u ut Deze veek Schreieders overlevende slachtoffers klagen hem aan fkefariite 4 De wijze en de dwaze NIEUWE LEIDSCHE COURANT 3 ZATERDAG 26 JUNI 1943 Geestelijke martelingen zijn erger dan de lichamelijke (Van een onzer verslaggevers) Ons proces Schreieder gaat door. We hebben, zoals men weet, de verdachte zelf gehoord. Er zijn in dit blad enkele getuigen a décharge aan het woord gekomen. We hebben ons gewend tot hen, die bezwarende verklaringen zouden kunnen afleggen over Schreieder's activiteit in Nederland. Het zyn er niet veel. De meeste slacht offers van de acties, die hij leidde, stierven in Mauthausen op de moordtrap van de steen groeve in Ravensbrück en andere tuchthuizen en gevangenkampen. Zü stierven een dood, zo gruwelijk, dat men zioh verbijsterd afvraagt, hoe het mogelijk is, dat daaruit nog één overlevende teruggekomen is. Luisterend naar hun verhalen, die geen directe beschuldiging van Schreieder als persoonlijk afrosser inhielden, zijn er toch enkele vragen bij ons opgekomen. I Niet scheren. Niet haarknippen. Maar Onschuldig bij moord op de geest? Die vragen zijn n.l. deze: is het moge lijk iemand, zo niet lichamelijk te kwet sen. dan toch geestelijk te martelen en dan nog vrij uit te gaan? Deze vraag is zeer urgent, want we hebben de tastbare bewijzen in handen, dat Schreieder zich aan dat laatste meermalen, en op verschrikkelijke wijze heeft schuldig gemaakt. Hij heeft, schillende processen, zijn gevangenen geestelijke kwellingen doen ondergaai die elke weerstand in hen gebroken en alle geestkracht van hen weggezogen hebben. Schreieder paste het systeem „Strenge Einzelhaft" toe. Met of zonder „Siehe Buch" aantekening. Weet iemand wat het betekent? Het was dit: maanden achtereen levend begraven zijn. Geen boek. Geen bezoek. Geen brief naar of van huis. Niet luchten.' ook geen kam, geen cantine-artikelen, minimale voedselrantsoenen, van tijd tot tijd geen water, geen ton In de cel. In sommige gevallen lagen de gevangenen ongekleed in hun cellen. Het gebeurde, dat zjj zonder schoenen aan verhoord werden. Zjj hadden geen krukje ii cel, geen toestemming om op de vloer te hurken, geen verlof om .op bed te gaan zitten. Hun afleiding beperkte zich, tot het af luisteren van geniepige gesprekken, die voor hun deur gevoerd werden. Dat ge beurde meestal in de avond: Dan was hd zeer stil rond het graf van de levend- dode en hij hoorde, buiten voor z'n cel slenterende, of sluipende voetstappen stil houden. In hem leefde dan de gedachte: wat gaat er met me gebeuren? Word ik weer in verhoor genomen? Zullen slaan? Doden misschien? En hij luisterde. Buiten in de gang werd, verstaanbaar ge- Al te gortig (Ver olp i Het kan vreemd lopen in de wereld. Toen schrijver dezes in Maart van dit jaar «in Batavia een gesprek had met verschillende belangrijke figuren uit de toekomstige federatie der Verenigde Staten van Indonesië, bleek dat onder deze mensen nog grote ontstemming heerste over het feit, dat de Nederlandse regering zo lange tijd alleen en uitslui tend oog had gehad voor de republiek en de federalisten volkomen links had laten liggen. In het bijzonder prof. Schermerhorn kwam er in dit opzicht slecht af. Maar ook tegen prof. Romme had men in dit verband bedenkingen. „Kenmerkend", zei een belangrijk federalist tot ons, „was de houding van Romme tijdens zijn laat ste bezoek aan Indië. In tegenstelling met Schouten nam hij geen contact op met de federalisten". Wij hebben nimmer het voornemen ge had, van dit gesprek, dat ondergetui- gén werd gevoerd, in deze vorm melding te maken. Maar nu prof. Romme zich ten koste van anderen opwerpt als pleitbe zorger van de federalisten, nu heeft hij het er zelf naar gemaakt en nu dwingt hij ons ertoe. Want prof. Romme is het geweest, die weliswaar met de mond heeft aangedrongen