Orgel van de Nieuwe Kerk te Katwijk aan Zee
nadert zijn voltooiing
DE ROMAN
Een verkeerd besluit
„Ook academici hebben verantwoordelijkheid
jegens Kerk en Christendom
Uan boeken en tijdschriften
NIEUWE LELDSCHE COURANT
5
ZATERDAG 9 OCTOBER 1948
Dispositie veroorlooft zuivere uitvoering
van zowel oude als nieuwe literatuur
Het orgel in de Nieuwe Kerk aan de
Voorstraat te Katwijk aan Zee werd
door de Duitse orgelbouwer Daniël
Nolthing (Emmerich) in 1882 voor
een der R.K. kerken te Nijmegen ge
bouwd. In 1887 werd het door de
Ned. Herv. gemeente van Katwijk
aan Zee aangekocht voor de in aan
bouw zijnde Nieuwe Kerk. Vele kerk
gangers hebben al sinds lang opge
merkt, dat het orgel grote gebreken
vertoonde. Na tal van besprekingen
met de heren J. van der Hucht en
Leen Haasnoot ontstond het „Comité
restauratie kerkorgel Nieuwe Kerk",
waarin de heren ds J. G. van Ieperen
(voorzitter), Leen Haasnoot (secreta
ris) en J. van der Hucht zitting heb
ben.
Aan de firma G. van Leeuwen te Lei
derdorp, de heer K. M. Luyten te Rotter
dam (adviseur van de Vereniging voor
kerkvoogdijen) en de heer Joh. Zweers,
organist te Katwijk aan den Rijn, werd
verzocht om rapporten. Na 'het uitbren
gen van de drie rapporten, die stuk vooi
stuk weinig vleiend waren, besprak het
comité de situatie met de kerkvoogdij.
Een krachtige actie werd op touw gezet,
om aan de benodigde gelden te komen.
Op 3 Maart 1947 verleende de vergade
ring van kerkvoogdij en notabelen goed
keuring aan de door het comité voorge
legde plannen. Aan de firma v. Leeuwen
werd opgedragen „de bouw van een orgel
met drie klavieren en vrij pedaal, vol
gens het electrisch-pneumatisch systeem"
De Kerkvoogdij was tot deze op
dracht in staat gesteld door de grote
offervaardigheid van de gemeente.
Het comité had intussen namelijk al
een bedrag van ruim f7000 aan gif
ten verzameld (dit bedrag is nu reeds
tot f 11.000 aangegroeid). Het comité
stelt zich voor f15.000, de kerkvoog
dij zich voor f20.000 garant, zodat de
financiële moeilijkheden overwonnen
zijn.
De werkzaamheden zijn in het begin
van di/t jaar in de werkplaatsen vai
firma Van Leeuwen begonnen. Het oude
orgel is onderwijl geheel uitgebroken en
een stenen kast in plaats van de vroegere
houten reeds gebouwd. Slechts een ge
deelte van het in het orgel aanwezige
pijpwerk en een deel van de kast bleken
in zodanige staat, dat de onderdelen er
van bij het vervaardigen van het nieuwe
orgel dienst kunnen doen. Er wordt dus
een geheel nieuw orgel gebouwd. Het
fraaie orgelfront blijft echter ongewij
zigd, omdat het onder bescherming van
„Monumentenzorg" staat.
Het comité had besprekingen met ver
schillende organisten en orgeibouwkun-
dige instanties. De heer Nic. van Beelen
te Katwijk aan Zee bijvoorbeeld gaf zijn
gewaardeerde zienswijze ten beste. Aan
de heer Hennie Schouten te Leiden werd
verzooht, als definitief adviseur van
comité op te treden. Het orgel wordt
gebouwd volgens de plannen, die de heer
Schouten in overleg met de firma Van
^Leeuwen heeft gemaakt.
De principes der dispositie
Om onze lezers een indruk te geven
van de bouw van het nieuwe orgel, heb
ben we de heer Schouten verzocht, hier
van een overzicht te geven. De heer
Schouten schreef ons als volgt:
Om de principes te verduidelijken, die
wij bij de samenstelling der dispositie
hebben gevolgd, willen wij gaarne een
korte historische beschouwing laten voor
afgaan
In de 17de en de eerste helft der 18de
eeuw bereikte de orgelbouwkunst een
ongekende hoogte. In deze bloeiperiode
werden de praohtige grote orgels in de
St. Bavo te Haarlem, de Oude Kerk te
Amsterdam en de Janskerk te Gouda
gebouwd. Op deze orgels is een prachtig
evenwicht tussen de verschillende klank
groepen. De toenmalige orgelbouwers
disponeerden naast kernachtige grond
stemmen verschillende soorten van vul
stemmen, d.z. stemmen, die helderheid
en doorzichtigheid aan de klank verle
nen en over een tiiimibre geschikiken, d;at
op geen enkel ander instrument kan wor
den benaderd. Ook besteedden zij grote
aandacht aan de tongwerken, die, solis
tisch gebruikt, prachtige solostemmen
zijn en die het volle werk een majestueus
karakter geven.
In de 19de eeuw was men niet meer
gevoelig voor het specifieke klankkarak
ter der oude orgels. De romantische or
gelbouwers en organisten vonden een
orgel des te mooier, naarmate het meer
op een orkest leek. De prachtige oude
vulstemmen en tongwerken moesten
plaats maken voor orkestrale timbres.
Het machtige instrument met zijn zuivere
klank, de muzikale belichaming van de
Protestantse geest, moest het veld rui
men voor het orkestrale orgel.
