Jliruurr gtiitócift QTcurant
Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden en Omstreken
-Veranderlijk en
Ijnveran derlij k
NIEUW MOLEST-RISICO
MIDDENSTANDSDIPLOMA^
BLU-J®. FAX
rtia/e
I
g onnementsprü»
per 3 maanden in Leiden en In plaatsen
n p waar een agentschap gevestigd It 2.36
■*■*4 Per week 18 et Losse nummers 5 ct
Alle» by vooruitbetaling.
b wertentiepryzen
jking
de b 22H ct per regeL Ingezonden Mede-
8f| deelingen 46 ct per regeL Minimum
■fr*vai Bcwysnummer 5 ot Bij oon-
/an ei tract belangrijke korting
ehoud
Bur. Redactie en Administratie
BREESTRAAT 123. LEIDEN.
Telefoon 22710.
(Na 6 uur 23166).
Postbox 20. Postrek. 66936.
No. 6298
zaterdag 7 december 1940
21e Jaargang
t volg
veranderlijke en er zijn onver-
dingen. Wanneer wij dit zeggen,
^denken wij onmiddellijk kan net
V00rd: „de dingen, die men ziet, zijn
prijzerjs; maar de dingen, die men niet
en~ö^ön eeuwig." En ten principale komt
c. op tijd op deze tegenstelling aan en op
gevoelbaarheid neer.
brachikunnen ook zeggen: de dingen en
n.n' ï^ten van den mensch zijn verander-
5508rjaar de raad en het plan Gods zijn
-«o Onderlijk. Zoo komt dezelfde waar-
^°°|®3ichter bij ons en wordt ze meer
eken in de sfeer van het leven van
koeiqken we even na over deze tegen-
dan ligt er al dadelijk een ernstige
ining voor ons in. De voorbeelden
oor het grijpen, dat wy menigmaal
's ve<fe gedachten stelsels en systemen
n einden, welke naar onze meening
deWb?#nderlijk zouden zijn. En wanneer
en die opvatting piet deeleni dan
WÜ hen vaak verketterd cn ver-
"maV^ld; want hoe kon men twijfelen aan
—2oo logica, aan ons inzicht en onze
kLn.W?
ko t Jnu, de harde werkelijkheid heeft
voer ipl geleerd, hoe schromelijk we ons
inzicht vergist hebben en hoe
kortei het is ons soms, ja gedurig terug
°|ïkken in de onneembare en onver-
Cpnjijke casematten van Gods Woord, in
nucht van ons te beroemen in de vooruit-
^ven stellingen van eigen bedenksel
Laksel. Omdat ze van eigen bedenk-
bleek er niet zelden wat aan
'jongepstructie te haperen en omdat het
bouwsel was, liet de soliditeit te
ten over.
het fundament was niet ondeug-
maar de steensoorten waren zeer
lillend', ja, zelfs poogden we soms,
rt.eSj de Apostel zegt, met stroo en stop-
te bouwen. En dan zijn de gevolgen
te voorzien,
en tej dit nu zeggen, dat alles wat in deze
2o pit onder sloopershanden komt, van
^ieure kwaliteit was? Wie een derge-
Klichtvaardige conclusie trekt, toont
e ka|c aan historie- en feitenkennis. Waar-
5r wor"d^ thans heel wat onder harde
rs vermorzeld, dat waard was in
4lIo te blijven. Het opdringen der over-
om steeds meer macht naar zich toé
:n Ellen en veel onder staatscontrole te
fVi is in strijd met onze welgefundeer-
rtttertuiging ten aanzien van de grenzen
verschillende levensterreinen. De
oekering van veel, hetwelk tot dus-
^ichzelf regelde, zal niet steeds tot
strekken.
deze algemeene stelling vloeit als
f voort, dat menige maatregel, in de
maanden genomen, ons niet kan
Het feit echter, dat we het anders
p wenschen, is niet beslissend voor de
of onze beschouwing juist of onjuist
'n mag nog veel minder tot sabotage
^IVjtduiking leiden. Want, het betreft
iclamreranderlijke dingen. Met ontwijfel-
'ekerheid is niet uitgemaakt, dat het
J ins uitgedachte systeem het eenig en
^~*juiste is; veel meer moeten allerlei
„i. luivingen en veranderingen er ons toe
om opnieuw een onderzoek in te
noj naar de gronden en motieven
patste vooral niet te vergeten
11 h£> onze overigens eerlijk beleden
r vatigimg rustte.
