schudt uw lever wakker Enkele dagen in het land van Guido Gezelle NIEUWE LEIDSCHE COURANT 2 MAANDAG 5 APRIL 1948 f Stadsnieuws Driehonderdduizend woningen zijn nodig om de woningnood op te heffen Schrikbarend tekort aan materialen en arbeids krachten belemmert de uitvoering De afdeling: Zuid-Holland van de Nationale Woningraad hield Zaterdag In de foyer van de Stadsgehoorzaal een ledenvergadering. De leiding van de samenkomst berustte bü de heer A. Goosen, plaatsvervangend voorzitter, die In «ön openings- land. gin van zijn betoog wijdde spr enige aan dacht aan de verhouding van de woning bouwvereniging in het algemeen tot de uitvoerende organen. Hij omschreef v volgens het doel van deze vereniging merkte op. dat dit niet alleen bestaat uit het laten bouwen en verhuren van huis jes. Wij moeten de kleine man aan een woning helpen, de volksgezondheid die nen en het gezingsleven bevorderen. Dat de toewijzing van woonruimte in handen is gelegd van het College van B. en V vond spr juist. Het karakter van de commissie voor hulsvesting belichtende, beklemtoonde de heer Barel, dat de commissie hei vertrouwen van de gehele gemeente moet genieten. Verder achtte hij hei zeer gewenst, dat een vertegenwoor diger van de woningbouwverenlgin gen in de commissie zitting heeft. Tenslotte stelde spr de administratiev zijde van de zaak in het licht. Op deze inleidingen volgde een levendige bespre king. Montagebouw is geen gril. In de middagvergadering sprak dr woord stilstond bü de grote woningnood in Wederopbouw niet geheel geslaagd. Na de oorlog worden we geplaatst voor een algehele chaos op politiek, schappelijk en economisch terrein. Veel moest er worden opgebouwd. De volhar ding, de toewijding en de energie, die aan de dag zijn gelegd om uit de impasse te geraken, dwingen bewondering af. In één ding is men echter niet geslaagd: de wo ningnood, die in meer dan één opzicht schaduwen werpt over ons na-oorlogse bestaan, drukt nog steeds in onvermin derde hevigheid op onze maatschappij. In normale tijden werden er 40 000 wo ningen per jaar bijgebouwd. Gedurende de oorlog kon hiervan geen sprake zijn. Ook na de bevrijding kwam geen verbe tering in de situatie. In dit verband de heer Goosen op het nijpende tekort aan materialen en arbeidskrachten. De regering heeft getracht het woning- probleem tot een oplossing te brengen door een woonruimtewet in het leven te roepen, teneinde de beschikbare ruimte zo goed en zo billijk mogelijk te verde len. Ook heeft men in dit kader de mon tagebouw ter hand genomen om in snel tempo woningen te kunnen doen verrij zen. Allerwegen is een streven merkbaar tot verlichting van de huidige nood. Wij zijn op de goede weg, zo besloot spr zijn toespraak. De heer W. F. van Nlekerk, secretaris, bracht de notulen van de vorige verga dering uit, welke onveranderd werden goedgekeurd. Woonrulmtewet 1947. Als eerste inleider trad dé heer C. J. van As, gemeentesecretaris van Gouda, op, diie sprak over de woonruimtewet 1947 Spr ging allereerst de geschiedenis na, die aan de totstandkoming van deze wet voorafging. Hij besprak zet kort de belangrijkste bepalingen en legde er de nadruk op, dat het werk rechter beperkt dient te blijven tot het onderzoek van rechtsvragen- Met het be leidsvraagstuk mag de rechter zich niet inlaten. De wet is in twee delen te verdelen: Het eerste deel handelt over het in ge bruik nemen of geven van woonruimte Ten aanzien hiervan bestreed de heer Vain As de uniforme verordeningen in de gemeenten. De betreffende instanties zul len altijd rekening moeten houden met bijzondere omstandigheden in de plaats. Het tweede deel gaat over de vorderings bevoegdheid. Spr zette uiteen, wat het bestuur van de woningbouwvereniging te maken heeft met de vordering. Het is no- dag, dat het bestuur contact onderhoudt met de persoon, die belast is met het werk van de volkshuisvesting. Het vorderings- besluit van het College van B. em W heeft eerst dan kracht, als het genomen is op eenstemmig advies van de daartoe ingestelde commissie. Een billijke verde ling van de ruimte moet altijd het doel zijn Twee middelen zijn hiervoor aange geven: 1. toewijzing en 2. vordering var woonruimte. Steeds dient de betrokkene in de gelegenheid te zijn zelf te zoeken naar een oplossing in het geval dat hem bezighoudt. Noodzakelijk is. aldus spr, dat zij, die de wet uitvoeren, de billijk heidsoverwegingen niet verwaarlozen. De heer C. A. Barel, secretaris van d< woningbouwvereniging ..Volkshuisves. timg" te Delft, refereerde over de prac- tische toepassing van de wet. In het be- Federatie van Leidse C.J.M.V. De Federatie van Leidse C.J.M.V. vei gaderde gisteravond in „Rehoboth". Dr J. Riemens, em. pred. bij de Ned. Herv. Gemeente, sprak over de invloed van het Evangelie im het keizerrijk van Augus tus. Spr schetste, hoe iedereen respect had voor de keizer, die met ijzeren vuist regeerde. Hij legde als kern in zijn be toog, dat de openbaring van God door Jezus Christus de ommekdfer in het wrede rijk heeft gebracht. LEGER DES HEILS De opbrengst van de Zaterdag gehou den spaldverkoop (f 725) valt enigszins tegen. Met de huis-aan-huis-actie gaat het wat beter, maar om f 7000 bij elkaar te brengen uit kleine giften, zijn heel wat goede gevers en geefsters nodig. Mis schien is er hier en daar iemand, die het Leger met een groot bedrag wat op weg kan helpen? BURGERLIJKE STAND VAN LEIDEN GEBOREN: Louise H. dr v. G. Qudspel en L. de Langeh; Maria M. J. dr v. W. Buijn en A. Later veer; Jan M. zn v. M. J. Zuijdiwegt en J. M. Ravesloot; Cor nelia H. W. dr v. J. D. van Cudlenburg en M. E. Legeer; Nicolaas J. M. zn v. J. de Tombe en M. A. H. de Vroom; Jose- phina M. H dr v. J. A. T. Kroone en M. A. Glandorf; Carolina Q. C. dr v. G. H. M. Groenewegen en J. Q. M. Meknan; Reinier zn v. P. van Klaveren en M. Sierag; Elisabeth M. dr v. F. J. van Berge Henegouwen en E. van Houten. en u ruit 'b morgens weer kiplekker nit bed springen. Elke dag moet uw lever een liter gal ln uw Ingewanden doen stromen, anders ver teert uw voedsel niet. het bederlt U raakt verstopt, wordt humeurig en loom. Neem de plantaardige CARTER-S LEVERPILLETJES om die liter gal op te wekken en uw spijs vertering en stoelgang op natuurlijke wijze te regelen. Distrïbulievaria Uitreiking van bonkaarten. De uitreiking van bonkaarten voedings middelen 806, brandstoffenkaarten 906, schoenenlponnen en toeslagkaarten aan jonge en a s moeders voor niet-zelfver- zorgers te Leiden vindt in de lopende weken plaats. Het kantoor is geopend /an 8.30 tot 11.45 en van 2 tot 4 uur Meege bracht dienen te worden: stamkaarten van alle gezinsleden, inwiaselihgsbonnen van de thans lopende bonkaart, restant van de thans lopende brandstoffenkaart waaraan zich bon Reserve 2 bevindt, eventueel inlegvellen (voor schoenen bonnen op cijfer 7), controlekaart Moe ders (voor toeslagkaarten). Morgen (Dinsdag) zijn aan de beurt de gezinnen, waarvan het hoofd een stam- heeft van 4301 tm. 8600. P. Mazure, dir. van Ratiobouw, over de montagebouw Spr behandelde een aantal bouwsystemen, die afwijken van het tra ditionele systeem. Voordat hij echter hiertoe overging, toonde bij aan wat er gedaan moet worden om de woningnood te boven te komen 300.000 woningen zijn nodig om de nood op te heffen. Wil men, dat over 10 jaar dit ideaal zal zijn verwezen lijkt, dan zullep, er per jaar niet min der dan 70.000 woningen gebouwd moeten worden. De gegeven omstan digheden maken dit evenwel onmo gelijk. Nemen we aan, dat er nü 25.000 woningen per jaar verrijzen, dan zijn we te zeer aan de optimis tische kant- Het tempo kan niet wor den opgevoerd, omdat er een tekort is aan materialen en arbeidskrachten. De kansen t.o.v. een groot aantal nieuwe bouwvakarbeiders zijn niet groot. Spr had drie punten, die deze gedachte staafden: 1. Er is bij de jonge mensen weinig lust om in de bouwvakken te gaan.2. De sociale zorg in deze branche laat te wensen over. 3. In de bouwvakken leeft de herinnering aan de grote werkloos heid van vóór de oorlog uitermate sterk. De montagebouw, zo zerde spr, heft veel moeilijkheden op. De eisen, die aan dat bouwsysteem moeten worden gesteld, zijn: 1. minder materialen; 2.»minder vak arbeiders; 3. een kwaliteit van huizen, die niet onderdoet voor die van de vol gens het traditionele systeem gebouwde woningen; 4. normale prijzen. De nieuwe bouwsystemen zijn geen grillen, aldus spr. Het is niet met zekerheid te zeggen, of ae we systemen gehandhaafd zullen blij- Over de vraag, of de montage-bouw nieuw tijdperk in de architectuur zal inleiden, wilde spr zich niet uitlaten. Het feestcomité Leiderdorp presenteert U. Gesproken brieven vliegen naar Leiderdorpse jongens ,,Het Nationaal-Feest-Comité Leider-1 Het meest werd men wel getroffen, dorp presenteert Utoen twee kleine pukken met bevende Met deze inleidende zin begon iedere stemmetjes Pappa „Gods beste zegen" der 42 gramofoonplaten, die Vrijdagavond dit comité werden opgenomen door de