In dc laatste decennia wordt weer
teruggekeerd naar de dispositie-prin
cipes der 17de en 18de eeuw. Hierbij
wordt echter wel eens over het hoofd
gezien, dat de oude orgels ideaal zijn
voor de vertolking der werken van
Bach, maar minder voor die der wer
ken van Franck en andere componis
ten uit de laatste eeuw. Wij hebben
nu getracht, voor het orgel te Kat
wijk
Jaarboekje van de Geref.
Kerk van Leiden
Het jaarboekje van de Gereformeerde
Kerk van Leiden 1948-1949 is uitgekomen.
Het ziet er keurig uit. De omslagtekening
van A. Sierag toont ons de Zuiderkerk,
terwijl is ingelegd een foto van de eme-
Xitus-predikant der Leidse gemeente, ds
W. Bouwman, die op 14 Januari van dif
jaar tachtig jaar is geworden.
De inhoud van het boekje spreekt ons
van vervulde wensen en blijvende verlan
gens. Van zorg. die niet terneer drukt tot
pessimisme, omdat in vi
de Koning der Kerk de toekomst wordt
tegemoet gegaan. Die zorg is ook van fi
nanciële aard. maar steeds heeft de ge
meente van Leiden het geld bij elkaar
gebracht en voor de toekomst hoopt
dat niet tevergeefs een beroep op de le
den zal worden gedaan. Al is er thans nog
weinig uitzicht, toch hoopt men dat bin
nen afzienbare tijd vergunning zal
den verkregen voor uitbouw.
De Geref. Kerk van Leiden neemt wel
een bijzondere plaats in. Van de
aan de gemeente verbonden predikanten
zijn er drie „specialisten", waarover ds
Toornvliet een artikeltje schreef. Deze
specialisten zijn voor het werk in de zie
kenhuizen, onder de Oosterse studenten
en onder de studenten aan de Leidse Uni
versiteit; terwijl ds Wiersinga predikant'
in algemene dienst, is afgestaan aan de|
generale zendingsdeputaten.
Verder bladerend lezen
dispositie samen te stellen,
stilistisch zuivere uitvoering
zowel der oude als der nieuwere li
teratuur veroorlooft.
In deze dispositie vindt men de pres-
tantenkoren, de vulstemmen en tongwer
ken, die nodig zijn bij de uitvoering der
werken van Bach en zijn grote voorgan
gers. Op het pedaal zijn tongwerken van
verschillende hoogte gedisponeerd. De
betekenis van deze stemmen op het pe
daal wordt duidelijk, wanneer men be
denkt, dat in talrijke koraalbewerkingen
van Bach de koraalmelodie op het pedaal
wordt voorgedragen en op het manuaal
of op de manualen'omspeeld wordt door
stemmen, die contrasterend timbre .vra
gen.
Maar ook zijn Bourdons 16' en 8' ge
disponeerd, die absoluut nodig zijn bij de
vertolking der werken van Franck, Wi-
dor, Vierne en andere componisten. Ook
zijn in de dispositie een voix céleste en
een flüte harmonique opgenomen. En
natuurlijk is het derde manuaal in zwei-
kast geplaatst.
De klankmogelijkheden worden zeer
vergroot, doordat niet alleen het positief
aan het hoofdwerk kan worden gekop
peld, maar ook het hoofdwerk aan het
positief. Het hoofdwerk kan daarom niet
alleen als hoofdwerk, maar ook als twee
de klavier fungeren.
Een aantal voetknoppen stek de orga
nist dn staat, om zelf te registreren. Hij
kan onder het spelen van registratie ver
anderen, zonder dat hij zijn spel een
ogenblik behoeft te onderbreken. Een
enkele voetbeweging is namelijk vol
doende om- van tevoren vastgestelde
stemmen in te schakelen en andere uit
te schakelen.
Het behoeft nauwelijks te worden ge
zegd. dat het instrument ook als kerk
orgel aan hoge eisen moet kunnen vol
doen. Want een orgel, waarop de werken
van Baoh stilistisch zuiver gespeeld kun
nen worden, is ook een ideaal instrument
voor de begeleiding van de gemeentezang
en in de volste zin van het woord een
„kerkorgel".
Welke registercombinaties, welke soor
ten van uitkomende stemmen er bij het
koraalspel mogelijk zijn, moge blijken
uit onderstaande dispositie, die orgelken
ners en orgelliefhebbers zeker zal inte-
De dispositie zelf
Hoofdwerk, Man. II (Cg3): 1. Bour
don 16'; 2. Praestant 8'; 3. Roerfluit 8';
4. Bourdon 8'; 5. Octaaf 4'; 6. Nachithoorn
4'; 7. Quint 2 2/3'; 8. Octaaf 2'; 9. Mix
tuur 46 st.; 10. Cornet 5 sit. disc.; 11.
Trompet 8'.
Positief, Man. I (Cg3): 12. Praestant
8'; 13. HoLpyp 8'; 14. Quintadeen 8'; 15.
Spitsfluit 4'; 16. Nasard 2 2/3'; 17. Blok
fluit 2'; 18. Scherp 4 st.; 19. Kromhoorn 8'.
Bovenwerk, Man. Ill (Cg3): 20. Baar
pijp 8'; 21. Flüte doux 8'; 22. Viola di
Gamba 8'; 23. Voix Céleste 8'; 24. Praes
tant 4'; 25. Flüte harm. 4'; 26. Flageolet
2'; 27. Sesquialter 2 st.; 28. Dulciaan 16';
29. Hobo 8'; 30. Regaal 4'.
Pedaal Cf': 31. Praesbantbas 16'; 32.
