Jliruutp jCrihsdjr Gfourant c Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden en Omstreken eka prys: doktore^den 2'47, vermeerderd me1 itiënten,ssokosten ^er week 1® het k«mers 5 ct Zaterdagnummers de natiJagsblad 7% ct Aues bij terling Ming ntact ki ™vo*d^rfl*en: beschii c te gePT regel- Ingezonden Mede- evolkt 46 ot per regel. Minimum i patiëüBewijsnummer 5 gij con- JetduVrl,ke kortlne' gehnlyf Bur. Redactie en Administratie: BREESTRAAT 123. LEIDEN telefoon 22710 (Na 6 uur 23166). Postbox 20. Postrek. 58936 No. 6445 Hoofdredacteur H. Diemer, Rotterdam. DONDERDAG 5 JUNI 1941 22e Jaargang Abonnementen. Advertenties. de Administratie. lp en len°veijt bij het Kruis lit niet achten!n den voorzomer, met "n z!Jweek e" m de P1»1"'"- de m/üllende onderwij zersorga- aat, stihaar vergaderingen. Voor *an hel bestaat ook belangstelling r 1fSten z'n ljelj:0ldten zijn bij ikt doAant de groote waarde, in ivijkveicend aan de stelling „het bied w', heeft ook dit goede ba- P®^iën|oeding al sterker is be- 'elijke belang van de het volk. Door deze stel- arin opvoeding van de kinde- !id zi? iets, waarvoor men relt "n"^ liikheid draagt En dit be lt dezi>rdelijkheid is nog toege- sr miioogen eisch, welken men mmer n Van meetaf heeft gesteld, lische nderen op te voeden in de Dus: het kind aan de illendf' om het kind t€ onderWÜ- rk enlderwijzen in den rechten lenkomstig de belofte, bij n vroi ^u'Pichten, welke de krachten mtdl^ den langen strijd om de ging £®insel zoovee! mogelijk in o was6"- Deze 6edach,en bleven plegei^noer, werd daarnaast k naseprofiteerd van den alge- op Big, dien heel de wetenschap •nige de laatste tientallen van werm, ja, wij mogen wel zeg- ;rleg telijk onderwijs ook zijner- zeker niet weinig naar [elege' s*uwen- Want het Christe nimmer onverschillig ge- jken van de methode, welke men isa tie van kennis volgde, hetgeen waat het uitgangspunt en cen- eentornen begrijpen laat. Van- dorP»lling voor allerhande prac- lij zi/ g ziek*® voor den vooruitgang der die itensohap blijft buiten twij- irordeu, maar het laat zich begrij- jd zije ditmaal gehouden samen- rson^e eerste plaats den roep tot dat iderlinge opscherping heeft ^an' onderwijsman kan in deze ee"jiet gevoel krijgen alsof hij st m)het begin staat. Dit kan te nendJaar het beteekent ook, dat is gworpen tot op het primaire et ieeens wordt geplaatst tegen ga rrtht van dat beginsel. Want in het voortschrijdende leven ,9ee as gevaar minder bewust ,^int te leven. En bij alle zor- s winst. ïtuigteru®®rijPen. dat waren de uiste waardoor de samenkomsten veteirden gekenmerk. Ook dat ditschiedde als onwillekeurig, gen weliswaar dankbaar, zij ldoenden critischen zin, ge- *^iebben van hetgeen ons is ge- n geniet„steeds- tot onzer, eigen verwanten behooren, de rust iwii; hervinden wij niettemin dan ur8Vwij te rade gaan bij begena- °fr®tn. Zoo werd bij vernieuwing gd voor de beteekenis, de ge- ït^ tische beteekenis, welke Cal- je rj voor hét onderwijs van zijn kerkt) mocht gewezen worden op hetrn arbeid, dien Calvijn ook op gaahet leven heeft verricht. Hij edi%chool maken tot een insru- d,het Koninkrijk Gods zou ko- sronl wij onze taak, menschelijke fn ^jijt, ooit anders gezien? Het mit later door Dr. Kuyper werd doc#ze prachtige woorden: „Laat en >s en laat het Kruis niet los. alsiet het kind in uw armen de m truis". ®,er%n en daden van Calvijn en VTJrd overigens slechts een bevel Q0jit, hoe ook ons gebracht, voor 'oed en blijft. En ook dit 'r, tft aanspraak maken op navol- nst,taamheid. t ger d^ke bekendmaking it A ^kn de verordening van den fa ris voor het bezette Nederland- jjjg. 20 1941 wordt bepaald: den in den zin van par. 4 der iet an den Rijkscommissaris nr. ide>rdt verboden: teke baden in zee-, strand-, or*overdekte badinrichtingen; •"Jjjden van publieke plantsoenen pl^nals het huren van kamers ii currgelegenheden (hotels, pensions uii zee- en strandbadplaatsen en P*jjke plaatsen; ik aan paarderennen als toe ren ln strijd met dezen maatregel erigen en worden met hechtenis Tl zes maanden en boete tot ,r<een van beide gestraft, voor zoo- mms andere bepalingen een hoo- fit^epaald. a^g is gisteren in werking getre- ils rON EN MAAN jll mg 6 Juni 5.19: ondergang 21.58 vng 6 Juni 17.55; onderg. 