Jliruutp jCrihsdjr Gfourant
c
Dagelijks
verschijnend Nieuwsblad voor Leiden en Omstreken
eka
prys:
doktore^den 2'47, vermeerderd me1
itiënten,ssokosten ^er week 1®
het k«mers 5 ct Zaterdagnummers
de natiJagsblad 7% ct Aues bij
terling Ming
ntact ki
™vo*d^rfl*en:
beschii
c te gePT regel- Ingezonden Mede-
evolkt 46 ot per regel. Minimum
i patiëüBewijsnummer 5 gij con-
JetduVrl,ke kortlne'
gehnlyf
Bur. Redactie en Administratie:
BREESTRAAT 123. LEIDEN
telefoon 22710
(Na 6 uur 23166).
Postbox 20. Postrek. 58936
No. 6445
Hoofdredacteur H. Diemer, Rotterdam.
DONDERDAG 5 JUNI 1941
22e Jaargang
Abonnementen. Advertenties.
de Administratie.
lp en
len°veijt bij het Kruis
lit niet
achten!n den voorzomer, met
"n z!Jweek e" m de P1»1"'"-
de m/üllende onderwij zersorga-
aat, stihaar vergaderingen. Voor
*an hel bestaat ook belangstelling
r 1fSten z'n ljelj:0ldten zijn bij
ikt doAant de groote waarde, in
ivijkveicend aan de stelling „het
bied w', heeft ook dit goede ba-
P®^iën|oeding al sterker is be-
'elijke belang van de
het volk. Door deze stel-
arin opvoeding van de kinde-
!id zi? iets, waarvoor men relt
"n"^ liikheid draagt En dit be
lt dezi>rdelijkheid is nog toege-
sr miioogen eisch, welken men
mmer n Van meetaf heeft gesteld,
lische nderen op te voeden in de
Dus: het kind aan de
illendf' om het kind t€ onderWÜ-
rk enlderwijzen in den rechten
lenkomstig de belofte, bij
n vroi
^u'Pichten, welke de krachten
mtdl^ den langen strijd om de
ging £®insel zoovee! mogelijk in
o was6"- Deze 6edach,en bleven
plegei^noer, werd daarnaast
k naseprofiteerd van den alge-
op Big, dien heel de wetenschap
•nige de laatste tientallen van
werm, ja, wij mogen wel zeg-
;rleg telijk onderwijs ook zijner-
zeker niet weinig naar
[elege' s*uwen- Want het Christe
nimmer onverschillig ge-
jken van de methode, welke men
isa tie van kennis volgde, hetgeen
waat het uitgangspunt en cen-
eentornen begrijpen laat. Van-
dorP»lling voor allerhande prac-
lij zi/ g
ziek*® voor den vooruitgang der
die itensohap blijft buiten twij-
irordeu, maar het laat zich begrij-
jd zije ditmaal gehouden samen-
rson^e eerste plaats den roep tot
dat iderlinge opscherping heeft
^an' onderwijsman kan in deze
ee"jiet gevoel krijgen alsof hij
st m)het begin staat. Dit kan te
nendJaar het beteekent ook, dat
is gworpen tot op het primaire
et ieeens wordt geplaatst tegen
ga rrtht van dat beginsel. Want in
het voortschrijdende leven
,9ee as gevaar minder bewust
,^int te leven. En bij alle zor-
s winst.
ïtuigteru®®rijPen. dat waren de
uiste waardoor de samenkomsten
veteirden gekenmerk. Ook dat
ditschiedde als onwillekeurig,
gen weliswaar dankbaar, zij
ldoenden critischen zin, ge-
*^iebben van hetgeen ons is ge-
n geniet„steeds- tot onzer, eigen
verwanten behooren, de rust
iwii; hervinden wij niettemin dan
ur8Vwij te rade gaan bij begena-
°fr®tn. Zoo werd bij vernieuwing
gd voor de beteekenis, de ge-
ït^ tische beteekenis, welke Cal-
je rj voor hét onderwijs van zijn
kerkt) mocht gewezen worden op
hetrn arbeid, dien Calvijn ook op
gaahet leven heeft verricht. Hij
edi%chool maken tot een insru-
d,het Koninkrijk Gods zou ko-
sronl wij onze taak, menschelijke
fn ^jijt, ooit anders gezien? Het
mit later door Dr. Kuyper werd
doc#ze prachtige woorden: „Laat
en >s en laat het Kruis niet los.
alsiet het kind in uw armen de
m truis".