op contact met an dere bevolkingsgroepen in Indië, maar die met de daad het regeringsbeleid heeft gesteund, ook zoals dit uitkwam in de de-facto-erkenning van de republiek. Onwaar is wat prof. Romme schrijft, dat het bij de aanhangige grondwetsher ziening zonder meer gaat om blijvend Nederlands overwicht. Waar het op aan komt, is dat Nederlands verantwoorde lijkheid ten behoeve van de rechtszeker heid en het welzijn van Indië gehand haafd wordt, zolang zeer bepaalde en volkomen begrijpelijke waarborgen niet verzekerd geacht kunnen worden. Prof. Romme kan weten, dat dit heel iets anders is dan een afwijking van wat hij noemt de 50—50-grondslag. In een afwijken daarvan ziet hij „een afsnijden van de kans op een nieuw blijvend samengaan". Dit woordje „nieuw" laten wij thans rusten. Maar over de wijze, waarop prof. Romme dat «iet, willen wij wel iets zeggen. Er is nóg eens een gelegenheid weest, dat prof. Romme over dat san gaan heeft geschreven. Toen kon dat samengaan ook alleen worden bereikt, indien aan een bepaalde voorwaarde voldaan. Het merkwaardige is alleen, dat het niet precies de voorwaarde was, welke hij thans als plechtanker gekozen heeft. Die vorige gelegenheid was 7 Februari 1948. Toen schreef prof. Romme in „De Volkskrant" een artikel over de Neder lands-Indonesische Unie, waarvoor het volgens hem een levensvereiste zou zijn, dat ze souverein van karakter was. Dit element, schreef hij, is onmisbaar voor het openhouden van de mogelijkheid van een duurzame samenwerking tussen de Rijksdelen. Wij waren dat met hem eens. Men weet, wat van de souvereiniteit dier Unie is overgebleven. Dit „onmis bare element" is op verzoek van Batavia losgelaten. Maar geen nood, prof. Romme heeft een ander onmisbaar element ont dekt, „de 5050-grondslag", het geheim heet te bezitten hij wel erg overhaast beweert, dat het door anderen wordt verworpen. Wie verbaast zich -nog. dat het ons begint te duizelen? De betogen van prof. Romme zijn niet van die aard, dat zij ons vertrouwen in de door hem verde digde politiek kunnen versterken. fluisterd. Zo, dat de gevangene het horen kon. „Heute Nacht geht's los mit Ihm' hoorde hij dan de Duitsers zeggen en hü voelde: dat was voor hem bestemd en de onrust in hem steeg. Wat zou er gebeu- Om elf uur 's avonds, daar komt het. Zware laarzen stappen in de gang, gren dels, die worden verschoven, sleutels die knarsen en een stem, die tot de -bevende gevangene schreeuwt: „Heraus". Het laat ste uur denkt de „Strenge Einzelhaftling". En hij bereidt zich voor in de scha melheid van de cel, waaruit zelfs de bijbel of het gebedenboek verwijderd werden, op het naderend einde. Maar het is alleen celconrtiróle. Con trole in het geheel lege vertrekje. Die 's nachts nog enkele malen herhaald wordit. Er was, bij dót Schreiedier'se systeem nog een andere methode: die van provocateur, die in de cel, naast die de gevangene werd opgeborgen, om trachten hem uirt te horen. ,Ik weet n of je H beseft, zei dóe „gevangene", m; ze gaan je moeder aanpakken en je i der, ze wallen je zuster martelen en je vermogen liquideren als je nu niets zegt. Man praat dan toch! Zeg dan toch wat je weet!" Stom en misdadig. ZoaiLs dat andere: het binnenbrengen van caintdne-artikelen n de ceL Om de begeerte van de ge- 'angene op te wekken. Want direct daar na werd alles weer weggeritst. Evenals eer verwijderde. Is dót alles niets? Gelden deze geeste lijke kwellingen niet voor even ernstige mishandelingen ails de lichamelijke? Honderd uur verhoren Men heeft in de artikelen, die over Schreieder verschenen zijn, de Krimonal- diinekbor nog nimmer persoonlijk het deelnemen aan martelingen ten laste ge legd. En het officiële communiqué van zijn vrij'latdnig sprak zelfs van „het te gengaan vain mishandeling en het ter verantwoording