Subbas 16'; 33. Octaaifibas 8'; 34. Gedekte
bas 8'; 35. Koraalbas 4'; 36. Fluitbas 4';
37. Bazuin 16'; 38. Ruischpijp 3 st.; 39.
Trompet 8'; 40. dnq 4'; 41. Cornet 2'.
Nevenregisters: 42. Koppel Man. 1II;
43. Koppel Man. IHII; 44. Koppel Man.
III; 45. Koppel Man. IllI; 46. Koppel
Man. IPed. trede; 47. Koppel Man. II
Ped. trede; 48. Koppel Man. III—Ped.
trede; 49. Tremulant Man. I; 50. Tremu
lant Man. III.
Combinatieknoppen: Tongwerken Man.
I af; Tongwerken Man. II af; Tongwer
ken Man. III af; Tongwerken Ped. af;
Vrije comb. I en II; Tutti, zonder Cornet.
Voix Céleste en Sequialiter.
Melkcontröle- en fokver. „De Lage Landen"
Het productieverslag over het melkjaar 1947-'48
En enkele aantekeningen naar
aanleiding daarvan
Nu de fokveedagen en tentoonstellin
gen voor dit seizoen zo-zoetjes-aan weer
gehouden zijn, gaat menige veehouder,
vooral nu er voor hem een wat rustiger
tijd aanbreekt, ook eens aan de economi
sche positie van zijn bedrijf denken.
Elke boer zal het met ons eens zijn,
dat 1948 wel zeer gunstig is, vergeleken
«net 1947. En dan willen wij niet in de
eerste plaats denken aan de betere gel
delijke waardering van het product,
maar aan de betere natuurlijke omstan
digheden. 1948 mag voor de vacantie-
mensen in vele opzichten een minder
goed jaar zijn geweest, voor onze vee
houders en we denken in het bijzon
der aan de Rijnstreekboeren is het
een ongekend gunstig grasjaar geweest.
Uiteraard zijn de cijfers over dit jaar
nog niet bekend, maar voor vele koeien
zal het wel 1000 kg melk en meer bete
kenen, die dit jaar meer zijn geprodu
ceerd. Dan laten we nog buiten be
schouwing het extra veevoer, dat de
veehouder verleden jaar om deze tijd
al aan het vervoeren was en dat uit
eindelijk dikwijls de gehele melkgeld-
opbrengst bedroeg, om het vee maar
van de hongerdood, te redden.
Het spreekt wel van zelf. dat de jaar
verslagen van onze melkcontroleurs
over 1947 dan ook wel erg in mineur
zijn gesteld. Deze mensen hebben wel
een zeer ontmoedigend jaar gehad, om
dat hun werk, dat uiteraard in het
teken der verbetering staat, met zeer
ontmoedigende cijfers sluit.
Het spreekwoord zegt: „Buurmans
leed verzacht" en dit kan hier ook wel
van toepassing worden gebracht, gezien
het feit. dat het in den lande overal
overal slecht is geweest.
Aan dit alles dachten wij, toen we
dezer dagen van de controleur J. van
Bemmelen een uitvoerig verslag ont
vingen van bovengemelde vereniging
over het afgelopen dienstjaar. Een der
gelijk verslag heeft, naast de grote
waarde die het heeft voor de diverse
leden, ook een buitengewoon propagan
distische waarde in het algemeen. Om
er wat meer bekendhaid aan te geven,
willen we gaarne enkele gegevens ont
lenen aan dit zeer verdienstelijke over
zicht.
Er blijkt uit, dat bij de vereniging
zijn aangesloten 65 bedrijven, waarvan
een volledig overzicht gegeven kon wor
den, met totaal 1421 koeien of bijna
22 koeien per bedrijf, die gemiddeld
vier jaar en acht maanden oud' woren.
De gemiddelde productie bedroeg 3082
kg melk met 3.34 pet. vet en 103 kg
botervet in 300 dagen. Dat is 100 kg
botervet minder dan in 1946. Deze
productie, die practisch niet boven het
gemiddelde komt van de jaarproductie
van alle koeien in ons land, kan zeer
zeker in meer normale omstandigheden
belangrijk worden verhoogd. Wij zijn
er dan ook van overtuigd, dat dit jaar
veel bedrijven wel 1000 kg-liter per
koe hoger zullen komen.
We kunnen niet nalaten, uit het vele
cijfermateriaal enkele waardevolle ge
gevens te putten.
Het bedrijf met de gemiddelde hoog
ste uitkomst had van 25 koeien in 307
melkdagen 140 kg botervet. Idem. dat
met de gemiddelde laagste uitkomst van
24 koeien 71 kg botervet in 301 melk
dagen. Hier kan de meest volslagen leek
0]b het gebied van veeverbetering een
conclusie trekken en wel deze: trachten,
de koe bij de horens te pakken, en in
dit geval de slechte, om via selectie de
veestapel te verbeteren en uiteindelijk
de productie te verhogen.
De heer Van Bemmelen heeft in zijn
verslag een berekening gemaakt aan de
hand van de huidige melkprijs, van
twee ogenschijnlijk gelijkwaardige be
drijven, dus met dezelfde voedselpo-
Voor de tuchtrechter
Slap bleekwater
H. A. O. uit Alphen aan den Rijn had
bleekwater van de hand gedaan, dat niet
de eisen voldeed. Mr. Goudsmit gaf
dat de sterkte van het water niet
voldoende was geweest, maar vroeg toch
clementie, daar zijn cliënt in staat van
faillissement verkeert en hem alles is
tegengelopen. De tuchtrechter merkte op.
dat O. reeds voor de derde maal terecht
stond en veroordeelde hem tot een boete
f 400.
