OORLOGSSCHADE TWEE MILLIARD GULDEN w 6 m 7 JUNI I&41 PAG. 5 Tkerk a/d. Rii« N| IDD Z/ Al I BI: üij kerkuuuw xracntte uit te 'erhouding tusschen God in ding zijn we het echter ue kerkbouw moet zijn de logi- ikking van de gedachte omtrent ering in die kerk. Daaraan moet ondergeschikt zijn. Niets dus hg ornament of. zg. aesthetische k moet dienstbaar zijn aan den I iGod. Daarvan moeten alle lijnen Sgebouw getuigen. Het ligt niet op an het instituut om een dwingend LF te schrijven. Referaten over kerkbouw kis werden referaten gehouden J. N. Bakhuizen van den an Leiden, over den oud-christe- cnst. In een scherp beüjnd be- a de grondgedachten voor do liturgie ontwikkeld uit de de eerste eeuwen onzer jaar- EN rRJOzinga, hoofdcommies bij het l voor monumentenzorg, over Hchen kerkbouw, zulks met pro- n foto's van den Protestantschen sinds de Reformatie voornamelijk BBÜterent wees er op hoe sinds de vooral in de Calvinistische landen nst en de kerkbouw versoberd en HM^seerd werden, waarbij het ac- ■K op de prediking kwam te vallen. us had in zijn tijd als eenige voor- i ior den kerkbouw gesteld, dat hij i >r de gemeente moest zijn en dat •erder onverschillig was. Men pr«- a dien tijd den ovalen, ronden of en stijl van kerkbouw, p Calvinisme had zoowel het altaar les wat nog zweemde naar den vorm van liturgie weggevaagd. ®ïe Luthersche kerk het altaar be- N iiodat de Luthersche kerkbouw zich lig en nog steeds gesteld ziet voor ►em, hoe altaar cn kansel in het centrum moet worden gesteld, proeven der Zentralbau aanleiding eeft in den nieuwen tijd. Je onderwerp werd ten slotte ook >T D door dr. P. J. W. vandenBerg, Preddcant te Nijeveen. SCftnale vraag bij een kerkgebouw is, spreker, of wij een preekkerk of jMn4rkerk bouwen. Men mag die twee it zoo in de kerk scheiden, dat men publijjggi als Predigtraum en een ander S^jals Kultraum afzondert. Beiden verhlch t11 het liturgisch centrum ver- ialinflni maar de kansel zal centraal ge- nbesien worden wijl het meest frequent voort. Beide deelen van den eeredienst, jen het sacrament, moeten zichtbaar jeraeente zijn. De kerken zelf zal oorkeur op 'n verhoogd terrein ter het groote verkeersleven moeten :oodat ze een goede afsluiting vo de stadsgedeelten waar ze staan. 7. im men aansluiting aan onze natio- gedetie, in kerkbouw een eigen stijl Jtharog moeten vinden. iankite heeft arohitect B o e y i n 1 titel „Kerkbouw en Liturgie" IJgehouden om zijn gedachten ovci dektFichtinS nader te adstrueeren, ge- hiertor de richtlÜn€n> die Dr- A- Kuyper ïrsorf126 Eeredienst" getrokken heeft. In ver^ressant betoog, dat merkwaardig ïlde isloot bij het referaat van prof. Ji, ontwikkelde hij de Calvinistische en dienaangaande, de aesthetiek niet op den voor- a iet staan, zal deze als vanzelf ge- i «i door een grondige studie en iige oplossing van de eischen, die ^rie in praktischen en ideëelen I De tentoonstelling tentoonstelling, die over de beide 1 het instituut is verdeeld, zijn ver- lU_f nieuwere projecten voor kerkbouw ■dedichtelijke wijze tentoongesteld. 