STELT ISRAEL VOOR ZWARE PROBLEMEN Nieuwe immigranten hebben een afkeer ran landbouw Bij de 75ste verjaardag van de Limburger Jan Wingen Eén van deze kleinen OMDAT UW MOEDERS NIET BIJ U ZIJN..." Wanneer de klokke roept ter Kerke 194 NIEUWE LEIDSCHE COURANT 3 WOENSDAG 25 MEI 1949 Tel Aviv, Mei 1949 In het overvolle parlementsgebouw aan de Lord Samuel Esplanada geeft minis ter-president David Ben-Goerion een overzicht van de uiterst zorgelijke toe stand, waarin het land door de massale immigratie verkeert en de onvermijde lijke maatregelen, die genomen moeten worden om er verbetering in te brengen. En terwijl de parlementsleden met aandacht naar zijn woorden luisteren, eisen voor het gebouw invaliden arbeid en huisvesting en rijden driehonderd nieuwe Immigranten door de straten met vrachtauto's, waarop aan alle kanten ge schilderd staat: Wü willen werken. 6000 van de 180.000 nieuwe immigran ten hebben werk in de landbouw ge vonden. Er zijn echter zeker 45 000 man nodig om het tekort aan land bouwproducten op te heffen. Schaarste aan onderdak en materiaal verhinde ren de ontwikkeling van de landbouw. De situatie baart grote zorg. In de eerste vier maanden van dit jaar lijn meer dan 100.000 mensen het land binnengekomen. Het is een unieke be volkingsaanwas. Men verwacht, dat de bevolking van Israel in 1949 met derde zal toenemen. Dit wil zeggen, dat, als Nederland in eenzelfde tempo groeien, er dit jaar bijna 3.000.000 n sen meer zouden zijn Het ligt vooi hand. dat een dergelijke invasie voor staat in opbouw, nauwelijks bekomen een oorlog en nog met een leger onder de wapenen, dat onverantwoordelijk grote offers van de gemeenschap eist, ei uiterst zware beproeving bètekent. I dagelijks stromen meer mensen binnt Met schepen en in speciale vliegtuigen. Uit Canada en Afghanistan, uit Bulga rije. Zuid-Amerika, Duitsland. Polen en Turkije kortom, overal vandaan. Een bonte collectie mensen. Er zijn jonge ar beiders bij en ouden van dagen en chro nische zieken (2000 tuberculose patiën ten zijn onderweg), kundige doktoren, zwakzinnigen, experts op allerlei gebied, oorlogsinvaliden, mensen, die de handen uit de mouwen willen steken, scharre laars en beroepsmisdadigers, negers_die niet kunnen lezen eri schrijven nezen. Er is en er kan ook geen selectie zijn. Er is maar één voorwaarde kunnen immigreren: jood zijn. De rest «peelt geen rol. Tenten Het land kan de vloed niet aan. De regering weet dat. maar er is geen andere oplossing. Het doel is: alle joden van de wereld in Israël bijeen te brengen. Op het ogenblik is er gelegenheid voor Men weet niet welke grenzen over een jaar gesloten zullen zijn of welke andere moeilijkbeden zullen ontstaan. Bovendien houdt men nog steeds rekening met een nieuw militair conflict. Hoe meer men sen men dan kan mobiliseren hoe beter. Maar de nieuwe en dus tere staat wordt op een zware proef gesteld. Het huisvestingsprobleem wordt met de dag nijpender. Het is op zichzelf een Uitkomst geweest, dat men de verlaten Arabische dorpen weer heeft kunnen be volken. Het is echter niet genoeg. De nieuwbouw kan in geen enkel opzicht aan de vraag voldoen De verwachting is dan ook, dat eind 1949 100.000 mensen ln tenten zullen leven. In de kampen (waar de nieuwe immigranten onder gebracht worden in afwachting van hun opname in de maatschappij, is het al overvol en duizenden hebben er niets anders dan een bed in een legertent. De deprimerend als in ten hemel schreiende toestanden op sexueel en sani- normale zaak, dat ze alles krijgen wat ze nodig hebben. Het is een probleem op zichzelf, deze mensen weer in de maat schappij te brengen. Prikkeldraad-com plex De bestaansmogelijkheid van het land ligt in de landbouw. Het onontgonnen land moet tot ontwikkeling gebracht worden. Dan kunnen 4.000 000 