;DE BRUID5 JAPON,
MAANDAG 20 JANUARI 194T
Aanval op een station
te Londen
Het Duitsche weermachtsbericht
Het opperbevel van de Duitsche weermacht
maakt bekend:
Een duikboot rapporteert het tot zinken
brengen van 29.000 ton vijandelijke koopvaar-
dijscheepsruimte.
Het luchtwapen heeft gisteren verkenningen
boven Britsch gebied gemaakt en daarbij e«n
Londensch station aangevallen. De bemannin
gen namen bomtreffers waar op de spoorlijnen
en op gebouwen. Vannacht hebben formaties
gevechtsvliegers een haven aan de Engelsche
Westkust met succes aangevallen. Bovendien
werden mijnen voor Britschr havens gelegd
en werden voor de oorlogvoering belangrijke
doelen in Londen door zwakke krachten met
bommen bestookt Twee vijandelijke vlieg
tuigen werden in luchtgevechten, een derde
toestel door de marine-artillerie neergescho
ten. Twee eigen machines worden vermist.
Bijzonderheden over de Duitsche
krijgsverrichtingen
De aanval op Swansea
In den nacht van 17 op 18 Januari is weer
een Engelsche haven aan de Westkust door
formaties gevechtsvliegtuigen met succes
aangevallen. Het betreft de belangrijke haven
stad Swansea aan de Noordzij van het Bristol-
kanaal. De aanval werd bij goed zicht ten
uitvoer gelegd. Het succes kan buitengewoon
worden genoemd. Haven- en werfinstallaties
werden zwaar getroffen, verscheidene pak
huizen vlogen in brand.
Swansea is een der belangrijkste havens
van Engeland voor den invoer van olie en
de verwerking daarvan. De stad bezit vier
groote havenbekkens, die omringd zijn door
uitgebreide opslagplaatsen en talrijke olie
tanks. Voor de Engelsche wapenindustrie is
Swansea zeer belangrijk. De groote tank
installaties aan het Queendock hebben alleen
reeds 140 tanks, met een inhoud van acht
honderdduizend ton en een der raffinaderijen
met de grootste capaciteit in Groot Britannië.
In het Oosten der stad liggen ijzer- er staal
fabrieken, metaalfabrieken, koper-, nikkel
en magnesiumfabrieken, fabrieken voor de
vervaardiging van kruit en munitie, benevens
groote maalderijen.
Swansea bood den Duitschen bommenwer
pers dus talrijke uit rst loonende doelen, waar
aanzienlijke verwoestingen zijn aangericht.
Nachtelijke aanvallen zijn ook gericht op
voor den oorlog belangrijke doelen in Londen.
De voortzetting van het leggen van mijnen
voor Britsche havens dient "veneens tot den
strijd tegen de Britsche scheepvaart.
Bij de in het weermachtsbericht van Vrydag
vermelde haven aan de Westkust van Enge
land, die in den nacht van 16 op 17 Januari
door krachtige formaties van het Duitsche
luchtwapen in opeenvolgende aanvallen werd
gebombardeerd, betrof het wederom Bristol
en de voorhaven Avonmouth. Ook deze aan
val geschiedde bij goed zicht. Er werden
talrijke treffers geplaatst op de havens, de
sluisinstallaties en de maalderijen van deze
zeer belangrijke havenstad. Zware ontplof
fingen en omvangrijke branden in de pak
huizen bevestigden de uitwerking van de
bommen en v-"rootten dienovereenkomstig
het vernielingswerk.
Toenemende bedrijvigheid
ion het front van Tobroek
Het Italiaansche weermachts
bericht
In zijn wetrmachtsbericht no. 220 maakt
het ï'.alia-msohe hoofdkwartier het volgende
bekend:
In den sector van het elfde leger aan het
Grieksche front zijn de vijandelijke aanval
len afgeslagen.
In Cyrenaica valt een toegenomen bedrij
vigheid waai te nemen van de artillerie en
van patrouilles aan het front van Tobroek.
Tijdens een vijandelijken luchtaanval is een
Hurricane door het afweergeschut neerge
haald.
Aan het front van Dzjarabub hebben onze
vliegtuigen vijandelijke troepen en gemecha
niseerde middelen met bommen en machine-
geweervuur bestookt.
In Üost-Afrika zijn vijandelijke pantser
wagens, die een van onze posten aan het front
van den Soedan genaderd waren, op de vlucht
gedreven. Aan het front van Kenya hebbefc
wij een aanval van vijandelijke strijdkrachten,
welke door vliegtuigen en gevechtswagens ge
steund werd, afgeslagen en den vijand z^
verliezen toegebracht. Onze luchtmacht heeft
installaties en magazijnen van de vijandelijke
basis te Port Soedan gebombardeerd. Vijande
lijke luchtaanvallen op Djudduga, Berbera,
Diredawa, Goera en Tobelli hebben geen
schade veroorzaakt.