1 j is bijzonder de nadruk gelegd op 1 Nen, die de liturgie aan het protestant- vél&cgebouw stelt. "eest/oorbeelden van de na de reformatie aastfe kerken is te zien, dat aan de litur- 7~^chen maar zeer matig aandacht is de inrichting van de kerkge- I j^ die vroeger bij de roomschen in ge- sche- n '.s4 BO keu AA SÉ2JJ* 10° 1 iranx,OTnecnIe- lü ec t>ORP jrrv Gemeente IC i »ai: ds- de kerkinrichting uit liturgisch oogpunt en eerst in de twintiger jaren waren er enkele jongere architecten, speciaal in den Gerefor meerden kring, die Dr. Kuiper's „Onze Eeredienst" als richtsnoer namen bij hun kerkprojecten. Een enkel ontwerp, nl. dat van architect Boeyinga voor de Gereformeerde kerk van Haarlem, geeft op deze tentoonstelling een voorbeeld hiervan, dat zeker nog met eenige andere aan te vullen ware geweest. In de laatste vijftien jaar is in breeden kring be langstelling voor een goede kerkinrichting ontstaan cn vooral aan den kunstzinnigcn Amersfoortsahen predikant Dr. Miedema is het té danken, dat de studie van dit onder werp intensief werd ter hand genomen. Enkele conferenties, op zijn initiatief ge houden. hebben hiertoe in belangrijke mate bijgedragen. Als gevolg van zijn arbeid is mede het „Instituut voor Religieuse Kunst" opgericht, welk istituut thans deze tentoonstelling heeft ingericht en de conferentie mogelijk gemaakt Het ligt in de bedoeling van het Insti tuut om in den herfst de tentoonstelling ook in Rotterdam te houden. Verband der Gereformeerde Evangelisatiecommissies Bespreking van verschillende onderwerpen Het referaat van Prof. Dr. J. H. Bavinck In de bespreking op het Referaat Ringnalda over „Kansen Evangelie", bleek dat verschillende gen de vraag over de schuld der kerk iets anders meenden te zien dan spr. Zij legden nadruk op de schuld der wereld en wilden dat ook beklemtoond tegenover de wereld in het evangelisatiewerk. Juist door het aanhef fen en in practijk trachten te brengen van humanistische leuzen, en de kreet om vrij heid, gelijkheid en broederschap e d. is de ellende en de machteloosheid der wereld dui delijk. Verder werd nog gewezen op het tegen woordig werk véin de Centrale voor Werkloo- zenzorg in de grootere plaatsen, die door be zoek aan de gezinnen van hen, die langen tijd elders moeten vertoeven voor te verrichten werk, de achtergebleven vrouwen op alle ma nieren trachten heen te helpen door hun moeilijkheden. Vooral in kleinere plaatsen, waar de Centrale nog niet werkt, ligt op dit terrein een prachtige taak voqr de Evange- lisatiearbeid. Na de huishoudelijke vergadering, waarin de beide aftredende bestuursleden, Ds. J. R. Goris als secretaris en de heer W. J. van Onck werden herkozen, waarna o.a. uitvoerig werd gesproken over de goed in gang zijnde „Bijbelactie" en over de positie van den Can- didaat in het Evangelisatiewerk, trad Dr. P. Kunst op met zijn referaat „Hoe werkt de Evangelisatie com missie?", waarvan we reeds een kort overzicht gaven. Prof. J. H. Bavinck sprak over: „Evangelisatie en meihodisme". Het is te constateeren, aldus spr., dat de orthodoxe kringen over het algemeen zoo weinig hebben gevoeld voor het werk van zending en' evangelie. Toch is het de meest natuurlijke functie der kerk: ze is er om te evangeliseeren. De kerk, die gebouwd is op het fundament van apostelen" en profeten houdt dat profetische en apostolische, moet getuigen tegen het verkeerde, maar ook de menschen trekken tot het evangelie. Spr. stelt de vraag: wat is de Gereformeer de Evangelisatiemethode? Het is een komen met het Evangelie tot concrete, zondige men schen, als van Christus gezonden. Dit is de eerste regel, die spr. wil stellen. Als tweede stelt spr. dat God reeds een gesprek met den mensch begon, met wien de evangelisatie in contact komt, en dat door dat contact een nieuwe periode in het leven van dien mensch intreedt. God spreekt op velerlei wijze tot den mensch, b.v. door Algemeene Open baring en door bepaalde tijdsomstandigheden; deze kan verschillende houding daartegen over aannemen en vele bezwaren