tü? flSk
Prof. dr E. M. MEIJERS, samensteller
van 't burgerlijk wetboek
DEZE
WEEK
s
ZATERDAG 26 FEBRUARI 1949
BEKENDE LANDGENOTEN THUIS
„Als de landen niet zo verdeeld waren,
konden we veel meer doen"
(Van een onzer verslaggevers)
Door het raam van het huis Rynsburgerweg 13, Leiden, valt het zonlicht in een
brede baan binnen. Het glijdt op de boven voorkamer over rijen boeken, die het
vertrek daar, van boven tot beneden vullen, die zich tot stapels verheffen op de
schrijftafel, op de grond, op de stoelen. Boeken over recht, commentaren, verzamel
de tijdschriften, wetboeken van vreemde landen.
Dit is de studeerkamer van prof dr E.
M Meijers. de Leidse hoogleraar, die het
Nederlandse Burgerlijke Wetboek moet
vernieuwen. Een grijs man met een vol
komen kale schedel, een soherp gezicht,
klare ogen en beweeglijke handen. Die
een boek omklemmen, dat de hoogleraar'
bezig was te lezen, toen we binnen
kwamen.
Er zijn in de historie der mensheid
niet zo heel veel wetgevers geweest. Die
er waren: Mozes en Solon b.v.. herdenkt
de wereld als groten en wijzen.
..Het i s ook de mooiste en meest eer
volle opdracht, die een rasjurist krijgen
kan. Je krijgt zo in de loop van je leven
vele onderscheidingen: ere-doctoraten.
ridderorden, maar dit is het mooiste."
zegt prof. Meijers.
„Overigens is het met zo'n opdracht
om een Burgerlijk Wetboek te maken,
net zo, als wanneer men in Zuid-Amerika
een vereniging sticht voor een mooi club
gebouw Onherroepelijk gaat het
malen teniet en eerst de vierde kan het
exploitabel maken."
Het schijnt een bij uitstek nationale
taak, het maken van een Burgerlijk Wet
boek voor het Koninkrijk der Nederlan
den, maar de Leidse hoogleraar meent,
dat, als de landen onderling niet zo ver
deeld waren en hingen aan hun eigen
wetgeving, een internationale commissie
een Burgerlijk Wetboek zou kunnen
samenstellen, dat voor meerdere landen
zou kunnen gelden De Scandinavische
landen doen dat reeds met z'n vieren
(Noorwegen, Zweden, Denemarken en
Finlandi „Binnen het Benelux-verband
probeert men het heel voorzichtig."
„Er zou te meer aanleiding voor zijn,
omdat in alle landen behoefte bestaat het
Burgerlijk Wetboek op de helling te
zetten. De betekenis van het zich ont
wikkelende sociale begrip doet zich ge
voelen. Dat dient tot uiting te komen
bepalingen omtrent pacht, koop en v
koop en andere verriahtingen in 1
Dat de wetsontwerper daarbij de w
geving over de grenzen raadpleegt, be
wijst de stapel wetboeken uit alle landen,
tot uit Venezuela toe, naast de schrijf
tafel. Daar is veel bij, dat als richtlijn
gebruikt kan wordten. De Duitsers maak
ten b.v. aan het begin van deze
Uiterst wetenschappelijk Burgerlijk Wet
boek, maar het is te dogmatisch en het
nieuwe van Zwitserland is. met de eisen,
die de kantonale indeling daar stelt, te
typisch Zwitsers om zo te gebruiken,
maar er zitten elementen in, die prof.
Meijers nuttig vindt voor zijn arbeid.
Wat de vorderingen van het werk be
treft: „Met enkele jaren hoop ik het af
te leveren- Dat geschiedt in één geheel,
omdat er anders het gevaar is, dat ge
deelten in behandeling komen, wat de
eenheid van het werk niet bevordert."
Wat er gebeuren zal, als de Regering
de beschikking over het ontwerp zal
hebben, of de minister het zal verdedi
gen of prof Meijers, als Regeringscom
missaris. waartoe de wet de mogelijk
heid opent? „Ik weet nog niet hoe het
gaan zal Indertijd was er sprake van,
dat ik het ontwerp zelf zou verdedigen,
met de minister, die dan het politieke
gedeelte voor zijn rekening zou nemen.
Maar dat zijn dingen van later zorg. Er
is overigens op het moment in het parle
ment veel minder belangstelling voor
burgerlijk recht dan het wel eens ge
weest is. Dat heeft z'n voor- en nadelen
Ik herinner me, dat in de Gemeenteraad
van Amsterdam, waar ik toen lid van
was, eindeloos gepraat is over het ontslag
van een gemeentewerkman, maar da'
een ontwerp tot aankoop van een groo'
duincomplex, wat veel belangrijker wai
uiteraard, zonder slag of stoot onder dc
hamer doorging. Zo gaat het dikwijls. In
zeer technische kwesties vertrouwt men
dat het goed is, zoals het wordt voorge
steld, en dat het ontwerp in de practijk
goed zal werken."