In den ochtend van 17 Januari heeft de
vijand een luchtaanval ondernomen op een
van onze bases in den Dodecanesus. Dank zij
het afweergeschut werd de. aanval afgesla
gen. De bommen vielen in het open veld zon
der schade aan te richten.
LITTHAUER-
M AGENBITTER
Onderhoud tusschen Pétoin
en Laval
Naar het D.N.B. uil Vichy meldt, is al
daar gisteren en mededeeling uitgegeven
van den volgenden inhoud:
Het staatshoofd, maarschalk Pétain.
heeft gisteren (Zaterdag) een ontmoeting
gehad met president LavaL Zij hebben
een langdurig onderhoud gehad, in den
loop waarvan de misverstanden, die tot
de gebeurtenissen van 13 December heb
ben geleid, uit den weg geruimd sijn.
Naar te Parijs over de ontmoeting tusschen
Pétain en Lava) wordt meegedeeld, is de be
spreking gevoerd in den salonwagen van het
staatshoofd op het station van La Ferté Haute
Rive. op 21 km van Moulins. Na het onder
houd, dat van 17 uur tot 18 uur 35 duurde,
is Pétain per extra-trein naar Vichy vertrok
ken. Laval keerde per auto naar Parijs terug.
Minister Knox over de veiligheid
der Ver. Staten en Engeland
Knox, de Amerikaansche minister van
marine, heeft voor de commissie van buiten-
landsohe zaken uit het Huis van Afgevaar
digden, naar de New York Times meldt, ook
de kwestie van een inter-Amerikaansche
douane-unie besproken en gezegd, dat zulk
een unie de veiligheid van de Vereenigde
Staten ten goede zou moeten komen. Elke
douane-belemmering tusschen de Amerikaan
sche landen moet worden weggenomen, aldus
Knox. Het komt er op aan, de Amerikaan
sche landen met oeconomische banden aaD
de Vereenigde Staten te binden.
Op de vraag, wat de Vereenigde Staten
zouden doen indien Engeland ondanks de
hulp uit de Vereenigde Staten de neder
laag zou lijden, antwoordde Knox, dat de
V. S.. dan de grootste vloot, het sterkste
luchtwapen en een reusachtig leger zou
den vormen en twintig jaar lang niets
anders zouden doen dan bewapenen.
Het voorstel om van Engeland den afstand
van steunpunten in West-Indië te eischen
wees Knox van de hand, zeggende dat men
den Engelschen niets afhandig moet maken,
nu ze vechten voor hun leven, te minder,
aangezien deze steunpunten te zijner tijd tooh
vrijwillig door Engeland aan de Vereenigde
Staten zouden worden afgestaan.
Churchill wijst op de gevaren
die Engeland moet trotseeren
Minister-president Churchill heeft in
een gisteravond te Glasgow gehouden
rede o.a. gezegd:
Voor ons liggen gevaren, die ons, wan
neer we ze veronachtzamen, ten verderve
zouden kunnen voeren. Voor ons liggen
vele maanden, waarin wij het bombar
deeren van onze steden en industrie
gebieden moeten uithouden, zonder de
macht eed gelijkwaardig antwoord te
kunnen geven. Voor ons staan lijden en
kwellingen. Churchill verklaarde verder,
dat hij niet wilde beweren, dat een
gemakkelijk verloop voor het Engelsche
volk in het verschiet ligt. Doch wat het
einde zal zijn, daarover kon hij niet den
geringsten twijfel koesteren.
Na gewezen te hebben op de uit Amerika
verwachte hulp, richtte Churchill heftige
aanvallen en lasterlijke uitlatingen aan het
adres van Duitschland, waarvan hij toegaf,
dat het een groot deel van Europa beheersch-
te en dat zijn legers zich bijna overal op het
vasteland kunnen bewegen, waar zij willen.
In het slot van zijn rede verklaarde
Churchill: ik hoop aan het einde van dit
jaar of bij het begin van het volgende, dat
wij te land en in de lucht niet in het nadeel
zullen zijn, wat de uitrusting met betrekking
tot den Duitschen vijand betreft.
(D.N.B.)
Toebereidselen van de Spil
voor een tegenzet
Geloofwaardige berichten rechtvaardigen
de bewering dat de Engelsche generale staf
onder druk van Churchill persoonlijk In
Egypte, den Soedan, Kenya en den Ooste
lijken Congo strijdmiddelen en soldaten sa
mengetrokken heeft, die oorspronkelijk voor
Engeland bestemd waren, zoo schrijft de Po-
polo dTtalia.