4.02 ,ng 7 Juni 19.16: onderg. 4.16 ai caan Maandag 9 Juni; laatste cjdaandag 16 Juni; nieuwe maan Juni; eerste kwartier Woens- e' Die nacht en dag over het gewas thans de wacht houden. Nu het zomersche weer zijn intrede heeft gedaan, zijn de vogelverschrikkers weer op hun post (Het Zuiden) Gevangenen en buit op Kreta Een Engelsch oorlogsschip getroffen Bij de gevechten op het eiland Kreta werden, naar tot dusver is vastgesteld, meer dan 8000 Britten en 4000 Grieken gevangen genomen. Talrijke gepantserde gevechtswagens en stukken geschut als mede groote hoeveelheden munitie, klee ding en levensmiddelen werden buitge maakt. Het luchtwapen heeft gisteren industrieele installaties in het graafschap Essex en in Zuid-Engeland gebombardeerd. Ten Noord-Oosten van de Orkaden hebben ge vechtsvliegtuigen in den afgeloopen nacht een koopvaardijschip van 4000 ton tot zinken ge bracht en voor de Noordkust van Schotland twee groote vrachtbooten zwaar beschadigd. In den nacht van 2 op 3 Juni hebben tor pedovliegtuigen twee treffers geplaatst op een vrij groot Britsch oorlogsschip. In den afgeloopen nacht waren doeltref fende aanvallen gericht op de ravitaillee- ringshaven Hüll en op de haveninstalaties aan de Engelsche Zuid. en Oost kust In N o o rd-A f r i k a levendige wederzijd- sche activiteit van de artillerie voor Tobroek Formaties Duitsche duikbommenwerpers en torpedovliegtuigen vielen 2 Juni herhaalde malen doelen rondom Tobroek aan. Ze ver nietigden dn de haven een transportschip en plaatsten een treffer op een Britsche lucht- doelbatierij. De vijand heeft overdag noch 's nachts boven het Duitsche rijksgebied gevlogen. In de periode van 31 Mei tot 3 Juni verloor de vijand twintig vliegtuigen. Hiervan wer den er 14 in luchtgevechten, door nachtjagers en de luchtdoelartillerie en twee door mijnen vegers neergeschoten, de rest werd op den grond vernield. In dezelfde periode gingen tien eigen vliegtuigen verloren. TURFSTEKEN. Men meldt ons uit Ouderkerk a.d. IJssel: Nu de brandstof schaars is, gaan allengs meer particulieren er toe over een staal veen te baggeren en hiervan turf te steken. Gedu rende den zomer kan de gestoken turf dro gen, en daarna vormt ze een goede aanvul lende brandstof voor den winter. De rantsoenbonnen voor vleesch en vleeschwaren De secretaris-generaal van het departe ment van landbouw en visscherij vestigt er nogmaals met nadruk de aandacht op, dat de met Een rantsoen vleesch gemerkte bonnen, welke onbeperkt geldig zijn, recht geven op het koopen van een heel rantsoen vleesch (honderd gram, been in begrepen) of een heel rantsoen vleesch waren, dus op een hoeveelheid, welke tweemaal zoo groot is als die. welke kan worden gekocht tegen afgifte van een genummerden bon van de vleesch- kaart. Evenzoo geeft een met Een rantsoen vleeschwaren gemerkte bon recht op het koopen van een he e 1 rantsoen vleeschwaren dus op een hoeveelheid, welke tweemaal zoo groot is als die, welke kan worden gekocht tegen afgifte van de voor vleesch waren bestemde genummerde bonnen van de vleeschkaart, die slechts op een half rantsoen vleeschwaren recht geven. Op een verzoek van het R.K- Werklieden verbond in Nederland, om zooveel mogelijk te bevorderen, dat reeds in de zomermaanden brandstoffen voor de komend^ winter zouden kunnen worden opgedaan, mede om daar door aan de moeilijkheden van transport e.d.g. in de winter te ontkomen, heeft