schudt uw
lever wakker
Enkele dagen in het land van
Guido Gezelle
NIEUWE LEIDSCHE COURANT
2
MAANDAG 5 APRIL 1948 f
Stadsnieuws
Driehonderdduizend woningen zijn nodig
om de woningnood op te heffen
Schrikbarend tekort aan materialen en arbeids
krachten belemmert de uitvoering
De afdeling: Zuid-Holland van de Nationale Woningraad hield Zaterdag In de foyer
van de Stadsgehoorzaal een ledenvergadering. De leiding van de samenkomst
berustte bü de heer A. Goosen, plaatsvervangend voorzitter, die In «ön openings-
land.
gin van zijn betoog wijdde spr enige aan
dacht aan de verhouding van de woning
bouwvereniging in het algemeen tot de
uitvoerende organen. Hij omschreef v
volgens het doel van deze vereniging
merkte op. dat dit niet alleen bestaat uit
het laten bouwen en verhuren van huis
jes. Wij moeten de kleine man aan een
woning helpen, de volksgezondheid die
nen en het gezingsleven bevorderen. Dat
de toewijzing van woonruimte in handen
is gelegd van het College van B. en V
vond spr juist.
Het karakter van de commissie voor
hulsvesting belichtende, beklemtoonde
de heer Barel, dat de commissie hei
vertrouwen van de gehele gemeente
moet genieten. Verder achtte hij hei
zeer gewenst, dat een vertegenwoor
diger van de woningbouwverenlgin
gen in de commissie zitting heeft.
Tenslotte stelde spr de administratiev
zijde van de zaak in het licht. Op deze
inleidingen volgde een levendige bespre
king.
Montagebouw is geen gril.
In de middagvergadering sprak dr
woord stilstond bü de grote woningnood in
Wederopbouw niet geheel geslaagd.
Na de oorlog worden we geplaatst voor
een algehele chaos op politiek,
schappelijk en economisch terrein. Veel
moest er worden opgebouwd. De volhar
ding, de toewijding en de energie, die aan
de dag zijn gelegd om uit de impasse te
geraken, dwingen bewondering af. In één
ding is men echter niet geslaagd: de wo
ningnood, die in meer dan één opzicht
schaduwen werpt over ons na-oorlogse
bestaan, drukt nog steeds in onvermin
derde hevigheid op onze maatschappij.
In normale tijden werden er 40 000 wo
ningen per jaar bijgebouwd. Gedurende
de oorlog kon hiervan geen sprake zijn.
Ook na de bevrijding kwam geen verbe
tering in de situatie. In dit verband
de heer Goosen op het nijpende tekort
aan materialen en arbeidskrachten.
De regering heeft getracht het woning-
probleem tot een oplossing te brengen
door een woonruimtewet in het leven te
roepen, teneinde de beschikbare ruimte
zo goed en zo billijk mogelijk te verde
len. Ook heeft men in dit kader de mon
tagebouw ter hand genomen om in snel
tempo woningen te kunnen doen verrij
zen. Allerwegen is een streven merkbaar
tot verlichting van de huidige nood. Wij
zijn op de goede weg, zo besloot spr zijn
toespraak.
De heer W. F. van Nlekerk, secretaris,
bracht de notulen van de vorige verga
dering uit, welke onveranderd werden
goedgekeurd.
Woonrulmtewet 1947.
Als eerste inleider trad dé heer C. J.
van As, gemeentesecretaris van Gouda,
op, diie sprak over de woonruimtewet
1947 Spr ging allereerst de geschiedenis
na, die aan de totstandkoming van deze
wet voorafging. Hij besprak zet
kort de belangrijkste bepalingen en legde
er de nadruk op, dat het werk
rechter beperkt dient te blijven tot het
onderzoek van rechtsvragen- Met het be
leidsvraagstuk mag de rechter zich niet
inlaten.
De wet is in twee delen te verdelen:
Het eerste deel handelt over het in ge
bruik nemen of geven van woonruimte
Ten aanzien hiervan bestreed de heer
Vain As de uniforme verordeningen in de
gemeenten. De betreffende instanties zul
len altijd rekening moeten houden met
bijzondere omstandigheden in de plaats.
Het tweede deel gaat over de vorderings
bevoegdheid. Spr zette uiteen, wat het
bestuur van de woningbouwvereniging te
maken heeft met de vordering. Het is no-
dag, dat het bestuur contact onderhoudt
met de persoon, die belast is met het werk
van de volkshuisvesting. Het vorderings-
besluit van het College van B. em W
heeft eerst dan kracht, als het genomen
is op eenstemmig advies van de daartoe
ingestelde commissie. Een billijke verde
ling van de ruimte moet altijd het doel
zijn Twee middelen zijn hiervoor aange
geven: 1. toewijzing en 2. vordering var
woonruimte. Steeds dient de betrokkene
in de gelegenheid te zijn zelf te zoeken
naar een oplossing in het geval dat hem
bezighoudt. Noodzakelijk is. aldus spr,
dat zij, die de wet uitvoeren, de billijk
heidsoverwegingen niet verwaarlozen.
De heer C. A. Barel, secretaris van d<
woningbouwvereniging ..Volkshuisves.
timg" te Delft, refereerde over de prac-
tische toepassing van de wet. In het be-
Federatie van Leidse C.J.M.V.