Een aanzienlijke hoeveelheid wapenen ls
daarmee aan Engeland onthouden. Andere
aanmerkelijke hoeveelheden zijn naar Grie
kenland gegaan. Tot begin November 1940 had
Engeland waarschijnlijk ongeveer 40 procent
zijn geheele vloot in de Middellandsche
Zee. Dit deel is thans waarschijnlijk tot 60
procent verhoogd. Ook het Britsche luchtwa
pen heeft In December en Januari sterke
strijdkrachten in de Middellandsche Zee
samengetrokken. De taaie Italiaansche tegen
stand in Albanië en Afrika heeft na de eerste
begin-successen de verwezenlijking van het
groote Britsche plan vertraagd. Nog slechts
omstreeks zeventig dagen resteeren net En
gelsche opperbevel ter bereiking van het stra
tegische succes in de Middellandsche Zee en
in Afrika, dat den grondslag moet vormen
voor het geheele Engelsche oorlogsplan van
1941.
Anderzijds word» de lialiaansche tegen
stand steeds heviger. De verplaatsing van
een Duitsch luchtlager wijst op toebereid
selen die de strategische leiding van de
spil treft, om een tegenzet contra het
Britsche plan te doen. De spil heeft ook
andere, nog niet slchtbare maatregelen
getroffen. Het is algemeen bekend, zoo
merkt hel blad tenslotte op, dat tegen
woordig van Engelsche zijde ontzaglijk
veel moeite gedaan wordt om de concen
tratie van strijdmiddelen te bespoedigen.
Engeland concentreert mensohenmassa's
en oorlogsmateriaal in Egypte, den Soe
dan, Griekenland en Kenya.
Zeegevecht in de Golf van
van Siam
Uit Vichy wordt gemeld, dat in tegenstel
ling tot beweringen uit Amerikaansche en
Thailandsche bron bij het zeegevecht, dat
eenige dagen geleden tusschen Fransche en
Thailandsche strijdkrachten is gevoerd, geen
Fransche schepen tot zinken gebracht oi be
schadigd zijn, zooals blijkt uit berichten uit
Indo-China, door de Fransche regeering ont
vangen.
In het bijzonder word tegengesproken, dat
de kruiser La Motte Piquet tot zinken ge
bracht zou zijn. Daarentegen, aldus bevoegde
kringen te Vichy, hebben de Thailandsche
strijdkrachten twee schepen verloren, terwijl
een derde schip ernstig beschadigd is.
Deze mededeeling wordt bevestigd door een.
bericht uit Saigon, dat Zondagmiddag te
Vichy la ontvangen. Dit bericht luidt als
volgt:
„Op 17 Januari stiet een groep schepen,
behoorende tot de Fransche zeestrjjdkrachten
in het Verre Oosten, bij een operatie in de
golf van Siam, in de nabijheid der Indo-
Chineesche grens -op Thailandsche zeestrijd-
krachten, die een Fransch vliegtuig aanvie
len. In een kort zeegevecht werden twee
Thailandsche schepen tot zinken gebracht en
een derde ernstig beschadigd. Aan Fransche
zijde werden geen verliezen geleden.
Ongeveer een maand geleden is in het
zelfde gebied een Fransch patrouillevaartuig
in de Fransche territoriale wateren zonder
eenige provocatie van Fransche zijde door
een Thailandsch vliegtuig gebombardeerd.
Ter vergelding heeft de Fransche luchtmacht
de Thailandsche luchtbasis Brachin hevig
gebombardeerd. Er werden vele treffers ge
plaatst. Ook Aranja en Vadhana zijn gebom
bardeerd, vooral in de eerste plaats konden
na den aanval groote branden worden waar
genomen In weerwil van het hevige Thai
landsche afweervuur zijn alle Fransche vlieg
tuigen onbeschadigd op hun bases terugge
keerd".
Naar uit Vichy gemeld wordt, is daar in
welingelichte kringen bevestigd, dat de
Fransche gezant te Bangkok op 17 Januari
een onderhoud met den Thailandschen
minister-president heeft gehad. Men merkt
op, dat dit onderhoud deel van het gebrui
kelijke contact uitmaakt.
Geen verbod voor Amerikaansche
oorlogsschepen om de oorlogszone
te 'bevaren
Sfimson. de minister van oorlog, heeft
▼olgens een United Press bericht uit
Washington, gisteren verklaard, dat hij er
tegen was, dat bij het wetsontwerp tot
steun aan Engeland een verbod zou wor
den gevoegd, voor Amerikaansche sche
pen om de oorlogszone te bevaren.
Niemand kon voorspellen, zoo verklaar
de Stimson, welke gebeurtenissen zich
zullen voordoen, die het voor de verdedi
ging van de Vereenigde Staten noodzake
lijk zouden maken Amerikaansche oor
logsschepen naar de oorlogszone te
sturen. (D.N.B.)