de secretaris-generaal van het departement van handel, nijverheid en scheepvaart als volgt geantwoord: „Het ligt inderdaad in het voornemen reeds binnenkort met de distributie van vaste brandstoffen voor het a.s. winterseizoen een aanvang te maken. Te dien einde worden dan ook thans reeds maatregelen getroffen om tot een spoedige uitreiking van de nieuwe brandstoffenkaarten te kunnen overgaan. Tenzij deze plannen door een ongunstig verloop van de kolenpositie niet tot uitvoe ring zouden kunnen komen, mag er derhalve op worden gerekend, dat het publiek bij de aanvang van het nieuwe stookseizoen over een beperkte wintervoorraad de beschikking zal hebben." Mr. V. D. KRONE t Naar het Nat. Dagblad bericht is, 45 jaar oud, overleden mr. V. D. Krone, kanton rechter te Amsterdam, Mr. Krone was een van de oudste leden van het rechtsfront hoofdopsteller van Het Rechtsfront. Kerk en Zending CHR. GEREF KERKEN Be-dankt: Voor Zwolle, C. Smits t« Sliedrecht. NED. HERV. KERK. Beroepen: Te Poederoyen, cand. W. de Bruyn te Ederveen. GEREF. KERKEN Bedankt: Voor Mijdrecht, J. A. van Ar- kel te Dieren. GEREF. GEM. HULPPREDIKERS Tot hulpprediker bij de Geref. Kerk te Beekbergen (met standplaats Hoenderloo) is benoemd cand. L. Dorst te Apeldoorn. Bij de Ned. Herv. Gemeente te Driebergen cand. P. S w a g e r m a n te Amsterdam. Cand. A. de Groot te Rotterdam heeft zijn benoeming tot,hulpprediker bij de Geref. kerk van Gouda aangenomen. Van heden af Is ziin adres: Cronjéstraat 4 te Gouda, telef. 2770. Hij behoudt ruime gelegenheid Zondags de kerken te dienen en zal gaarne een event, beroep terstond in overweging nemen. Men kan zich ook blijven wenden tot zijn adres te Rotterdam: Eerste Middellandrtraat 31, telef. 32961. Cand. W. G. Visser, benoemd hulppredi ker bij de Geref. Kerk te Ouddorp, heeft zijn arbeid aldaar aangevangen. Hij blijft in de gelegenheid een beperkt aantal Zondagen andere kerken te dienen. Zijn adres is: Dijkstelweg A 412 Ouddorp (Z.H.). Conferentie Chr. Geref. Predikanten Te Apeldoorn bijeen Vandaag is te Apeldoorn de Conferentie van Chr. Geref. Predikanten gehouden. De bijeenkomst werd geopend door prof. J. J. v. d. Schuit, die in zijn openingswoord er op wees, dat elkander ontmoeten is elkander steunen in dezen tijd, waarin zoovel ons is ontvallen. Als echter de broederliefde geble ven is zijn wij nog niets kwijt. Daarna herin nerde spr. aan het schematisch karakter van deze wereld, die een evolutie doormaakt, zoo als nooit te voren, en al sterker heenwijst naar „de laatste ure". De al-botsing komt nog, die de Schrift noemt „de toekomst des Heeren." Als eerste spreker hield Ds. W. He er ma Ttan Zeist een referaat over, Het verbond der genade bij Calvijn. Spr. begint er op te wijzen hoe het Genade- verbond op het Geref. erf altijd weer in het middelpunt der theol. belangstelling komt. Allerlei tegenstrijdige meeningen aangaande het Genadeverbond worden voorgedragen met een beroep op Calvyn. Dit is verklaarbaar, omdat Calvijn zoo door en door Schriftuurlijk is. Hier ligt dan ook Calvijn's groote „aan trekkelijkheid". Wie zich met recht op Calvijn beroept, is met zijn verbondsleer in de Schriftuurlijke lijn. Om Calvijn's gedach- tengang inzake het Genadeverbond te ver staan, moeten we bij hem niet een sluitend theologisch systeem zoeken, maar in zijn schijnbaar tegenstrijdige uitspraken terug gaan op de H. Schrift. Duidelijk onderscheid maakt Calvijn tus- schen tweeërlei kinderen des verbonds, tus- schen geestelijke en vleeschelijke kinderen. Daarom moet het zelfonderzoek gaan over- geloof en leven beide, over staat en stand. Calvijn leert niet, dat alle gedoopte kinderen, die God in de prille jeugd wegneemt, zalig zijn. Voor Calvijn vallen verbond en verkie zing niet samen in den zin, dat alle bonde lingen verkorenen tot zaligheid