JUetune £citt5rijf
>oe een goede daad
A°1807
A.U.doekholt ïïk
Abonnementsprijs:
per S maanden in Leiden en in plaatsen
waar een agentschap gevestigd is 2-35
j Per week 18 ct. Losse nummers 8 et
Alle» bij vooruitbetaling.
dvertentieprijzen:
3 22W ct per regeL Ingezonden Mede-
j deelingen 49 ct per regel Minimum
6 regels. Bewijsnummer 5 ot Bij con
tract belangrijke korting
Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden en Omstreken
Bót. Redactie en Administratie:
BREESTRAAT 123. LEIDEN.
Telefoon 22710.
(Na 6 uur 23166).
Postbox 20. Postrek. 08936,
No. 6231
VRIJDAG 20 SEPTEMBER 1940
21e Jaargang
Wie zich heden abonneert op de NIEUWE LEIDSCHE
ontvangt de tot 1 October a.s. verschijnende nummers gratis.
Men doet er een dubbel goed werk mede. Ten eerste
brengt men een Christelijk dagblad op zijn gezinstafel.
Ten tweede draagt men een steentje bij tot het herstel
van het ROTTERDAMMER-BEDRIJF. Draagt elkanders
lasten, is altijd, maar nu zeker meer dan ooit, een gebod,
hetwelk nageleefd moet worden. Wilden onze lezers rechts
en links een goed woord voor ons doen?,
ADMINISTRATIE
NIEUWE LEIDSCHE COURANT
T)MMEN OP BETHEL
Bodelschwings „stad der
barmhartigheid" door
JkJigelsch vliegtuig bestookt
D.N.B. meldt uit Berlijn:
'foon^mtrent den bomaanval op de inrichting
n ANhel bij Bielefeld, die in de geheele wereld
A^Lstad der barmhartigheid" oekend staat,
riflemen wil de volgende bijzonderheden,
den afgeloopen nacht vloog een vijande-
'liegtuig twintig minuten voor een over
[ebied van de inrichting Bethel en wierp
■eenvolgens acht brisantbommen uit,
van vrij zwaar kaliber. De eerste bom
je. 7.4den grooten winkel van de inrichting en
aanzienlijke materieele schade aan.
werden drie personen in de gang ge-
toen zij op weg naar den schuilkelder
tweede bom trof de verpleeginrichting
zwakzinnige en epileptische kinderen
'2 Bethel" en sprong op de eerste ver-
ig. Daardoor werd een slaapzaal met
n kinderen in den leeftijd van negen
:httien jaar getroffen en totaal verwoest.
vrouwelijke verpleegden waren terstond
De anderen waren allen deels zwagx,
i lichter gewond. Twee andere patiënten
n na hun overbrenging naar het zieden
den geest Voorts verkeeren er nog twee
vensgevaar. Deze kinderen lagen nog in
- daar zij voor het grootste deel volkomen
■^eloos waren en in den korten tijd tusschen
m en aanval nlêt naar den kelder gebracht
den wt/raen.
s derde bom viel omstree.cs tien mieter
(bovengenoemde verpleeginrichting in den
1 en ontplofte daar. De scherven richtten
ide aan het gebouw aan en aan de even-
6 omstreeks op tien meter afstand gelegen
^èéjginrichting Siloah. Hier werden twee
rassen vrouwelijke patiënten gedood en
F verpleegster zwaar gewond. De vierde
I viel een meter of vijftien verderop, vlak
4 het lazaret en ziekenhuis Nebo in den
1 ontplofte op slechts achter iruiter van
touw. Hier werd slechts schade aange-
door scherven.
t vijfde bom viel een 25 meter verder op
erkhof van Bethel en vernielde een groot
graven. Grafsteenen en doodkisten
n rondom verspreid. De zesde bom kwam
Ijftig meter verderop in een boschje te-
De zevende en de achtste kwamen vlak
t de verpleeginrichting Magdala neer.
