Hein ron Essen
DMi TOIDEN
Philips-concern maakt thans weer winst
't Werk der Ned. missie in Mac Arthur's njk
Van Bohemen voor het Haagsche Tribunaal
NIEUWE LEIDSCHE COURANT ZATERDAG 19 OCTOBER 1948
Op bezoek bij den kunstenaar
(Van een onzer verslaggevers)
Het lijkt voor onze Westersche begrippen
eenigszins onwaarschijnlijk, dat iemand tegelijk
architect, beeldhouwer en dichter kan zijn en
op alle drie terreinen bijzonder werk kan
presteeren. Tn dit opzicht is de figuur van den
Hagenaar ir. Hein von Essen, die dit jaar zijn
60sten verjaardag mocht vieren, dan ook
uniek. En al zegt hij met een zekere veront
schuldigende bescheidenheid, „dat een derge
lijke veelzijdigheid b.v. bij de Chineezen heel
gewoon is en slechts bij ons, waar het begrip
vak-specialist zooveel opgeld doet, opvalt
het kan slechts getuigen van een virtuositeit
en innerlijke rijkdom, waarover slechts weinig
bevoorrechten beschikken.
Ir von Essen heeft een waren, donkeren tijd
achter zich, waarover hij niet gaarne spreekt.
En wij hebben reeds zooveel gehoord over
gijzeling en Scheveningen, dat zijn indivi-
dueele tragedie ook weinig zeggen zou. Maar
zijn gezondheid heeft een knak gekregen en
al bleef zijn geest ook even beweeglijk en
scherp als steeds men kan het slechts be
treuren, dat zijn laatste beeldhouwwerk m
1942 vervaardigd werd.
Spreek echter eens een middag met Hein
von Essen! Uit den schat van zijn rijke herin
neringen kan hij eindeloos putten zonder dat
het ook maar een oogenblik verveelt, terwijl
zijn belangstelling naar tal van levensterrei
nen met onverflauwde aandacht uitgaat. Hij is
iemand, die de kunst van critiek en zelfbe
perking kent; ook in zijn betoog en al pra
tend, krijgt men de verschillende fases en
schakeeringen van dit opmerkelijke leven voor
zich. In Indië getuigen nog monumentale
scheppingen van zijn architectonisch kunnen:
het hoofdgebouw van de Koninklijke Paket-
vaartmij en het complex van de Medische
school, beide te Batavia. Het lag overigens ge
heel in de rede, dat de jonge Delftsche student,
die wel eens in een „onbezonnen oogenblik"
een bundel verzen gepubliceerd had, de voet
stappen van zijn vader, die in Indië als bouw
kundig ingenieur ook sterk op den voorgrond
trad, zou volgen. Het was een soort familie
traditie en hoewel ir. Hein von Esen de repu
tatie van zijn vader, die o.a. het wegennet
verbeterde en een warme belangstelling had
voor het irrigatievraagstuk, stellig hoog ge
houden heeft, kroop het kunstenaarsbloed 'n
hem, waar het niet gaan kon. En zoo ging hij
onverwachts terug naar Nederland en zei zijn
hoogen post van ingenieur voor de landsgetoou-
wen bij de Burgerlijke Openbare Werken te
Batavia vaarwel. Een hoofdstuk, een bepaalde
episode met tal van bonte levensfacetten, was
afgesloten. Ir. von Essen, die ondanks zijn
drukken werkkring, welke noodzakelijkerwijze
RUSSEN WILLEN ONDERSTE
UIT DE KAN
(Van een onzer verslaggevers).
Luit.-Gen. W. Schilling is de eerste Ne
derlander, die uit het totaal verslagen Japan
naar ons land terugkeerde. In hotel Vieux
Doelen in Den Haag vertelde hij ons giste
ren van zijn bevindingen en ervaringen.
Japan is een land vol verwoeste stéden,
waar langzaamaan weer reconstructie in
houtbouw ontstaat. Daartusschen leeft een
volk, geslagen, onderdanig, met denzelfden
eerbied voor den blanke als vóór den oorlog.
Het is er voor de vele blanken volkomen
veilig. „Ik njd paard tot ver buiten Tokio
ongewapend, zonder geleide. Er gebeurt
niets. Nergens. Niet op de markten en niet
in de straten, waar je gewoon tusschen #de
menschen loopt."
Vrouwen en kinderen roepen: „Hello" en
„Good bye", de mannen zijn wat stugger,
maar niet vijandig.