De Federatie van Leidse C.J.M.V. vei
gaderde gisteravond in „Rehoboth". Dr
J. Riemens, em. pred. bij de Ned. Herv.
Gemeente, sprak over de invloed van het
Evangelie im het keizerrijk van Augus
tus. Spr schetste, hoe iedereen respect
had voor de keizer, die met ijzeren vuist
regeerde. Hij legde als kern in zijn be
toog, dat de openbaring van God door
Jezus Christus de ommekdfer in het wrede
rijk heeft gebracht.
LEGER DES HEILS
De opbrengst van de Zaterdag gehou
den spaldverkoop (f 725) valt enigszins
tegen. Met de huis-aan-huis-actie gaat
het wat beter, maar om f 7000 bij elkaar
te brengen uit kleine giften, zijn heel wat
goede gevers en geefsters nodig. Mis
schien is er hier en daar iemand, die het
Leger met een groot bedrag wat op weg
kan helpen?
BURGERLIJKE STAND VAN LEIDEN
GEBOREN: Louise H. dr v. G. Qudspel
en L. de Langeh; Maria M. J. dr v. W.
Buijn en A. Later veer; Jan M. zn v. M.
J. Zuijdiwegt en J. M. Ravesloot; Cor
nelia H. W. dr v. J. D. van Cudlenburg
en M. E. Legeer; Nicolaas J. M. zn v. J.
de Tombe en M. A. H. de Vroom; Jose-
phina M. H dr v. J. A. T. Kroone en
M. A. Glandorf; Carolina Q. C. dr v. G.
H. M. Groenewegen en J. Q. M. Meknan;
Reinier zn v. P. van Klaveren en M.
Sierag; Elisabeth M. dr v. F. J. van Berge
Henegouwen en E. van Houten.
en u ruit 'b morgens weer
kiplekker nit bed springen.
Elke dag moet uw lever een liter gal ln
uw Ingewanden doen stromen, anders ver
teert uw voedsel niet. het bederlt U raakt
verstopt, wordt humeurig en loom. Neem de
plantaardige CARTER-S LEVERPILLETJES
om die liter gal op te wekken en uw spijs
vertering en stoelgang op natuurlijke wijze
te regelen.
Distrïbulievaria
Uitreiking van bonkaarten.
De uitreiking van bonkaarten voedings
middelen 806, brandstoffenkaarten 906,
schoenenlponnen en toeslagkaarten aan
jonge en a s moeders voor niet-zelfver-
zorgers te Leiden vindt in de lopende
weken plaats. Het kantoor is geopend /an
8.30 tot 11.45 en van 2 tot 4 uur Meege
bracht dienen te worden: stamkaarten
van alle gezinsleden, inwiaselihgsbonnen
van de thans lopende bonkaart, restant
van de thans lopende brandstoffenkaart
waaraan zich bon Reserve 2 bevindt,
eventueel inlegvellen (voor schoenen
bonnen op cijfer 7), controlekaart Moe
ders (voor toeslagkaarten).
Morgen (Dinsdag) zijn aan de beurt de
gezinnen, waarvan het hoofd een stam-
heeft van 4301 tm. 8600.
P. Mazure, dir. van Ratiobouw, over de
montagebouw Spr behandelde een aantal
bouwsystemen, die afwijken van het tra
ditionele systeem. Voordat hij echter
hiertoe overging, toonde bij aan wat er
gedaan moet worden om de woningnood
te boven te komen
300.000 woningen zijn nodig om de
nood op te heffen. Wil men, dat over
10 jaar dit ideaal zal zijn verwezen
lijkt, dan zullep, er per jaar niet min
der dan 70.000 woningen gebouwd
moeten worden. De gegeven omstan
digheden maken dit evenwel onmo
gelijk. Nemen we aan, dat er nü
25.000 woningen per jaar verrijzen,
dan zijn we te zeer aan de optimis
tische kant- Het tempo kan niet wor
den opgevoerd, omdat er een tekort
is aan materialen en arbeidskrachten.
De kansen t.o.v. een groot aantal
nieuwe bouwvakarbeiders zijn niet
groot. Spr had drie punten, die deze
gedachte staafden: 1. Er is bij de
jonge mensen weinig lust om in de
bouwvakken te gaan.2. De sociale
zorg in deze branche laat te wensen
over. 3. In de bouwvakken leeft de
herinnering aan de grote werkloos
heid van vóór de oorlog uitermate
sterk.
De montagebouw, zo zerde spr, heft
veel moeilijkheden op. De eisen, die aan
dat bouwsysteem moeten worden gesteld,
zijn: 1. minder materialen; 2.»minder vak
arbeiders; 3. een kwaliteit van huizen,
die niet onderdoet voor die van de vol
gens het traditionele systeem gebouwde
woningen; 4. normale prijzen. De nieuwe
bouwsystemen zijn geen grillen, aldus spr.
Het is niet met zekerheid te zeggen, of ae
we systemen gehandhaafd zullen blij-
Over de vraag, of de montage-bouw
nieuw tijdperk in de architectuur zal
inleiden, wilde spr zich niet uitlaten.
Het feestcomité Leiderdorp presenteert U.
