jHrtuw Crittócljr (üourant
Abonnementsprijs:
per 3 maanden in Leiden en in plaatsen
waar een agentschap gevestigd is 2 35
Per week 18 ct. Losse nummers 5 et
Alles bij vooruitbetaling.
Advertentieprijzen:
22% ct. per regel. Ingezonden Mede-
deelingen 45 ct. per regel. Minimum
5 regels. Bewijsnummer 5 ot Bij con
tract belangrijke korting
Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden en Omstreken
WOENSDAG 3 JULI 1940
21e Jaargang
Bur. Redactie en Administratie:
BREESTRAAT 123. LEIDEN.
Telefoon 22710.
(Na 6 uur 23166).
Postbox 20. Postrek. 58936.
Recht en rechtspraak
in ons land
In het Orgaan ten dienste der Prot.-Chr.
"jf^teelasseerings-Vereeniging geeft prof. Dr.
iouvI. Dooyeweerd een overzicht over den
nieuwen rechtstoestand voor het bezette
Nederlandsche gebied, in het bijzonder
^jj|vat betreft de strafrechtspraak en de
en aangezien dit, voorzoover
ie )ns bekend, de eerste uiteenzetting is, ons
gegeven door een der juridische hooglee-
;aren uit eigen kring, H)kt het ons reeds
goed, bij deze uiteenzetting even
jtil te staan en van dat overzicht onzer-
ujds weer een eigen overzicht te geven,
In het begin wijst prof. Dooyeweerd er
dat de smartelijke beproeving van ons
aierland in de eerste dagen na het vallen
den slag het juridisch aspect van den
|estaanden toestand op het gebied
m rechtspraak en reclasseering geheel
den achtergrond heeft gedrongen onder
felle historische doorleving der natio-
lale catastrophe. „Wie", schrijft hij, „wie
h^ekommerde zich eigenlijk in ernst om de
9 grondwettigheid van de in de noodsituatie
loor den Nederlandschen opperbevelheb
ber uitgevaardigde verordeningen en be-
chikkingen, o' ..de wettigheid van bij
zondere politiemaatregelen, als het aan de
taak stellen van plunderaars, die munt
■rachtten te slaan uit de ellende hunner
nedeburgers?
Waar de grondslagen onzer nationale
itaatsorde wankelden, werd vanzeive. de
£>ositief-rechtelijke maatstaf teruggedraa
^en door dien van het rechtsgevoel, dat
slechts op de materieele noodzakelijkheid,
;n billijkheid der getroffen maatregelen
het aspect van den natinnalen
noodtoestand reageert",
uzf ^och het leven kon een gebrek aan
Prejuridische normaliseering niet lang ge-
is^oogen en een voorloopige consolidatie
sluUan den rechtstoestand in het bezette
Nederlandsche gebied van Duitsche zijde
?rakon niet uitblijven. En hier maakt Prof.
(oipooyeweerd dan melding van de uitge-
tentaardigde decreten en verordeningen, om
^£r aan toe te voegen, dat deze juridische
do normaliseering er uiteraard niet een is uit
y pet oogpunt der Nederlandsche staatsorde,
slechts kan berusten op volkenrech
basis, op het volkenrechtelijk
Oorlogsrecht. Deze basis is trouwens in
Cygenoemde decreten en verordeningen aan-
Zij is te vinden in het zgn.
Land'oorlogreglement, behoorende bij de
ïHaagsche Conventie. Van fundamenteele
elsbetegkenis voor de voorloopige normali-
van den rechtstoestand van het
bezette gebied is daarin artikel 43. dat in
de Nederlandsche vertaling als volgt luidt:
„Wanneer het gezag van de wettige over
heid feitelijk is overgegaan in handen
'an dengene, die het gebied heeft bezet,
teemt deze maatregelen, die in zijn ver-
ogen staan teneinde voor zooveel moge-
ijk de openbare orde en het openbaar
ieven te herstellen en te verzekeren en
^fculks, behoudens volstrekte verhindering,
iet eerbiediging van de in het land gel
ende wetten".
Bij deze fundamenteele bepaling is o.a.
eze verklarend£ opmerking te maken,
at het gezag door den bezetter slechts
lag worden uitgeoefend binnen de vol-
enrechtelijke grenzen van het bezet-
igsrecht. Welke zijn nu deze grenzen?
