Financieel Overzicht [vaisdeweek Vandaag begon strijd om Dam-wereldtitel Twee oplossers doorstonden de krachtproef Concretisering WAT DRAGEN WE OP VISITE? NIEUWE LEÏDSCHE COURANT ZATERDAG, 31 MEI 1947 Het Indische „avontuur" beheerst1 de fondsenmarkt De Nederlandse dollarlening in de V.S. geslaagd Tal van gunstige jaarverslagen en hogere dividenden De beurstijd vervroegd. De Amsterdamse beurs heeft zich tot voor kort doorgaans aan de invloed van de Indi sche kwestie onttrokken, in zoverre althans dat weliswaar de specifiek Indische waarden het verloop der onderhandelingen tussen de Nederlandse regering en de nationalisten Weerspiegelden, maar de overige afdelingen veelal door andere factoren werden beheerst. Het volgens vele Indië-kenners lichtvaar dig en ongemotiveerde optimisme der rege ring omtrent de uitwerking van Linggadjatd heeft bij velen navolging gevonden en het is daarom begrijpelijk dat men thans in die kringen over de gang van zaken teleurge steld is en ook daar de mening begint post te vatten dat het „Moederland" zich door de „repoeblik" wat men noemt in de luren heeft laten leggen. Men heeft zowel hier als an Indië de indruk trachten te vestigen alsof Linggadjati in hoofdzaak een springplank zou zijn voor de ordening en het weer op gang brengen van het Indische bedrijfsleven, waar bij dan plantages en fabrieken aan de recht matige eigenaars zouden worden teruggege ven, de daarin belegde milliarden allengs weer rendabel zouden kunnen worden ge maakt en voor herstel en vernieuwing in de V.Sdollarcredieten zouden kunnen worden Verkregen. Van dit alles is niets terecht gekomen. In tegendeel, door opstand en terreur is de eco nomische toestand van Nederlands-Indië eer der achteruit gegaan, de smokkeluitvoer van gestolen Indische goederen en producten naar Brits-Indië en elders werd niet gestuit, de concentratiekampen werden niet geliqui deerd en de leiders van de „nepoeblik" trokken zich van de Linggadjati-bepalingen niets aan, maar vertoonden zich meer en meer in hun ware gedaante, welke thans dian eindelijk ook door de Nederlandse re gering schijnt te zijn ontdekt. Zo heeft bij de Nederlandse regering het optimisme voor pessimisme plaats gemaakt, hetgeen, paradoxaal gesproken, reden tot op timisme zou kunnen zijn wanneer niet door het te laat rijpen van dit inzicht zoveel goed ©n bloed ware verloren gegaan. Nu het er op gaat lijken dat orde en rust alleen nog met de wapens in de hand kun nen worden hersteld, begint men zich weer an sterkere mate te realiseren wat Indië voor Nederland betekent. Wij herinneren er aan dat de Indische schuld sinds de oorlog tot c-a. f 3 milliard is opgelopen en zeker de helft daarvan in Nederland is geleend. Voor de oorlog kwam 15 pet van ons nationale in komen, ofwel een bedrag van ruim f 700 millioen uit Indië, terwijl onze uitvoer naar Indië c.a. 10 pet van het totaal, de invoer uit Indië c.a. 7 pet van het totaal uitmaakte. Onnodig te zeggen, zo schreef prof. Tinbergen in November 1946, dat de inkomsten uit In dië zich spreiden over het gehele volk in de Vorm van arbeidslonen, hand els winsten, dien sten, verteringen, etc. zodat zij als afgeleid inkomen, vermeerderd met nieuwe productie tot alle lagen der bevolking doordrongen. Ware dit alles van meet af voldoende be seft, dan zou er allicht wat minder smalend gesproker- zijn in sommige kringen over de Nederlandse „kapitaalsbelangen" in Indië. Intussen wacht ook de beurs met spanning de verdere ontwikkeling van de Indische ikwestie af en zij heeft ook deze week ten aanzien van de gehele aandelenmarkt een gereserveerde houding aangenomen, welke af en toe tot