®,er%n en daden van Calvijn en
VTJrd overigens slechts een bevel
Q0jit, hoe ook ons gebracht, voor
'oed en blijft. En ook dit
'r, tft aanspraak maken op navol-
nst,taamheid.
t ger
d^ke bekendmaking
it A
^kn de verordening van den
fa ris voor het bezette Nederland-
jjjg. 20 1941 wordt bepaald:
den in den zin van par. 4 der
iet an den Rijkscommissaris nr.
ide>rdt verboden:
teke baden in zee-, strand-,
or*overdekte badinrichtingen;
•"Jjjden van publieke plantsoenen
pl^nals het huren van kamers ii
currgelegenheden (hotels, pensions
uii zee- en strandbadplaatsen en
P*jjke plaatsen;
ik aan paarderennen als toe
ren ln strijd met dezen maatregel
erigen en worden met hechtenis
Tl zes maanden en boete tot
,r<een van beide gestraft, voor zoo-
mms andere bepalingen een hoo-
fit^epaald.
a^g is gisteren in werking getre-
ils
rON EN MAAN
jll
mg 6 Juni 5.19: ondergang 21.58
vng 6 Juni 17.55; onderg. 4.02
,ng 7 Juni 19.16: onderg. 4.16
ai
caan Maandag 9 Juni; laatste
cjdaandag 16 Juni; nieuwe maan
Juni; eerste kwartier Woens-
e'
Die nacht en dag over het gewas thans de wacht houden. Nu het zomersche
weer zijn intrede heeft gedaan, zijn de vogelverschrikkers weer op hun post
(Het Zuiden)
Gevangenen en buit op Kreta
Een Engelsch oorlogsschip
getroffen
Bij de gevechten op het eiland Kreta
werden, naar tot dusver is vastgesteld,
meer dan 8000 Britten en 4000 Grieken
gevangen genomen. Talrijke gepantserde
gevechtswagens en stukken geschut als
mede groote hoeveelheden munitie, klee
ding en levensmiddelen werden buitge
maakt.
Het luchtwapen heeft gisteren industrieele
installaties in het graafschap Essex en in
Zuid-Engeland gebombardeerd. Ten
Noord-Oosten van de Orkaden hebben ge
vechtsvliegtuigen in den afgeloopen nacht een
koopvaardijschip van 4000 ton tot zinken ge
bracht en voor de Noordkust van Schotland
twee groote vrachtbooten zwaar beschadigd.
In den nacht van 2 op 3 Juni hebben tor
pedovliegtuigen twee treffers geplaatst op een
vrij groot Britsch oorlogsschip.
In den afgeloopen nacht waren doeltref
fende aanvallen gericht op de ravitaillee-
ringshaven Hüll en op de haveninstalaties
aan de Engelsche Zuid. en Oost
kust
In N o o rd-A f r i k a levendige wederzijd-
sche activiteit van de artillerie voor Tobroek
Formaties Duitsche duikbommenwerpers en
torpedovliegtuigen vielen 2 Juni herhaalde
malen doelen rondom Tobroek aan. Ze ver
nietigden dn de haven een transportschip en
plaatsten een treffer op een Britsche lucht-
doelbatierij.
De vijand heeft overdag noch 's nachts
boven het Duitsche rijksgebied gevlogen.
In de periode van 31 Mei tot 3 Juni verloor
de vijand twintig vliegtuigen. Hiervan wer
den er 14 in luchtgevechten, door nachtjagers
en de luchtdoelartillerie en twee door mijnen
vegers neergeschoten, de rest werd op den
grond vernield. In dezelfde periode gingen
tien eigen vliegtuigen verloren.
TURFSTEKEN.
Men meldt ons uit Ouderkerk a.d. IJssel:
Nu de brandstof schaars is, gaan allengs
meer particulieren er toe over een staal veen
te baggeren en hiervan turf te steken. Gedu
rende den zomer kan de gestoken turf dro
gen, en daarna vormt ze een goede aanvul
lende brandstof voor den winter.
De rantsoenbonnen voor vleesch
en vleeschwaren
De secretaris-generaal van het departe
ment van landbouw en visscherij vestigt er
nogmaals met nadruk de aandacht op, dat
de met Een rantsoen vleesch gemerkte
bonnen, welke onbeperkt geldig zijn, recht
geven op het koopen van een heel
rantsoen vleesch (honderd gram, been in
begrepen) of een heel rantsoen vleesch
waren, dus op een hoeveelheid, welke
tweemaal zoo groot is als die. welke
kan worden gekocht tegen afgifte van een
genummerden bon van de vleesch-
kaart. Evenzoo geeft een met Een rantsoen
vleeschwaren gemerkte bon recht op het
koopen van een he e 1 rantsoen vleeschwaren
dus op een hoeveelheid, welke tweemaal
zoo groot is als die, welke kan worden
gekocht tegen afgifte van de voor vleesch
waren bestemde genummerde bonnen
van de vleeschkaart, die slechts op
een half rantsoen vleeschwaren recht geven.