mensei Israël leven. Het streven is dan ook zoveel mogelijk nieuwe immigranten i het platteland te brengen en hen on vormen tot boeren. De nieuwe im granten zelf voelen er echter over algemeen weinig voor. Het is begrijpe lijk. Ze hebben maar één verlangen: in de stad wonen. Maar de steden kunnen hen niet op nemen en bovendien is er weinig werk Ze schrikken echter terug voor het weer moeten leven in een grote gemeenschap (zoals de landbouw thans nog voor groot deel bedreven wordt). Eten in gemeenschappelijke eetzaal, wone Canada verlaagt de belasting Kinderbijslag na één jaar Canada, het belangrijkste immigratie land voor Nederlandse land- en tuin bouwers, veehouders en landarbeiders, verkeert, wat de staatshuishouding be treft, in een uitstekende positie. Tengevolge van de gunstige financiële uitkomsten is een belangrijke belasting verlaging toegepast, sinds de bevrijding voor de tweede maal. Thans van niet minder dan 32 pCt. De grens, waarbij de inkomstenbelasting geheven wordt, is voor ongehuwden verhoogd van 750 tot 1000 dollar, voor gehuwden zonder kin deren van 1500 tot 2000 dollar. Gezinnen met kinderen hebben een hogere, pro gressief geregelde aftrek. Volgens het Dominion Bureau of Sta tistics was het cash income (het bruto inkomen) van de boeren gedurende het vorige jaar het hoogste ooit geregistreerd. Het geldbedrag van de verkoop van farmproducten in Canada bedroeg 2449.865.000 tegen 1.962.276.000 in '47 In 1946 was dit bedrag: 1.742.341.000. De moeilijkheden, die tijdelijk heb ben bestaan ten aanzien van een dollar tekort tegenover de Verenigde Staten van Amerika, zijn overwonnen. Een belangrijke beslissing ten aanzier van de emigranten is genomen met be trekking tot de family allowance (kin derbijslag). Tot nog toe was het zo, dat men drie jaar in Canada moest wonen, alvorens men daarvoor in aanmerking kwam, met uitzondering voor de kinde ren, die in Canada geboren werden. Deze periode is nu verlaagd tot één jaar. Dat hiervan de Nederlandse grote gezinnen belangrijke mate profiteren is duide lijk. De kinderbijslag varieert van .5—8 dollar per kind per maand. De grens is 16 jaar. Jhr De Ranitz burgemeester van Den Haag? Werd onlangs benoemd tot burgemeester van Utrecht Nu het burgemeesterschap van 's-Gra- enhage door een nieuwe figuur zal moe- en worden bekleed, zal menigeen zich herinneren, hoe lang destijds, voor mr Visser als zodanig werd benoemd, de vacature heeft geduurd. Het spreekt van zelf, dat nu alle pogingen in het werk zullen worden gesteld, spoediger een ge schikte persoonlijkheid te vinden om te worden aangewezen als eerste burger nn de residentie. Het spreekt ook vanzelf, dat zeer in gewijde kringen reeds vóór gisteren ekening hielden met een aftreden jurgemeester Visser kringen reeds aan dacht. Zo zijn er r J« OuJtVcrle 1» KouJAtrk tair gebied. Vele van de nieuwe immigran ten leven al tien jaar in een of ander kamp (concentratiekampen, interneringskam pen, vluchtelingenkampen en DP-kam- pen). Zij hebben een typische kamp mentaliteit. Werken zijn ze niet meei gewend en ze beschouwen het als eer Kleurenblind en toch een groot kunstschilder Een brede, stoere kop, deze echte Limburgse Jan Wingen. In zijn ogen ligt een nog jeugdige glans, die slechts dan even verduisterd wordt ais Wingen over de tegenslagen in zün leven vertelt. Maar dan plotseling is er weer die heerlijke tinteling, dat gevoel van tevredenheid niet zijn lot en de erkenning van dank baarheid over zijn lang en rijk leven. Jan Wingen wordt 28 Mei 75 jaar, maar er is niets in zijn uiterlijk, zijn houding en zijn energie, dat deze hoge leeftijd verraadt. jonge man werkte hij dag in dag uit aan zijn grote doeken, niet met het penseel dat kon niet mee in de vaart van scheppingspotentie maar met paletmes. In grote, forse streken wierp en werpt hij nog de kleuren op het doek en alles wat hem eens zo had ontroerd is nu in een brede toets opgezet en voor het nageslacht bewaard.