Stort al uw overtollig geid op een bank loheffing van bankgeheim en de O.W.-ers Distributie reikt nieuwe Zilverbons uit NIEUWE LEIDSCHE COURANT DONDERDAG 13 SEPTEMBER 1945 En gaat de zinken munten niet oppotten Wanneer iedereen in de inleveringsweek zijn volledigen kasvoorraad ter inlevering zou aanbieden, zou het in hooge mate twij felachtig zijn of de kantoren, die daartoe zijn bestemd, snel genoeg den stroom zou den kunnen verwerken het in te leveren geld immers bestaat uit verscheidene hon derden millioenen biljetten. Het Departe ment van Financiën heeft reeds herhaalde lijk aangeraden uw overtollige kasgeld naar een bank, commissionnair of spaaarbank te brengen, dan wel dit te storten bij een giro- .cii.ncK, de man uie u. 0 schoonmaak van ons geldwezen zal leiden instelling. Deze handelwijze moet thans zoo veel mogelijk worden toegepast om te voor komen, dat men gedurende de inleverings week het werk niet aan zal kunnen. Er is daarom bepaald en ik deel U dit met bij zond eren nadruk (mede dat particulieren gedurende de inleve- ringsweek niet meer mogen inleveren dan een restant van driehonderd gulden per gezin. Voor alleenstaanden geldt het zelfde maximum. Een ieder moet er dus voor zorgen, dat tiij, voordat de inlevering begint, zoo krap mogelijk bij kas is. Van nu af aan is het van het allergrootste belang, dat U zich volledig overtuigt van de hoeveelheid geld, die U en uw huisgenoolen in contanten héb ben en dat U het overbodig bedrag tijdig dus vóór 26 September a.s. stort bij de aangewezen instellingen. Men kan even eens gebruik maken van de mogelijkheid om zijn geld te bestemmen voor een vrij willige zekerheidstelling wegens reeds ver vallen of nog te heffen belastingen wat het voordeel heeft, dat men dan een rente kweekt. Ik herhaal: als de officieele inleve ring begint, wordt nog slechts een bedrag van ten hoogste driehonderd gulden per ge zin of alleenstaande aangenomen. Voor de bedrijven geldt deze beperking niet. Zink en zilver behouden Van een inwisseling van de zinken pas munt; is voorloopig nog afgezien. Ik doe een dringend beroep op U allen om dit zinken geld nu niet te gaan oppotten. Daarmede verstoort ge het kleine betalingsverkeer en berokkent ge uw medeburgers grooten last, meer dan wij op het oogenblik kunnen ver dragen. Het vooroorlogsche zilvergeld blijft zijn gelding behouden. Voor de spaarpotten, die uit zulk geld zijn samengesteld, behoeft men zich dus geen zorgen te maken. Behandel bankpersoneel zachtkens Al is de getroffen regeling er op gericht om de geld inlevering zoo snel en zoo goed mo gelijk te doen geschieden, toch zal het pu bliek er zich van bewust moeten zijn, dat de komende weken het personeel van de banken uitzonderlijk zwaar zal worden be last. In verband daarmede doe ik een be roep op U allen om verzoeken, tot uitbeta ling of overschrijving van bedragen, ten laste van vrije of reeds geblokkeerde bank rekeningen van nu af tot na het eind van de inleveringsweek tot het uiterste minimum te beperken. Ik denk hierbij met name aan de overschrijving ten behoeve van de be lastingontvangers, opdrachten, *die ik in het algemeen zooals U zult begrijpen ten zeerste toejuich,, maar die veel extra werk veroorzaken, dat er de eerste weken niet bij kan. De belastingontvangers noodig ik uit met de daaruit voortvloeiende vertra ging bij de vervolging rekening te willen houden. Nieuw papier geld Zoodra de inlevering is voltooid, wordt met een verdere beschikbaarstelling van nieuw papiergeld begonnen, terwijl tevens de geblokkeerde bank- en girorekeningen volgens bepaalde maatstaven, d.w.z. geleide lijk en naar behoefte, zullen worden vrij gegeven. Het spreekt van zelf. dat de geld zuivering niet mag leiden tot een .vastloo- pen van het economisch verkeer. Daarom zal voor alle economisch gewensohte en ge rechtvaardigde transacties volledige beta- Mngamogelijfcheid worden geopend. Onge- wensohte