DONDERDAG 25 JULI 1940 I DE MANNEN VAN DE NEDZRLANDSCHE UNIE Persoonsbeschrijvingen van het driemanschap Zooals we hebben gemeld heeft zich een driemanschap gevormd om te trachten eenheid te brengen in het Nederlandsche volk. We laten hier een levensbeschrijving volgen. Morgen hopen wij een beschouwing aan deze Unie te wijden. Mr. L. Einthoven Mr. Einthoven is 30 Maart 1896 te Soerabaj3 geboren en is dus thans 44 jaar oud. Na in Nederland zijn juridische studiën te hebben volbracht is hij, in 1920 in Indischen dienst getreden. Allereerst werd hij als burgerlijk ambtenaar ter beschikking gesteld van den president van den Landraad te Buitenzorg en nog in den loop van hetzelfde jaar met grif fierswerkzaamheden belast bij het Hoogge rechtshof van Nederlandsch-Indië te Batavia. Een jaar later werd hij tot substituut-griffier en kort daarna tot substituut-officier van jus titie bij den raad van justitie te Makassar be noemd. In 1924 ging hij in gelijksoortige positie bij den Raad van Justitie te Batavia over. Reeds tijdens zijn werkzaamheid bij de rechterlijke macht deed hü zich kennen als een flink ambtenaar met tact en initiatief. Toen hij dan ook in 1926 met verlof vertrok, liet hij na een betrekkelijk korten diensttijd reeds een goeden naam achter. Zijn verblijf in Europa heeft mr. Einthoven vooral dienstbaar gemaakt aan de studie van arbeidsaangelegen- heden, waartoe hij geruimen tijd te Genève heeft- vertoefd, aanvankelijk als verlofganger, later als ambtenaar op non-activiteit. Te Genève vond hij niet alleen gelegenheid om arbeidsproblemen te bestudeeren door bij woning van de internationale arbeidsconfe- renties en een geregeld contact met het In ternationaal Arbeidsbureau, doch ook andere koloniale vraagstukken kon hij daar in de internationale sfeer bestudeeren, zooals o.m. het mandatenstelsel, opiumproblemen, enz. In den Geneefschen kring won hij zich vele vrienden, die zijn helder oordeel en veelzijdige kennis wisten te waardeeren. Toen mr. Einthoven in 1929 in Indië terug keerde, werd hij toegevoegd aan het hoofd van het Kantoor van Arbeid, waar zijn bij zondere aanleg voor sociale aangelegenheden zich verder kon ontwikkelen. Al spoedig zag hij zich met de bestudeering van de arbeids- kolonisatie op de Oostkust van Sumatra be last, een vraagstuk, dat in die dagen aandacht had in verband met de regeeringsplannen tot geleidelijke afschaffing van de poenale sanctie op de arbeidscontracten met inheemsch werk volk. Mr. Einthoven heeft dit probleem met alle betrokken partijen uitvoerig besproken en zich bij het zoeken van oplossingen een man van practisch inzicht getoond. Zijn verslag verschafte der regeering gegevens van waar de voor de kennis van de Delische sociale toestanden en gaf aanleiding om dezen amb tenaar nu ook verder te belasten met het voeren van besprekingen in Europa nopens de herziening van de koeliewetgeving. Hier toe is hij in 1930 reeds weder naar Nederland teruggekeerd en heeft zoowel hier te lande, in overleg met dr. Neytzell de Wilde, hoofd der eerste afdeeling van het departement van koloniën, als ook te Londen en in andere plaatsen, waar directies van ter Oostkust van Sumatra werkende cultuurmaatschappijen gevestigd waren, tal van oriënteerende en voorbereidende samenkomsten met belang hebbenden gehouden, waarvan de resultaten tot grondslag gediend hebben van de bekende ordonnantie, welke in 1931 de principieele wijziging in het arbeidsstelsel ter Oostkust van Sumatra heeft ingeleid. In den loop