- - Het is kunst van een ziener geworden, kunst van een mens, die de vreugden en de smarten van het leven in grootse kleurensymphonieën uitzingt, kunst, die niet het fotografisch beeld van de natuur weergeeft, maar op impressionistische wijze de tragiek van een winterland schap, de lach van de zomerzon of het mysterie van de in nevelen gehulde kathedraal suggereert. Diep-menselijk kunst, die niets vraagt doch alleen ma: geeft en tussen de talrijke doeken zijn atelier aan de Van Kinsbergenstraat 119 te Den Haag was het mij dezer dagen alsof van alle zijden de klanken en har monieën van een Debussiaanse muziek op mij toekwamen, even diep doorsid- derd- van geluk en smart. Dit is het ver vullende wonder dezer kunst, dat ei cultuur en natuur elkaar ten uiterste toe in doordringen. „La Cathédrale engiou tie", „Effet de neige", „Feuilles mortes" .Jardins sous la plue", „Raflets dans ,'eau" en nog meer van deze titels van Debussy kwamen in mijn herinnering op, merkwaardig gelijk met de natuurpoëzie van een Hélène Swarth- Als eerste in zijn 75 levensjaren hoorde ik van Jan Wingen tenslotte zijn grote levensgeheim, dat zijn levenstragiek heeft verzwaard: hij is kleurenblind volgens doktersattest is deze afwijking aangeboren. Niemand heeft dit ooit weten. En hier sta ik voor het grootste raadsel, dat ik ooit op schildergebied heb meegemaakt. Te weten dat een kunste naar als Jan Wingen zijn zeldzame kleurensymphonieën wist te scheppen en dan alleen maar de intensiteiten te kun nen onderscheiden, alleen maar de kleuren te kunnen omschrijven als warm, koel of koud. En ligt hierin eigenlijk niet het geheel bijzondere van Wingen's kunst: geen geëxperimenteer met harde kleuren, geen toekennen van psycholo gische waarden aan bepaalde kleur effecten, maar het zuiver volgens het gevoel geven van die tinten, die in staat stemming vast te leggen. En da*, heeft hü bereikt ten gerieve van zijn medemensen. Zoals Koos van Doorne bij Wingen's 70ste verjaardag dichtte: ..Ons tot geluk leeft deze mens, die onze ogen leert aanschouwen. Zie: voor ons, arme blinden, doet hij paradijzen zich ontvouwen". Corn. Basoski. 3 kwam de 14-j., in Keulen geboren Jan Wingen met zijn ouders in Maastricht, welke stad hij Keulen als zijn tweede vaderstad is gaan beschouwen. Van studeren kwam er toen riets, er moest geld verdiend worden. Samen met zijn vader vestigde hij een schildersbedrijf. Het harde en kundige werken werd spoedig beloond, want enkele jaren had het bedrijf reeds Maar hoe zou een met zoveel energie en artisticiteit geladen jongmens als Jan Wingen in een schildersbedrijf zijn be vrediging kunnen vinden. Hij wilde ver der, hij wilde zijn schoonheidservaring uitzingen, hij wilde de door de natuur gewekte emoties uitzeggen in de kleuren van het palet. Maar met ƒ1-zakgeld per week viel er aan studie niet te den ken. Dus zocht hij naar bijverdiensten: hrj ging artikelen schrijven en werd literair medewerker bij het Münchener kunsttijdschrift „Die Mappe". Met de aldus verdiende gelden kon hij de avond lessen op de stadstekenschool bekostigen en ieder jaar behaalde hij eerste prijzen. Hij was de eerste Ned. decoratieschilder, die de meestertitel behaalde op het examen van de Ver. tot Veredeling het Ambacht, een stichting van architect Cuypers. In zijn weinige vrije uren trok hij de Batuur in, gewapend met schetsboek en conté-potlood, zijn trouwe vrienden, die hem overal en altijd vergezelden. Dan maakte hij schetsen van het Limburgse heuvelland, van de bossen, van de beekjes en van de karakteristieke dorpjes, maar voor het uitwerken in kleuren dat onzegbaar diepe verlan gen in