Invloed van buiten.
Invloed op het werk is er overigens
genoeg. Talrijke brieven komen bij prof-
Meijers binnen, waarin teleurgestelde
mensen vragen, of de kwestie, waarin
verwikkeld werden, nu nog wel recht
en of hij dat, in het nieuwe wetboek, niet
anders kan regelen Dat gebeurt het
meest op het gebied van echtscheiding
en huwelijksmoeilijkheden. Dat gedeelte
van het Burgerlijk Wetboek is dan ook
het meest ingrijpende Daarbij komen
tegengestelde principes in het volk in het
geding en het is prof. Meijers' methode,
zich in die gevallen te laten leiden door
de gedachten, die over dergelijke onder
werpen in het parlement en in het open
bare leven omgaan. „In Zwitserland zegt
men wel," aldus prof. Meijefs, „wie het
wetboek maakt moet leiding geven, maar
het is goed, dat men zich laat voorlich
ten door vakgroepen, particulieren en
door het bedrijfsleven. En daarmee heb
ik dan ook voortdurend contact. Volgen
de maand komt de regeling van de trust-
vorm en de bewindvoering aan de orde
en van te voren confereer ik dan met
daarbij betrokken instanties, om haar
mening te horen Veel samenwerking is
er ook met de vaste regeringscommissie
voor wijziging van het Burgerlijk Recht,
die nog steeds bestaat en waarmee tech
nische kwesties worden besproken."
Dat alles brengt een omvangrijke
arbeid mee en het is geen wonder, dat
prof Meijers dus een klein bureau
dit werk inrichtte, „waaraan ik
extra toewijzing voor kolen dank".
Sulgtiele kwesties, zoals b-v. het echt-
scheid'ingsvraagstuk, worden tot het laatst
bewaard- Bepaalde vraagpunten, die zich
daarbij voordoen, komen eerst voor de
beide Kamers van de Staten-Generaal,
om zeker te zijn van de gevoelens daar
omtrent.
„Alles bijeengenomen kan ik zeggen,
het werk schiet op", aldus prof Meijers.
Of er, daarnaast nog ambities zijn?
Ja, om een massa dingen kwijt te ra
ken, waarmee ik nu nog te maken heb.
Volgend jaar, als ik 70 word. treed ik
af als hoogleraar en als voorzitter
Kon. Academie voor Wetenschappen. Dan
komt er dus nog meer tijd voor de eigen
lijke taak vrij.
En dan heb ik nog zitting in tal var
internationale commissies. Daarvoor moet
je reizen en daar is tegenwoordig de aar
digheid af. Vroeger trok je naar een con
ferentie. je werkt er flink en knoopte
n een paar weken vacantie aan
vast. Maar tgenwoordig gaat dat allemaal
iet meer. Het gemoedelijke is weg."
Storing in intern, verkeer
Die storing in het internationaal ver
keer is een van de dingen, die prof
Meijers bezig houden en die hij als een
groot gevaar ziet.
.Voor men op het ogenblik internatio
naal werken kan, dienen er zoveel tegen
stellingen overwonnen te worden, dat
onwilkeurig gaat denken: „Wat doet
ïr toe". Er was indertijd eén basis,
waarop het denken in de verschillende
landen zich baseerde. De wereld, die toen
overheerste, was de beschaafde wereld.
Nu zijn er zoveel meningen als er landen
r is zoveel verschil van mening,
dat het moeilijk is, internationaal tot
overeenstemming te komen. Hoeveel ver
schil van mening is cr al niet tussen man
en vrouw? En dan tussen andere mensen.
Het gaat er allemaal niet om federaties
te stichten of andere verbanden van vol
keren. In de eerste plaats", aldus prof
Meijers, „moeten de mensen elkaar weer
leren begrijpen. Goede wil alléén is daar-
voldoende. Wij moeten onze
jeugd tot wereldburgers opvoeden. Dat
wil zeggen, wij moeten hen van jongs
af leren zich te stellen in dienst van het
geheel. In Genève, bij de instellingen van
de Volkenbond hadden destijds al mensen,
die zich in hun denken los konden maken
de beperkte belangen van een be
paald volk.
Het zich te veel laten leiden door natio
nale gedachten in internationale aange
legenheden doet men niet bewust. Dat
afgeleerd worden."
