|li?uure £rtft5rljr (Sfrmnutt
I Abonnementsprijs:
per 3 maanden in Leiden en in plaatsen
waar een agentschap gevestigd is 2.35
Per week 18 ct. Losse nummers 5 ct
Allee bij vooruitbetaling.
Advertentieprijzen:
22% ct per regel. Ingezonden Mede-
deelingen 45 ct per regel. Minimum
3 regels. Bewijsnummer 5 ot Bij con
tract belangrijke korting
Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden en Omstreken
N«- 6,64 DONDERDAG 4 JULI 1 940 21e Jaargang
Bur. Redactie en Administratie:
©REESTRAAT -123. LEIDEN.
Telefoon 22710.
(Na 6 uur 23166).
Postbox 20. Postrek. 58036.
Kecht en rechtszekerheid
in ons land
Ons vorig artikel besloten we met de
pmerking, dat het niet aangaat, af te
;even op hetgeen eigen land ons biedt en
iat te dien aanzien eenige distributie
n den zin van versobering op de boete-
Jeeding wel wenschelijk is. Dit geldt
oor velerlei, het geldt ook voor het
echtsleven. Het is dan ook geenszins een
erarming, nu de bezettende °^er ei
verigens op de basis der bestaande wet-
eving gehandhaafd wil zien. En als we
it schrijven. z,en we niet over het hoofd,
at eeD belangrijk deel dezer bestaande
wetgeving dateert uit een tijd, den Napo-
20otischen, waarin ons land eveneens
ijielijk zijn onafhankelijkheid had ver-
n. Dit ;.s met verscheidene wetboeken
geval, waarbij vooral wel het Burger-
Wetboek vooraan staat. Daarvan zeide
vermaarde Groninger hoogleeraar Prof.
[r. G. Diephuis in de vorige eeuw: „Ons
tgenwoordig Burgerlijk Wetboek, in som-
ge opzigten, wat inhoud en inrigting
«treft, en in menige bepaling ook omtrent
eer gewigtige punten van den Code Na-
miénn verschillende, kan toch in zeer
•ele niet minder als eene vertaling, dan
eene navolging daarvan beschouwd
/orden". En Later schreef de bekende
loogleeraar aan Amsterdam's Universiteit,
>rof. Mr. Paul Scholten, dat het Burger
ijk Wetboek in hooge mate afhankelijk is
k- an het Fransche. „Meer dan in het oud-
lli ïederlandsche recht wortelt", zoo merkte
op (ij op, „ons Burgerlijk Wetboek in het
ud-Fransche".
Doch dit alles beteekent natuurlijk
llerminst, dat we thans als het ware
/eer zouden verlangen naar een nieuwe
i). /etgeving. Integendeel, op de volgende
de iunten zouden we willen wijzen. In de
erste plaats was er in ons land ten tijde
an de Fransche revolutie en haar gevol-
en lang niet zulk een rechtseenheid als
het geval is. Het recht bestond voor
en belangrijk deel uit plaatselijke of
iewestelijke decreten en bepalingen, ook
/el placcaten genaamd, en vaak was men
r meer op uit, naar aanleiding van be-
taalde losse gevallen regels te stellen dan
egels uit te schrijven, die voor het geheel
jolden.
Dit is punt één. Er was dus op zijn best
rie en betrekkelijke rechtseenheid, juist om-
ijd at de eenheid van land en volk toen nog
Hg lechts matig was doorgevoerd. Daarmee
2 noest men nog even wachten. Het tweede
tunt is, dat deze rechtseenheid, niet alleen
imiuen onzent, doch ook elders, feitelijk pas
:ateerde uit den tijd, waarin de codefi-
^atiebeweging hoogtij vierde, d.w.z. de
trooming, die er op uit was, het recht
te leggen in wetboeken. Deze codi-
^catiebeweging had tegen het einde der
^8de eeuw haar centrum in FranKrijk, en
Jfpo is het te verklaren, dat de beweging
joorwerkte in de landen, die onder Fran-
:hen invloed stonden.
Doch, is dus deze invloed, ook op onze
'etgeving. onmiskenbaar, niet vergeten
ag worden, dat sindsdien ons land z ij n
gang is gegaan, ook wat de
'etgeving betreft. Het burgerlijk recht
iderging belangrijke wijzigingen, we
•egen een eigen strafrecht, een eigen
xafvordering, een vernieuwde burger-
[jjke rechtsvordering, een eigen zeerecht,
^Mllissementskracht, vennootschapsrecht,
Ph in deze richting kunnen we doorgaan.