transacties daarentegen zullen met alle kracht worden belet. Het is mijn stellige overtuiging, dat de geldzuivering de beste maatregel zal blijken, die tot dusverre ter bestrijding van den zoo geha'ten zwarten handel is genomen. Het zou, met dit doel voor oogen, onverstandig zijn de bijzonder heden omtrent het vrijgeven van geblok keerd geld reeds thans bekend te maken. Nadere mededeelingen daarover kan men tegen het einde van de inleveringsweek te gemoet zien. De maatregelen, die dan zullen worden getroffen, zullen er ten volle op ge richt zijn om het economisch leven weer vlot te doen verloopen. Een berooid volk Wat de bedoeling betreft, die met de be sproken maatregelen wordt nagestreefd, «eide de minister: De gangbare opvatting is, dat geldzuivering noodzakelijk is om zwarte winsten op te sporen en om degenen, die deze zwarte win sten hebben gemaakt, te treffen. Deze zeer belangrijke overweging is stellig niet de eenige. Het is goed, dat ons geheele volk er wm doordrongen wordt, dat wij na vijf jaren van Duitsche afpersing en bankroetiers-poli tiek zoo berooid zijn als niemand voor mo gelijk had gehouden. Aan den eenen kant staat een buiten alle verhouding gestegen hoeveelheid betaalmiddelen, die bij de bezit ters de illusie wekt van rijkdom, aan den anderen kant is het nationaal vermogen in goederen gemeten sterk gedaald. De staatsschuld kan nog niet nauwkeurig worden berekend, doch is van de orde van grootte van twintig vijfentwintig milliard gulden tegenover nog geen 4% milliard voor den oorlog. Goederen en geld in evenwicht. De geldvernieuwing moet mede worden be schouwd tegen den achtergrond van deze feiten. Zij moet in belangrijke mate dienst baar worden gemaakt aan het herstel van het evenwicht tusschen de hoeveelheid goe deren en de hoeveelheid geld, aan een bil lijke verdeeling van den last, dien de Ne- derlandsche gemeenschap heeft te dragen, en aan het geven van de noodige leiding aan de door het oude geld vertegenwoordigde koopkracht. Drieledig doel. De geldzuivering, tezamen met verschei dene andere maatregelen, die nog zullen wor den bekend gemaakt, heeft daarom een drie ledig doel. Ie. Zij stelt de regeering in staat de hoeveelheid geld in omloop binnen de gewenschte perken te brengen; 2e. Zij biedt de gelegenheid een momentopname te maken van de liquide vermogensposities en een on derzoek in te stellen naar de zuiverheid van de bron, waaruit dit bezit is ontsproten; 3e. Zij verschaft de regeering controle over de besteding van het geaccumuleerde geld bezit, opdat er zorg voor kan worden gedra gen, dat dit op een wijze wordt aangewend, 'ie in overeenstemming is met de belangen an de volkswelvaart en met de behoeften sn den staat. Beperking geldomloop. Wat de beperking van den geldomloop aangaat, is het streven van de regeering erop gericht om te verhinderen, dat haar door een overmaat van geld de beheer- sching van het prijs- en loonpeil uit de hand wordt geslagen. Nog altijd worden de bestaande prijs- en loonnormen op schrikbarende wijze overtreden. Dit brengt niet alleen hen, die zich aan die normen loyaal willen houden, ernstig in het nadeel tegenover diegenen, die door de bru tale overbiedingen de beschikbare goederen en arbeidskrachten tot zich trachten te trek ken, het vormt in het algemeen een gevaar voor de rust op de verschillende markten. In de eerste plaats op de arbeidsmarkt, en een bedreiging voor de waardebestendigheid van het geld. De mogelijkheid om de prijzen op te jagen boven het peil, dat de regeering toe laatbaar acht, heeft voor het binnenland groot bezwaar. Het bedrijfsleven moet met het oog op zijn calculaties weten, waar het aan toe is en de kleine .vaste inkomentrek kers, zooals de vele duizenden pensioenge rechtigden, hebben er recht op dat de rè- geering waakt voor de zekerheid van het toch al sobere bestaan, dat zij zich door een lang leven van arbeid hebben