Zie 's winters, hoe het buiten groeit en leeft Van Kon. Academie tot Techn. Hoogeschool NIEUWE LEIDSCHE COURANT MAANDAG 13 JANUARI 1947 Natuur rust, om in het voorjaar los te barsten Wanneer hetv winter is en een straffen Oostenwind het binnen beter maakt dan buiten, komen lichte herinneringen op aan „betere tijden". Men denkt terug aan den zomer, aan de vacantie, men ziet de zomer- sche bossohen weer of het strand, waar men rondzwierf op die vrije dagen, men denkt aan wandelingen, vroeg in den morgen on dernomen door nog slapende velden, of aan een fietstocht, laat op een voorjaarsavond toen de horizon verhuld werd door ijle ne velen, langzaam aanwaaiend over de lande rijen. En men neemt zich voor, er ook dit jaar weer op uit te trekken, eh vaker, als het even kan. En wanneer men niet alleen maar gesteld is op buiten zijn, maar ook be langstelling heeft voor wat er buiten groeit en leeft, voor vogels en planten, schelpen en insecten, dan denkt men aan landstreken waar die en die soort inheemsch is en die men nu toch werkelijk eens moet gaan be zoeken Mogen wij u een tip geven? Wacht niet met er op uit te trekken tot het hartje zomer is. Ga zoo gauw mogelijk, neem den eersten den besten vrijen dag dien het nieu we jaar zal schenken, en indien er voor- loopig geen vrijen dag komt, kies dan een Zaterdagmiddag en trek er op uit. Ga buiten kijken en lees in dat wondere boek van de Natuur. Vrees niet, dat het al te koud is, want van een fiksche wandeling wordt men warm. Overwin de helaas natuurlijke lui heid, die den winterschen mènsch naar het hoekje bij de kachel drijft en doe eens net of er gean kou aan de lucht is. Want daar is buiten wat te beleven, juist nu. De natuur lijkt dood, maar zij is het allerminst. De natuur rijst uit om van het voorjaar weer des te overdadiger los te barsten. Maar in die rust verraadt zij den mensch, die met aandacht door de natuur trekt, heel wat in teressante geheimen. Geloof niet, dat men er dikke boeken voor moet hebben gelezen om iets te weten van het leven der dieren en planten buiten. Iedereen kan er van genieten. Geloof niet, dat men bepaald midden op de Veluwe moet wonen om aardige belangwekkende dingen te zen, want zelfs in de omgeving van een met natuursohqon toch maar matig bedeelde stad is genoeg te beleven. En geloof vooral niet, dat het sprookje waar is, dat door de oorlog de schoonheid van ons land verdwenen is. Inderdaad, de Duitschers hebben vele kapitale vernielin gen aangericht, veel is voorgoed geschonden en het zal jaren duren eer andere gebieden weer waren wat zij eens waren. Maar er nog heel veel, verheugend veel overgeble ven. Wandel langs het water, een winterschen middag. Kijk naar de meeuwen, koel en elegant zwierend boven het grijze water. Aan meeuwen alleen al is zoo veel te zien. Er zijn, allereerst, verschillende soorten en al is de soortenkennis nu niet het belang rijkste en is het veel aardiger, een beetje kijk te krijgen op de levensgewoonte, toch is het de moeite waard, even op die soorten te letten. Er zijn groote, blanke zilvermeeu wen, met lichtgrijze vleugels en een feilen roofvogelkop met gelen haaksnavel en bru- tal/e oogen. Er zijn soms groote, trage man telmeeuwen, forscher dan de zilvers en met zwarte vleugels. Er zijn, tenslotte, overal kokmeeuwen waar te nemen, die kleiner zijn en driftig, bekoorlijke lakroode pooten en een even fel gekleurden snavel hebben en nog iets, dat we maar al te graag zien in dezen winter, n.l een klein, zwart vlekje in de veeren achter het oog. Let eens op de kokmeeuwen (kapmeeuwen