roepen van de beulen." Het eind van het Englandspiel. De meeste agenten uit het Englandspiel vonden hier de dood. Zwoegend on der zware stenen hebben zij deze trap, die 186 treden hoog was, in looppas en blootsvoets moeten be klimmen. Boven wierpen zij de ste nen op een hoop. Langs het talud stonden Duitsers met zwepen, staven en geweren om de „tragen" af te beu len. In twee dagen was een oer sterke kerel hier een wrak, want het werk duurde zolang het licht was. Maar in gemoede Is dit minder? Ls dit ;n geringer marteling? Is dit niet een vorm van gevangenschap, die met alle wetten van menselijkheid in strijd is? Want het was een onderdeel van Sohreieder's verhoor-tactiek. U kent toch z'n mededeling, dat hij de zwaarste verhoren, die van misdadige vrouwen ar tot een goed einde bracht? Er kwam altijd een bekentenis. Zij, die Schreieder meegemaakt heb ben, begrepen hoe dat geschiedde en op e manderen hij altijd achter de ge heimen van zijn slachtoffers kwam. Het is gebeurd, dat een gevangene zes i dertig uur achter elkaar heeft ge- Dart hij ze aan verhoren onderwierp, die honderd uur aan een stuk duurden Nee, natuurlijk, Schreieder zelf niet. Die had het veel te druk, om elk geval per soonlijk te behandelen. Daar had hij z'n en sen voor. Maar hij gaf aan de metho es z'n fiat door ze' niet te verhinderen hij stippelde de lijnen er voor uirt. Zdj, die niet tegen deze methodes op- «wassen waren, die hum vrienden ver raden hebben voor een bord soep, die naaste bloedverwanten voor een executiepeloton brachten om de moge lijkheid één keer een briefje te schrijven, te kunnen neerploffen op een kruk. een stukje closetpapier in hum cel te kunnen krijgen, zij hebben hum mede delingen ook met de dood moeten be- En dan is er nog die andere categorie, die door al deze processtukken paradeert als een legioen der bedrogenen: zij, met wie Schreieder een verdrag maakte, een afspraak: .als je me nu dat vertelt, zal ik zorgen dat je vrijkomt, dat het goed afloopt, dat je een betere behandeling krijgt." Waar zijn ze? Wat kwam er van die beloften terecht? Herr Schreieder? Hun schimmen geven geen antwoord. Neen, we noemen ditmaal geen geval len. We duiden in het algemeen de gang zaken aan. En laat Schreieder nu r eens zeggen of het zo niet ging. En laat de Justitie zich dan nog eens bezinnen op de vraag of het recht is. honderden, aan dergelijke martelingen bezweken Nederlanders niet te wreken aam de mam, die deze methoden met zijn verantwoordelijkheid dekte. TEGEN PUNEN EN GRIEP Vijftig mensen verdwaald in Parijse catacomben .,Dank" zij onbevoegde gids 8 uur rondgezworven Onder Parijs strekt zich een zeer u gestrekt net van gangen uit, de zoge naamde catacomben; deze gangen zijn ingewikkeld, dat er geen enkele gids die het hele net kent; er is zelfs een deelte waar men nooit bezoekers binnen brengt, omdat de doolhof te groot is. In de loop der tijden hebben verschillende waaghalzen, die zich in dat warnet van onderaardse gangen waagden, zonder de weg te kennen, het leven verloren. Een groep toeristen, die de catacomben bezocht onder leiding van een bevoegde gids, kwam buiten met 50 maan minder dan men was binnengegaan,' zo lezen we in de Gazet van Antwerpen. Onmid dellijk werden opzoekingen ingezet, maar de verloren toeristen waren niet te vinden Eerst acht uur later vond men hen. uitgeput en hongerig, in een der gangen van het gedeelte, dat anders nooit bezocht wordt. Het bleek, dat een onbekende de vijf tig mensen had wijs gemaakt de weg goed te kennen en de groep had afgezon derd van de hoofdgroep, waarschijnlijk met de bedoeling het nodige drinkgeld op te strijken. Hü schijnt echter minder goed de weg te hebben geweten dan hij zelf meende en het gevolg was dat allen verdwaal den in de doolhof onder het militair gasthuis van Val de Grace. Na het vaststellen van de verdwijning zijn ploegen redders er op uitgetrokken, gewapend met trompetten, waarop zij om de 5 meter bliezen. Om 3 uur 's: gens kreeg men pas contact met de dwaalden. Onder hen bevond zich .ook een tieman. die speciaal belast is op de ligheid te waken van de bezoekers der catacomben Soc.