In de eerste plaats mogen de verorde-
en beschikkingen der bezettende
verheid zakelijk niet verder in het leven
het bezette gebied ingrijpen, dan in
^verband met de militaire bezetting nood
is. Zij mogen dus niet op aan
gelegenheden betrekking hebben, die met
•jpeze bezetting in geen enkeJ verband
jjfftaan- En voorts mogen ze slechts voor
gjlen duur der bezetting worden uitgevaar-
Ipigd. De souvereiniteit blijft berusten bij
i0(den oorspronkelijken staat: slechts de uit
oefening daarvan is - z„ het onder be-
langruke beperkingen tijdelijk in
[handen van den bezetter.
In de tweede
moet de bezetter
'bepaalde grondrechten der bevolking CCi-
biedigen, te weten de eer en de rechten
van het gezin, het leven der personen en
bijzonderen eigendom, alsmede de
godsdienstige overtuiging en de uitoefe-
yaning van de eerediensten.
(A Ten derde is het principieel ongeoorr
de bevolking van een bezet gebied
te dwingen, den eed van trouw aan den
'bezetter af te leggen, daar £ij wel tot
[gehoorzaamheid, maar niet tot trouw ver
dicht is.
Na nog op enkele bepalingen nader te
[zijn ingegaan, wijst Prof. Dooyeweerd er
p, dat de Nederlandsche strafwetgeving
(en hieraan kunnen we toevoegen, dat het
met de overige wetgeving niet anders
staat) van kracht blijft, ook weer volgens
de volkenrechtelijke beginselen, voorzoo
ver deze wetgeving met de bezetting
vereenigbaar is. Daaronder vallen dus ook
de bepalingen betreffende de voorwa.
delijke veroordeeling en de voorwaarde
lijke invrijheidstelling, de psychopathen-
Avetgeving, de jeugdgevangenis en andere,
jj waarbij natuurlijk ook de belangen der
"eclasseering betrokken zijn. Evenzeer de
particuliere en ambtelijke organi
van het reclasseeringswezen. „Ook
reclasseeringsvereeniging", aldus
Prof. Dooyeweerd, „kan dus voorloopig
haar taak rustig op den ouden voet
blijven voortzetten". Deze taak is er niet
minder belangrijk op geworden, met name
ook wat betreft den voorlichtingsdienst.
„Wel", en hiermee besluit Prof. Dooye
weerd zijn artikel, „valt te voorzien, dat
op de rijkssubsidies op een nieuwe ingrij
pende wijze zal worden gekort. Wel is te
voorzien, dat de uitgestelde reclasseerings-
dag, wanneer hij laten wij hopen bin
nen afzienbaren tijd zal worden ge
houden, een belangrijken terugloop in
financieele resultaten zal hebben te boe
ken. Wel zullen zoowel wij als onze
zuster-organisaties te kampen krijgen met
een tijdelijke desorganisatie van afdeelin-
gen, die in de geteisterde gebieden geves
tigd waren.
Dit alles kan voor ons slechts een
aansporing zijn tot versterking van het
contact met onze zuster-organisaties, om
in gemeenschappelijk overleg den parti
culieren reclasseeringsarbeid als nationaal
geheel in stand te houden. Een eerste stap
daartoe is reeds gedaan.
Maar zoolang ons de vrijheid gelaten
wordt, naar onze religieuze overtuiging
onzen arbeid voort te zetten, houd ik mij
overtuigd, dat niemand onzer zal wan
hopen aan de toekomst van ons werk.
Want wij weten, dat die toekomst tege
lijk met die van ons vaderland tenslotte
niet in menschenhand berust, maar in de
hand van onzen Vader, Die in de Heme-
Tot zoover het artikel van den beken
den hoogleeraar aan de Vrije Universiteit.