„En nu", aldus prof. Meijers.
treer ik me maar op het Burgerlijk Wet
boek als een paard dat oogkleppen
heeft en de omgeving niet zien kan. Om
je heen worden de meest primitieve
rechtsregelen met voeten getreden; het
hele leven is uit elkaar gerukt en verscho
ven en de chaos wordt vast en zeker nog
groter. We hangen nu nog ten dele aar
goede oude banden, maar dat wordt ge
leidelijk aan minder en we zullen nog
dieper zakken, want we zijn nog lang
niet over het diepste punt heen.
Misschien zegt U dan wel: de ouder
dom moppert altijd over de nieuwe tijc
en vindt alles beter, zoals het vroeger
was. Maar ik kan het niet anders zien
dan dat het hele leven nog heel wat moei
lijker worden zal".
Beheersing van talen primair
En prof. Meijers sprak over de inter
nationale verbindingen, die vroeger veel
beter waren dan nu.
„Men had toen geen vliegtuigen,
er was veel meer contact tussen de men
sen. Men reisde gemakkelijker. De intel-
lectuelen spraken allemaal één taal. En
de beschaving lag op één niveau. Van
nationaliteiten merkte men, op het ge
bied der wetenschap, weinig. En nog tij
de Napoleontische oorlogen ging
Fransman in Engeland een lezing
houden over een wetenschappelijk on
derwerp. Kom daar nu eens om. Nu
groeit overal en in alles het nationale
type meer en meer; ieder heeft z'n eigen
beschouwing en wij als Neder
landers. die altijd een sterk internationale
inslag hadden, kunnen alleen maar onze
plaats in de internationale wereld be
houden, als we er voor zorgen, dat onze
talenkennis niet verloren gaat.
Beheersing van talen en onderwerp is
iog steeds het geheim om, internationaal
ooruit te komen. Daarop moet de oplei
ding in Nederland meer en meer gericht
zyn. Want het is momenteel zo. dat er,
Vori-typer, een machine met
600 lettertypen
In R'dam is een demonstratie gegeve
met de vari-typer. een nieuw soo
schrijf-zetmachine. Dit apparaat is ie
groter dan een normale schrijfmachine,
doch heeft het voordeel dat 600 verschil
lende soorten letters gebruikt kunnen
worden. Men kan dus practisch in al
>n in mathematische formules op deze
machine tikken. Door een kleine wijzi
ging kan men allerlei soorten kapitalen
ursieven wisselen. Van import
voorlopig echter nog geen sprake.
GROTE BEDRIJFSPANDEN.
FINANCIERINGSREGELING HERBOUW
Bij het dep. van Wederopbouw is eer
regeling in voorbereiding, welke de mo
gelijkheid schept, dat het Rijk de finan
ciering op zich neemt van de herbouw
bedrijfspanden, die een grotere om
vang hebben dan 500 m3. Men heeft nl.
de bezwaren ingezien van de huidigs
situatie, waarbij voor deze financiering
de steun van de Herstelbank moet
den ingeroepen. De nieuwe regeling zal
nog enige maanden op zich laten wach-
de ouderen in internationale
es, geen jongere opvolgers zyn. En
Is. vooral voor ons land merkv
dig, omdat de Nederlandse jeugd ei
imd „op uit wil". En mogelükhe-
om zich te bekwamen, zyn er
noeg. In Leiden is byv. het Vissersfonds,
dat, speciaal voor dit doel. studiebeur-
;n geeft. Maar de belangstelling ervoor
maar heel gering.
We hebben nog een voorsprong, omdat
is taalonderwijs beter is dan elders,
aar we moeten die voorsprong nu wel
gebruiken."
Zo denkt deze ontwerper van ons na
tionale Burgerlijk Wetboek internatio
naal. Door het onderdeel heen ziet hij het
grote geheel van de menselijke samenle
ving. En is dat niet kenmerkend voor de
wetgevers van 3lle tijden? Voor Solon?
Voor Mozes?
Hoe de Lutherse Kerk in Hongarije tot
concordaat met regering kwam
Leiding na arrestatie van bisschop Ordass murw gemaakt
In het Evang.-Luthers Weekblad geeft
prof. dr W. J Kooiman de tekst vai
concordaat, dat, zoals wij reeds meldden,
tussen de Lutherse kerk van Hongarije
de regering van dat land is gesloten
op 14 December, dus na de veroordeling
in bisschop Ordass en^vóór de arresta-
;s van kardinaal Mindszenty:
1. De Synode van de Ev.-Luth. Kerk
Hongarije verklaart, dat zij bereid it
het contact tussen Staat en Kerk in eer
verzoenende geest te onderhouden, in ge
hoorzaamheid aan wat geschreven staa'
Romeinen 13.