Klankstudio van de Nieuwe Leidsche Courant in het gemeentehuis te Leider- t was een goede gedachte van dit comité, om de jongens uit het dorp, die Indië hun plicht doen, bij de a.s. fees telijke herdenking van onze bevrijding ook een glaasje te laten meedrinken in orm van een gesproken brief, was al een feestelijke stemming in de halKvan het mooie raadhuis, waar ouders, verloofden, broers, zusters en verdere familie vol spanning zaten te wachten op hun beurt, om de, voor de jongens zo bekende stemmen, op de gra- mofoonplaat te laten vereeuwigen. Maar het enthousiasme laaide pas goed op. ïeer zy zichzelf weer hoorden door de gramofoon. We kunnen wél zeggen: Leiderdorp is gewonnen voor deze prach tige verbindingslijn Belangstelling. De burgemeester, mr K. van Diepenin- ;n, was ook van de partij en vatte van af het eerste ogenblik al vuur en vlam. Daar, waar het nodig was, sprong hij bij. Een aardig moment was het. toen de stem van het zoontje van mr Van Die- peningen terwijl zijn vader op een andere afdeling was gauw een plaatje werd gesneden. Hij vertelde, dat hij in Indië zat en deed van daaruit vele en goede beloften „Ik zal niet meer plagen, ik zal goed mijn best doen." Maar als stok achter de deur: „Krijg ik dan een fiets en Mama een auto van chocola?" De ondeugende joligheid schitterde in zijn ogen. Ook Leiderdorps eerste burgeres gaf van haar belangstelling blijk en leste de dorstige kelen van de studio-mensen. Het gezegde: ,.Ons kent ons" is in Lei derdorp wel zeer van toepassing. Wan- er nog even tijd over was, dan werd gauw gezegd: „En hier is nog Kees van Aoltje en die wil jou ook even groeten." Kees van Aoltje een kennis, die ter opluistering van het festijn was meege komen werd dan snel de microfoon de handen gedrukt, en zei: „Hallo Piet hier ben ik, dag!" Steeds andere gesprekken. Er zijn niet veel „gesproken brieven" die op elkaar gelijken. Elk gezin doet het op zijn eigen manier En de een geeft goede raadgevingen, de ander vertelt het huiselijk leven en een derde (zelf militair) spoort de jongens aan. om over zich te laten lopen. toezongen en daarna riepen: „Pappa, kom toch gauw!" Dan besef je pas, wat al die kinderen moeten missen, wanneer vader Maar ook vrolijke momenten flitsten er door heen. Het bestuur van de buurtvereniging „Festo Forto" zond een plaaf naar één van haar bestuursleden. Vol toewijding zongen zij het schone lied: „Het potje vet. dat op de tafel werd gezet." Met gepaste trots vertelde een kleine knul, dat het varken al lekker groeide enals je terugkomt, ligt-ie in de Meisjes gaven hun verloofden een mo rele opkikkering door te zeggen: „We wachten op jullie en jullie kunt op ons rekenen!" Kijk. daar knapt zo'n „kaerel" van op. Het bestuur van het comité verdient dan ook alle hulde, voor de wijze, waar op zij het ..sterkste thuisfront" dat tenslotte door de familiekring wordt ge vormd in de gelegenheid stelde, om de jongens aan het militaire front, een hart onder de riem te steken! De N.V. Electrische Kleiwarenfabriek v.h. Gebrs. Oppelaar te Koudekerk aan den Rijn had Zaterdag drie gouden jubilarissen. Zittend van rechts naar links A Paling en echtgenote, Jac. Ravensbergen, J. de Wit en echtgenote. Staande: De heren B- de Wit (baas), A. Kroon, G. R. de Rooy (boekhouder), mej. C. S. W. Oppelaar,-F. de Graaff (directeur), T. Molema (loco-burgemeester) mevr. De Graaff, de heren A. Henry (boekhouder) en C. Geerlof (namens de fa- briekscommissie)De jubilarissen werden door de directie, de genodigden en de vertegenwoordigers van het personeel hartelijk gehuldigd. Ned. Ver. van ex-pol. gevangenen uit de bezettingstijd, distr. Leiden Op 10 Mei naar het eregraf Het district Leiden der Ned. vereniging in ex-politieke gevangenen uit de be zettingstijd, hoopt op Maandag 10 Mei deel te nemen aan de jaarlijkse reünie, vordt uitgeschreven door het hoofd bestuur der vereniging op het Eregraf te Bloemendaal. Zij," die aan deze reünie en deel te nemen en zich daartoe niet opgaven, moeten dót per om gaande doen bij het secretariaat der af deling Leidseweg 289, Voorschoten. Op gaven, die na 15 April binnen komen, kunnen niet meer in behandeling worden genomen. De Leidse deelnemers maken ;is naar Haarlem en terug per a-uto- Gedurendie het verenógingsjaar 1948 1949 zullen als bestuursleden van het district Leiden optreden: L. Questroo, Leiden, voorzitter; W. M. van den Burg, Voorschoten, secretaris; Sj. Mazurel, Lei den, penningmeester; M I. Smit, Leiden, >orzitter: J. Cahen Leiden, 2e secre- mevr. C. H. HendriksenSnel, Lei den, 2e pernningmeesteresseJ. J. Akker huis, Oegstgeest, commissaris. Het secre tariaat der vereniging is gevestigd: Leid- g 289, Voorschoten. Ds J. Maaskant hedenavond voor de N.C.R.V.