hem was geen tijd meer. Het bedrijf eiste hem op en toen zijn tweede moeder de zaak helemaal opeiste van haar zoon uit het tweede huwelijk, stond de 30-jaige met zijn jonge vrouw bezit loos op straat en moest er nog harder gewerkt worden om weer een nieuw bedrijf op te zetten. Hij sloeg zich door de moeilijkheden heen en er zou al gauw een tijd komen, dat er ruim 100 schilders in zijn eigen zaak werkzaam waren. Van alle kanten kwamen er opdrachten voor decoratie en jonge kuns: «naars deden- praktijkkennis op in Wingen's atelier. Vijftig jaar lang zwoegde hij als deco ratieschilder en zijn- naam werd wijd en zijd bekend- Maar nog steeds kende hij dat verlangen landschap, bossen weer te geven en - toen hij het bedrijf had overgedaan, en Den Haag trok. impressies wolken in kleuren •st op 60-j. leeftijd, n jongere krachten hij zijn ideaal gaan bereiken De Limburgse schetsen werden uitgewerkt, nieuwe indrukken werden opgedaan en met de energie van een kleine kamertjes naast elkaar, nooit eens helemaal vrij te kunnen zijn. En wat hen vooral tegen de borst stuit is het vele prikkeldraad om elke nederzetting. Ik heb inderdaad in geen enkel land zoveel prikkeldraad gezien als in Israël. Het geeft weinig i dat dat prikkeldraad er binnen te houden, maai weren. Het gezicht van draad is al voldoende i te vertellen. anderen te al dat prikkel hen sterker dan ooit aan het stadsleven te binden. Bezuiniging Maar de regering heeft meer proble em Het gebrek aan kapitaal is er oor zaak van, dat allerlei plannen om het land tot ontwikkeling te brengen, niet in snel tempo uitgevoerd kunnen worden. Het gevolg is werkloosheid en schaarste en stijging van de prijzen. Een 'ingrijpend bezuinigingsprogramma is thans inge voerd. Levensmiddelen en kleren worden sterk gerantsoeneerd. De import van luxe wordt gestaakt. En de prijzen worden verlaagd. Het leven in Israël zal binnen kort veel overeenkomst vertonen met dat Nederland in de jaren vlak na de oor log. En er is weinig kans op een spoe dige verlichting. Het einde van de immi gratie is nog niet in zicht. In Roemenië wachten 250.000 joden. In Hongkong 120.000, in Polen en Tsjeohoslowakije 130.000, in Noord-Afrika 500.000, in Iran en Turkije 150.000. Plus nog onbekende aantallen in andere landen. Maar de schepen varen. De kranten hebben een speciale rubriek waarin ze vermelden hoeveel nieuwe immigranten de vorige dag aangekomen zijn. Zij komen echter allesbehalve in een dorado. En. geen weg terug. Het verkrijgen van uitreisvisum is in Israël namelijk bijna even moeilijk als in sommige landen achter het IJzeren Gordijn! ALFRED VAN SPRANG diezelfde opvolger de Ni hardnek kige geruchten, dat de huidige burge meester van Utrecht, jhr mr C. J A. de Ranitz een ernstige candidaat is. Gelijk bekend is jhr De Ranitz oud-Hagen; die het specifieke Haagse leven door door kent. Hij was tot zijn benoeming tot burgemeester van Utrecht hoofd afd hoger onderwijs en wetenschappen bij het departement van Onderwijs, Kun sten en Wetenschappen. Men zou als be tegen een candidatuurjhr Ranitz kunnen aanvoeren, dat hij nog te kort burgemeester van Utrecht is Maar daartegenover kan men stellen, dat het niet gemakkelijk is, voor het hoge ambt de residentie iemand te vinden, die de daarvoor specifiek nodige eigenschap pen bezit. Wij wijzen er bovendien op, dat ook vóór de benoeming van mr Visser de heer De-Ranitz als aangezocht candidaat is genoemd. In ieder geval is het t- -hopen, dat Regering er in slaagt, zo spoedig moge lijk een opvolger van mr Visser te den. Deze zal de moeilijke taak hebben, de traditie van de burgemeesters Van Karnebeek, Patün, Bosch ridder Rosenthal en de Monchy voort te zetten. Kicken geen gevaarlijke moordenaar, zegt raadsman Commandant van „Oranje Nassaurcgi- ment" in cassatie. De