Kerk en Staat zullen een gemeen
schappelijke commissie benoemen om
ve wetten betreffende de religie en
aal de religieuze opvoeding der
kinderen voor te bereiden.
De regering verklaart, dat zij
ieder opzicht de volle vrijheid van gc
dienst garandeert. De Kerk van haar
kant erkent, dat de Staat deze vrijheid tot
toe heeft gehandhaafd en verdedigd
;elfs het werk van de Kerk heeft be
gunstigd.
De regering garandeert aan
Kerk vrijheid van eredienst in kerken
openbare gebouwen, in huizen en
DUITS PUIN VOOR WALCHERENS
VERWOESTE WEGEN
Trieste ladingen besparen ons deviezen
(Van een onzer verslaggevers)
Midden op het wijde water bjj Dordrecht-staan wjj aan boord van de rijnaak
Damco 7, een forse boot van de Rotterdamse Scheepvaartmaatschappij van
dezelfde naam. De helder blauwe lucht doet aan voorjaar denken. Op het voor
schip klappert de groen-witte maatsehappijvlag in de wind en alles om ons heen,
het golvende water, het prachtige Hollandse landschap, stemt de mens blij en
gelukkig. Maar dan gaat de jonge schipper Jo Figge ons voor over het dek. Hy
al ons zjjn vreemde lading tonen, want het zjjn ditmaal geen kolen, die zjjn schip
uilen. Puin is het. Puin uit het land, dat Nederland in 1940 overrompelde. Dat
op zjjn wrede weg door Europa een breed en bloedig spoor van verwoesting naliet.
Nu, negen jaar later, ligt hier op doortocht naar Zeeland het eerste schip met
puin uit het verpletterde Duitsland. En dit puin, cynische bijzonderheid, zal ge
bruikt worden voor de opbouw van ons vaderland
Het klinkt vreemd, maar Nederland I binnenhaven van Europa. Het is bij el-
heeft behoefte aan puin. Hoorden wij kaar slechts 635 ton en in heel Duisburg
ligt nog ongeveer 6 millioen ton! In Keu
len moet 14 millioen ton puin worden ge
ruimd. In Duseldorp vijf millioen.
Nu is de Damco op weg naar Walche
ren. Men heeft daar dringend behoefte
aan verharding voor de wegen van dit
destijds geïnundeerde gebied Ook voor
de herverkaveling heeft de Rijkswater
staat grote hoeveelheden puin nodig.
dezer dagen niet op een kantoor van de
wederopbouwdienst voor Rotterdam
iemand de verzuchting slaken, dat zelfs
havenstad
tekort heeft aan puin voor de te verrich
ten werkzaamheden? Er is jaarlijks
120.000 ton puin nodig, zo vertelde om
/an de aannemers, die bij de enigs-
plechtige ontvangst van het eerste
„puinschip" te Dordrecht aanwezig
.U weet niet half hoe belangrijk puin
:ei hij Zonder puin kan men geen
erwerken maken, geen glooiingen, geen
:inkstukken. Ook voor het aanleggen
verstevigen van wegen is het materiaal
onmisbaar.
de grote behoefte te kunnen
heeft de Rotterdamse firma
Struyck's Aannemings en Transportbe
drijf op eigen initiatief besprekingen ge
opend met de gemeentebesturen
zwaarst getroffen Duitse steden. De Duit
sers zelf wisten geen raad met de mil-
lioenen kubieke meters puin.
kwam na maandenlange onderhandelin
gen een accoord tot stand, waarbij be
paald werd, dat de steden Duisburg,
Keulen en Dusseldorf, grote hoeveelhe
den puin zullen leveren aan de Firma
Struyck, zonder dat dit ons deviezen
kost!
„Het is prachtig puin" zegt de fir
mant Struyck, als hij vertelt hoe het
laden in zijn werk ging. Onder toezicht
van de heer Rademaker, een Hollander,
had vorige week in Duisburg het laden
van de Damco 7 plaats. Duitse arbeiders
voerden op kosten van het stadsbestuur
het werk uit. Vóór het puin ingeladen
wordt, gaat het over een soort zeefma-
chine, die het „vuil" tussen de brokken
steen verwijderd. Dat vuil is voorna
lijk gruis, dat van weinig waarde
voor het doel. waarvoor de firma
Struyck het materiaal invoert Maar
sen dit gruis doet men dikwijls de n
lugubere vondsten. Het gebeurde niet
zelden, dat er doodsbeenderen of soms
ei hele schedel onder vandaan kwam.