verworven. Internationale positie. Ook in verband met onze internationale positie moet een stijging van het kosten- peil aan zekere grenzen worden gebon den. Anders verzwakken wij onze con currentiepositie op de buitenlandsehe markten en wordt de zoo gewenschte in schakeling van onze arbeidskrachten in de export-industrieën en de daarvan af hankelijke bedrijfstakken geremd. De moeilijkheden, die de geldzuivering zelf ongetwijfeld sommigen uwer zal berok kenen,» dient ge als den tijdelijke^ prijs te zie n voor de verzekerin g van den blij venden grondslag waarop uw bestaan is gevestigd. Als u zich de ellende, die 'n inflatei, d.w.z. 'n on geremde stijging van den geldsomloop en van, prijzen en loon en veroorzaakt, duidelijk voor oogen stelt, zult u zich met eventueel opkomende, tijdelijke moeilijkheden gemak kelijker kunnen verzoenen. De inventarisatie van het geldvermogen ie de regeering in de tweede plaats met 1e geldvernieuwing beoogt, valt samen met een effectenregistratie, de registratie van het buitenlandsehe deviezenibezit, de registratie van tijdens de bezettingsperiode afgesloten, levensverzekeringencontracten en van nieuw afgesloten hypotheken, alsmede met een her waardeering van onroerend bezit. Deze maatregelen zullen de gegevens verschaffen over de verdeeling van het volksvermogen, waarover voor het nemen van de beraamde belastingmaatregelen moet worden beschikt. Een van die hulpmaatregelen wil ik U in het bijzonder noemen. Opheffing bankgeheim. O. W. heffing en heffing ineens. In het dezer dagen afgekondigde navor- deringsbesluit betreffende de belastingen, is reeds de opheffing van het bank geheim opgenomen. Ook het nieuw verworven roerende bezit, in den vorm van werktuigenduurzame ge bruiksgoederen en kostbaarheden, zal aan eeti onderzoek worden onderworpen. Het overzicht, dat wij op deze wijze hopen te verkrijgen., zal in hooge mate behulpzaam zijn om de winsten, die zijn voortgesproten uit den zwarten handel, en de inkomens, die zijn verdiend door degenen, die hand- en spandiensten hébben verleend aan den vijand en miébruik hébben gemaakt van den nood van hun medeburgers, te achter halen. Ik geef U de verzekering dat het ministerie van financiën met deze Meden en met hen die er aan hébben medegewerkt om de zoo verworven rijkdommen te laten on derduiken, bijzonder weinig consideratie zal hebben. Verder kan men verwachten een zware heffing op alle door de buitengewone omstandigheden van de laatste jaren verkregen vermogensvermeerdering, ter wijl nog een verdere vermogensheffing ineens in het vooruitzicht is. Gebruik geldbezit. Over de controle op de besteding van het geaccumuleerde geldbezit, welke de regee ring zich door de inlevering van het papier geld verwerft, sprak ik al met een enkel woord in verband met de a.s. deblokkee ring van de bank- en giro-tegoeden. Afge zien van de bedragen, die noodzakelijk zijn voor loombetalingen, pensioenen, wachtgel den e.d. en voor de financiering van het loopende handelsverkeer, zal de besteding van deze tegoeden, in de eerste plaats ge richt moeten worden op het herstel er op de herwinning van Nederland's plaats in de wereld. Deze gedachte heeft reeds toepas sing gevonden, zooals den meesten uwer be kend zal zijn, met betrekking tot de uit- keeringen wegens geleden oorlogsschade, waarvan de hervatting as. is. Het zou hoogst ongewenscht zijn, indien deze uitkeeringen. die zijn bestemd om de verwoeste woningen, kantoren en fabrieken te herbouwen, om de bedrijven aan nieuwe installaties te hel pen ecu de voorraden, aan te vullen, om de huizen weer te meubileer en en in de klee- dingbéhoefte te voorzien, voor directe ver- bruiks-doeleinden zouden worden gebruikt of op andere wijze aan hun beoogde be stemming zouden worden onttrokken Hetzelfde argument is van toepassing op het geld, dat na de inlevering en blokkee ring straks voor deblokkeering in aanmer king zal komen. Staat trekt