Op een verzoek van het R.K- Werklieden
verbond in Nederland, om zooveel mogelijk
te bevorderen, dat reeds in de zomermaanden
brandstoffen voor de komend^ winter zouden
kunnen worden opgedaan, mede om daar
door aan de moeilijkheden van transport
e.d.g. in de winter te ontkomen, heeft de
secretaris-generaal van het departement van
handel, nijverheid en scheepvaart als volgt
geantwoord:
„Het ligt inderdaad in het voornemen reeds
binnenkort met de distributie van vaste
brandstoffen voor het a.s. winterseizoen een
aanvang te maken. Te dien einde worden
dan ook thans reeds maatregelen getroffen
om tot een spoedige uitreiking van de nieuwe
brandstoffenkaarten te kunnen overgaan.
Tenzij deze plannen door een ongunstig
verloop van de kolenpositie niet tot uitvoe
ring zouden kunnen komen, mag er derhalve
op worden gerekend, dat het publiek bij de
aanvang van het nieuwe stookseizoen over
een beperkte wintervoorraad de beschikking
zal hebben."
Mr. V. D. KRONE t
Naar het Nat. Dagblad bericht is, 45 jaar
oud, overleden mr. V. D. Krone, kanton
rechter te Amsterdam, Mr. Krone was een
van de oudste leden van het rechtsfront
hoofdopsteller van Het Rechtsfront.
Kerk en Zending
CHR. GEREF KERKEN
Be-dankt: Voor Zwolle, C. Smits t«
Sliedrecht.
NED. HERV. KERK.
Beroepen: Te Poederoyen, cand. W.
de Bruyn te Ederveen.
GEREF. KERKEN
Bedankt: Voor Mijdrecht, J. A. van Ar-
kel te Dieren.
GEREF. GEM.
HULPPREDIKERS
Tot hulpprediker bij de Geref. Kerk te
Beekbergen (met standplaats Hoenderloo) is
benoemd cand. L. Dorst te Apeldoorn. Bij
de Ned. Herv. Gemeente te Driebergen cand.
P. S w a g e r m a n te Amsterdam.
Cand. A. de Groot te Rotterdam heeft
zijn benoeming tot,hulpprediker bij de Geref.
kerk van Gouda aangenomen. Van heden af Is
ziin adres: Cronjéstraat 4 te Gouda, telef.
2770. Hij behoudt ruime gelegenheid Zondags
de kerken te dienen en zal gaarne een event,
beroep terstond in overweging nemen. Men
kan zich ook blijven wenden tot zijn adres
te Rotterdam: Eerste Middellandrtraat 31,
telef. 32961.
Cand. W. G. Visser, benoemd hulppredi
ker bij de Geref. Kerk te Ouddorp, heeft zijn
arbeid aldaar aangevangen.
Hij blijft in de gelegenheid een beperkt
aantal Zondagen andere kerken te dienen.
Zijn adres is: Dijkstelweg A 412 Ouddorp
(Z.H.).
Conferentie Chr. Geref.
Predikanten
Te Apeldoorn bijeen
Vandaag is te Apeldoorn de Conferentie
van Chr. Geref. Predikanten gehouden.
De bijeenkomst werd geopend door prof.
J. J. v. d. Schuit, die in zijn openingswoord er
op wees, dat elkander ontmoeten is elkander
steunen in dezen tijd, waarin zoovel ons is
ontvallen. Als echter de broederliefde geble
ven is zijn wij nog niets kwijt. Daarna herin
nerde spr. aan het schematisch karakter van
deze wereld, die een evolutie doormaakt, zoo
als nooit te voren, en al sterker heenwijst
naar „de laatste ure". De al-botsing komt nog,
die de Schrift noemt „de toekomst des
Heeren."
Als eerste spreker hield Ds. W. He er ma
Ttan Zeist een referaat over,
Het verbond der genade bij Calvijn.
Spr. begint er op te wijzen hoe het Genade-
verbond op het Geref. erf altijd weer in het
middelpunt der theol. belangstelling komt.
Allerlei tegenstrijdige meeningen aangaande
het Genadeverbond worden voorgedragen met
een beroep op Calvyn. Dit is verklaarbaar,
omdat Calvijn zoo door en door Schriftuurlijk
is. Hier ligt dan ook Calvijn's groote „aan
trekkelijkheid". Wie zich met recht op
Calvijn beroept, is met zijn verbondsleer in
de Schriftuurlijke lijn. Om Calvijn's gedach-
tengang inzake het Genadeverbond te ver
staan, moeten we bij hem niet een sluitend
theologisch systeem zoeken, maar in zijn
schijnbaar tegenstrijdige uitspraken terug
gaan op de H. Schrift.