zijn. Calvijn Bond van Meisjesvereenigingen op Geref. grondslag De Bondsdag te Utrecht Opwekkend woc*d van Dr. H. Colijn. Gisteren vond te Utrecht de 23ste Bondsdag plaats van den Bond van Meisjesvereenigingen op Geref. Grondslag. Aan den vooravond van dezen bondsdag werd in de groote zaal van het Gebouw voor Kunsten en Wetenschappen een wijdingsuur gehouden. Er was veel be langstelling voor dezen avond, zoodat de groote zaal zoowel boven als beneden geheel bezet was door bondsleden uit alle deelen van het land. De heer Ad. Kuiper te Utrecht, die ook de leiding van de samenkomst had, heeft een toespraak gehouden over het onderwerp: Uit den mensch of uit God? Anders dan voorgaande voor-avonden voor den Bondsdag is deze, aldus spreker De periode van Pinksteren 19401941 ligt er immers tusschen. Daarom was het een goede gedaohte een wijdingsure te houden. Niet m dien zin, dat wij een bijzondere heilige sfeer trachten te scheppen, want èlk uur waarin wij den Heere dienen, tot het eenvoudigste toe, is wijdingsuur. Maar in dit opzicht mag deze avond wel een wijdingsavond zijn: wij willen zien hoe wij ons werk in dienst van onzen God verricht hebben, hoe wij het mochten doen en hoe wij het in de toekomst mogen doen. Is het werk, dat wij week aan week in onze vereenigingen verrichten, werk uit God? Er zijn Christenen, die ontkennen, dat wij dat zeker zouden kunnen weten. Het zal wel een werk uit God kunnen zijn, meenen zij, maar meestal is het menschen- Spr. merkte echter op, dat niet de god vruchtige wijze, waarop wij dit werk ver richten dit werk tot werken Gods maakt. Dan zou het er bedroefd met het werk Gods uit zien. Maar werk, dat verricht wordt inge volge de opdracht Gods die Hij eenmaal gegeven heeft niet die Hij nu en dan geeft! is werk Gods. Zoo is ook uw vereenigings- werk, verricht in gehoorzaamheid aan Gods bevel werk uit Hem. Dit brengt ons een ontzaglijke verantwoor delijkheid. Ook ten aanzien van de wereld, die door een nieuw humanisme dat is werk-uit-den- mensch een nieuwe samenleving wil bouwen. Spr. wijst op de ontzettende konse- kwentie van dit humanisme in de geschiedenis, die in de toekomst niet anders zal zijn. Door geloof en bekeering toegerust met de gave van den Heiligen Geest kunnen wij steeds trouwer arbeiden in het werk uit God. Dit bezielende woord werd voorafgegaan en gevolgd door samenzang. Het tweede ge deelte van den avond werd besteed aan onderlinge kennismaking, waarbij het bonds- bestuur aan de leden gelegenheid bood om onder een kopje koffie onderlinge gesprekken te voeren. Daardoor werd zeer zeker ook de onderlinge band versterkt. Een druk bezochte Bondsdag. Deze 23e Bondsdag was zeer druk bezocht. Wij gaven van de morgenvergadering reeds verslag. Des middags word, na een gemeen schappelijke maaltijd in die Handelsbeurs, de aandacht van de talrijke meisjes bepaald bij en tweetal toespraken waarin de beteekenis van Gods' Woord voor dezen tijd en de taak van het meisje nader belicht werden. De vice-presidente mej. M. Jonkhof f open de met een hartelijk woord van welkom tot d r. H. C o 1 ij n die ter vergadering gearri veerd was en er prijs op stelde om ook thans emidden van de Geref. jeugd te vertoeven, /erder heette de presidiente welkom de afge vaardigden van de verschillende organisaties, en de sprekers van dezen middag. Na samen zang en voorlezing van enkele telegrammen verkreeg de Bondspresidente, mej. Parmen- tier, het woord- die thans van een ernstige ziekte hersteld, de vergadering nog niet kon presideeren maar toch behoefte gevoelde om een kort woord te spreken. Mej. Parmentier braoht dank voor de vele bewijzen van mede leven tijdens haar ziekte ondervonden en richtte een ernstig vermaan tot de meisjes om trouw te blijven aan de beginselen. Ook Dr. H. C o 1 y n sprak een kort woord en begon