Stort al uw overtollig geid op een bank
loheffing van bankgeheim en de O.W.-ers
Distributie reikt nieuwe Zilverbons uit
NIEUWE LEIDSCHE COURANT
DONDERDAG 13 SEPTEMBER 1945
En gaat de zinken munten niet
oppotten
Wanneer iedereen in de inleveringsweek
zijn volledigen kasvoorraad ter inlevering
zou aanbieden, zou het in hooge mate twij
felachtig zijn of de kantoren, die daartoe
zijn bestemd, snel genoeg den stroom zou
den kunnen verwerken het in te leveren
geld immers bestaat uit verscheidene hon
derden millioenen biljetten. Het Departe
ment van Financiën heeft reeds herhaalde
lijk aangeraden uw overtollige kasgeld naar
een bank, commissionnair of spaaarbank te
brengen, dan wel dit te storten bij een giro-
.cii.ncK, de man uie u. 0
schoonmaak van ons geldwezen zal leiden
instelling. Deze handelwijze moet thans zoo
veel mogelijk worden toegepast om te voor
komen, dat men gedurende de inleverings
week het werk niet aan zal kunnen.
Er is daarom bepaald en ik deel
U dit met bij zond eren nadruk (mede
dat particulieren gedurende de inleve-
ringsweek niet meer mogen inleveren
dan een restant van driehonderd gulden
per gezin. Voor alleenstaanden geldt het
zelfde maximum.
Een ieder moet er dus voor zorgen, dat
tiij, voordat de inlevering begint, zoo krap
mogelijk bij kas is. Van nu af aan is het
van het allergrootste belang, dat U zich
volledig overtuigt van de hoeveelheid geld,
die U en uw huisgenoolen in contanten héb
ben en dat U het overbodig bedrag tijdig
dus vóór 26 September a.s. stort bij
de aangewezen instellingen. Men kan even
eens gebruik maken van de mogelijkheid
om zijn geld te bestemmen voor een vrij
willige zekerheidstelling wegens reeds ver
vallen of nog te heffen belastingen wat het
voordeel heeft, dat men dan een rente
kweekt. Ik herhaal: als de officieele inleve
ring begint, wordt nog slechts een bedrag
van ten hoogste driehonderd gulden per ge
zin of alleenstaande aangenomen. Voor de
bedrijven geldt deze beperking niet.
Zink en zilver behouden
Van een inwisseling van de zinken pas
munt; is voorloopig nog afgezien. Ik doe een
dringend beroep op U allen om dit zinken
geld nu niet te gaan oppotten. Daarmede
verstoort ge het kleine betalingsverkeer en
berokkent ge uw medeburgers grooten last,
meer dan wij op het oogenblik kunnen ver
dragen. Het vooroorlogsche zilvergeld blijft
zijn gelding behouden. Voor de spaarpotten,
die uit zulk geld zijn samengesteld, behoeft
men zich dus geen zorgen te maken.
Behandel bankpersoneel zachtkens
Al is de getroffen regeling er op gericht om
de geld inlevering zoo snel en zoo goed mo
gelijk te doen geschieden, toch zal het pu
bliek er zich van bewust moeten zijn, dat
de komende weken het personeel van de
banken uitzonderlijk zwaar zal worden be
last. In verband daarmede doe ik een be
roep op U allen om verzoeken, tot uitbeta
ling of overschrijving van bedragen, ten
laste van vrije of reeds geblokkeerde bank
rekeningen van nu af tot na het eind van
de inleveringsweek tot het uiterste minimum
te beperken. Ik denk hierbij met name aan
de overschrijving ten behoeve van de be
lastingontvangers, opdrachten, *die ik in
het algemeen zooals U zult begrijpen
ten zeerste toejuich,, maar die veel extra
werk veroorzaken, dat er de eerste weken
niet bij kan. De belastingontvangers noodig
ik uit met de daaruit voortvloeiende vertra
ging bij de vervolging rekening te willen
houden.
Nieuw papier geld
Zoodra de inlevering is voltooid, wordt
met een verdere beschikbaarstelling van
nieuw papiergeld begonnen, terwijl tevens
de geblokkeerde bank- en girorekeningen
volgens bepaalde maatstaven, d.w.z. geleide
lijk en naar behoefte, zullen worden vrij
gegeven. Het spreekt van zelf. dat de geld
zuivering niet mag leiden tot een .vastloo-
pen van het economisch verkeer. Daarom
zal voor alle economisch gewensohte en ge
rechtvaardigde transacties volledige beta-
Mngamogelijfcheid worden geopend. Onge-
wensohte transacties daarentegen zullen met
alle kracht worden belet. Het is mijn stellige
overtuiging, dat de geldzuivering de beste
maatregel zal blijken, die tot dusverre ter
bestrijding van den zoo geha'ten zwarten
handel is genomen. Het zou, met dit doel
voor oogen, onverstandig zijn de bijzonder
heden omtrent het vrijgeven van geblok
keerd geld reeds thans bekend te maken.
