OP REIS NEDERLAND 3E! beslaan en oeconomische door AG 17 AUGUSTUS 1940 PAG. 3 1 Spiegel var» de Oude Lantschap emen temidden eener |U'a"saboone natuur Boerenhuisje te Vledderveen. ;'t pJer N.R.C. aan, waarin de opper den kiiPte genietin8en van den toerist tg t.«zien worden tegen den donkeren lier vP achtergrond. rwa.uJe fraaie Drentsche boschcoulissen Heralrihtsche boer te zuchten en denkt: 3(-tanr,figge slecht, wat valt die' korrel- "keerer tegen! Eerst trad er roestvor- ien viir°gge °P- Maar de overmatige Noor?1 de zaak eerst recht bedenkelijk ,n ^yjpmig over dezen nieuwen tegen- if'ritaÖe boer de ijle halmen met de troebePe aren neer' terwÜl de toerist )utiev#at haden in die gouden weelde, maiiiJ op den adem van den wind. zwakl verschalkt de toerist in het :est Vision een eitje van de kwaliteit, tsche kip nu eenmaal in staat is rale product te geven. Maar de tr allicht weer niet aan denken, roze schaal, die hij in de hand I Jrentsch probleem bij uitnemend- K Crant wie ei zegt> hedoelt ook kip, IVojegt, onderstelt ook kippenvoer at punt beginnen nu de moeilijk- ïien ook elders kent. In de ge- geveen bijvoorbeeld, waar 15,000 yonen, houdt men.... 122,000 wegens gebrek aan kippenvoer er mogen ie pla gheder ;n bestonomisch slop" I zijn wanh^de moeite Hoogeveen eens nader ckeren In 1625 kocht jhr. van Echten rergerCek vijf duizend morgen veen- igens #et jaar daaropvolgend ging hij zich iiandere Hollandsche heeren, ver- :en eüde „Algemeene Compagnie van daal", over tot een veenontginning n dat jchaal. Het ontstaan van Hooge- de Brjdan ook op het jaar 1626 gesteld voorsjing is, zegt het gidsje van Hooge- kin^e», rijk aan natuurschoon en leent schip (ek voor fiets-, wandel- en water- nd zdLturlijk staat er niet in het gidsje, oie landschap, dat als „Holland- che d'ten Elim) bekend staat en onge- ch ooi*a groot is, geen ordentelijken ver en heX)r auto en vrachtauto bezit, met hrden: dat deze groote oppervlakte »x met 900 kleine bedrijfjes nog irpedefy. haar achttiende-eeuwsche ichied^jj hier tast men op een oecono- eem van de eerste orde! Omstreeks 1850 kocht de diaconie gronden aan, met de bedoeling deze door de bedeelden te doen ontginnen, in 1851 maakte het ge meentebestuur een plan voor werkverschaf fing op groote schaal in de heidevelden van Doldersum. In den tijd rondom 1860 werd te Vledderveen jaarlijks meer dan 130,000 ton lange turf, hoogveen van de tweede soort, gegraven, waarbij honderd man waren be trokken, benevens vele vrouwen en kinderen. De crisis van de jaren tachtig trok ook in het Vledderveensche een diep spoor. Voor Dren the braken toen moei lijke jaren aan. Toen de crisis enkele jaren had doorgewerkt, werd omstreeks 1890 te Vledder de ge meentelijke werkver schaffing ingevoerd. De gemeente kocht heidegronden aan, ten einde deze te doen ontginnen. Zij is vertelt mr. Homan daarmee voortgegaan tot ongeveer 1908; zij staakte dezen arbeid, toen particuliere ont ginningen, met name de Maatschappij van Weldadigheid, de moei lijkste maanden voor de behoeftige inwoners overbrugden. :retari rdagm e pers gedee toelaten dan deze: dat de be streek geraakt is in een oeco- Van de bevolking van Holland- Elim woont veertig procent op he n minder dan 1 ba oppervlakte, d Donig Procent bedrijfjes heeft van e kru 5 ba- Het hoofdtype van bedrijf genhe?nbouw annex kippenhouderij. n Griive tuinbouw wordt er beoefënd; gd vafascultuur- De outillage van deze nde n£vestiging van een behoorlijk ,»s ten eenenmale niet toe. De rpedoPenb°er heeft een bedrijfje van kettf* kippen. Van P groot is het aantal wijken 9 gewf^6 sloten), een omstandigheid, eggen van verbindingswegen tot irtgani tegengehouden. Men staat hier riland Faculeuze 8eval- dat een tend- p de kPied van 2500 bunder geen be