Duidelijk onderscheid maakt Calvijn tus-
schen tweeërlei kinderen des verbonds, tus-
schen geestelijke en vleeschelijke kinderen.
Daarom moet het zelfonderzoek gaan over-
geloof en leven beide, over staat en stand.
Calvijn leert niet, dat alle gedoopte kinderen,
die God in de prille jeugd wegneemt, zalig
zijn. Voor Calvijn vallen verbond en verkie
zing niet samen in den zin, dat alle bonde
lingen verkorenen tot zaligheid zijn. Calvijn
Bond van
Meisjesvereenigingen op
Geref. grondslag
De Bondsdag te Utrecht
Opwekkend woc*d van Dr. H. Colijn.
Gisteren vond te Utrecht de 23ste Bondsdag
plaats van den Bond van Meisjesvereenigingen
op Geref. Grondslag. Aan den vooravond van
dezen bondsdag werd in de groote zaal van
het Gebouw voor Kunsten en Wetenschappen
een wijdingsuur gehouden. Er was veel be
langstelling voor dezen avond, zoodat de
groote zaal zoowel boven als beneden geheel
bezet was door bondsleden uit alle deelen van
het land. De heer Ad. Kuiper te Utrecht,
die ook de leiding van de samenkomst had,
heeft een toespraak gehouden over het
onderwerp:
Uit den mensch of uit God?
Anders dan voorgaande voor-avonden voor
den Bondsdag is deze, aldus spreker De
periode van Pinksteren 19401941 ligt er
immers tusschen. Daarom was het een goede
gedaohte een wijdingsure te houden. Niet m
dien zin, dat wij een bijzondere heilige sfeer
trachten te scheppen, want èlk uur waarin wij
den Heere dienen, tot het eenvoudigste toe,
is wijdingsuur. Maar in dit opzicht mag deze
avond wel een wijdingsavond zijn: wij willen
zien hoe wij ons werk in dienst van onzen
God verricht hebben, hoe wij het mochten
doen en hoe wij het in de toekomst mogen doen.
Is het werk, dat wij week aan week in onze
vereenigingen verrichten, werk uit God?
Er zijn Christenen, die ontkennen, dat wij
dat zeker zouden kunnen weten.
Het zal wel een werk uit God kunnen zijn,
meenen zij, maar meestal is het menschen-
Spr. merkte echter op, dat niet de god
vruchtige wijze, waarop wij dit werk ver
richten dit werk tot werken Gods maakt.
Dan zou het er bedroefd met het werk Gods
uit zien. Maar werk, dat verricht wordt inge
volge de opdracht Gods die Hij eenmaal
gegeven heeft niet die Hij nu en dan geeft!
is werk Gods. Zoo is ook uw vereenigings-
werk, verricht in gehoorzaamheid aan Gods
bevel werk uit Hem.
Dit brengt ons een ontzaglijke verantwoor
delijkheid.
Ook ten aanzien van de wereld, die door
een nieuw humanisme dat is werk-uit-den-
mensch een nieuwe samenleving wil
bouwen. Spr. wijst op de ontzettende konse-
kwentie van dit humanisme in de geschiedenis,
die in de toekomst niet anders zal zijn. Door
geloof en bekeering toegerust met de gave
van den Heiligen Geest kunnen wij steeds
trouwer arbeiden in het werk uit God.
Dit bezielende woord werd voorafgegaan
en gevolgd door samenzang. Het tweede ge
deelte van den avond werd besteed aan
onderlinge kennismaking, waarbij het bonds-
bestuur aan de leden gelegenheid bood om
onder een kopje koffie onderlinge gesprekken
te voeren. Daardoor werd zeer zeker ook de
onderlinge band versterkt.
Een druk bezochte Bondsdag.
Deze 23e Bondsdag was zeer druk bezocht.
Wij gaven van de morgenvergadering reeds
verslag. Des middags word, na een gemeen
schappelijke maaltijd in die Handelsbeurs, de
aandacht van de talrijke meisjes bepaald bij
en tweetal toespraken waarin de beteekenis
van Gods' Woord voor dezen tijd en de taak
van het meisje nader belicht werden.