Vooral hehben wij met instemming ge
zien, hoe de schrijver accentueert, dat
onze wetgeving, onze eigen wetgeving
in wezen blijft bestaan. Daar wordt ons
land niet armer van. Er bestaat tegen
woordig nog wel eens een hang om af te
geven op hetgeen eigen land bezit. Het
boetekleed ontsiert den man niet, integen
deel. maar het gaat niet aan, te pas en
vooral te onpas zich met het boetekleed
te sieren. Ook te dien aanzien is eenige
distributie in den zin van versobering
op de kleeding wel wenschelijk. We
mogen bogen op veel. waaraan ons land
r ij k is. Gewezen mag op het lage sterfte
cijfer, zelf wezen we op het naar verhou
ding hooge geboortecijfer, wat de sociale
wetgeving betreft nemen we een uitste
kende plaats in. De bezettende overheid
krijgt geen volledigen blik op ons land en
volk, wanneer hierop niet ook eens de
aandacht wordt gevestigd.
Dat we, wat het recht betreft, ten
onzent kwalijk van achterlijkheid beticht
kunnen worden, zullen we in een volgend
artikel nader aangeven.
0 Werkverruiming
Bij de keuze der werkverruimingsobjecten
wordt een goede maatstaf gevolgd.
Loon-intensieve werken hebben de voor
keur, vooral als ze weinig materiaal vorderen.
Voorts wordt er op gelet of blijvende werk
verruiming er het gevolg van zal zijn.
Deze criteria waren ons niet onbekend, en
het doet ons genoegen, dat ze ook thans ge
handhaafd ziin Van beteekenis is. dat
snelle beoordeeling der projecten plaats heeft
Aan zulk tempo in het verleden kon het
wel eens wat langzaam zijn hebben we
grootelijks behoefte Er bfehoeven thans heel
wat minder instanties te worden ingescha
keld en willen we een volk van de daad zijn.
dan moet de administratieve rompslomp
zoovee) mogelijk worden opgeruimd.
De gemeentebesturen kunnen thans aan
den gang. Aan -goede en gezonde werk-
objecten is geen gebrek.
De inventarisatie er van was indertijd vrij
volledig, zoo volledig, dat het vrijwel ondoen
lijk is om in Nederland nog nieuwe groote
plannen te bedenken.
Straks zal ook onze scheepvaart wel
aankloppen. De honderd-duizenden tonnen
scheepsruimte die naar den bodem der zee
zijn verhuisd, moeten vervangen worden,
zoodra het grondstoffenprobleèm tot een
voldoende mate van oplossing gekompn is
Wat echter vooralsnog niet mogelijk is,
moet van zelf blijven rusten.
Wat op korten termijn aan productieve
werken kan worden aangepakt, moet echter
ter hand genomen. Deze vorm van werk
verruiming zal ongetwijfeld tot belangrijke
resultaten leiden.
Naar wy in de „Graafschapb." lezen is de
heer J. J. G. Boot in de jongste vergadering
van den gemeenteraad van Wisch (Geld.) op
spontane en hartelijke wijze gehuldigd in
verband met het vorige week Maandagavond
te Silvolde voorgevallene, toen na een huis
uitzetting van N.S.B.-zijde onrechtmatig is
opgetreden en daarbij de burgemeester, die
aan de ongemotiveerde eischen geen gevolg
wenschte te geven, zeer onheusch is be
handeld.
De burgemeester en zijn echtgenoote, mevr.
Boot-Colijn, werden door de raadsleden
staande begroet. Wethouder H. A. J a ar t s-
v e 1 d en het oudste raadslid, de heer J.
Klan derman hebben vervolgens den
burgemeester op hartelijke wijze toegespro
ken en geprezen om zijn vastberaden en
correcte wijze van optreden, Ln moed, beleid
en trouw, tegenover de poging tot gezags
ondermijning, die wellicht eenig is in de ge
schiedenis der gemeente.
De burgemeester prees in zijn ant
woord de hoogste Duitsche autoriteiten, die
hier geheel buiten staan en die hem op bui
tengewoon hoffelijke wijze hebben ontvangen.
Hij wees er de bevolking met nadruk op, dat
zij zich, evenals in het verleden, waardig
moet blijven gedragen tegenover de bezet
tende macht, die op prijs stelt, dat wij allen
onzen plicht doen.