Hoge Raad behandelde gistermiddag het door W. J. Kicken ingestelde tie-beroep tegen het vonnis van het ge rechtshof, dat hem in hoger beroep tot jaar gevangenisstraf heeft veroor deeld met de bepaling, dat hij ter be schikking van de regering werd gesteld. Twee psychiatrische rapporten hadden tot verminderde toerekeningsvatbaarheid geconcludeerd. K. zou als commandant van het ille gale „Oranje-Nassau regiment" laatste maanden van de oorlog liquida ties hebben uitgevoerd. De raadsman, Schuering gaf in een juridisch betoog toelichting op de vier ingediende gisteren vermelde middelen van c satie. O.m. zei hij, dat K. door zijn grote haat tegen de bezetter en diens satel lieten tot daden van aggressie is geko men- Hü moge soms een zonderling zijn geweest, hij was geen gevaarlyke moordenaar. De raadsman vroeg derhalve de requirant niet ter beschikking de regering te stellen Conclusie va p.f. 14 Juni a.s. Op Eerste Paasdag zün de leden van een particuliere vrouwen-orga nisatie in Tapanoeli, de Badan Amsl Kaboepaten, naar Taroetoeng gegaan, en hebben er de zieken in de hospi talen opgezocht. Ook de zieken en gewonden in het militaire hospitaal, de Hollandse jongens, dezelfde jongens van wie uit sommige poli tieke kokers in Nederland zoveel kwaad gesproken wordt, dat zü hier haat hebben gezaaid, haat en af schuw- De Indonesische vrouwen van het bevrijde Tapanoeli zün op de Eerste Paasdag naar die jongens toegegaan, en een harer mevrouw Barita Si- nambela heeft hen toegesproken, van hart tot hart. Zü heeft ongeveer gezegd: „Er is veel misverstand tussen Nederland en het Indonesische volk en wü zün al len. blank en bruin, door veel leed gegaan. Maar vandaag is het Eerste Paasdag en Ohristu9 is verrezen. Wü zien hoe er vreugde uit het leed on-t- En zü zeide verder: „Op een dag als vandaag zouden uw moeders in Holland u hebben opgezocht, met een woord van troost en bemoediging in uw persoonlijk leed. omdat gü ziek en gewond züt. Maar uw moeders kunnen niet bü u zün. Daarom zün wü, Indonesische vrouwen van Tapa noeli. vandaag tot u gekomen om te trachten haar plaats, voor zover dat mogelü'k is. in te nemen. Wü willen u moed inspreken en kracht geven. Hier zijn wü-" En ook dit: „Gü züt gewond ge raakt bij de uitvoering van uw plicht om deze landen en volken te bevrü- den van duistere en misdadige ele menten, die de orde verstoren en waardoor de wederopbouw belemmerd Wordt. God geve u genezing om uw taak verder te verrichten tot heil en zegen van Indonesië en Nederland. De Opstanding van Christus sluit de belofte in, dat de doSkere dagen voor- bij zullen gaan." Het is maar een klein, onbeteke nend voorval, een typisch „gemengd bericht" in de brede nieuwsstroom van lyt schokkende wereldgebeuren van onze tüd Een dergelijk bericht krügt geen ..koppen" in de krant, als het wegens gebrek aan plaatsruimte zelfs niet moet blijven staan De tügers brullen in het oerwoud, de olifant verplettert de stammen met daverende tred, de stem van de donder wordt tussen de grimmige bergen duizend maal weerkaatst. Maar de padi groeit onhoorbaar En de padi bepaalt of wü zullen hongeren of leven. De stille, zachte krachten van lief de. troost en dankbaarheid zün vaak sterker dan al datgene, waar zoveel gerucht om bestaat. (Overgenomen uit het Nieuwsblad voor Sumatra). 