Gesproken brieven vliegen naar Leiderdorpse jongens
,,Het Nationaal-Feest-Comité Leider-1 Het meest werd men wel getroffen,
dorp presenteert Utoen twee kleine pukken met bevende
Met deze inleidende zin begon iedere stemmetjes Pappa „Gods beste zegen"
der 42 gramofoonplaten, die Vrijdagavond
dit comité werden opgenomen door
de Klankstudio van de Nieuwe Leidsche
Courant in het gemeentehuis te Leider-
t was een goede gedachte van dit
comité, om de jongens uit het dorp, die
Indië hun plicht doen, bij de a.s. fees
telijke herdenking van onze bevrijding
ook een glaasje te laten meedrinken in
orm van een gesproken brief,
was al een feestelijke stemming in
de halKvan het mooie raadhuis, waar
ouders, verloofden, broers, zusters en
verdere familie vol spanning zaten te
wachten op hun beurt, om de, voor de
jongens zo bekende stemmen, op de gra-
mofoonplaat te laten vereeuwigen. Maar
het enthousiasme laaide pas goed op.
ïeer zy zichzelf weer hoorden door
de gramofoon. We kunnen wél zeggen:
Leiderdorp is gewonnen voor deze prach
tige verbindingslijn
Belangstelling.
De burgemeester, mr K. van Diepenin-
;n, was ook van de partij en vatte van
af het eerste ogenblik al vuur en vlam.
Daar, waar het nodig was, sprong hij bij.
Een aardig moment was het. toen de
stem van het zoontje van mr Van Die-
peningen terwijl zijn vader op een
andere afdeling was gauw een plaatje
werd gesneden. Hij vertelde, dat hij in
Indië zat en deed van daaruit vele en
goede beloften „Ik zal niet meer plagen,
ik zal goed mijn best doen." Maar als
stok achter de deur: „Krijg ik dan een
fiets en Mama een auto van chocola?"
De ondeugende joligheid schitterde in
zijn ogen.
Ook Leiderdorps eerste burgeres gaf
van haar belangstelling blijk en leste de
dorstige kelen van de studio-mensen.
Het gezegde: ,.Ons kent ons" is in Lei
derdorp wel zeer van toepassing. Wan-
er nog even tijd over was, dan werd
gauw gezegd: „En hier is nog Kees van
Aoltje en die wil jou ook even groeten."
Kees van Aoltje een kennis, die ter
opluistering van het festijn was meege
komen werd dan snel de microfoon
de handen gedrukt, en zei: „Hallo
Piet hier ben ik, dag!"
Steeds andere gesprekken.
Er zijn niet veel „gesproken brieven"
die op elkaar gelijken. Elk gezin doet
het op zijn eigen manier En de een geeft
goede raadgevingen, de ander vertelt
het huiselijk leven en een derde
(zelf militair) spoort de jongens aan. om
over zich te laten lopen.
toezongen en daarna riepen: „Pappa, kom
toch gauw!" Dan besef je pas, wat al die
kinderen moeten missen, wanneer vader
Maar ook vrolijke momenten flitsten
er door heen.
Het bestuur van de buurtvereniging
„Festo Forto" zond een plaaf naar één
van haar bestuursleden. Vol toewijding
zongen zij het schone lied: „Het potje
vet. dat op de tafel werd gezet."
Met gepaste trots vertelde een kleine
knul, dat het varken al lekker groeide
enals je terugkomt, ligt-ie in de
Meisjes gaven hun verloofden een mo
rele opkikkering door te zeggen: „We
wachten op jullie en jullie kunt op ons
rekenen!"
Kijk. daar knapt zo'n „kaerel" van op.
Het bestuur van het comité verdient
dan ook alle hulde, voor de wijze, waar
op zij het ..sterkste thuisfront" dat
tenslotte door de familiekring wordt ge
vormd in de gelegenheid stelde, om de
jongens aan het militaire front, een hart
onder de riem te steken!
De N.V. Electrische Kleiwarenfabriek v.h. Gebrs. Oppelaar te Koudekerk aan
den Rijn had Zaterdag drie gouden jubilarissen. Zittend van rechts naar links
A Paling en echtgenote, Jac. Ravensbergen, J. de Wit en echtgenote. Staande:
De heren B- de Wit (baas), A. Kroon, G. R. de Rooy (boekhouder), mej. C. S.
W. Oppelaar,-F. de Graaff (directeur), T. Molema (loco-burgemeester) mevr.
De Graaff, de heren A. Henry (boekhouder) en C. Geerlof (namens de fa-
briekscommissie)De jubilarissen werden door de directie, de genodigden en
de vertegenwoordigers van het personeel hartelijk gehuldigd.
Ned. Ver. van ex-pol. gevangenen
uit de bezettingstijd, distr. Leiden
Op 10 Mei naar het eregraf
Het district Leiden der Ned. vereniging
in ex-politieke gevangenen uit de be
zettingstijd, hoopt op Maandag 10 Mei
deel te nemen aan de jaarlijkse reünie,
vordt uitgeschreven door het hoofd
bestuur der vereniging op het Eregraf
te Bloemendaal. Zij," die aan deze reünie
en deel te nemen en zich daartoe
niet opgaven, moeten dót per om
gaande doen bij het secretariaat der af
deling Leidseweg 289, Voorschoten. Op
gaven, die na 15 April binnen komen,
kunnen niet meer in behandeling worden
genomen. De Leidse deelnemers maken
;is naar Haarlem en terug per a-uto-
Gedurendie het verenógingsjaar 1948
1949 zullen als bestuursleden van het
district Leiden optreden: L. Questroo,
Leiden, voorzitter; W. M. van den Burg,
Voorschoten, secretaris; Sj. Mazurel, Lei
den, penningmeester; M I. Smit, Leiden,
>orzitter: J. Cahen Leiden, 2e secre-
mevr. C. H. HendriksenSnel, Lei
den, 2e pernningmeesteresseJ. J. Akker
huis, Oegstgeest, commissaris. Het secre
tariaat der vereniging is gevestigd: Leid-
g 289, Voorschoten.