Kunst
Prof. Georg Kulenkampff, viool
ROTTERDAM, 18 Jan. Ondanks door
sneeuwval onbegaanbare wegen hadden velen
zioh gisteravond opgemaakt naar de Ko-
r.inginnekerk om te gaan luisteren naar de
muzikale praestaties van het Rotterdamsch
Philharmonisch Orkest en den solist Prof.
Georg Kulenkampff (viool). En zij
hebben hun moeite ruimschoots beloond ge
zien, tenminste, voorzoover zij liefhebbers
jn van moderne muziek. Want het is
toch zoo, het behoort althans zoo te zijn,
t men in de eerste plaats gaat om de
u z i e k zélf en niet om de praestaties van
een voortreffelijk orkest en een dito solist
11 e e n, al vormen die praestaties een
dringende voorwaarde voor het juist waar-
deeren van de werken zelf. Kunst is geen
sport, en de reproducenten behooren beschei
den op den achtergrond te blijven, om de
wille van de scheppers van een kunst
werk. Het publiek vergeet dit wel eens be
wierookt de reproduceerenden envergeet
vaak de scheppende meesters
Dit sluit natuurlijk waardeering ten op
zichte van de uitvoerenden, die toch óók
kunstenaars zijn, niet uit. Het gaat hier om
de juiste proporties.
Zoo hebben we gisteravond de bijna feil-
looze vertolking genoten van de „Hóry-Jénos"-
Suite van Zoltan Kodély. Over den in
houd van het verhaal, waaraan deze suite ten
grondslag ligt, hebben we destijds in ons blad
reeds het een en ander verteld, ter gelegen
heid van een uitvoering van dit werk door
hetzelfde orkest. Het is muziek, die buiten
gewoon geestig aandoet.
Van den Rus Anatol Liadow(1855—
1914) speelde het orkest de legende .„Kiki-
mora". De vertolking plaatste het opus in een
zeer voordeelig daglicht, al kunnen wij he;
werk zélf slechts tot op zekere hoogte waar-
deeren.
Karl Holler is bij ons een niet geheel
onbekende, dank zij Flipse's speurzin.
Enkele weken geleden hebben wij van hem
een Passacaglia en Fuga voor orkest gehoord,
die ons een degelijken indruk van den com
ponist hebben doen krijgen. Ditmaal werd in
ons land door Prof. Georg Kulen
kampff een Vioolconcert van Holler
geïntroduceerd! Het is in 1938 gecomponeerd
en aan den uitvoerenden violist van gister
avond opgedragen. Ook dit werk is knap
van conceptie, al boeide het ons minder dan
zijn Passacaglia.
Aan de programma-toelichting ontleenen
wij de volgende bijzonderheden over den
componist: „Holler, in 1907 geboren te Bam
berg als zoon van den Dom-organist Valen
tin Holler, studeerde by Hermann Zilcher,
Sigmund von Hausegger en Joseph Haas. Van
19331936 was hij leeraar aan de Staatllche
Akademie der Tonkunst te München; daarna
was hij verbonden aan het concervatorium te
Frankfurt am Main".
Kulenkampff speelde dit werk met
verbazende technische vaardigheid en ook het
orkest deed het eer aan.
Tenslotte een Vioolconcert In a op. 82 van
den Russischen componist Alexander
Konstatinowitsch Glazounow
(18651921), leerling van den bekenden
toondichter Rimsky-Korssakow.
Dit werk, waarvan het laatste deel (Alle
gro) o.i. het belangrijkste is, gaf den violist
andermaal gelegenheid zijn verbluffende tech
niek te toon en en het orkest niet minder.
F1 i p s e en zijn mannen kunnen evenals
de solist voldaan op dit vierde avondconcert
terugzien
W. P. V.
Binnenlandsch Nieuws
De eerste postbestelling verlaat
In tal van plaatsen in ons land gaan de
brievenbestellers sinds een paar dagen, er
des morgens een uurtje later dan vroeger voor
de eerste bestelling op uit.
Nu met ingang van 15 dezer verboden werd
andere lampjes op straat te gebruiken, dan de
voorgeschreven modellen, doet zich in som
mige plaatsen de onverwachte belemmering
voor, dat de post niet in het bezit is van de
voorgeschreven lampjes, terwijl in andere wel
lampjes zijn, doch geconstateerd mo^t worden,
dat deze onvoldoende licht verspreiden, zoodat
de besteller bij het blauwe sohijnsél de adres
sen niet of slechts met de grootste moeite le
zen kan.