't Gebeurde wel meer, dat er meisjes van de naaikrans verzuimden, zonder dat de leidster er kennis van kreeg. Ze giste maar, en 't kwam diikwijls uit, met een jongen uit geweest, moe van de schoon maak. En als je 's zomers meisjes miste, wist je zeker, dat ze een wandeling of fietstocht verkozen hadden boven een t in een groot ongezellig lokaal. Geen wonder, de meeste meisjes van de krans moesten een hele dag zitten of staan, al-naar haar werk was. Maar dat To Schreuder om één van deze redenen zou wegblijven nu ze pas weken lid was, kon juffrouw De Jong maar niet geloven. Ze informeerde: „Weet één va meisjes ook waarom To er niet is?' „Ze vindt 't vast niet gezellig bü haastte zich iemand te zeggen. „Ze loopt straatjes om" grapte „Ha. ha", lachte er een. „dat. kind. met haar muizesnoetje, stel je voor". „Stilte", gebood de juffrouw, „we verder", en terwül ze zelf doorging het knippen van een vrouwenhemd dacht ze: „Nee, dat zün geen redenen vooi om weg te blüven. Ze had te lang vleid: „Juffrouw, toe mag 'k nou komen, ik naai zo graag, ja mag het?" Driemaal had ze moeten zeggen: „Nog niet To, je bent nog te jong. Als je w jarig bent geweest, dan mag je." En ze was gekomen, in haar gelapt katoenen jurkje. dat veel te kramp haar spillig licnaam zat. ,.'t Is niks", et gefluisterd,1 en 'tütgeéonderd de blik ken, die minachtend naar haar toe gin gen, had geen van de meisjes belangstel ling voor het nieuwelingetje getoond. Doch To voelde die krenking niet. Ze droeg de vreugde van het „mogen" als een pantser. Ze zat er, stralend, en Gretig had ze het wollen geknipte derjurkje naar zich toegehaald, en zachte lapjes gestreeld even later had ze trots de genaaide pandjes getoond. „Paars", had ze gezegd, „vind ik de mooiste kleur. Als ik paarse bloemen in 't land en in de tuinen, moet ik altyd stil staan. Hebt u die boom met paarse rozen in een tuin van deze straat ook gezien?" „Ja", had ze vluchtig gezegd, tot ineens begreep dat het rhododendrons moesten zijn. De manier, waarop dat kind zich bloot gaf, pakte. Ze liet je niet meer los. Hoe onschuldig was ze blijven napraten, had ze verhaald van de man die haar vader niet was, oveT de kleintjes, die huilden als moeder sloeg. Maar toen ze de eerste avond heengegaan, het gekregen pakje kleren onder de arm, wist ze weer te glimlachen. „Moeder zal 't fün vinden", had zt zegd, „we hebben haast niks. Kijk", ze, „deze jurk heeft moeder ook uit de lorren gehaald." Zo had To uitdeelster mogen zün eigen huis 't Gebeurde wel meer. dat iemand ge mist werd. Waarom dan die angst-ge dachte om To, die vanavond haar plaats leeg liet' Was het omdat ze die zo ziels-gelukkig in bezit genomen had? Ze wist het niet. Ze wist helemaal niets, en toch toch beefde het in haar om het kind. De avond rekte verder. Nog gee«n tijd? Ze zuchtte. Toen, vroeger dan gewoonlijk, zei ze: „Ruimen jullie je werk, meisjes?" Dan, gaande in stille eerbied tot God, dankend erkennend dat Hij ons aller Vader wil zijn, smeekte ze, innig trouwend om bescherming, bewaring mr Zijn kinderen. Als de zaal haar rust heeft herkregen, sluit ze kasten en deuren zoekt dan haastig haar weg. De smalle, donkere straten, het een- me dükje, waar ze over moet. Ze sohü- ;n zo lang. 't Is of haar voeten niet ver der komen, of ze al maar terug willen. moet, wil zich haasten, om te zoeken, hoe ze To vinden zal. De weg kent ze amper. Ze weet alleen 't huisnummer. Het wordt een moeilük vinden. Moet ze rechts links van de weg zün? Is het huisje beneden aan, of boven op de dük? Slechts in een enkel huis is nog een flauw schijnsel van licht „De nacht" denkt ze. „gaat voor deze mensen al be ginnen, en ik loop hier, in het donker te tasten Foei. en dan nog zo'n triestige motre gen. die hinderlük op je neer komt. In haar tas zoekt ze naar een zakdoek, om het akelig geprik van haar gezicht weg te vegen. Nee maar, daar pakte ze zo- zaklantaarntje beet. Een grap pig reclame-dingetje was het, maar goed genoeg, had ze eens gezegd, als je in ver legenheid raakt. Nu kon ze tenminste deurpost belichten 13. O nee. ze er lang niet. En aan de verkeerde kant ook nog: 68 moest ze hebben. Als de huisjes nu wat dichter aaneen stonden. Wat een eind nog Eindelijk, ze was er. Ze wilde aanbel- n. maar hoe ze ook zocht een