-microphoon Ds J. Maaskant, Geref. predikant te d< r stede, zal hedenavond van 9.109.! ar voor de N C.R.V.-microphoon spre- ;n over het onderwerp: „De huidige po sitie van 't Protestantisme in Frankrijk". Deze familie spreekt met zijn vijven een plaat vol. Verstandig is het, van te voren op te schrijven, wat men zeggen wil. Staande het feestcomité, de burge meester (geheel links) en mevr. mr Van Diepeningen (achter de spreekster). Ds J. J. Simon nam afscheid van de Ev. Luth. Gem. van Gouda Wegens het bereiken van de .pensioen gerechtigde leeftijd heeft Ds J. J. Simon, Evang. Luth. predikant te Gouda, wiens naam in de Leidse Gemeente een goede klank heeft ds Simon werkte hier eveneens gedurende enige jaren, en wel als consulent het pastorale ambt, dat hij 39 jaar geleden aanvaardde, neerge legd. In Gouda stond ds Simon 24 jaar. Aan allerlei verenigingswerk nam hij deel. Zo was hij jarenlang voorzatter van de plaat selijke afdeling van het Ned. Bijbelge nootschap en van de Chr. Oranjevereni ging, terwijl hij voorts deel uitmaakte van het bestuur der Var. voor Chr. Na tionaal Onderwijs Geen wonder dus. dat het 'kerkgebouw bezet was. Als tekst koos ds Simon Col. 3:1: „Zijt gij nu met Ghnstus opgestaan, zo zoekt hetgeen boven is. waar Christus" is, zit tende ter rechterhand Gods". In zijn pre dikatie merkte ds Simon op, dat ook deze afscheidsdienst Evangelieverkondiging moet zijn. Het gaat niet om een persoon, maar aiüleen om het Woord. Het Woord Gods geeft ons alles, wat wij nodig heb- Na de preek dankte spr. het gemeente bestuur, die afgevaardigden van zuster kerken en verenigingen e.a. voor de pret tige samenwerking. Dat de oecumenische gedachte in Gouda veld heeft gewonnen, moge blijken uit het feit, dat de Luth. predikant, ds Simon, op 5 Mei 1945 de dienst leidde in de Hervormde St Jan. Velen voerden nog het woord. Wij noe men: de burgemeester van Gouda, ds Jaanus. namens de Synodale Commissie, llsinga, namens het Ned. Bijbelge nootschap en ds Ten Rouiwelaar, als vriend. Ook de afgevaardigde van de Leidse Gemeente, de heer H. van der Werf, ver tolkte de dank van Kerkeraad en leden de toewijding, waarmede ds Simon zijn werk als consulent hier ter stede heeft verricht. Leidse en Nijmeegse kunstenaars in Gent „Vlaanderen, o welig huis, waar we zijn als genooden aan rijke taaflen" zong een Karei van de Woestijne in zijn Vlaamse lyriek. En dat Is ook het beeld, dat ik dezer dagen bU een korte reis door het schone Vlaanderenland kreeg. Er is ieta weligs en iets huiselijks bij onze Zuiderburen. Daar is allereerst weelderigheid in de uitstalling van allerlei begerenswaardigheden zonder bon, zoals sigaretten, sinaasappelen, bananen, chocolade, eieren, schoenen, enz. Maar denk veel profiteert van deze bonloze goede ren. Hij leeft sober, moet sober leven, want de levensstandaard in België is hoog en de goederen zijn voor de gewone man niet te betalen. Een pakje Fleet wood- of Lucky Strike-sigaretten b.v. kost frs. 18, een ei frs. 2,40 en een paar Nylons ruim frs. 100. Maar in ieder geval is het er en voor de Nederlander is al leen dit feit al benijdenswaardig, vooral als hij zomaar de eigen Ned. Blookers- cacao of de melkchocolade van de Schie- damse fabriek ,3aronie" kan kopen. En hij geniet van een behoorlijk noenmaal van frs. 30 en rookt z'n „Camel". Weelde righeid is er ook in de bouw der steden met hun talloze fraai-bewerkte gevels en hun grootse kostbare kerken. In de St. Rombouts in Mechelen en in de St. Baafs te Gent zijn er kostbaarheden, die we bij ons eigenlijk alleen maar vinden in de grote gothische kerken beneden de Moer dijk. Huislijk is Vlaanderen ook. De men sen zijn gemoedelijk, brabbelen in het sappige Vlaams wat tegen u en toen ik onder een plasregen door het groot steedse, maar toch pittoreske Dender- monde liep, waar ze die karakteristieke kleine huizen met wit-geverfde blinden vinden, werd ik onverwachts door een oude Vlaming aangesproken met „Wa-de- weertje", spoedig gevolgd door een „kom bie mien thuus". Architectonisch gezien heeft Brugge de meeste weelde. Niet dat niet, dat de Vlaming bij Leiden en Delft. Zij drukken stempel op het stadje, dat een sterk ligieus karakter draagt. Maar met al dia over-geestelijkheid, waarachter