Nadere mededeelingen daarover kan men
tegen het einde van de inleveringsweek te
gemoet zien. De maatregelen, die dan zullen
worden getroffen, zullen er ten volle op ge
richt zijn om het economisch leven weer
vlot te doen verloopen.
Een berooid volk
Wat de bedoeling betreft, die met de be
sproken maatregelen wordt nagestreefd,
«eide de minister:
De gangbare opvatting is, dat geldzuivering
noodzakelijk is om zwarte winsten op te
sporen en om degenen, die deze zwarte win
sten hebben gemaakt, te treffen. Deze zeer
belangrijke overweging is stellig niet de
eenige. Het is goed, dat ons geheele volk er
wm doordrongen wordt, dat wij na vijf jaren
van Duitsche afpersing en bankroetiers-poli
tiek zoo berooid zijn als niemand voor mo
gelijk had gehouden. Aan den eenen kant
staat een buiten alle verhouding gestegen
hoeveelheid betaalmiddelen, die bij de bezit
ters de illusie wekt van rijkdom, aan den
anderen kant is het nationaal vermogen
in goederen gemeten sterk gedaald. De
staatsschuld kan nog niet nauwkeurig worden
berekend, doch is van de orde van grootte
van twintig vijfentwintig milliard gulden
tegenover nog geen 4% milliard voor den
oorlog.
Goederen en geld in evenwicht.
De geldvernieuwing moet mede worden be
schouwd tegen den achtergrond van deze
feiten. Zij moet in belangrijke mate dienst
baar worden gemaakt aan het herstel van
het evenwicht tusschen de hoeveelheid goe
deren en de hoeveelheid geld, aan een bil
lijke verdeeling van den last, dien de Ne-
derlandsche gemeenschap heeft te dragen, en
aan het geven van de noodige leiding aan
de door het oude geld vertegenwoordigde
koopkracht.
Drieledig doel.
De geldzuivering, tezamen met verschei
dene andere maatregelen, die nog zullen wor
den bekend gemaakt, heeft daarom een drie
ledig doel. Ie. Zij stelt de regeering in staat
de hoeveelheid geld in omloop binnen de
gewenschte perken te brengen; 2e. Zij biedt
de gelegenheid een momentopname te maken
van de liquide vermogensposities en een on
derzoek in te stellen naar de zuiverheid van
de bron, waaruit dit bezit is ontsproten;
3e. Zij verschaft de regeering controle over
de besteding van het geaccumuleerde geld
bezit, opdat er zorg voor kan worden gedra
gen, dat dit op een wijze wordt aangewend,
'ie in overeenstemming is met de belangen
an de volkswelvaart en met de behoeften
sn den staat.
Beperking geldomloop.
Wat de beperking van den geldomloop
aangaat, is het streven van de regeering
erop gericht om te verhinderen, dat haar
door een overmaat van geld de beheer-
sching van het prijs- en loonpeil uit de
hand wordt geslagen. Nog altijd worden
de bestaande prijs- en loonnormen op
schrikbarende wijze overtreden.
Dit brengt niet alleen hen, die zich aan die
normen loyaal willen houden, ernstig in het
nadeel tegenover diegenen, die door de bru
tale overbiedingen de beschikbare goederen
en arbeidskrachten tot zich trachten te trek
ken, het vormt in het algemeen een gevaar
voor de rust op de verschillende markten. In
de eerste plaats op de arbeidsmarkt, en een
bedreiging voor de waardebestendigheid van
het geld. De mogelijkheid om de prijzen op
te jagen boven het peil, dat de regeering toe
laatbaar acht, heeft voor het binnenland
groot bezwaar. Het bedrijfsleven moet met
het oog op zijn calculaties weten, waar het
aan toe is en de kleine .vaste inkomentrek
kers, zooals de vele duizenden pensioenge
rechtigden, hebben er recht op dat de rè-
geering waakt voor de zekerheid van het
toch al sobere bestaan, dat zij zich door een
lang leven van arbeid hebben verworven.