0 De beteekenis van de
plechtige belofte
In zijn beschouwing in het Orgaan ten
dienste van de Prot.-Chr. Reclasseeringsver
eeniging wijdt Prof. Dr. H. Dooyeweerd ook
aandacht aan de kwestie van „eidesstattliche
Erklarung", ook af te leggen door de leden
van de rechterlijke macht, waaromtrent zich
aanvankelijk hier en daar eenig misverstand
openbaarde. Hij herinnert er aan. dat krach
tens artikel 29 van de wet op de Rechterlijke
Organisatie alle leden van de rechterlijke
macht, die in deze wet genoemd worden, ge
houden zijn. elk naar de wijze zijner gods
dienstige gezindheid, alvorens in bediening te
treden, den eed of belofte af te leggen, waar
van de eerste zinsnede luidt: „dat zy getrouw
zullen zijn aan den Koning, en de grondwet
zullen onderhouden en nakomen."
„Du is", schrijft Prof. Dooyeweerd, „onge
twijfeld een eed van trouw, -die, gelijk wij
hierboven zagen, volkenrechtelijk door den
bezetter niet van de bevolking van het bezette
gebied kan worden geëischt en dan ook in
5 7 der verordening van den Rijkscommissa
ris niet gevraagd wordt. De vraag is echter,
of de in 5 7 ook van de rechterlijke macht ge-
eischte „plechtige verklaring" zich verdraagt
met den inhoud van den ambtseed, bedoeld
in art. 29 der wet op de Rechterlijke Organi-
Formeel is dit m.i. wel het geval, omdat in
volkenrechtelijken zin op dit oogenblik de
souvereiniteit over het bezette gebied gedu
rende den tijd der bezetting door den bezetter
wordt uitgeoefend en dus ook de ambtenaren
van den bezetten staat, voorzoover zij, over
eenkomstig het op dit punt geldend volken
rechtelijk beginsel, in hun functie gehand
haafd blijven, gehoorzaamheid jegens de tij
delijke Duitsche overheid en de door haar
uitgevaardigde verordeningen verschuldigd
zijn.
Aan het nationale staatsrecht wordt ipso
iure (door het recht zelf) gederogeerd door
het volkenrechtelijk oorlogsrecht. Het eerste
is feitelijk buiten werking, voorzoover het zich
met het bezettingsrecht niet verdraagt.
Wie als rechterlijk ambtenaar de „eides
stattliche Erklarung", bedoeld ln art. 7 der
verordening van den Rijkscommissaris, aflegt,
komt daarmede dus formeel niet in strijd
met den eed (resp. belofte) van trouw aan den
Koning en den eed (resp. belofte) op de
grondwet.
Deze laatste eed kan slechts tijdelijk geen
effect hebben, voorzoover het volkenrech
telijk bezettingsrecht reikt, doch herneemt on
middellijk zijn integrale werking, zoodra bij
een door ieder vaderlander vurig gehoopt her
stel onzer nationale Onafhankelijkheid de toe
stand der bezetting een einde zou nemen en
dus de normale grondwettige toestand zou
terugkeeren.
Een andere vraag is natuurlijk of in m a-
terieel opzicht geen conflict kan ontstaan,
gezieri het feit, dat men den inhoud der nog
door den Rijkscommissaris uit te vaardigen
verordeningen en bepalingen niet van te vo
ren kent. Denkbaar ware, dat de laatste de
grenzen van het volkenrechtelijk bezettings
recht zouden overschrijden, en in dit geval
zou men niet van een derogatie aan de grond
wet mogen uitgaan. Maar ook een latere n a-
t i o n a 1 e wetgeving kan den rechter voor
een gewetensconflict stellen, dat nog niet be
stond toen hy den ambtseed op de grondwet
aflegde. In zulk een geval bestaat slechts één
weg tot oplossing van het conflict, te weten
onmiddellijke ontslagaanvrage. En die ontslag
aanvrage staat ook den Nederlandschen
ambtenaar vrij. die tegen het afleggen der
„eidesstattliche Erklarung" bezwaar heeft.
Generaal Winkelman
De bevelhebber van de weermacht
in Nederland, generaal der vliegers
Christiansen, maakt bekend:
Officieele mededeeling
1. Generaal Winkelman en onder-
hoorigen van de Nederlandsche weer
macht en politietroepen hebben door
hun persoonlijke handelwijze niet de
matiging in acht genomen, welke op
grond van de hun door den Führer
van het Duitsche Rijk toegestane voor
rechten behoorde te worden verwacht.