I^zün geesteszieke vrouwen ondergebracht,
on beide bommen slechts op enkele
1 afstand insloegen, werd hier slechts
scherven aan de buitenmaren en ramen
e aangericht en een deed van den in-
1 werd vernield.
I de gebouwen bevindt rich een groot,
felyk en ver zichtbaar Rood Kruis. Voor
hitwerpen der bommen cirkelden een of
p vijandelijke vliegtuigen een minuut of
'g boven de omgeving, blijkbaar om de
1 te onderscheiden. Er kan geen twijfel
«staan, dat zij in het schijnsel van de
:hutefakkels de vele Roode Kruisen van
ïgentien afzonderlijke gebouwen hebben
opmerken.
3uitsche pers over den
aanval op een kinderhuis
r groote opschriften, zooals „De kinder
en Bethel" of „Bommen van
misdadigers op het ziekenhuis
fel" publiceert de Duitsche pers veront-
U'fcde artikelen over den Britschen aan
tip de alom bekende inrichtingen van
pdelschwingn bij Bielefeld in Westfalen.
Jeutsche Allegemein» Zeitung Schrijft-
masker is thans afgevallen. De bijbel-
1 Engelschen hebben Bethel, dat „Huis
l beteekend aangevallen. Hier zijn geen
lichten meer. Hier ligt een geheele stad,
n zich niets anders dan werken van
lartigheid bevinden, niets anders dan
ihuizen, kindertehuizen, kapellen en
luizen voor de werkers der naastenliefde,
rekening zal vreeselijk zijn, zooals het
bnd verdient, dat ons den oorlo® ver
ge, doordat het zijn kracht overschatte,
pn oorlog voortzette, omdat het de ge-
I kansen herhaaldelijk afwees, dat in
[oorlog den strijd tegen vrouwen en
heeft ingevoerd. Frankrijk, dat op
:e wijze streed, is ondergegaan, ver
te door zijn bondgenoot. Thans hebben we
lenmet een vijand, die zich aan de ver-
jig heeft prijsgegeven en dan ook de ver-
Je slagen krijgt.
iLokal Anzeiger zegt, sprekende over de
Ischen: gelooven zij nog altijd niet, dat
P geheel andere wijze zouden kunnen ver
tel? Het oorlogsrecht kent een oude
/scheiding, die tusschen de continentale
I Britsche oorlogsopvatting. De eerste
phig heeft den oorlog altijd gezien als
DE VERDUISTERING
J het belang van de naleving van
bepalingen ten aanzien van de ver-
7s tering:
pngondergang 20 Sept. 7 u. 44.
opgang 21 Sept. 7 u. 24 m.
een strijd van staat tegen staat, terwijl Enge
land alfijd slechts den oorlog van volk tegen
volk gekend heeft Als .de Engelschen het
wenschen, zullen zij in den grond gestampt
worden. Dan zal Londen slechts het zachte
voorspel zijn. Als tij den Duitschen volks-
toorn willen uitdagfen, mogen zij het doen
Dan is er echter aan iedere medelijden een
emdie gekomen, dan spreekt nog slechts het
dyrxamiet".
Ook de Börsenzeitung legt er den nadruk
op, dat de Duitsche' militaire maatregelen in
overeenstemming zullen 'zijn met het
Engelsche oorlogsdoel en de schurkachtigheid
der Britsche oorlogvoering.
De Nachtausgabe schrijft: Bij de Duitsche
luchtmacht ligt de beslissing, wanneer en in
welken omvang in Engeland wraak zal worden
genomen. Dat heeft dan niets meer uitstaande
met de correcte oorlogvoering der Duitsche
luchtmacht tegen militaire en strategische
doelen te Londen, dat is dan werkelijk een
strafexpeditie tegen het Engelsche volk vol
gens de moreele wetten der menschheid".