vond. erkeersweg bezit. De melk moet it natpoerd worden. Wat de streek aan >ld. rktuigen, aan veevoeder en der- elders betrekt, moet in de streek ige reis over het water maken. er geen tempo in het bedrijfs- 016 'de ontwikkeling ervan kan nemen, omdat zij tezeer aan den JOIlJslakkengang gekluisterd zit. tijn onze oeconomen al bezig, met eiSChcfrpers dit oeconomisch slop te Hoogeveen namelijk behoort tot e Japagemeenten van Drenthe's Zuid voor faarvoor een speciale commissie ing er3" aan bet ontwerpen is. Voor ionale:®heden ,men d"rb« .J10"?' ,te het geval van het Hollandsche r a v^al krachtig moeten worden in- 'mmai^ deze bevolking voor verder af- P de verpauperiseering te behoeden. de leven er reeds van het bestaans- rincipij. van i zal het noodig zijn dit gebied «ctor.F^6 verkeer te ontsluiten. Een and (if bindings wegen zal deze streek 1 j voor instrooming van nieuw il helaas nog wel een poos duren van Ihs op een knop wordt gedrukt en seerenjgsarbeid van het Hollandsche iet mi Elim met kracht kan worden ien ge uwplan voor de ild en Vledderveen sreid j n te Soortgelijk probleem, topografisch h van weer anderen aard, staat Vledderveld en Vledderveen, een klari achterlijke streek van 300 ha Wij hebben al gemeld, dat dit ill »ofdzakelijk) woeste grond door behoeve van de uitvoering van ckholagsplan, gevorderd is. chill Igeleden reeds was dit gebied een i DinsP001- de gemeente Vierder. Reeds med# de werkverschaffing als over- laring'* er al bekendToen in dat sdappeloogst in die mate mislukt i bewoners hun gewone inkomsten dezetyen en bovendien van hun ge in zoaei verstoken waren, besloot de •in eei,d van Vledder tot het houden :enuwtengewonen omslag van 500 ter de oivan de noodige middelen voor aaniffing, door bewerking van heide- 1 opd d°or wol- en hennepspinnerij. !t mr. J. Linthorst Homan, die, gaat Fgemvoord'ge betrekking, burge- Vledder is geweest, in zijn studie emeente. De jongste ontwikkeling van Vledderveld en Vledderveen heeft een neergaande lijn ver toond. Zoo moet men thans constateeren, dat de streekbevolking in sociaal-oeconomischen zin in een impasse is geraakt. De ontginnings- maatschappij Het Landschap Drenthe liet de Centrale Opbouwvereeniging ter plaatse een onderzoek instellen. Deze verwerkte haar ge gevens in een agrarisch èn in een sociologisch rapport, waaruit men de maatschappelijke en geestelijke trekken dezer kleine gemeenschap van 118 gezinnen leert kennen. Ten behoeve van den saneeringsarbeid is ook dit gebied door het Rijk gevorderd. Wij werden ter plaatse rondgeleid door ir. E. Bieuwinga, rentmeester van Het Landschap Drenthe. Het gansche gebied is groot 650 ha. waarvan 300 ha in ontginning wordt gebracht. De saneeringsarbeid zal echter de totale op pervlakte bestrijken. In November wordt de saneering aangevat De toerist zou al weer met dit alles genoe gen nemen, nademaal de poëtische noot in dit landschap zoo sterk mee spreekt. Heer lijke bosschages geven deze streek dien liefe lijken toets, die schoonheid-minnenden vóór alles in het landschap apprecieeren. En als ge daar dan in het voorjaar den koekoek hoort, en des zomers een reebok schichtig in het akkermaalshout ziet wegspringen, dan staat ge zoo ongeveer aan het einde uwer wenschen. Maar de oeconoom vraagt niet allereerst naar tinten en kleuren en stemmingen in het landschap; hij vraagt vóór alles naar de wel vaart der bevolking en wenscht de ketenen te kennen, die haar tegenhouden op den weg naar de ontplooiing harer agrarische energie. Ir. Bieuwinga formuleerde deze laatste geesteshouding zoo teekenend, toen hij ons zeide: .