een lichte afbrokkeling der koersen geleid heeft, al is er dan van een bepaald flauwe stemming geen sprake. Hield Indië niet de aandacht gespannen, dan zou er ongetwijfeld deze week een re delijk koersherstel zijn ingetreden, aangezien meeds tegen het einde van de vorige week op de aandelenmarkt een betere tendentie merk baar was en hiervoor wel natuurlijke stimu lansen aanwezig kunnen worden geacht Hoe men ook over onze crediet-mogelijk- heden in de V.S. moge denken, het feit dat de Nederlandse dollarlening ad 20 millioen, Uitgegeven 99 pet in Amerika een redelijk succes is geworden, zodat aanstonds 95 pet dlaarvan kon worden geplaatst, is niet onbe moedigend, evenmin als de kwijtschelding Van ettelijke honderden millioenen dollars, welke onder vigeur van de Leen- en Pacht wet door Amerika aan ons waren geleend en die thans door de geleidelijke betaling van een bedrag van 67^ millioen zullen worden gequitteerd. Hiermee zijn we er echter niet, evenmin als met de opbrengst dier jongste dollarlening, welke voor de af lossing van vroegere leningen wordt aange wend en het zal zeker mede van het verloop der Indische kwestie en voorts van heel de politiek der Nederlandse regering afhangen of in de naaste toekomst op nieuwe credieten uit de V.S. mag worden gerekend. Overigens valt melding te maken van vele jaarverslagen, waaruit blijkt dat het Neder landse bedrijfsleven zich in de loop van 1946 krachtig heeft kunnen herstellen. De Stoomvaartmij „Nederland" keert over dat jaar 7 pot uit, terwijl voorts over de jaren 19401944 30 pet wordt betaald, in totaal dus 37 pet, waarvan 25 pot in aandelen en 7 pet in contanten. Voorts heeft W i 1 - t o nF eyenoord een winst behaald van f 4.3 millioen tegen f 3.1 millioen in 1945 en keert zij 6 pet dividend uit tegen nihil over 1945. Een kleinere machinefabriek als Fi- gee hervat de dividendbetaling met 4 pet, de Delftsche Leerlooierij brengt het dividend van 5 op 12 pet, Bensdorp keert 5 pet uit tegen nihil over 1945, de Vereenigde Touwfabrieken heb ben met een nettowinst van f 1.3 millioen het verlies van vorige jaren grotendeels inge haald, etc Dit alles stemt hoopvol, niet alleen wat de aandeelhouders betreft, maar ook wat de financiële positie van ons land aan gaat, die door de aanmerkelijk hogere op brengst der belastingen wordt versterkt. Het staat wel vast dat de opbrengst der belastin gen in 1947 enkele honderden millioenen ho ger zal zijn dan de raming en wanneer de regering tegelijkertijd ook haar uitgaven zou weten te beperken, zou er voor dit jaar in derdaad reden zijn een belangrijke daling van het budgetaire tekort te verwachten. De vervroeging van de beurstijd van half twee tot tien voor half twee waardoor ook in de provincie de koersen van dezelfde dag des avonds nog bekend kunnen zijn, is een vriendelijke geste van het beursbestuur, welke ongetwijfeld aan de belangstelling voor de fondsenmarkt ten goede zal komen. TUSSEN ONZE KAMPIOEN KELLER EN GHESTEM De bekende dammer B. Springer schrijft ons: Nieuwe sportsterren komen en oude sport sterren gaan! Dat is zo het gewone verloop in de sport. Toen in 1935 M. Raichenbach, Rus van ge boorte en genaturaliseerd Fransman, naar ons land kwam om zijn titel van damwereld- kampioen te verdedigen te^en Keiler was er reeds na enkele partijen slechts één roep in de pers: „Zo had men nooit zien dammen en beter was welhaast onmogelijk! Groot was dan ook de verbazing toen reeds kort na de bevrij- ding het bericht ons land bereik te, dat Raichen- -bach in 'n match van 12 partijen verpletterend ge slagen was door zijn landgenoot Ghestem. Reeds bij de 10e partij had de laatste