De oorzaak van die houding is het optre
den van Mac Ar
thur, dien de Ja
panners als hun
redder en als een
god beschouwen
Hun vereering
voor den man
gaat zoo ver, dat
zij hem smeeken
hun vrouwen
kinderen te ge
ven, omdat zij
zonen van dezen
godenzoon willen
hebben! Een aan
slag tegen hem
beraamd kon uit
lekken. Dat zegt
wat in een land
vol geheime or
ganisaties als Ja
pan. Er zijn, in
de Allied Coun
cil, die den Amerikaanschen generaal van
veel ceremonieel in de Indische society-krin
gen meebracht, zich ook nog ontwikkeld had
als sportsman, ging met een nieuwen dorst, het
leven dieper te leeren kennen, naar Nederland
terug. Hier groeide een nieuwe von Essen, die
totnogtoe slechts een vegeteerend bestaan ge
leid had. Al had hij dan ook in Indië tijd ge
vonden, literair werk bij wijze van liefheb
berij te verzorgen nooit ging hij slapen zon
der een blocnote en een potlood onder zijn
hoofdkussen te leggen om een gedachte dade
lijk op papier te kunnen zetten de ware
kunstenaar was nog niet in hem ontwaakt.
Hij zal den dag van 20 Augustus 1921 nooit
vergeten, toen hij door malaria werd overval
len en met 41 graden koorts allerlei visioenen
voor zijn geestesoog opdoemden. En half in
stinctief zonder het zich later scherp te
kunnen herinneren teekende hij brokstuk
ken van deze bewogen voorstellingen op aller
lei vellen papierdit werd het begin van
Verheugende mededeeling van
ir P. F. S. Otten
Naair de „Nieuwe Leidsche Crt."
verneemt, heeft ir P. F. S. Otten., President
van den Raad van. Bestuur van de N. V.
Fhilipsfabrieken te Eindhoven, Vrijdag in
een redevoering, ter gelegenheid van. het be
zoek van buitenlandsche journalisten, gehou
den, medegedeeld, dat na de groote verliezen
die het Philips Concern door dien oorlog
heeft geleden, door de herconstructie der
fabrieken en hervatte productie, thans een
fa ze is bereikt, waarin die bedrijfsre-
sultaten zoodanig zijn, dat
geen verliezen meer wor
den geleden. Ir Otten is vol vertrou
wen voor de toekomst. Het personeel van
het Phiiiipsecmcem in Nederland is thans
tot 27.500 gestegen, waarvan 21.000 in Eind-
LUCHTDIENST AMSTERDAM—BUENOS
AIRES.
Gistermiddag vertrok van Schiphol, als
vierde in de reeks speciale vluchten, welke
de K.L.M. ter voorbereiding van de te
openen verbinding op Z.-Amerika uitvoert
de „Friesland", met aan boord elf passa
giers. Het aantal zuivere vlieguren naar
Buenos Aires bedraagt 38.
advies dient bij zijn bestuur van Japan,
groote tegenstellingen tusschen Russen en
Amerikanen. Maar de laatsten houden de
touwtjes krachtig in handen.
Met hen heeft de Nederlandsche missie in
Tokio dan ook hoofdzakelijk te maken. Onze
taak, aldus de generaal is hulp voor de in
Japan verblijvende Nederlanders en bewo
ners van Ned.-Indië. De laatsten geven veel
zorg. Er bevinden zich n.l. 120 studenten
onder, die de Japanners voor eigen doelein
den, n.l. om er „leiders" van te maken, naar
Japan brachten. De helft organiseerde zich
om dr Socanto, aanhanger van de republiek.
Deze weet niet of hij wel gebruik mag ma
ken van de missie om terug te keeren naar
Java, maar generaal Schilling hielp hem, door
een brief aan Sharir door te zenden, waarin
Soeanto om advies vraagt.
Herstel der handelsbetrekkingen is de
tweede groote taak. Vrije handel met Japan
kan in 1947 zeer zeker niet en in 1948 waar
schijnlijk nog niet worden tegemoet gezien,
aldus de generaal. De Japanners kunnen al
wel textiel leveren, begin Januari gaat de
eerste 2000 ton naar Indië en ook aardewerk
is er in groote hoeveelheden, maar de we
reldbehoefte is groot en onze tegenprestatie
aan rubber, tin en olie nog klein. En daar
gaat het om.