esteri ^et vcdste rec^t mag men van ons
opgji, dat we open staan voor critiek
hulpje veranderlijke dingen in ons volks
in n al hebben wij ze ook nog met zoo-
ewchj°rg en toewÜding opgebouwd. Met
VripP staatkundig en sociaal-economisch
hulj is gedurige reformatie en evolutie
de bovenbouw betreft nood-
noodk. Deze erkenning houdt echter
rutel dat wiJ loswoelen en onder-
e aajg van het fundament moeten tegen-
I
terugtrekken op fundamenteele stel-
kan nooit beteekenen, dat wij
Item niet meer laten hooren op de
des levens en dat wij het Woord van
Koning niet meer zouden spreken,
lag er ons ook nooit toe brengen om
jd te gaan met een opvatting, welke
fistelijke religie op één lijn stelt met
proei religieuze stelsels, dde door men-
uitgedacht zijn, ook al zijn er nog
te vinden van den waren
tnst.
neer men dus de Christelijke pers,
staatkunde, sociale actie, of welke
iring van Christelijke activiteit ook,
Ir*ilarisme noemt, dan wijzen we deze
Jicatie met klem en vastberadenheid
t daarmee zou tevens gezegd zijn,
Christelijke godsdienst tot het
iliere leven behoort, die men naar
mken aanvaarden of verwerpen kan.
de wereld niet in met wat wij
tdaan hebben of zullen doen, maar
itgeen God ons in zijn Woord ge-
geopenbaard heeft. En aan die
anderlijke dingen moeten wij vast
In ten einde toe.
andvastich is ghebleven ons hert in
nspoet", moeten en kunnen wij
n den Zwijger nazeggen, mits wij
ij niet denken aan wat van ons en
èranderlijk is; maar als het geldt de
anderlijke waarheid, welke God ons
n Woord geopenbaard heeft.
ALG. FRIESCHE LEVENSVERZ.-MY
BURMANIAHUIS
leeuwarden
VAN 1845
AMSTERDAM. VAN BRIENENHUIS
BEIDER GARANTIE VOOR ALLE
VERZEKERDEN
GLASSCHADE IS ZONDER
BEPERKING BEGREPEN
in de verzekering tegen oorlogs-
molest, die U voor Uw huis
kunt aangaan bij
Geen franchises, maar de beste
beveiliging van Uw belangen.
^Inlichtingen verstrekt het kantoor:
SINGEL 126—130 AMSTERDAM (O
Telefoon 4 7 19 0
Beginselen der
oorlogsschaderegeling
Het besluit rakende de materieele oorlogs
schade gaat van bepaalde beginselen uit We
hebben er weeds op gewezen.
Voor de vergoeding en het herstel van het
geen door oorlogsgeweld is verloren gegaan,
kon dat ook bezwaarlijk anders geschieden,
nu van ce bereids getroffen, meerendeels
voorloopigt voorzieningen tot definitieve
maatregelen wordt overg^aan.
Men staid voor een probleem met vele
kanten, dat te voren noodzakelijkerwijs van
alle zijden behoorde te worden verkend:
maatschappelijk, financieel, technisch en
juridisch.
De aanvaarde formeele rechtsregelen zijn
als normen, als maatstaven in het besluit der
beide secreiarissen-generaal opgenomen. Af
bakening van aanspraken en belangen der
betrokkenen was noódig ten einde een kader
te verkrijgen, waarbinnen aan de individueel
geleden schade kon worden tegemoet ge
komen en dat ook een zekere vrijheid van
beweging laat voor practisch handelen. On
billijkheden, hardheden en onrechtvaardig-
digheden mogen niet worden veroorzaakt
door formeele en formalistisch toegepaste
voorsohriften. En evenmin mogen deze oor
zaak zijn, dat materieel verder zou moeten
worden gegaan dan in redelijkheid gerecht
vaardigd mag heeten. Zoowel het een als het
ander ware niet verantwoord eenerzijds
tegenover de slachtoffers en anderzijds tegen
over het Neder landsche volk, dat als geheel
de niet geringe lasten van den getroffen
maatregel zal hebben te dragen. Want die
offers zullen groot zijn. Hoe groot durven we
bij benadering niet eens ramen bij dezen zeer
bijzonderen herstelarbeid. Dat ze zwaar zullen
zijn, lijdt echter niet den minsten twijfel.