inbrengen van allerlei aard. Met het contact komt het gesprek in een beslissend stadium: 't groote ja, of 't besliste neen. In de derde plaats is het noodig, wil 't contact vruchtbaar zijn, dat het contact aan knoopt bij wat God tot dien mensch zeide, zooals Paulus dat bv. deed in Lystre Athene. Verder moet aangeknoopt worden bij de problematiek van het leven van dien mensch. Jezus geeft hier zelf het voorbeeld in zijn antwoord op de vraag van den rijken jongeling. Op diens vraag: wat moet ik doen, vraagt Jezus van hem ook de daad. Zoo geeft ook vooral onze tijd zoo geweldig veel ge legenheid bij de omstandigheden nooden der menschen direct .aan te knoopen. In de vierde plaats moet de prediking in de evangelisatie bepaald door twee factoren, de radicale inhoud van de boodschap (het volle woord van God moet gebracht), en het karakter van den persoon tot wien het evan gelie komt. 't Is onjuist de psychologische factor te verwaarloozen, of te laag aan te slaan, 't Is eisch der liefde en overeenkom stig GoHe woord. Paulus - Areopagus re de I 5 Juni 1875 Onderlinge Verzekering GEVESTIGD TE BESTUUR: L C. F. E. V Maatschappij S-GRAVENHAGE Mi. I. J. MONTUM Het in onze gezamenlijke afdeelingen verzekerd kapitaal is thans gestegen tot Wij mogen dit toeschrijven aan ons systeem, waarbij een voor zichtig evenwicht is betracht tusschen het door verzekerden te brengen offer en een practische schade-regeling, welke op een te verleenen Rijksbijdrage vooruitloopt en deze aanvult. Speciale aandacht wordt thans gevraagd voor onze nieuwe afdeeling G., waarin gelden, geldswaardige papieren en kostbaar heden tegen molest verzekerd kunnen worden. Vraagt inlichtingen aan Uw ASSURANTIE-BEZORGER! 10 Zal ven7.cir.Je, die uienten bij Monster 'centru als leer end ou- avond d;;ar zijs De bijeenk o 31 Decei EN INTREDE Voor dit laatste is soms ook meedeelen van eigen ervaring geoorloofd en verhelderend- Tenslotte wil spr. dat de prediking der evangelisatie theologisch is en psychologisch, zóó dat het laatste door het eerste doorbroken wordt. Gods eisch, Gods straf moeten in het middelpunt, terwijl daartegenover de mensch aan zichzelf moet ontdekt worden in zijn zelf zucht en het verband tusschen karakterzonde en levensleed duidelijk gemaakt. Komend tot de verschillen tusschen Gere formeerde en methodistische methode, zegt spr., dat de Gereformeerde methode theolo gisch is, dat sluit de psychologie niet uit, maar juist in. Ze is tegelijk totalitair en partieel. Christus is één, men kan nooit een brokje van de waarheid hebben. In bepaalde om standigheden kan een bepaalde waarheid naar voren gebracht worden, waardoor de mensch tot het geheel komt. Ze brengt Gods Woord als het levende woord, dat zich in de ver- wrongenheid van het leven als werkelijkheid bewijst. In de uitgebreide bespreking, die op het referaat volgde, merkte prof. Bavinck o.a. nog op dat door onze eigen schuld de predi king van het oordeel, de dreiging van de hel veel te weinig plaats heeft in de prediking der evangelisatie. De indruk van het oordeel is te veel bij t>ns zelf vervaagd, waardoor ook de spanning tot evangeliseeren zoo ver slapt is. Verder verklaarde spr. zich tegen vertellen van eigen ervaringen in samenkomsten; slechts in persoonlijke gesprekken kunnen ze goed doen, indien dan zeer sober gehouden. Inzake de positie van het Kruis in de pre diking wijst spt-. op de methode van Paulus, die eerst via andere waarheden tot de cen trale plaats komt, die het Kruis in zijn pre diking inneemt. Tenslotte legt spr. er nog