De aanrollen op New Costle
en Glasgow
De Woensdag door de Duitsche luchtmacht
aangevallen Tyne docks te New-Castle behoo-
ren tot de belangrijkste van Engeland. Zij zijn
zoo groot, dat zij zelfs de 52,000 ton metende
Berengaria kunnen opneme(n. Over de Tyne
havens kwam een groot deel van den ertsin-
voer Engeland binnen. Voorts werden in 1937
rond 8 millioen ton kolen en cokes over de
Tyne-havens verscheept. In het havengebied
aan de Tyne liggen belangrijke werven voor
den bouw van oorlogsschepen, zooals b.v. Vic-
kers-Annstrong en Ajpnsfcrong-WhitworthDe
reparatiebedrijven van deze werven "zijn in
den oorlog van bijzondere beteekenis. Op
de staatswerf te Chatham,die eveneens ge
bombardeerd werd, worden kruisers en tor-
pedobootjagers gebouwd eij gerepareerd. De
aan deze werf toegebrachte schade is daarom
zoo vérstrekkend in haar gevolgen, omdat
hier speciale installaties voor het reparèeren
van kleine schadegevallen aanwezig zijn.
Glasgow, dat in den na^ht van 17 op 18
September werd aangevallen, is een belang
rijke haven voor ijzererts gn ijzerafval, aard
olieproducten en graan. Over de haven van
Glasgow loopt een groot deel van de aanvoe
ren voor Noord-Engeland. En het havengebied
van Glasgow liggen belangrijke Engelsche
werven, waarop kruisers, torpedobootjagers.
mijnenleggers, vliegtuigmoederschepen en
zelfs slagschepen gebouwd worden. Te Glas
gow is verder rond een vierde van de Engel
sche scheepsmachinebouwcapaciteit gecon
centreerd.
Jongetje gedood bij „oorlogje
spelen"
Melkbus werd als kanon gebruikt
Te Raard bij Dokkum waren enkele jon
gens Woensdagmiddag bezig met het spel
van den dag: „Oorlogje-spelen".
Hierbij werden melkbtissen gebruikt als
kanonnen. In de melkbussen werd wat
carbid en water gedaan, waarna het deksel
op de bus werd gedrukt Wanneer er vol
doende gas in de bus aanwezig was werd een
brandende lücifer door een klein gaatje in
den bodem, in de bus gebracht, hetwelk een
explosie tengevolge had waardoor het deksel
met een luiden knal door het luchtruim vloog
Op een gegeven oogenblik liep het 5-jarig
zoontje Rindert, van den heer P. Meinderts-
ma te Raard op enkele meters afstand voor
de bus langs, juist op het oogenblik dat het
deksel er met een luider» knal afsprong. Het
ventje kreeg het zware deksel tégen het hoofd
en bleef met een verbrijzelden schedel lig
gen. Dr. Blanksma van Dokkum die ijlings
werd geroepen en spoedig aanwezig was, kon
slechts den dood constaieeren.
Het viaduct over de Hoogstraat te Zwolle is dezer dagen gereed gekomen, waar
mede de voltooiing van den rondweg om de stad weer een stapje nader gekomen is
(Foto Pax-Holland)
ZIJN ONZE KINDEREN MUZIKAAL?
Een handleiding voor het
onderzoek naar den
muzikalen aanleg
Bovenstaand bodeje, verschenen bij Brusse
te Rotterdam, blijkens den titel bestemd
„voor ouders,muiiekleeraren en onderwij
zers", is van de hand van den muziekpaeda-
goog Jan Keyzer, van wien, naar we op
goede gronden mog2n aannemen, weldra nog
andere en omvangrijker werken van specialen
aard over muziek allien verschijnen.
Het practische vriagstuk waarvoor het mu
ziekleven in onzen tijd staat, wordt op de eer
ste bladzijde van dt eerste boekje van Jan
Keyzer, door den sclrijver van het voorwoord
Dr. E. Reeser, kernachtig aldus weergegeven:
De muziek heeft een tragisch lot: zij leeft
slechts zoolang zij klinkt, zij klinkt slechts
zoolang zij wordt litgevoerd eri zij wordt
slechts uitgevoerd zoolang er mèn-
schen naar willen luisteren...