Toch moeten ze gebracht, ook al staat alles
wat onze toekomstige welvaartsbronnen be
treft een ieder nog niet met volkomen klaar
heid voor den geest. In dezen hebben we ons
echter over te geven aan wat de Voorzienig
heid over ons en ons volk zal willen
gehengen.
Dat de overheid bij alle goedwillendheid en
ruimhartigheid nochtans het economisch
fundament, waarop de algeheele wederop
bouw moet berusten, niet uit het oog heeft
verloren, is wel duidelijk en viel niet anders
te verwachten. Wat zij doet, behoort ook
effect te hebben en aan de sociaal-economi
sche restauratie van ons maatschappelijk
bestel, dat zoozeer heeft geleden, ten goede te
komen.
Zoo heel eenvoudig zal dat trouwens niet
zijn. Want het is niet voldoende, dat de
menschen geld of bonnen in de handen
krijgen, ze moeten ex ook wat voor kunnen
koopen. Waar, wanneer en hoe zijn voldoende
linginrichtingen verkrijgbaar? Hoe komen
tot herstel van onroerend bezit? Op welke
wijze zullen vernietigde of verminderde voor
raden kunnen worden aangevuld? Hoedanig
danig is het uitzicht op het weder verkrijgen
van bedrijfsgoederen?
We zouden de vragen kunnen vermeerde-
in, maar doen dat niet. Slechts bedoelen we
te doen verstaan, dat ook nahet tot stand
komen van de vergoedingsregeling voor ge
leden oorlogsschade de vraagstukken en
moeilijkheden nog vele zijn, al zijn we tevens
overtuigd, dat te bevoegder plaatse alles zal
worden gedaan om tot een oplossing te
komen.
'Op de vraag hoe het Rijk de middelen zal
vinden voor de aan de oorlogsslachtoffers te
verstrekken uitkeeringen, geeft, zooals reeds
gezegd, het besluit der secretarissen-generaal
geen antwoord. Alleen weten we, dat een
systeem van bijzondere bestemmingsheffingen
bij onderzoek niet doelmatig is gebleken. Een
complex van dergelijke heffingen zou ver
moedelijk VTij samengesteld moeten zijn en
derhalve tamelijk kostbaar. Daar is niemand
mee gebaat Het ligt daarom voor de hand,
dat men tot het inzicht kwam, dat op den
duur uit de algemeene middelen de finan
ciering zal dienen te geschieden. Deze zullen
dan uit den aard der _gaak een belangrijke
de brandweer wordt modern toegerust
Motorspuiten en slangen
wagens vervangen het
oude materiaal
Achterlijke toestanden
behooren tot het verleden
Verjongd de nieuwe tijd tegemoet!
t VII.
Hoe is de Rotterdamsche Vrijwillige Brand
weer aan het moderne materiaal gekomen?
Niet anders dan na moeizamen strijd! Door
schade en schande wijs geworden besloot ae
Gemeenteraad in 1927 tot de aanschaffing van
de nieuwste motorspuiten. Eenigen tijd later
verdwenen ook de oude handbrandspuiten.
De slangenwagens deden hun intrede in de
Maasstad. Het was een periode vol spanning,
waarin de liefhebberij der vrijwilligers danig
op de proef werd gesteld. Doch de ouae
saamhoorigheid overwon en het aloude insti-
tuur der Vrijwillige Brandweer bleef voort
bestaan.
Volkomen verouderd was in de twintiger
jaren het materiaal van de Brandweer. Om
streeks 1925 bezat Rotterdam in totaal zés
stoombrandspuiten, waarvan sommige nog
met paarden werden getrokken. Dit materiaal-
dateerde meest van 1905 en was na twintig
jaren dienst vrijwel versleten en verouderd.