koopkracht tot zich. Er bestaat een ontzaggelijke behoefte aan nieuwbouw en aanvulling of vernieuwing van installaties en voorraden en het gevaar is groot, dat als men de bevrediging daarvan vrij laat, de rangorde der dringendheid zeer weinig zal worden in acht genomen. In een deel van deze behoeften moet de staat recht streeks voorzien en daarom is het onvermij delijk dat hij een deel van deze koopkracht aan zich trekt. Dit kan langs den weg van belastingen en van leeningen, beide middelen zullen worden toegepast. Een deel van de opbrengst zal worden besteed voor vermin dering van de staatsschuld, een ander deel voor de financiering van het herstel. Op de besteding van de bedragen, die daarna beschikbaar blijven en die bestemd zijn voor particulier gebruik, zal een zeker toezicht moeten worden uitgeoefend om de economische ontwikkeling in sociaal en eco nomisch verantwoorde banen te leiden. De ervaringen, die na den vorigen oorlog zijn opgedaan, toen practisch alle controle op de reëele beleggingen door particulieren ont brak, strekken hierbij tot leering. De tijd is voorbij, dat door een ieder naar persoonlijk goeddunken met het geld, dat hij in het maat schappelijk proces heeft verworven en met het bezit aan welks vorming de gemeenschap hetzij direct, hetzij indirect een zoo belang rijk aandeel heeft gehad, vrij en ten eigen nutte mag worden beschikt. Dit geldt in het bijzonder voor de huidige omstandigheden, waarin door het gemeenschappelijk ervaren leed en de groote schade, die is aangericht aan de nationale welvaartsbronnen, ieder van verantwoordelijkheid voor het welzijn van volk en natie sterker dan ooit behoort te zijn doordrongen. Regeering niet wijsheid in pacht. De toepassing van dit beginsel behoeft in geenen deele te leiden tot een verlamming van particulier initiatief. Integendeel, de re geering beseft zeer goed dat zij niet de wijs heid in pacht heeft en dat zij zeker niet in staat is alles tot in de kleinste details van één centraal punt uit te organiseeren. Een nauwe samenwerking in constructieven geest tusschen particuliere en officieele instanties is en blijft van de allergrootste beteekenis. De krachten van initiatief en vindingrijk heid, van durf en doorzettingsvermogen, die leven in de maatschappij kan ons land in deze tijden minder dan ooit ontberen. De regeering draagt echter de laatste verant woordelijkheid en het is haar taak het kader te scheppen, waarbinnen de maatschappelijke krachten, zich kunnen ontplooien. Geen onteigening. Door deze toelichting m tha.is dui delijk zijn geworden, dei ie bedoe ling der Regeering is om u ten aanzien van het ingeleverde geld te onteigenen. Een deel ervan wordt voor belastingbetaling gereserveerd, een deel zal het karakter van een spaarsom ontvangen, waarop rente kan worden gekweekt en de rest zal voorzoo ver het niet terstond na de inleveringsweek wordt vrijgegeven aan bepaalde bestem mingen worden gebonden, die in het kader van het herstel toelaatbaar '/Mn Juicht niet te vroeg. De Regeering beschouwt de geidve. n euwing als een uiterst belangrijke zaak en op grond daarvan acht zij zich gerechttigd tegen hen die haar bedoelingen trachten te doorkrui sen, met groote gestrengheid op te treden. Op overtredingen van de voorschriften zijn zware straffen gesteld, zoowel van strafrech telijken als van vermogensrechtelijken aard. Het is mij bekend, dat velen hopen slim#» mer te zijn dan de Regeering en het is mij evenzeer bekend, van welke sluipwegen en manipulaties zij zich bedienen. Ik heb on langs een anoniemen brief ontvangen van iemand, die mij hoon end 1 - voor de gelegenheid, die hij. terwijl de geldzui vering op zich liet wachten, meende te heb ben gevonden om zijn zwarte geld in veilig heid te brengen. Tegen deze lieden zeg ik: Juicht niet te vroeg. Het zal u blijken, dat wij diverse verrassingen voor u in petto hebben, die voor u niet plezierig zullen