C^langrijk is niet minder, dat in en door
alles het recht zijn waarde en betee-
f»snis heeft verdiept. In dit verband mag
wel aan worden herinnerd, dat onze
Achterlijke macht sinds lang oog bleek te
èbben voor hetgeen groeide in den tijd,
er zijn verschillende uitspraken op te
die nauw aansluiten bij de rechts
op velerlei terrein. De voor-
ftter van de Nederlandsche Juristen-
ereeniging, die dezer dagen 70 jaar
estond, had alle reden, op te merken dat
[et recht, hetwelk voor onze maatschappij
leidt, in Nederland is verjongd en een
igen Nederlandsch karakter heeft ge
regen en dat we dil in hooge mate
.anken aan den arbeid van onzen Hoogen
•aad. Werkelijk, als natie hebben wij
logen beleven, dat nationale gerechtig-
eid een volk verhoogt. En dan hebben we
•Og alleen de aandacht gevestigd op die
akken van het recht, die ook elders
/orden gevonden, zonder nog te spreken
Lv. van ons waterstaatsrecht, waardoor
ns land zoo wordt gekenmerkt.
Omtrent al dit recht nu lezen we, dat
et van kracht blijft, voorzoover het met
bezetting te vereenigen is. En voorts
izen we, dat de rechtspleging onafhan-
elijk is. Dit voortbestaan van het recht
I begrijpelijk bij een bezettende overheid,
ie zich op het volkenrecht wil baseeren.
•och het is tevens begrijpelijk bij een
ivensMischouwing als door haar aange-
angen, die immers het recht in nauw
erband ziet met het volksleven, zooals
at historisch is gegroeid. Het recht moet
eworjpld zijn in het volk, en wat dat
angaat mogen we zonder overdrijving
eggen, dat zulks ten onzent het geval
ras, dank zij mede het feit, dat ons recht
jiet was verstard, doch den groei der
d (enkbeelden op sociaal en ander terrein
jtnemend had bijgehóuden. Ons recht
n laakte een belangrijk deel van ons
e ölkskarakter uft, het volkskarakter, dat
ngerept bewaard moet blijven.
De oorlog en het verzekeringwezen
Verschillende problemen
De oorlog heefj op verzekeringsgebied ver
schillende problemen doen ontstaan. Te Rot
terdam waren de kantoren van makelaars in
assurantiën en assuradeuren in hoofdzaak
gevestigd in hel centrum der stad, hetgeen
lol gevolg heetl gehad, dat circa 95 pel. van
de kantoren door brand werd vernield. Men
kan zich indenken, dat het verloren gaan van
veelal de geheele administratie der desbelref
tende firma's en maatschappijen groote moei
lijkheden met zich heeft meegebracht.
Daar immers in verscheidene gevallen niet
alleen bij den makelaar, den assuradeur of
vertegenwoordiger van de verzekeringmaat
schappij alle bescheiden zijn verbrand, doch
ook bij de verzekerden zelt de polissen door
brand zijn vernietigd, kan men dikwijls niet
eens meer nagaan, waar een object is verze
kerd. Op een verzekerd object van eenige
beteekenis wordt immers de beurspolis steeds
door een groot aantal maatschappijen ge'ee-
kend, zoodat zulks achteraf bij het ontbre
ken van bescheiden vrijwel niet te achter
halen is Thans is men op de ijlings elders
betrokken kantoren druk in de weer om, voor
zoover mogelijk, uit de bescheiden der verze
kerden weer een archief op te bouwen. In de
gevallen, waar bij alle betrokkenen de be
scheiden zijn verdwenen, zal er in den regel
niets anders opzitten dan het object opnieuw
te verzekeren, hetgeen nieuwe premiebeta
ling met zich meebrengt.
Het is, naar vanzelf spreekt, noodzakelijk,
dat de makelaars onder de huidige omstan
digheden tegenover elkaar een loyale houding
aannemen. Dat allen hiertoe bereid waren,
blijkt duidelijk uit de overeenkomst, welke
door de leden van de Rotterdamsche Veree-
niging van Makelaars in Assurantiën is on
derteekend. waarin zij zich verplichten om
gedurende een jaar elkaar geen posten af
handig te maken.