„Ik kan over de idylle dezer streek niet erg verrukt zijn, als ik de krotten zie Waarin deze menschen wonen en arbeiden". Ongetwijfeld een oeconomisch slop gelijk het Hollandsche Veld, waarvan hier boven sprake was. En ieder inwoner hier heeft een huis en gebruikt grond, en tóch boeren zij zich geza menlijk naar den afgrond! Uit de rapporten blijkt, dat de bevolking hier arbeidzaam, eer lijk en zuinig is; zij bezit voldoende verstan delijke ontwikkeling om de gestelde taak naar behooren te vervullen. In bijna alle geyallen was het gezin ordelijk, werd er zorg besteed aan de opvoeding der kindern en was de verhouding der gezinsleden onderling goed te noemen. In alle gevallen bemoeiden de ovders zich met de opvoeding der kinderen. Men kan hier een vijftal groepen onder scheiden, n.l. die van landbouwer (kleine boer), 30 gezinnen; landbouwer-huurder, 3 gezinnen; landarbeider-eigenaar, 46 gezinnen; landarbeider-huurder, 18 gezinnen; diversen, 16 gezinnen. De groep landbouwer-eigenaar staat er wat de welvaart betreft het gunstigst voor. Velen van de drie laatstgenoemde groe pen (80 gezinnen) moeten rondkomen van de inkomsten der.... kinderen! De meisjes zijn meest werkzaam als dienstbode of werkster, de jongens als landarbeider, terwijl een zeer groot aantal inwoners een bestaan vindt, al thans tracht te vinden, als rietvlechter. Welnu, de ontginningsmaatschappij Het Landschap Drenthe heeft deze koe al bij de horens gevat. In November gaat het werk beginnen en 240 arbeiders zullen gedurende zes jaren bij dezen saneeringsarbeid betrok ken zijn! Prins Maurifs en de Kerkelijke twisten van zijn tijd In zijn dissertatie over „Prins Maurits de volksmeening der 16e en 17e eeuw" wijdt dr. J. Bax ook een hoofdstuk aan dezen Prins met betrekking tot Kerk en Godsdienst Het is niet zonder nut, acht te geven op som mige passages in dit hoofdstuk, nu de ver houding tusschen Kerk en Staat weer bijzon dere belangstelling heeft. Kerkelijke twisten stonden ook in Maurits' tijd slecht te boek; de hekeldichter Reinier Telle richtte er zijn pijlen op: „Kercken-twist heeft ons een kindt [ghesmeet, Lust tot heerschen is sijnen Vader. Hoe ouder hoe erger het Kindeken heet, Gebreck van Liefde is de Gevadere. O almogende Godt, weest ons beradere Wordt dit Kindt etende, a Dieu ons broodt". In den strijd tusschen Calvinisten en Remonstranten laat dezelfde dichter de Hol landsche Maagd op Prins Maurits een beroep doen tot pal staan voor d-» gewetensvrijheid: „En ghy Maurits, wilt doch toonen, Dat ghy met trouwen dienst my loflyck [wilt beloonen Voor dat ick u de Kroon gezet heb op [u hooft, Doen 't niemand had ghedacht, doen 't [niemand had ghelooft". Ook tegen de Gomaristen wordt Maurits in 't geweer geroepen; o. a. door „Hoorns Basuyn'": „Die gepredestineerden willen den Prins naar hun zijde overhalen; zij spiegelen hem groote macht voor „als hij maar wil knielen voor hun nieuwen God van Geneven." Die „kale necten" misleiden den Prins, en Barlaeus roept zijn hulp in voor de „Remon- strantsche verschoppelingen"; h.j moge stui ten dien stroom van „Boecken, Liedekens, Printen etc., in dewelcke onse Leeraars ende wij met haer als Verraders van het Landt ende Menschen onlijdelijck in de Republycke worden geschavotteert." Tegenover deze gevoelens stelde o. a. Trig- land Maurtis' goede gezindheid t. o. v. de Gereformeerde religie in het licht: „Wy weten, dat uwe Princelycke Excellentie van Gode is begaeft, beyde met goede kennisse van de ware Christelijcke Gereformeerde Religie, in dewelcke Uwe Ex. van den jeuoht aen is opghetrocken", enz. Op de vraag, welke houding Maurits innam t.o.v. de kerkelijke twisten, geeft dr. Bax tal van citaten ten antwoord, waaruit blijkt, dat de Prins van beide kanten schutsheer werd gewenscht. In een remonstrantsch pamflet bijv. wordt den Prins lof toegezwaaid van wege zijn ridderlijke daden en edel bloed, doch vermaant hen. dien lof toch niet te be