Ds J. Maaskant hedenavond voor
de N.C.R.V.-microphoon
Ds J. Maaskant, Geref. predikant te d<
r stede, zal hedenavond van 9.109.!
ar voor de N C.R.V.-microphoon spre-
;n over het onderwerp: „De huidige po
sitie van 't Protestantisme in Frankrijk".
Deze familie spreekt met zijn vijven een plaat vol. Verstandig is het, van te
voren op te schrijven, wat men zeggen wil. Staande het feestcomité, de burge
meester (geheel links) en mevr. mr Van Diepeningen (achter de spreekster).
Ds J. J. Simon nam afscheid van
de Ev. Luth. Gem. van Gouda
Wegens het bereiken van de .pensioen
gerechtigde leeftijd heeft Ds J. J. Simon,
Evang. Luth. predikant te Gouda, wiens
naam in de Leidse Gemeente een goede
klank heeft ds Simon werkte hier
eveneens gedurende enige jaren, en wel
als consulent het pastorale ambt, dat
hij 39 jaar geleden aanvaardde, neerge
legd.
In Gouda stond ds Simon 24 jaar. Aan
allerlei verenigingswerk nam hij deel. Zo
was hij jarenlang voorzatter van de plaat
selijke afdeling van het Ned. Bijbelge
nootschap en van de Chr. Oranjevereni
ging, terwijl hij voorts deel uitmaakte
van het bestuur der Var. voor Chr. Na
tionaal Onderwijs Geen wonder dus. dat
het 'kerkgebouw bezet was.
Als tekst koos ds Simon Col. 3:1: „Zijt
gij nu met Ghnstus opgestaan, zo zoekt
hetgeen boven is. waar Christus" is, zit
tende ter rechterhand Gods". In zijn pre
dikatie merkte ds Simon op, dat ook deze
afscheidsdienst Evangelieverkondiging
moet zijn. Het gaat niet om een persoon,
maar aiüleen om het Woord. Het Woord
Gods geeft ons alles, wat wij nodig heb-
Na de preek dankte spr. het gemeente
bestuur, die afgevaardigden van zuster
kerken en verenigingen e.a. voor de pret
tige samenwerking. Dat de oecumenische
gedachte in Gouda veld heeft gewonnen,
moge blijken uit het feit, dat de Luth.
predikant, ds Simon, op 5 Mei 1945 de
dienst leidde in de Hervormde St Jan.
Velen voerden nog het woord. Wij noe
men: de burgemeester van Gouda, ds
Jaanus. namens de Synodale Commissie,
llsinga, namens het Ned. Bijbelge
nootschap en ds Ten Rouiwelaar, als
vriend.
Ook de afgevaardigde van de Leidse
Gemeente, de heer H. van der Werf, ver
tolkte de dank van Kerkeraad en leden
de toewijding, waarmede ds Simon
zijn werk als consulent hier ter stede
heeft verricht.
Leidse en Nijmeegse kunstenaars in Gent
„Vlaanderen, o welig huis, waar we zijn als genooden aan rijke taaflen" zong een
Karei van de Woestijne in zijn Vlaamse lyriek. En dat Is ook het beeld, dat ik
dezer dagen bU een korte reis door het schone Vlaanderenland kreeg. Er is ieta
weligs en iets huiselijks bij onze Zuiderburen. Daar is allereerst weelderigheid in
de uitstalling van allerlei begerenswaardigheden zonder bon, zoals sigaretten,
sinaasappelen, bananen, chocolade, eieren, schoenen, enz.
Maar denk
veel profiteert van deze bonloze goede
ren. Hij leeft sober, moet sober leven,
want de levensstandaard in België is
hoog en de goederen zijn voor de gewone
man niet te betalen. Een pakje Fleet
wood- of Lucky Strike-sigaretten b.v.
kost frs. 18, een ei frs. 2,40 en een paar
Nylons ruim frs. 100. Maar in ieder geval
is het er en voor de Nederlander is al
leen dit feit al benijdenswaardig, vooral
als hij zomaar de eigen Ned. Blookers-
cacao of de melkchocolade van de Schie-
damse fabriek ,3aronie" kan kopen. En
hij geniet van een behoorlijk noenmaal
van frs. 30 en rookt z'n „Camel". Weelde
righeid is er ook in de bouw der steden
met hun talloze fraai-bewerkte gevels en
hun grootse kostbare kerken. In de St.
Rombouts in Mechelen en in de St. Baafs
te Gent zijn er kostbaarheden, die we bij
ons eigenlijk alleen maar vinden in de
grote gothische kerken beneden de Moer
dijk.