In Rotterdam, de stad met de grootste ha
ven van ons land, is natuurlijk de zee
transport- en cascoverzekering de belangrijk
ste tak van het verzekeringswezen. Voor de
makelaars is deze tak van het bedrijf vrijwel
stil gelegd. Er vindt nog wel vervoer
van de Oostzee naar Delfzijl (b.v. hout van
Zweden) plaats, doch dit heeft weinig te be-
teekenen in vergelijking met onze totale
goederenbeweging over zee van voor den
oorlog. Te land zijn er wel transporten, zoo
dat in dit opzicht nog zaken kunnen worden
gedaan.
De loopende verzekeringen
Het leeuwendeel der loopende verzekerin
gen was voor den oorlog bij buitenlandsche
maatschappijen ondergebracht en wel ln het
bijzonder bij Engelsche maatschappijen. Ver
zekeringen, hetzij geheel of gedeeltelijk ge
dekt, bij Engelsche maatschappijen blijven van
kracht, zoodat schaden mits tijdig aangemeld,
op de gewone wijze kunnen worden vastge
steld. Het schadebedrag zal echter in derge
lijke gevallen eerst na den oorlog bij deze
maatschappijen kunnen worden gereclameerd
De vertegenwoordigers van deze maat
schappijen betalen nml. ook uit de gelden, die
zij nog in Nederland voor hun maatschap
pijen onder beheer hebben, niets uit.
Voor verzekerden, die op spoedige uit
betaling van de schade moeten kunnen
rekenen, is het, naar ons van deskun
dige zijde werd verzekerd, dus raadzaam
instructies te geven om de verzekering
over te sluiten bij maatschappijen, die
direct tot uitbetaling kunnen overgaan.
Voor het tot stand komen van den wapen
stilstand gold voor verzekeringen bij Fran
sche maatschappijen hetzelfde als voor die
ondergebracht bij Engelsche maatschappijen
Hoe het thans na den wapenstilstand met de
Fransche verzekeringen zal gaan. is thans nog
niet bekend
Bij verzekeringen, welke loopen bij Zwit-
sersche, Zweedsche. Amerikaansche of andere
maatschappijen uit neutrale landen heeft men
rekening te houden met het feit, dat betalin
gen uit die landen niet kunnen worden ge
daan. hoewel de mogelijkheid bestaat, dat de
desbetreffende maatschappijen min of meer
belangrijke bedragen in Nederland bezitten
De Nederlandsche assurantiemarkt, die be
perkt was voor den oorlog, is mogelijk door
het verdwijnen van groote herverzekerings
mogelijkheden thans nog beperkter geworden,
ofschoon er momenteel geruchten gaan, dat
(Vervolg van de eerste kolom)
En met dit voor oogen sluiten we ons
b.v. gaarne aan bij de uitspraak van den
vermaarden hoogleeraar uit Breslau, Hein-
rich Lange, in 1936 neergeschreven in
het tijdschrift van de Akademie für
Deutsches Recht: „De rechter (en we
voegen daaraan toe: de wetgever) moet
zich steeds voor oogen houden, dat de
wet dikwijls de gezamenlijke rechtswijs-
heid van het voorgeslacht bevat". In de
wetgeving ligt een stuk traditie, over
levering uit eigen geschiedenis.
Een van de elementen, waardoor dit
recht was gekenmerkt, was de rechts
zekerheid. Geen onderscheid werd ge
maakt tusschen Nederlander èn Nederlan
der. Bij het handhaven van het recht
zal ook de rechtszekerheid veilig
zijn. Het is niet gewaagd, hierin een
waarborg te zien voor kalmte en rust.
Pogingen, zichzelf recht of wat men als
zoodanig aanziet te verschaffen, past niet
in dit raam. Verdwijnt de rechtszekerheid,
genieten enkele, mogelijk zelfs heel kleine
groepen, heszeer ook slechts s c h ij n-
b a a r. zekere voorrechten, dan is de rust
onder ons volk hiermede niet gebaat, de
rust, waarop ook de bezettende overheid
zoozeer prijs stelt.
er maatregelen worden geirotten. welke de
Nederlandsche maatschappijen in staat zullen
stellen veel grootere bedragen dan voorheen
tr accepteeren. Diverse Duitsche verzekering
maatschappijen waren reeds voor den. oorlog
in ons land vertegenwoordigd, doch zij slaag
den er niet in een belangrijk deel der posten
tot zich te trekken Vele Duitsche maat
schappijen, die hier niet waren vertegen
woordigd, hebben direct na de overgave van
Nederland, vertegenwoordigers aangesteld, of
indien zij reeds over een vertegenwoordiging
beschikten, hun agenten maximaal uitge
breid. In het gemis.van de Engelsche dek
king werd dus onmiddellijk voorzien door de
Duitsche maatschappijen. Thans worden regel
matig objecten bij Duitsche maatschappijen
ondergebracht. Het verdient de aandacht, dat
voor den oorlog de schadeuitkeeringen door
Duitsche maatschappijen steeds vrij mochten
worden betaald, buiten de clearing om
Het oversluiten van posten heeft voor de
verzekerden natuurlijk het onaangename ge
volg, dat nieuwe premie moet worden betaald
Op restitutie van premie op de oude ver
zekering valt thans niet te rekenen. Eerst na
den oorlog zou een poging hiertoe kunnen
worden aangewend.