Internationale positie.
Ook in verband met onze internationale
positie moet een stijging van het kosten-
peil aan zekere grenzen worden gebon
den. Anders verzwakken wij onze con
currentiepositie op de buitenlandsehe
markten en wordt de zoo gewenschte in
schakeling van onze arbeidskrachten in
de export-industrieën en de daarvan af
hankelijke bedrijfstakken geremd.
De moeilijkheden, die de geldzuivering
zelf ongetwijfeld sommigen uwer zal berok
kenen,» dient ge als den tijdelijke^ prijs te
zie n voor de verzekerin g van den blij venden
grondslag waarop uw bestaan is gevestigd. Als
u zich de ellende, die 'n inflatei, d.w.z. 'n on
geremde stijging van den geldsomloop en
van, prijzen en loon en veroorzaakt, duidelijk
voor oogen stelt, zult u zich met eventueel
opkomende, tijdelijke moeilijkheden gemak
kelijker kunnen verzoenen.
De inventarisatie van het geldvermogen
ie de regeering in de tweede plaats met
1e geldvernieuwing beoogt, valt samen met
een effectenregistratie, de registratie van het
buitenlandsehe deviezenibezit, de registratie
van tijdens de bezettingsperiode afgesloten,
levensverzekeringencontracten en van nieuw
afgesloten hypotheken, alsmede met een her
waardeering van onroerend bezit. Deze
maatregelen zullen de gegevens verschaffen
over de verdeeling van het volksvermogen,
waarover voor het nemen van de beraamde
belastingmaatregelen moet worden beschikt.
Een van die hulpmaatregelen wil ik U in
het bijzonder noemen.
Opheffing bankgeheim. O. W. heffing en
heffing ineens.
In het dezer dagen afgekondigde navor-
deringsbesluit betreffende de belastingen,
is reeds de opheffing van het bank
geheim opgenomen.
Ook het nieuw verworven roerende bezit,
in den vorm van werktuigenduurzame ge
bruiksgoederen en kostbaarheden, zal aan
eeti onderzoek worden onderworpen. Het
overzicht, dat wij op deze wijze hopen te
verkrijgen., zal in hooge mate behulpzaam
zijn om de winsten, die zijn voortgesproten
uit den zwarten handel, en de inkomens, die
zijn verdiend door degenen, die hand- en
spandiensten hébben verleend aan den
vijand en miébruik hébben gemaakt van
den nood van hun medeburgers, te achter
halen. Ik geef U de verzekering dat het
ministerie van financiën met deze Meden en
met hen die er aan hébben medegewerkt om
de zoo verworven rijkdommen te laten on
derduiken, bijzonder weinig consideratie zal
hebben.
Verder kan men verwachten een zware
heffing op alle door de buitengewone
omstandigheden van de laatste jaren
verkregen vermogensvermeerdering, ter
wijl nog een verdere vermogensheffing
ineens in het vooruitzicht is.
Gebruik geldbezit.
Over de controle op de besteding van het
geaccumuleerde geldbezit, welke de regee
ring zich door de inlevering van het papier
geld verwerft, sprak ik al met een enkel
woord in verband met de a.s. deblokkee
ring van de bank- en giro-tegoeden. Afge
zien van de bedragen, die noodzakelijk zijn
voor loombetalingen, pensioenen, wachtgel
den e.d. en voor de financiering van het
loopende handelsverkeer, zal de besteding
van deze tegoeden, in de eerste plaats ge
richt moeten worden op het herstel er op
de herwinning van Nederland's plaats in de
wereld. Deze gedachte heeft reeds toepas
sing gevonden, zooals den meesten uwer be
kend zal zijn, met betrekking tot de uit-
keeringen wegens geleden oorlogsschade,
waarvan de hervatting as. is. Het zou hoogst
ongewenscht zijn, indien deze uitkeeringen.
die zijn bestemd om de verwoeste woningen,
kantoren en fabrieken te herbouwen, om
de bedrijven aan nieuwe installaties te hel
pen ecu de voorraden, aan te vullen, om de
huizen weer te meubileer en en in de klee-
dingbéhoefte te voorzien, voor directe ver-
bruiks-doeleinden zouden worden gebruikt
of op andere wijze aan hun beoogde be
stemming zouden worden onttrokken
Hetzelfde argument is van toepassing op
het geld, dat na de inlevering en blokkee
ring straks voor deblokkeering in aanmer
king zal komen.
Staat trekt koopkracht tot zich.