Huislijk is Vlaanderen ook. De men
sen zijn gemoedelijk, brabbelen in het
sappige Vlaams wat tegen u en toen ik
onder een plasregen door het groot
steedse, maar toch pittoreske Dender-
monde liep, waar ze die karakteristieke
kleine huizen met wit-geverfde blinden
vinden, werd ik onverwachts door een
oude Vlaming aangesproken met „Wa-de-
weertje", spoedig gevolgd door een „kom
bie mien thuus". Architectonisch gezien
heeft Brugge de meeste weelde. Niet dat
niet, dat de Vlaming bij Leiden en Delft. Zij drukken
stempel op het stadje, dat een sterk
ligieus karakter draagt. Maar met al dia
over-geestelijkheid, waarachter niet al
tijd puurheid huist, en met het gehele
pittoreske stadsbeeld, zweeft er toch iets
onwezenlijks over Brugge. Er ligt
dikke laag stof over, zoals in oude biblio
theken en musea het geval is. Brugge is
en blijft historisch zeer merkwaardig
iedereen zal zich in zijn schoonheid v
lustigen, maar levend is het nog steeds
niet. Liever is mij in dit opzicht het
meer landelijke en rustieke LonderzeeL
Doch laat ik terzake blijven. Het eigen
lijke doel van mijn reis was Gent, da
trotse stad aan de samenvloeiing vaa
Leie en Schelde en daterend zelfs va
7e eeuw. Ook in deze stad van schilders
en schrijvers nog veel historische be
zienswaardigheden, zoals het Gravenkas
teel (een deel dateert uit 900), het 14a
eeuwse Belfort en het Prinsenhof (ge
boorteplaats van Keizer Karei V) Maar
deze stad ls meer in de gang van de tijd
meegenomen. Er is een druk verkeer,
levendige groenten- en fruitmarkten
vooral veel viszaken, zelfs in een ouda
kerk. Verder talrijke „knijpjes", in
waarvan ik 's morgens om 9 uur reeds
dikke volksvrouwen zag dansen met
werkvolk, een groot gebouw van de Bond
van Belastingbetalers en een enorm groot
plantsoen met het prachtige standbeeld
van de schilder Emile Claus. In het oude
-„o- uo, 18e eeuwse gebouw van het Museum voor
geen schamele woningen zijn. Integen-| Sierkunsten aan de Jan Breydelstraat zag
deel, op de Rolweg, waar Guido Gezelle
werd geboren en thans een zeer interes
sant Gezelle-museum is ingericht, staan
zeer sobere woninkjes. Maar daarnaast
Zijn er zo ontzettend veel gebouwen, die
getuigen van vroegere glorie en overdaad
in versieringen. Verder kunt ge er geen
stap doen zonder op de hoek
straat, in een verheven his of
venster een Maria-beeld te vinden, al of
niet met kleurrijke kleding. En na iedere
twee stappen ontmoet ge een pastoor,
een pater of een non. Deze geestelijken
behoren bij Brugge, zoals de studenten
Sidney Wilson sprak voor de
jeugd
In het gebouw van de Evangeüsche
Christen Gemeenschap aan de Middelste-
gracht werd gistermiddag een bijzonder*
jeugdsamenkomst belegd, waarin de be
kende jeugdprediker voor de „Youth for
Christ", de heer Sidney Wilson, het
woord voerde.
Nadat een koortje van jonge mensen
enige liederen ten gehore had gebracht
en een meisje een gedicht van Jan H. de
Groot had gedeclameerd, werd door spr
mediatie gehouden naar aanleiding
2 Koningen 6 en 7, de geschiedenis
het beleg en ontzet van Samaria. Hij
5 hierbij op de bevrijdende kracht
God, die wonderlijke uitreddingen
kan, wil en zal schenken.
Om half zes sprak Sidney Wilson voor
volwassenen. De bijeenkomsten waren
goed bezocht
Leidse „Grunnigers" vierden feest
„Ons Grunnigerlaand" bestond
25 jaar
Zaterdag vierde de provinciale ver
eniging „Ons Grunnigerlaand" in de foyer
van de. Stadsgehoorzaal haar 25-jarig
jubileum. In zijn openingswoord heette
de voorzitter, de heer H A. Vriend, in
het bijzonder welkom Burgemeester en
mevrouw F. H van Kinschot, de voor
zitter en de secretaris van het hoofdbe
stuur van de landelijke vereniging „Grun-
nen", de heren K. ter Laan en A. Deel
man, de afgevaardigden van de zuster-
vérenigingen in Den'Haag en Delft, van
het Leids Studenten Corps gezelschap
„Stad en Ommelanden" en van de ver
schillende provinciale verenigingen in
De Verdoemden
56.
Zo spreken zij door. Wéér wint d<
vloed van Lemarque het: Jochem raakt
en meer verzoend met het denk
beeld, dat zijn vriend voor goed op de
aarde zijn ogen zal sluiten. Zijn taak <s
afgelopen. Hij heeft het leven geleefd,
zoals God dat met hem voor heeft gehad.
En waarom zou hij zijn vriend de
eeuwige rust misgunnen?"
Sterker nog: er komen momenten,
aarin Jochem begeert, óók ontbonden
te zijn. Hij heeft nu zijn vrijheid. Maar
wat wacht hem, als hij straks in Duits
land, in Silezië is teruggekeerd? Men
acht hem daar natuurlijk dood. Men zal
hem nauwelijks herkennen. Hoeveel van
de zijnen zal hij nog in leven vinden?
Als hij Lize mocht ontmoeten al^s de
>uw van een ander, hij verwacht dat
hij kan het billijken, zal zijn hart dan
niet vaneenscheuren van pijn? En wat
moet hy gaan uitvoeren? Is hij nog wel
staat tot werken na al de ellende, die
hij negen jaar lang heeft ondervonden?
Wel voelt hij zich met de dag sterker
worden, maar hij is nog lang de oude
niet, wordt dat vermoedelijk nooit. Zal
hij wel ooit zijn brood kunnen verdie
nen? Hij is Persij dankbaar geweest, er
dat nóg, voor zijn bevrijding, maar zoi
het niet beter geweest zijn, als hij daar
ginds gebleven was? Niemand verwacht
hem nog terug. Wie weet, welke gevoe
lens hij bij Lize zal opwekken, als die,
•ouw van een ander, hem ontmoeten
mocht. Hij is afgestorven van Liegnitz en
de zijnen. De vreugde over zijn bevrij
ding wordt wel eens getemperd door al
deze overwegingen.