Dure kleermaker
A. V., kleermaker alhier, had voor het
i maken van een herencostuum f 200 gere-
al hét' kend (in plaats van f 125). V. erkende,
hoog
sitie, maar waarvan het éne een gel
delijke opbrengst heeft per koe van
f670.70 en het andere van f506.46, dus
een verschil van f 164.24.f
Hij toont verder duidelijk aan de
waarde van melkcontróle, ook uit
financieel oogpunt bekeken, n.l. wat de
kosten betreft. Het verschil in prijs van
1 kg melk van 3.20 pet. of 3.30 pet. be
draagt 0 4 cent. Dit wordt dus op 3000
kg f 12 per koe. Als men bedenkt, dat
men met oordeelkundig fokken en boe
ren dit vrij gemakkelijk kan behalen,
dan wegen de voordelen van melkcon
tröle toch heel gemakkelijk op tegen de
kosten, die nog lang niet de helft van
f 12 bedragen.
We willen o.a. even noemen de nafok
van de bekende Alfons 2449 S, een stier
indertijd zelf hoog bekroond, doch die
reeds vroegtijdig verkocht moest woj-
den voor de slachtbank wegens onge
schiktheid voor de dekdienst. Zijn
dochters, 2- en 3-jarigen, bleken aan
zienlijk boven het gemiddelde van de
vereniging te produceren, terwijl deze
dieren op de laatstgehouden Vebo-ten-
toonstelling ook qua exterieur een heel
goed figuur hebben geslagen.
We hebben dit alles thans eens geme
moreerd, omdat velen het nut van melk
contröle nog niet inzien of niet willen
Deze nog jonge vereniging gaat rus
tig haar gang en als me zo dagelijks
hoort van de vooruitgang, die verschei
dene veehouders maken, ook door mid
del van melkcontröle, dan kan het niet
anders dan grote voldoening schenken
voor het bestuur en zijn controleur, dat
men leiding aan dit werk mag geven,
wat tenslotte in het algemeen welzijn is.
Wassenaar. J. van der Goot.
De „VanderSteng" in Leiden aangekomen
Is onder deskundige leiding te bezichtigen
Gistermorgen om 11 uur is de „Vander- rijke universele betekenis van de Marine.
Steng", het contactvaartuig van „Onze Leiden heeft geen directe verbinding met
Marine", statig de haven bij de Kolk,de ze, maar had in zijn midden de
aan het eind van de Haarlemmerstraat, j kweekschool voor zeevaart. De bedoeling
binnengevaren. En daar zal het tot Vrij-lis, in Leiden weer nieuwe steunpunten te
dag a.s. blijven liggen en dagelijks (uit- leggen en belangstelling te wekken voor
gezonderd) van 25 en van 710 onder zeevarend Nederland. Dit vaartuig, aldus
deskundige leiding te bezichtigen zijn. ,spr. wil daar de basis voor zijn. Het wil
Om 2 uur gistermiddag was een verte-1 het varen bevorderen en gelden verkry-
genwoordiging van de burgerij aan'gen om andere plannen te kunnen ver
boord, o.w. .de burgemeester. Deze werd; wézenlijken, zoals de bouw van tien
door de commandant, res.-kapt. W. Rever- schepen van kleiner formaat dan de
mann, verwelkomd. In een speechje liet „VanderSteng". die 299 bruto-registerton
de kaptein uitkomen, dat het doel van de meet, voor instructieve schoolreizen. Van
komst van de „VanderSteng" een'de overheid verlangt „O.M." geen sub-
legendarische naam van de zeeman door|sidie, maar morele steun,
alle eeuwen is, contact te leggen en deVervolgens heeft het gezelschap het
belangstelling te bevorderen voor alles, j vaartuig bezichtigd. We willen over de
wat op, om en van het water leeft. Het vele bezienswaardigheden, die de „Van-
vaartuig is een geschenk van het Neder
landse volk, ook van de jeugd. En
het volk weer zee-„minded" te maken,
worden er instructieve zeevaarten ge
maakt, waarbij de gasten als roergangers,
enz. dienen. Zo wordt er 's morgens o.m,
geroeid en gezeild in teamverband.
De voorzitter van het comité „Onze
Marine" wees vervolgens op de belang-
Over
optischekranten
koppen
Soms leidt de zuciht om
alles „beweging"
derSteng" biedt, hier niet uitweiden,
maar kunnen de Leidenaars een bezoek
aan het vaartuig zeer aanbevelen.
van een keizerlijke keukenprins
Ooit gehoord van een man, die een haantje afsloeg met een prima salaris,
zes maanden betaalde vacantie, vorstelijke fooien, twee auto's, een zomer
huis, tijgerjachten, volop amusement en tal van andere kleinere voordelen?
Die man bestaat en het baantje ook. Het werd hem aangeboden door een
keizer. Kunt u zich voorstellen, dat de man, die dit alles afsloeg, genoegen
heeft genomen met de functie van chef in een cafetaria? Dat ia in. Washing
ton gebeurd.
In dienst bij de
„Leeuw van Juda"
De keizer in kwestie is Haile Selassie
van Ethiopië en de man die
Erwin H. Faller, voormalig hofmeester
van Zijne Keizerlijke Majesteit.
Toen Haile Selassie hem zijn oude baan
tje weer aanbood, schreef deze Faller
zijn vroegere baas terug: „Het spijt
maar er is zo een en ander veranderd
sinds de Italianen ons beiden uit Afrika
hebben gejaagd".