Molestverzekeri ngen
Een kwestie, die voor velen van belang is,
betreft de molestverzekering wegens de groote
hoeveelheden goederen, die bij het uitbreken
van den oorlog onderweg waren. Voor staats-
molestverzekering kunnen de drie volgende
groepen gevallen worden onderscheiden:
a. Partijen, waaFvan wel bekend was, dat
zij waren aangehouden maar ten opzichte
waarvan volgens de laatst verkregen inlich
tingen nog geen beslissingen waren genomen,
di* tot definitief verlies van de verzekerde
objecten voor de belanghebbenden behoefden
te leiden, met inbegrip van die gevallen,
waar definitief verlies was ontstaan door een
volgens de gemachtigden van de regeer mg
te Rotterdam niet gedekte oorzaak (eigen be
derf, hooge opslagkosten etc.). Over deze
laatste categorieën zal worden geprocedeerd.
b. De naar Nederland gedestineerde zen
dingen, die naar aangenomen wordt, hier ten
gevolge van den loop der gebeurtenissen na
9 Mei 1940 niet zullen aankomen.
c. De gerequireerde of verbeurd ver
klaarde goederen omtrent wier lot stellige
betrouwbare tijdipgen zijn binnengekomen.
Ten aanzien van groep a en b kan de ver
zekerde, alleen al door het ontbreken van
contact met de betrokken landen, niet min
of meer gedocumenteerd aantoonen, dat een
gedekte molestdaad ten opzichte van zijn be
zit is gepleegd. Men verkeert betreffende de
feitelijke ontwikkeling in het duister, terwijl
voorts de volkenrechtelijke positie niet duide
lijk is. Het is volgens de regeeringsgemach-
tigden te Rotterdam niet uitgesloten, dat met
betrekking tot de betrokken partijen maat
regelen worden genomen, die geen molest
daad, laat staan een gedekte molestdaad op
leveren. Hier zal dus moeten worden afge
wacht, hetzij tot de gerezen vragen zijn be
antwoord, hetzij tot een andere oplossing is
gevonden. Voor de gevallen onder c kan even
tueel worden bewezen. <i"> wat werd ver-:
zekerd, in dien vorm nm i aan den ver
zekerde zal woraen uitgeleverd en dit ten
gevolge van een gedekte molestdaad. Derge
lijke claims kunnen op de gebruikelijke wijze
in behandeling worden genomen.
De onzekerheid betreffende een eventueele
uitkeering en het tijdstip van de uitkeering
is ongetwijfeld een groot inconvenient voor
de verzekerden. Dat de regeling na den oor
log nog tal van moeilijkheden met zich zal
kunnen brengen, laat zich gemakkelijk be
grijpen.
Het probleem van de
brandschade
Een ander probleem is dat van de brand
schade, direct of indirect veroorzaakt door
den oorlog. In talrijke gevallen is in Rotter
dam na het bombardement ten gevolge van
brand, welke bv eerst den dag na de over
gave tal van panden en goederen aantastte
belangrijke schade geleden. De vraag doet
zich natuurlijk voor of hiervoor geen schade-
uitkeering van ae verzekerir-gmaatschappijen
is te verkrijgen. Helaas is hierop voor de
verzekerden geen kans. In de polissen .is
immers de mogelijkheid van uitkeering in
dergelijke gevallen uitgesloten. In de Rotter
damsche beurspolis luidt bijv. 8 3: „Van de
verzekering is uitgesloten schade, veroorzaakt
door oorlog, burgeroorlog en oorlogsgeweld,
ook al behoort Nederland niet tot de krijg
voerende mogendheden, vijandelijken inval,
binnenlandsche onlusten, daden verricht by
een juiste of onjuiste uitvoering van een last
van eenige Nederlandsche of vreemde mili
taire macht, of krachtens een door de Neder
landsche militaire macht vastgestelde ver
ordening." Daar het Nederlandsche recht de
leer van de „causa remota". d. w. z. van de
verst verwijderde oorzaak toepast, is er dus
geen kans op uitkeering, want al moge de
schade zijn ontstaan door brand, is als de
feitelijke oorzaak toch aan te merken het
bombardement.