zijn. Het goedwillende deel van de bevolking roep ik toe: Laat u niet in met hen, die in de afgeloopen jaren ons volksleven hebben ver giftigd. Gaat niet in op aanbiedingen, die u van die zijde zouden kunnen worden gedaan, doch helpt daarentegen de Regeering het doel te bereiken, dat zij zich in het belang van het land heeft gesteld en met inzet van al haar krachten zal najagen. Vredeseconomie wordt geboren. De geldvernieuwing is op komst, zoo be sloot de Minister. Wij staan aan den voor avond van een maatregel, die hier te lande nog nimmer is beproefd en die, naar ik hoop. in de toekomst nimmer zal behoeven te worden herhaald. Ik verheel mij niet, dat ons volk een week tegemoet gaat. waarop het zich met groot overleg zal moeten voor bereiden en waarin zich ongetwijfeld nog tal van moeilijkheden zullen voordoen. Het be lang. dat met het welslagen van de geldver nieuwing wordt gediend, is echter oneindig veel grooter dan het ongemak, dat zij zal veroorzaken. Gij hebt in de achter ons lig gende jaren getoond, dat gij een oorlog en een oorlogseconomie hebt kunnen doorstaan. Toont thans, dat gij ertegen opgewassen zijt om ook de pijn, die de geboorte van een vredes-economie met zich meebrengt, moedig te verdragen. Tot een bedrag van f 10.per gezinslid 19—25 SEPT. OMWISSELING Heft Centraal Distributiekantoor maakt be kend, dat in het tijdvak van Woensdag 19 tot en met Dinsdag 25 September 1945 de bevol king in staat wordt gesteld thans in omloop zijnde bankbiljetten bij de plaatselijke distri butiediensten om te wisselen in nieuwe munt biljetten van 1 gulden en 2\'2 gulden tot een bedrag van tien gulden per persoon. De da gen, waarop men zióh aldaar moet vervoegen, zullen plaatselijk nader bekend gemaakt worden. Op den daarvoor bepaalden dag dient per gezin een der gezinsleden (18 jaar of ouder) zich bij den Distributiedienst te vervoegen met ten eerste: de stamkaart plus inlegvel van het gezinshoofd; ten tweede: de inleg vellen van de overige gezinsleden; ten derde: de brandstoffenkaart van het gezin. Inlevering. Voorts moet per gezinslid tien gulden wor den ingeleverd in bankbiljetten van f 10. f 20—, f 25.of f 50.—. Inlevering van munt biljetten van f 1.of f 2.50 en f 5.is niet geoorloofd. Er dient voor gezorgd te worden, dat inlevering in gepast geld plaats heeft, Beschikt een gezin niet over voldoende bankbiljetten om voor alle gezinsleden de omwisseling te doen plaats hebben, dan moe ten behalve de stamkaart plus inlegvel van het gezinshoofd en de brandstoffenkaart slechts zooveel inlegvellen worden meege bracht als noodig is voor de omwisseling van de beschikbare bankbiljetten- Zij, die niet over voldoende bankbiljetten beschikken, maar wel een geblokkeerde reke ning bezitten wegens ingeleverde biljetten van f 100.kunnen bij het kantoor, waar zij de biljetten van f 100.hebben ingeleverd, het ontbrekende bedrag opnemen tegen over legging van een schriftelijke verklaring van onmacht tot betaling. Bij de inlevering der bankbiljetten ver wijdert de distributiedienst van de inleg vellen de bonnen 25 (rechterbovenhoek) en neemt deze in. Losse bonnen worden niet aangenomen. De uitbetaling der nieuwe muntbiljetten, geschiedt aan de houders van brandstoffenkaarten in biljetten van een gul den en aan de overige gezinsleden in bil jetten van 2\'2 gulden. Zij, die niet in het bezit zijn van inleg vellen komen niet voor omwisseling in aan merking. Reclames dienaangaande worden niet in behandeling genomen. Geldkaarten Voorts zullen tegen inneming van de bon nen 51 (rechterbovenhoek) der brandstoffen- kaarten de zg. „Geldkaarten A" worden uit gereikt, waarop door den distributiedienst het nu-mmer van de stamkaart van het ge zinshoofd wordt ingevuld. De distributie dienst kruist daarbij het vakje 401 a van de stamkaart van het betrokken gezinshoofd af. De verwijdering der bonnen 51 van de brandstoffenkaart geschiedt door den distri