-econ. program der Chr. Hist. Unie De sociaal-economische commissie uit de C.H. Unie, bestaande uit mr dr J. van Bruggen te Heemstede (voorzitter), W P. Cnossen te Woerden, mevr. mr dr P. M. FrankenVan Driel te Amsterdam. H. Kikkert te Zeist, drs F. A. Kraaijeveld te Heerlen, A. A. van Sandick te Amster- ir G. Vixseboxse te Almelo, die tot taak had, een nieuw sociaal-econo misch program voor de Unie te ontwer pen, is met dit ontwerp gereed gekomen het ontwerp is thans door het hoofd bestuur gepubliceerd. Het bevat 15 para grafen, betrekking hebbende op de rechtsorde van het maatschappelijk leven, economische en sociale politiek, mid- denstandspolitiek, handelspolitiek, sociale politiek, onderwijs enz. De eerste paragraaf, getiteld: rechts orde van het maatschappelijk leven, laten wij hier volgen: Uitgaande van de Christelijke solidari- teitsgedachte, welke saamhorigheid en gelijkwaardigheid van kapitaal en ar beid in het voortbrengingsproces erkent, worde publiekrechtelijk regeling der bedrijfsorganisatie bevorderd. Bij deze organisatie worde iedere vorm Het was in Sacramento. Natuurlijk tn Amerika. Rechter MacDonneII keek win zijn hoge zetel naar de „volgende zaak". In de beklaagdenbank zat een man, we gens auto-diefstal. De rechter herkende het gezicht: „In April waarschuwde ik je, dat je je tandenborstel maar mee moest brengen als je hier weer eens kwam, omdat je dan een flink tijdje zou moeten blijven. En wat heb je nu tot je verdedi ging aan te voeren?" Roy Goodenough, de man in de beklaagdenbank, zei niets. Hij haalde met een zucht zijn tandenborstel uit zijn zak. Hij kreeg zes maanden. staatssocialisme en de klassenstrijdge dachte verworpen en worde voor het al gemeen belang in het bijzonder dat der consumenten door de Overheid gewaakt onder inschakeling van organi satie», die op dit gebied bestaan, terwijl het bedrijfsegoïsme krachtig dient te worden tegengegaan. De bedrijfsorganen dienen te zijn zelf- besturende organen, parithetisch samen gesteld uit vertegenwoordigers van de de bedrijfstakken bestaande werkge- ■s en werknemersorganisaties, waarbij aan de Overheid door het opnemen van haar vertegenwoordigers adviserende in vloed wordt toegekend. De opbouw der bedrijfsorganen zij in de eerste plaats horizontaal, terwijl door het leggen van verbindingen, waar nodig, verticale opbouw worde bevorderd. Aan de bedrijfsorganen worden op sociaal terrein .ruime en op economisch gebied geleidelijk zich uitbreidende be voegdheden toegekend. Het toezicht op de bedrijfsorganen en het geven van advies met betrekking tot de goedkeuring van door die organen vastgestelde verordeningen door de Overheid wordt opgedragen aan een sociaal-economische raad, samengesteld voor een derde uit vertegenwoordigers van centrale organisaties, resp. van werk gevers en werknemers. Tot zover de eerste paragraaf Over deze paragraaf is een minder heidsstandpunt ontwikkeld door het lid der commissie, A. A. van Sandick, die verschillende bezwaren ontwikkelt. Zo blijkt naar zijn oordeel uit deze para graaf te weinig van doorwerking van het beginsel der souvereiniteit in eigen kring. Hij keurt het af, dat de publiek rechtelijke regeling der bedrijfsorgani satie voorop wordt gesteld, suggereren de dat moet worden aangestuurd op een allesomvattend systeem, waarbij het maatschappelijk leven wordt gedirigeerd van een centrale instantie uit, die wel iswaar niet identiek is met. doch wel haar bevoegdheden ontvangt van