Ook de oude handbrandspuiten voldeden
steeds minder.
Tengevolge van een samenloop van om
standigheden kwam in den aanvang van
1926 op ontstellende wijze aan het licht, welke
achterlijke toestanden in de Maasstad bij de
Vrijwillige Brandweer heerschten.
Een voorproefje daarvan had men al gehad
op 2 April 1925 tijdens een brand aan de
Bierstraat 18, 20 en 22 bij van Cleeff Hessian
Cy. Naar aanleiding van dezen brand'zonden
een veertiental assuradeuren een adres aan
Burgemeester en Wethouders, waarin o.a.
werd betoogd „dat deze brand bij een tijdig
Voorheen en thansl Links een model van den
slangenwagen, zooals die de laatste jaren
te Rotterdam In gebruik is. Rechts de oude
spuit, die afgedankt werd. De foto werd ons
welwillend afgestaan door brandmeester A. G.
Corbeth, destijds verbonden aan spuit 30
later slangenwagen 30).
(Foto A. G. Corbeth.)
optreden der Brandweer met groot materiëel
tot een minimum zou zijn beperkt gebleven,
terwijl het ons wil voorkomen, dat de toe
stand van dit groot materieel niet van dien
aard is als in een gemeente als Rotterdam
verwacht mag worden.''
Op 13 Januari 1926 woedde een felle brand
in een scheepstimmermanswerkpiaats aan het
Piet Heynsplein 40. Tijdens deze brand deed
zich de volgende merkwaardigheid voor: Toen
de machinale ladder op het t andterrein was
aangekomen, werden de paarden afgespannen.
Daarna werden ze, aan de hand geleid door
den voerman, naar het Groote Kerkplein ge
bracht om.... de reservewagen met alles
wat bij een groote branh noodig is, te gaan
halen. Pas twee uur na htuitbreken van eren
De brand aan de Noordblaak.
Intusschen bracht dit de gemoederen nog
niet in beweging. Dat gebeurde op 22 Febru
ari 1926, toen bij een brand in een sigaren
winkel aan de Noordblaak een vrouw en twee
kinderen om het leven kwamen. De brand
weermannen deden wat zij konden, doch het
was vergeefs, de menschen waren niet te
redden. Een stroom van critiek brak los. De
dagbladen stonden vol ingezonden stukken,
men laakte „het tactloos optreden van de
Brandweer", steeds sterker werd de aandrang
tot aanschaffing van nieuw materieel, en
temidden van al deze verwarring begon men
van sociaal-democratische zijde ook nog het
vuurtje te stoken tot instelling van een be
roepsbrandweer.
Op 15 Maart 1926 bleek nog eens ten over
vloede, dat de Vrijwillige Brandweer bij haar
tijd was achtergebleven. Een enorme brand
bij R. S. Stokvis en Zonen moest met 31
stralen worden gebluscnt, hetgeen niet dan
met zeer groote moeite tot stand kwam. „De
Rotterdammer" schreef: „Vooropstellende, dat
wij groote achting hebben voor het werk der
Vrijwillige Brandweer, persisteeren wij bij
onze opmerking, dat er een tekort is aan
groot materia a 1". En een ander blad
schreef ronduit, dat de oude handbrand
spuiten nu maar zoo spoedig mogelijk moes
ten worden opgeruimd. Tijdens den brand
deed zich bovendien groot gebrek aan slan
genmateriaal gevoelen, een gevolg van het
uitblijven van den reservewagen wegens het
hierboven reeds vermelde euvel.
Het i
materiaal
Zoo ging het toch waarlijk niet langer in
een groeiende wereldstad. Dat begreep ook
het Gemeentebestuur, dat inmiddels op 2
Maart 1926 met reorganisatievóorstellen voor
den dag was gekomen. Deze voorstellen wer
den eenigen tijd later door den gemeenteraad
aanvaard. Besloten werd het volgende mate
riaal aan te schaffen: 1. Vijf motorwagens van
het type snelle bestelwagen op 2-tons chassis
„De-dion-Bouton". Het betrof hier drie per
sonen-bestelauto's, voor het vervoer van het
spuitpersoneel naar het terrein van den brand,
enz. en twee r en. „reservewagens" voor
eerste hulp en voor den aanvoer van mate
rialen bü brand (gereedschappen, gasmaskers,
masker-zuurstoftoestellen enz.).