heeten ze ook wel) en zie, dat niet elk kopvlekje even groot is Zoo nu en dan is er zelfs eentje te zien dit al een heel aardig donker vlekje heeft. En alö men nu steeds op de meeuwen blijft letten, dan zal men zien, dat over een week of zes het zwarte vlekje al stevig ge groeid is en over drie maanden verschijnen de eerste kokmeeuwen met een geheel cho coladebruinen kop. Dan zijn zij in pracht- "kleed, gereed voor het nestelen. Maar de eerste bode van dat voorjaarsfestijn dragen zij nu al mee. Eenden zijn er ook in dezen tijd overal waar water is. Eenden uit ons eigen land, de gewone wilden, maar ook wonderlijke reizigers uit verre landen, die hier komen overwinteren zoo lang er nog open water is. En weinige vogels zijn er, die op een win terdag den ornitholoog (wat 'n geleerd woord is voor vogelvriend) zoo verheugen als de een den. Want die wintersche gasten, die broeden in Polen, de Baltische landen, Finland, Zwe den, soms nog Noordel. binnen den Poolcir kel, zijn kleurige, fleurige vogels, zij laten zich bovendien, als men een beetje omzich tig te werk gaat en gekleed is in eenvoudige, donkere kleeren, heel gemakkelijk naderen HAAGSCHE POLITIERECHTER. De landarbeider A. v. D. te Rijns burg zat om brandhout verlegen, en hij had om die reden er geen bezwaar in ge zien, een vlot bij een steiger zich toe te eigenen. „Het lag er al een heel tijdje", vertelde verd., doch <k Officier stelde vast: „Daar door werd het niet uw eigendom". ^Vaar er nu te koop is, en diefstal niet nood zakelijk, luidde de eisah veertien dagen gevangenisstraf. De rechter legde f 25 boete of 10 dagen hechtenis op. De los-werkman C. van Z. te Leiden had ruzie gekregen, en bij die gelegen heid was het schelden ontaard in belee- digen. Een aanklacht werd ingediend, en de Officier vorderde nu f 25 boete of 10 dagen hechtenis tegen hem. De rechter gaf f 20 boete of 10 dagen hechtenis. De spinner W. B. te Leiden behoorde weeT tot degenen,, die fabrieksdiefstal had gepleegd, door garens mee te nemen. En waar dergelijke diefstallen onverbiddelijk met gevangenisstraf geboet moeten worden, vorderde de Officier veertien dagen gevan genisstraf. De politierechter veroordeelde conform dien eisch. De fabrieksarbeider W. J. M. R. te Leiden had al eerder met de justitie te maken gehad, en dat vond de Officier een verzwarende omstandigheid bij de ver duistering welke hij in de fabriek, waarin hij werkte, had gepleegd. En daarom luidde de eisch tegen hem een maand ge vangenisstraf. Vonnis conform dien eisch. en vertoonen den opmerkzamen waarnemer ook al weer een ander waaruit de nadering van het voorjaar onmiskenbaar blijkt. Eerst maar even een paar soorten. Zeer algemeen zijn de kleine, rappe kuifeendjes, waarvan de mannetjes donker gekleurd zijn en spier witte vleugels hebben, de wijfjes en de jonge exemplaren echter bruine vleugels?. Zij dragen een kuif, dat blijkt al uit den naam. Uitstekende visschers zijn het, die kleine slanke vogels, zij duiken voortdurend en blijven dan gemiddeld een' halve minuut onder. Ook de tafeleenden zijn beste duikers. Die verkeeren gewoonlijk in gezelschap der kuifeenden, zijn even groot, maar hebben een diepbruinen kop en parelgrijze rug en vleugels. Merkwaardig verschil tusschen de twee soorten is, dat de kuifeenden den ge- heelen dag actief zijn, steeds bezig met duiken, terwijl de tafeleenden eigenlijk pas tegen de schemering op gang komen. Derde soort: de toppereenden, evenzoo gekleurd als de tafeleenden met dit verschil, dat zij de kuif missen en dat het wit der vleugels parelgrijs over den rug