de Overheid. Veeleer, aldus de heer Van Sandick, dient te worden geopteerd voor de vor ming en ontwikkeling van vrije en auto nome organen van samenwerking van ondernemers en werknemers, in welke organen niet meer wordt samengebonden dan hetgeen werkelijk tezamen hoort. Zeer zeker, zo schrijft de heer Van San dick, verdient de vorming van een sociaal-economische raad aanbeveling, deze zij evenwel uitsluitend een college van advies aan de Regering, waarin deze dan echter zelve geen zitting behoort te hebben. Wel dient de Overheid het on verkorte recht te bezitten, zo nodig in te grijpen, indien het algemeen belang niet of onvoldoende wordt behartigd. Deze taak kan de Overheid niet overdra- aan een college, dat niet onderwor- is aan het inzicht der Staten-Gene- raal. Het is de bedoeling, aldus deelt het hoofdbestuur der Unie mede, dat een definitief program zal worden vastge steld op de algemene vergadering der Unie in 1949. EEN JEUGDÜHEKINNEKING Wanneer ik 's avonds rustig zit, mijn krantje uitgespreid, En mij, bij voorbaat, welgemoed in mijn lectuur verblijd. Dan duurt de vreugde dikwijls kort, want elke pagina Staat vol met deprimerend nieuws, ellende voor en na. Geharrewar in Indië, getreiter in Berlijn, En misverstand op misverstand: van goede wil geen schijn.' Ik zoek dan of er niets gebeurt dat als verkwikking geldt; Dat in mijn neergeslagen geest het evenwicht herstelt. Zo deed het mij weldadig aan toen 't blad mij heeft getoond, Hoe ergens daar in Wassenaar de illustrator woont Die zoveel boeken uit mijn jeugd van plaatjes eeft voorzien; Wie kent ze niet, dat grappig stel, die kleine „Ot en Sien". Dan ben je voor een kort moment de schoolbank niet ontgroeid, Je voelt je even weer het kind dat vrolijk heeft gestoeid. Waar 's werelds heksenketel ons de geest vermoeien doet, Geeft soms zo'n jeugdherinnering weer frisse levensmoed. Gré KempenSterkenburg Twee halve kettingen (Geen sprookje) Ons bericht over de rare Delftse vis, die in z'n maag een wasknijper, geld, heer J. ter Hzrmsel, Naarderstraat 91, Den Haag, in de pers klimmen, omdat hem een veel sterker staaltje ekend is. Hij schrijft, dat één zijner kennissen, de fa brieksarbeider W. Gerritsen in Rijssen (Overijssel) op zekere dag de helft van een metalen halsketting vond. Hij nam hem mee naar huis en deponeerde hem op een plekje, waar het kettingrestant ge doemd was, in het vergeetboek te raken. Hij had hem eigenlijk opgeraapt, in de waan, dat het ding van goud was. Maan den later kocht hij e in - op de irkt i Hij bracht nog enkele diertjes bij z'n schoonouders. Zijn vrouw maakte thuis de vis schoon en stuitte op iets hards, 't Was heus géén sprookje! een half kettinkje. Ze herinnerde zich de halve ketting, welke haar man vroeger gevon den had en zocht hem nog eens op. Ja, hoe bestaat hetde twee delen hoor den bij elkaar!! Voor het Stoplicht ■een is. Dies moet je al e er particuliertje zijn, particulier Maar het l eilijk moeilijk. Als U b. v. ziekenfondslid bent, houdt U op particulier te zijn. Het klinkt hard, maar dat is de waarheid altijd. U moge nóg zo'n particulier gevalletje hebben aan uw, toch wel heel particuliere lijf, doet er niet toe, wordt als zodanig niet erkend. Uw plaats is de stoep vóór de spreekloka- len, met het nummertje vlak voor de dok- t dat is alles. Een ie het niet-particulier-zijn op je ziel, als ie 't wél denkt te zijn. Zoals die Haagse dokter, die deze week, met een snerpende kiespijn, in alarm toestand naar een tandarts rende. Trappe- t hy a n de bel, t ichtte toen, opgelucht, de wit gekledi verschijnen dia slechts één blik op het gezicht vóór haar behoefde te werpen om, met de woorden „alleen voor particulie- 'Cn" de deur weer m 't slot te gooien'. Er wordt beweerd, dat van ergernis ae oijn verdween. t Is ook niet lollig