Op woorden, die vij gespacleerd hebben,
komt het in dit werlje aan, want de wil om
naar muziek te luéteren kan zich alleen
maar manifesteeren op een ondergrond van
muzikaliteit er het gaat er dus
of er blijvend een genoegzaam aantal muzi
kale menschen zal worden gevonden om de
uitvoeringsmogelijkhed te waarborgen en de
muziek dus... in levea te hpuden.
De algemeene kant taakt hiér alzoo aan den
persoonlijken. Het blijkt wel, dat wij hier op
het terrein den muziek eigenlijk met een soort
oeconomische wisselwtrking te doen hebben,
nl- die van een behoefte, welke indien zij
niet of niet in volcbende mate aanwezig
mocht zijn, gewekt moet worden, ten
einde een voldoende p-oductie (en reproduc
tie) te kunnen mogelijk maken en zoo den
algemeenen „welstand" te verhoogen.
De heer Jan Keyzer werkt met dit op diep
gaande studie berustenc en van breeden kijk
getuigend boekje in de richting. Hij geeft
nieuwe wegen aan, die ouders en onderwijzers
en muziekleeraren hebben te volgen om de
muzikale ontwikkeling bij de kinderen, reeds
op jeugdigen ..-leeftijd te bevorderen. Wij
achten dit werkje zelfs van zóó groote be
teekenis, dat we het voor ouders en paeda-
gogen ongeraden zouden achten iets ten op
zichte van de muzikale opleiding van hun
kinderen en pupillen te ondernemen zonder
eerst van den inhoud ervan kennis te heb
ben genomen. Want de schrijver heeft zijn
boekje zoowel voor leeken als voor vak-
menschen bestemd. De populaire behandeling
van deze diepgaande ztken maakt het als
zoodanig bij uitstek gesciikt
Op goede gronden onderscheidt Keyzer:
muzikalen aanleg muzikale be
gaafdheid en harmonische muzi
kale begaafdheid en hij slaagt er vol
komen in om die onderscheidingen duidelijk
te maken. Een andere onderscheiding, die
met een eenvoudige schets, welke wel iets
weg heeft van een benedenhuis met kelder
en beletage, verheldert de gewone omgangs
begrippen aangaande „muzikaal gehoor" en
„muzikaal gevoel", n.l. door de verdeeling
van de muzikaliteit over drie niveau's: het
intellectueele (het benedenhuis), het instinc
tieve (de kelder) en het intuïtieve (de bel
etage), niveau's, die niet los van elkander
staan doch ineengrijpen, terwijl het de taak
van den muziekpaedagoog is om door proe-
uit te maken welke niveau's in den geest
de te onderzoeken personen de belang
rijkste functie vervullen. Keyzer's boekje
is op dat individueel onderzoek, op de „muzi
ln da Paktuineni te Enkhuizen zijn Donderdagmorgen de ring ichoonrijderijen
gehouden. Het Weit-Frlesche paer Houter uit Wognum in actie
i (Foto Pex-Holland)
kaletest" gericht en we moeten erkennen,
dat hij er in slaagt met alle nauwkeurigheid
aan te geven wat hij met zulke proeven be
doelt en hoe ze genomen moeten worden,
zoowel bij de muzikale kleuter als bij het
muzikale schoolkind en de muzikale jongere
van 14 tot 18 jaar, terwijl hij ten overvloede,,
een apart hoofdstuk wijdt aan ervaringen
met individueele en groepsonderzoekingen.
Het boekje is vol met uitspraken, die waard
zijn onthouden te worden. Wij eindigen deze
bespreking met de volgende:
„Met klem wijs ik de ouders die dit lezen
erop, dat het dringend gewenscht is, dat jon
geren kunstzinnig ontwikkeld worden, ook al
hebben zij geen tijd om voor een instrument
dagelijks te studeeren juist in onzen tijd,
nu de jeugd van vele kanten het geweld
hoort verheerlijken".