de nadruk op dat onze methode lijdt aan te groote alge meenheid. V»3l meer moet het element van actie tot zijn recht komen, te weinig wordt met aandrang het „doe het nu!" naar voren gebracht. Nadat in de middagvergadering dr. P. Kunst een aantal vragen op zijn referaat beantwoord had, heeft ds. Laarman een kort slotwoord gesproken. Tenslotte bracht ds. J. R. Goris, die by ontstentenis van den voorzitter, ds. Hagen, de conferentie leidde, dank aan de verschil lende sprekers en de regelingscommissie, door wier omvangrijk werk deze conferentie mogelijk geworden is. Hiermede was het ein de van de conferentie aangebroken. NED. HERV. KERK HULPPREDIKERS VOOR UTRECHT Aangezien verschillende wijken te groot zijn om door één predikant te kunnen wor den bearbeid overweegt de kerkeraad der Ned. Herv. Gem. te Utrecht het aanstellen van een aantal hulppredikers voor deze wijken. RADIO-KERKDIENST BLOEMENDAAL In den radio-kerkdienst van de Geref. Kerk te Bloemendaal (golfl. 245.9 m) zal Zondag 8 Juni in beide diensten, 10 uur v.m. en 5 uur n.m., voorgaan Ds. J. C. Brussaard. GODSDIENSTONDERWIJZER Voor godsdienstonderwijzer in de classis Gouda van de Ned. Herv. Kerk is geslaagd de heer W. J. v. d. Kraats, Brugweg 34, Waddingsveen. SCHAKEN Rubriek 43 Eventueele correspondentie over deze ru briek te richten tot: H. J. J. Slavekoorde. Valkenboschkade 625, Den Haag. Oplossingen moeten steeds uiterlijk week na het verschijnen der rubriek in het bezit van den redacteur zijn. Momenten uit den achtkamp te Baarn Kort geleden is te Baarn een achtkamp ge houden, waaraan een aantal prominente spe lers van ons land deelnam. De resultaien kan men uit onderstaand tabelletje aflezen. 1 2 3 4 5 6 7 8 Tot 1. Euwe X 1% 1 1 1 1 2. Kmoch li X 1 1 1 1 0 1 5hi 3. Bergsma 0 X 1 l'.i 1 4 4. v. d. Bosch Vi 0 34 X 34 34 1 334 5. Kramer 000 34 x 1 134 3 6. Koomen 0 0 0 4 Ox 1 1 234 7. v. Doesburgh 0 1 14 4 0 0X 0 2 8. de Jong 0 0 0 0 0 1 X 14 Natuurlijk mag men aan de resultaten van één achtkamp niet al te veel waarde hechten, maar toch blijken er enkele interessante din gen uit. Zoo steken Euwe en Kmoch wie had bet anders verwacht weer duidelijk boven de rest uit. Dan zien wij graaf (vroeger jhr.) van clen Bosch, na geruimen tijd vai wezigheid, weer in den schaakarena terug. Hij biijKt nog steeds een geducht tegenstan der te zijn. Wie mocht meenen, dat zijn 5 mises aan passief spel te wijten zijn, vergist zich deerlijk; hij is nog even aggressief als voorheen. En dan tenslotte zien we, dat Kra mer Euwe en Kmoch buiten beschouwing gelaten natuurlijk zelfs niet als de primus inter Dares mag worden beschouwd. Wij geven uit dezen wedstrijd enkele In teressante spelmomenten. Partijstelling no. 20. Zwart: H. Kramer. JU A g4xf5 Le6Xf5 32. g2—g4 Lf5—g6, 33. Kd2— e3 Kf7—f6, 34. Ldl—c2 Kf6—e5 35. Lc2— bl! Wat zwart ook speelt, na enkele zetten komt het oogenblik, dat hij gedwongen is den h-pion op te spelen, waardoor pion e4 „ge pend" wordt, wijl de zwarte looper dan on gedekt staat. Kramer wacht dit oogenblik niet af, doch speelt terstond: h7h5, 36. f2—f4t Ke5—f6, 37. g4g5t Kf6e6, 38. Lblxe4 Lg6xe4, 39. Ke3Xe4 "g7—g6, 40. b3—b4 c5xb4, 41. c4— C5 a7—a5, 42. c5—c6 a5—a4, 43. f4—f5t g6x f5t, 44. Ke4d3 b4b3, 45. a2xb3 a4a3, 46. Kd8—c3 a3a2, 47. Kc3—b2 a2—alDf, 48. Kb2Xal h5—h4- 49. c6—c7 Ke6—d7, 50. g5g6 en zwart gaf het op. Kf6 X f5, 37. Tb7—a7 g5—g4, 38. TalXaö Tf8 c8, 39. Thl—h5t Kf5—e6, 40. Ta6—a4 Tc8 c2t, 41. Kf2gl f7—f5, 42. Ta4—a8 Pd5— e3 43. Ta8a5 d6—d5, 44. Th5—h8 g4—g3, 45. Ta5a6t Ke6—e5, 46. Th8—e8f Ke5—d4, 47. Ta6—a4t Kd4—d3. Wit gaf het op. Partijstelling nc Zwart: Graaf J. H. O. 21. 