beliknop vond ze niet. Zou ze naar binnen gaan' Zelf de deur ontsluiten? Voorzichtig pro berend draait ze de knop om. Gelukkig, het gaat Even herademt ze, dan staat ze met een in een sober verlicht vertrek, en tegenover een gordijnloze bedstede. Schuchter 'groet ze de vrouw, die aan de ronde tafel de kopjes ruimt Ze wil vra gen, maar een stomme knik naar het bed doet haar zwügend verder komen. Ze luistert als de vrouw zaaht spre kend vertelt: „Vanmorgen is 't gebeurd. Ze werd thuis gebracht met een auto. Aan de kant van de weg hebben ze haar gevonden. Ze had bloed opgegeven, en toen kon ze niet verder. En nou ligt ze daar, kijk" wees ze. „Maar ze haalt 't vast niet meer op. Dokter zegt het zelf. Moet u haar zien, 't is niks „O", snikt ze dan't Is hard o mensje weet niet wat dat voor mü isnou is alle verdienste wegvan haarmün man geen werken die stumpers." Ze wijst op het drietal, dat in een hoek van de kamer op de grond te slapen ligt, „wat zal daar van wor- Uit de bedstede komt kuchen. Tegelijk staan beide naast de zieke. „Het ishier zwügt de moeder. Dan slaat ze beide handen voor haar ogen en laat zich neervallen op een wrakke stoel, snikkend. Juffrouw De Jong buigt zich voorzich tig over To heen, noemt zacht haar Het poppekopje blijft i verborgen. „To, kind?" waagt ze n mag 'k je niet eens zien? Onwillig draait ze' zich i „Heb je pün. To?" Geen antwoord. de kussens „Kwa To?" .Nee", beet ze vinnig, „al lang deed het zeer. hier daar", en ze bracht haar hand op de borst in de zij. „Maar moe der vloekte als ik 't zei. Ze trok me 't bed uit. als 'k liggen bleef werken moest ik als zullie te eten wou'en heb ben. Je kan best. ja, dat zei ze. 't Zou wel over gaan. Maar ze liegt. Ze liegt altüd. Ze zei ook, dat 'k zeggen moest, dat de kleertjes goed pasten, en ze heeft ze niet eens de kinderen aangetrokken, ze heeft ze verkocht." „Houd je mond", schreeuwt de moeder. Maar de zieke praat verder. Al haar mis noegen en opstandigheid moet ze uitzeg gen. en haar woorden blüven hangen, zoals rook die al dichter een kamer vul lend, geen uitweg weet. voelen het als een beklem- Waar blijven de zomerse dagen Hoewel deze jongens, heerlijk pootje-badend, hun scheepjes op de irollende golven laten dobbert strandvermaken beoefenen, liggen hun badpakjes nog b(j de respec tieve moeders in de kasten opgeborgen. ming. Ze willen zioh losmaken, maar 't is of alle verweer in hen verlamd is. En toch is er spanning een wachten op wat verlossing brengen zal. „Ik moest weggaan", denkt de bezoek ster. ,,'t Was niet verstandig van me, te komen nu op dit late avonduur." „Zo, denk je eindelijk eens aan je oude vader, die te waditen zit." zei De Jong. bij 't binnenkomen van zün dochter. Ze vertelde hem van haar bezoek, hoe ze To had aangetroffen en welk plan ze onderweg bedacht had. „Vindt U ook niet. vader, dat het best kan? Ons prieel staat daar toch rente loos. Als 't opgeknapt is U bent zo handig zult U eens zien hoe fün we het voor elkaar krügen. We halen moe ders ruststoel van boven, het beddegoed van 't zolderkamertje, en wat we verder nodig hebben, schommel ik wel bü elkaar Hoe lijkt U dat?" „Je voorstel bewonder ik. kind maar of je haar hier krijgt? vraagd. „Mens. ga je gang," had ze gezegd, „als zij wil, ik zeg maar zo, hoe minder zorg hoe liever als U daar nou aardigheid aan hebt To had stilzwijgend het gebeuren over zich heen laten gaan. Nu lag ze daar. schoon en fris. maar nog bleker en zwakker. „Heeft het rijden je vermoeid, To?" Ze vatte het witte magere handje en ging naast het bed zitten. „Ik vind het zo wonderlük." begon de zieke. „Wat wonderlük, To?" „Van wat ik gevraagd heb." ..Gevraagd? Hoe bedoel je dat. To?" Hier aarzelde ze. toen „Vannacht lag ik aldoor wakker, ik was zo moe. Ik had zo'n dorst. Moeder kwam niet