Er bestaat een ontzaggelijke behoefte aan
nieuwbouw en aanvulling of vernieuwing van
installaties en voorraden en het gevaar is
groot, dat als men de bevrediging daarvan
vrij laat, de rangorde der dringendheid zeer
weinig zal worden in acht genomen. In een
deel van deze behoeften moet de staat recht
streeks voorzien en daarom is het onvermij
delijk dat hij een deel van deze koopkracht
aan zich trekt. Dit kan langs den weg van
belastingen en van leeningen, beide middelen
zullen worden toegepast. Een deel van de
opbrengst zal worden besteed voor vermin
dering van de staatsschuld, een ander deel
voor de financiering van het herstel.
Op de besteding van de bedragen, die
daarna beschikbaar blijven en die bestemd
zijn voor particulier gebruik, zal een zeker
toezicht moeten worden uitgeoefend om de
economische ontwikkeling in sociaal en eco
nomisch verantwoorde banen te leiden. De
ervaringen, die na den vorigen oorlog zijn
opgedaan, toen practisch alle controle op de
reëele beleggingen door particulieren ont
brak, strekken hierbij tot leering. De tijd is
voorbij, dat door een ieder naar persoonlijk
goeddunken met het geld, dat hij in het maat
schappelijk proces heeft verworven en met
het bezit aan welks vorming de gemeenschap
hetzij direct, hetzij indirect een zoo belang
rijk aandeel heeft gehad, vrij en ten eigen
nutte mag worden beschikt. Dit geldt in het
bijzonder voor de huidige omstandigheden,
waarin door het gemeenschappelijk ervaren
leed en de groote schade, die is aangericht
aan de nationale welvaartsbronnen, ieder van
verantwoordelijkheid voor het welzijn van
volk en natie sterker dan ooit behoort te
zijn doordrongen.
Regeering niet wijsheid in pacht.
De toepassing van dit beginsel behoeft in
geenen deele te leiden tot een verlamming
van particulier initiatief. Integendeel, de re
geering beseft zeer goed dat zij niet de wijs
heid in pacht heeft en dat zij zeker niet in
staat is alles tot in de kleinste details van
één centraal punt uit te organiseeren. Een
nauwe samenwerking in constructieven geest
tusschen particuliere en officieele instanties
is en blijft van de allergrootste beteekenis.
De krachten van initiatief en vindingrijk
heid, van durf en doorzettingsvermogen, die
leven in de maatschappij kan ons land in
deze tijden minder dan ooit ontberen. De
regeering draagt echter de laatste verant
woordelijkheid en het is haar taak het kader
te scheppen, waarbinnen de maatschappelijke
krachten, zich kunnen ontplooien.
Geen onteigening.
Door deze toelichting m tha.is dui
delijk zijn geworden, dei ie bedoe
ling der Regeering is om u ten aanzien
van het ingeleverde geld te onteigenen.
Een deel ervan wordt voor belastingbetaling
gereserveerd, een deel zal het karakter van
een spaarsom ontvangen, waarop rente kan
worden gekweekt en de rest zal voorzoo
ver het niet terstond na de inleveringsweek
wordt vrijgegeven aan bepaalde bestem
mingen worden gebonden, die in het kader
van het herstel toelaatbaar '/Mn
Juicht niet te vroeg.
De Regeering beschouwt de geidve. n euwing
als een uiterst belangrijke zaak en op grond
daarvan acht zij zich gerechttigd tegen hen
die haar bedoelingen trachten te doorkrui
sen, met groote gestrengheid op te treden.
Op overtredingen van de voorschriften zijn
zware straffen gesteld, zoowel van strafrech
telijken als van vermogensrechtelijken aard.
Het is mij bekend, dat velen hopen slim#»
mer te zijn dan de Regeering en het is mij
evenzeer bekend, van welke sluipwegen en
manipulaties zij zich bedienen. Ik heb on
langs een anoniemen brief ontvangen van
iemand, die mij hoon end 1 - voor
de gelegenheid, die hij. terwijl de geldzui
vering op zich liet wachten, meende te heb
ben gevonden om zijn zwarte geld in veilig
heid te brengen. Tegen deze lieden zeg ik:
Juicht niet te vroeg. Het zal u blijken, dat
wij diverse verrassingen voor u in petto
hebben, die voor u niet plezierig zullen zijn.