doorloopt. Nog meer soorten? O, er zijn er tientallen, want men kent nog nonnetjes, zedig zwart en wit, men kent ijseenden en smienten, die een fluitend geluid maken, bontgekleurde krak eenden en zaagbekken enz. enz, eenige tien tallen soorten. Maar om die allemaal goed te leeren kennen, heeft men een vogelboekje noodig. Die eenden hebben, direct na nieuwjaar, het voorjaar al in het hoofd. Dat lijkt boud gesproken, maar wie een korte poos op <1e gedragingen van dezen wintersche gasten let, zal het ook zien. Op den eersten den Cfcesten dag dat er een beetje zón is, beginnen de mannetjes de wijfjes het hof te maken. Hartje winter, maar de eenden voelen reeds het voorjaar naderen, denken reeds aan een huwelijk, aan een nest en eieren, als men een zoo groot woord als denken voor de vogels gebruiken mag. Laag op het water zwemmend, de hals horizontaal en merk waardige geluiden uitstootend, komt de woerd op het gaaike van zijn keuze af en opwindende vechtpartijen kan men soms zien tuèschen rivalen Als de wintereenden met deze spelletjes bezig zijn, kan een mensch heel, heel lang aan den oever van plas óf sloot staan, desnoods met tranende oogen door den wind, maar voortdurend geboeid en verrukt. RIJKE HISTORIE VAN MEER DAN EEN EEUW Woensdag vierde de Technische Hooge school te Delft haar 105den gedenkdag. Deze inrichting voor hooger onderwijs, die in binnen- en buitenland een zoo uitstekenden naam heeft, vindt haar oor sprong in het Koninklijk Besluit van 8 Januari 1842, dat de a.s. vestiging in hield van „Eene Koninklijke Akademie, ter opleiding van burgerlijke ingenieurs, zoo voor 's lands, dienst als voor de nij verheid, en van kweekelingen voor den handel". In Juli van dat jaar werd de opleiding voor Oost-Indisch ambtenaar er bijgevoegd. De oprichting dezer Akademie was voor Delft een oorzaak van blijdschap. Sinds 1829 was de Artillerie- en Genie school opgeheven. Van de Akademie verwachtte de stad nieuwen opbloei, en reeds enkele dagen na het besluit ging de burgemeester dan ook op audiëntie bij den Koning om hem dank te zeggen voor het aan Delft bewezen gunstbetoon. De stad stelde het hoofdgebouw aan het Oude Delft ter beschikking, evenals de daarnaast en er achter gelegen loca- liteiten, welke zij daartoe van het Rijk aankocht. Tot directeur werd benoemd de heer A. Lipkens, Staatsraad in buitengewonen dienst, toen wonende in Voorburg. Hij was de man, die de totstandkoming sterk had bevorderd. Hoe zeer men, niet alleen in Delft, maar ook daarbuiten, overtuigd was van de beteekenis der Akademie, bleek bij' de ingebruikneming op 4 Januari 1843. Koning Willem II en de Prins van Oranje vereerden de plechtigheid met hun aan wezigheid. Bij hun rondgang door het gebouw onderhielden de Koning en de Prins zich met de „élèves", die \ioh in de teekenzaal aan hun teekenlessenaars bevonden. De stad was verlicht en ver sierd en 's avonds werd in Stads-Doelen. in tegenwoordigheid van den Bescherm heer, het blijspel „De Kapitein van de Ruiterwacht" opgevoerd. Zij, die de opening hadden bijgewoond, ontvingen later, ter herinnering, een penning in goud, zilver of brons. De Akademie begon haar bestaan met 48 ingeschrevenen. Zij zullen niet ver moed hebben, dat na ruim een eeuw het aantal studeerenden bijna 5000 zou be dragen. Onder Lipkens nam de Akademie toe in bloei. In 1846 werd de 64-jarige op gevolgd door den 20 jaar jongeren dr G. Simons. Toen deze in Juli 1856 minister van Binnenlandsche Zaken werd, kwam de leiding in handen van een Raad uit de docenten. Drie jaar later werd deze Raad verrast met