2. Hierdoor is het rustige verloop
van de demobilisatie der Nederland
sche weermacht, zooals dat in groote
trekken is voorzien en ook door de
meerderheid van de Nederlandsche
bevolking en weermacht werd toege
juicht verstoord geworden. Der
halve is de daarvoor verantwoorde
lijke opperbevelhebber van de in
demobilisatie zijnde Nederlandsche
land- en zeemacht in krijgsgevangen
schap naar Duitschland overgebracht.
3. De functie van opperbevelheb
ber der Nederlandsche land- en zee
macht is tegelijkertijd door den com
missaris voor de demobilisatie der
Nederlandsche weermacht opgeheven.
4. In het hoogst eigen belang
van de Nederlandsche weermacht en
van het Nederlandsche volk wordt
verwacht, dat in de toekomst versto
ringen der demobilisatie niet meer
zullen volgen. Deze zouden lot de
scherpste tegenmaatregelen vanwege
de Duitsche weermacht leiden.
DE VERDUISTERING
In het belang van de naleving van de
bepalingen ten aanzien van de verduistering
Zonsondergang 3 Juli 10 u. 5 m.
Zonsopgang 4 Juli 5 u. 22 min.
NATIONALE INZAMELING
Offert op 6 Juli
Zaterdag 6 Juli heeft de Nationale Inzame
ling plaats ten behoeve van de slachtoffers
der oorlogvoering. De berichten over den toe
stand in gemeenten als Rotterdam, Middel
burg, Rhenen, Scherpenzeel, Zevenbergen,
enz. spreken duidelijke taal. Talloozen zijn
dakloos: duizenden hebben alle kleeding en
huisraad, al wat zij met arbeid en spaarzaam
heid hadden vergaard, verloren. Het hart vap
alle Nederlanders, wier huis en gezin voor
deze ramp bleef gespaard, gaat uit naar de
getroffen landgenooten.
Directe hulp moet worden geboden. In vele
gemeenten zijn Comité's voor vluchtelingen
werkzaam, die onderdak, voeding en kleeaing
bieden. In de meest getroffen gebieden zijn
hulporganen ingesteld, die maatregelen nemen
om het herstel zooveel mogelijk te bevorde
ren. Al deze instellingen hebben behoefte aan
geldmiddelen.
Plannen voor den wederopbouw werden
gemaakt: spoedig zullen, hopen we, velen agn
den arbeid beginnen om het herstel te begin
nen. Nadat de huizen, werkplaatsen, kanto
ren en winkels zijn gebouwd, zal de indivi-
dueele hulpverleening aan de slachtoffers van
den oorlog ter hand genomen moeten wor
den. Velen zullen reeds thans geholpen moe
ten worden door verstrekking van een gift
voor handelsgeld, aanschaffing van voorraad,
werkkleeding of gereedschap.
Zeer groote bedragen zullen noodig zijn om
hulp in alle genoemde vormen te bieden.
Alleen aan de slachtoffers der oorlogvoe
ring zullen deze ten goede komen.
Het is niet noodig om deze dingen breed
uit te meten.
Het Nederlandsche volk weet ze en weet
ook, dat de nood groot is. ten gevolge van
den oorlog, dien we niet hebben gewild.
Als volk staan we er voor dezen nood te
lenigen.
Zaterdag 6 Juli is het voor het grootste
deel van ons land d e dag. Dan wordt een
groote huizen- en straatcollecte gehouden.
Op velerlei wijze kan men zijn offer brengen.
We hebben maar één woord hier nog aan
toe te voegen. En dat is: geef!
Geef naar de mate de middelen U geschon
ken of gelaten zijn en vervul daarmee - uw
menschelijken en nationalen plicht
Laat ons groot en sterk zijn, ook in den
gemeenschappelijken nood.