8 n A r:*i AA* A IÜ WA Hf .'WM m gy A m BA A A 2 O 1 Alt b d öi» e f e b gekoi "jtv. Woords er» der St X<d-Geref. Gemeen :e 'ing diende, heeft gi itrede gedaan, i werd om bijgew Pi imetf eau, celkl In «- tooi :n i ulpjt' l-EST^ .^paalde Gem. (Groc rt) ds D. Kuü P. H de Bre De lugubere vends De 58-Jarige te hebben bedreven. hem was. Maar het leven beviel hem zoo uiteraard niet. Hij keek alle advertenties na, of er ook iets voor hem bij was, als het niet in een tuinderij was, dan iets andefs, maar de betrekkingen lagen niet voör hem l^Iaar. En kele malen had hij zijn neus ook al gestooten, wanneer hij bij een kweeker informeerde. „Zoo gaat het niet langer, moeder," zei hij 1 - na eenige weken. „Dat houd ik niet vol. Voor lanterfanten ben ik niet in de wieg gelegd." Maria zag het ook. Het ging niet. Hij ver loor zijn levenslust. Wel snuffelde hij in zijn boeken, elk oogenblik. Wel bracht hij uren door in de leeszaal, waar hij alle mogelijke boeken vroeg die met zijn werk verband hiel den en waaruit hij veel opstak, maar de zeker heid, dat hij geen werk had, geen cent ver diende, werkte déprimeerend op hem. En Margot noch Maria konden hem uit die stem- ming opwekken. "hamen a. )5ik ga naar Woudesch en vraag Verloop, of ik Tonnis helpen mag. Al verdien ik dan geen cent, ik werk toch," zeide hij ten einde raad. „Ik kan immers eiken avond naar hier komen op mijn oud karretje Maria vond het ook de beste oplossing en er werd afgesproken, dat Tonnis dien avond in den arm genomen zou worden om met Ver loop over het geval te spreken. Hij kon bij den baas een potje breken. Maar Tonnis behoefde niet op te treden, do Want hij kwam dien avond, vroeger dan ge woonlijk, hs^-was driemaal per week bij Lucie, die hij ook wel eens afhaalde bij tante Aaltje, waar hij waarlijk binnenkomen mocht om een praatje te maken, opgewekt in Harenstede aan. „Hallo, Kees, je moet morgen naar Woud- kend. Wit: H. Kramer. Kramer en v. d. Bosch leverden een srijd op leven en dood, welke tenslotte in remise eindigde. Na den 22en zet van Kramer bovenstaande stelling ontstaan. Het spel liep verder als volgt: 22g4xh3 23. g2xh3 Dd6—e6, 24. Df4 —f5 De6Xa2, 25. Le3—d4 Th8—h6, 26. Df5X f7 Da2 X f7, 27. TflXf7 c6c5, 28. Ld4—e3 Th6g6, 29. Tel—gl c5c4, 30. d3—d4 c4— c3, 31. b2b3 b7—b5, 32. e4—e5 TgÖXglï, 33. Le3xgl Tg8e8, 34. Tf7—f3 b5—b4r 35. Tf3—f5 c7—c5, 36. d4—d5 Pd7xe5, 37. Lgl c5 Pe5—d3, 38. Tf5—f8 Te8xf8, 39. Lc5xf8 Pd3—f4, 40. Lf8 X b4 Pf4xd5, 41. Lb4—c5 Pd5 —f4 42. Lc5—e3 Pf4d5, 43. Le3d4 Kc8 d7, 44. Khl—g2 Kd7—e6 45, Kg2—f3 Ke6—f5, 46. h3—h4 Pd5—b4, 47. Ld4xe3 Pb4xc2. Re- - in A 4* A A 'W' A fe A A m w. A M A m ll A m A 2 A H Voor onze vrouwen Wit: Graaf J. H. O. v. d. Bosch. Van den Bosch legde zijn partij tegen Kmoch scherp aan. Hij wist zijn tegenstan der in een moeilijke stelling te manoeuvreeren en na den 22sten zet van wit was de hier boven afgebeelde stelling ontstaan, waarin het schijnt alsof zwart verloren is. Maar juist toen bleek, dat Kmoch goed had getaxeerd wat hij al dan niet kon toelaten. Hij was wel iswaar gedwongen de kwaliteit te offeren, doch verkreeg hiervoor twee verbonden vrij pionnen, welke hem op den duur de wins' bezorgden. De partij verliep verder aldus: 24Te8xe4, 25. Lc2xe4 Ph7—f6, 26. Df3—h3 Kg8g7, 27. Le4—f3 Pd7—e5, 23. Dh3h4 Dg5xh4, 29. Thlxh4 g6—g5. 