smetten me4, kerkelijke twist; de (anonieme) 'schrijver doet dan een beroe^ op 's Prinsen offer „voor vryheyt van ghemoet", en dreigt hem, als hij die vrijheid zou inperken: „So lanck ghy Godt vervolcht, victori [ghy niet siet. „Maar wel, dat ghy en 't thuys van [Nassau komt tot niet". Blijkbaar heeft Prins Maurits in de kerke lijke geschillen zich niet zóó „neutraal" gedra gen als de remonstranten hoopten; een „Lief hebber der Gereformeerde Kercke" prijst hem, schrijvende, dat Maurits God van gan- scher harte diende en dat toonde, door den afgodendienst uit te stooten en door Gods genade den warén Godsdienst te herstellen. Ook Souterius, predikant te Haarlem, getuigde (na Maurits' dood („hij is ons ontnomen om onzer zonden wille"), dat hij een Prins was, die „Christi Kerke manlijc heeft gemainti- neert" en als geen ander bezield was met een hartelycke affectie tot Godts Kercke ende de conservatie van de Religie, tot in zijn sieckte toe". Opmerkelijk is in dit verband, wat dr. Bax meedeelt over de vele bede- en dankdagen in Maurits' tijd. Ook internationale gebeur tenissen waren er meermalen aanleiding toe, zoo bijv. de ontdekking van het buskruitver raad in Engeland, de moord op Hendrik IV van Frankrijk. Geregeld werd ook een vast en bededag uitgeschreven bij het begin van Maurits' veldtochten. Evenzoo na overwinnin gen: de verrassing van Breda, de verovering van Zutphen en Deventer, de verovering van Groningen (door de regeering der stad Leiden uitgeschreven). Toen de belegering van Ber gen op Zoom groote spanning bracht, bleef men (op 23 Nov. 1862 te Arnhem den geheelen dag in de kerk! Na de ontdekking van den aanslag op Maurits werd een algemeene bid dag uitgeschreven. Treffend heeft de predikant Alb. van As sendelft Maurits' Godsvrucht geteekend in een lijkrede op Willem III; tevens blijkt, dat daaruit. Prins Maurits ook in zijn persoonlijk leven op Gods genade steunde: „Hij geloofde in Christum den Saligmaker, en was ook tegelijk Godvreezende. In syn standaert van de zeevaert vond men deze letteren „Jehova", tot een bewijs, dat hij de eere van God en de ware Godsdienst sogt te bevorderen". Van Bogerman, die Maurits aan zijn sterfbed be zocht, is waarschijnlijk de mededeel ing, dat „de Prins bedroefd was over zijn zonden, zijn toevlucht nam tot Gods barmhartigheid en smeekte om grooter berouw." Nochtans of juist dientengevolge? was Prins Maurits verdraagzaam t.o.v. den Gods dienst. Onvoorwaardelijk is de lof, hem des wege door Pieter Jansz. toegezwaaid in „Religions Vryheyt", waar hij zegt: „die goede genegentheden van zyn Excellentie aan die Consciëntie vryheyt, navolgende die van syn H. Vader hoochhoffelijcker memorie". Herinneringen als deze zijn ons niet alleen als historische werkelijkheid welkom; zij sterken ook het volksbesef van dezen dag, dat uit den mond der bezettende overheid het woord „geloofsdwang" heeft hooren afkeuren. In Drente rijzen machtige turfheuvels op De productie met man en macht uitgebreid „Gelukkig is het land, waar 't volk zijn moêr (veen) verbrandt", aldus ver klaart het oude, schalksche rijmpje. Door de tijdsomstandigheden op dezen natio- nalen rijkdom opnieuw opmerkzaam ge maakt, heeft menigeen zich de vraag ge steld, of het niet verstandig zou zijn, wat turf in te slaan, om het wintervuur hel brandende te kunnen houden. Twee feiten, zoo lezen wij in het „Vaderland", hebben het veenbedrijf dezen zomer besoheerscht, nl. het feit van Mei, dat door de stagnatie in het kolenvervoer de turf op den voorgrond kwam en er opeens groote vraag naar dezen huisbrand ontstond; èn het feit van begin Augustus, dat in verband met den te verwachten distributiemaatregel het afleveringsverbod van turf heeft ge bracht. Daar tusschen in ligt een periode van