niet al tijd puurheid huist, en met het gehele pittoreske stadsbeeld, zweeft er toch iets onwezenlijks over Brugge. Er ligt dikke laag stof over, zoals in oude biblio theken en musea het geval is. Brugge is en blijft historisch zeer merkwaardig iedereen zal zich in zijn schoonheid v lustigen, maar levend is het nog steeds niet. Liever is mij in dit opzicht het meer landelijke en rustieke LonderzeeL Doch laat ik terzake blijven. Het eigen lijke doel van mijn reis was Gent, da trotse stad aan de samenvloeiing vaa Leie en Schelde en daterend zelfs va 7e eeuw. Ook in deze stad van schilders en schrijvers nog veel historische be zienswaardigheden, zoals het Gravenkas teel (een deel dateert uit 900), het 14a eeuwse Belfort en het Prinsenhof (ge boorteplaats van Keizer Karei V) Maar deze stad ls meer in de gang van de tijd meegenomen. Er is een druk verkeer, levendige groenten- en fruitmarkten vooral veel viszaken, zelfs in een ouda kerk. Verder talrijke „knijpjes", in waarvan ik 's morgens om 9 uur reeds dikke volksvrouwen zag dansen met werkvolk, een groot gebouw van de Bond van Belastingbetalers en een enorm groot plantsoen met het prachtige standbeeld van de schilder Emile Claus. In het oude -„o- uo, 18e eeuwse gebouw van het Museum voor geen schamele woningen zijn. Integen-| Sierkunsten aan de Jan Breydelstraat zag deel, op de Rolweg, waar Guido Gezelle werd geboren en thans een zeer interes sant Gezelle-museum is ingericht, staan zeer sobere woninkjes. Maar daarnaast Zijn er zo ontzettend veel gebouwen, die getuigen van vroegere glorie en overdaad in versieringen. Verder kunt ge er geen stap doen zonder op de hoek straat, in een verheven his of venster een Maria-beeld te vinden, al of niet met kleurrijke kleding. En na iedere twee stappen ontmoet ge een pastoor, een pater of een non. Deze geestelijken behoren bij Brugge, zoals de studenten Sidney Wilson sprak voor de jeugd In het gebouw van de Evangeüsche Christen Gemeenschap aan de Middelste- gracht werd gistermiddag een bijzonder* jeugdsamenkomst belegd, waarin de be kende jeugdprediker voor de „Youth for Christ", de heer Sidney Wilson, het woord voerde. Nadat een koortje van jonge mensen enige liederen ten gehore had gebracht en een meisje een gedicht van Jan H. de Groot had gedeclameerd, werd door spr mediatie gehouden naar aanleiding 2 Koningen 6 en 7, de geschiedenis het beleg en ontzet van Samaria. Hij 5 hierbij op de bevrijdende kracht God, die wonderlijke uitreddingen kan, wil en zal schenken. Om half zes sprak Sidney Wilson voor volwassenen. De bijeenkomsten waren goed bezocht Leidse „Grunnigers" vierden feest „Ons Grunnigerlaand" bestond 25 jaar Zaterdag vierde de provinciale ver eniging „Ons Grunnigerlaand" in de foyer van de. Stadsgehoorzaal haar 25-jarig jubileum. In zijn openingswoord heette de voorzitter, de heer H A. Vriend, in het bijzonder welkom Burgemeester en mevrouw F. H van Kinschot, de voor zitter en de secretaris van het hoofdbe stuur van de landelijke vereniging „Grun- nen", de heren K. ter Laan en A. Deel man, de afgevaardigden van de zuster- vérenigingen in Den'Haag en Delft, van het Leids Studenten Corps gezelschap „Stad en Ommelanden" en van de ver schillende provinciale verenigingen in De Verdoemden 56. Zo spreken zij door. Wéér wint d< vloed van Lemarque het: Jochem raakt en meer verzoend met het denk beeld, dat zijn vriend voor goed op de aarde zijn ogen zal sluiten. Zijn taak <s afgelopen. Hij heeft het leven geleefd, zoals God dat met hem voor heeft gehad. En waarom zou hij zijn vriend de eeuwige rust misgunnen?" Sterker nog: er komen momenten, aarin Jochem begeert, óók ontbonden te zijn. Hij heeft nu zijn vrijheid. Maar wat wacht hem, als hij straks in Duits land, in Silezië is teruggekeerd? Men acht hem daar natuurlijk dood. Men zal hem nauwelijks herkennen. Hoeveel van de zijnen zal hij nog in leven vinden? Als hij Lize mocht ontmoeten al^s de >uw van een ander, hij verwacht dat hij kan het billijken, zal zijn hart dan niet vaneenscheuren van pijn? En wat moet hy gaan uitvoeren? Is hij nog wel staat tot werken na al de ellende, die hij negen jaar lang heeft ondervonden? Wel voelt hij zich met de dag sterker worden, maar hij is nog lang de oude niet, wordt dat vermoedelijk nooit. Zal hij wel ooit zijn brood kunnen verdie nen? Hij is Persij dankbaar geweest, er dat nóg, voor zijn bevrijding, maar zoi het niet beter geweest zijn, als hij daar ginds gebleven was? Niemand