Restitutie van goederen, die de Japanners
roofden is een derde opdracht. Tot nu toe
keerden alleen de kroon van den Sultan van
Pontianak en binnenkort de „Reaal" van de
K.P.M. terug. Het is wel het eerste wat terug
gegeven wordt, maar het is te weinig. De
Amerikanen vragen volledige beschrijving
van het gestolone. Laten zij, die deze, van
juweelen b.v., aldus generaal Schilling, kun
nen geven, die vooral aan onze missie zen
den.
Het vraagstuk der herstelbetalingen wordt
in Washington behandeld. Het is zeer inge
wikkeld door de Russische houding. Zij wil
len alles wat zich in Mantsjoerije en Korea
bevindt, als oorlogsbuit beschouwen en toch
meedeelen uit de Japansche industrieën. Als
dat gebeurt krijgen de anderen niets.
De generaal zag geen reden voor oorlog
zijn visionnaire grafische kunst. Hij realiseerde
zich voor het eerst duidelijk zijn scheppende
grillige verbeeldingskracht en ontdekte ook
het systeem van werken: wanneer hij later
een ets vervaardigde, bleef hij meestal stil
met de teekenstift wachten om te ontdekken,
welk beeld hem „ingegeven" zou worden.
„Ik kijk dan letterlijk naar binnen", zei
onze gastheer, „en zie dan tegen een donkeren
achtergrond zich langzaam lichtvlekken a ft ee
kenen, die allengs vorm krijgen en plotseling
tot een beeld uitvloeien. Deze verschijningen
zijn zeer reëel en ik kan ze als het ware op
het papier in hoofdlijnen projecteeren. Op deze
wijze is de eerste serie etsen ontstaan."
Na zijn ziekte ging hij dus naar Holland
terug en legde zich op de ets drukkerij van
Joh. D. Scherft te Den Haag ijverig toe op
technische problemen. Uit dien tijd dateeren
veel fraaie etsen. Een aantal werd door
Scherft met een korte karakteristiek van
Albert Plasschaert uitgegeven. Maar ook de
dichter Hein von Essen sliep niet; zijn sub
tiele verzen over de schoonheden der natuur
en om niet te vergeten zijn dïerenliedjes ont
lokten Willem Kloos een bewonderende cri
tiek. Het is onmogelijk om in een kort bestek
dit „volle" leven raak te karakteriseeren. Maar
wanneer zjjn jonge vrouw onverwachts sterft,
die hem op het aparte terrein van de masker
kunst geleid heeft ook op dit gebied heeft
Hein von Essen zich eigen verdiensten ver
worven! zien wij hem onvermoeid verder
strijden. En wie thans zijn huis betreedt, waar
bronzen koppen van een bijna tastbare levens
echtheid hem aanzien, waar subliem gegoten
gips-portretten getuigen van een subtiel vak
manschap, kan er zich slechts over verbazen,
dat een mensch voor dit alles den tijd en den
wil gehad heeft. Wij vergaten nog zijn teeke-
ningen, caricaturen, bandontwerpen en boek
illustraties te vermelden terwijl we ook nog
maar men vergeet bij een mensch als Ir. Hein
von Essen onwillekeurig zooveel. Een ruste-
looze dynamische geest, steeds onbevredigd,
steeds zoekend naar een verdere vervolmaking
van zijn kunnen. Zoo en passant dit als
aardige bijzonderheid heeft hij zich ook
geoefend als goochelaar en waar hij er niet
van houdt, iets half te doen, kan hij een ge
zelschap hiermede uren bezig houden. Maar
uiteraard gaat het bij hem niet slechts om de
„aardigheid" tout court, maar om de bestu
deering van reacties, van suggestie-methoden
en wat dies meer zij. Maar in alle veelheid
steekt slechts schijnbaar een groote verschei
denheid, want het zijn alle uitingen van den
zelfden zoekenden mensch en in veel van zijn
werk of dit nu beeldend of litterair is
vindt men iets terug van de onvergelijkelijke
vormenschoonheid van Indië, dat in een vroe
gere levensepisode een diepen indruk op hem
maakte.
hoven, 2537 in Hilversum, 1825 in Tilburg,
618 in Vemlo en 570 in Dordrecht. In 25
Landen heeft Philips thans zijn fabrieken
met een gezamenlijk personeel van 60.000
man.. Van dien totalen, export van Nederland:
neemt Philips thans 1015 pCt. voor zijn
rekening.