ongewone drukte in het veenbedrijf. Eigenlijk dateert deze drukte al van den vorigen herfst, toen door Defensie aanzien lijke aantallen wagons turf uit de Drentsche venen werden afgenomen. Wanneer men daar dan nog bij voegt, dat ook door particulieren veel meer brandstof dan vroeger werd afge nomen, hetgeen voortvloeide uit de vrees, dat ook deze oorlog gelijk de wereldoorlog van 19141918 huisbrandmoeilijkheden met zich zou meebrengen, heeft men de ver klaring an den voorraadloozen toestand in het voorjaar. De langdurige vorstperiode is oorzaak geweest, dat met het graven van turf veel later dan gewoonlijk kon worden be gonnen. De plotselinge vraag naar turf was voor sommige verveners aanleiding, dubbele ploe gen arbeiders gedurende zestien uren per dag tewerk te stellen. Het was kort dag! Immers het steken van bagger moest met 20 Juni zijn afgeloopen, zulks Li verband met de omstandigheid, dat dit product na dien datum niet meer voldoende kon drogen. Met het graven van persturf kon tot einde Juli worden voortgegaan, misschien zelfs lan ger. Men weet, dat het bestuur der Ned. Turf-Centrale al vroeg in het seizoen er bij de verveners op heeft aangedrongen, de pro ductie zooveel mogelijk uit te breiden, waar voor zoo noodig een bijzondere toewijzing in uitzicht werd gesteld. Dit heeft tot gevolg gehad, dat men in het veengebied als centra noemen wij Emmen, Odoorn, Daler- peel ditmaal met het machinale werk nog tot na de eerste Augustusweek is doorgegaan Vroeger was de eerste eisch: turf moest droog zijn. Tegenwoordig echter neemt men het met dien eisch zoo nauw niet meer. In Juli verscheepte men uit het turfgebied pers- turf, die naar het uiterlijk te oordeelen wel min of meer droog leek, doch inwendig toch nog vrij nat was. De korst, die zich om deze turf gevormd heeft, is wel droog, dooh het zal nog maanden duren voordat deze soort als brandstof kan dienen, vooral wanneer de turf betrekkelijk dicht op elkaar in schuren wordt gestapeld. Op het veld zou deze turf bij gunstig weder heel wat eerder droog zijn geweest; immers, in „stoeken" gezet, waar de wind doorheen kan spelen, droogt het product veel eerder dan wanneer het in min of meer vochtige schuren opgestapeld is. Doch de vraag be- heerscht ook hier de methode. Het ligt voor de hand, dat het verwerken van deze niet geheel droge turf veel meer en zwaarder arbeid vereischt. Bijgevolg werden in ver schillende veenderijen dubbele ploegen tewerk gesteld, terwijl er loonen werden uitgekeerd, die boven de bij collectief contract vast gestelde normen lagen. Intusschen is het afleveringsverbod afge komen. Daarmee is opeens het drukke turf- vervoer stopgezet. Er kan op de terreinen worden doorgewerkt, maar geen turfje mag meer worden verscheept De gegraven turf heeft nu tijd om te drogen. Wie te Nieuw-Amsterdam komt en gevoel voor practische schoonheid heeft, kan zich verlustigen in den aanblik van uitgestrekte velden, waaruit machtige turfheuvels oprijzen. Waarlijk, duizend turven zijn hier maar éénDeze krachtstof uit de Drentsche aarde ligt hier nu te drogen en te wachten tot zij elders dringend noodig geworden is. VAN SPINNEN EN SPINNEWEBBEN Het listige roofdier ook soms zelf bedreigd Vliegjes bijten is de voornaamste bezigheid van de meeste spinnen Sommige betoonen meer moed en weten zelfs de sterk gewapen de wespen te overweldigen en... te bijten! Want „opeten" doet een spin eigenlijk niet. Ze slaat haar scherpe kaken in de prooi en steekt zoodoende de harde huid van haai slachtoffer stuk. Dan begint ze te zuigen Zoowat alles, wat zich binnen het huidpant ser van vlieg of wesp bevindt, wordt opge lost en opgezogen. Dat een spin vogels vangt^ komt ook wel eens voor, al zijn er geen spinnen, die er uitsluitend van leven. Voor