dokter. Sche/e hoofdpijn Sen AKKERTJE Vandaag ban ik de wijze en de dwaze ge tegengekomen, maar ik laat het aan U he over om te beslissen wie de een en wie mi de ander is. Ik bel ergens aan en op mijn re mededeling wie ik zelf ben en wat ik ja doen kom, word ik héél vriendelijk bo- wt ven genodigd met de nodige aanwijzingen he om de opwaartse reis heelhuids te vol brengen: .J'as-su op dat roetje daar, dat leg-los en pas-su op de draai, want de treje blnne maar smal." Uit zulke aan duidingen leer je op den duur heel wat afleiden. Voor ik boven ben weet ik fei telijk dat ik hier weer eens in het vol maakte gezin met paradijs-allures ben aangeland. En zo ls het inderdaad. Men kan feitelijk niet begrijpen dat met zulke prima-gezinnen en gezindhe den onze wereld nog zo'n allerbedroefdst zootje is. .Ach, waren alle mensen wijs en deden daarbij wel, de waereld waar' een paradijs nu is ze vaak een hel". De man géén zwabber, géén vloeker, géén drinker, géén speler, geen kwaad is. De vrouw nooit i zegt altijd: die fijnen bedriegen et allerergste... Nee, ik zeg maar, geen zonden en we geven ieder het zijne en dat is onze godsdienst...." Zo kouten we door. Tot op 'n gegeven moment 't gesprek op de buurman-voor komt .Of ik daar ook heen moet? Inderdaad zulks is mün uoomemen.Maar nu laat Moe der haar stem tot 'n hees gefluister dalen en zegt: „Die is gek, hij heeft godsdienst waan; hij komt nog in Maasoord terecht. woord blijft zonder op te houden. Dit is wat hij zegt ten antwoord op mijn vraag hoe het met hem staat: „Slecht, dominé. bitter slecht. Ik ben een zondaar en God zal me in de hel stoten. Ik vind niets dan zonde in mijn hart wonen en ik heb geen der gaven des Heiligen Geestes. Ik ben een verloren zoon en ik derf de heerlijkheid Gods....." Dit is althans iets van wat hij zegt, want met ontelbare teksten herhaalt hij dit ene gegeven en maar met moeite krijg ik hem stil; vraag hem wat zijn vak is. Hij blijkt muren en plafonds te witten, maar zijn ziel is zwart als de icht. Hij loopt aldoor maar te zinget middag heeft hij me nog gevraagd oj bereid was om te sterven. Toen heb gezegd: „Man bezondig je niet an i rlecht hoe haal je het in je hoofd dat ik bet zijn te Je i of helpen, nooit iets wat niet liefelijk niet wel luidt. De zonen en dochters, (allen getrouwd helaas, lieve lezeressen en brave jonge lingen). elk op zich zelf een pronkjuweel. En de kleinkinderen stralend van deugd zaamheid, levend geworden heidjes en heldinnetjes van wijlen Hieronymus van 'n soort geestebam Alphen. Alleen natuurlijk niemand van wel interessant om dit ganse nageslacht gedoopt; niemand tene te confronter< van deze hele stam ooit ter kerke. „Naar buurman er. bij zit de Kerk? Ach dominé. hoe kom je het woord niet, 1 er bü-' ik moet 's Zondags toch thuis zijn 'n Nog niet oude om de kinderen en kleinkinderen te ont- blik van een niet h vangen?" „Die zouden misschien ook De borende ogen wel eens naar de Kerk kunnen toegaan? En de eentonige si Zo samen," opper ik in mijn blanke ar- van een zielszieke, lesjoche." En toen heeft hif vragen of hij er even bij stel ik voor. Ze kijkt of ik i kakkerlak aan tafel te no- Gemakkelijk werk," zeg Ik dan. „Ge- makkelijk werk wat jij doet. Je komt maar ergens en je vindt een smerig plafond en je neemt je kwast en na een uurtje is alles zo blank als 't maar zijn kan." Hij kijkt me verbaasd aan: „Nou, eerst beginnen om de boel af te krabben en dan pas kun je aan je werk gaan.." En ik knik: „Zo doet de Heilige Geest ook, vriend: eerst krabt h(j er alles bij ellende en angst en verdriet en dan be gint hij met het witten. Je moet niet t« veel tobben gaan. hoor. Je bidt maar: bovenlaag is er nu wel af, maak •nige Tenslotte i teling t t het is mogelijk dat A Is uitlaat, zegt te: .JJardstikke gek, niet?" Dan