ONBEKEND SCHIP GEZONKEN
In den avond van 15 Oct., te omstreeks
19.30 uur, is op de Nieuwe Maas, ter hoogte
van Slikkerveer, een onbekend motorvaar
tuig, vermoedelijk van het type „Westlan
der", overvaren en gezonken. De schipper is
waarschijnlijk verdronken.
MAC ARTHUR,
in het Verre Oosten. Om bovengenoemde pro
blemen te bespreken is hij echter in Neder
land.
Schilderijen-restaurateur colpor
teerde met VoVa
(Van een onzer Verslaggevers.)
De 68-j. C. van Bohemen, de bekende
restaurateur van schilderijen, die een in
ternationale vermaardheid op dit gebied
heeft, was in 1940 tot de N.S.B. toegetreden.
Hij colporteerde met VoVa en was ijveraar
voor de Winteshulp. Voor zijn on-Neder-
landsch gedrag had v. B'. zich voor het
Haagsche Tribunaal te verantwoorden. Het
was, volgens zijn bewering, de geringe steun
en medewerking, die de Ned. Overheid aan
de kunst en de kunstenaars gaf, die hem
tot Duitsche sympathie en tot het lidmaat
schap der N.S.B. had gebracht. Voorts bleek
van Invloed te zijn het feit, dat de directeur
van het Gemeente-Museum, dr Van Gelder,
aan v. B. de laatste jaren geen opdrachten
had gegeven op grond van bezwaren tegen
zijn werk. Na het toetreden tot de N.S.B.
had v. B. diverse opdrachten ontvangen,
ook van burgemeester Westra, die eenige
schilderijen uit het Stadhuis liet restauree-
ren. „Ook in het kabinet van H. M. de Ko
ningin aan het Voorhout heb ik eenige
restauraties uitgevoerd", aldus beschuldigde,
waarna de president opmerkte: „U bedoelt
zeker, het kabinet van Mussert, want die
Lucas 19 41-44, waar wc naar luisteren,
spreekt ons van drie tijden, die in het leven
van een volk (en ook in het leven van één
mensch) kunnen voorkomen: De tijd van het
krachtige komen Gods, de tijd der verblin
ding, de rijd van het oordeeL
Als hier Jezus weent over de witte stad
Jeruzalem, weent Hij, wetende, dat de tijd
van het komen Gods voorbij is. Israël, het
politiek en geestelijk doode volk, heeft een
ongehoorde kans gehad. De aanwezigheid
van Jezus Christus temidden van het volk,
waar eeuwenlang de belofte van Zijn komst
gepredikt was, beteekende voor Israël den
tijd van de slagregens van Gods bemoeiing.
God heeft door de zending van Zijn Zoon
dit volk wakker willen schudden, deze on
mogelijke de eeuwen door rebelleerende
menschen, rebelleerend tegen Gods gezag,
hebben hun laatste kans gekregen. Zij kun
nen den levenden Heer, zooals Hij voor hen
staat in de gestalte van Jezus Christus er
kennen of verwerpen. O. niet gemakkelijk
is dat erkennen het beteek ent een bui
gen voor de verborgenheid van dit komen
Gods het bet eekent een kinderllijk ge
loof, dat in den timmermanszoon de heer
lijkheid Gods ziet.
Zijn ook voor ons volk de tijden van de
slagregens van Gods bemoeiing niet ge
komen? In den oorlog, temidden van alle
ellende? Hebben we geen ongehoorde kan
sen gehad, om als kinderen de groote hand
Gods weer te grijpen? Alle mogelijkheden
om ons zelf te helpen waren van ons wegge
nomen. De hulp van omhoog bleef ons over.
En velen hebben dat begrepen. Maar meer
deren vergenoegden zich met een oppervlak
kig kennismaken met de prediking van den
Bijbel, de boodschap der Kerk. En nu is het
léven weer zoo gevuld en vol mogelijkhe
den het is hier en nu weer zoo rédelijk
goed, dat de tijd van de slagregens van
Gods genade vergeten is.
Voor Israël is de tijd van verblinding ge
komen men heeft dezen Jezus van Naza
reth niet als den. Christus aanvaard. En wat
kan je al niet overkomen met dezen Jezus.
Dan maar liever hun eigen veilige wegen.
