genezing!
Niet hierop komt het immers aan, dat
wij veel mooie en grote dingen over Je
zus weten te vertellen en dat wy onze
beschouwingen-over Hem houden. Dat
deden de mensen in de dagen van Jezus'
omwandeling ook. Zij liepen achter Hem
aan. Ze lgefden van sensatie. Maar met
hun eigen leven kwamen zij toch niet
verder. Dat onthielden zy aan Hem.
Maar dit is het eerste in het geloof,
dat wij met onze eigen levensnood naar
Jezus gaan. omdat hij de Ene en Enige
is, die verlossing, genezing, vrede geeft.
Jezus Christus is groot, wonderlijk
groot.
Hy komt met Zyn Evangelie elke dag
langs ons. Hy staat midden in ons leven.
geen ziekte, geen kwaal, geen nood,
geen probleem en vooral geen zonde, of
uitkomst voor. En Hij wil
ook die uitkomst geven. Hy heelt alle
onden en stilt alle smart. Want Hij is
dé Redder der wereld.
Als wy ons leven maar by Hem bren
gen! Als wy h^t maar van Hem ver
wachten! Als wij maar iets kennen van
dat: indien ik.maar...!
Want het is wel erg, dat er zoveel leed
ellende in de wereld is, dat er huwe
lijken op springen staan en gezinnen
dreigen onder te gaan. Maar het ergste
is, dat men met dit alles aan Jezus Chris
tus voorbijgaat, Die alleen levensherstel
kan geven en Die dit wil geven over de
geHele breedte en in de volle diepte.
Wie kan zeggen, dat de Heiland der
wereld voor hem geen genezing heeft?
Hij k a n het! En Hij wil het!
Indien ik maar Zijn klederen mag aan
raken, ik zal gezond zijn!
De vrouw, die dit zei, zocht gezond
heid; zy kreeg vrede! Zij wilde alleen
Jezus' opperkleed aanraken; zij is aange
raakt door Zyn Middelaarsliefde. Zij
heeft Jezus ontmoet en haar leven is er
door behouden!
Wie tot de Heiland gaat, vindt altijd
meer dan hij zoekt.
Tussen al de mensen; die dit gene-
zingswonder aanzagen, stond ook Jaïrus.
Jezus was op weg naar zyn huis, waar
zyn dochtertje op sterven lag en even
later gestorven bleek te zijn.
Jaïrus is diep verslagen. Maar toch
niet wanhopig. Want hij ziet nu met
eigen ogen, dat by Jezus het grootste niet
tè groot en het wonderlijkste niet tè
wonderlijk is. Hij kan nog hoop hebben,
zelfs voor zyn gestorven dochtertje.
Gaan wy nu even zelf op de plaats
in Jaïrus staan. Wy, met onze zorgen
vragen, met onze lasten en angsten,
vooral met onze zonden.
geen hoop, zolang wy alleen
de_Heiland, de Verlosser.
wat er gebeurt, zodra we in
het geloof Hem aanraken.
Dan wordt alles landers. Dan wordt
het onmogelijke mogelijk en het ondenk
bare wordt werkelijkheid. Dan gebeuren
**- wonderen!
Want Christus is nog dezelfde. Wie
tot Hem gaat, wordt geholpen.
Indien ik maar...!
Hy zal ook nu weer zeggen: Uw geloof
heeft u behouden. Ga heen in vrede!
En zingend zullen wy verder door het
leven gaan: Zy worden nooit beschaamd,
die op Zyn goedheid bouwen!
Leiden G. F. Hajer
WAT WENST U UIT DE AETHER?
Radioprogramma voor vanavond
HILVERSUM I (301) KRO
7.Nieuws. 7.15 Kampvuren langs de
Even.
I Gram
15 Gram. 8 20 LichtbL
Symphonische dansen 9— Zomersproeten
9.45 KRO-krulsklankpuzzle.. 10.— Metropole
st. 10.30 Wij lulden de Zondag in. 11.—
ws 11.20 Avondconcert. 12.— Sluiting
HILVERSUM II (415) VARA
Artistieke staalkaart. VPRO 7.30 Bou-
en restaureren. 7.45 Boekbespreking
A 8.— Nieuws. 8.05 Dingen van de dag
VARA-Varla 8.15 Als u met vacantle
820 Promenade-orkest 8.45 De
e Bal. 0.45 Soc. commentaar. 10.— Vin
na Schrammeln. 10.25 Mensen die wtj
letje.
11.-
10 40 1
Nieuws 11.15 Sfeer en
•hythme. 11.35 Gram 12— Sluiting.