een voorsprong van 8 punten en gaf Raichenbach op!! P. Ghiestem, de naam zei ons niet veel, want voor Holland was hij een onbeken de jonge man van toen 22 jaar en natuurlijk nam men aan, dat Raichenbach wel uit vorm zou zijn geweest. Vorig jaar hadden we echter gelegenheid P. Ghestem aan het werk te zien in ons land. Hij nam toen n.l. deel aan een 6-kamp, ge organiseerd door de darnver. „Constant", te zamen met zijn landgenoot Fankhauser en de Belgische kampioen Vaessen, Van Nederlandse zijde namen deel Keiler, Roozenburg en Springer Het eindresultaat was dat Ghestem gelijk aankwam met P. Roozenburg en Keiler als goede derde. Ghestem werd overwinnaar verklaard, omdat hij zijn bedde partijen te gen Roozenburg gewonnen had. En laten we er direct bijvoegen dat juist deze twee par tijen voor ons onvergetelijk zijn gebleven. Ze toonden aan dat Ghestem enorm veel in zijn mars had. Vooral de tweede, die de Fransman in de laatste rondie winnen moest om gelijk te komen, was groots en toonde ons Ghestem als een verwoed vechter. Het is dan ook wel zeker, dat hij zijn titel tot het uiterste zal verdedigen. Keiler wordt dus voor een zware taak ge steld. Voor onze landgenoot geldt de aanhef van dit stukje zeker niet. Reeds jaren speelt hij in ons dam wereldje de eerste viool, het geen het best blijkt uit het feit, dat hij dit jaar zijn 10e nationale kampioenschap wist te winnen. Voor Keiler geldt echter het aardige KELLER SCHIJNOPLOSSING BRACHT VELEN IN VERLEIDING (Van onze schaakredacteur H. J. J. Slave- koorde, Goudreinetstraat 125, Den Haag). Wij hebben door een samenloop van werkzaamheden enige achterstand in het be antwoorden van brieven van oplossers en verzoeken daarom niet ongeduldig te wor den. Dezelfde achterstand heeft ons belet om het nazien van de ingekomen oplossingen der opgaven 8284 te voltooien. Voorzover wij echter bij een vluchtig doorzien hebben kunnen vaststellen, zijn slechts twee oplos sers er in geslaagd opgave 84 correct op te lossen. Het zijn le heren Beining en Wagner, beiden te 's-Gravenhage, die dit hebben ge presteerd. Heel wat oplossers zijn het slacht offer geworden van een verleidingsoplossing, welke met 1. Lg3| begint. Deze oplossing faalt evenwel op 1Kd4 2. Td6j- Kc4ü 3. Lel alP. 4 Lc3 Fb3ü Op 3. Le5 volgt Pd5!ü Enkele oplossers hebben het zover gebracht, dat zij zagen, dat deze oplossing foutief was, al konden zij de juiste oplossing niet vinden Het vinden van de goede oplos sing was hierom zo uitzond elijk moeilijk, omdat de eerste zetten van wit volmaakt zinloos schijnen en men slechts dan op de gedachte komt deze zetten te doen, indien men het matbeeld klaar voor ogen heeft. Deze week ontvingen wij, na lang en ge duldig wachten, eindelijk een grote zending schaakliteratuur uit Australië, bestaande uit de jaargangen 1940 t/m 1046 van The Austral asian Ohess Review, later herdoopt in Check en thans bestaande onder de naam Chess World. Doch welke wijzigingen de naam ook moge hebben ondergaan, nog steeds berust de hoofdredactie bij de voormalige Austra lische kampioen Purdy, die op onnavolgbaar P. GHESTEM Franse gezegde dat „hij is als de wijn. Hoe ouder hij wordit, hoe beter!" Hij is momenteel 41 jaar en op het top punt van zijn kracht. Tegen Raichenbach heeft onze landgenoot twee maal gefaald. Zal zijn derde poging met méér succes be kroond worden? Wij hopen het en wat meer is, wij geloven het! Zekerheid daaromtrent zullen we in de komende dagen krijgen, want vandaag is de match Keiler-Ghestem in het „Victoria" Hotel te A'dam begonnen. Zal ons land dan eindelijk weer een dam- wereldkampioen krijgen? De benzineprijzen in België zijn