De beteekenis van het
zout
Voor de vischenwereld
De indeeling van de visschen zeevisschen
en zoetwatervisschen is gebaseerd op het
zoutgehalte van "hét water. En terecht, want
men kent slechts weinig soorten die in beide
elementen zonder schade voor hun welzijn
kurjnen leven. Een groep op zichzelf wordt
gevormd door de brakwatervisschen. Zooals
bekend verstaat men onder brakwater een
vermenging van zout- en zoetwater, zooals
die in de kuststreken veelvuldig voorkomt;
het zoutgehalte daarvan is ongeveer Vi tot 1
per duizend. Tot de brakwatervisschen be-
hooren de zee-vlagzalm, de wolfsbaars en de
goudbrasem, de rog, de schol, de zeetong e.a.
Deze vischsoorten zijn tevens niet zeer ge
voelig voor een afwisselend verblijf in zoet
en zoutwater.
De stekelbaars, in meer dan één opzicht
een zonderling onder de visschen, maakt ook
met betrekking tot het zout een uitzondering.
Hij kan naar willekeur van zout- in zoet
water en omgekeerd gezet worden, zonder
dat het hem slecht bekomt. Voor alle andere
visschen daarentegen is een directe overgang
van zoet- in zoutwater en omgekeerd,
schadelijk, zelfs levensgevaarlijk. De oorzaak
daarvan is de invloed van de omgeving op
de osmotische bloeddruk, en daarmede op
ae diffusie, die leven beteekent. Aan de ver
anderingen, die door een hoogere of lagere
osmotische druk in de kringloop van het
bloed, in de bloedvaten en de weefsels wor
den teweeggebracht, kan het organisme zich
niet snel genoeg aanpassen; er ontstaan ver
lammingen, die een doodelijke uitwerking
kunnen hebben. Hier gelden dezelfde wetten
als bij de gevoeligheid der visschen voor
temperatuurswisselingen; zijn de verande
ringen van zeer geringe beteekenis, of is de
tijd waarin zij plaatsgrijpen voldoende lang
genoeg, dan kan het lichaam zich binnen be
trekkelijk ruime grenzen aanpassen en ze
zonder nadeelige gevolgen verdragen. Treden
zij echter direct of in te hooge mate op, dan
ontstaan min of meer zware beschadigingen.
Bejralve de directe inwerking van het zout
gehalte op het lichaam, zijn er nog de in
directe invloeden, bijv. de invloed van het
afwisselend zoutgehalte op verschillende
soorten plankton en andere kleine dieren,
waardoor de geheele voeding van de vis
schen gewijzigd wordt, zoo lezen we iri een
interessant artikel in „De Nederl. Hengel
sport".
Er is ook een groot aantal visschen, die
afwisselend in zoet- en zoutwater verblijf
houden. Maar zij verwisselen hunverblijf
dan nooit plotseling, dölïh blijven steeds ge-
ruimen tijd in brak water. De osmotische
druk van het bloed krijgt daardoor de ge
legenheid zich aan de nieuwe omgeving aan
te passen.
Tot deze soort visschen behoort wel in de
eerste plaats de paling. Haar levensloop be
gint in de ten oosten van Florida gelegen
deelen van de Oceaan, de Saragossazee. Met
het warme water van de Golfstroom wor
den de wilger.bladvormige larven bij mil-
liarden over zee gevoerd, en in die tijd onder
gaan zij voortdurend gedaanteverwisselingen.
Als glasheldere ronde lichaampjes bereiken zij
de Europeesche kusten. Na geruimen tijd in
brakwater geweest te zijn, trekken zij de
rivieren en meren op en daar blijven zij een
reeks van jaren, totdat zij geslachtsrijp wor
den. Dan is de tijd gekomen, dat de paling
over zee terugtrekt naar de wateren van
haar jeugd. Daar vindt dan het kuitschieten
plaats, waarna zij sterft.