De negenendertigjarige Faller is Zwit
ser van geboorte. Thans is hy Amerikaans
burger door naturalisatie en in het ge
lukkige bezit van een Amerikaanse vi
en dito schoonmoeder, welke combinatie
sterk genoeg is om hem thuis te houden
al zou de „Leeuw van Juda" van honger
aan het brullen slaan.
Toch denkt Faller nog wel eens -
niet zonder genoegen aan die dagen
tussen 1933 en 1936, toen hy de keizer
lijke familie van Abessinië in goede luim
hield met diners, waarbij niet minder dan
vijf vleesgerechten op tafel kwamen.
Een hoogtepunt in zijn loopbaan als
keizerlijke hofmeester was de 3e Novem
ber 1935, toen hij van „wat kliekjes'
diner in elkaar zette voor 1200 gasten
van de negus, onder wie kroonprins
Gustaaf Adolf van Zweden.
Alle bezoekers toonden zich zo in
schik met het maal, dat Haile Selassie
zijn opperkeukenmeester vriendelijk op
de schouder klopte en hem een fooitje van
800 dollar toestopte. Maar dit prachtige
ten koste van
krantenbericht
te brengen tot wonderlijke uitvindingen,
aldus „Het Vrije Volk". In het Engelse
dagblad „Daily Maiil" stond onlangs een
„optische" kop. die er als voligt uitzag:
Jongen (zeven jaar)
verdrinkende vader na.
Maar het aardigste voorbeeld van
„optisohe typografie" vind ik voorlopig
een versje, dat ik onlangs in een Ame
rikaans boek aantrof en dat, vertaald,
als voligt luidde:
Een kniaap ging naar zijn meisje toe
Met felle harteklop
En toen hy aan haar huisdeur kwam
op
stoepje
Liep
De vader stond al aan de deur
Die zei: „Wat mot jy, blaag?"
Hij greep het ventje in zijn nek
Van de Ned. vervan ex-politieke gevangenen
De Nederlandse vereniging van ex-politieke gevangenen uit de bezettings-
Q tijd heeft op haar te Leiden gehouden congres gesproken en gestemd over
de vraag of 't lidmaatschap der CPN verenigbaar is met het lidmaatschap
der vereniging. Met 12 tegen 19 stemmen besloot men de communisten
niet uit te sluiten. En vervolgens besliste het congres, dat in het algemeen
een politieke gezindheidsverklaring van de leden niet vereist was.
Om de betekenis hiervan te verstaan,
aldus ir H. van Riessen in „De Zwerver",
moet men iets meer weten van het milieu
dezer vereniging. De communisten heb
ben haar de eer aangedaan in grote ge
tale toe te treden en daar de ex-politieke
gevangenen van anderen huize ovei
algemeen weinig belangstelling
deze vereniging hadden, namen de
munisten weldra een belangrijke plaats
in. Dat was voor hen ook nodig, want
zij konden niet volstaan met de procla
matie. dat zij de dragers van het verzet
in Nederland geweest waren, terwyl
de belangrijke afwikkelingsorganen.
Stichting 1940—1945, de G.A.C..
G.O.I.W.N. en de L.O.-L.K.P.-Stichting
hun invloed 'gering en in overeenstem
ming met hun betekenis in het verzet
zelf was. In de Vereniging van ex-p
tieke gevangenen lag dus hun kans
Wie dit een verdachtmaking van
edele motieven der communisten vindt,
kijkt de wereld van heden aan voor een
doedelzak. Alles wat een communist
doet, doet hij als communist, vol
gens de plannen der partij. Of hij de op
zet nu door heeft en het spel bewust
meespeelt, of als naieveling aan het
handje van de partijleiding gaat, is daar-
an geen belang. En die plannen hou-
Dr. K. E. H. Oppenheimer:
Logica der wetenschap anders dan die van
openbaring en geloof
(Van een onzer redacteuren)
De Ned. Herv. Gemeente van Leiden kan morgenavond zeggen: „Nu hebben wij een
studentenpredikant!" Het is reeds lang geleden, dat de besprekingen ter vervulling
deze predikantsplaats een aanvang namen. Geruime tijd heeft men gezocht. Men
vond, maardr K. E. H. Oppenheimer van Hallum (Fr.) bedankte- De teleur
stelling was groot, niet alleen in de Gemeente, vooral in de kringen van bepaalde
studentencorpora. Weer werd een beroep op dr Oppenheimer gedaan. Toen nam
hy het aan. Gelukkig was de tijdruimte tussen het aannemen en de vestiging van
dr Oppenheimer in onze stad niet groot.
Leiden telt morgen dus twee studentenpredikanten: ds G. Toornvliet van de
Geref. Kerk en dr Oppenheimer van de Ned. Herv- Gemeente, Zy zullen samen het
Evangelie brengen in de academische wereld, die niet zo goed de biyde Boodschap
nodig heeft als elke andere vorm van samenleving.
misohe wereld. De nieuwe predikant zal
dezelfde plaats innemen als de andere
predikanten. Alleen dit verschil is er: de
gehele stad is zijn wijk, omdat de stu
denten, met wie hy in het bijzonder te
maken krygt, over de hele stad zijn ver
spreid. Ook zyn taak is dezelfde: predi
king van het Evangelie, ook en voorname-
lyk door de catechese.