ONZE CHR. PHILANTROPISCHE INRICHTINGEN
Hun wedervaren in bewogen
dagen
Een der levensgebieden, waarop men ook
in normale tijden bijna onopgemerkt z'n stil
len gang gaat, gevolg waarvan de publieke
aandacht er bijna langs glijdt is flat van de
Christelijke barmhartigheio in haai velerlei
vormen. Veelal gevestigd ver van het drukke
stadsleven, was na de ingrijpende gebeur
tenissen van Mei op dit mooie en moeilijke
werk niet aanstonds en in die mate de be
langstelling gericht, welke zooveel andere
levensterreinen wel ten deel viel. Dit had en
heeft z'n goede zijde. De verzorging van hen,
die lichamelijk of geestelijk defect zijn, ver
draagt geen felle belichting. Anderzijds ver
onderstellen wij toch oprechte belangstelling
in onze stichtingen, wat betreft hun weder
varen in de voorbije dagen, terwijl zij ten
deele in de naaste toekomst ons aller voIIp
aandacht vragen voor het handhaven van het
tot dusver bereikte.
Naar verhouding van ons bevolkingscijfer
neemt Nederland op dit gebied een vooraan
staande plaats in en vooral in de laatste
kwarteeuw is veel aan uitbreiding, speciali
seering en moderniseering gedaan. In twee
groote centralen, de in 1901 opgerichte Cen
trale Bond voor Inw. Zending en Chr. Phi!
Inrichtingen en de in 1918 opgerichte Gerei
Bond van Vereenigingen en Stichtingen van
Barmhartigheid zijn de talrijke stichtingen by
eengebracht. Zij verrichten hun gezegend werk
in allerlei richting: kinderzorg en weeshuizen,
doorgangshuizen en opvoedingsgestichten, ver
zorging van achterlijken en idioten, van ge
vallen meisjes en drankzuchtigen, blinden en
doofstommen, chronisch-lijdenden, zenuw
patiënten en geesteskranken, zwervers op
reclassanten, epileptici en verwaarloosden,
psychopathen en hulpbehoevende ouden van
dagen; kortom, er is geen afwijking van het
normale lichaams- of geestesbestaan denkbaai.
of de hand der Chr. barmhartigheid heeft er
zich naar uitgestrekt.
Om een indruk te krijgen van de wijze
waarop men in deze levenskringen de moei
lijke dagen van 1014 Mei heeft doorgemaakt
oi ook de invloeden daarvan ondergaat, heb
ben wij de ons bereidwillig verstrekte ge
gevens van eenige stichtingen verzameld. Met
groote dankbaarheid mag vooropgesteld wor
den, dat in het algemeen gesproken dit gan--
sche terrein van leed en verzorging ongedeerd
is gebleven. Niet één stichting is verwoest;
natuurlijk waren er wel dè aan evacuatie ver
bonden spanningen, maar na terugkeer kon
men z'n tehuis weer ten volle gebruiken. Een
niet minder opmerkelijke en algemeene erva
ring is geweest, dat de reactie der gebeurte
nissen, inzonderheid die van het luchtgeweld,
nauwelijks reden tot zorg heeft gegeven, óók
daar, waar men hel uit den aard van oneven
wichtige geestesgesteldheid zou vermoeden.
Een der leidende geneesheeren in een such-
ting voor geesteskranken maakte ons de typee-
rende opmerking, dat zijn patiënten zeker mei
meer onrust aan den dag hadden gelegd dan
de bewoners der „normale" wereld.
Deze waarneming werd ons bevestigd dooi
gegevens uit de twee centrale vereenigingen
op het gebied der verzorging van geestes- en
zenuwzieken, n.l. de oudere Vereeniging,
waarvan „Veldwijk" te Ermelo de eerste stich
ting was, en de jongere, die met „Zon ei.
Schild" te Amersfoort haar arbeid aanving
„De gebeurtenissen hebben op den toestan
van de patiënten vrijwel geen invloed gehad'
Deze mededeeling van de eene werd gehec.
onderstreept door die van de andere Vereeni
ging; men heeft, natuurlijk, spannende uren
doorgemaakt, maar er was geen sprake van
paniek o. d. Dergelijke gunstige ervaringen
werden ons ook bericht uit andersoortige
stichtingen. Gaf evacuatie van zieken uit den
aard der zaak soms groote zorgen, des te mee--
verblijdend is het te lezen, zooals men ons
bijv. van „Zonnegloren" (Chr. Sanatorium
voor t.b.c.-lijders te Soest) berichtte, dat „de
patiënten van de evacuatie geen bijzonder
nadeel hebben ondervonden en het werk
rustig en met volle kracht voortgang vindt".