Wat het zoutgehalte van het water voor de
paling beteekent, kan men zoo goed waar
nemen bij de verandering die de Zuiderzee
heeft ondergaan- Zoolang die in directe ver
binding met de zee stond en haar water zout
was, was zij voor de aankomende glasaaltjes
slechts een doorgangterrein. Na enkele weken
trokken de jonge .palingen de zoete wateren
van het binnenland in. Sedert echter de
Zuiderzee van de zee afgesloten is en het
water zoet is geworden, blijven de palingen,
die door de groote sluisdeuren van de afsluit
dijk binnenkomen, in de Zuiderzee en trek
ken niet meer de binnenwateren in.
Een trek in tegenovergestelde richting aan
die van de paling vindt plaats bij vele vis
schen uit het geslacht der zalmen. Zij worden
als zoetwater-dieren geboren, trekken als
jonge dieren naar zee, groeien daar en wor
den geslachtsrijp, om tenslotte voor het
kuitschieten weer naar het zoetwater terug
te trekken. Er zijn vrij veel soorten, die deze
tochten in de loop van hun leven vaker her
halen. De Noordzee en de Oostzee hebben
elk een bewoner, die voor het kuitschieten
eveneens zoete wateren opzoekt In de
Noordzee is dat de elft, in de Oostzee de
fint, twee nauwverwantè vischsoorten. In het
voorjaar trekken zij de rivieren op; na het
kuitschieten laten zij zich met de stroom mee
naar zee voeren en in de herfst volgt het
jonge broed dezelfde weg.
Een bijzondere lust tot trekken toont de
bot Zij schijnt echter water met hoog zout
gehalte te vermijden. In de Noordzee treft
men haar alleen dicht bij de kusten aan en
op niet te groote diepte (tot 50 m.), dus in
een gebied waarin het zoutgehalte, tenge
volge van het uitstroomende zoete rivier
water, lager is. Iri de Oostzee wordt zij veel-
vuldiger aangetroffen naarmate het zout
gehalte meer afneemt Als eenige vertegen
woordigster van de platvisschen bevolkt zij
nog de Botnische en Finsche zeeboezems. Als
plaats voor het kuitschieten kiest zij echter
bijna steeds zoutrijk zeewater. De jonge vis
schen begeven rich in het brakke water, doch
trekken, wanneer zij een bepaalde leeftijd be
reikt hebben de rivieren op. In de beneden
loop dier rivieren worden zij ook thans nog
vaak aangetroffen. Berichten uit vroegere
tijden vermelden, dat botten bijv. zelfs in de
middenloop van de Neckar gekomen zijn en
ook elders in Zuid-Duitschland gevangen
werden. Wanneei zij daar in de laatste decen
nia niet meer aangetroffen werden, is zulks
aan de in de rivieren gebouwde, onover
komelijke hindernissen toe te schrijven en
niet aan eene vrijwillige verandering in de
levensgewoonte van de bot.
Voor het kuitschieten trekken de botten
weer naar zee.
Een zeevisch, die zich vaak zeer gevoelig
voor het zoutgehalte toont, is de haring. De
winter- of diepzee-haring verlaat voor het
kuitschieten weliswaar de diepzee en trekt
kustwaarts, maar blijft in sterk zouthoudend
water; de plaatsen waar hij kuitschiet kun
nen nog 50 km. en meer van de kust ver
wijderd zijn en ook op betrekkelijke diepte
liegen. Daarentegen zoekt de zomer- of kust-
haring voor het kuitschieten brakwater, zelfs
riviermondingen op en geeft de voorkeur aan
ondiepe plaatsen. Het massale optreden van
de haring en daarmede de mogelijkheid
van loonende vangsten vindt alleen plaats
in het water yan de zooge laamde banken,
welk water een zoutgehalte heeft van 32 k 33
per mille. Wanneer hier nu, tengevolge van
het instroomen van Noordzee-water, het zout
gehalte tot 35 per mille stijgt, dan is deze op
Het voedsel voor zieken
De geneeskundig hoofdinspecteur van
de volksgezondheid schrijft:
Verschillende voedingsmiddelen val
len thans onder de distributie. Ook onze
zieken kunnen niet langer meer krijgen
wat zij meenen noodig te hebben, en
misschien wel graag zouden wenschen.