Op te merken valt in dit verband, dat by
den vorigen wereldoorlog van 1914, toen
molest veelal wel was ingesloten, de verzeke-
ringmaatschappyen er toe zijn overgegaan,
den verzekerden mede te deelen, dat de ver
zekeringen voortaan „vrij van molest" zouden
loopen.
Duidelyk blykt uit het bovenstaande, dat
door den oorlóg tal van problemen voor het
verzekeringswezen zjjn ontstaan. De Rotter
damsche assurgntiebranche vooral heeft groote
moeilijkheden te overwinnen by den weder
opbouw van het bedrijf. Men hoopt dan ook
in deze kringen, dat de assurantiebezorgers
buiten Rotterdam met de Rotterdamsche be
langen rekening zullen houden en geen pogin
gen zullen aanwenden om zaken van Rot
terdamsche firma's afhandig te maken.
ONZE CHR. PHILANTROPISCHE INRICHTINGEN
Hun wedervaren in bewogen
dagen
li
Laten we thans uit de ons verstrekte in
lichtingen nog een greep doen, om meer in
bijzonderheden te kunnen aantoonen, wat er
al zoo werd beleefd. En dan mag zeker wel
vooropstaan het wedervaren van het Chr.
Sanatorium voor Zenuwzieken te Zeist, dat
reeds vóór den oorlog een volledige evacuatie
moest doormaken. De Geneesheer-Directeur,
Dr. A H 11 e r, hadden wij om inlichtingen
gewaagd juist in de week, dat men allen naar
Zeist terugkeerde uit Vogelensang, waarheen
men al in Nov 1939 heeft moeten verhuizen.
Op 10 November was 's morgens te 11 uur
een majoor van den staf van het Ned. leger
verschenen; hij deelde mede, dat „elk oogen-
blik de bom kon barsten", zoodat 10 of 11
Nov. alle patiënten het Sanatorium moesten
verlaten, „liever vandaag dan morgen".
Om 7 uur 's avonds waren reeds alle verpleeg
den met militaire bussen naai enkele
inrichtingen in Holland overgebracht, en de
staf betrok de Sanatorium-gebouwen.
In Holland werd een onderdak voor de
patiënten gezocht. Op 4 December werd
„Huize Leyduin" geopend als nood-sanatorium,
waar 25 van de 120 patiënten konden op
genomen worden, terwijl in een villa aan der.
Vogelensangschen weg 40 patiënten werden
verpleegd. In Februari 1940 werd de weg tot
terugkeer naar Zeist geopend; eerst werd
één, later nog een paviljoen vrijgegeven. De
militaire bureaux en de inkwartiering der
officieren bleven in het hoofdgebouw en 3
paviljoens gevestigd.
Echter, dit gedeeltelijk herstel werd in Mei
weer teniet gedaan. Na de forceering van de
Grebbe-linie moesten alle reeds in Zeist
teruggekeerde patiënten weer hun tehuis ver
laten; zij 30 personen) werden in Huis tei
Heide te Zeist ondergebracht; er was gevaai
van beschieting. Reeds 16 Mei konden allen
in welstand terugkeeren; zoowel op 10 Nov
als op 10 Mei hebben de patiënten met op
vallende kalmte en eenswillendheid alles
ondergaan. Pas 21 Juni werd de vordering dei
gebouwen in Zeist opgeheven en op 25 Juni
keerden de bewoners van Leyduin terug
Terugziende op deze feiten en data, zal het
den lezer niet moeilijk vallen zich in te
denken, wat het èn voor deze patiënten èn
voor hun doktoren en verpleegsters beteekend
heeft, tot tweemaal toe onder zulke omstan
digheden te moeten verhuizen. Reden te meei
tot dank was er dan ook, toen men eind Jun.
weer allen „thuis" was.
Hebben de gebouwen door beschieting e.d.
geen schade beloopen, de militaire bezetting
liet natuurlijk haar sporen na. Er waren ook
(na 14 Mei) kelders leeggehaald door naar
lafenis zoekende troepen. De gen.-dir. en de
3 artsen hebben hun taak weer hervat in
vollen omvang.