en ik vroeg heel zachtjes of God Zün Engelen wou zenden, om mij te laten halen. Nou is alles heel anders gegaan. Maar God heeft tóoh iemand gestuurd." HEMELVAARTSDAG LEIDEN: Ned. Herv. Gem., Pieters kerk, 10 u. ds Kelder; Hoogl. kerk, 8 3C Vossers; Geref. Kerk, Zuiderkerk, s Hajer; Geref. Kerk, art. 31, 10 u. Doopsgez. Kerk, 10 u. ds Keizer: Chr. Geref. Gem., 10 u. ds Jansen; Geref. Gem., 10 u. ds Rijksen: Evang. Luth. Gem., 10.30 u. ds Smit Duyzentkunst. ABBENES: Ned. Herv. Gem., 9.30 u. ds Breeuwsma. ALPHEN AAN DEN RIJN: Ned. Herv. Gem., 10 u. ds Lefeber; Oudsh. weg, 9.30 ds Van Apeldoorn, Leiden: Martha- stichting. 10.30 u. ds Meyer; Geref. Kerk. Zuiderkerk, 10 u. ds Wyma; Oud-Geref. Gem., 4 u. ds v. d. Breevaart, H.I.-Am bacht. BENTHUIZEN: Ned. Herv. Gem„ 9.30 ds De Heer. HAZERSWOUDE: Ned. Herv. Gem., u. ds v. d. Leeden. HOOGMADE: Ned. Herv. Gem., 10 u. ds De Jong. KATWIJK AAN DEN RUN: Ned. Herv. Gem., 9.30 uur ds Goverts; Geref. Kerk, 30 uur ds De Valk. KATWIJK AAN ZEE: Ned. Herv. Gem., 10 u. ds v. d. Krift; Geref. Kerk, 10 u. ds Pü'lman. KATWIJK AAN ZEE: Geref. Kerk, art. 31, 1030 uur ds Boersema; Chr. Geref. Gem., 7.30 uur ds Van der Byl; Geref. Gem., 10 uur leesdienst. KOUDEKERK AAN DEN RUN: Ned. Herv. Gem., 10 u. ds Groenewegen, Den Haag; Geref. Kerk, 10 u. ds Brussaard, Oegstgeest. LEIDERDORP: Ned. Herv. Gem., 10 u. ds Honnef; Geref. Kerk, 10 u. ds Dük. LISSE: Ned. Herv Gem., 10 u. ds Jon- geboer; Geref. Kerk, 10 u. ds Overduin, Amsterdam; Geref. Kerk, art. 31, 10.30 u. ds Verleur; Chr. Geref. Gem., 10 u. ds Eerland; Geref. Gem., 10 u ds De Gier; Oud-Geref. Gem.. 9.30 u. leesdiens. NOORDWIJK-BINNEN: Ned. Herv. Gem., 10 uur ds Meuzelaar; Geref. Kerk, 1 uur ds Von Meyenfeldt. NOORDWUK AAN ZEE: Ned. Herv. Gem., 10.30 uur ds Cupedo; Geref. Kerk, uur ds Bouma. NOORDWIJKERHOUT: Ned. Herv. Gem., 10 u. ds Spaling. OEGSTGEEST: Ned. Herv. Gem., Pau- luskerk, 10 u. ds Callenbach; Geref. Kerk, 10 u. ds Eringa; Mors-Rijndijk, 9 ds Plomp, Leiden. OUDE EN NIEUWE WETERING: Ned. Herv. Gem„ 10 uur ds Knottnerus; Geref. Kerk. 9.30 uur ds v. d. Bos. RUNSBURG: Ned. Herv. Gem., 10 uur ue ds Burgy; Geref. Kerk, Voorh.weg. 10 u.| coneBe PrtC" ,A d- Linde;] langstelling SAS9ENHEIM: Ned. Herv Gem., 10 u. ds Krijkamp; Geref. Kerk, 9.30 uur ds Kuiper; Chr. Geref. Gem., 10 u. ds Visser. TER AAR: Ned. Herv. Gem„ 10 u ds Ottevanger, Leiden; Geref. Kerk, 10 u. ds Munnik. VALKENBURG: Ned. Herv. Gem., 10 uur ds Baas; Geref. Kerk. 10 u. ds Toorn vliet, Leiden; Geref. Kerk, art. 31. niet bekend. VOORSCHOTEN: Ned. Herv. Gem., Dorp, 10 u. ds De Wit, Leiden; Ründijk. 10 u. ds Bogers. Katwük aan Zee; Geref. Kerk, 10 u. ds Houtzagers. WARMOND: Ned. Herv. Gem.. 10 u. dr Zandee. WOUBRUGGE: Ned. Herv. Gem.. 930 ds Stehouwer, Alphen aan den Ryn. ZOETERWOUDE: Ned. Herv. Gem., 10 cand. Heidema. HEMELVAARTSDAG (Via dolorosa via gloriosal) Elf jong'ren opwaarts gaan, Dicht achter Jezus aan. Stréks vaart hun Meester heen, Nu blikt H\j naar beneén. Hij ziet de somb're hof. Waar Hem Gods bliksem trof. Het stil Gethsémané: Lijden, diep als de zee... H\) ziet Jeruzalem, Het krijste: „Weg met hem.''" Verachting, spot en hoon: „Gegroet, o Davids zoon!" Ginds ziet Hij Golgotha: Vol vloek en vol gend. Een kruis, geverfd met bloed. O dag, slecht en tóch goed.' H\j breidt Zijn handen uit. Zegent Zijn kerk. Zijn bruid. En van d'Olijfbergtop Vaart Hij in glorie op! Prins Bernhard is dezer dagen op een vergadering van het college van curatoren het Ned. Economisch Instituut t« R'dam door de voorzitter dr F. H. Fen- tener van Vlissingen, geïnstalleerd als De Prins Verzocht, zitting in het n i.vjn. zün grote be- het economische leven. Chr. Geref. Gem.. 10 uur de I «j, oLi"-0™*"*"*

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1949 | | pagina 3