de ministerieele mede- deeling, dat hij weder zou moeten plaats maken voor een eenhoofdig bestuur. De heer J. A. Keurenaer, gepensionneerd majoor der Genie, kreeg de directeurs benoeming. Gaf reeds het voornemen tot deze ver andering stof tot spreken, ook tijdens het bestuur van Keurenaer ontstonden er moeilijkheden. Ook de inrichting van het onderwijs bevredigde niet meer. De Tweede Kamer hield zich eenige malen met de Akademie bezig, o.a. in verband met de kwestie, of zij moest geregeld blijven bij Kon. bsluit dan wel door in menging van de wetgevende macht. „Reorganisatie" was het woord, dat in die periode telkens naar voren kwam. Vrije of gedwongen studie was het twist punt, dat steeds dringender om een op- Verlieslijst Ned. strijdkrachten in Indië In de af geloop en week sneuvelden in In dië, van de: Kon. Landmacht: Serg. Keizer uit Denekamp (Palemlbang); sold. J. H. J. M. Berden uit Blerik (Padamg); sold. Ie kl. A. Sohuncken uit Ubach over Worms (Padiang); sold. J. Geugies uiit Coevorden (Median); sold. G. van Schooneveld uit Bolde (Pa- bang) sold. M. C. F. M. Buijs uit Nieuw Vossemeer (Semarang); res. 2de luit. J. Moddemeijer uit Amsterdam (Palemibang) serg. H. den Oudsten uit Schoonhoven (Me- dam). Kon. Ned.-Ind. Leger: sold. W. A. Pangai en dirig. off. van Gezondheid 2de kl. K. Marien, beiden uit Ned.-Indië. Kon Marine: Geen verliezen. COMMANDANT-GENERAAL DER RECHTSPLEGING LANDMACHT Bij K. B. van 10 Jan. is bepaald, dat als commandeerend generaal in den zin van art. 243 van de „Rechtspleging bij de Land macht" wordt aangewezen de onder-direc teur der luchtstrijdkrachten. LONDENSCH VLEESCH DOOR STAKING BEDREIGD De Briteche minister voor de Voedsel voorziening, John Strrachey, heeft verklaard., dat militairen het vervoer van het voedsel, dat door de transportstaiking werd opge houden en welke de voedselpositie van Lon den ernstig sdhaadt, ter hand zullen nemen. Hierop trokken de stakende vrachtauto - chauffeurs hun aanbod een hoeveelheid vtteesah naar de hospitalen te vervoeren weer in, terwijl andere groepen van chauf feurs zich met hun collega's solidair ver klaarden. Er dreigt een hoeveelheid van 600 ton vleesoh te bederven en de staking breidt zich nog steeds uit. INTER-AZIATISCHE CONFERENTIE TE NEW DELHI. Alle landen van Azië en ook Egypte zijn uitgenoodigd afgevaardigden te zenden naar de Interaziatische conferentie, die op 23 Mit. te New Delhi gehouden zal worden voor het uitwisselen van denkbeelden over na-oor- log9ohe vraagstukken. De conferentie is ge organiseerd door den Inddsohen raad voor buiterilamdsche politiek, een niet-politiek lichaam. lossing riep en de Akademie in onrust bracht. Het sinds 1848 bestaande Studenten corps hield zich voortdurend met deze zaken bezig en was daarin onder de krachtige leiding van zijn Senaat, en vooral onder het presidium van den heer W. K. M. Vrolik, zeer eensgezind. De studenten weigerden het nieuwe re glement van 7 September 1861, dat ook protesten van de docenten uitlokte, te onderteekenen. Een en ander leidde tot de sluiting der Akademie op 2 Novem ber. Tevens benoemde de Koning een commissie van onderzoek, welke een verslag uitbracht, dat de zaken ten goede deed keeren. In Januari d.a.v. vingen de colleges weder aan en de werking van het gewraakte reglement werd voorloo- pig geschorst. Het onderwijs kon dus rustig doorgaan in afwachting van de reorganisatieplannen, welke nu in voor bereiding waren. Deze reorganisatie kreeg haar beslag in 1864, toen op 1 Juli de Koninklijke Akademie werd vervangen door de Po lytechnische