Wat weten wij in ons land van de
ellende, die er in de zwaarst getroffen
Duitse steden geleden wordt. Men beseft
iets van als men hoort vertellen hoe
onder het puin. dat de arbeiders
bezig zijn te ruimen, nog mensen huizen
n kelders In de Damco 7 ligt voor een
deel het puin van de Rathausmarkt eni
de Schwanentorstrasze. bekende gedeel-
van DuisburgRuhrort, de grootste
pleinen, vrijheid voor de kerkelijke pers.
vrijheid om bijbels te verspreiden en an
dere religieuze literatuur, om conferen
ties te houden en verplicht godsdienstig
onderricht te geven.
5. De regering erkent de autonomie
van de Kerk in zoverre deze in de wet
op de Kerk is vastgelegd De regering
respecteert het kerkelijk werk van barm
hartigheid cn garandeert daarom de Kerk
het redht om sociale inrichtingen in stand
te houden.
6. De Kerk verklaart, dat zij in econo
misch opzicht staat op de basis van de
wetgeving van 1948. De Staat verklaart
zich daarentegen bereid de financiële on
dersteuning der Kerk niet ineens te be
ëindigen maar naar een aflopende schaal
Iedere 5 jaar zal de ondersteuning met
25 pet verminderen, zodat 31 Dec 1968
alle staatssubsidie beëindigd zal zijn.
7 De Kerk legt zich neer bij de na
tionalisatie der kerkelijke scholen. Alle
schoolgebouwen met inrichting en fond
sen en bezit aan landerijen worden eigen
dom van de Staat. De theologische i
naries en faculteiten, diakonessenoplei-
dingen en scholen voor vrijwillige krach
ten in de Kerk vallen hier buiten.
8. De Kerk belooft ook in de toekomst
fe bidden voor de Hongaarse republiek,
haar president en regering.
Omtrent de totstandkoming van
concordaat deelt prof Kooiman o.a
olgende mede.
„Wat de Lutherse Kerk betreft, de gang
an zaken is duidelijk. Nadat bisschop
Ordass en de algemeen-secretaris vai
Kerk, Vargha, onschadelijk waren
maakt, is de tijdelijke leiding onder
sterke druk gezet dat geen ontkomen
leer mogelijk was.
Het door de regering in Mei 1948 a
geslagen concordaat, dat toen door
Kerk werd afgewezen vooral op grond
van de annexatie der scholen, is thans
met een enkele kleine wijziging aanvaard
De vertegenwoordigers der Kerk bij de
onderhandelingen waren bisschop Turoczy
generaal-superintendent dr Mady
Vooral de eerste moet als leider genoemd
worden. Hij werd twee dagen na deze
eenkomst met de Staat geïnstalleerd
als bisschop van Gyor. Turoczy heeft
onder het Russische bewind ook reeds
gevangen gezeten en schijnt daardoor
v gemaakt te zijn. Men moet deze
mannen vooral niet als een soort verra
ders zien Zij hebben geen andere weg.
Zij zijn heilig overtuigd, dat Ordass door
zijn starre houding het martelaarschap
gezocht heeft Zij zijn minder na
tionalistisch en meer socialistisch inge
steld dan hij. Bovenal zijn zij overtuigd,
dat het onmogelijk is voor de Hongaren
onder het Russisch juk uit te komen
dat men er dus het beste van moet
maken."
van koksjongen tot beeldhouwer
In een van de straten van Steenwyk stond een bakkery, die een zeer goede naam
had. Bakker Krop kende zijn vak uitstekend en de Steemvjjkenaren wisten dat
maar al te goed te waarderen. Krop's zoon, Hildo, die in 1884 geboren was, moest
met z'n 14e jaar van school om by zjjn vader het vak te leren. Hjj was vaders
trots en zou de traditie van de zaak moeten voortzetten. Na de eerste beginselen
van het vak in de bakkery te hebben geleerd, werd Hildo na een paar jaren de
wereld ingezonden. Er volgde een leven van trekken en reizen, van veel moeiten
en zorgen. Bjj particulieren zowel als in hotels deed Hildo dienst als kok, maar
diep in zic^ voelde hjj andere aspiraties.
deeg kneden, niet langer zijn plastisch
gevoel botvieren op de gewillige massa,
waaruit later het brood te voorschijn zou
komen, maar de harde steenklomp zou
zich gaan vormen volgens zijn wil. Uit
die klomp zouden te voorschijn komen
prachtige plastiekjes, trotse monumen
ten en realistische portretten. Het kneden
zou hem echter in 't bloed blijven zitten,
want ook de klei werd tussen zijn han
den en door zijn geest gemodelleerd.