In brokstukken deelt hij zijn gevoelens
in Lemarque mede, die hem bestraft.
„Het lijkt wel, alsof je nóg meent tot de
verdoemden te behoren- Je bent vrijge
maakt door het bloed van Jezus Christus
En je bent ook vry man. Met jou heeft
God ook een bedoeling, we «/eten niet
welke. Ik weet alleen, dat Hij mij gaat
men in Zyn heerlijkheid. Jij hebt
nog een taak te vervullen, voor zover wij
dat kunnen zien. Je moet mijn ouders op
de hoogte gaan brengen. Je moet naar
Hamburg de familie van Barnstein op
zoeken, dat hebben we hem beloofd.
En dan moet je naar huis. Je zult straks
wel weer kunnen werken. Misschien'kom
je voor moeilijkheden te staan, maar God
zal je er doorheen helpen. Jezus heeft ge.
zegd: Mijn last is licht en mijn juk is
zacht. Hebben wij dat zélf niet ondervon
den, Jochem. daarginds? En wou jij het
nu weer beter weten dan God?"
Dan zwygt Jochem. beschaamd. Hij
moet de juistheid van Lemarques woorden
erkennen Zijn redenering is grof ondank-
Het is de laatste maal geweest, c!at
Arthur een vrij geregeld gesprek heeft
Jcurann voeren. De volgende morgen blijft
hy in de hut liggen, die hij deelt met
Weishaupt. Van meet af aan is dat zo ge
regeld. Hij behoefde niet in het volks-
verblyf. Cornelisz, heeft trouwens zijn
vader ook apart.
En nu loopt het snel bergafwaarts met
Lemarque.
Twee degen later komt het eindie. Jo
chem, Persij en Goppoolse staan er bij,
als Lemarque de benige hand uitstrekt
die lijk de hand van een tachtigjarige
plaats van iemand van vijfentwintig!
near omhoog. Dan richt hij het brekende
oog nog eenmaal op het drietal.
.,Het ls gedaan", fluistert hij. „Ik ga
naar Jezus".
Een stralende glans glijdt over zijn ge
laat. Kun je nog spreken van gelaat, als
er niets is dan vel en been?
Jochem grijpt met een droge snik zijn
hand. die klam is van 't doodszweet. Nog
éên zucht en Arthur Lemarque is uit zijn
lyden yerlost.
Persij blijkt reeds met Coppoolse ;e
hebben gesproken. Want Arthur vindt
niet een zeemansgraf, hoewel ddt niets
minderwaardigs zou betekenen.
De „Wilhelmina" vaart dicht onder ae,
kust en nadert een havenplaats, die niet
zou aangelopen zijn Maar nu wel. Le
marques stoffelijk overschot zal rusten
onder de Italiaanse hemel. Met piëteit
zullen ze hem ten grave dragen.
Persij begeeft zich die avond, als het
fregat is gemeerd er blijken meer Hol
landse Levant waarder s te liggen, die on
middellijk de vlag halfstoks hijsen als zij
die van de „Wilhelmina" zien ai
om met de autoriteiten te spreken
der bemanning is aanwezig. Van de an
dere Hollandse schepen is een deputatie.
Dat is de gewoonte. De slaaf van Alimed
Pasja's plantage heeft een vorstelijke be
grafenis.
Persij leest Psalm 103, dat heeft Le
marque hem verzocht: Loof de Heere,
mijne ziel.
De oude Cornelisz. staat nevens Jochem.
Hij kan begrijpen, hoe die staat te snik
ken, al is dat nauwelijks hoorbaar Ze
hebben te veel meergemaakt. Je behoeft
je er niet voor te schamen, al ben je een
Vol gedachten keren ze terug naar het
fregat in de haven, waar de andere sche
pen aanstalten maken tot vertrek. De
„Wilhelmina" zal er zich bij aansluiten.
Je kunt beter in convooi va-ren dan al
leen- Want gevaarlijke contreien
zij nog passeren De rovers van Noord-
Afrika schuimen nog steeds als neemt d<
zeeroverij af.
Inderdaad ontmoeten ze, even buiter
de Straat van Gibraltar, een klein pira-
tenschip, waarvan de gezagvoerder zich
evenwel niet met drie schepen meten
durft. Hij laat de Hollanders ongemoeid
en verdwijnt aan de einder.
De rest van de* tocht verloopt zeer
voorspoedig. Zelfs de beruchte Golf van
Biscaje. is ditmaal rustig.
Wanneer aan de Zuidkust van Enge
land een dag is gemeerd Persij heeft
er een relatie; de beide andere schepen
gaan verder wordt op de Hollandse
kust aangestevend, waarvan de duinen
spoedig in het zicht komen.
Ter hoogte van IJmuiden verrast de
koopman schipper Coppoolse door een
gewaagde opmerking, die toont, dat hij
een vooruitziende blik heeft Ze hebben
dan nog enkele dagen werk als de
wind tegen is, nog langer om via het,
Vlie en de Zuiderzee het IJ vóór Am
sterdam te bereiken.
„Er moest dwars door het land en de
duinen een water gegraven worden, dan
waren we in een twaalf uur in Amster-
Coppoolse verzekert, dat zoiets eenvou
dig onmogelijk is. Je kunt eerder ijzer
met handen breken. Hoe kun je nu door
de duinen graven De boel verzandt im
mers onmiddellijk?'