verwacht hem nog terug. Wie weet, welke gevoe lens hij bij Lize zal opwekken, als die, •ouw van een ander, hem ontmoeten mocht. Hij is afgestorven van Liegnitz en de zijnen. De vreugde over zijn bevrij ding wordt wel eens getemperd door al deze overwegingen. In brokstukken deelt hij zijn gevoelens in Lemarque mede, die hem bestraft. „Het lijkt wel, alsof je nóg meent tot de verdoemden te behoren- Je bent vrijge maakt door het bloed van Jezus Christus En je bent ook vry man. Met jou heeft God ook een bedoeling, we «/eten niet welke. Ik weet alleen, dat Hij mij gaat men in Zyn heerlijkheid. Jij hebt nog een taak te vervullen, voor zover wij dat kunnen zien. Je moet mijn ouders op de hoogte gaan brengen. Je moet naar Hamburg de familie van Barnstein op zoeken, dat hebben we hem beloofd. En dan moet je naar huis. Je zult straks wel weer kunnen werken. Misschien'kom je voor moeilijkheden te staan, maar God zal je er doorheen helpen. Jezus heeft ge. zegd: Mijn last is licht en mijn juk is zacht. Hebben wij dat zélf niet ondervon den, Jochem. daarginds? En wou jij het nu weer beter weten dan God?" Dan zwygt Jochem. beschaamd. Hij moet de juistheid van Lemarques woorden erkennen Zijn redenering is grof ondank- Het is de laatste maal geweest, c!at Arthur een vrij geregeld gesprek heeft Jcurann voeren. De volgende morgen blijft hy in de hut liggen, die hij deelt met Weishaupt. Van meet af aan is dat zo ge regeld. Hij behoefde niet in het volks- verblyf. Cornelisz, heeft trouwens zijn vader ook apart. En nu loopt het snel bergafwaarts met Lemarque. Twee degen later komt het eindie. Jo chem, Persij en Goppoolse staan er bij, als Lemarque de benige hand uitstrekt die lijk de hand van een tachtigjarige plaats van iemand van vijfentwintig! near omhoog. Dan richt hij het brekende oog nog eenmaal op het drietal. .,Het ls gedaan", fluistert hij. „Ik ga naar Jezus". Een stralende glans glijdt over zijn ge laat. Kun je nog spreken van gelaat, als er niets is dan vel en been? Jochem grijpt met een droge snik zijn hand. die klam is van 't doodszweet. Nog éên zucht en Arthur Lemarque is uit zijn lyden yerlost. Persij blijkt reeds met Coppoolse ;e hebben gesproken. Want Arthur vindt niet een zeemansgraf, hoewel ddt niets minderwaardigs zou betekenen. De „Wilhelmina" vaart dicht onder ae, kust en nadert een havenplaats, die niet zou aangelopen zijn Maar nu wel. Le marques stoffelijk overschot zal rusten onder de Italiaanse hemel. Met piëteit zullen ze hem ten grave dragen. Persij begeeft zich die avond, als het fregat is gemeerd er blijken meer Hol landse Levant waarder s te liggen, die on middellijk de vlag halfstoks hijsen als zij die van de „Wilhelmina" zien ai om met de autoriteiten te spreken der bemanning is aanwezig. Van de an dere Hollandse schepen is een deputatie. Dat is de gewoonte. De slaaf van Alimed Pasja's plantage heeft een vorstelijke be grafenis. Persij leest Psalm 103, dat heeft Le marque hem verzocht: Loof de Heere, mijne ziel. De oude Cornelisz. staat nevens Jochem. Hij kan begrijpen, hoe die staat te snik ken, al is dat nauwelijks hoorbaar Ze hebben te veel meergemaakt. Je behoeft je er niet voor te schamen, al ben je een Vol gedachten keren ze terug naar het fregat in de haven, waar de andere sche pen aanstalten maken tot vertrek. De „Wilhelmina" zal er zich bij aansluiten. Je kunt beter in convooi va-ren dan al leen- Want gevaarlijke contreien zij nog passeren De rovers van Noord- Afrika schuimen nog steeds als neemt d< zeeroverij af. Inderdaad ontmoeten ze, even buiter de Straat van Gibraltar, een klein pira- tenschip, waarvan de gezagvoerder zich evenwel niet met drie schepen meten durft. Hij laat de Hollanders ongemoeid en verdwijnt aan de einder. De rest van de* tocht verloopt zeer voorspoedig. Zelfs de beruchte Golf van Biscaje. is ditmaal rustig. Wanneer aan de Zuidkust van Enge land een dag is gemeerd Persij heeft er een relatie; de beide andere schepen gaan verder wordt op de Hollandse kust aangestevend, waarvan de duinen spoedig in het zicht komen. Ter hoogte van IJmuiden verrast de koopman schipper Coppoolse door een gewaagde opmerking, die toont, dat hij een vooruitziende blik heeft Ze hebben dan nog enkele dagen werk als de wind tegen is, nog langer om via het, Vlie en de Zuiderzee het IJ vóór Am sterdam te bereiken. „Er moest dwars door het land en de duinen een water gegraven worden, dan waren we in een twaalf uur in Amster- Coppoolse verzekert, dat zoiets