deze groote soor ten bestaat het voornaamste voedsel uit muizen, hagedissen en andere op den grond levende dieren. Er zijn vogelspinnen, die 's nachts loopend over de takken van de hoo rnen op roof uitgaan en dan natuurlijk ook wel eens een slapend vogeltje kunnen grij pen. Een sterk vergif, dat door een nauw buisje in beide kaken in de wond gespoten wordt, maakt in zeer korten tijd een einde aan het leven van het slachtoffer. Dat vergif bezitten alle spinnen. Zelfs zijn er, die voor den mensch gevaarlijk zijn. Stel U gerust! Deze komen hier te lande niet voor; in Zuid-Europa wel. In het Wolga- gebied werden in 1339 zeven duizend runde ren door een spinsoort gedood. In sommige streken stierf een derde van de kameelen door beten van spinnen. In jaren, dat er groote sprinkhanenplagen heerschten waren die spinnen erg talrijk. Ze leven dan ook niet Van koeien of kameelen, maar van sprinkhanen. Het maken van het web Een van de wonderlijkste dingen uit het leven van de spinnen is het weven van het web. Schitterend is dit vooral bij de kruis spin en op merkwaardige wijze wordt het aangelegd. Een ongeveer horizontale draad wordt aan twee punten vastgehecht en daar ondergaan is dan het web in den vorm van een rad met spaken uitgespannen. Op het eerste gezicht lijkt het een heele toer om dien bovendraad voor elkaar te krij gen. Men moet zich indenken, dat een spin zijn draad maakt met een spinorgaan aan het achterlijf, dat ongeveer werkt als een tubetje solutie. Vloeibaar komt het uit het lichaam, maar het wordt bijna dadelijk hard. Eigenlijk zijn het eenige honderden draden, elk een paar duizendste van een milimeter dik, die samenvloeien tot een dikkeren. Zoo fijn zijn de draden van een spinneweb, dat ze in precisie- instrumenten, zooals sterrenkijkers, gebruikt worden. Drie manieren staan een spin ter beschik king om de eerste overbrugging te maken. Een daarvan gebruiken wij ook als we een radio antenne aanleggen. De kruisspin maakt den draad aan één punt vast, klimt naar beneden of loopt om en gaat naar het andere punt om hem te spannen. op anderhalven meter van een muur aan een antennedraad bevond. De bovendraad van het web was een meter lang en het web zelf ruim dertig bij veertig centimeter. Nadat eerst een ongeveer rechthoekig raam van draden is aangelegd, worden de „spaken" gemaakt, uitstralend van het middelpunt. Daarna legt de spin door al die „spaken" een spiraalvormigen draad aan. Dit heele web is nu nog niet geschikt om ook maar één vlieg of mug te vangen. Zelfs al zouden ze er in hun vlucht tegenop botsen, dan konden ze toch gewoon weer wegvliegen. Daarom legt de spin nu nog een specialen vangdraad aan. Terwijl ze de pasgelegde spi raal weer als een waschlijntje inneemt, legt ze op de zelfde plaats den kleverigen vang draad aan. Daaraan zitten ongeveer 120,000 kleverige druppeltjes. De spin werkt van buiten naar binnen toe. Bijna in het midden houdt ze op en gaat daar met den kop naar beneden op de loer hangen. De vangst Wee de vlieg, die nu met de kleefstof in aanraking komt. Elke poging om los te komen, wikkelt haar verder in het verraderlijke net. Maar al zeer spoedig komt de spin, die precies weet, hoe je op zoo'n web moet loopen. aan stormen. Ze slaat haar kaken in het slacht offer en begint met haar „vuilspuiterij". On middellijk door een natuuronderzoeker be vrijde vliegen blijken reeds dood te zijn door het sterke gif, maar een spin, die bij een collega-spin in het web gegooid was, bleek na de gifsteken, toen ze bevrijd was, spoedig weer bij te komen. Toch vangt een spin niet alles, wat in haar web raakt. Ze schijnt het spreekwoord te ken nen: Met groote heeren is het kwaad kersen eten, want komt er een wesp of bij in het web terecht, dan haast ze zich om zoo vlug