De vice-presidente mej. M. Jonkhof f open
de met een hartelijk woord van welkom tot
d r. H. C o 1 ij n die ter vergadering gearri
veerd was en er prijs op stelde om ook thans
emidden van de Geref. jeugd te vertoeven,
/erder heette de presidiente welkom de afge
vaardigden van de verschillende organisaties,
en de sprekers van dezen middag. Na samen
zang en voorlezing van enkele telegrammen
verkreeg de Bondspresidente, mej. Parmen-
tier, het woord- die thans van een ernstige
ziekte hersteld, de vergadering nog niet kon
presideeren maar toch behoefte gevoelde om
een kort woord te spreken. Mej. Parmentier
braoht dank voor de vele bewijzen van mede
leven tijdens haar ziekte ondervonden en
richtte een ernstig vermaan tot de meisjes
om trouw te blijven aan de beginselen.
Ook Dr. H. C o 1 y n sprak een kort woord
en begon met de hartelijke groeten over te
brengen van zijn echtgenoote die pas van een
ernstige ziekte was hersteld, maar de reis
nog aandurfde. Dr. Colijn zeide voorts met
blijdschap naar deze vergadering te zijn ge
komen. De laatste jaren heeft spr. vdorna-
melijk met ouderen gearbeid en had hij wei
nig met de jeugd te doen. Het is thans eigen
lijk juist andersom, want spr. krijgt nu ge
legenheid om temidden van de jeugd te ver-
keeren en vervult vele spreekbeurten. Als
men -ouder wordt grij-pt het een mensch wel
eens aan of hij alleen voor het heden of ook
voor de toekomst heeft gewerkt. Het stemt
nu tot dankbaarheid te kunnen constateeren
dat er ook aan de toekomst gewerkt is. Deze
drukbezochte vergadering levert er het be
wijs van. Gij zijt die toekomst, aldus spr. en
aan u is het nu om te toonen dat gij het pand
u toebetrouwd, bewaart. Dat geve God.
Ds. B. A. B o s van Assen refereerde vervol
gens over het onderwerp „De beteekenis
Gods Woord voor nu". Spr merkte op dat dit
onderwerp niet iets nieuws is, want zoolang
Gods Woord bestaat, zoo lang is er ook over
de beteekenis nagedacht. De vreugde
het Woord wekt geen verwondering, want het
Woord zet de ziel in de ruimte en ontsteekt
licht. Duizenden hebben uit dat Woord in de
moeilijke omstandigheden kracht geput. Spr.
herinnerde aan de wolk van getuigen in den
Bijbel, en wees op Jezus de Geloofsheld bij
uitnemendfeid die ons geleerd heeft hoe wij
hebben te gelooven. Dan zijn er de marte
laren der Kerk, mannen als Luther en Cal
vyn. Jan de Bakker en zooveel andere grooten
in het Koninkrijk Gods die goed en bloed ge
offerd hebben en dat konden door de kracht
welke zij uit Gods Woord putten. Gods
Woord is een vreugdekracht door Christus en
door dat Woord staan de geloovigen nooit
alleen in deze wereld. Het is ook altijd actueel
want niet dat Woord kunnen we constateeren
dat er een groei is in genade en een groei in
zonde. Wat ook verandert en hoe fel bewogen
de tijd ook is, Gods Woord staat vast en het
roept ons toe: vreest niet. Staat dan in de
volle wapenrusting des geloofs.
Nadat hierna twee verzen van het Luther-
lied gezongen waren, deelde de president de
uitslag van de bestuurverkiezing mede. Alle
aftredenden werden herkozen terwijl in de
redactiecommissie gekozen werd mej. A. ,van
den Berg te Amsterdam. De aftredende mej.
T. Kok blijft zitting houden als buitengewoon
lid van de redactiecommissie.
Ds. C. Veenhof van Utrecht sprak een
slotrede handelend over het onderwerp „rust
en strijd". In alles wat gebeurt en in ons
leven inslaat hebben we te doen met God,
zoo zeide spr. Alles staat onder Gods leiding
en Hij volvoert Zijn plan. Dit geloof geeft rust
en perspectief in deze verwarde wereld. We
zien daardoor de situatie geheel anders maar
ook kunnen we daardoor zien welke taak ons
is opgelegd. Gij, aldus spr. tot de meisjes zijt
van eeuwigheid uitverkoren door God om in
dezen bewogen tijd te leven. Dat doet ons be
ven maar ook verheugen. God wil uw worste
len en strijden zien. Hij sterkt u erin, maar Hij
verlangt het ook. Wie uit het geloof leeft,
staat sterk in den strijd. De vergadering werd
gesloten met het zingen van Psalm 79 vers 7.
Gesterkt keerden de meisjes naar haar woon
steden terug.
stelt geen generale en een speciale electie.
De meening, dat deze onderscheiding door
Calvijn uitsluitend bedoeld zou zijn voor de
verbondspositie van het oude bondsvolk
Israël is niet vol te houden. Dat deze onder
scheiding niet geldt voor de N. T. gemeente
is in strijd met Schrift, belijdenis en ervaring.
