Churchill over tien weken oorlog
MAANDAG 13 NOVEMBER 1939
EERSTE BLAD^AN
EngeJsche minister somt de voordeelen
der tijdwinst op
Zeer scherpe uitlatingen over Hitier en Goering
De positie van België en Nederland
In zijn radio-rede over tien weken oor
log heeft Churchill, de Engelsche
minister van marine, er den nadruk op
gelegd dat het uitblijven van een grooten
Duitschen aanval de geallieerde machten
tien weken respijt voor het voltooien
hunner oorlogsuitrusting heeft gegeven.
Hij kondigde aan, dat Engeland zal
voortgaan met te strijden, „tot de andere
partij er genoeg van heeft".
De tien weken van rust heeft de we
reld gebruikt om haar positie ten opzich
te van Duitschland te bepalen. Japan,
zeide hij, denkt dat het verraden is, Italië
wendt zijn blikken af, Rusland staart de
Duitschers aan met staalharden blik
Turkije heeft, met de wereld van den
Islam, zich aan Engelands zijde ge
schaard.
In het vervolg van zijn rede betichtte
Churchill Duitschland er van, thans de
kleine staten in West-Europa te bedrei
gen.
Ten slotte uitte hij de hoop, dat het
huidige conflict den weg zal banen voor
een breeder solidariteit van alle men-
schen.
„Ik meende er goed aan te doen," aldus
begon de minister zijn rede, „vanavond
voor u uiteen te zetten, hoe de oorlog in de
eerste tien weken voor de geallieerden ver-
loopen is.
Het is volkomen duidelijk, dat de kracht,
die het Britsche Rijk en de Fransche repu
bliek ontplooien om de Poolsche en Tsjecho-
Slowaaksclie staten te herstellen en tot
nieuw leven te brengen, alsook om eenige
andere dingen te bereiken, waarover ik la
ter zal spreken, van dag tot dag toeneemt.
Vreedzame, parlementair bestuurde landen,
die streven naar vrijheid voor den enke
ling en overvloed voor de massa, zijn ech
ter met een grooten achterstand begonnen
in den strijd tegen de dictatuur, welke zich
uitsluitend bezighield met oorlog, met voor
bereiding van oorlog en met het vermalen
van allen en alles in haar militair appa
raat Vooral wij op ons eiland zijn in vre
destijd bijzonder gemakzuchtig.
Wij zouden gaarne de zegeningen van
den vrede met iedere andere natie willen
deelen en ons in het bezit daarvan blij
ven verheugen. Pas na vele vergeefsche
pogingen in vrede te blijven, werden wij
ten slotte genoodzaakt den oorlog in te
gaan.
Telkens en telkens weer hebben wij
getracht dezen oorlog te voorkomen.
Juist om den vrede te behouden hebben
wij moeten dulden, dat er dingen gebeur
den, die niet hadden mogen gebeuren.
Maar thans zijn wij in oorlog en wij
zullen oorlog voeren en voortgaan met
oorlog te voeren, totdat de andere partij
er genoeg van heeft. Wij zullen doorzet
ten en zullen den oorlog voeren naar ons
beste vermogen, dat niet gering is en
steeds grooter wordt.
„Gij weet", zoo vervolgde Churchill, „dat
ik het met den heer Chamberlain niet altijd
eens geweest ben, alhoewel wij steeds per
soonlijke vrienden zijn gebleven. Hij is ech
ter een man van zeer taaie makelij en ik
kan u verzekeren, dat hij even hardnekkig
zal vechten voor de overwinning als hij het
voor den vrede gedaan heeft, Gij kunt het
volkomen zeker achten, dat ófwel al het
geen Groot-Brittannië en Frankrijk in de
moderne wereld voorstaan verloren zal
gaan, ófwel Hitier, het nationaal-socialisti-
sche regime en de voortdurend terugkee-
rende Duitsche of Pruisische bedreiging
voor Europa gebroken en vernietigd zullen
worden.