'Een gansch ander beeld toonen ons de
wederwaardigheden, waaronder de Rudolph
stichting te Achterveld de bewogen Mei
dagen heeft doorleefd. In deze op gezinsver
zorging gebaseerde stichting worden voogdij
kinderen en regeeringspupillen tot maat
schappelijk bruikbare jongelui opgevoed en
opgeleid. Deze gansche jeugdige (en nog niet
genormaliseerde) bevolking van 127 jongens
en meisjes plus de grooten, samen een
300 personen is van 1017 Mei geëvacueerd
geweest naar Ermelo en daar gehuisvest in
het A.M.V.J.-kamp „De Paalberg". Dank zy
de goede voorbereiding van den wn.-direc
teur, de heer Blok (de heer Geleynse was
als kapitein gemobiliseerd) is zoowel de heen
als de terugmarsch buitengewoon goed ver-
loopen.
Dat de gebouwen gespaard zijn gebleven, is
temeer opmerkelijk, omdat in een kring rond
om de stichting de oorlog zichbaar gewoed
heeft Achterveld bijv. werd ernstig bescha
digd en Barneveld in mindere mate; deze
dorpen liggen resp. 2 en 6 K.M. van de
stichting verwijderd. Eveneens op 6 K.M.
ligt het bijna geheel verwoeste Scherpenzeel.
Deze en andere plaatsen dichtbij liggen zoo
wel ten Noorden als ten Oosten en Zuiden
van de Rudolphstichting. Er was wel schade,
doch van beschamenden aard: teruggekeerd,
vond men de woningen alle gebruikt en een
en ander voornamelijk mannenonderkleeding
ontvreemd. Een totaalschade van ruim 2300!
Niet alleen de menschen, ook het vee moest
het stichtingsterrein verlaten; het is echter
niet in vollen getale teruggekeerd.
Dat ondanks al deze belevenissen alles weer
naar wensch gaat en het aantal aanvragen
voor opname s t ij g t, is evenzeer bemoedi
gend als de vrees voor dalend aantal con
tribuanten zorgwekkend is. Maar de leiding
der Rudolphstichting weet, wat het zeg
gen wil, in crisis te zyn, en nochtans
aan den ondergang te ontkomen. Zoo is ook
nu haar verwachting van Hem, die in vroeger
dagen zoo treffende uitredding gaf.
De inlichtingen, ons verstrekt over andere
stichtingen, zijn over 't algemeen van den
zelfden aard. Valkenheide was geruim'en tijd
ten deele door militairen bezet, maar de arbeid
kon geregeld voortgezet worden. (De voorbe
reidingen tot den bouw van een gestichtskerk
zijn reeds getroffen). Hier worden byna 350
jongens verzorgd; men kan zich indenken, hoe
licht de gebeurtenissen van Mei tot incidenten
aanleiding konden geven! Maar ook hier heeft
de uitkomst de vrees beschaamd. Tal van
stichtingen hebben echter door hun ligging
of door evacuatie, moeilijke, soms angstige
dagen doorleefd en als men dan rekent met
de open bouw en derhalve groote gevaar
kansen, dan zal men met ons volkomen kun
nen onderschrijven veler dankbaarheid aan
den grooten Geneesmeester voor Zijn be
schermende en sparende hand in donkere
dagen.
Voor menige stichting komen nu andere
zorgen het hart vervullen: zal men den arbeid
kunnen handhaven, als de inkomsten dalen
tengevolge van veler verzwakte financieele
draagkracht?
Het antwoord van Christelyk Nederland zij
dan even verrassend, als Gods reddende hand
geweest is over duizenden leed-dragenden,
toen Hij bewezen heeft, wat we van Hem
zingen in Ps. 72 7.
Overzicht
Roosevelt of Willkie
Het Amerikaansche volk staat m het ko
mende najaar voor een belangrijke beslissing.
In het begin van November zullen de vier-
jaarlijksche verkiezingen worden gehouden en
dan zal het er om gaan, wie met ingang van
20 Januari 1941 als staatshoofd het Witte Huis
zal betrekken.
De electorale strijd werpt reeds nu zyn
schaduwen vooruit. Als vanouds staan de
beide groote Amerikaansche partijen, de Re
publikeinen en de Democraten tegenover
elkander. Niet beginselkwesties, maar vraag
stukken van tactiek zijn aan de orde. In feite
is daarmee niets veranderd bij vroeger, de
contrasten teekenen zich slechts te scherper
af, nu de Europeesche oorlog in vollen om
vang is ontbrand.