De Romeinen zullen komen met hun repres-
saille-maatregel en, als ze deze beweging om
Jezus wantrouwen, er zal niets van hun
volk overblijven. Liever hun eigen veilige
rustige wegen en samen met den bezetter
Jezus kruisigen.
Er gaat een weenen Gods over Israël, dat
den tijd van het komen Gods niet uitbuit.
Er gaat een weenen Gods over deze kapotte
wereld, over deze wereld, over ons volk,
dat stuk is, wat het geestelijke betreft voor
al. Want er is geen geestelijk fundament,
er is geen houvast, geen ruggegraat.
Zou het zijn, dat ook voor ons de tijd van
het komen Gods voorbij is, dat we de kan
sen niet hebben gegrepen?
Onze verdeeldheid, ons optrekken in ge
scheiden gr oepeerin gen, zelfs onder men
schen van één kerk, waar de een de be
slissingen van den ander voor het practi-
sche leven verkettert. (En onze beslissingen,
kunnen nog al eens verschillend uitvallen).
Waar is de gemeenschappelijke wil om ,,de
schare" te ontmoeten? Waar is het elkaar
begrijpen, zooals dat geboren werd in gijze
laarskampen en concentratiekampen? Waar
is de wil van ons allen tezamen om de bood
schap van het komen Gods in Jezus Christus
te hooren en een ieder op zijn eigen plaats
te leven? Misschien verschillend van praxis,
maar één in den Heere?
Er is een weenen Gods om deze wereld, om
ons volk, omdat we ijverig bezig zijn de
brandstoffen voor den komenden onder
gang op te hoopen.
Misschien wordt ons nog een tijd van re
spijt gelaten. Laat ons komen tot een nieuw
hooren van de boodschap van het Evangelie.
We hebben broodnoodig. dat Christenen van
verschillende groepeering elkaar waarachtig
geestelijk willen ontmoeten. Dan zullen ze
kunnen komen tot een beter verstaan van
elkaar door samen naar het spreken van den
eenen God te hooren. Om samen met haast
want er is haast bij te getuigen tegen
over de massa. Om samen met deernis be
wogen te zijn over de „schare". Als mensch,
die allen tezamen leven in een volk, een
wereld in nood.
God laat Zijn oordeelen verkondigen. Maar
het feit dat dit gebeurt, bet eek ent barm
hartigheid.
Ds M. W. J. GEURSEN, Leiden.
DE UTTKEERING INEENS AAN
GEPENSIONNEERDEN.
Blijkens het voorloopig verslag over het
wetsontwerp „toekenning van een uitkeering
in eens aan gepensionneerden", achtten ver
scheidene 'Kamerleden 't bedrag der verhoo
ging te gering voor de laagste pensioenen.
Aan de Regeering werd gevraagd of het
juist is, dat thans alle gepensionneerden
voor de bedoelde uitkeering in aanmerking
komen en welke maatregelen getroffen zul
len worden voor de weduwen van voor 1909,
voor het vóór 1 Juli 1925 gepasporteerd ma
rinepersoneel en de zg. mobilisatieslacht
offers uit de jaren 19141918.
had het toen betrokkenVolgens den
beheerder had v. B. begin 1940 bij de belas
tingen opgegeven, géén vermogen te bezit
ten; na den oorlog beschikte hij over f 65.000.
Hiervan zal de belastingen nu f 56.000 vor
deren. De raadsman, mr L. J. E. van Mee-
verden wees er op dat v. B. om opportunis
tische redenen bij de NJ3.B. is gekomen. Hij
had als katholiek nog geïnformeerd bij mgr.
dr Heusen. die bewonderaar van Mussolini
was, hetgeen voor v. B. den doorslag gaf.
Daar hij thans aan een ernstige hartkwaal
lijdt verzocht pleiter invrijheidstelling bij
de uitspraak.
„PIK IN, 'T IS WINTER"
In de Russische zone van Duitschland is
een trein met mooie slaapwagons door de
Russen gerequireerd en verwisseld met een
trein, samengeteld uit een allegaartje van
wrakke rijtuigen, aldus de Berlijnsche „Tele
graaf".
De spoorwegbeambten moesten maar blij
zijn met een gewonen trein, terwijl ze ver
der te hooren kregen, dat zij een volgen
den keer misschien alleen goederenwagens
terug zouden krijgen. Te Berlijn zit men
thans ten zeerste in de war over een ande
ren slaapwagen trein, die zich ook in de
Russische zone bevindt.
SCHILLING