2 Een motorladder met 28 meter stijg-
hoogte. Fabrikaat van het chassis: Mercedes
Benz. Fabrikaat van den ladderopbouw: Metz.
versterking behoeven, welke het best te
dragen zal zijn, indien de economische arm
slag wat vrijer zal zijn en de tijd van nu,
waarin voor schier niemand „de omstan
digheden van voor en na 15 Mei nog gelijk"
zijn, wat gebeterd zal zijn.
Bij het opstellen van de regeling is door het
departement van financiën een ruim en dank
baar gebruik kunnen worden gemaakt van
de adviezen der Commissie-Oorlogsschade;
het besluit is in nauwe samenwerking met den
algemeen gemachtigde voor den wederop
bouw tot stand gebracht, terwijl voordeel
werd getrokken uit de ervaringen van de
Schade-Enquête-Commissiën die inmiddels
voor een goed deel met de registratie der oor
logsschade zijn gereed gekomen.
Het besluit is verdeeld in drie afdeelingen:
1. waardeering van de schade en bepaling van
de grootte der overheidsbijdrage daarin;
2. uitkeering der bijdragen en eventueele
verrekening van reeds verleende credieten en
voorschotten en bepaling van de voorwaar
den, waaraan de wederopbouw moet vol
doen, alvorens bijdragen betaalbaar worden
gesteld; 3. schadevergoeding van Rijkswege
en particuliere molestverzekeringen.
Omtrent den materieelen inhoud dezer
paragrafen kunnen we weinig nieuws meer
vertellen dan men reeds yanaf Woensdag
heeft kunnen lezen. De practijk zal dienen
te worden afgewacht zoo ten aanzien van
schade aan onroerend goed, bedrijfstoerus-
tingen en bedrijfsvoorraden als ten aanzien
van inboedels.
Wat de vergoeding voor huisraad betreft,
is de opmerking vernomen, dat de huurwaarde
als maatstaf wat simiplisrtosch is. Inderdaad
sohijnt hier iets van aan. Maar we stellen ons
voor, dat, uitgaande van het genoemde ge
geven, de betrokken instanties zich aan de
hand van nog andere gegevens zoo volledig
mogelijk zullen oriënteeren. En dan kan van
verdere belastingaanslagen, polissen van
brandverzekering, enz., die ieder op zich zelf
ook niet afdoende zouden zijn, een nuttig
gebruik worden gemaakt Elk hulpmiddel,
dat dienen kan om zoo rechtvaardig mogelijk
voorgedragen aanspraken te bepalen, zal
dienen te worden aangewend.
Dat de middenstand bij de bestedingen der
gelden niet wordt uitgeschakeld, zal onzen
winkeliers, wier positie in dezen tijd aller
minst aangenaam en gunstig is, voldoening
schenken. En dat tegen een kettinghandel in
bonnen zal worden gewaakt, is volkomen
juist We willen vertrouwen, dat Nederlanders
er zidh niet toe zullen leenen om door min
derwaardige practijken zich op niet bedoelde
en onrechtmatige wijze te bevoordeelen. Zou
dit euvel zich onverhoopt toch voordoen, dan
behoort daartegen rigoureus te worden
opgetreden.
Binnenkort zijn hierover meer uitvoerige
publicaties te verwachten.
De oorlogssohade-regeling heeft ooknog
enkele technische kanten, welke echter min
der in de sfeer van de algemeene belangstel
ling zullen liggen. We vermoeden, dat b.v.
een uiteenzetting over het grootboek van den
Wederopbouw velen minder zou interes
seeren. Dat grootboek omvat, bij wijze van
spreken, alle schadecrediteuren voor ge
bouwde eigendommen en schepen; ook ver
goedingen voor onteigeningen worden daarin
ingeschreven, voor zoover niet in contanten
uitgekeerd. Rechten staan daardoor vast,
maar tevens is controle mogelijk op de beste
ding van de uitgekeerde gelden, overeenkom
stig de bedoeling. Wat zerloren jing moet
herrijzen, in dezen hn s le irediteur x>k
weer ie iebiteur ran Wh staat. De jischrij-
vingen moeten an too spoedig mogelijk
plaats maken voor nieuw gebouwden eigen
dom.