moge lijk een paar draden „door te knippen" en het insect te verlossen. Niet alleen zou het kostbare vangnet mis schien vernield worden, maar ze vreest den angel. Een wespensteek zou ze zeker niet overleven; haar instinct leert haar, dat zoo iets gevaarlijk is. Bij een ontmoeting met een oorworm bleek de spin veel ontzag te hebben voor de tang, die dat dier aan het achterlijf heeft. Maar de spindraden belem merden den oorworm in zijn bewegingen, terwijl de spin het voordeel van eigen terrein had en overwon. Als een spin weinig te eten krijgt, kan ze geen groot web maken. Het is voor de spin zaak, om zoo zuinig mogelijk met het mate riaal om te gaan. Eerst wordt zorgvuldig uitgezocht, waar het web gemaakt zal wor den. Is er regen of storm op komst, die het kunstwerk dreigt te vernietigen, dan wordt met het bouwen gewacht tot de crisis in het weer voorbij is. Is een web beschadigd, dan wordt het dikwijls wat opgelapt, in- plaatst van aan een nieuw te beginnen- Niet alle spinnen maken een radvormig web. De huisspin b.v. maakt een horizontaal uitgehold web in een hoek van onze kelders en zolders. Een buisvormig gedeelte in een De tweede methode zal ons minder gemak kelijk gelukken. Den draad steeds vierend, zakt de spin daaraan hangend een eind naar beneden en gaat dan net zoo lang onder aan den draad heen en weer slingeren, totdat ze met de pooten een of ander steunpunt kan grijpen. Maar de derde manier is het toppunt van genialiteit. Het achterlijf omhooggericht laat de spin een draad vieren, die door den wind min of meer horizontaal gehouden wordt. Als deze na eenigen tijd met het vrije uiteinde ergens blijft haken, trekt het dier er eens aan of hij wel stevig zit en wandelt er dan over heen. Zoo was het mogelijk, dat een van de aanhechtingspunten van een spinneweb zich ARNHEM Neem een rustige vacantie temidden van bosch en heide. Hotel, pension, restaurant „WEST-END", Am- sterd.weg 205, telefoon Wolfheze 203, biedt U dit. Volledig pension vanaf 3.75 p.d. Naseizoen vanaf 3.50. Kamers met stroomend warm en koud water. CASTRICUM HUIZE „VOGELWATER" Post BAKKUM (N.-H.l Gelegen tn de duinen der Provinciale landgoederen Centr verw. str. w.. prijzen van f 3 50 af Telef. 456. ERMELO HUIZE WITTEVEEN Ideaal gelegen in boschomgeving Gelegenheid voor vacantie in Chr milieu; ook zeer geschikt voor families. Tennisbaan en Croquetveld. Prijs 2.753.25 p. dag. Vraagt Prospectus a/d. Directie GROOTE SPEELTUIN „DE KLEINE BETUWE' t* HAASTRECHT bü Gouda ru—15 Juli Pruimentijct 15 Aug.15 H1LVARENBEEK N.-B. Telefoon Tilburg 7806. PENSION „PRINS BERNHARD". Schitterende omgeving Bosch en Hei Veld en Wei Ruime kamers Prima keuken Pensionpr 2.— p p p.d Aanbevelend. J J KA YEN KATWIJK AAN ZEE Chr. Fam. Pen-ion C. TIMMERS Schevemngsche- straat 2, Telefoon 229. Frissche kamers, str. w.. direct a?n zee. Prima keuken. Billijke prijzen. NOORDWIJK a/ZEE ?Qhf; ting. W. BAALBERGEN, Schoolstraat 31. NUNSPEET GEMEUBILEERDE KAMERS MET VRIJE KOOKGELE GENHEID. Vanaf 1 Augustus beschikbaar. Wed. A. VAN DER VEEN, Dorpsstraat 43. MOOI OISTERW1JK VENKRAAI. OOSTFRRFFK pension ..ju li ana* 1 Ulrechlsche straatweg 60. Centr. verwarming. K Telefoon 5467 OOSTERBEEK UW VACANT1E00RD „BILDERBERG-HOEVE" GRAAF v. RECHTERENWEG 34 TELEF 6439 Uw Pension bij de bosschen! Vóór- en naseizoen v.at 3.- en 3.25. Seizoen 3.50 en 3.75 p. p. p. d. In dezen prijs is morgenkoffie, middag- en avondthee begrepen Bij lunch en diner steeds fruit Prosp met gids en wandel kaart op aanvrage CENTRALE VERWARMING STROOMEND WATER OOSTERBEEK Pension „BEATRIX" UTRECHTSCHESTR.WEG 85. Telal 5323. Modern com- fort op alle kamers Groote tuin annex kweekerij. Voor- en na-sezoen 3.—, seiz. 3.