De Kerk heeft lange tyd haar mis-
slonnaire taak onder de studenten
verwaarloosd. Maar sinds haar ver
nieuwing en bewustwording heeft
men begrepen, dat het wenselyk, ja,
zelfs noodzakeiyk is, dat ook de aca
demisch gevormden verantwoorde-
lykheid dragen, constructief en ac
tief, voor Kerk en Christendom, juist
omdat ze op vooraanstaande posten
staan en iets te zeggen hebben in de
wereld. Vakbekwaamheid is belang-
ryk, maar onze academici moeten ook
in staat zyn ons volk geesteiyke lei
ding te geven.
ook de taak van de studenten
predikant om de misverstanden, die er
zijn, uit de weg te ruimen.
Zoals bekend, zal dr Oppenheimer
morgenochtend in de Pieterskerk door
ds H. C. Touw van Utrecht, in Leiden
geen onbekende, worden bevestigd, ter
wijl hy morgenavond om vijf uur zyn
intrede hoopt te doen in dezelfde kerk.
Hoogleraren willen gunstiger regeling mili
taire dienst studenten
Dezer dagen hield de Ned. Ver. van hoog-
iraren en lectoren haar eerste algemene
ergadering in Amsterdam. De vergadering
esloot in de eerste plaats het probleem van
et studium generale te bestuderen. Aan het
opgedragen stappen te doen bij
betreft de militaire dienst. Ook het vraag-
c van het psychotechnisch onderzoek
d op de agenda geplaatst. Prof. Lange-
Beivogen levensperiode
Dr Oppenheimer, die zich bereid
klaarde om met ons een onderhoud te
hebben, werd in 1905 te Berlyn geboren.
Hij bezocht daar het gymnasium en de
universiteit, waar hy promoveerde.
In 1934 week hy naar ons land uit in
verband met de komst van Hitler. Velen
met hem ontvluchtten het in die tijd
heersende regiem. Hij studeerde onge
veer vier jaar aan de Ryksuniversiteit te
Groningen en verbond zich als predikant
op 11 Juni 1939 aan zijn eerste Gemeente:
Nieuw Dordrecht. Dit geschiedde om
dat dr Oppenheimer uit Duitsland ge
boortig is met toestemming van H.M.
Koningin Wilhelmina.
In de bezettingstijd heeft dr Oppen
heimer actief deelgenomen aan het ille
gale verzet in Drente. In '44 zag hy zich
genoodzaakt met zyn gezin, dat bestaat
uit drie personen, onder te duiken, om
dat hij weigerde te voldoen aan de Duitse
militaire dienstplicht Het is te begry-
pen, dat deze predikant, in een hachelijke
positie kwam te verkeren. Zyn onder
duiktijd, waarin hem veel angst en zorg
niet gespaard bleven, heeft hy in ver
schillende plaatsen, doorgebracht. Dr
Oppenheimer was een van de eerste bui
tenlanders, die onmiddellijk na de bevrij
ding van ons land werden genaturali-
Geivoon en toch bijzonder
Het spreekt vanzelf, dat ons gesprek
zich concentreerde op het werk, dat dr
Oppenheimer in universitaire kringen
byzondere werk in en door de Kerk en in dat deze prys te hoog was geweest, maar zal gaan verrichten,
al deze artikelen is een grondtoon van zyn klant zou in zyn oor hebben ge- Eerst zullen contacten moeten worden
dankbaarheid. Zo doet God. ook door het fluisterd: „Ik wil er wel f 200 voor be- gezocht en gevonden. Beschouw my. al-
werk van de Geref. Kerk in Leiden, Zynl talen". De rechter zei, dat V. dit had moe- dus onze zegsman, als een vooruitge-
Rijk komen, ten weigeren. De boete was f 40. schoven post van de Kerk in de acade-
Omvangrijke moeilijkheden
De moeilijkheden aan de taak van
studentenpredikant verbonden, zyn niet
van geringe omvang, omdat de acade
mische wereld' geseculariseerd is en voor
een groot deel vervreemd van de Kerk.
Dit hangt samen met de intellectualise-
ring van de academicus.
Deze zal moeten leren inzien, dat
de logica van de wetenschap anders
Is dan de logica van openbaring en
geloof. Misschien hoeft hy nog niet te
zeggen met een oude Kerkvader:
„Ik geloof, omdat het absurd is",
maar wel: „dat openbaring en geloof
hun eigen structuur, norm en ver
schijningsvorm hebben". Daardoor
moet men een zeker begrip tonen, al
dus dr Oppenheimer.
militaire autoritei
teling v
i tot c
den in, met alle middelen macht te
werven voor de partij en ten behoeve
van de eindoverwinning daarvan. Of
daarby met het middel der misleiding
moet werken, is geen bezwaar en
niet immoreel in de ogen der con
nisten. omdat tegen de vijand van
party „proletariaat" alles geoorloofd is
en de enige maatstaf van waarheid,
raai en recht is, wat de macht
party dient. Zodoende moet
noch waarde hechten aan de belofte der
C.P.N.'ers als Kamerlid afgelegd, noch
betekenis toekennen aan de instemming
met de statuten van b.v. de vereniging
in discussie.
Zyn in het licht van deze feiten de
beslissingen van de Ver. van ex-politieke
gevangenen nu juist? Wy menen
beslist van niet. Het congres had niet
moeten overwegen, of de st a t u
een voldoende waarborg boden voor
samenwerking, maar het had de vraag
moeten stellen, of er onder de leden
ren, die de statuten onderschrijven met
hun naam, maar niet met hun hart. En
dat geldt voor de communisten, want die
zyn in principiële zin ondemocratisch
totalitair en zij wraken zodoende de
grondslagen van iedere vrije vereniging.