„Wie weet. wat er in de toekomst nog
wal.! gebeurt, schipper Wij zullen het niet be-
hij leven en onze kinderen allicht ook
hoekje van de begraafplaats maar de idee is nog zo gek niet. Zo zeker,
kopen. als er aan de slavernij een einde zal ko-
Daar leggen zij de volgende morgen men" hij bespeurt hoe de zes vrij-
Arthur Lemarque neer. Het grootste dieel gekochten over de verschansing leunen
en naar de kust staren, naar het door de
zon gestoofde lichte duinzand „zo ze
ker is het voor mijn besef, dat er een
kortere verbinding tussen Amsterdam en
de Noordzee zal komen. Hoe, ik weet het
niet. Dat moeten onze waterstaatkundigen
uitmaken. Die hebben al meer gepres
teerd. Denk aan onze leeggemalen me
ren en wateren, die nu vruchtbaar land
vormen. Er kunnen meer Leeghwaters
komen!"
Coppoolse lacht hartelijk om dit en
thousiasme, om dan nuchter op te mer
ken: „Het is niet precies hetzelfde, of je
een water droog legt of nieuwe wateren
maakt. Aan dit laatste is geen gebrek,
zou ik denken."
Hoe het zij, over de duinen vliegen
kunnen ze niet. Dus stevent de „Wilhel
mina" Noordwaarts, valt het Vlie binnen
en moet dan op de Zuiderzee laveren, om
enkele dagen later het IJ op te loeven
en aan de kade te Amsterdam te meren.
Met grote voldoening en dankbaarheid
zet Persij weer voet op de vaderlandse
bodem: hij heeft een lang gekoesterde
wens, zelf een reis meemaken, gelukkig
en voorspoedig inveryulling zien
Endaar staan zes mensen, die niet
weten, hoe dankbaar zij moeten zijn.
De voorbereidingen zijn reeds getrof
fen: de ouwe Cornelisz. die taaie zeerob,
gaat zo spoedig mogelijk met zijn zoon
naar Vlaardingen, de Duitsers zal reis
geld worden verstrekt, om hun Heimat
op te zoeken.
XX.
wandelaar, hij draagt aan
een stok over de schouder een zak, na
dert het dorpje dat schilderachtig aan ae
rivier gelegen is, en betreedt dan een
herberg, waar hij bij de waard brood met
kaas en bier bestelt.
De gelagkamer heeft uitzicht op de
kronkelende rivier, die daar weinig ver
val heeft. Van stroom is althans niets te
merken, om van golfjes in het geheel niet
te spreken Het water is schier rimpel
loos. Ook is thans van scheepvaart niets
te bespeuren.
(Wordit vervolgd)
Leiden. Spr wees erop, hoe „Ons Grun
nigerlaand" heeft aangetoond, dat Gro
ningen kan meedoen, niet minder in
kracht dan andere streken van ons land.
Spr memoreerde de grote liefde der Gro
ningers voor h.un taal. Zeker, zei spr.,
willen we ook goede Nederlanders zyn.
Geen staatje in een staat, goede burgers
van Leiden, maar we willen bewaren
„de liefde voor onze geboortegrond, de
liefde voor onze Groninger taal en ge
bruiken."
Verder releveerde spr het opgewekte
verenigingsleven en de grote bloei tot
één der sterkste provinciale verenigin
gen in Leiden. Na allen dank te hebben
gebracht, die aan de voorbereiding van
het feest hebben medegewerkt, besloot
de voorzitter ,met de wens, dat „Ons
Gunnigerlaand" mag groeien en bloeien
tot in ..onendigheid".
Vervolgens sprak de heer K. ter Laan,
die de goede band tussen" „Ons Grun
nigerlaand" en het hoofdbestuur memo
reerde. Spr wees op het belang van pro
vinciaal besef, in verband waarmede hij
aandrong op het instellen van een leer
stoel in het Neder-Saksisch. Hièrna
richtte de heer Kranz, voorzitter van de
lustrumcömmissie, zich tot het bestuur,
dat hij pp rijm feliciteerde, en bood een
gedenkschild in de Groninger kleuren
aan. Vervolgens bedankte mevr. W. J.
MenkhorstSwart de voorzitter, de heer
H. A. Vriend, voor het voortreffelijke
werk, door hem gedurende 25 jaren als
voorzitter verricht. Spr bood hem, na
mens de vereniging een cadeau aan. Het
zingen van het Groninger volkslied
volgde, waarop in snel tempo de revue
afgewerkt werd. Het geheel was zeer
geslaagd en door het talrijke publiek
bijzonder gewaardeerd. Opvielen de Gro
ninger klederdrachten.
Na afloop dankte de voorzitter alle
medewerkenden, in het bijzonder de
samenstellers van de revue, de heren
Menkhorst, Van Kluyve en Riks. Na de
offieële sluiting bleef mw nog geruime
tijd in gezellig samenzijn bijeen, waarna
een souper volgde
Receptie.
's Middags recipieerde het bestuur in
„Het Gulden Vlies". Tot de velen, die
kwamen gelukwensen, behoorden burge
meester en mevrouw jhr mr F. H. van
Kinschot; de voorzitter en de secretaris
van het hoofdbestuur der landelijke
vereniging „Grunnen", resp. de heren K.
ter Laan. oud-burgemeester van Zaan
dam, en A. Deelman; deputaties van de
Groninger verenigingen te Haarlem, Den
Haag en Delft, een deputatie, w.o. de
heer P. B. V. Quartero. namens het stu
dentencorps gezelschap „Stad en Omme
landen" en afgevaardigden van de zus
terverenigingen, t.w. van de Friezen.