met de hartelijke groeten over te brengen van zijn echtgenoote die pas van een ernstige ziekte was hersteld, maar de reis nog aandurfde. Dr. Colijn zeide voorts met blijdschap naar deze vergadering te zijn ge komen. De laatste jaren heeft spr. vdorna- melijk met ouderen gearbeid en had hij wei nig met de jeugd te doen. Het is thans eigen lijk juist andersom, want spr. krijgt nu ge legenheid om temidden van de jeugd te ver- keeren en vervult vele spreekbeurten. Als men -ouder wordt grij-pt het een mensch wel eens aan of hij alleen voor het heden of ook voor de toekomst heeft gewerkt. Het stemt nu tot dankbaarheid te kunnen constateeren dat er ook aan de toekomst gewerkt is. Deze drukbezochte vergadering levert er het be wijs van. Gij zijt die toekomst, aldus spr. en aan u is het nu om te toonen dat gij het pand u toebetrouwd, bewaart. Dat geve God. Ds. B. A. B o s van Assen refereerde vervol gens over het onderwerp „De beteekenis Gods Woord voor nu". Spr merkte op dat dit onderwerp niet iets nieuws is, want zoolang Gods Woord bestaat, zoo lang is er ook over de beteekenis nagedacht. De vreugde het Woord wekt geen verwondering, want het Woord zet de ziel in de ruimte en ontsteekt licht. Duizenden hebben uit dat Woord in de moeilijke omstandigheden kracht geput. Spr. herinnerde aan de wolk van getuigen in den Bijbel, en wees op Jezus de Geloofsheld bij uitnemendfeid die ons geleerd heeft hoe wij hebben te gelooven. Dan zijn er de marte laren der Kerk, mannen als Luther en Cal vyn. Jan de Bakker en zooveel andere grooten in het Koninkrijk Gods die goed en bloed ge offerd hebben en dat konden door de kracht welke zij uit Gods Woord putten. Gods Woord is een vreugdekracht door Christus en door dat Woord staan de geloovigen nooit alleen in deze wereld. Het is ook altijd actueel want niet dat Woord kunnen we constateeren dat er een groei is in genade en een groei in zonde. Wat ook verandert en hoe fel bewogen de tijd ook is, Gods Woord staat vast en het roept ons toe: vreest niet. Staat dan in de volle wapenrusting des geloofs. Nadat hierna twee verzen van het Luther- lied gezongen waren, deelde de president de uitslag van de bestuurverkiezing mede. Alle aftredenden werden herkozen terwijl in de redactiecommissie gekozen werd mej. A. ,van den Berg te Amsterdam. De aftredende mej. T. Kok blijft zitting houden als buitengewoon lid van de redactiecommissie. Ds. C. Veenhof van Utrecht sprak een slotrede handelend over het onderwerp „rust en strijd". In alles wat gebeurt en in ons leven inslaat hebben we te doen met God, zoo zeide spr. Alles staat onder Gods leiding en Hij volvoert Zijn plan. Dit geloof geeft rust en perspectief in deze verwarde wereld. We zien daardoor de situatie geheel anders maar ook kunnen we daardoor zien welke taak ons is opgelegd. Gij, aldus spr. tot de meisjes zijt van eeuwigheid uitverkoren door God om in dezen bewogen tijd te leven. Dat doet ons be ven maar ook verheugen. God wil uw worste len en strijden zien. Hij sterkt u erin, maar Hij verlangt het ook. Wie uit het geloof leeft, staat sterk in den strijd. De vergadering werd gesloten met het zingen van Psalm 79 vers 7. Gesterkt keerden de meisjes naar haar woon steden terug. stelt geen generale en een speciale electie. De meening, dat deze onderscheiding door Calvijn uitsluitend bedoeld zou zijn voor de verbondspositie van het oude bondsvolk Israël is niet vol te houden. Dat deze onder scheiding niet geldt voor de N. T. gemeente is in strijd met Schrift, belijdenis en ervaring. Deze onderscheiding is van de grootste be teekenis voor een Schriftuurlijke prediking, waarin de souvereiniteit Gods en 's menschen verantwoordelijkheid worden gehandhaafd. Het Verbond onderstelt niet het geloof, maar vermaant en verplicht tot geloof. De meening, dat Calvijn onder „het zaad