20, Th4—hl Pf6Xg4, 31. Lf3Xg4 Fe5xg4, 32. c4 c5 Pg7—f6, 33. c5xd6 c7Xd6, 31 Tel—c7 Pg4e3t, 35. Kg2—f2 Pe3xd5, 36. Jc7 t7 Dit model, dat zoowel voor den voor- en namiddag als voor sport geschikt is, kan ge dragen worden door alle slanke en normal# figuren. Het model, met de slanke echte lijn,' dat alleen aan den onderkant iets geklokt is, leent zich ook om te vermaken, om dat men hier met minder Y-y^A stof kan vol- staan dan voor k. fr-iT? den meer ruim W geklokten rok. j k. De zakken en mouwbiais de witte japon zijn van blauw met wit geruit materiaal. De» breeds ceintuur, en de pochette zijn in afstekende hel le kleur. Dit model komt het meest tot zijn recht wanneer het gemaakt wordt uit wat linnen of zijden rips, doch kan even eens van ander materiaal wor den vervaar digd. Bij gebloem de of bewerkte crêpe of zijde, worden de zak- De benoodig- de hoeveelheid stof wordt bij de bestelde pa tronen aange geven. Alle patronen worden zonder naden gemaakt Men meet de volgende maten: De halve bovenwijdte, van middenachter onder den arm doorgemeten tot middenvoor. De lengte, van uit den halswervel, over den rug, zoo lang men de japon wenscht. De tai .lewijdte, tamelijk strak om de taille: over- wi,dte wordt aan Jiet patroon toegevoegd. De hf.uuwijdte, 20 a 25 cm beneden de taille, om het breedst van de heup, glad gemeten. De vorrlengte, vanuit den halskuil tot in de taille. De ru^lengte, van den halswervel tot in de ta lie. D" armwijdte, voor den onderkant van d<- mouw, ongeveer 1 4<_m boven de elleboog, g ad gemeten. De prijs van het op maat gemaakte patroon "loHr-aagt SS pont -L iu Voorlengte Ruglengte Armwijdte N:am Adres Wit: Dr. M. Euwe. +n deze stelling, ontstaan na den 26sten zet van zwart, heeft Euwe consequent den geï- soleerden pion van zijn tegenstander onder druk gehouden. Kramer heeft kans gezien dien pion door ruil op de e-lijn te brengen en heeft de zwakte hierdoor schijnbaar op gelost. Doch Euwe weet te voorkomen, dat deze pion door zijn collega op de f-lijn wordt gesteund en zoodoende het kléine voordeel, dat hij had, vast te houden en op voorbeel dige wijze tot winst uit te breiden. Er volg de: Wat er loos was? Ja, dat wilde hij niet vertellen. Maar hij keek zoo guitig en geluk kig, dat er iets moois aan de hand moest zijn. ,,'t Is tegenover meester Straatsma niet aardig, om het te vertellen", zei hij. „Ik heb ook moeten beloven, mijn mond te houden. Je mag denken, wat je wilt, en dan kun je het wel eens goed hebben, maar zeggen, ho maar. Ik zwijg. En nu ga ik Lucie ophalen. Dit wilde ik eerst hier zeggen. Tabé, allemaal Weg was Tonnis, de anderen in onzekerheid latend. „Meester Straatsma heeft zeker iemand ge vonden, 4ie je helpen wil", dacht Margot hoopvol. „Was dat eens waar!" zei Kees. „Wat zou ik mijn best doen, om zoo gauw mogelijk klaar te zijn." Wat Margot dacht was waar. Lucie kwam het te weten, toen zij aan den arm van Tonnis van tante Aaltjes huis naar de Janssteeg wandelde. Meester Straatsma had wenkelijk iemand gevonden, die zioh voor Kees wilde interesseeren, nadat hem volledige inlichtin gen waren gegeven. Echter hij wilde het niet alleen doen. Slechts voor de helft. Kees had in elk geval twee jaren hard te werken op de school te Wageningen. Voor één jaar was hij nu klaar, want hij kreeg een toelage, renteloos, die desnoods niet terug betaald behoefde te worden, welke toelage voldoende was om het schoolgeld, de boeken en zijn levensonderhoud te bekostigen. „Maar meester Straatsma zegt, dat Kees toch maar beginnen moet. Voor een jaar is Mijnheer Pimpelmans heeft alweer pech Door G. Th. Rotman (Nadruk verboden.) 