Gelders-Overijselsen, Zeeuwen. Braban
ders en Limburgers.
Practisch Christendom
Onder dit motte hoopt d/e heer J. A.
Bruyn uit Wassenaar een serie lezingen
te houden in gebouw „Rehoboth", Ra
penburg 10, op de Vrijdagen 9 April. 23
April en 7 Mei, resp. over de onderwer
pen „Een Godsgericht" (Gen 19). „Qp
de Offerberg" (Gen. 2?> en „De Bruid
dies Lams" (Gen. 24). Solozang door
mevr. mr A. J. A. SamsomGolaz te
Alphen aan den Rijn.
tentoonstelling van Leidse
Nijmeegse kunstenaars. Leiden is hier op
unieke wijze vertegenwoordigd allereerst
door een zeldzame collectie pottenbak
kerskunst van de firma's de Blanken,
Brouwer, Sluyter. Vermeulen en Zaöl-
berg, door zeer fijnzinnige tapijten van
het atelier „De Gouden Spin" en door
representatieve schilderijen. Giselle Kus-
ter is hier met haar artistieke dromen,
zoals het Meisjeskopje met Botticelli-
invloed, een met veel techniek gegeven
naakt en een zeer suggestieve „Honger-
1945"-impressie. Luc Verkoren toont er
zijn stemmingsrijke bruingetinte stil
levens, o.a. een zeer fraai Soya-kruikje
en Walter Bosch geeft veel waardevols
in zijn vage, paarse tinten Lode Sengers
is een zeer begaafd en religieus graficus,
die tevens een prachtig karton voor een
der mozaïeken uit het Leidse stadhuis
toont. Verder is er Will H. Tweehuysen
met kleurige, soms primitief aandoende
schilderstukjes en tekeningen en mevr.
M. Oosterholt-Versteeg met haar prachtig
van tint en stemming geschilderde „Dorre
rabarberbladen". De Nijmeegse schilders
zijn vertegenwoordigd door o.a. W van
Woerkom met een wat lieve, Rafaël-
achtige Madonna. J. Jansen met zeer
sterke portretten, Helena de Baat met
haar karakteristieke afbeeldingen van
geestelijken en Chr Hammes met vast-
getekende gravures. Verder zeldzame
houtplastiek van Albert Meertens en een
collectie fraaie tinnen gildekannen Al
met als is het voor Leiden en Nijmegen
een zeer representatieve tentoonstelling.
Nog even had ik tijd over om in het
Museum voor Schone Kunsten te gaan
kijken, vwaar in de oorlog Duitse sol
datenlaarzen dreunden en dat tweemaal
gebombardeerd is geweest. Van de 27
zalen zyn er thans slechts 10 enigszins
bruikbaar en daar hangen dan ook «de
grote kostbare schatten, o.a. een stel
zeldzame primitieven, o.a. een drieluik
uit de 15e eeuw (Het geslacht van St.
Anna) en een uit de 16e eeuw (De 8
Zaligheden). Verder van Lucas Cranach
(Doornenkroning), van Mertino de Vos,
van Maarten van Heemskerck en van de
Ecole de Patinir (Doop van Christus),
1524. Een zeer merkwaardig, naar het
Vlaams toeneigend tweeluik is de „Af
doening en verrijzenis van Christus uit
de 15e eeuwse Spaanse school. In dit
museum zag ik weer Jeroen Bosch met
zijn Kruisdraging en Marten van Cleve
met zijn Bruegheliaanse „Boersche brui
loft", een hele zaal klassieke portretten
van Lievinde Winne, de veelkleurige
romantiek van Gustave Vanaise, o.a. het
prach-tig-getinte „Na het bad", het fijn?
gemodelleerde wit-marmeren naakt
„Zonnebloem" van Paul Devigne en de
zeldzame plastiekjes van George Minne.
In de zo sierlijk gebouwde patri
ciërs-huizen in de Madeleinestraat in
Gent, met welke huizen Vlaanderen
zo rijk is bedeeld, wonen thans niet
meer de aristocraten of de magistra
ten, maar heeft een sigarenwinkelier
zyn zaak gevestigd.
De 19e eeuwer J. J. v. Muyden toont er
de zachte innigheid van een haar kind
voedende Abruzse vrouw in wit kleed,
Miense Molenaar zijn Boerenkermis,
Rubens het weelderige doek van Fran-
ciscys en Jac. Jordaens o.a. het fel-ge-
kleurde Oordeel van Midas. Tenslotte
Antoon van Dyck met zijn zinnelijke
voorstelling van Jupiter en Antiope.
Alvorens te vertrekken keek jk nog
even in de St. Baafs-kathedraal naar de
monumentale preekstoel van Laurent
Delvaux, met de majestueuze uit marmer
gebeitelde figuren onder een in zuiver
sierlijke Rococostijl gebeeldhouwde trap.
Zulke preekstoelen treffen we eigenlijk
alleen in Vlaanderen aan, o.a. ook in de
Hanswijkkerk te Mechelen, een gebeeld
houwde allegorie van Theodoor Ver-
haeghen. Zo heeft Vlaanderen veel
schoons en wellicht kan ik er t.z.t. nog
eens meer over vertellen.
Corn. BasoskL