des geloofs en der bekeering" (laatste druk van zijn Insti tutie) de veronderstelde wedergeboorte zou verstaan, is alleen verklaarbaar uit een zeer sterk vooropgezette meening. Dan zou er bij Calvijn geen sprake zijn van „rijpe ontwikke ling", maar van een algeheele wijziging van zijn verbondsleer. Van de allergrootste beteekenis is, dat Cal vijn de wezenlijke eenheid tusschen God en Nieuw Verbond handhaaft, dit geheel in overeenstemming met het N. T. Christus is de grondslag, de middelaar en de vervulling van het Verbond der Genade. Men schept dan ook een tegenstelling, die aan Calvijn vreemd is, wanneer men als specifiek kenmerk van het Nieuwe Verbond stelt, dat het door de verkiezing wordt beheerscht, terwijl men het Oude Verbond omschrijft als belofte en heilstoezegging. Wel leert Calvijn een twee erlei in-zijn in het verbond, maar een twee erlei verbondsbegrip bij hem te zoeken, zou Calvijn maken tot de vader van de leer der twee verbonden (in- en uitwendig verbond). Het z.g. „Schriftuurlijk dualisme" geeft heelemaal geen oplossing naar de Schrift. Wanneer men het Verbond benadrukt als gemeensohapscategorie, dreigt het gevaar, dat het persoonlijk element te zeer op den achtergrond komt. Calvijn ziet de teekenen des Verbonds als zegelen van Gods genadebelofte aan ons en ons zaad. Zonder Calvijn's spraakgebruik te kennen, zijn onze belijdenisschriften en for mulieren niet te verstaan. De Chr. Geref. Kerk moet in haar prediking nadruk leggen op de rechte verbondsbe leving door den H. Geest, naar de bekende trits: ellende, verlossing en dankbaarheid. Ook in de predi king moet de spanning van „tweeërlei kinde ren des verbonds" gehandhaafd. In de middagvergadering sprak prof. G. Wisse van Doorn over: Relegie, aldus spreker, is de diepste en hoogste functiónneering der menschelijke ziel. Hierbij is geloof de albeheerschende en bewegende centrale functie tot universeele actie. Prediking is de aangrijpende uitstalling van de religie, zoowel objectiva als subjec- tiva. Het geloof is zoo iets rijks, dat hét heet een gave Gods, tevens is het behoorende tot den adeldom en plichj der ziel. De prediking des geloofs is daarom een opkomen voor den welstand der ziel, zoowel als voor de rech ten Gods. De gehoorzaamheid des geloofs is een genetivus explicativus, d.w.z. gelooven is plichtmatig. Dit moet niet gepreekt als een dorre plicht, maar als plicht uit liefde en respect, 't Geloof is een weldaad des Ver bonds tevens, 't Verbond der genade leert ons de manier waarop God den zondaar zaligt. En hierin vinden we een eisch des geloofs; n.L als geloof in de beloften Gods. Deze eisch kan echter op een verkeerde wet tische manier worden gepredikt, n.l. als zou het een conditie ten leven zijn. De juiste prediking van het geloof in den imperatief sluit in aan te wijzen, dat God recht heeft op ons gelooven; dat het tevens zoo'n permissie is, dat niet-gelooven schuldig stelt, dat het de eenige manier is om tot vrede van binnen te komen; dat we van alle andere z.g.n. wegen ten eenenmale zullen afzien. We krijgen nooit vrede en zekerheid dan alleen door te gelooven. Voorts kent het Ver bond ook nog rechten en inzettingen Gods. Het geloof is altijd een geloof in een Chris tus der belofte. Belofte staat hier tegenover: „zelf het te zullen doen". Belofte preeken, die in 't geloof wordt omhelsd, houdt in, dat God het alles al voor ons in orde heeft gebracht. Geloof is ten deze leunen op hetgeen al vol bracht is door een Ander, Christus. In zulke prediking zal dan de belofte als een verkrijgen van een eisch en de eisch des Verbonds als een vorm eener belofte, zoodat de prediking van dien eisch evenmin werkverbondachtigen zin mag geschieden. Goede werken komen alzoo op uit het ge loof. Men onderscheide hier goed tusschen werken der wet en goede werken. Dit zijn