Ten slotte schenkt het oorlogsschade-besluit
nog de noodige aandacht aan de rechten van
hypotheekhouders en andere zakelijke ge
rechtigden, die mede betrokken zijn in de
schade door den eigenaar geleden. Zij ont
vangen geen afzonderlijke vergoeding, maar
moeten het herstel van hun beschadigde
rechten vinden in de aan den eigenaar van
het onroerend goed toe te kennen vergoeding.
De voornaamste der slotbepalingen be
handelt den invloed van de van Rijkswege
te verleenen bijdragen op de particuliere
molest/verzekeringen. De omslagen voor deze
verzekeringen worden verminderd met de van
Rijkswege te verleenen bijdragen. Het Rijk
neemt dus een deel, niet zelden een zeer
belangrijk deel van de verplichtingen der
verzekeringsinstellingen en dus van de aan
geslotenen over.
Dubbele uitkeeringen mogen niet plaats
Voor 't oogenblik willen we volstaan met
deze allerminst volledige opmerkingen, waar-
,toe de besproken regeling voorshands aan
leiding gaf.
De materie is daarmee geenszins uitgeput.
Dat zal wel blijken: voorloopig zal ze niet
van de agenda voor Nederlands wederopbouw
verdwijnen.
Een van de moderne Ahrens-Fox motorspuiten,
sinds 1928 in gebruik bij de Rotterdamsche
Vrijwillige Brandweer. Dit „waterkanon" heeft
een capaciteit van 3800 Liter per minuut.
(Foto J. Koomans.;
o«
Bij ervaren bediening kan men deze ladder
oprichten en uitschuiven in ca. 20 seconden,
draaien in 40 sec.
3. Zeven Ahrens Fox motorbrandspuiten.
Deze spuiten waren destijds in Europa nog
niet in gebruik. Hadden de oude stoomspuiten
een capaciteit van 1200 Liter per minuut, de
nieuwe kregen een maximum-capaciteit van
ca. 3800 liter per minuut, hetgeen deze spuiten
de bijnaam „het waterkanon" deed ver
krijgen. Bij deze spuiten is de pomp vóórop
het chassis geplaatst, zoodat de motor meer
naar achteren komt Er is groote ruimte voor
persslangen, zonder eenig bezwaar kan 600
meter slang worden meegenomen, aan zuig-
buis wordt 21 meter meegenomen. Alle motor
spuiten zijn behalve met de gewone signaal
inrichtingen, uitgerust met brandweersirenes
van het fabrikaat B. en M. Siren Manufac
turing Cy van de fa. J. Gossner te New York.
In „Vuur en Water", jaargang 1928, heeft dr.
ir. M. T. ie Bruyne, Directeur van de Gem.
Vervoer en Reinigingsdienst te Rotterdam,
een uitvoerige en interessante beschrijving
legeven van iit uiterst moderne materieeL
De Jangenwagen en itao.i.
Moderniseering /an de oude handbrand
spuiten werd in deze periode ook meer en
meel- wenschelijk. De oude spuitjes konden
de toestand werkelijk niet meer aan. Dat was
tijdens den brand bij Stokvis wel gebleken!
Merkwaardig is, dat reeds in 1910 bij Hoofd
lieden er op werd aangedrongen de oude
spuiten te vervangen door slangenwagens.
Op 4 Februari van dat jaar richtte het
College van Brandmeesters zich tot Hoofd
lieden met een adres, waarin werd aan
gedrongen op „de invoering van slangen
wagens, waarop al het materiaal van de be
staande handspuiten zou worden over
gebracht". Dit werd als volgt gemotiveerd:
„Allereerst wordt de beweeglijkheid en de
slagvaardigheid onzer Vrijwillige Brandweer
aanmerkélijk vergroot, aangezien men met
weinige personen reeds snel met den lichten
ZON EN MAAN
Zonsopgang 8 December 9.37; ondergang
Eerste kwartier 6 December, volle maaD
14 December, laatste kwartier 22 Decem
ber. nieuwe maan 28 December.