Den directeuren der posterijen in de ver
schillende gemeenten was van Den Haag uit
opdracht gegeven, de lampjes van het
geschreven model, bij plaatselijke handelaren
te bestellen, omdat men meende, dat deze
wijze van werken een vlotter verloop zou
waarborgen, dan wanneer de levering gecen
traliseerd bleef. Inderdaad hebben de ver
schillende directeuren onmiddellijk stappen
gedaan, om de lampjes machtig te worden,
doch het bleek, dat de lampjes niet voorradig
waren. In een gemeente onder den rook van
Amsterdam, had een voortvarend winkelier
tegen den directeur van het postkantoor ge
zegd, dat hij er wel voor zorgen zou, dat het
in orde kwam. Maar de man was uit de hoofd
stad, waar hij zijn inkoop dacht te doen,
teruggekomen zonder lampen. Een groote fir
ma had hem verklaard, er 20.000 besteld te
hebben, doch er slechts 800 gekregen te heb
ben. In het hier bedoelde geval vond de In
spectie der posterijen het maar het beste, de
bestellers een uur later te laten uitrukken,
liever dan hen bloot te stellen aan een bekeu.
ring. In plaatsen waar men wel over d(
lampjes beschikt, o.a. in Rotterdam, heeft
men noodgedwongen tot denzelfden maat
regel moet overgaan. Er is bij dit alles
echter de troost, dat we zoo langzamerhand
meer naar de langere dagen en daarmee
naar het vroegere licht gaan.
Het vergaan van de Soemba
De namen van de vermisten
De stoomvaart maatschappij „Nederland"
deelt ons mede, dat zij uit New York telegra
fisch bericht heeft gehad van den eersten
stuurman van het ».s. Soemba, welk schip
naar men weet In het begin van deze maand
op den Atlantischen Oceaan is vergaan, dat
de gezagvoerder J. E. Leguit uit Amsterdam,
de tweede stuurman F. Legger GEmmen) en
de volgende leden van de bemanning vermist
worden: bootsman A. Kok (Egmond aan
Zee), timmerman E. Middelberg (Amsterdam),
kwartiermaker S. Bos ma (Woemer), de ma
trozen C. A. Heyjer (Amsterdam), P. van
Duyn Jzn. (Katwijk aan Zee), D. Visser Pzn.
(Hollum Ameland), J. van Duin Adzn. (Noord-
wijk aan Zee), C. van Duyvenbode (Katwijk
aan Zee), de lichtmatroos W. Woonink (Am
sterdam), de olielleden K. Th. Hamstra (Am
sterdam), J. Ase (Amsterdam), A. Greuter
(Monnikendam), de hofmeester W. C. de Boer
(Hilversum) en de kok S. Haantjes (A'dam).
Hamsteraars opgespoord
Inval bij een Barneveldschen landbouwer
Het A.N.P. meldt: Wederom is het de Barne-
veldsche politie gelukt gehamsterde voorraden
op te sporen en in beslag te nemen. Reeds
eenigen tijd was het aan een politieagent op
gevallen, dat de landbouwer van G, te Barne-
veld. meer bezoek kreeg, dan met de grootte
van zijn bedrijf in overeenstemming was te
brengen Tenslotte werd besloten op de hof
stede een inval te doen. Het bleek dat de politie
goed geobserveerd had. Na een nauwkeurig
onderzoek op de boerderij en in de bijgebou
wen werd een geheime bergplaats ontdekt,
waarin een groote partij haver
kon n
wezig was. Van G. kon noch de
slagvergunningspapieren toonen. noch i
- digende verklaring over de nei'
i. Tevens werd een partij V
be
de herkomst afleg-
H..van 160 kg vleesch
n beslag genomen. Om een en ander te ver
meren moest gebruik gemaakt worden van
een grooten vrachtauto.
Daarmede waren de successen van de politie
)or dezen dag nog niet algeloopen, want later
werd ook nog de boerderij van van B. te Voort
huizen bezocht. Daar bedroeg de buit van de
politie twee Juist en natuurlijk frauduleus ge
slachte varkens, welke eveneens verbeurd ver
klaard werden. De granen zijn naar de provin
ciale opslagplaats vervoerd, terwijl het vleesch
beide landbouwers is procesverbaal opgemaakt
Boerderijenbrand te
Dingelrade
Schuren en stallen van drie boerderijen
en een woning uitgebrand
Zondagmorgen ontstond, door nog onbe
kende oorzaak, brand In de boerderij van den
heer C. te Dingelrade. Doordat het vuur gretig
voedsel vond in de voorraad stroo, breidde
deze brand zich geweldig uit en werden de
naastliggende boerderijen van de heeren V.
en van de C. eveneens door het vuur aange
tast De brandweer van Dingelrade onder lei
ding van den heer Damen bestreed met een
viertal slangen op de waterleiding het vuur.
Hoewel dit door de gladheid geen gemakke
lijke taak was, was na een uur blusschen het
grootste gevaar bedwongen. De brandweer
van de gemeente Brunssum kwam ter assi
stentie, doch behoefde niet meer handelend
op te treden.
Van de drié boerderijen werden schuur en
stallen met de zich daarin bevindende voor
raden stroo en vruchten verwoest, terwijl de
woning van den heer van de C. totaal uit
brandde. Het vee werd grootendeels gered,
doch vijf vette varkens en talrijke kippen ver
brandden.