van dat jaar is mr. Einthoven aan het hoofd ge plaatst van de tijdelijke afdeeling Werkloos heid van het Kantoor van Arbeid te Batavia. Toen mr. Einthoven eind 1929 naar Indië terugkeerde, heeft hij in opdracht van de In dische regeering de reis over Kyoto, in Japan, gemaakt, om daar als eerste waar nemer Nederlandsch-Indië te vertegenwoor digen op het congres van het Institute of Pan-Pacific Relations. In November 1933 heeft mr. Einthoven zijn Indische carrière afgebroken om een benoe ming tot hoofdcommissaris van politie in Rot terdam te aanvaarden. Voor den tijd van de mobilisatie heeft mr. Einthoven verlof gehad als hoofdcommissaris, ten einde te kunnen optreden als gedelegeerd lid van den Centralen Raad van Advies in zake de ontwikkeling en ontspanning der ge mobiliseerde militairen. De taak van den heer Einthoven was o.m in de nauwste samenwerking met de sectie O. en O. van het algemeene hoofdkwartier te zorgen voor een goeden geest in de weer- Mr. J. Linthorst Homan Mr. Johannes Linthorst Homan stamt uit een geslacht van commissarissen der Koningin. Zijn vader èn zijn grootvader be kleedden die functie in de provincie Drenthe, de zoon en kleinzoon is het in Groningen ge worden. Op 17 Februari 1903 geboren in Assen, waar hij ook het gymnasium bezocht, is mr. Linthorst Homan thans 37 jaar. Na het gymnasium bezocht hij de universiteit te Leiden en studeerde hij ook eenigen tijd ln Dijon, waarna hij zijn doctoraal deed en zicfc in Assen als advocaat vestigde. Hij bezette in deze gemeente een belang rijke plaats in het vereenigingsleven en was bestuurslid van de Drentsche organisaties op velerlei gebied. Zoo was hij oprichter later voorzitter der Provinciale Drentsche V.V.V., secretaris van het Provinciaal Muse um voor Drenthe; hoofdredacteur van den Nieuwen Drentschen Volksalmanak, en het maandblad Drenthe; hd en secretaris de Provinciale Regelingscommissie van Paardenfokkerij. Ook na zijn benoeming tot burgemeester van Vledder (Dr.), in 1932, was hij een belangrijke figuur voor tal van vèr- eenigingen. In 1934 promoveerde Linthorst Homan aan de Rijksuniversiteit te. Leiden tot doctor in de rechtsgeleerdheid op een proefschrift, ge titeld: „Het ontstaan der gemeenten in Dren the", en een jaar later werd hij tot lid van de Provinciale Staten gekozen. Hij behoort tot de negende generatie van zijn familie, waar van leden deze functie beklèédden. Hij was lid van het dagelijksch bestuur van de Liberale Staatspartij „De Vrijheids bond" en van 1934'37 voorzitter van de Koninklijke Nederlandsche Automobielclub. Door zijn benoeming tot commissaris der Ko ningin in de provincie Groningen, met in gang van 1 Juni 1937 heeft hij zich w gen gezien vrijwel alle nevenfuncties neer te leggen. Behalve zijn dissertatie en verschil lende artikelen voor tijdschriften schreef hij „Van Kerspel tot Gemeente" en eenige bro chures o.a. „Drenthe's Rechtsgroei" en „Het Stiefkind Drenthe". Prof. dr. J. E. de Quay Prof. dr. J. E. de Quay werd op 26 Augustus 1901 in 's Hertogenbosch als zoon van luite nant-generaal de Quay geboren. Hij kreeg gymnasiaal onderwijs aan het Jezuïtencollege te Katwijk aan den Rijn, en studeerde ver volgens aan de universiteit te Utrecht; in 1927 promoveerde hij tot doctor in de letteren én. wijsbegeerte op een dissertatie, getiteld: „Het aandeel der sensorische en motorische com ponenten in hêt verlóóp van leer- en arbeids proces". In Augustus 1927 vertrok hij- naar Amerika, waar hij korten tijd studeerde aan de universiteit