Deze onderscheiding is van de grootste be
teekenis voor een Schriftuurlijke prediking,
waarin de souvereiniteit Gods en 's menschen
verantwoordelijkheid worden gehandhaafd.
Het Verbond onderstelt niet het geloof, maar
vermaant en verplicht tot geloof. De meening,
dat Calvijn onder „het zaad des geloofs en
der bekeering" (laatste druk van zijn Insti
tutie) de veronderstelde wedergeboorte zou
verstaan, is alleen verklaarbaar uit een zeer
sterk vooropgezette meening. Dan zou er bij
Calvijn geen sprake zijn van „rijpe ontwikke
ling", maar van een algeheele wijziging van
zijn verbondsleer.
Van de allergrootste beteekenis is, dat Cal
vijn de wezenlijke eenheid tusschen God en
Nieuw Verbond handhaaft, dit geheel in
overeenstemming met het N. T. Christus is
de grondslag, de middelaar en de vervulling
van het Verbond der Genade. Men schept dan
ook een tegenstelling, die aan Calvijn vreemd
is, wanneer men als specifiek kenmerk van
het Nieuwe Verbond stelt, dat het door de
verkiezing wordt beheerscht, terwijl men het
Oude Verbond omschrijft als belofte en
heilstoezegging. Wel leert Calvijn een twee
erlei in-zijn in het verbond, maar een twee
erlei verbondsbegrip bij hem te zoeken, zou
Calvijn maken tot de vader van de leer der
twee verbonden (in- en uitwendig verbond).
Het z.g. „Schriftuurlijk dualisme" geeft
heelemaal geen oplossing naar de Schrift.
Wanneer men het Verbond benadrukt als
gemeensohapscategorie, dreigt het gevaar,
dat het persoonlijk element te zeer op den
achtergrond komt.
Calvijn ziet de teekenen des Verbonds als
zegelen van Gods genadebelofte aan ons en
ons zaad. Zonder Calvijn's spraakgebruik te
kennen, zijn onze belijdenisschriften en for
mulieren niet te verstaan. De Chr. Geref.
Kerk moet in haar prediking nadruk leggen
op de rechte verbondsbe leving door
den H. Geest, naar de bekende trits: ellende,
verlossing en dankbaarheid. Ook in de predi
king moet de spanning van „tweeërlei kinde
ren des verbonds" gehandhaafd.
In de middagvergadering sprak prof. G.
Wisse van Doorn over:
Relegie, aldus spreker, is de diepste en
hoogste functiónneering der menschelijke
ziel. Hierbij is geloof de albeheerschende en
bewegende centrale functie tot universeele
actie. Prediking is de aangrijpende uitstalling
van de religie, zoowel objectiva als subjec-
tiva. Het geloof is zoo iets rijks, dat hét heet
een gave Gods, tevens is het behoorende tot
den adeldom en plichj der ziel. De prediking
des geloofs is daarom een opkomen voor den
welstand der ziel, zoowel als voor de rech
ten Gods. De gehoorzaamheid des geloofs is
een genetivus explicativus, d.w.z. gelooven
is plichtmatig. Dit moet niet gepreekt als
een dorre plicht, maar als plicht uit liefde en
respect, 't Geloof is een weldaad des Ver
bonds tevens, 't Verbond der genade leert
ons de manier waarop God den zondaar
zaligt. En hierin vinden we een eisch des
geloofs; n.L als geloof in de beloften Gods.
Deze eisch kan echter op een verkeerde wet
tische manier worden gepredikt, n.l. als zou
het een conditie ten leven zijn.
De juiste prediking van het geloof in den
imperatief sluit in aan te wijzen, dat God
recht heeft op ons gelooven; dat het tevens
zoo'n permissie is, dat niet-gelooven schuldig
stelt, dat het de eenige manier is om tot vrede
van binnen te komen; dat we van alle andere
z.g.n. wegen ten eenenmale zullen afzien.
We krijgen nooit vrede en zekerheid dan
alleen door te gelooven. Voorts kent het Ver
bond ook nog rechten en inzettingen Gods.
Het geloof is altijd een geloof in een Chris
tus der belofte. Belofte staat hier tegenover:
„zelf het te zullen doen". Belofte preeken, die
in 't geloof wordt omhelsd, houdt in, dat God
het alles al voor ons in orde heeft gebracht.
Geloof is ten deze leunen op hetgeen al vol
bracht is door een Ander, Christus. In zulke
prediking zal dan de belofte als een
verkrijgen van een eisch en de eisch des
Verbonds als een vorm eener belofte, zoodat
de prediking van dien eisch evenmin
werkverbondachtigen zin mag geschieden.