De schade wordt door verzekering gedekt
Caféhouder-hamsteraar
De caféhouder C. te Venlo, die ln ver
band met overtreding der Hamsterwet door
ambtenaren van den crlsis-contróledienst
werd gearresteerd en in wiens woning een
enorme hoeveelheid distributie-artikelen zijn
gevonden en in beslag genomen, is na drie
dagen op het politiebureau te Venlo te
hebben doorgebracht, op transport gesteld
naar Roermond en ter beschikking van de
Justitie gesteld. Hij la in het Huis van
Bewaring ingesloten.
Er is in de woning van den caféhouder een
Snorme hoeveelheid van diverse goederen
1 beslag genomen, zoodat vier vrachtauto's
noodig waren om de goederen te vervoeren.
Niet minder dan 500 knotten sajet, verder
textielgoederen, zeep, meel, chocolade en
vleeschwaren zijn gevonden. De waarde der
tn beslag genomen goederen beloopt
schillende duizenden guldens.
FRAUDULEUS SLACHTEN
Ambtenaren van den centralea cirsiscontróle-
dienst, die te Apeldoorn op den openbaren weg
bezig waren met het onderzoek van een auto,
welke vleesch van een frauduleus geslacht
varken bevatte, hebben gisteren een naderen
den wielrijder aangehouden, wiens vracht uit
ongeveer 20 kg spek bleek te bestaan, hetwelk
eveneens van een frauduleuze slacht afkomstig
was. In het huis van den eigenaar van den
auto vonden zij ook nog een groote hoeveel
heid varkensvleesch, zoodat bij hem totaal
bijna 80 kg vleesch- in beslag genomen kon
worden. Beide aangehoudenen, inwoners van
Apeldoorn, hebben bekend. De politie heeft
proces-verbaal tegen hen opgemaakt
Te Ermelo hebben eenige andere ambte
naren van dezen dienst gisteren een wielrijder,
aldaar woonachtig, aangehouden, die 18 kg
spek vervoerde van een frauduleus geslacht
varken.
Winterhulp Nederlan
Mr. B. J. M. van Spaendonck.
„Dat volk is groot, dat zijn gem ei
schap waarachtig beleeft. Daarom is
Winterhulp een eerezaak
Nederlander".
fiT'
I en XOO
Botsing tusschen twee goed<
treinen
iral
Vanmorgen omstreeks half 7 is juiakele s
Oosten van het station Gouda een goeder nie
trein met stoomtraotie, komende uit dertrekd
ting Utrecht, achterop een stilstaanden A
goederentrein gereden. De beide achterst^ ,w5.1
gens van dezen laatsten trein werden t?de
op elkaar geschoven en vernield. Het bt
sche net liep schade op. De locomottht.
slechts licht beschadigd. Persoonlijke (komt
lukken zijn niet voorgekomen; de hoofdfcoe v
der van den stilstaanden trein had nl. I wore
bijtijds zijn plaats in den achtersten vf
verlaten. De bestuurder van de door een|^f/en
trisch treinstel getrokken extra goederenfggg^
had op het station Gouda gestopt om daavn tr0
Instructies te halen. In dien tijd is de a%nt h
trein er bovenop gereden. De oorzaak val waa
ongeluk ls nog niet bekend. De mater'gedei
schade is niet groot, doch het reizigersvefekdk
is danig in de war gestuurd. Reizigers h als'
Utrecht moesten over Alfen a. d. Rijf1 ref
Woerden rijden. Naar men ons medePlesV;
was de kans groot, dat de vertraging *"3^
ganschen dag zou duren, hoewel er dj^dsd
met man en macht aan de opruiming he
gewerkt idriif
Samenwerking van werkgerttfier
het
vereenigingen t.a.v. sociale""
Ifs ee
aangelegenheden U^J
Een raad van bestuur in arbeidszak^.en
opgericht. aI,y-
lustij
In overleg met de daarvoor in aanmeri?1^!
komende officieele instanties hebben het u*
bond van Nederlandsche werkgevers, het?
verbond van werkgeversvakvereeniginger?
Verbond van Prot.-Chr. werkgevers in N<r 17
land en het Centrale overleg in arbeidszï spe
voor werkgeversbonden een centraal orr^erc
voor de behandeling van sociale aangelef
heden, genaamd raad van bestuur in arbr
zaken, opgericht 1 ®n
Aan dezen raad van bestuur hebben;6
noemde centrale werkgeversorganisaties
ledig haar bevoegdheden en werkzaamhf
op het gebied der sociale wetgeving, benei d*r
ten aanzien van het terrein der arbeidsvfnde
waarden gedelegeerd, aldus lezen wij
Katholieke Werkgever.