Nu Hildo Krop
deze week ©5 jaar
werd, is het zeker
niet zonder zin
zijn kunst even
van dichterbij te
bezien. En d-an zij
vooropgesteld, dat
deze kunst voor
velen nog moei
lijk te begrijpen
wezen toch zeer
bovenal menselijk
is. Krop coquet-
teert niet met
allerlei quasi-1
aesthetische be-1
grippen. hjj wil1
niet de super
kunstenaar uit
hangen en zal
zich niet bezono.-
Het leven van de arbeiders om hem
ik van hem hij werkte ook nog als
loopjongen en havenarbeider fasci
neerde hem, zij het op een geheel eigen
wijze. Dit leven in zijn veelvormigheid,
ruigheid en zijn strijd had voor hem
bepaalde facetten, die hem bijzonder aan
trokken, niet als arbeider, maar als ont
luikend kunstenaar Reizen door België,
Frankrijk, Italië en Engeland brachten
hem in nauw contact met het arbeiders-
óv <h khaint
KUNNEN IIZEN!
dat Goedhartigheid ondai» be-
paaide omstandigheden erg ge-
vaar lijk. kan zijn. Dzrgelyke men.
sen vergeten moeilijk vroegere
vrienden.En als dc huisgenoten
dan herrie met die oude kame
raden hebben gaan zy gemakke
lijk. praten.
Er kan in ons land nog zo qood
cn zo hartig tegen dcrgelykc
qoadharts opgetreden worden
(in de Tweede Kamer)de gard
krijgen die qoedharts toch nieL
En aat is nu juist ons ongeluk!
gen
i de
De „jongen met adelaar" voor het observatiehui
Wilhelmina-Gasthuis te Amsterdam, ee
van Hildo Krop.
leven en'op zijn 23ste jaar kon hij zich,
tussen het koken en bakken door, de
luxe permitteren een schildercursus te
lgen aan de Heatherly Art-school te
Londen en daarna lessen te nemen bij de
schilder Jean Paul Laurens in Parijs.
In 1908 kwam hij terug in ons land,
doch niet als voortzetter van de bakkerij
zijn vader, maar als leerling van
Bart van Hove op de A'damse Academie-
Drie jaren slechts had hij nodig om de
2e prijs beeldhouwen van de Prix de
Rome te halen. Berlijn, Rome en Parijs
werden nog opgenomen in het studie
program, tot hij werk vond in de ver
zorging van de gevels van het Scheep
vaarthuis te A'dam. Van die tijd (19121
af dateert zijn bekendheid als beeld
houwer en in 1916 werd hij beeldhouwer
in dienst van de gemeente De bakkei
jongen uit Steenrwijk zou niet langer het
Het gezinnetje is één van onze vele
zorgenkinderen. Met recht „kinderen",
want al trouwt een 18-jarige jonge
ling met een 17-jarige jonge dochter,
het huwelijk als zodanig maakt men
sen niet volwassen. Voorts huwden ze
natuurlijk omdat de baby op komst
was en na de kortst mogelijke termijn f/ezi
verscheen diens jongere broertje ook van
reeds ten tonele, zodat we daar
Angst voor morgen lip kacheltje; het licht
Het i
kleuters c
eenvoudig om in zulk
geval de helpende hand te bieden.
We hebben tenslotte voor vierduizend
te zorgen en hoewel velen
werk weten, zijn er slechts
enkelingen die ons helpen deze
de leiband hebben. Dat week bijvoorbeeld slechts drie, die s
karwei.
op zichzelf al
want zij had wel geleerd
klanten allerlei koopwaar
ren maar van huishouden had ze
zelfs niet bij geruchte vernomen, ter
wijl zijn opleiding was voltooid met de
lagere school. En dat onderwijs was
voor hem niet bijzonder vruchtdra
gend geweest. De eerste kennismaking
was daarom triest. Het was in de win
ter en binnen vroor het maar weinig
minder dan buitenshuis. Het ameuble
ment bestond uit twee wrakke stoe
len met dito tafel; in een soort aard
appelkist lag nummer een zijn eerste
longontsteking te verwerken en in de
bedstee zonder deuren bedekte iets,
dat nooit een deken zou worden, iets
anders, dat nooit een matras geweest
was. De enige licht- en warmtebron
bevond zich in de aangebouwde keu
kenafdeling, waar boven blauwe gas-
i deken en twintig gulden op-
argeloze leverden. Maar we zijn er toch in ge
slaagd en langzamerhand is er ver be-
INDRUKKEN VIT DE
VOLKSWIJK
tering in de toestand gekomen. Aller
eerst vonden we een werkgever, die gtif toe dat hy
bereid was om de jeugdige heer des
huizes een royale kans te geven. Al door zijn gezond
werd hij daardoor niet terstond
prima vakman hy was althans op
weg. Daarnaast zorgden we dat er het opeens al het
nodige huisraad en beddegoed kwam,
terwijl zijn loon in staat was om ram
pen van afgesneden gas en electrici-
•en gezel
onder de
lampekap is beslist vriendelijk en bed,
wieg en ledikantje zijn behoorlijk in
gericht. Een we dachten al dat we ten
minste één zorgenkind minder hadden.