Goede werken komen alzoo op uit het ge
loof. Men onderscheide hier goed tusschen
werken der wet en goede werken. Dit zijn
twee verschillende zaken. Verder gedetail
leerd ;1. in het stuk der rechbvaardigmaking.
Hier kan niet genoeg gewezen worden i
preek op den eenigen weg om tot subjecte
beleving dezer weldaad te komen, dan door
te gelooven. In de mate men gelooft, is
gerechtvaardigd (onderwerpelijkJ2: bij de
heiligmaking is geloof evenzeer de weg.
Alleen door omhelzing activé van den Chris
tus komt men tot de actieve heiligmaking.
Geloof is voorts voor heel onze wereldbe
schouwing het licht en voor al onze levens
worsteling de impuls. De prediker doe ver
staan, dat het geloof niet zij als de oliedrop
o-p het water. 3: Geloof en heerlijkmaking.
Hier diene de rechte geloofsprediking het
karakter van hope te erlangen. Kortom, de
prediking van het heil in Christus bewege
zich om drieërlei: 1. de bronoorzaak ligt
de genade van het welbehagen Gods; 2. de
verdienende oorzaak in het Borgtochtelijk
werk van Christus; 3. de instrumenteele
oorzaak in het geloof, dat de Heilige Geest
werkt Vergete men vooral niet helder uit te
staHen, dat net als de genade zelf, ook alzoo
het geloof niet maar is een momenteele, af
geronde acte, maar een doorloopende, alver-
vullende en albeheerschende inclinatie var
genade tot dito functie in en door den gan-
schen mensch heen in grootste passiviteit en
receptiviteit eenerzijds tot de grootste activi
teit anderzijds.
KORTE BERICHTEN
De heer P. J. Dorsman, theol. cand. aan
de Rijks-Universiteit te Utrecht, wonende:
Kamperfoeliestr. 11 te Rotterdam kan des
Zondags de kerken dienen (Ned. Herv. kerk),
doch geen vacante gemeenten.
UIT DE TIJDSCHRIFTEN
In het welvoorziene Mei-nummer van El-
the t o vinden we artikelen van ds. S.
Veen over „Geloof", van dr. E. Emmen
Kerk en gemeenschap, van prof. dr. H.
K r a e m e r over Gemeente-opbouw, van ds.
F. H. Landsman over de diakonale taak
der Kerk, van ds. W. A. Ze y d n e r over het
gebed voor allen nood der Christenheid
van Y. Scholten over de Una Sancta.
Theol. Schooldag Chr.
Geref. Kerk
De gehouden referaten
Te Apeldoorn is gisteren de Theol. School
dag der Chr. Geref Kerk gehouden in het
kerkgebouw aan de Marialaan. .Het prachtige
zomerweer begunstigde zeer de opkomst der
vergadering, die geleid werd door Prof. Ds.
L. H. v. d. M e i d e n.
Deze toonde in zijn
openingsrede
het verband aan tusschen den uitgestorten
Geest en de opleiding tot den diens-t des
Woords. Daarna wees hij op de beteekenis
de Geesteswerking in de Pinkster-
bedeeling om daaruit nader te belichten d«
plaats, welke de dienaren des Woords innemen.
Ten slotte wees hij op de roeping der kerk
de plaats, welke de Theol. School, de
school der kerk in deze Pinksterbeaeeling
moet innemen. In het licht van de Pinkster-
bedeeling werd de opleiding nader bezien.
Na het openingswoord refereerde ds. J.
Prins, van Apeldoorn, over:
In het licht van hel komende Koninkrijk.
Voor velen, aldus spr., is in deze dagen de
horizon dichtgevallen. Het pessimisme, waar
van de vooroorlogsche litteratuur de neerslag
vertoonde, is verhevigd, zoodat allerwege de
vraag gaat rijzen naar den zin van het leven.
In breeden kring gaat men uit van de stelling
dat bet „zijn" is: een zijn tot den dood. De
Schrift evenwel eindigt niet met de bood
schap van den ondergang, maar met de belofte
an een vernieuwde kosmos. Dit riik is daar,
waar God Koning is en alles Goddelijk toe
gaat. De belofte van het Rijk is centraal.