Wat de radio Zondag brengt
IWERSUM I (301). KRO. 8 Nieuws: 8.15
3alletmuz.; 8.30 Hoogmis: NCRV 9.30 Nieuws;
9 45 Concert; 1000 (IKOR) Kerkdienst; KRO
12.45 Apologie: 12 35 Gram., 12.40 Amuse
mentsorkest: 12 55 Zonr.ewjjzer; 1.00 Nieuws:
.20 Amusementsorkest: 1.45 Het bock: 2 00
Camermuziek; 2.40 Gemengd koor; 3.40 Zang-
•ecltal: 4 00 Gram.: 4.10 Reportage: 4 25 Vcs-
>ers: NCRV 5.00 Kerkdienst: 6 30 Strijdkrach
ten: 7.00 Psalmen: 7.15 Kent Gij uw Bijbel:
7 30 Nieuws: KRO 7 45 Gram.; 750 In 't
8 05 Vacantle: 8 12 Uit en thuis;
10.15 Reportage: 10 45 Avondgebed; 1100
"ieuws; 11.15 Gram.
HILVERSUM II (415) VARA. 8 00 Nieuws:
8.15 Postduiven: 8 20 Gram 8 30 Rusten
zonder Roesten; 8,40 De Krekels; 9.10 Post-
alven: 9.15 Men vraagt...; 9.45' Geestelijk
ven; 10.00 Meester-Trlo: 10.30 In den tuin
:r Poëzie; 10.50 De Jonge Flierefluiters;
.15 Triangel; AVRO 12.00 „The Roman
es": 12.30 Zondagclub: 12 40 Symphonie
Orkest: 1.00 Nieuws; 1.15 Gram.; 1 20 Zigeu
nerprimas 2.00 Gram,; 2.05 Boekenhalfuur:
2.30 Holland Festival; 4.20 Gram.; 4.30 Sport-
VARA 5.00 Accordeonorkest; 5.20
„Die Delftsche Sanghers"; 5.40 Mandollne-
00 Nieuws; 6.15 Sport: 6.30 VPRO
Studiodlenst; IKOR 7 00 Ktnderdienst 7.30
Bijbelvertelllne; AVRO 8 00 Nieuws: 8 05
8.15 Waltztime; 8.45 Hoorspel:
9.00 De Speeldoos: 9.15 Een klankbeeld; 10.00
Omroeporkest: 11.00 Nieuws: 11.15 Dans-
orkest; 11.45 Gram.
Wat de radio Maandag brengt
HILVERSUM 1 (301) NCRV 7 Nieuws. 7.1S
Gymnastiek: 750 Gram.; 8.00 Nieuws: 8.45
Gram.; 9.15 Voor de zieken; 9 30 Kussenge
vecht; 9.40 Philh. Orkest: 10 30 Morgen
dienst: 11.00 Gram.; 11.40 Viool en piano;
12 10 Gram.; 12.30 Voor land- en tuinbouw;
12.33 Lunchconcert; 1.00 Nieuws: 1.15 Pro
menade-Orkest; 2.00 Schoolradio; 2 35 Orkest;
3.30 Plano; 4.Ö0 Bijbellezing; 4.45 Gram.; 5 00
Kleuterklokje; 5.15 Orgel; 6 00 Plano: 6.15
Sport.
7.00 Nieuws; 7.15 NCRV-Leeslamp; 7.30 Act.
Geluid; 8.15 Kerkconcert; 9.30 Met band en
plaat; 9.00 Hoorspel; 10.05 Reisverhaal; 10.45
•denking: 11.00 Nieuws; 11.15
Concert.
HILVERSUM II (415) VARA. 7.00 Nieuws;
7.18 Gram.; 8.00 Nieuws; 8 15 Gram.; 8.40 Or
gel: 9.00 Kamermuziek; VPRO 10.00 Voor de
ouden van Dagen; 10.05 Morgenwijding:
VARA. 10.20 Reportage: 11.30 Strijkorkest;
1140 Zang en plano; 12.00 Miller-Sextet;
12 30 Land- en tuinbouw: 12.38 Gram.; 1.00
Nieuws; 1.15 Kalender; 1.20 Orkest; 2 00
.Gram.: 2.30 Causerie; 2 45 Oratorium 355
Hoorspel; 4 40 Gram.; 5 00 De school ls uit;
5.30 Muziekcorps: 6 00 Nieuws: 6.20 Malando:
6.45 1
7 00 Reportage; 7.30 Piano: 8 00 Nieuws: 8 05
Dingen van den dag; 8.50 Voordracht; 9.10
Actueel; 9.45 Lezing; 10.00 Orkest: 11.00
Nieuws: 11.15 Dansmuziek.
In de sluizen te IJmuiden zijn gisteren
70 uitgaande- of binnenkomende schepen
geschut, een cijfer, dat in geen 20 jaar
is bereikt.
Snelle verlichting van
spit in de rug
door dit eenvoudig recept.
Wij kennen tegen rheumatiek, spit In de
rug en lendenpijn geen beter middel dan
dit receptje, dat U beslist moet probe
ren. Haal by Uw apotheker of drogist
15 gram Rheumagic-olie en 85 gram
brandspiritus. Vermeng dit in 'n schone
fles, goed schudden, U hebt dan 100 gr.
prima liniment waarmede U de pijniyke
Êlaatsen bet. Niet masseren of wrijven!
e py'n verdwijnt snel. Dit ouderwetse
middel mag in geen enkel huls ont
breken.
Advf