19. Op hetzelfde ogenblik weerklonk een daverende slag gepaard met enige noodkreten. De bestelauto had het handkarretje van de lorreboer in puin gereden en was toen tegen een huis opgevlogen, na eerst nog een lan tarenpaal geramd te hebben. Kortom, het was een vreselijke ravage; de lorreboer zat buiten adem tegen de muur en de chauffeur hing bewusteloos buiten het portier. hij dan onderdak en intusschen kan uitgezien worden naar den een of anderen rijkaard, di< het tweede jaar helpen wil." „Wat fijn voor Kees, zeg. Ben je niet blij?" „En óf, meid. Ik had toch al zoo het land, dat hij voor mij bij Verloop weg moest. Maar nu komt het wel in orde." „Kees was natuurlijk in de wolken. En wat zal Margot blij zijn." „Ze weten er nog niets van, kind. En ze mogen het vanavond ook niet weten." „En je bent thuis geweest!" „Jawel, maar ik heb niets verteld. Ik mag het niet zeggen van meester Straatsma. Hij vindt het natuurlijk veel te leuk, om het zélf te vertellen." „En waarom heb je het dan aan mij ver teld?" „Voor jou heb ik geen geheimen, dat weet je. Had moeder ze voor vader?' „Neen. En vader niet voor moeder." „Zij hebben ons een goed voorbeeld ge geven. Zóó wil ik het ook, Lucie. Ik hoop voor jou nooit geheimen te hebben." Zij drong dichter tegen hem aan. „Zullen wij zoo'n goed huwelijk hebben als vader en moeder?" vroeg zij. „Ja, dat zullen we. Als we altijd maar aan hen denken. Dan zijn we gelukkig, of we goed ons brood 'hebben of dat het armoe is." Zóó werkte het huwelijk van Erik en Maria nog na. En zij wist het niet. Dachten de kinderen er zelf wel goed by door? Of aan vaardden zij dat gelukkige als een vanzelfs- heid? „Je laat je vanavond niet door Margot uitpompen, hoor" dreigde Tonnis wat later. „Want die zal natuurlijk baar best wel doen." 20. Maar je zult wel benieuwd zijn naar mijnheer Pimpelmans, want daar gaat het verhaal toch eigenlijk over, nietwaar? Welnu, de brave man was intusschen, nog steeds in een stevig gangetje, op het Proveniersplein aangekomen, waar de genveente-electricien juist een nieuwe afgeschermde lamp moest ophangenRrt! daar vloog de ladder on der 's man benen vandaan, zodat hy hulpeloos aan de draad hing te bengelen. „Waarom heb je het mij meegedeeld?" vroeg Lucie, quasi nijdig blijvende stilstaan. „Omdat ik je vertrouw, meisje." „Juist, dat meende ik ook. Dan moet je ook niet een opmerking maken als je daar even deed. Want dan vertrouw je me niet, afgeloopen." „Gelijk heb je. Je bent toch niet op je mondje gevallen. Harenstede doet jou, geloof ik, geen goéd", schertste hij. „Och, kwaad ook niet. Het laat me koud. Maar, jongen, ik verlang zoo naar de vlakte." „Naar „waar de winden waaien"?" vroeg Tonnis, een uitspraak van Maria en Erik citeerend. „Ja, naar de frissche winden. Het is hier zoo muf. Zullen we er ooit komen?" „We komen er kind, als God wil. Zoo gauw mogelijk haal ik je naar Woudesch. We zullen het niet rijk hebben, tenminste als ik bij Verloop blijf. „Waar moet je anders in Woudesch?" „Ja, ik weet nietaarzelde Tonnis. De knecht van den tuinman van „Zonneoord" wordt wat oud. Hij gaat misschien met pen sioen. En dan wilde ik probeerenJe begrijpt, ik moet den directeur op mijn hand. hebben. Meester Straatsma wil misschien ook wel een handje helpenIk weet het niet, hoor. Het is zoo maar een gedacthe. De ouwe heeft twaalf gulden in de week en vrij wonen." „Dat is te doen, zei Lucie. Dan hebben we het rijk, jongen!" „Ja, maar.ik weet het niet, hoor. Het kan best overgaan. Misschien is er al een ander." (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1941 | | pagina 5