eenvou dig onmogelijk is. Je kunt eerder ijzer met handen breken. Hoe kun je nu door de duinen graven De boel verzandt im mers onmiddellijk?' „Wie weet. wat er in de toekomst nog wal.! gebeurt, schipper Wij zullen het niet be- hij leven en onze kinderen allicht ook hoekje van de begraafplaats maar de idee is nog zo gek niet. Zo zeker, kopen. als er aan de slavernij een einde zal ko- Daar leggen zij de volgende morgen men" hij bespeurt hoe de zes vrij- Arthur Lemarque neer. Het grootste dieel gekochten over de verschansing leunen en naar de kust staren, naar het door de zon gestoofde lichte duinzand „zo ze ker is het voor mijn besef, dat er een kortere verbinding tussen Amsterdam en de Noordzee zal komen. Hoe, ik weet het niet. Dat moeten onze waterstaatkundigen uitmaken. Die hebben al meer gepres teerd. Denk aan onze leeggemalen me ren en wateren, die nu vruchtbaar land vormen. Er kunnen meer Leeghwaters komen!" Coppoolse lacht hartelijk om dit en thousiasme, om dan nuchter op te mer ken: „Het is niet precies hetzelfde, of je een water droog legt of nieuwe wateren maakt. Aan dit laatste is geen gebrek, zou ik denken." Hoe het zij, over de duinen vliegen kunnen ze niet. Dus stevent de „Wilhel mina" Noordwaarts, valt het Vlie binnen en moet dan op de Zuiderzee laveren, om enkele dagen later het IJ op te loeven en aan de kade te Amsterdam te meren. Met grote voldoening en dankbaarheid zet Persij weer voet op de vaderlandse bodem: hij heeft een lang gekoesterde wens, zelf een reis meemaken, gelukkig en voorspoedig inveryulling zien Endaar staan zes mensen, die niet weten, hoe dankbaar zij moeten zijn. De voorbereidingen zijn reeds getrof fen: de ouwe Cornelisz. die taaie zeerob, gaat zo spoedig mogelijk met zijn zoon naar Vlaardingen, de Duitsers zal reis geld worden verstrekt, om hun Heimat op te zoeken. XX. wandelaar, hij draagt aan een stok over de schouder een zak, na dert het dorpje dat schilderachtig aan ae rivier gelegen is, en betreedt dan een herberg, waar hij bij de waard brood met kaas en bier bestelt. De gelagkamer heeft uitzicht op de kronkelende rivier, die daar weinig ver val heeft. Van stroom is althans niets te merken, om van golfjes in het geheel niet te spreken Het water is schier rimpel loos. Ook is thans van scheepvaart niets te bespeuren. (Wordit vervolgd) Leiden. Spr wees erop, hoe „Ons Grun nigerlaand" heeft aangetoond, dat Gro ningen kan meedoen, niet minder in kracht dan andere streken van ons land. Spr memoreerde de grote liefde der Gro ningers voor h.un taal. Zeker, zei spr., willen we ook goede Nederlanders zyn. Geen staatje in een staat, goede burgers van Leiden, maar we willen bewaren „de liefde voor onze geboortegrond, de liefde voor onze Groninger taal en ge bruiken." Verder releveerde spr het opgewekte verenigingsleven en de grote bloei tot één der sterkste provinciale verenigin gen in Leiden. Na allen dank te hebben gebracht, die aan de voorbereiding van het feest hebben medegewerkt, besloot de voorzitter ,met de wens, dat „Ons Gunnigerlaand" mag groeien en bloeien tot in ..onendigheid". Vervolgens sprak de heer K. ter Laan, die de goede band tussen" „Ons Grun nigerlaand" en het hoofdbestuur memo reerde. Spr wees op het belang van pro vinciaal besef, in verband waarmede hij aandrong op het instellen van een leer stoel in het Neder-Saksisch. Hièrna richtte de heer Kranz, voorzitter van de lustrumcömmissie, zich tot het bestuur, dat hij pp rijm feliciteerde, en bood een gedenkschild in de Groninger kleuren aan. Vervolgens bedankte mevr. W. J. MenkhorstSwart de voorzitter, de heer H. A. Vriend, voor het voortreffelijke werk, door hem gedurende 25 jaren als voorzitter verricht. Spr bood hem, na mens de vereniging een cadeau aan. Het zingen van het Groninger volkslied volgde, waarop in snel tempo de revue afgewerkt werd. Het geheel was zeer geslaagd en door het talrijke publiek bijzonder gewaardeerd. Opvielen de Gro ninger klederdrachten. Na afloop dankte de voorzitter alle medewerkenden, in het bijzonder de samenstellers van de revue, de heren Menkhorst, Van Kluyve en Riks. Na de offieële sluiting bleef mw nog geruime tijd in gezellig samenzijn bijeen, waarna een souper volgde Receptie. 