Het is dan de gewoonte om zich tot zijn
behandelenden arts te wenden, met het
verzoek extra-voedsel voor te schrij
ven. Schrijft de arts niet precies die ar
tikelen voor, die vele patiënten wen
schen, of geeft hij een mindere hoeveel
heid dan de patiënt zelf meent noodig
te hebben, dan geeft dit vaak aanleiding
tot een zekere wrijving tusschen patiënt
en arts.
Het is, om teleurstelling en wrijving
te voorkomen, nuttig, dat onze zieken
weten, hoe in korte trekken de voedsel
distributie voor zieken loopt. Alle art
sen zijn op de hoogte gebracht voor wel
ke ziekten extra voedsel mag worden
voorgeschreven; zij weten ook de hoe
veelheid, die voor de ernstige gevallen
maximaal mag worden verstrekt. Deze
hoeveelheden zijn zoodanig, dat de zie
ken niet bang behoeven te zijn, dat ze
tekort zullen komen, al wordt misschien
niet aan al huii wenschen voldaan,
Bovendien zullen de artsen bij som
mige ziektegevallen genoodzaakt z(in, te
adviseeren bonnen voor voedingsmidde
len, die aan den patiënt verboden zijn, in
te houden. Dit geval kan zich bijvoor
beeld voordoen bij diëet-patiënten.
Maakt het dus den artsen niet moei
lijk, door voedingsmiddelen te vragen,
die hij u niet kan en mag voorschrij
ven: moppert niet, als hij bonnen laat
inhouden. Noch het een, noch het ander
doet hij voor zijn plezier. Hebt vertrou
wen in uw artsen én in de instanties
aan wie de distributieregeling is opge
dragen. Zij allen handelen welbewust
in het belang van onze zieken, zoowel
als in dat van onze geheele bevolking.
H0LLANDSCHE
SOCIËTEIT
Heerengracht 475 Amsterdam C
Vraagt tarieven voor
LEVENSVERZEKERING
LIJFRENTEN PENSIOENEN
TRANSPORTBANDEN
ORIJFWERKEN DRAAGROLLEN
A I6RONINGEN
ERHARDT DEKKERS
Readers en Cargadoors
ROTTERDAM
zichzelf onbeteekenende verhooging vol
doende om de haringzwermen geheel weg te
doen blijven.
De oesters, die weliswaar niet tot de vis
schen behooren, gelden als een uitgezochte
lekkernij; maar ook zij zijn wat hun levens
element aangaat, zeer kieskeurig. De beste
soorten verlangen zout- en zoet water. Reeds
in de oudheid werden de oesters uit de volle
zee minder op prijs gesteld dan die, welke
uit zeewater dat een toevoer van zoetwater
ontvangt, werden geoogst, üp de teeltplaat
sen aan de Fransche kust houdt men daar
mede rekening. Het zoutgehalte moet gecon
troleerd worden; door plotselinge wijzigingen,
daarvan kunnen namelijk miLliarden oester-
broed in korte tijd gedood worden; 1.7 pet.
zpuit is het laagste gehalte, dat oesters voor
hun gedijen noodig hebben, en daarom treft
men ze in de Oostzee over het algemeen
niet aan.
In het visschen-sanatorium Pittsburg In
Pennsylvania zoo kon men onlangs in de
pers lezen zou men karpers, die verzwakt
zijn, eerst korter, dan langer in zeewater
zetten, waardoor hun toestand beduidend zou
verbeteren. Het moeten echter wel zeer voor
name dieren geweest zijn, die zich een zee
water-kuur hebben kunnen veroorloven.