Bovendien moet men zich afvragen,
het zin heeft een groep mensen in
vereniging samen te brengen, uitsluitend
op de negatieve grond, dat de Duitsers
politieke redenen opgesloten heb
ben. Om concreter te zijn: welke zin
heeft het, met mijnheer Jansen een clubl
n, omdat ook hy last heeft ge-
de misdaden van mijnheer Pie-
tersen, als mynheer Jansen van plan is
by de eerste de beste gelegenheid ons te
mishandelen volgens de practyken van
mynheer Pietersen?
Nu kan men zich afvragen, op welk
tijdstip het practisch noodzakelijk is, om
de consequenties uit het principiële
standpunt te trekken. Zo'n vraagstuk
ligt b.v. in de Stichting 1940'45.
De beantwoording van die vraag is af-
hankelyk van de invloed en van het ge
tal der deelnemende communisten. Voor
de Ver. van ex-politieke gevangenen
lijkt ons dit antwoord duideiyk. De in
vloed der C.P.N. is daarin van meetaf te
groot geweest Wie de communistische
ideologie kent, moet als democraat b.v.
weigeren, tezamen met communisten een
vergadering toe te spreken, zoals dat in
de Ver. van ex-politieke gevangenen
regelmatig geschiedt.
jammer, dat men op het congres
niet tot de essentie van de zaak is door
gedrongen, maar bij een formalistisch
standpunt is gebleven. Dat biedt de
C.P.N. een kans, die zy zal benutten.
begin bracht Faller grote zorgen voor de
rest van het bezoek van de kroonprins,
want de keizer beval hem nu, voor 14
dagen menu's voor het ontbyt, de lunch
en het diner samen te stellen zonder een
enkele schotel te herhalen.
„Dat heeft me heel wat hoofdbreken
gekost", zeide Faller, „maar ik heb bet
klaar gespeeld".
Gegadigden genoeg
Eens vernietigde de keizerlyke hof-
drukker de met gouden letters gedrukte
menu's, omdat er een Italiaanse schotel,
„ravioli a Ia milanaise" op voorkwam.
De Italianen waren toen al onderweg
en hij vond het niet patriottisch, zo iets
op te dienen. Faller verzon een andere
naam en serveerde de schotel toch. Faller
was de uitverkorene uit 500 sollicitanten-
De koning der koningen had n.l. een
zaakgelastigde naar Zwitserland gestuurd
om daar een chef-kok te huren en niet
minder dan 500 gegadigden, waaronder
Faller. hadden zich voor het baantje aan
gemeld.
Faller vroeg de afgezant van de keizer,
waarom hy helemaal naar Zwitserland
was gekomen teneinde een keukenmees
ter voor de keizer op te duikelen. De af
gezant antwoordde hem, dat de negus
een onderdaan van een neutrale staat
wilde hebben, die hem trouw zou blyven
als er weer eens een oorlog uitbrak.
Naarmate hij langer te Addis Abeba
verbleef, zag Faller zyn taak groeien. Hy
werd meer dan alleen maar keukenprins.
Hij kreeg de vrye hand in de paleishuis
houding.
Het paleis zelf was volgens Faller niet
zo groot. Het bevatte slechts 50 vertrekken
en 50 badgelegenheden. maar onder Fal-
ler's functie viel ook yet samenstellen
en uitrusten van kameelkaravanen, het
inkopen der benodigde levensmiddelen en
het toezicht op het personeeL
Incident
Soms kon het er wel eens raar toegaan.
Zo gebeurde het eens, dat tydens een
banket van buiten een oorverdovend la
waai in de eetzaal binnendrong. Toen de
gasten naar buiten keken, zagen zy drie
leeuwen zo maar los rondlopen. De die
ren hadden honger en ze vraten prompt
twee inboorlingen op.
Terwijl ze daarmee bezig waren, niet
zonder elkander de beste brokken te be
twisten, werd nagegaan hoe ze uit de kei
zerlyke kooi waren gekomen. Het onder
zoek leverde de vólgende feiten op:
1. Een van de drie bewakers zat in de
gevangenis, omdat hy een collega had ver
moord.
2. De tweede was zonder verlof af-
3. De derde was dronken en had verge
ten de dieren te voederen.
Aangezien de leeuwen het symbool wa
in van Haile Selassie „de leeuw van
Juda" mochten zy niet worden gedood.
Maar wat dan? Toen dacht iemand aan
de bewaker in de gevangenis. De man
werd onmiddellyk uit de plaatselyke bas
tille gehaald en naar de leeuwen ge
bracht. Zonder wapen of vlees dreef hy
kalm by elkaar en de moord vergat
n toen maar en hy mocht opnieuw des
keizers leeuwen bewaken.
Hongerende kok
Toen de Italianen te dicht bij kwamen,
staken Selassie's trouwe onderdanen de
hoofdstad in brand en met deze gingen
het Zwitserse hotel en de nachtclub, die
Faller had ingericht, in vlammen op.
Met wat half verkoolde tafels en stoe
len. die hy uit de smeulende resten van
de stad te voorschijn haalde, begon ny
opnieuw. Maar de Italianen namen hem
gevangen. Ze gaven hem twaalf dagen
lang niets te eten, toen wisten de Zwit-
hem tegen borgstelling vrij te krij
gen.
een kort verblijf te Buenos Aire»
kwam hy in 1937 naar de Verenigde Sta-
waar hy in verschillende grote keu
kens de schepter zwaaide.
Faller heeft ook in het Amerikaanse
leger gediend. In die tyd wydde hy zyn
talenten aan een generaal in een oplei
dingskamp, die hy buitengewoon ver
wend schijnt te hebben. Toen tenminste
de dag kwam. waarop Faller voor de
dienst overzee werd opgeroepen, weiger
de de lekkerbek zyn kok te laten gaan.