Zoowel in O. T. als in N. T. Israël heeft op dit
Rijk vooruitgegrepen door een aardsch koning
te begeeren Het heeft ervaren dat dit een
anticipatie was. Na de staatkundige ineen
storting houden de profeten de verwachting
levendig. Het koningschap Gods overschrijdt
in hun prediking de nationale grenzen. Het
burgerschap wordt bepaald door religieus-
ethische factoren. Uitvoerig stond spr. stil bij
de prediking van Christus. In Hem is het Gods
rijk gepersonificeerd. De toekomende eeuw is
met Hem aangebroken. Bij zonder werd de
nadruk gevestigd op de Apocalypse die de
volstrekte overwinning van Jezus, den Kyrios,
voorspelt. Hij geeft het rijk den Vader. In de
huidige situatie acht spr. alle speculatie in
zake de toekomst des Heeren verwerpelijk.
Van het Kyriosbegrip uit trekt hij tenslotte
richtlijnen voor het heden. Wijziging van
levenshouding, die veelszins gesaeculariseerd
is, acht hij noodzakelijk. Het licht van een
komende Godsrijk is critisch. Het is tegelijk
troostend en vol van genade. De komende
Rechter is thans de Verzoener.
In de middagvergadering s-prak Ds.- L. S.
de Boer, van Amsterdam, over:
Onsen tijd beleven onder Gods regenboog.
Spreker begon met de opmerking, dat
onze tijd diep heeft ingegrepen in aller hart.
Oorzaak daarvan is, dat men vergeet, dat dit
de 2de wereld is. Deze wordt als een schat
weggelegd en ten vure bewaard tegen den
dag des oordeels. Boven deze 2de wereld
koepelt echter de regenboog, die geformeerd
wordt door verdervend water en schijnende
zon. Gods bouwmethode is: naar de puin-
hoopen en boven die puinhoopen de regen
boog. Sedert Babel is er tweeërlei bouw
methode: Babelkerk- en Bijbelkerkbouwers.
De eerste prediken: „De toren verrijst, wiens
opperste aan den hemel raakt". De tweede:
„Het gaat naar de puinhoopen in uw harten
leven en in de wereld. Op de puinhoopen van
het eigen ik verrijst de kerk van Jezus
Christus. Geen aardsch koninkrijk, waarvan
zelfs het elftal nog droomt. Babelbouwers
maken zich nog druk met het stichten van
een paradijs op deze wereld. Bijbelbouwers
prediken de puinhoopen. Zoo moet het ook
gaan in het persoonlijke leven. In Jezus
Christus is de blijvende zon, ondanks het
water van den ondergang. Alleen in dat
waarachtig geloof is er perspectief voor de
toekomst Wie zijn zaad wijst op dezen regen
boog, wie aldus preekt, geeft het wereld-
beleid in Gods hand en verwacht tevens Gods
volmaakte einddoel, ziende de veelkleurige
wijsheid Gods.
Slotwoord van Prof. Wisse.
Prof. G. Wisse, van Doorn, sprak het
slotwoord over Schear-Jaschub, waarin hij te
kennen gaf, dat de opleiding tot den dienst
des Woords niet mag zijn een nieuwe religie
bij een nieuwen mensch der 20e eeuw, maar,
zij het al een nieuwen vorm om wereld en
leven, toch moet de oude religie onveranderd
blijven, niet gemoderniseerd, maar geconser
veerd, omdat daarin is het leven van de zich
bekeerende rest
VERBAND DER GEREF. EVANG.
COMMISSIES.
In de vandaag voortgezette Conferentie van
het Verband der Geref. Evang. Commissies
heeft Dr. P. G. K u n s t te Amsterdam ge
sproken over:
Hoe werkt de Evangelisatie-Commissie?
Spr. begon met de opmerking, dat de taak
van de Evangelisatiecommissie in dezen tijd
bijzonderen nadruk heeft gekregen. Er wordt
van haar zeer veel Verwacht.
Nu zal moeten blijken, of de getrokken
richtlijnen ook in de praktijk proefhoudend
zijn en of ze nageleefd worden.
Krachtens duidelijke uitspraken van de
Geref. Kerken op Congressen en Synodes
mag worden vastgesteld, dat zij de Evangeli
satie als z a a H-d e r-K e r k willen be
schouwd zien. Is zij dat ook geworden?
Spr. behandelt dan achtereenvolgens de
vraag hoe het staat met het werk van de
Evangelisatiecommissie en de gemeente, den
kerkeraad, de centrale commissie en de sub
commissies.
Spr. besluit met de aansporing om den ker
kdijken Evangelisatiearbeid in eigen kring al
ruimer ingang te doen vinden en eendrachtig
te bouwen aan de komst van Gods konnk-
rijk,
WIJZIGINGEN IN HET BEZOLDIGINGS
BESLUIT BURGERLIJKE RIJKS
AMBTENAREN
De Staatscourant van gisteren bevat een
beschikking van den secretaris-generaal van
binnenlandsche zaken betreffende wijziging
van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke
Rijksambtenaren 1934.
Vc