De sympathieën der V. S. zijn niet geheel
onverdeeld. Tot de uiterste grens wenscht
echter niemand te gaan. Vandaar ook de po-
g ngen telkens opnieuw decommercieele
beteekenis der wapenleveranties aan de West-
Europeesche mogendheden in het licht te stel
len. De zgn. Monroeleer Amerika voor de
Amerikanen heeft nog niet afgedaan. Al
leen over de uitwerking van dit beginsel s
men het niet eens.
Duidelijk is dat wel gebleken op het groote
congres, dat dezer dagen de Republikeinsche
Partij te Philadelphia heeft gehouden. Het
daar opgestelde verkiezingsprogram houdt een
felle bestryding in van de politiek van Roose
velt. Men beschuldigt er o.m. den President
van te trachten het Congres naar huis te zen
den om van de afwezigheid der volksverte
genwoordigers gebruik te maken voor inter
ventionistische oorlogsmaatregelen in woord
Beweerd wordt, dat de Amerikaansche
regeering aan vreemde mogendheden militaire
geheimen heeft uitgeleverd tegen de protesten
van de leger- en vlootleiding in. De Republi
keinsche partij wil de Amerikaansche lands
verdediging zoo sterk mogelijk maken en
spreekt zich beslist uit tegen een verwikkeling
der Vereenigde Staten in vreemde oorlogen.
Daarvoor is vereischt, dat de bezittingen der
V. S. en belangrijke buitenposities verdedigd
kunnen worden, en ook, dat men in staat zal
zijn in den oorlog de Monroeleer nadrukkelijk
in stand te houden. Tenslotte bepleit de party
een wijziging van de grondwet, inhoudende,
dat geen president meer dan twee ambtster-
mynen zitting mag hebben, hetgeen tot dusver
Amerikaansche traditie is geweest. Uit dit al
les blijkt wel, hoe velen in Amerika meenen,
dat Roosevelt met Cordell Huil, den huidigen
minister van buitenlandsche zaken, het land
reeds te veel in buitenlandsche betrekkingen
heeft verstrikt.
In het licht van deze omstandigheden is het
niet vreemd meer, dat het Congres als candi-
daat voor de a.s. Presidentsverkiezing koos
een man als Willkie, de 48-jarige directeur
van een electriciteitsfabriek, van wie tot dus
ver buiten Amerika niemand heeft gehoord.
Een niet-politieke figuur dus, die de voorkeur
kreeg boven mannen als Taft, Dewëy, en zelfs
oud-president Hoover, wiens populariteit den
laatsten tijd stijgende is.
De democraten hebben intusschen nog geen
keuze gedaan. Hun partijvergadering komt op
15 Juli a.s. in Chicago bijeen. Nog steeds heeft
Roosevelt niet te kennen gegeven, of hij een
derde ambtstermijn ambieert. Blijkbaar wacht
hij de ontwikkeling der dingen zoolang moge
lijk af. Stelt hy zich inderdaad opnieuw be
schikbaar, dan maakt hij wel een goede kans
weer gekozen te worden, tenzij het Ameri
kaansche volk het breken van een traditie
niet wil.
Wie echter gekozen wordt Roosevelt of
Willkie dit staat vast, dat in elk geval het
geweldige Amerikaansche bewapeningspro
gram doorgaat. Niet om eventueel partij te
kiezen. Hoover zei het openlijk: de V. S. zijn
niet in staat aan het conflict in Europa deel te
nemen; zij zouden 2 3 jaar noodig hebben
om doeltreffend te kunnen ingrijpen. Senator
Pittraan, de voorzitter van de senaatscor*
missie voor buitenlandsche zaken, een voor
aanstaand man in het kamp der Democraten,
sprak nog duidelijker taal, n.l. dat Engeland
geheel onvoorbereid den oorlog is ingegaan,
Den Helder vannacht opnieu<"
gebombardeerd
Het A.N.P. meldt:
Vannacht omstreeks 4 uur heeft een
Engelsch vliegtuig bommen laten vallen
op Den Helder. Een halve straat ligt in
puin. Vier menschen zijn gedood, onder
wie een vader van een gezin van tien kin
deren en een vader en moeder van een
gezin van acht kinderen.
IR J. DE BIE LEUVELING
TJEENK t
Bij de familie te Amsterdam is uit
Parijs het ontstellend bericht ontvangen,
dat aldaar, tengevolge van een ongeval,
op 55-jarigen leeftijd overleden is ir. J.
de Bie Leuveling Tjeenk.