School. Daarmede eindigde het directeurschap van den veelbespro ken Keurenaer, van wien echter niet al leen getuigd wordt, dat hij als oud-offi cier zijn taak wat al té disciplinair had opgevat, doch ook dat hij de baanbreker van de nieuwe inzichten is geweest. Ook de studenten beschouwden de verandering als een belangrijk feit Op 30 Juni 1864 trokken zij te middernacht in fakkeloptocht naar het hoofdgebouw, waar de heer J. W. F. J. Meinsma het woord voerde. Op een transparant voor de deur was te lezen: „Vaarwel Akgde- mie, Vivat P.S." De Polytechnische School begon met dr L. Cohen Stuart als directeur, die tevens hoogleeraar in de zuivere en toe gepaste wiskunde was. Hij was oud leerling van de Akademie. Na hem zijn directeur geweest dr J. Bosscha, dr A. C. Oudemans Jr., N. H. Henket, ir J. M. Telders en ir J. A Kraus Deze was de laatste, want onder hem kwam weer een reorganisatie tot stand Reeds jaren had de P.S. te kampen met gebrek aan leer krachten zoowel als aan collegezalen, teekenzalen en laboratoria. Haar inrich ting was verouderd. Reeds onder zijn voorgangers waren verbeteringen aan gebracht, doch prof. Kraus beleefde de omzetting in Technische Hoogeschool krachtens de wet van 22 Mei 1905. Het was minister dr Abraham Kuyper, wiens initiatief daartoe krachtig had mee gewerkt. De opening der T.H. geschiedde op 10 Juli 1905 door Kóningin Wilhelmdna in een bijeenkomst in de groote zaal van Stads-Doelen, waarna prof. Kraus, die tot rector-magnificus was benoemd, een rede hield over „De opkomst van het technisch onderwijs in verband met de vorderingen der techniek omstreeks den aanvang der 19de eeuw". Koningin Em ma en Prins Hendrik woonden de plech tigheid bij, evenals leden van den Raad van State, den Hoogen Raad en de Sta ten-Generaal. Het technisch onderwijs was hiermede gebracht op het niveau, dat het ver diende. Het heeft voldaan aan den wensch, dien H.M. de Koningin in Haar openingsrede uitsprak: „Moge de Ver heffing van het Polytechnicum tot Hoo geschool bevorderlijk zijn voor het we tenschappelijk onderzoek en de diepe studiën, alhier gemaakt, welke mannen vormen, in ruime mate bijdragend tot den bloei van Ons Vaderland op weten schappelijk en stoffelijk gebied". C. D. GOUDAPPEL. KRIJGEN WE NIKKELEN MUNTEN? Zooals mem weeit, kondigde minister Lief- inek onlangs in de Kamer een wijziging van die Muntwet aan, in 't bijzonder om te ko men tot vervanging van de zinken munten door diè van andere samenstelling. Een der bladeci wist onlangs te melden, dat het desbetreffend rapport de Rijksmunt verliet en op het dep. van Financiën binnen kwam. Naar de Nieuwe Leidsche Crt ver neemt, adviseert het den minister nikkelen munten in omloop te doen brengen. SPAANSCHE SINAASAPPELEN WILDEN NIET VERDER. Tien minuten nadat het den Ni^pwen Wa terweg was binnen geloop en is het Noorscbe s.s. 1PFana", varende voor de K. N. S. M., Zaterdag te Hoek van Holland aan den grond geloopen en is tot heden nog niet „vlot" gekregen. Daar het een lading sinaas appelen uit Valencia aan boord heeft, is men ter plaatse reeds begonnen het schip te los sen. 