Er waren ook reacties van wat we zouden
kunnen noemen positieven aard. Bijv. dat een
directeur kon getuigen: „Met gunstige reactie
bedoel ik, dat onze verpleegden zich allen
kranig hebben gedragen, ook gedurende dp
zooveel grootere v r ij h e i d. welke het kamp
leven gedurende de evacuatie met zich
bracht." En: „De gebeurtenissen hebben niet
nagelaten, een diepen indruk op de zielen
onzer verpleegden te make:.Opmerkelijk
is dat, waar de Pinkstervacantie aanleiding
was tot afwezigheid van een deel der bezet
ting (bijv in het Chr Blindeninstituut „Bar-
timëus" te Zeist), een deel daarvan nog niet
terugkeerde, tengevolge van de groote be
zorgdheid der ouders. Deze was in streken,
die het meest getroffen zijn, bijv. Rotterdam,
het grootst. Temeer merkwaardig, daar men
te Zeist het onderwijs ononderbroken heeft
kunnen voortzetten. (De gebouwen hebben
ook hier geen schade geleden).
Waar dus in het algemeen zoowel de ge
bouwen als de verzorgden uit de periode van
spanning en bezorgdheid ongedeerd te voor
schijn zijn gekomen, is het begrijpelijk, dat
t. o. v. de voortzetting der werkzaamheden
vrijwel overal dankbaar kon getuigd worden:
op den gewonen voet» Wij noemen hierom
trent enkele uitingen: „Ons bestuur heeft tot
geen enkele wijziging ten aanzien van de
door de Vereeniging ter hand genomen arbeid
besloten, en ook geen enkele aanwij-
zing ontvangen, diè het noodig maakte,
ev. wijzigingen in overweging te nemen."
Deze mededeeling van de Ned. Herv. stich
tingen voor zenuw- en geesteszieken vindt
haar pendant in die /an de Verg. tot Chr.
verzorging van geestes- en zenuwzieken: „Wij
kunnen rustig doorwerken en in den nieuwen
toestand ligt voor ons geen enkele aanleiding
tot veranderingen." Wel is doch dit betrof
slechts één der aangesloten stichtingen de
bezetting eenigermate toegenomen tengevolge
van het tijdelijk opnemen van personen, die
door de gebeurtenissen dermate uit het even
wicht waren geslagen, dat zy in net openbaar
hun meening te 'kennen gaven in niet onge
vaarlijke bewoordingen.
Nog enkele andere mededeelingen: „Ons
Sanatorium gaat vol vertrouwen als tevoren
de toekomst tegemoet." Of: „Met moed en
vertrouwen hervatten wy ons werk weer in
zijn vollen omvang: met Gods hulp weer
voortwaarts." Een derde: „Toi nu toe geen
wijzigingen in het beheer der inrichting; zij
worden in verband met den oorlog ook niet
verwacht." Een vierde: ,.De arbeid is tot
heden op denzelfden voet als voorheen voort
gezet."
Deze verheugende mededeelingen, met tal
rijke te vermeerderen, mogen wij niet onder
schatten. Men vergete toch niet, dat voor
een deel der stichtingen evacuatie geboden
was, zoodat miet alleen de zeer bewogen uren
voor het verplegend personeel, maar ook op
de verpleegden zelf tengevolge van het plot
seling moeten verlaten der zoo vertrouwde
omgeving, grooten invloed moesten hebben
op hun toestand. Waar nog bij komt de bij
zondere gevoeligheid van bepaalde groepen
voor plotseling optredende gebeurtenissen,
zóó plotseling, dat immers ook de normalen
voor een in menig geval vreeslijk raadsel
stonden.
N.V. FABRIEK TOT
HOUT BEREIDING
TEGEN BEDERF
C. MIRANDOLLE
GECREOSOTEERDE PALEN
GEZAAGD HOUT
PERKOENEN. DWARSLIGGERS
Piekstraat 4345, Tel. 71732. Rotterdam
N.V. INGENIEURSBUREAU
VOOR
BOUWNIJVERHEID
BOUW- EN GEWAPEND
BETONWERKEN
Volgens nauwkeurig werkplan in zeer
korten tijd.
OEGSTGEEST
TELEF. LEIDEN 20341 (2 lijnen)
De beste uil kluilkalk bereide
Nederlandsche witte fijne
POEDERKALK
EPOKA
HUB. J. APPEL N.V.