's Middags recipieerde het bestuur in „Het Gulden Vlies". Tot de velen, die kwamen gelukwensen, behoorden burge meester en mevrouw jhr mr F. H. van Kinschot; de voorzitter en de secretaris van het hoofdbestuur der landelijke vereniging „Grunnen", resp. de heren K. ter Laan. oud-burgemeester van Zaan dam, en A. Deelman; deputaties van de Groninger verenigingen te Haarlem, Den Haag en Delft, een deputatie, w.o. de heer P. B. V. Quartero. namens het stu dentencorps gezelschap „Stad en Omme landen" en afgevaardigden van de zus terverenigingen, t.w. van de Friezen. Gelders-Overijselsen, Zeeuwen. Braban ders en Limburgers. Practisch Christendom Onder dit motte hoopt d/e heer J. A. Bruyn uit Wassenaar een serie lezingen te houden in gebouw „Rehoboth", Ra penburg 10, op de Vrijdagen 9 April. 23 April en 7 Mei, resp. over de onderwer pen „Een Godsgericht" (Gen 19). „Qp de Offerberg" (Gen. 2?> en „De Bruid dies Lams" (Gen. 24). Solozang door mevr. mr A. J. A. SamsomGolaz te Alphen aan den Rijn. tentoonstelling van Leidse Nijmeegse kunstenaars. Leiden is hier op unieke wijze vertegenwoordigd allereerst door een zeldzame collectie pottenbak kerskunst van de firma's de Blanken, Brouwer, Sluyter. Vermeulen en Zaöl- berg, door zeer fijnzinnige tapijten van het atelier „De Gouden Spin" en door representatieve schilderijen. Giselle Kus- ter is hier met haar artistieke dromen, zoals het Meisjeskopje met Botticelli- invloed, een met veel techniek gegeven naakt en een zeer suggestieve „Honger- 1945"-impressie. Luc Verkoren toont er zijn stemmingsrijke bruingetinte stil levens, o.a. een zeer fraai Soya-kruikje en Walter Bosch geeft veel waardevols in zijn vage, paarse tinten Lode Sengers is een zeer begaafd en religieus graficus, die tevens een prachtig karton voor een der mozaïeken uit het Leidse stadhuis toont. Verder is er Will H. Tweehuysen met kleurige, soms primitief aandoende schilderstukjes en tekeningen en mevr. M. Oosterholt-Versteeg met haar prachtig van tint en stemming geschilderde „Dorre rabarberbladen". De Nijmeegse schilders zijn vertegenwoordigd door o.a. W van Woerkom met een wat lieve, Rafaël- achtige Madonna. J. Jansen met zeer sterke portretten, Helena de Baat met haar karakteristieke afbeeldingen van geestelijken en Chr Hammes met vast- getekende gravures. Verder zeldzame houtplastiek van Albert Meertens en een collectie fraaie tinnen gildekannen Al met als is het voor Leiden en Nijmegen een zeer representatieve tentoonstelling. Nog even had ik tijd over om in het Museum voor Schone Kunsten te gaan kijken, vwaar in de oorlog Duitse sol datenlaarzen dreunden en dat tweemaal gebombardeerd is geweest. Van de 27 zalen zyn er thans slechts 10 enigszins bruikbaar en daar hangen dan ook «de grote kostbare schatten, o.a. een stel zeldzame primitieven, o.a. een drieluik uit de 15e eeuw (Het geslacht van St. Anna) en een uit de 16e eeuw (De 8 Zaligheden). Verder van Lucas Cranach (Doornenkroning), van Mertino de Vos, van Maarten van Heemskerck en van de Ecole de Patinir (Doop van Christus), 1524. Een zeer merkwaardig, naar het Vlaams toeneigend tweeluik is de „Af doening en verrijzenis van Christus uit de 15e eeuwse Spaanse school. In dit museum zag ik weer Jeroen Bosch met zijn Kruisdraging en Marten van Cleve met zijn Bruegheliaanse „Boersche brui loft", een hele zaal klassieke portretten van Lievinde Winne, de veelkleurige romantiek van Gustave Vanaise, o.a. het prach-tig-getinte „Na het bad", het fijn? gemodelleerde wit-marmeren naakt „Zonnebloem" van Paul Devigne en de zeldzame plastiekjes van George Minne. In de zo sierlijk gebouwde patri ciërs-huizen in de Madeleinestraat in Gent, met welke huizen Vlaanderen zo rijk is bedeeld, wonen thans niet meer de aristocraten of de magistra ten, maar heeft een sigarenwinkelier zyn zaak gevestigd. De 19e eeuwer J. J. v. Muyden toont er de zachte innigheid van een haar kind voedende Abruzse vrouw in wit kleed, Miense Molenaar zijn Boerenkermis, Rubens het weelderige doek van Fran- ciscys en Jac. Jordaens o.a. het fel-ge- kleurde Oordeel van Midas. Tenslotte Antoon van Dyck met zijn zinnelijke voorstelling van Jupiter en Antiope. Alvorens te vertrekken keek jk nog even in de St. Baafs-kathedraal naar de monumentale preekstoel van Laurent Delvaux, met de majestueuze uit marmer gebeitelde figuren onder een in zuiver sierlijke Rococostijl gebeeldhouwde trap. Zulke preekstoelen treffen we eigenlijk alleen in Vlaanderen aan, o.a. ook in de Hanswijkkerk te Mechelen, een gebeeld houwde allegorie van Theodoor Ver- haeghen. Zo heeft Vlaanderen veel schoons en wellicht kan ik er t.z.t. nog eens meer over vertellen. Corn. BasoskL

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1948 | | pagina 2