twee verschillende zaken. Verder gedetail leerd ;1. in het stuk der rechbvaardigmaking. Hier kan niet genoeg gewezen worden i preek op den eenigen weg om tot subjecte beleving dezer weldaad te komen, dan door te gelooven. In de mate men gelooft, is gerechtvaardigd (onderwerpelijkJ2: bij de heiligmaking is geloof evenzeer de weg. Alleen door omhelzing activé van den Chris tus komt men tot de actieve heiligmaking. Geloof is voorts voor heel onze wereldbe schouwing het licht en voor al onze levens worsteling de impuls. De prediker doe ver staan, dat het geloof niet zij als de oliedrop o-p het water. 3: Geloof en heerlijkmaking. Hier diene de rechte geloofsprediking het karakter van hope te erlangen. Kortom, de prediking van het heil in Christus bewege zich om drieërlei: 1. de bronoorzaak ligt de genade van het welbehagen Gods; 2. de verdienende oorzaak in het Borgtochtelijk werk van Christus; 3. de instrumenteele oorzaak in het geloof, dat de Heilige Geest werkt Vergete men vooral niet helder uit te staHen, dat net als de genade zelf, ook alzoo het geloof niet maar is een momenteele, af geronde acte, maar een doorloopende, alver- vullende en albeheerschende inclinatie var genade tot dito functie in en door den gan- schen mensch heen in grootste passiviteit en receptiviteit eenerzijds tot de grootste activi teit anderzijds. KORTE BERICHTEN De heer P. J. Dorsman, theol. cand. aan de Rijks-Universiteit te Utrecht, wonende: Kamperfoeliestr. 11 te Rotterdam kan des Zondags de kerken dienen (Ned. Herv. kerk), doch geen vacante gemeenten. UIT DE TIJDSCHRIFTEN In het welvoorziene Mei-nummer van El- the t o vinden we artikelen van ds. S. Veen over „Geloof", van dr. E. Emmen Kerk en gemeenschap, van prof. dr. H. K r a e m e r over Gemeente-opbouw, van ds. F. H. Landsman over de diakonale taak der Kerk, van ds. W. A. Ze y d n e r over het gebed voor allen nood der Christenheid van Y. Scholten over de Una Sancta. Theol. Schooldag Chr. Geref. Kerk De gehouden referaten Te Apeldoorn is gisteren de Theol. School dag der Chr. Geref Kerk gehouden in het kerkgebouw aan de Marialaan. .Het prachtige zomerweer begunstigde zeer de opkomst der vergadering, die geleid werd door Prof. Ds. L. H. v. d. M e i d e n. Deze toonde in zijn openingsrede het verband aan tusschen den uitgestorten Geest en de opleiding tot den diens-t des Woords. Daarna wees hij op de beteekenis de Geesteswerking in de Pinkster- bedeeling om daaruit nader te belichten d« plaats, welke de dienaren des Woords innemen. Ten slotte wees hij op de roeping der kerk de plaats, welke de Theol. School, de school der kerk in deze Pinksterbeaeeling moet innemen. In het licht van de Pinkster- bedeeling werd de opleiding nader bezien. Na het openingswoord refereerde ds. J. Prins, van Apeldoorn, over: In het licht van hel komende Koninkrijk. Voor velen, aldus spr., is in deze dagen de horizon dichtgevallen. Het pessimisme, waar van de vooroorlogsche litteratuur de neerslag vertoonde, is verhevigd, zoodat allerwege de vraag gaat rijzen naar den zin van het leven. In breeden kring gaat men uit van de stelling dat bet „zijn" is: een zijn tot den dood. De Schrift evenwel eindigt niet met de bood schap van den ondergang, maar met de belofte an een vernieuwde kosmos. Dit riik is daar, waar God Koning is en alles Goddelijk toe gaat. De belofte van het Rijk is centraal. Zoowel in O. T. als in N. T. Israël heeft op dit Rijk vooruitgegrepen door een aardsch koning te begeeren Het heeft ervaren dat dit een anticipatie was. Na de staatkundige ineen storting houden de profeten de verwachting levendig. Het koningschap Gods overschrijdt in hun prediking de nationale grenzen. Het burgerschap wordt bepaald door religieus- ethische factoren. Uitvoerig stond spr. stil bij de prediking van Christus. In Hem is het Gods