Op 28 April j.l. was de heer Tjeenk met
een regeeringsopdracht naar Rome vertrok
ken. Het doel van zijn reis was advies uit
te brengen otfer een eventueele deelneming
van ons land aan de Wereldtentoonstelling
te Rome. Sindsdien had men niets meer
van hem gehoord. De bedoeling was dat hij
op 11 Mei 1.1. weer thuis zou zyn. Maar
blijkbaar is hij te Parijs door den oorlog
overvallen en nu heeft hij daar den dood
gevonden. Het bericht hiervan is door den
Zweedsche gezant, die de Nederlandsche be
langen behartigt, aan ons Ministerie van
Buitenlandsche Zaken meegedeeld.
Met ir. J. de Bie Leuveling Tjeenk is uit
het Amsterdamsche, het Nederlandsche,
leven en in het bijzonder uit de architecten-
wereld, een zeer bekende figuur heengegaan.
Van den Bond van Nederlandsche Archi
tecten is de overledene een zestal jaren (tot
1935) voorzitter geweest. Bij zijn aftreding
zag hij zich, wegens zijn groote verdiensten,
tot eerelid benoemd. Te Amsterdam trad bij
speciaal op den voorgrond als secretaris van
de commissie van advies in zake de restau
ratie van het Koninklijk Paleis aldaar. Hij
was hier ook voorzitter van de Middelbaar
Technische School voor Bouwkunst en van
de Industrieschool, alsmede lid van de com
missie van advies voor het Museum van
moderne toegepaste kunst en van het cura
torium over de bibliotheek van de Neder
landsche Maatschappij van Nijverheid. Bui
tenslands heeft hij zich groote bekendheid
verworven als commissaris-generaal Dij ver
schillende wereldtentoonstellingen. Hij be
kleedde die funetie bij de internationale
Tentoonstelling van Toegepaste kunst in 1925
te Parijs gehouden, waarvoor, zooals men
zich herinnert nu ook wijlen architect Staal
een paviljoen bouwde en bij de Internatio
nale Tentoonstelling te Parys iri 1937.
In verband met een en anuer zijn hem
hooge onderscheidingen geworden. Zoo was
hij ridder in de Orde van den Nederland-
schen Leeuw, Commandeur in de Orde van
Oranje-Nassau en Commandeur m ae Orde
van het Legioen van Eer.
Nader schrijft onze correspondent ons:(
Jan de Bie Leuveling Tjeenk werd te
Amsterdam geboren op 18 Mei 1885. Hij
studeerde aan de technische hoogeschool te
Delft, waar hij in 1911 het diploma van
bouwkundig ingenieur behaalde. Na studie
reizen naar Italië en Griekenland en een reis
om de wereld, vestigde hij zich in 1914 hier
ter stede als architect.
In den loop der jaren heeft de heer Tjeenk
ook te Amsterdam veel gewerkt. Behalve zijn
bekend eigen woonhuis aan het Museumplein
bouwde hy daarachter een flatgebouw in de
Paulus Potterstraat, voorts het pakhuis voor
het Blauwhoeden-Vriesseveem aan de Han
delskade en dat voor het Vriesseveem aan de
Brouwersgracht (het laatste in samenwerking
me ir. K. Bakker). Tenslotte vermelden we
eenige door hem ontworpen landhuizen in
Hilversum, Schagen, Zeist (het landhuis van
burgemeester van Tuyl van Serooskerken) en
Werkhoven. In Delft verbouwde hij in 1932
het kantoor en in 1938 de fabriek der firma
Braat.
(Vervolg van de vijfde kolom)
en dat alles wat de V.S. zouden kunnen doen,
den uitslag van den oorlog slechts zou kunnen
vertragen.
Het is geen wonder, dat de Vereenigde Sta
ten onder deze omstandigheden zich buiten
den oorlog houden, integendeel, dit standpunt
is onder invloed en de gebeurtenissen der
laatste maanden slechts versterkt
Bommen op Middelharnis
Drie dooden
Men bericht ons uit Middelharnis:
Dinsdagnacht zijn alhier drie bommen ge
vallen waardoor drie slachtoffers te betreu
ren zijn, n.l. de 50-jarige A. K. en twee kin
deren van den heer v. d. M., allen in de
Nieuwstraat Verschillenden werden meer of
minder ernstig gewond. Een zestal woningen
staande in de Nieuwstraat zijn geheel ver
woest terwijl de winkels op den Westdijk
min of meer gehavend zijn. Tot ver in den
omtrek zijn de ruiten vernield. Een brand
in de benzinepomp ter plaatse werd spoedig
gebluscht Volgens ooggetuigen werd een laag
vliegende bommenwerper achtervolgd door
een jager en heeft deze zijn last laten vallen.