Het goedwillende deel van de bevolking roep
ik toe: Laat u niet in met hen, die in de
afgeloopen jaren ons volksleven hebben ver
giftigd. Gaat niet in op aanbiedingen, die u
van die zijde zouden kunnen worden gedaan,
doch helpt daarentegen de Regeering het
doel te bereiken, dat zij zich in het belang
van het land heeft gesteld en met inzet van
al haar krachten zal najagen.
Vredeseconomie wordt geboren.
De geldvernieuwing is op komst, zoo be
sloot de Minister. Wij staan aan den voor
avond van een maatregel, die hier te lande
nog nimmer is beproefd en die, naar ik
hoop. in de toekomst nimmer zal behoeven
te worden herhaald. Ik verheel mij niet, dat
ons volk een week tegemoet gaat. waarop
het zich met groot overleg zal moeten voor
bereiden en waarin zich ongetwijfeld nog tal
van moeilijkheden zullen voordoen. Het be
lang. dat met het welslagen van de geldver
nieuwing wordt gediend, is echter oneindig
veel grooter dan het ongemak, dat zij zal
veroorzaken. Gij hebt in de achter ons lig
gende jaren getoond, dat gij een oorlog en
een oorlogseconomie hebt kunnen doorstaan.
Toont thans, dat gij ertegen opgewassen zijt
om ook de pijn, die de geboorte van een
vredes-economie met zich meebrengt, moedig
te verdragen.
Tot een bedrag van f 10.per
gezinslid
19—25 SEPT. OMWISSELING
Heft Centraal Distributiekantoor maakt be
kend, dat in het tijdvak van Woensdag 19 tot
en met Dinsdag 25 September 1945 de bevol
king in staat wordt gesteld thans in omloop
zijnde bankbiljetten bij de plaatselijke distri
butiediensten om te wisselen in nieuwe munt
biljetten van 1 gulden en 2\'2 gulden tot een
bedrag van tien gulden per persoon. De da
gen, waarop men zióh aldaar moet vervoegen,
zullen plaatselijk nader bekend gemaakt
worden.
Op den daarvoor bepaalden dag dient per
gezin een der gezinsleden (18 jaar of ouder)
zich bij den Distributiedienst te vervoegen
met ten eerste: de stamkaart plus inlegvel
van het gezinshoofd; ten tweede: de inleg
vellen van de overige gezinsleden; ten derde:
de brandstoffenkaart van het gezin.
Inlevering.
Voorts moet per gezinslid tien gulden wor
den ingeleverd in bankbiljetten van f 10.
f 20—, f 25.of f 50.—. Inlevering van munt
biljetten van f 1.of f 2.50 en f 5.is niet
geoorloofd. Er dient voor gezorgd te worden,
dat inlevering in gepast geld plaats heeft,
Beschikt een gezin niet over voldoende
bankbiljetten om voor alle gezinsleden de
omwisseling te doen plaats hebben, dan moe
ten behalve de stamkaart plus inlegvel van
het gezinshoofd en de brandstoffenkaart
slechts zooveel inlegvellen worden meege
bracht als noodig is voor de omwisseling van
de beschikbare bankbiljetten-
Zij, die niet over voldoende bankbiljetten
beschikken, maar wel een geblokkeerde reke
ning bezitten wegens ingeleverde biljetten
van f 100.kunnen bij het kantoor, waar zij
de biljetten van f 100.hebben ingeleverd,
het ontbrekende bedrag opnemen tegen over
legging van een schriftelijke verklaring van
onmacht tot betaling.
Bij de inlevering der bankbiljetten ver
wijdert de distributiedienst van de inleg
vellen de bonnen 25 (rechterbovenhoek) en
neemt deze in. Losse bonnen worden niet
aangenomen. De uitbetaling der nieuwe
muntbiljetten, geschiedt aan de houders van
brandstoffenkaarten in biljetten van een gul
den en aan de overige gezinsleden in bil
jetten van 2\'2 gulden.
Zij, die niet in het bezit zijn van inleg
vellen komen niet voor omwisseling in aan
merking. Reclames dienaangaande worden
niet in behandeling genomen.
Geldkaarten
Voorts zullen tegen inneming van de bon
nen 51 (rechterbovenhoek) der brandstoffen-
kaarten de zg. „Geldkaarten A" worden uit
gereikt, waarop door den distributiedienst
het nu-mmer van de stamkaart van het ge
zinshoofd wordt ingevuld. De distributie
dienst kruist daarbij het vakje 401 a van de
stamkaart van het betrokken gezinshoofd af.