Hieruit zou blijken, dat bei zout ook in de
visschenwereld een heilzame werking kan
uitoefenen.
Wat zijn de innerlijke beweegredenen, die
de eene visch er toe brengen in zoutwater
te leven en zich In zoetwater voort te plan
ten, en de andere juist omgekeerd zijn voe
derplaatsen in oe binnenwateren te zoeken
en het kuitschieten in de zee te volvoeren?
Wij weten het niet Zeker is echter, dat er
tusschen zoutgehalte eenérzijds en aard van
de,-eieren, lichaamsbouw, leefwijze, stofwis
seling, verloop van de voor het leven nood
zakelijke lichaamsfuncties anderzijds, nauwe
samenhang bestaat Misschien gelukt het
eens, de vele raadselen die hier verborgen
liggen, op te lossen.
Verdere beperking van het
verbruik van motorbrandstof
De secretaris-generaal, waarnemend hoofd
van het departement van handel, nijverheid
en scheepvaart, m overleg mét den secretaris
generaal, waarnemend hoofd van het depar
tement van waterstaat maakt bekend:
De huidige benzinesituatie in ons land
maakt nog verdere beperking dringend nood
zakelijk.
Niet alleen zal deze beperking gevonden
moeten worden in verminderde toewijzing
voor de Octoberperiode, doch ook zal het voor
iederen benzineverbruiker noodzakelijk zijn,
zichzelf daar waar mogelijk uit eigen beweging
beperking in het verbruik van benzine op te
leggen. Het is de plicht van iederen staats
burger, dat hij zooveel mogelijk bijdraagt tot
het in stand houden van het oeconomische
leven. Men zal zich dus keer op keer weer
hebben af te vragen vóór men met zijn auto
rijdt: Is het wel dringend noodzakelijk, dat
ik dit doe?
Van overheidswege moeten in dit verband
tevens de volgende maatregelen genomen
wórden:
Het bij beschikking van 14 Augustus
1940 aangewezen tijdvak van 1 tot en
met 30 September 1940, zijnde de derde
motorbrandstofdistributieperiode, wordt
verlengd tot en met 8 October.
Als 4de distributieperiode wordt niet
temin aangewezen het tijdvak van 1 tot
en met 31 October 1940.
Als gevolg hiervan zullen wederverkoopers
van 1 tot en met 6 October zoowel de than3
geldende coupons met groenen opdruk op grij
zen ondergrond gedrukte vergunning, o.m.
voorzien van het groene cijfer 3, mogen aanne.
men als de voor October ontworpen coupons
met gelen opdruk op lichtgrijzen ondergrond,
bevestigd aan een op lichtgrijzen ondergrond
gedrukte vergunning, waarop o.m. In gele kleur
het cijfer 4 voorkomt
Speciale aandacht van wederverkoopers wordt
nog gevraagd voor den thans verschoven datum
van laatste inzending aan leveranciers van op-
plakvellen met coupons. In tegenstelling met
de laatste alinea van een brief d.d. 16 dezer,
welke aan wederverkoopers uitgegaan is on
der het hoofd „Motorbrandstofbeschikking 1940
no. 1", wordt de uiterste datum, waarop Sep
tember-coupons nog aan leveranciers ter aan
vulling van den voorraad mogen worden inge
zonden, bepaald op 7 October a.*.
Verscheping van Braziliaansche
koffie
In Zweden is de eerste zending van 500 zak
ken Braziliaansche koffie aangekomen, die
haar weg over de Finsche haven Petsamo
aan de Noordelijke IJszee heeft gevon
den. De koffie was niet minder dan zeven
weken onderweg geweest waardoor de
transportkosten op ongeveer hat achtvoudige
van den vroeger betaalden vrachtprijs rijn ge
komen. Er worden nog 500 zakken verwacht,
die reeds te Petsamo »ijn aangekomen.