't Nederlandsche standpunt t.a.v. Duitschland Hot A.N.P. verneemt van officieele zijde: De Neder Ia ndsohe Regeering heeft zich tot dusver niet uitgesproken over de wijze, waarop zij haar standpunt in het Duitsche vraagstuk zal kenbaar maken aan de ver gadering van de plaatsvervangende minis ters van Buiten.landsohe Zaken van de Groote Vier. Aangezien deze aangelegen heid alsnog in beraad is. Het persbericht, dat de Regeering zou hebben medegedeeld, onvoldaan te zijn over de regeling t.a.v. Nederland bij de voorbereidende conferentie te Londen, is onjuist. BRANDSTOFFEN VOOR VERWARMINGS- DOELEINDEN. Het Tweede Kamerlid Haben heeft aan den minister van Econ. Zaken inlichtingen gevraagd inzake het gebrek aan brandstof fen voor verwarmingsdoeleinden in vele gezinnen en verzocht onmiddellijk kolen- bonnen aan te wijzen. Kunstmatig kouvattens Als gevolg van kouvatten verliest Enge land jaarlijks niet minder dan 40 mil- lioen arbeidsdagen. Engeland heeft dan ook besloten den strijd tegen de verkoud- heidsbacil krachtig te voeren. Reeds ge- ruimen tijd neemt men experimenten om het virus, dat verkoudheid veroorzaakt, te osileeren. Men vraagt thans vrijwilli gers tusschen 18 en 40 jaar om zich aan een 14-daagsche proef in een ziekenhuis, gedurende welke periode zij goed voed- sel, zakgeld, enz. krijgen, te onderwer pen, waarbij zij kunstmatig aan een ver koudheid worden geholpen. WALLACE OVER DE SOWJETPOLITIEK In een radiorede heeft de vroegere Amer. minister van Handel, Wallace, er zijn be zorgdheid over uitgesproken, dat Engeland of de Ver. Staten onder bepaalde omstandig heden de atoombom tegen de Sowj"et-Unie zullen gebruiken. Hij becritiseerde de poli tiek van Churchill en wees erop, dat Rusland een overwicht krijgt op Polen en Tsjecho- Slowakije als men aan die landen leeningen weigert, waardoor de kans op oorlog grooter wordt. DE PRINZ EUGEN GEZONKEN. De voormalige Duitsche zware kruiser „Prinz Eugen", die werd gebruikt bij de atoombomproeven te Bikini, is thans aldaar gezonken. DE WERELDFEDERATIE VAN VAK- VEREENIGINGEN. Op het internat, congres van deskun digen van de wereldfederatie van vak- vereenAgimigien te Parijs werd besloten aan de V.N. een schriftelijke aanbeveling over te leggen, betreffende de erkenning der rechten der vakvreeenigingen in alle lan den en gelijkheid van loonen voor immi granten. WARREN AUSTIN IN DE COMMISSIE VOOR ATOOMENERGIE Warren Austin, van wiens benoeming als vertegenwoordiger van Amerika bij den Vei ligheidsraad wij reeds melding maakten, zal ook Baruch opvolgen in de commissie voor de atoomenergie. IN ENKELE REGELS Douane-ambtenaren openden Zater dag het vuur op een groep smokkelaars te Nispen, toen aan een sommatie om te stop pen geen gehoor werd gegeven. Een zekere A„ uit Roosendaal, werd in de buik ge troffen.. Voor het telefoonverkeer met Zweden geldt thans voor geheel Zweden hetzelfde tarief, n.l. f 5.40 per 3 minuten; voor elke minuut meer f 1.80 In een der Bredasche kazernes rs weer een geval van nekkramp geconstateerd, in verband waarmee quarantaiemaatregeien zijn afgekondigd. Het Zweedsch-Ned. hulpcomité te Stockholm heeft besloten zijn werkzaamhe den te staken en de resteerende geldmidde len, pl.m. f 70.000. aan het Ned. Roode Kruis over te dragen. De 41-j. kolenlosser J. W. Starssen is te Heerlen tusschen 2 trein wagens gedood. De motorrijder H. te Loo is doodelijk verongelukt in Heerlen. Uit Batavia wordt gemeld, dat het Brit- sohe consulaat-generaal aldaar bij de Ned. autordteitengeprotesteerd heeft tegen het on derzoek vah het Britsche vrachtschip „Em pire Maifair" te Gheribon. De Universiteit te Brussel zal op 24 Jan. den doctorstitel honoris causa verlee- nen aan prof. Mauri-ce Lugeon uit Lausanne, die hierdoor voor den tienden keer den doctorshoed behaalt. Behalve Engeland en Amerika zullen ook Rusland en Frankrijk de Duitsche in dustrieën helpen. Op verjaardagen in Denemarken is thans een doosje lucifers een welkom ge schenk.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1947 | | pagina 6