Maar we hebben verkeerd gerekertd,
want daar komt opeens als een don
derslag bij heldere hemel het bericht
dat het helemaal mis is op zyn werk.
Al een paar weken is hy maar 'n en
kele dag op de fabriek verschenen en
wat hy daar uitvoerde is het vermel
den niet waard. Zij is, huilend en
overstuur, weer op het spreekuur ver
schenen en weer dreigen alle oude
angsten. We staan voor een raadsel en
als manlief na herhaalde sommatie
ook op dat spreekuur komt, zit hy er
narrig en bokkig bij en de eerste tijd
s wijzer. Hij geeft
gewerkt heeft
gewende griep wordt
blozend uiterlijk
nadrukkelijk ontkend. Wat kan het
dat hem bewogen heeft om nu
pryj
Voelt h\j dan
doende straks weer zonder iets zullei
zitten? Hij knikt stui
Moedeloos en verdrietig
vlammen i
stortte ze haar hart
meer tegen op kon; dat ze al weer in
verwachting was; dat ze morgen het
gas zouden komen afsnijdendat haar
man practisch geen t geld verdiende
omdat hij maar zo weinig kon; dat er
al in geen dagen warm eten geweest kindei
was omdat ze immers geen pan hadden en ve
om wat in te koken; ach, heel die el
lende van kinderen, wien het spel bo
ven het hoofd is gegroeid.
het op papier lijkt. Men
den toch straks
weer werkloos, net als vóór de oorlog.
Ik heb het zqlf gehoord van mijn baas.
We krijgen te weinig dollars hier
en dan heb je geen materiaal meer
en dan smijten ze ons er weer uit
en u-af zul je sjouwen en je best doen
helpen naar de als alles toch maar voor niks is?" Ver
moet telkens beten zegt hij het. En achter hem zien
om de we zijn ouders en zyn kinderjaren en
irvuiling de nood der werklozen toen. Een nood,
mochten waarvan de littekenen nooit geheel&
Ach, Marshall, raadpleeg toch
controleren of het gege-
vene niet weer ijlings te gelde wordt
gemaakt. Er moeten lange gesprekken
gehouden worden om de beide ouders-
kinderen op weg
volwassenheid en
bijgesprongen worden
'en te behoeden vo
rwaarlozing. Maar
niet klagen: ze deden feitelijk allemaal zyn.
hun best en nu een goed jaar later ook
kunnen ze hun woning aan ieder-
i de
WIJKPREDIKANT
heerlijking
orm alleen. Daar
voor is hij te veel
maatschappij, de
sociaal-voelende
kunstenaar, de
arbeider met de
steen De instel
ling van Krop i:
in wezen primi
tief, d.w.z hij
ziet het leve
zonder allerlei
bijkomstigheden.
En dan geeft hij
een soort natura-
ongecompliceerde
eerlijkheid, met
de natuurvormen
i der fraaiste werken ais grondslag.
geeft hij zijn ge
dachten vorm- Zit
slechts de grafsteen voor zijn moeder
(1923), waar dicht tegen de sluimerende
moedarkop aan, het kinderkopje als het
ware de bescherming en de moederliefde
blijft vinden Is dit beeld onbegrijpelijk
voor hem, die zich de moeite geeft iets
te beseffen van de gedachten van de
schepper? Zeker, een heel mooie vrouw
als moeder en een lieftallig kindje er
naast, zouden in een naturalistische vorm
geving bij velen meer bewondering heb
ben gewekt. Maar is dat de taak van de
kunstenaar? Kan hij eigenlijk wel de
natuur in haar zeldzame schoonheid
vastleggen, zonder ook maar iets van
deze schoonheid af te doen? Gedragen
door een idee. door een gedachte, werkt
de kunstenaar en zonder zoals ik
reeds zeide de natuurvormen als
grondslag kwijt te raken, brengt Krop
deze gedachte over in zijn werk. Dat is
meer dan nabootsen, dat is zelf scheppen.