zacht- Zodat wat later de jet pratend op het bovenportaaltje ant- f zitten is eigenlijk woord ik: „Net zoveel te gek als u het te it hü blijft staan, weinig bent." Waarop de juffrouw: „t Is n met de starende zonde." zegt en mij kennelijk ook naar naai normaal mens. Maasoord verwijst. Maar hoe zijn we in 'n geesteskranke, het na-christelijke tijdperk gekomen als donker, dreunend het geloof alleen nog zenuwpatiënten we stern, die aan het zenlijk beroert.... WIJKPREDIKANT. J Examenleed in 't Zuiden en het genees middel ervoor Of durft men nu werkelijk deze stap niet aan Dezer dagen maakten de bladen ge wag van het eind-examen aan het St Theresia-Lyceum te Tilburg. Van de zes tien candidaten waren er op dat ogen blik tien gezakt, terwijl er nog vijf aan een verlengd examen werden onderwor pen. Nu is deze school geen paddenstoel- inrichting, zoals wy die wel kennen, van welke men niets anders verwacht dan dat er bij voldoende controle zulke re sultaten zullen zyn. Maar het is een te goeder naam en faam bekend staande school roet ongeveer 250 leerlingen. Als ik mag verwijzen naar de artikelen, die ik over examenfraude in Noord-Brabant enige weken geleden in ons blad schreef en naar mijn brochure „Het euvel der School-examens" die ik in dezelfde tijd uitgaf, dan mag ik toch wel tot de ge volgtrekking komen dat de gebeurtenis- bij deze examens in Tilburg mij in het gelijk hebben gesteld. Niet dat ik hier aan fraude denk. Integendeel. Er was een commissie, waarin als rijksge committeerden vier professoren zitting hadden, één uit Delft, één uit Groningen en twee uit Leiden. Er werd dus een maatstaf aangelegd, zoals men dat boven de Moerdijk gewoon is. En nu stellen de ouders de ryksgecommitteerden verant woordelijk voor de uitslag, omdat deze heren, volgens hen. buitensporig in hun eisen waren. Men ziet, hoe ver het al gekomen is. Of er wordt aan een school zó geknoeid, dat zelfs de officiële instan ties dit moeten erkennen, óf de uitslag is zodanig dat er gerust van een vol slagen mislukking mag gesproken wor den. Welke gevallen daar nu nog tussen liggen is niet uit te maken. Maar dit staat voor mij vast: Indien de werkelijk te goeder trouw zynde scholen in het Zuiden er prijs op stellen dat men ze voor vol aanziet, moeten zij zelf er op aandringen de school-examens af te schaffen en ook hun candidaten te on derwerpen aan een algemeen staats examen. Dit is de enige weg uit dit moe ras van ongerechtigheid, waarin ook de goede scholen dreigen hun naam te ver liezen. Want, men vergete^ niet, wat de com missie aan de A.N.P.'-correspondent me dedeelde: „Het intellectuele peil der can didates van deze school is verontrustend laag. Alle werkelijke interesse voor we tenschappelijke problemen met name de klassieken is ten enenmale zoek. De algemene ontwikkeling staat op een uiterst laag peil. terwijl de mentaliteit der leerlingen er blijk van geeft, dat het len van het diploma op ziohzelf belangrijker is dan welke ontwikkeling dan ook." Dit oordeel is niet mals. Nu is heel eenvoudig na te gaan of de ouders gelijk hebben in hun oordeel dat de rijksge committeerden te streng zijn. Men be hoeft maar de resultaten van deze school Tilburg te vergelijken met die van andere scholen, waar dezelfde gecommit teerden dit jaar zijn geweest. Zou het A.NP. niet goed gedaan hebben, ook deze te publiceren, dan zou zeker dat woord nog meer gewicht in de schaal hebben gelegd. En daarmede zouden alle mogelijke rookgordijnen verdwenen zijn. Ten slotte dunkt mij deze raad gepast: Zolang men niet is teruggekeerd tot het staats-examen, zorge men er voor bij de benoeming der gecommitteerden dat zo veel mogelijk de in het Zuiden des lands wonende in het Noorden en midden wor den aangesteld. Dan zal men niet klagen. leer Noorderlingen in Brabant en