TEL. 5341. HAVENDIJK 7.
's-HERTOGENBOSCH.
Toekomst der Nederl.
beroepsmilitairen
geregeld
Welke mogelijkheden er zooal
bestaan
's-Gravenhage, 3 Juli. In aansluiting
op hetgeen we al hebben meegedeeld
over de toekomst van het beroepsperso-
neel der Nederlandsche weermacht kun
nen we nog het volgende melden:
1°. Men kan, voor zoover daartoe gerech
tigd, met pensioen gaan.
2°. Men kan in een of andere tak van staats
dienst te werk worden gesteld (politie, wa-
terpolitie, douane, etc.).
3°. Men kan vrijwillig in Duitschland te
werk worden gesteld.
4°. Men kan eenvoudig zijn ontslag uit den
militairen dienst nemen, mits men dan niet
ten laste van de gegieenschap komt Is men
aldus in de gelegenhëid ontslag te nemen, dan
moet men op zijn eerewoord beloven niet
tegen de Duitsche overheid te zullen ageeren.
5°. Men kan overgaan naar den NederL
Opbouwdienst, mits men nog niet den 50-
jarigen leeftijd heeft overschreden. Dan be
houdt men zijn volle jaarwedde of soldij.
6°. Men kan op nonactiviteit worden gesteld
met behoud van 2/3 der jaarwedde of het
soldij.
Voor hen die op nonactiviteit worden ge
steld is het dragen van de militaire uniform
verboden. Zij, die in den Nederlandschey
opbouwdienst worden te werk gesteld zullen
op hun uniform een bepaald distinctief ver
krijgen.
De datum van inwerkingtreding van den
Ned. opbouwdienst zal inplaats van 11 Juli
eerst 15 Juli worden.
De opbouwdienst zal in vier districten wor
den verdeeld. Ieder dezer districten zal in
een aantal corpsen omvatten. Een corps zal
zijn samengesteld uit een aantal afdeelingen.
Een afdeeling uit groepen. Een groep uit een
aantal ploegen.
Ontslagname van burgemeester
De Wijkersloot
De burgemeester mr. dr. K. L. C. M. I.
baron de Wijkerslooth de Weerdesteyn heeft
ontslag als zoodanig gevraagd. Deze'ontslag
neming komt niet onverwacht. Deze jonge
magistraat, die op 1 Februari j.l. het burge
meestersambt van de Gooische hoofdstad
aanvaardde, is kennelijk niet opgewassen
gebleken tegen de geestelijke bezwaren van
den laatsten. moeilijken tijd. In de „micro
foon-toespraken". welke hij regelmatig tot
de burgerij placht te houden, was tegen
het einde van de vorige maand een reeks
van getuigenissen, bekentenissen en beschul
digingen te hooren, die wel zeer sterk aan
toonden dat de heer De Wijkerslooth te
weinig realiseerde dat hij, zeer zeker onder
de huidige omstandigheden, krachtens zijn
positie boven de partijen behoorde te staan.
Hij maakte ^politiek op eigen gelegenheid en
naar eigen inzichten.
Aan het begin van de gisteravond gehou
den raadsvergadering heeft de heer de
Wijkerslooth de Weerdesteyn zijn reeds ge
ruchtmakende optreden vervolgd met het af
leggen van een reeks opzienbarende verkla
ringen: de voornaamste daarvan is wel deze,
dat hij zich tot leider van het Nederlandsche
volk uitroept.
Nadat de heer de Wijkerslooth deze ver
klaringen had afgelegd en de zaal had ver
laten. heefi dt loco-burgemeester, wethouder
B H Bakker, verklaard, dat het vooraf
gaande niet in een officieele raadsvergadering
is geschied Verder zeide de heer Bakker
nog: „de spanningen waaronder allen gebukt
gingen, zijn ook den burgemeester vermoe
delijk te maentig geweest, tot dat hij, op
herhaald aandringen van de wethouders,
eir.deiijk kon besluiten eenige rust te nemen.
Wij hadden gehoopt, dat no een korte rust
periode hij wxer in ons midden zou terug
keeren totdat wij in kennis werden gesteld
met zijn besluit tot aanvraag van ontslag
als burgemeester".