vastge' steld op frs. 5,70 tot frs. 5,80, al naar gelang van bepaalde streken. De grote verdienste van de bijlagen, welke gevoegd zijn bij die nota aan de republiek, is haar concreetheid. Zij zijn terzake, waar de nota zelf terzake was. Stellig laat zij on besproken wat ook de nota onbesproken liet. Wij denken bij dit laatste aan de positie der Kroon in het nieuwe staatsbestel, waaraan, de nota zeker wel wat meer aandacht had mogen bestedien. Men moet toch kunnen aannemen, dat die Kroon in het nieuwe staatsbestel niet maar een ornament zal zijn. Maar voor het overige zijn de bijlagen bij zonder concreet en geven zij van regel tot regel blijk van goede wil, die ook in dit „eindstadium" der onderhandelingen de Ne derlandse Regering bezielt. Het verscherpt de verantwoordelijkheid der republiek, zo deze desondanks onwillig blijft de plechtig getekende overeenkomst van Linggadjati uit te voeren. Maar het blijk van goede wil is evenzeer van groot belang tegenover het buitenland. En als we over het buitenland spreken, dan denken we ten aanzien van Indië als spoedig aan Amerika. Het is bekend geworden, dat dezer dagen nog eens de Verenigde Staten aan onze Rege ring hebben medegedeeld een snel econo misch herstel van Indië in nauwe samen werking met Nederland gaarne te zullen zien. Het schijnt niet uitgesloten, dat deze mede deling der Amerikaanse Regering, die thans nog een mondeling karakter droeg, straks gevolgd wordt door een meer officiële schrif_ telijke verklaring, welke dan betrekking zou hebben op de nota, aan de republikeinse delegatie overgelegd. De belangstelling van Amerika is begrij pelijk. Het is in het kader van de buiten landse politiek der Verenigde Staten van be lang, dat de Zuid-Oost-hoek van Azië zich blijft richten op de Westerse democratieën. In een uitgebreide streek als Indië, waar een revolutie gaande is, zijn velerlei mogelijk heden. Elike revolutie draagt met name ge makkelijk de mogelijkheid in zich uit te lopen op een staatsbestel van totalitaire aard', dat bovendien sterk communistisch getint zal zijn De aandacht, welke bepaalde scherp links gerichte stromingen aan het Indonesische vraagstuk besteden, en de vaste voet, welke deze stromingen aldaar trachten te krijgen, zijn aan Amerika uiteraard niet geheel on opgemerkt voorbij gegaan. Het is begrijpe lijk, dat de Verenigde Staten dan gaarne zouden zien, dat de ontwikkeling in Indië zich bij voorkeur richt op de Westerse demo- cratiën. Welnu, Amerika zou moeilijk staande kunnen houden, dat Nederland in dit opzicht niet ver genoeg is gegaan. De overeenkomst van Linggadjati was eer te veel dan te weinig „vooruitstrevend"; men kon er zelfs vooral deze grief tegen hebben, dat ze zó vooruitstrevend was, dat ze de band met Nederland èl te los scheen te maken. En nu is op het beslissende moment van de onder handelingen nog eens de nota met bijlagen gekomen, als duidelijk bewijs, dat het de Nederlandse Regering in dit alles ernst is met hetgeen reeds werd overeengekomen en getekend. Dat Amerika zo duidelijk te kennen heeft gegeven, ook zijnerzijds grote waarde te hechten aan een snel economisch herstel van Indië in nauwe samenwerking met Neder land, moet, dunkt ons, in dit „eindstadium" der onderhandelingen voor de Regering een krachtige morele steun betekenen. puntige en geestige wijze zijn zeldzame jour nalistieke gaven benut om de moeilijkste sdhaakvraagstukken van theoretische practische aard als kinderspel voor te stellen. Een schaakpaedagoog van zeldzame klasse, deze Purdy. Wij zullen zeker te gelegener tijd het nodige uit zijn geschriften citeren. Voor het ogenblik beperken wij ons er