rijk gepersonificeerd. De toekomende eeuw is met Hem aangebroken. Bij zonder werd de nadruk gevestigd op de Apocalypse die de volstrekte overwinning van Jezus, den Kyrios, voorspelt. Hij geeft het rijk den Vader. In de huidige situatie acht spr. alle speculatie in zake de toekomst des Heeren verwerpelijk. Van het Kyriosbegrip uit trekt hij tenslotte richtlijnen voor het heden. Wijziging van levenshouding, die veelszins gesaeculariseerd is, acht hij noodzakelijk. Het licht van een komende Godsrijk is critisch. Het is tegelijk troostend en vol van genade. De komende Rechter is thans de Verzoener. In de middagvergadering s-prak Ds.- L. S. de Boer, van Amsterdam, over: Onsen tijd beleven onder Gods regenboog. Spreker begon met de opmerking, dat onze tijd diep heeft ingegrepen in aller hart. Oorzaak daarvan is, dat men vergeet, dat dit de 2de wereld is. Deze wordt als een schat weggelegd en ten vure bewaard tegen den dag des oordeels. Boven deze 2de wereld koepelt echter de regenboog, die geformeerd wordt door verdervend water en schijnende zon. Gods bouwmethode is: naar de puin- hoopen en boven die puinhoopen de regen boog. Sedert Babel is er tweeërlei bouw methode: Babelkerk- en Bijbelkerkbouwers. De eerste prediken: „De toren verrijst, wiens opperste aan den hemel raakt". De tweede: „Het gaat naar de puinhoopen in uw harten leven en in de wereld. Op de puinhoopen van het eigen ik verrijst de kerk van Jezus Christus. Geen aardsch koninkrijk, waarvan zelfs het elftal nog droomt. Babelbouwers maken zich nog druk met het stichten van een paradijs op deze wereld. Bijbelbouwers prediken de puinhoopen. Zoo moet het ook gaan in het persoonlijke leven. In Jezus Christus is de blijvende zon, ondanks het water van den ondergang. Alleen in dat waarachtig geloof is er perspectief voor de toekomst Wie zijn zaad wijst op dezen regen boog, wie aldus preekt, geeft het wereld- beleid in Gods hand en verwacht tevens Gods volmaakte einddoel, ziende de veelkleurige wijsheid Gods. Slotwoord van Prof. Wisse. Prof. G. Wisse, van Doorn, sprak het slotwoord over Schear-Jaschub, waarin hij te kennen gaf, dat de opleiding tot den dienst des Woords niet mag zijn een nieuwe religie bij een nieuwen mensch der 20e eeuw, maar, zij het al een nieuwen vorm om wereld en leven, toch moet de oude religie onveranderd blijven, niet gemoderniseerd, maar geconser veerd, omdat daarin is het leven van de zich bekeerende rest VERBAND DER GEREF. EVANG. COMMISSIES. In de vandaag voortgezette Conferentie van het Verband der Geref. Evang. Commissies heeft Dr. P. G. K u n s t te Amsterdam ge sproken over: Hoe werkt de Evangelisatie-Commissie? Spr. begon met de opmerking, dat de taak van de Evangelisatiecommissie in dezen tijd bijzonderen nadruk heeft gekregen. Er wordt van haar zeer veel Verwacht. Nu zal moeten blijken, of de getrokken richtlijnen ook in de praktijk proefhoudend zijn en of ze nageleefd worden. Krachtens duidelijke uitspraken van de Geref. Kerken op Congressen en Synodes mag worden vastgesteld, dat zij de Evangeli satie als z a a H-d e r-K e r k willen be schouwd zien. Is zij dat ook geworden? Spr. behandelt dan achtereenvolgens de vraag hoe het staat met het werk van de Evangelisatiecommissie en de gemeente, den kerkeraad, de centrale commissie en de sub commissies. Spr. besluit met de aansporing om den ker kdijken Evangelisatiearbeid in eigen kring al ruimer ingang te doen vinden en eendrachtig te bouwen aan de komst van Gods konnk- rijk, WIJZIGINGEN IN HET BEZOLDIGINGS BESLUIT BURGERLIJKE RIJKS AMBTENAREN De Staatscourant van gisteren bevat een beschikking van den secretaris-generaal van binnenlandsche zaken betreffende wijziging van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1934. Vc

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1941 | | pagina 1