te Chicago, de Yale Universi ty, de Harvard University en de Columbia University. In Nederland teruggekeerd, wag dr. de Quay bij prof. dr. F. Roels te Utrecht; wien hij als secretaris bijstond op het vijfdë internationale Congres voor Psychotechniek te Utrecht. Inmiddels was dr. de Quay bè^ noemd tot lector in de psychotechniek aan'dè Katholieke Economische Hoogeschool tè Tilburg. Van October 1928 tot Augustus 1929 was hij belast met de bestudeering van psy chotechnische keuringen bij het staatsbedrijf der P.T.T. Kort daarop werd hij benoemd tot medewerker bij het Adviesbureau voor Be drijfsorganisaties van ir. Louwerse en ir. Be renschot, waarna hij van 1931t-t 1933 werk zaam was bij den Algemeenen Confeetie- handel C. en A. Brenninkmeijer. In October 1933 volgde zijn benoeming tot gewoon hoogleeraar in de bedrijfsleer en de psychotechniek aan de Katholieke Economi sche Hoogeschool te Tilburg. Prof. dr. de Quay is voorts: directeur van het Economisch Technologisch Instituut, verbonden aan de Katholieke Economische Hoogeschool, direc teur van het Economisch-Technisch Instituut van Noord-Brabant, lid van de commissie van advies van de Crisis Invoerwet, lid van de commissie, bedoeld in artikel 12 der wet op het algemeen verbindend en onverbindend verklaren van ondernemersovereenkomsten 1935, lid van het dagelijksch bestuur van het Nederlandsch Instituut voor „Efficiency", redacteur-secretaris van het maandblad Eco nomie, lid van den Raad van Bijstand van het Economisch Instituut voor den Midden stand, voorzitter van de Vereeniging voor Nationale Veiligheid, lid van den algemeenen raad van de Koninklijke Ned. Ver. Ons Le ger, lid van het bestuur van het Luchtver dedigingsfonds, commissaris van de Ned. Han- del-Mij., commissaris van Wits Dekenindus trie, commissaris van de Ned. Vlasspinnerij en lid van den Ned. Padvindersraad. Van zijn hand verschenen: „Psychotechniek in het bedrijf', „Opleiding voor wevers" en versoheidene praeadviezen en artikelen in tijdschriften en dagbladen. De Duitsche Arbeidsdienst Defilé's te Utrecht en den Haag. Op Zaterdag 27 Juli zal de Duitsche Arbeidsdienst een marsch maken door Utrecht en door Den Haag. Een drietal afdeelingen neemt er aan deel. Te kwart over 12 wordt te Utrecht afge marcheerd vanaf de Neude naar de Malie baan, waar een défilé plaats heeft In den loop van den middag worden de afdeelingen per trein overgebracht naar Den Haag. Ze treden aan op het Malieveld en marcheeren door de stad naar den Kneuter dijk. Tegen 6 uur zal men daar van een défilé voorbij een voorname persoonlijkheid getuige kunnen zijn. Blocmenkweekers mogen groente telen De voorzitter van de Nederlandsche Sierteelt Centrale, de heer J. Mensing, heeft gisteravond in de jaarlijksche vergadering der centrale Aalsmeersche veiling medegedeeld, dat de Nederlandsche sierteelt centrale voort aan ook aan bloemisten vergunning verleent voor het telen van groente. De uit te geven vergunningen zullen tot en met 30 Juni 1941 gelden. Voorts deelde spr. mede, dat de deviezen- toewijzing voor de bloemisterij van het 3de kwartaal verviervoudigd is. Dit opent pers pectieven voor een intensieven bloemenuitvoer op korten termijn naar Duitschland. Tenslotte kondigde de heer Mensing plan nen aan tot sterke inkrimping van de seringencultuur ten behoeve van de groente teelt. Opbrengst der kinderzegels bedraagt 202,000 De centrale propaganda-commissie voor de- weldadigheidspostzegels 1 eeft dezer dagen aan 386 instellingen, die zorgen