toe de nieuwe opgaven te kiezen uit het vele prachtige materiaal, dat wij in de genoemde tijdschriften aantroffen. De nieuwe opgaven. Opgave 91 (Serie A 3 punten). Wit: Kb6, Dc6, Tdl. Pd4 (4 stukken). Zwart: Kd8, Dg4, Pe8 (3 stukken). Wit begint en geeft in drie zetten mat. Opgave 92 (Zowel serie A als serie B 3 punten). Wit: Kf6, Db8, Lg6, Fh2, pion d2 (5 st.). Zwart: Kh3, pion e4 (2 stukken). Wit begint en geeft in drie zetten mat. Opgave 93 (Serie B 6 punten). Wit: Kbl, Pf2, pionnen g7 en h7 (4 st.). Zwart: Ka4, Lg5, pionnen a3, b3, b4 en d6 (6 stukken). Wit begint en maakt remise. Wij waarschuwen! Bij no. 92 schuilt een addertje onder 't gras en no. 32 is niet ge makkelijk. De oplossingen. O p g a ve 86 (Partijstelling)1. Txg4 Txg4 2. Kxfl Tdif 3. Ke2 Telf en 4Txe6. Opgave 86 (Partijstelling)1Txg4 2. e7 Tg8 3. Td8 en wint. Opgave 87 (Eindspel van D. F. Petrov) 1; Dh6f Kf7 2. Peö| Ke6 3. d7 Ke7 4. Df8f Kxf8 5. Fg6+ Kf7 6. d8P mat. Indien 2 fxe5 dan 3. Dg6f Kf8 4. Dg8 mat. De opgaven 85 en 86 waren gemakkelijk, i doch «r meet afwisseling zijn! Zo af en toe vertelt U Uw man, dat U nu werkelijk eens visites moet gaan maken en U trekt daarbij een gezicht alsof dat de akeligste karwei ter wereld is. Uw man doet daarin niet voor U onder, maar ten slotte moet het toch eens gebeuren en U be gint dus Uw toebereidselen te maken. Ter wijl Uw man nog prakkizeert of het toch nog niet uitgesteld kan worden, bent U al lang bezig met de vraag: Wat aan te trekken en of het mooi weer zal zijn. Want eigenlijk heel in het diepst van uw vrouwelijk hart vindt U het helemaal niet zo erg en lokt de gelegenheid om eens poesmooi opgedoft voor de wereld te verschijnen, net alsof U geen zorgen hebt. alsof Uw huishouding vanzelf op rolletjes loopt, Uw kinderen vol maakte engelen zijn en een eveneens vol maakte dienstmaagd al Uw nog onuitgespro ken wensen vervult. Nu dan, wat zult U aantrekken? Als U een imprimé japonnetje heeft, liefst in een ge dekte kleur, zo'n japonnetje, dat tevens dienst doet voor een feestelijk ddnertje of voor een bruiloftsreceptie en voor het avondje ter ere van het geslaagde eindexamen van Uw oud ste dochter, dan kunt U dat japonnetje uit stekend als visite-toilet gebruiken. Met een klein coquet hoedje in de grondfcleur van Uw japon, met lange handschoenen en schoe nen in dezelfde kleur en liefst ook Uw tas, kijk, dan ziet U er tiptop uit. U voelt zich chic en verzorgd en vanzelf verschijnt Uw liefste glimlach op Uw gezicht om er de hele middag te blijven schijnen en als U eindelijk veel te laat, want U bent toch. blijven plakken thuis komt, merkt dat U eigen lijk een bijzonder prettige middag hebt ge had en veel meer complimentjes hebt ge oogst dan U in Uw stoutste dromen hebt verwacht. Maar misschien is het weer niet zo mooi op de voor de visite bestemde dag en dan.Dan trekt U een eenvoudig zwart of donkerblauw japonnetje aan en daarover Uw even 'eenvoudige maar o-zo-keurige man tel, die beige kan zijn of lichtgrijs of R.A.F.- blauw of iedere andere kleur die U wilt. Op een donker japonnetje staat immers iederé mantel gekleed. Waait het niet al te hard:, zet dan gerust Uw mooie grote hoed op, anders liever een klein dopje. Schoenen, handschoenen en tas alweer liefst in de kleur van japon en/of hoed en Uw man kan weer eer met U inleggen. Envergeet vooral niet, dat, in alle beschaafde landen, een. dame hoed en mantel op- en aanhoudt en dat alleen heren overtollig v1c"U'ngstukken iri de gang depone^pi- Op een donkere japon, staat immers iedere mantel gekleed Dan ziet U er tip top uit....

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1947 | | pagina 4