De centrale werkgeversorganisaties
op dit gebied derhalve niet meer zelfstal
naar bulten treden; zij zullen zich bepï
tot de interne behandeling van zaken vooj
deze in den_raad van bestuur aan de ordel
men. Dc raad bestaat uit vertegenwoordi
van de roornaamste werkgeversvereenigiife
in de lerschillende bedrijfstakken, die d
bezig houden met sociale aangelegenheden
Uit den raad wordt een dagelijksch bes!
van 7 leden aangenomen. Als gedelegef
van dltbestuur zal optreden mr. B. C. Sh
maker. De taak van den raad van bestuiéeler
ten aaizien van de sociale wetgeving oui
gebied iran de arbeidsvoorwaarden als 1
omschriveri: als
a. de georganiseerde werkgevers ten order
staan tan de bevoegde autoriteiten en aüng
ren te vertegenwoordigen; (rijt
b. te bevorderen, dat op deze gebieden nem
schen (e georganiseerde werkgevers een
groot nogelijke samenwerking tot stand k^_
waarbi, ten aanzien van de regelingen vai——
sociale toestanden in de verschillende bedr,
takken zooveel mogelijk naar eenheid m
beleid vordt gestreefd. n
MET DE HAND BEKNELD GERAAKIOffi
Gisteimiddag ls te Leidschendam in een
de werkplaatsen van de n.v. Machinefabrie
Scheepswerf Leidschendam een ernstig ongt
geschied. O
De ongeveer 20-jarige metaalbewerker
Vermeer is met zijn hand tusschen de kla
plaat van een draaibank geraakt: de hand v
ernstig verminkt.
Het slachtoffer is ter plaatse verbonden
vervolgens naar het ziekenhuis St Antoi^
hove te Voorburg vervoerd.
194C
Ï94C
Ondermaatsche snoekbaars*
194(
Moet in het IJsselmeer blijven
Nu de vischprijzen, vooral die van sn*®3]
baars, buitengewoon hoog zijn, kunnen
mige visschers er niet best toe komen dqgg(
vangen ondermaatsche viscb weer in heq93i
te deponeeren, ondanks de straf die er op
steld is ondermaatsche visch te vervoereï
In de gemeenten rond het IJselmeer v(
veel ondermaatsche snoekbaars verkocht,
zijn er handelaren die zich met derge^g,
praktijken inlaten. Dat de visschers op 193-
duur hierdoor hun eigen graf delven is 193'
schien te sterk uitgedrukt, maar een fdl93'
dat de gewraakte handelwijze den vischs
niet ten goede komt.
Tegen een visscherman die een partij on
maatsche snoekbaars m een zak vervoerde^
proces-verbaal opgemaakt, terwijl de v^
voor zoover nog in leven weer in zijn etefp-
is teruggebracht.
^KRISTMANN GUDMUNUSSON
Finnur gaf zijn paar een klap en de beid^ ruiters draafden
weg.
Het werd stil onder de achterblijvenden. Einde van het meer,
hoorde men telkens zacht fluisteren. Als een vonk verspreidde
het zich. Zij begonnen nu pas het gevaarlijke van Finnur's
voorstel te beseffen; zij keken elkander angstig aan.
Maan en sterren weerspiegelden zich in het ijs. Het leek bijna
alsof de beide mannen reden door de luoht, hoog boven de
sterren. Alle gesprekken waren verstomd. Torfe stond naast
Ouden Krist jan, daarachter Björn Isleifszoon, die als wezenloos
voor zich uitstaarde. Langzamerhand keerde zijn ernstige, be
zadigde uitdrukking terug. „Kijk dien jongen eens!" riep hy
triomfantelijk tegen Ingebjorg Hallsdochter, die naast hem
stond. „Finnur is wel twee of drie paardlengten vóór." Hij
lachte, en stak zijn handen in zijn broekzakken. Hij kreeg er
pleizier in als die kerel van Hamrafell het aflegde, en Finnur's
paard was immers een broer van zijn Eljagrimur!
Vlak voaraan stónd Kolfinna; geheel alleen. Toen ze
FinAur's laatste woorden gt boord had, was ze naar voren ge
drongen. Ze had willen roepen, haar best willen doen, dat de
menschen hen tegenhielden. Het einde van het meer! Ze ver
stijfde van angst, haar lippen werden droog, haar mond
brandde. Waarom ze het niet deed, wist ze zelf niet. En toen
op eens waren zij weg. Zij bleef onbeweeglijk staan, zonder
recht te beseffen, dat zij er niet meer waren. Koortsachtig draai
den haar gedachten om dat ééne punt: zij reden naar het einde
van het meer. Ze hoorde iemand roepen, dat Finnur vóór was.
Toen klonk een vroolijke stem vlak achter haar: „Rijden ze
heelemaal tot het eind?.Ze zullen toch wel voor dien tijd
terugkeeren als ze niet stapel gek zijn."