Limburg hun ambt uitoefenen. Alleen op deze wijze kan men onder dit jammer lijke stelsel althans enigszins tot een ge lijke beoordeling komen, welke de di ploma's de waarde zal verlenen, die se behoren te hébben en die thans zeer twijfelachtig is. Want tegenover gevallen als dit. die aan de dag komen, staan ongetwijfeld andere, waarin een slappe goedwillige commissie met de man tel der ontferming en liefde grote tekort komingen bedekt. Is de toekomstige stu dent daarmee gebaat of is het misschien beter hem vroegtijdig te leren dat voor een wetensohappelijk beroep ook weten schappelijke bel au gstelling en vooral enig verstand nodig is? Den Haag Dr F. C. Dominions. Moeilijkheden bij groentenexport naar Londen De groenten- en fruitimporteurs dervinden geen moeilijkheden met het afzetten van hun producten naar Enge land. De staking in Londen heeft echter dit gevolg, dat de Batavierlijn, die op Londen vaart en altijd grote ladingen groenten en fruit verscheept, momenteel deze ladingen iet aanneemt. Vorige week is n.l. een lading in Londen aangekomen en behalve de tomaten zitten de overige producten nog in de boot. Alle andere havens in Engeland lossen als gewoon- en van vernietiging der groenten is dan ook geen sprake. Niet alleen in Amerika... de wetenschap in de weer voor de huisvrouw. Ook in Nederland sijn op dat gebied grote dingen bereikt. Vele dame* zagen vroeger met *org de wolwas tegemoet, omdat zij wia- ten, dat haar kostbare wol langzaam maar zeker kromp en sleet en de elasticiteit verloor. Ze wasten im mers in ouderwetse alkalizeep. (Vele dames doen het nóg). Maar zij kunnen zich die zorgen thans be sparen door wol te wassen in de alkali vrije Echfalon. Was Uw wol veilig in i[iai üa da faarit KONNCN L61CN..: pat de vcrk'ezingsgolven hóóg gaan in Nederland De zaak Schrejecter a dreigt een natibnalGG-"^- ramp te wordenV" waarin de Waarheid ondergaat aan Vorrink Koo(rt)s U moet maar eens dagelijks de rode bladen bekijken. 6n ook aan die kant fe men on verzoenlijk Want waarom wil pg. van ozr Goes van Naters nu geen Colinisten in een Bcel Prees combinatie hebben '/'m\ die combinatie zo zwak. ,cst zij geen constructieve elemen ten verdraagt Helpt U mee, meneer v.d.G. van N. van z'n zorgen te verlos- SCP ?A\„\V J* aAfic V^ ,°H Dan geen Boel - Prees combi natie meer na da verkiezingen. Wij weten tenminste wie we stem men moeten. In Amerika weten ze't nog niet. Olifanten doorkruisen "Phïla - delfïa (Jiefcle der broederen). Vanwege de republikeinse con. venticWie zullen ze laten boksen met de démocratischa Witte Huis candidaat, Stasscn of Dewey Gisenhowcr wil niet. 3=),want hoe belangrijk het is, wie U kiest toont Phaaq. naar maken getrouwen nu bede— \oarten naar thuis van de vcy^mad® Bcnesj. Da leus zij; Wacht U voor Ret berouw r 6 n vergeet U daiw Malakka en lava ock niet. wordt nu al - -3rd geknokt door rode troer penOnder elkaar ookWat lava betnzfivanwege gebrek aan Collnistén in Den Haag. Wat niet hetzelfde is als kolonisten. Jad V is wel wat te do en in Na- dcrland. Denk aan de heer Weiterdia met 2'r, microfoon^e in het wa<* ter is gevallen. 6n aan -fort Blauwkapel waar oen JÊL gedetineerde N-5-BAzr lam*, cc-rrnandant werd. Met 3uto, onkostennota <zn ba» teriën-oorlog C«oodvonJc Het laatste om zV> rijk ta Schragen. 6n wij naar vriendelijk zijn. Voor meer dan fiooaooo- gratis orcen- te raar Duitsland Laat die mensen d- óók es weer lekker Ac eten 2z hebben toch al nariqheld^e- noog met dat nieuwe dcid. Maar om1! ouw2 nu te beleggen in permanent Nee, karei en'rrfinfai permanent Q2noGgT GA£Vt* X-kUSnUMkOa. MKJ CONSULTATIEVE RAAD VERGADERT 19 JULI IN DEN HAAG De Consultatieve Raad der Westeuro- pese Unie xal 19 Juli a.s. in Den Haag vergaderen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1948 | | pagina 3