De verwijdering der bonnen 51 van de
brandstoffenkaart geschiedt door den distri
butiedienst. losse bonnen worden niet aan
genomen. Deze geldkaarten A dienen voors
hands zorgvuldig te worden bewaard. Zij,
die niet in het bezit zijn van zoowel een
stamkaart als een brandstoffenkaart, komen
niet voor uitreiking van een geldkaart A in
aanmerking, ook wat dit betreft, worden
geen reclames in behandeling genomen.
Gezinshoofden of alleenwonende personen,
aan wie geen brandstoffenkaart is uitgereikt
en die in verband daarmede bon 51 van die
kaart niet kunnen inleveren ter verkrijging
van een „Geldkaart A" kunnen een „Geld
kaart B" aanvragen. Zij dienen zich hier
voor echter niet tot den distributiedienst te
wenden, doch moeten bij het postkantoor
een aanvraagformulier voor een Geldkaart
B afhalen. Dit aanvraagformulier moeten zïj
vervolgens uiterlijk op Zaterdag 22 Sept. a.s.
ingevuld en onderteekend en onder over
legging van hun stamkaart indienen bij de
bank, waar zij hun geld wensohen te depo-
neeren. Zij ontvangen dan van deze bank
een „Geldkaart B" waarbij de bank in hét
vakje 401 a van de stamkaart de aanteeke-
ning B plaatst.
Niet-hoofden
Ook personen, die geen hoafd van een ge
zin zijn, doch den leeftijd van 21 jaar héb
ben bereikt en zelfstandig een inkomen ge
nieten van meer dan f 100.per maand,
kunnen, indien zij hun geld niet op de reke
ning van het gezinshoofd, doch op een af
zonderlijke rekening wenschen te storten,
op de bovenomsch revert wijze in het bezit
komen van een „Geldkaart B".
Schippers
In de provinciën Zeeland, Noord-Brabant
en Limburg, het gedeelte van Gelderland
bezuiden de Waal en 't eiland Goeree-Over-
flakkee moeten in plaats van de inlegvel
len der stamkaart de thans aldaar geldige
distributiebonkaarten bij den distributie
dienst worden overgelegd. In verband daar
mede kunnen uit het Zuiden afkomstige
schippers, die zich in het Noorden, Westen
of Oosten des lands bevinden, op vertoon
yam hun bevrachtingsboekje in plaats van
het inlegvel de hun in het Zuiden uitge
reikte bonkaart voor de 10de periode over
leggen.
Collectieve uitreiking.
Werkgevers worden desverlangd in staat
gesteld, ten behoeve van hun personeel en
de leden van het gezin., waartoe de werk
nemers behooren, de omwisseling van bank
biljetten in nieuwe muntbiljetten tot een
bedrag van tien gulden per persoon col
lectief te doen plaats hebben
De werkgevers, die hiervan gebruik wen
schen te maken, nemen de bonnen no. 25
van de inlegvellen van de werknemers in.
Ook de stamkaarten van de gezinshoofden
onder de werknemers en de bonnen 51 van
de brandstoffenkaarten van de gezinnen dear
werknemers worden ingenomen.
De bonnen van het inlegvel worden
geplakt op oipplakvellen en bij de distri
butiediensten ingeleverd. De inlevering
der inlegvelibonnen moet geschieden in
in veelvouden van vijftig bonnen.
De bonnen van de brandstoffenkaart wor
den eveneens geplakt op opplakvellen ea
bij de distributiediensten ingeleverd. De in*
levering der brandstoffenbonnen behoeft
niet in veelvouden te geschieden.
De inlevering heeft plaats op door de
distriibutiediensten nader aan' te geven
dagen. De in te wisselen bankbiljetten wor
den in gepast geld afgedragen. De distri
butiediensten nemen de in te leveren bon
nen in ontvangst en verstrekken aan de
werkgevers muntbiljetten van een gulden
in pakjes van 500 stuks of muntbiljetten van
2VZ gulden in pakjes van 400 stuks. Des-
verlangd kunnen deze pakjes ter plaatse
worden nageteld, reclames achteraf omtrent
verschillen kunnen niet worden aanvaard.
De werkgevers teekenen een kwitantie,
waarop zij tevens verklaren, dat de omwis
seling uitsluitend ten behoeve van de gezin
nen hunner werknemers is geschied.
De werkgevers ontvangen eveneens de
Geldkaarten A voor houders van brand
stoffenkaarten ten behoeve van hün per
soneel.
Werknemers zijn niet verplicht aan
deze collectieve inlevering van hun werk*
gevers deel te nemen,