butiedienst. losse bonnen worden niet aan genomen. Deze geldkaarten A dienen voors hands zorgvuldig te worden bewaard. Zij, die niet in het bezit zijn van zoowel een stamkaart als een brandstoffenkaart, komen niet voor uitreiking van een geldkaart A in aanmerking, ook wat dit betreft, worden geen reclames in behandeling genomen. Gezinshoofden of alleenwonende personen, aan wie geen brandstoffenkaart is uitgereikt en die in verband daarmede bon 51 van die kaart niet kunnen inleveren ter verkrijging van een „Geldkaart A" kunnen een „Geld kaart B" aanvragen. Zij dienen zich hier voor echter niet tot den distributiedienst te wenden, doch moeten bij het postkantoor een aanvraagformulier voor een Geldkaart B afhalen. Dit aanvraagformulier moeten zïj vervolgens uiterlijk op Zaterdag 22 Sept. a.s. ingevuld en onderteekend en onder over legging van hun stamkaart indienen bij de bank, waar zij hun geld wensohen te depo- neeren. Zij ontvangen dan van deze bank een „Geldkaart B" waarbij de bank in hét vakje 401 a van de stamkaart de aanteeke- ning B plaatst. Niet-hoofden Ook personen, die geen hoafd van een ge zin zijn, doch den leeftijd van 21 jaar héb ben bereikt en zelfstandig een inkomen ge nieten van meer dan f 100.per maand, kunnen, indien zij hun geld niet op de reke ning van het gezinshoofd, doch op een af zonderlijke rekening wenschen te storten, op de bovenomsch revert wijze in het bezit komen van een „Geldkaart B". Schippers In de provinciën Zeeland, Noord-Brabant en Limburg, het gedeelte van Gelderland bezuiden de Waal en 't eiland Goeree-Over- flakkee moeten in plaats van de inlegvel len der stamkaart de thans aldaar geldige distributiebonkaarten bij den distributie dienst worden overgelegd. In verband daar mede kunnen uit het Zuiden afkomstige schippers, die zich in het Noorden, Westen of Oosten des lands bevinden, op vertoon yam hun bevrachtingsboekje in plaats van het inlegvel de hun in het Zuiden uitge reikte bonkaart voor de 10de periode over leggen. Collectieve uitreiking. Werkgevers worden desverlangd in staat gesteld, ten behoeve van hun personeel en de leden van het gezin., waartoe de werk nemers behooren, de omwisseling van bank biljetten in nieuwe muntbiljetten tot een bedrag van tien gulden per persoon col lectief te doen plaats hebben De werkgevers, die hiervan gebruik wen schen te maken, nemen de bonnen no. 25 van de inlegvellen van de werknemers in. Ook de stamkaarten van de gezinshoofden onder de werknemers en de bonnen 51 van de brandstoffenkaarten van de gezinnen dear werknemers worden ingenomen. De bonnen van het inlegvel worden geplakt op oipplakvellen en bij de distri butiediensten ingeleverd. De inlevering der inlegvelibonnen moet geschieden in in veelvouden van vijftig bonnen. De bonnen van de brandstoffenkaart wor den eveneens geplakt op opplakvellen ea bij de distributiediensten ingeleverd. De in* levering der brandstoffenbonnen behoeft niet in veelvouden te geschieden. De inlevering heeft plaats op door de distriibutiediensten nader aan' te geven dagen. De in te wisselen bankbiljetten wor den in gepast geld afgedragen. De distri butiediensten nemen de in te leveren bon nen in ontvangst en verstrekken aan de werkgevers muntbiljetten van een gulden in pakjes van 500 stuks of muntbiljetten van 2VZ gulden in pakjes van 400 stuks. Des- verlangd kunnen deze pakjes ter plaatse worden nageteld, reclames achteraf omtrent verschillen kunnen niet worden aanvaard. De werkgevers teekenen een kwitantie, waarop zij tevens verklaren, dat de omwis seling uitsluitend ten behoeve van de gezin nen hunner werknemers is geschied. De werkgevers ontvangen eveneens de Geldkaarten A voor houders van brand stoffenkaarten ten behoeve van hün per soneel. Werknemers zijn niet verplicht aan deze collectieve inlevering van hun werk* gevers deel te nemen,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1945 | | pagina 2