Studeert U voor het
Manufacturenbrevet
Kruideniersdiploma
RESA - ARNHEM
(Bekende Schriftelijke Cursus).
Onze cursisten slagen met de hoogste cijfers:
Geslaagd voor het Middenstandsdiploma, met
53 punten.
Rotterdam. H. M. HARDENBOL.
Hiermde bericht ik U, dat ik de vorige week
geslaagd ben voor het Middenstandsdiploma
met een cijferlijst van 53 punten, n.l.r Boek
houden 8, Handelskennis 9, Ned. Taal,
Handelscorrespondentie 8, Handelskennis 10.
Bedrijfsleer 9, Rechts- en Wetskennis 9.
Zuidhorn. J. W LUTH.
Geslaagd voor het Middenstandsdiploma met
een zeer mooie cijferlijst. Vriendelijk dank
voor de prettige samenwerking en de
Wervershoof. H. J. DE HAAN.
HUISVROUWEN
Met EEN PAK ^t^CO
doet U MEER dan met 20 stukken zeep'
Doet Uw voordeelSlechts 29 cent per pak.
(n elk pak GEBRUIKSAANWIJZING
met tal van ,NUTTIGE WENKEN'
Verkrijgb. bij alle warenhuizen en drogisten
.GREVOS" HANDELMAATSCHAPPIJ
Nieuwland 6 a - Tel. 38169 Rotterdam
NIEUW ROOD
Bessen-aperitief
fl. 2.85 p. lüerflesch
tweewieligen wagen kan rijden en men niet
meer behoeft te wachten tot meer geaffec-
teerden bijeen zijn, dan wel vreemde hulp
aan het vervoer der spuit te zien deelnemen.
Ten tweede is er in nauwe straten niet zulk
een opstopping van materieel als thans veelal
het geval is en ten derde wordt in druk ver
keer door het uitrukken van een slangen-
wagen nog geen derde van de stoornis en
opschudding veroorzaakt, welke met het uit
rukken van een handbrandspuit gepaard
gaat".
Dat schreven brandmeesters in 1910. Men
gevoelt, dat dit vraagstuk 16 jaar later nog
veel dringender om oplossing riep. Daar
kwam nog bij, dat inmiddels in de stad niet
minder dan 10,300 brandkranen van de
drinkwaterleiding beschikbaar waren ge
komen. Deze brandkranen waren over heel
de stad verspreid en dus beschikbaar voor
de eerste aanval bij het uitbreken van brand,
waar dat ook het geval mocht zijn.
De nieuwe slangenwagen zou, behalve 6
deelen ladder, 8 slangen van 20 meter lengte
bevatten, voorts twee straalpijpen, een hoek
stuk, een springkleed, gummislang wat zijn
daarmee al niet tal van „beginnetjes" ge-
bluscht kraansleutels en verder alle ge
reedschappen, welke zich op de handbrand
spuit bevonden.
Er was nu geen houden meer aan! De
nieuwe motorspuiten waren er gekomen, ook
de slangenwagen deed in de Rotterdamsche
straten zijn intrede. Verjongd en veerkrach
tig trad de Rotterdamsche Vrijwillige Brand
weer. met nieuwe krachten toegerust voor
haar dienende taak, de toekomst tegemoet.
Een hoff pond kaas extra
Blijkens een mededeeling. die het A.N.P.
van bevoegde zijde heeft ontvangen, zal met
het oog op het aanstaande Kerstfeest de be
volking éénmaal een bijzondere toewijzing
van kaas ontvangen, ter grootte van een half
pond.
Bij besluit van den secretaris-generaal van
departement van volsvoorlichting en kunsten
3 December 1940 Is tot administrateur" in va
dienst bij het departement van volksvoorlichting
kunsten met den persoonlijken titel van direc
van het perswezen, is gerekend van 1 Decen
af benoemd de he«r N. Oosterbaan te 's-Gra*
hage.
Pijp Tabalt
Taconis - Leeuwarder