En dat wordt van de kunstenaar ge
vraagd Ook Krop's arbeidersbeelden
gaan hiervan uit en Jos de Gruyter zegt
het zo treffend in Krop's biografie: „Voor
Krop is de arbeider méér nog dan de
representant ener klasse; hij is de ver
tegenwoordiger van de mensheid in alge
mene zin, zinnebeeld ener aan de onbe
wustheid van het aardse zich ontworste- j
lende mensheid"
Hiklo Krop heeft heel veel werken ge-
maakt, niet alleen vrije werken, maar
ook bouwbeeldhouwwerk, waarin het
dienende element sterker is. In het i
R'damse raadhuis maakte hij een prach- j
tige klok. symboliserend de opgang der
mensheid, waar de beelden uit het ge- i
aderde marmer loskomen en zich dus
vrijmaken uit de materie;
Vossius-gymnasium te A'dam
mentale Erasmus; een rijk symbolische
sluitsteen boven de ingang van de
R'damse Bank te Den Haag. enz. Van
bijzondere betekenis is wel zijn „Jongen
met adelaar" bij het observatiehuis van
het Wilhebnina Gasthuis te A'dam De
roofvogel, die alles ziet. wordt door de
jongen als symbool van eigen waakzaam
heid op de hand gehouden
In het werk van Krop zien we de ge
dachten van een groot en edel mens en
juist door dit menselijke is dit werk
'erheven boven alle kunstenaar-
De bakkersjongen van weleer kneedde
het deeg voor de menselijke behoeften,
de kunstenaar van thans voelt zijn sociale
taak in zijn scheppingen van de geest
Corn. Basoski-
De namen der planters, die gewond
erden bij de overval op ondernemingen
nabij Medan zijn. naar wij van Arends
burg vernemen, de heren R. A. Driessen,
R. A. Ruijter de Wildt, S. L. K. Westra
Oldigs. De toestand der ge
wonden is redelijk.
Want daardoor waren wc deze
weck ook niet in staatdie.
kleutcrondcrwyzeresin Amste*
dam op haar nummer te zetten»
toen zz weigerde een kachel
aan te makenomdat zulk werk
ftzsmet v/as. En wij t rappe/u—,
o aar in en plaatsen deze C.V.C.-
klantjcs over naar scholen met
centrale verwarming
Of het nu van die verwarming of
ergens anders van komt: wij moeten
opeens denken aan die molen-
in Wormervecrdie af brandde,
terwijl de brandweer feestvier,
de
Want zó gaat het met die sta
kende kleuters, schooljongens^
en studentenje denkthet zyn
maar kinderenmaar vóór je er
erg in hebt staat de zaak fn de
fnJ.'
Is het konder, dal de vebwacb-
ter van Westelbecrs verzucht:
„Cjecf fny maar een vrouw als
naasts het over zyn burge
meester gaat 4Iy zal denken:
Een vrouw is duizend We stel-
jeren te erg 7 En hij heeft een ge
makkelijk baantje.
Overigens is het ook hier: uit-
üken
Las U het
verhaal van
dc knappe
■naar valse
kitty in jil-^
burg, die azl
dat ze Knappert
i i T>at kost
te die winkelier daar een japorv
TELEVISIE
Televisie lijkt me prachtig,
Waardevol en int'ressant,
Maar zij heeft (hoe kan het anders)
Ook wel weer een schaduwkant.
Als een smachtend liefdesliedje
Door de aether ons bereikt.
Fantaseren w'ons de zanger
Zo hy ons 't bekoorlijkst lijkt.
Is een lange, slanke kerel,
Blond of zwart ons ideaal,
Geeft wellicht de televisie
Hem te zien als klein en kaal.
Waar de kans op desillusies
Ons dus enerzijds bedreigt,
Is het anderzijds bestaanbaar
Dat het woord meer waarde krijgt.
Want zingt straks Minister Lieftinck
Voor de radio zyn lied.
Hoe hij weer van Neerlands schatkist
Slechts alleen de bodem ziet.
Wel, dan zal men bij 't aanschouwen
Van zyn zorg'lijk droef gelaat,
Meer dan anders nog beseffen
Dat het om de duiten gaat.
GRé KEMPEN—STERKENBURG.
En in Denemarken'
z'sen de Kitty's van haar man.
nen sigarenWat allerminst in
onze kraam te pas komtnu cr
wel meermaar ook duurdere
sigaren in Nederland aan de
markt komen. Als de vrouwen
óók qaan meerokenis er he
lemaal geen verdienen meer <aar\.
Tenzij U er voor
voelt voor
Mark per week
schoorsteenveger in'Bcrlun te
Aoraen. Als ze dat loon met krij
gen gaan die functionarissen,
daar geen dak meer op. Daar
kpmt dus wcr*. aan de winkel
voor zwarte^schoorstecnw^
gers.
Tot dat doel habben ziek naar
Berlijn begeven
karei Links qja
Hendrik Grcvei/i.