— 3.25 p. p. p. d. Wij geven onze Lezers gaarne in overweging t)ij de vaststelling van hun vacantieplannen rekening te houden met de in deze rubriek voorkomende Hotels en Pensions. Deze zullen U op aanvraag gaarne en geheel vrijblijvend alle gewenschte inlichtingen verstrekken. VELP PENSION „VILLA BREYT-H0VE" Bergweg 3. Gelegen onmiddell. nabijheid van heide en bosch. Rustig gelegen, en vrij van oorlogsrumoer. Mooie kamers en prima keuk. Prijs v.a. 2.25 p. d. p. p. Uitst. ref. KAMPEER-CENTRUM .NIEUW-DENNENRUST" VOORTHUIZEN heeft geen oorlogsschade gehad Het geheele landgoed met kamphuisjes, woonwagens, tenten enz is nog vol komen in tact Vraagt gratis toezending geïll prosp No. 8 van 1940 J H. G v. d WOUDE Landgoed .De Ijsvogel" Voorthuizen (Veluwe) Telefoon 74 WOUDENBERG (Utrecht) BOERDERIJ JACOBSHOEVE Degel pens aangeb op zeer mooie boerderij Boschr omg. bij zwemb en bush. Goede ref Bill cond Pr keuk Maarsbergscheweg 316. ZEIST, geheel ongeschonden! Pens. en gemeub. woninggids gratis. Kleine gids 35 ct. Groote gids 50 ct Pl.grond 10 ct franco op aanvrage. Bureau V.V.Vw 2e Dorpsstraat. teleL 2174. Giro 61609, Het kunstig bouwsel scheur of uitholling van den muur precies in den hoek aangelegd, dient als wachthuisje. Uit alle richtingen komen draden daarin sa men, die de spin vasthoudt^ zoodat ze on middellijk voelt als er een insect in het web is. Valt er iets anders in, dan weet ze dat zeer wel te onderscheiden van een prooi. Valdeurspinnen Andere spinnen maken koepels, sommige weven slechts enkele draden. Weer andere soorten graven een gang van enkele decime ters diep in den grond, bekleeden die met een „zijden behang" en sluiten haar af met een „zijden" valdeur. Ze heeten dan ook valdeurspinnen. Met het luik op een kier zit zoo'n spin to loeren, of er ook een prooi voorbij komt. Plotseling schiet ze dan te voorschijn en kever of vlieg wordt in het hol gesleept. Een andere valdeurspin heeft geen eigen lijk valluik, maar maakt toch een gang met een zijden buis er in. Een paar draden doen de spin, die onder in de buis zit, weten, of de prooi op komst is. Voorzichtig gaat de spin naar boven en grijpt de vlieg met de puntige kaken bij den kop dwars door het gesponnen weefsel heen. Dan wordt de prooi door den muur heen getrokken, vlug beneden gebracht en daar, hoewel dood, vastgemaakt, Maar dat mag ook niet lang duren, want de buitendeur, de scheur in het weefsel, staat nog open. Als daarin voorzien is, kan de maaltijd beginnen. Stel je voor, dat er net een wesp voorbijgekomen was: bepaalde soorten hebben het vooral op valdeurspin nen gemunt. Ze zijn brutaal. Laatst was er een, die zoo maar zonder kloppen binnen kwam en als de spin zich niet heel stil ge houden had in een afgesloten zijgang, zou ze nu misschien, lamgestoken, in den oksel van een blad hangen, levend wachtend, totdat de larven van de wesp uit zouden komen en honger krijgen! Elke spinsoort heeft haar vijanden, waar tegen ze zich op verschillende wijzen be schut. Zoo laat een kruisspin zich bij nade rend gevaar plotseling aan een draad zak ken en blijft dan halverwege den grond hangen. Is het gevaar voorbij, dan klimt ze weer omhoog. Soms gaat ze tot op den grond, maar ook laat ze zich wel vallen en houdt zich dood. De kruisspin houdt er nog een eigenaar dige gewoonte op na, welke waarschijnlijk dient om zich aan het oog van den vijand te onttrekken. Ze begint opeens heel hard te schubden aan haar web en gaat dan zoo snel heen en weer, dat ze rauwelijks meer zicht baar is! Allerlei middelen hebben de dieren om aan hun vijanden te ontkomen en toch val len er vele als slachtoffer. Maar omgekeerd hebben die vijanden vele middelen om hun prooi te bemachtigen en toch gaan er soma vele door gebrek aan voedsel ten gronde.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1940 | | pagina 3