voor mis deelde kinderen, tezamen ruim f "202,000 uitbetaald: - r Dit was. de netto opbrengst van den ver koop der postzegels en briefkaarten voor het kind in December j.L gehouden. Inmiddels zijn reeds de eerste voor bereidingen getroffen voor de actie van December a.s. Land- en Tuinbouw De komst van de druiven Het Westland is dit jaar later dan gewoon lijk aan de markt met de druivenoogst. Waar anders reeds een vrij levendige export plaats vond, is deze thans nog niet aanwezig en kan de geheele aanvoer bestemd worden voor het binnenland. Hierbij valt nu op het gebrek aan zacht fruit dat er bestaat, doordat de invoer van vreemd fruit verdwenen is. Het is vooral om deze reden, dat men in tuinbouwkringen voor de druiven een goede kans vindt, hoewel een deel van den export is vervallen. Toch stond Duitschland boven aan het lijstje van de landen, waar onze druiven een ruim afzet gebied vonden, en niet minder dan pl.m. zes millioen kilo druiven werd elk jaar over onze Oostgrens vervoerd. Wanneer men weet dat onze totale druivenoogst plm. 18 millioen kilo bedraagt, blijkt wel dat er nog een behoorlijk afzetgebied beschikbaar is, ongeacht dan nog de mogelijkheden die andere landen bieden. Het is dan ook zeèr goed mogelijk, dat de aanvoeren, wanneer zij binnenkort weer den vollen omvang hebben, voor een groot deel voor het buitenland zullen worden bestemd. Dit zal temeer van beteekenis zijn, indien geen voldoende koelruimte beschikbaar zal zijn, omdat in het najaar altijd een groot deel van den aanvoer kon worden „gespuid" in de bewaarplaatsen. Waar de cultuur dit jaar nogal naar een later termijn is verschoven, kan worden verwacht dat de druiven tot het laatst in flinke hoeveelheden aan de markt zullen blijven. ONDERMELK VOOR KALVEREN. Het Provinciaal Veevoederbureau voor Gelderland maakte de resultaten bekend van een op haar proefmesterijen te Zelhem en te Hoogland begonnen voederproef bij kalveren, die naast 10 1. ondermelk beperkte en on beperkte hoeveelheden krachtvoeder ontvingen Ook werd de hoeveelheid volle melk nog meer beperkt en nagegaan of het toevoegen van koudgeslagen lijnolie aan het meelvoeder ook invloed op groei en gezondheid der kal veren heeft. Deze proeven gaven aanleiding tot de volgende aanwijzingen: le. Beperkte meel voeding in de jeugd tot maximaal lVi kg per dag is bij kalveren, die 10 1. aangezuurde ondermelk per dag ontvan gen, alsmede hooi en 's zomers weidegang, meer rationeel dan onbeperkte melkvoeding. 2. Een matige voedingstoestand in het eerste levensjaar is bevorderlijk voor den groei in het tweede levensjaar, veel meer dan een vette voedingstoestand. 3. Het verstrekken van lijnolie aan Kalveren naast een overigens goed samengesteld rant soen levert geen zichtbaar resultaat op. 4. Volle melk kan bij jonge kalveren reeds spoedig door ondermelk worden vervangen, mits deze maar aangezuurd is en in la uwen toestand wordt gegeven en het rantsoen overigens goed aangepast is. Meer uitvoerige bijzonderheden over deze proef geeft het verslag dat bij het Centraal Bureau, Haringvliet 100 te Rotterdam ver- krügbaar is. SLAKKENMEELTEKORT? Volgens een der laatste marktberichten van het Centraal Bureau lijkt het er niet veel op, dat we vooreerst voldoende slak- kenmeel uit 'België zullen kunnen betrekken. De hoogovens liggen stil. Wel zijn bij de werken voorraden ruwe slakken aanwezig, doch deze kunnen lang niet de binnenlana- sche behoefte van België zelf dekken. Of de werken weer spoedig in bedrijf zullen komen hangt af van de mogelijkheid van den aan voer van ertsen en cokes. Alleen al wegens de.'