Behalve vrouw en schoonmoeder zyn
r twee andere redenen, waarom Faller
zijn baan in Afrika niet terug wil hebben:
hij vindt het leven in de Verenigde Sta-
prettig en hij wil een boek over zijn
ervaringen in Ethiopië afmaken. Hy is
bang, dat het laatste hem te Addis Abeba
zo gemakkelyk zou gelukken.
Achter de Kromme Dissel, door|
H. Braber e.a. Uitig. N.V. Van
Hees, Amsterdam.
Wist U dat er een Boerenwagenclub
bestaat, met wetenschappelijke mensen,
oudheidminnaars en bekwame wagenma
kers als lid?
In alle stilte heeft deze club nutftig
werk gedaan voor (het behoud en de ken
nis van de producten van kunstzinnig
heid en vakmanschap op het gebied van
de wagenbouw in vroeger eeuwen, voor
al onder de boerenbevolking.
In het prachtig verzorgde boek met de
karakteristieke titel „Achter de kromme
dissel", vertelt de secretaris van de Boe
renwagenclub, de heer H. Braber, in en
kele zeer interessante artikelen over al
deze dingen. Een aantal deskundigen als
ir M. C. A. Meischke. ds J. Kalf. dr P. J.
Meertens en dr Th. C. Oudemans schre
ven eveneens artikelen.
Het boek heeft iemand, die ook maar
een greintje gevoel heeft voor folklore
en wat daarmee samenhangt, zo te pak
ken. U zult het lezen als een roman.
Nauw als de ontwikkeling en het ge
bruik van de boerenwagen in vroeger
eeuwen met het leven van de bezitter
samenhing, weerspiegelt zich in dit boek
de humor en de ernst van dat leven. De
samensteller heeft met veel liefde voor
zijn object en met veel kenmds van zaïken
zich van zijn taak gekweten, wat ook
hieruit kan blijken, dat men bij het lezen
door zyn enthousiasme wordt aangesto
ken. Een leerzaam en onderhoudend boek
over een onderwerp, dat veel interessan
ter is dan U zou denken. i
Vrouwen naar Jacatra, door A.
den Hertog. Udtg. A. W. Sythoff,
Leiden.
Uit alles blijkt, dat de schrijver zich
goed in zijn stof heeft ingeleefd. Hy heeft
bovendien een vlotte pen en dus behoeft
het niet te verwonderen, dat dit boek
van begin tot eind boeit. Of het beeld,
dat de schrijver geeft van het Batavia
uit de dagen van Coen, juist is, wagen
we te betwijfelen. Niet, dat we zouden
ontkennen, dat de situaties en de per
sonen uit het boek toen voorkwamen,
maar wel dat dit het totaalbeeld zou zijn.
Naast een dronkeniap als proponent Dub-
beltryok waren er gelukkig ook andere
en betere predikanten. Erotiek en machts
wellust waren zeker niet de enige drijf
veren, die de Nederlanders beheersten
Coen is teveel beschreven van uit de
hoek van de nietsontziende gestrengheid,
zonder meer. De auteur heeft dart wel
gezien, warrt Aletta en Gen bijv. zijn in
derdaad anders, al blijkt ook bij hen
weinig van geloofskracht, -maar hy heeft
toch niet kunnen verhinderen, dat zijn
beeld wat eenzijdig werd. Nittemin. nie
mand zal spijt hebben dit boek te heb
ben gelezen.
Piloot Paul, door Gerard Smit.
Uitg. A. Roedofs van Goor, Mep-
peL
Een jongensboek over de beaettingptijd,
waarin we meeleven met de vele
turen van piloot Paul. Een boek ws
jongens zeker naar zullen grijpen.
This is Holland, door John Luger
en Aad van Leeuwen. Uitg. W. L.
Sakn, Amsterdam.
zijn aantrekkelijkheden wordt getekend,
zonder te vervallen in de voorstelling, dat
alle Hollanders op klompen lopen. Het is
mooi geïllustreerd.
Terra-bibliotheek. Uitg. J. A.
Boom en Zoon, MeppeL
Verschenen is het prospectais van het
eerste abonnement der by uitgeverij J.
A. Boom en Zoon te Meppel verschijnen
de Terra-bibliotheek. Terecht wordt in
het prospectais opgemerkt, dat wij op
vele terreinen met onze kennis vijf jaar
ten achter zyn. Daar staat tegenover, dat
de algemene belangstelling voor verre
landen en vreemde volken by een groot
ons volk aanmerkelijk is toe
genomen. De „Terra-bibliotheek" stelt
zich ten doel, een reeks informerend»
boeken te vormen over de landen en
volken van onze aarde. De bibliotheek
staat onder leiding van prof. dr H N. ter
Veen, hoogleraar in de sociografie te
Amsterdam en wordt verder ontworpen
met medewerking van tal van vooraan
staande deskundigen. Over tal van lan
den is reeds een boek in vocobere-dmg.
Als eerste drie rullen weiken verschy-
Turkye, Japan en Zwitserland,
de hand van dr W. E. NoonJ-
man, prof dr H. N. ter Veen en dr C.
Mensch. Het byzondere van deze biblio
theek is, dat reeds thans de opzet reke
ning houdt mer. in ieder geval twee soor-
boeken (steunende op de jonpnta
en) naast elkaar, beéde sseo wan*
devol tot het
Het in ons nummer van 4 Sept. be
sproken boek „Koningin WilhehniMf*
van P. de Zeeuw, uitg. H. Voenman en
Zonen te Wageiungen. telt geen 40 maas
m hèfrn»ten fin