Het werd stil, een ademlooze stilte. Kolfinna's oogen volgden
werktuigelijk de twee zwarte gedaanten op het ijs. Ze hoorde
als in een droom haar eigen hart bonzen.
Plotseling ging een heete golf door haar heen; het eene paard
maakte een sprong in de lucht. Een van de omstanders loosde
een diepen zucht, een gil, een kreet, gevolgd door vele andere.
Kolfinna verloor het bewustzijn.
Toen men de plaats van het onheil bereikt had, vond men
Skule's hoed en jas naast zijn paard op het ijs liggen. Finnur's
paard' zwom in het groote wak, de kop omhoog. Even later
kwam Skule boven, een paar keer haalde hij diep adem, toen
dook hij opnieuw. Het duurde lang eer hij weer boven kwam
en de omstanders waren al bang, dat hij verdronken was. Hij
zwom langzaam naar den kant en bleef, nadat ze hem uit het
water hadden getrokken, stil zitten op het ijs.
Een troep mannen kwam aanrijden; ze brachten louwen en
kleeren, een deken en reddingsmiddelen mede, die ze op Nes
gehaald hadden. Hallgerdur Vidalin was meegekomen. Ze wierp
zich van haar paard en bleef onbeweeglijk staren naar het
groote wak. Sigfuszoon begon oogenblikkelijk ophieuw te
zoeken, Skule voegde zich bij hem, hij had zijn natte kleeren
voor droge verwisseld.
„Het geeft allemaal niets", fluisterde Sigfuszoon. „Ik ken hier
den bodem. We vinden hem toch niet."
Na een half uur echter hadden zij Finnur's lichaam opgehaald,
maar alle pogingen om de levensgeesten op te wekken, waren
vergeefs. Op een baar van stokken en dekens werd het lijk naar
Nes gedragen. De boeren volgden in stilte. Hallgerdur liep naast
de baar en staarde naar het lijk met doffe oogen. Ze had Finnur
niet aangeraakt, alleen maar gekeken. Toen zij Nes bereikt
hadden, was het alsof zij plotseling tot bezinning kwam. „Hoe
is het gebeurd?" vroeg zij zacht.
De jonge Sigfuszoon deelde het haar mede. Skule was naar
huis gereden, maar hij had eerst aan Sigfuszoon verteld, hoe het
ongeluk had plaats gehad.
Finnur was een goed eind vóór geweest, toen het ijs plotseling
barstte. Zijn paard schrikte en stond meteen op de achter-
beenen. Op hetzelfde oogenblik schoot een ijsschots onder het
ijs, zoodat zich een groot wak vormde. Het stuk ijs, waarop
Finnur zich bevond, was zoo smal, dat het kantelde, en paard
en ruiter in het water terecht kwamen. Finnur was als een
steen gezonken. Skule had dadelijk naar hem gedoken, maar
vergeefs Dat was alles
„Zei je. iai z* ^aar hel einde van het meer wilden?" vroeg
Hallgerdu scht
„Finnur wilde net."
„Is Björn Isleifszoon hier ook?" vroeg Hallgerdur.
u
z begreep
izinnig HG
haar gelj 's
Björn trad naar voren. jg
Het was alsof ze schrikte toen ze hem zag. Haar gezicht19
trok, haar mond werd tot een smalle spleet. Ze ging vlak
hem staan en keek hem recht in de oogen. 19
„Heb jij hen hooren zeggen, dat ze naar het einde van'Aj
meer wilden?" n'
„Ja a ik heb wel zoo iets gehoord, maar ik
niet; ik kon niet gelooven, dat datze zóó krankzinnig
Een oogenblik staarde ze hem aan. Toen hief ze haar
vuist op en schudde die vlak voor zijn neus.
„Jij hadt het gehoord, Björn! En je deedt niets om het te 1 u
O, God!" N,
Ze wankelde, haar hand zonk machteloos omlaag. 1Nj
mannen schoten toe om haar te ondersteunnen, maar ze Jr(
zich los. Ze waggelde naar het lijk, wierp er zich overhea 1
streelde teeder het vertrokken gelaat. „En ik, die dikwijls j 1
zoo hard voor je geweest ben, beste jongen; zoo hard!z,
jezoo hard."
De houtstapel op het ijs was bijna gedoofd; alle fakkels
uitgebrand; stil en wit lag de winternacht over het dal. Oj
langs het water en over het ijs reden mannen en vrouwen
zwijgend terug keerden van het feest. n
ZEVENTIENDE HOOFDSTUK. f
Het was stil in het dal, de eerste dagen na het ongeluk ii V
Nieuwjaarsnacht. Als twee elkaar tegen kwamen, dede A
niets, dan elkaar groeten; ze zeiden geen woord, keken a
alleen maar aan. (Wordt ver