_transportmoeilijkheden 'zal in den eersten tijd "ee'n normale invoer piet kunnen plaats hebben. Zóówel het verkeer per wagen als het spoorwegverkeer is in België niet moge lijk. Volgens het G. B. zal ons land in de eerste maanden aangewezen zijn op de hier te lande aanwezige voorraden Thomasslak- kenméel. CENTDALE yEPWAPMINgonnoi Ék?ADiAToDcN 4 KETELS (5 per- - ,'-3 All« VEEVOEDER EN MELKPRO&I Wy hebben in den loop der den meernjalen gewezen op de noF heid en ook op de mogelijkheid d w 1 zorgen voor een grootere hoeveel |S waardig veevoeder nu de aanvcf krachtvoeders uit het buitenland zijn en men vóór Februari 1941 ge« voeder zal kunnen bekomen. Reedjerderi na het uitbreken van den oorlog t nieut daarop en in allerlei bladen en verv1and' organen is er eveneens de aandacl vestigd, zooals de belangstellende li w zullen herinneren, daar we meenromst wat anderen schreven weergaven, en W In het HolL Landbouwweekbl»trjS f wy vanwege de Bedrijfsvoorlich%. HolL My. van Landbouw een weipin® samenstelling van het veevoeder, aat. I een bevredigende melkgift verkil enkf worden. .e ye Na gewezen ce hebben op de mW jenkl een eiwitrijk grasgewas te verkrijg j, aandacht gevestigd te hebben-op-de* van mergkool, wikken en boterzaa* "et bedoelde voorlichtingsdienst: ;en g Algemeen mag worden aangeno.entra nu de bedryven het zonder kra^ per zullen moeten stellen, de melkprod' behoorlijk zal dalen. Wanneer wij Pen de voedermiddelen uit eigen bedrijf zich tot een productie van 15 tot 20 liter volk koe en per dag, lykt ons dat €j0 V1 prestatie. Thans willen wü een laten volgen, waarop men naar on; het beste een rantsoen voor zyn kunnen samenstellen en er naar a| Till schijnlijkheid aardige resultaten verkrijgen Ook z -neer krachtvoer kunnen rantsoen voor het productieve mei b.v. 20 kg ingekuild jong gras kuilde haver of wikke, aangevuld goed gras of klavenhooi naar behd Qp doende geven voor een melkgift va^^ liter. De minder eiwitryke produ voerbieten, bietenblad en -koppen, jAlle we dan voor het jongvee en het drof^eni vee. len- itior ite X! Tanni Wetenschappen san ELECTROMAGNETISCH ORÖocia] :k vi De Italiaansche priester Laurentijn, v heeft volgens de Allgemeine Ev£jen Lutherische Kirchenzeitung een u gedaan op het gebied van orgelbvaQe heeft nameiyk een electromagnetii>it geconstrueerd, dat zeer klein van oiflerla doch waarmede hetzelfde resultaai^^j0 wordt als met gewone, orgels. - aagza Wij itact OPGRAVINGEN IN KEXJL»» en grafveld ontdekt, dat vóór meinèche en vroeg-Christelijke geslcre'1 van het Rynland van gróote beteefckorr Men vond onder andere munter, uit inner van Constantyn met het Christustcu, den grafsteen van een kind - rraf uit1 de eeuw, voorzien van het C. .istusmi£«ei £T\ ""hare: De Italiaansche minister van Buitenlandsche Zaken,, graaf Ciano, bevond zich onder de gasten, die in de diplomatenloge dl^jj. zitting bijwoonden .en den Duilschen Rijksdag, weerie Adolf Hitler zijn groote rode Kield ien ln een gedeelte van een bloemensebuur te Santpoort is door eenige natuurvrienden minder den zesduizend zijderupsen. - Een kijkje in het interessant bedrijf, dat von, studie-object wordt beoefend Op het landgoed «Den Treek" nabij Amersfoort wordt naarstig gewerkt aan de hervorming van hei dennenbosch, waarbij de grond volledig bewerkt en opnieuw beplant wordt richtbrufl

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1940 | | pagina 6