Zoo staan de zaken er voor en iedereen
doet er goed aan, zich op dit vaststaande
en sombere feit in te stellen.
„Wij worden thans bestormd", aldus
Churchill, „door een vloed van verschrik
kelijke dreigementen. De nationaal-socialis
tische regeering laat vla iederen neutralen
staat inlichtingen-van-ingewijden spuien,
dat er op ons verschrikkelijk wraak geno
men zal worden. En zij bazuint dit tevens
uit over de geheele wereld door middel van
haar propaganda-apparaat. Indien woorden
konden dooden, zouden wij allang gestor
ven zijn. Doch wij worden door die sensa-
tioneele dreigementen niet verontrust. In
feite beschouwen we ze als een teeken van
zwakheid van onzen vijand. Wij uiten geen
bedreigingen in oorlogstijd. Indien wij i
offensieve plannen mochten hebben, dan
zullen wij er zeker niet over spreken. Wij
zouden alleen trachten na te gaan, hoe wij
ze kunnen uitvoeren.
De macht en de boosaardigheid van
onzen vijand onderschatten wij geens
zins. Wij zijn bereid de beproeving te
doorstaan. Tien weken geleden hebben
wij ons besluit genomen en al wat sinds
dien geschied is. heeft ons doen inzien,
dat wij het bij het rechte eind gehad heb
ben en nog steeds hebben.
Niemand op de Britsche eilanden heeft
gemeend, dat deze oorlog een korte of
gemakkelijke oorlog zou worden. Niets
heeft ooit zulk een indruk op mij
maakt als de kalmte en de zakelijke vast
beradenheid. waarmede de massa's var
onze loontrekkende menschen, de gewo
ne lieden in onze groote steden, datgene
onder de oogen hebben gezien, .t naar
zij vreesden een verschrikkelijk onweer
zou zijn. dat van den aanvang af op hen
en hun gezinnen zou aanrazen. Allen
waren zij van het begin af bereid het
ergste onder de oogen te zien en zij
maakten zich paraat voor de beproeving.
Tien weken van voorbereiding
Wij waren aangenaam verrast, dat ons
toen tien weken werden toebedeeld om ons
in het oorlogspak te steken. Wij zijn er
thans geheel anders aan toe, dan tien we
ken geleden. Wij zijn veel sterker dan tien
weken geleden. Wij zijn veel beter voor
bereid op het doorstaan van de ergste boos
aardigheid van Hitier en zijn Hunnen dan
begin September. Onze vloot is sterker,
onze anti-duikbootstrijdkrachten zijn drie
maal zoo talrijk, onze luchtmacht is veel
krachtiger, ons leger neemf toe in aantal en
is met den dag beter getraind.
Onze voorzorgen tegen luchtaanvallen
zijn zeer verschillend van die, welke in het
begin van den oorlog genomen waren. De
aanvallen van duikbooten zijn bedwongen
en de duikbooten hebben een zwaren tol
betaald. Bijna alle Duitsche schepen, die
den oceaan bevaren, schuilen en roesten in
neutrale havens, terwijl onze wereldhandel
gestadig voortgang vindt met 4000 schepen,
waarvan er steeds 2500 op zee zijn.
De superioriteit van onze luchtmacht op
die van den vijand, zoowel wat de piloten
als wat de toestellen betreft, is bewezen.
Onze luchtmacht heeft vijftien Duitsche
vliegtuigen, die voor de aanvallen overzee
benut werden, omlaag geschoten, zonder
zelf in den strijd één toestel te verliezen.
Thans maken mist en storm, die in den
winter over ons eiland komen, de voort
durende bomaanvallen op militaire doelen
veel moeilijker.
Wij zijn vooruitgegaan in het toepassen
van de wetenschap op de oorlogvoering en
deze vooruitgang neemt iedere week steeds
meer toe. Ik voor mij twijfel er niet aan,
dat de tijd aan onze zijde is. Ik wil zelfs
zoo ver gaan met te verklaren, dat wij, als
wij dezen winter doorkomen, zonder dat
zich oen gruote belangrijke gebeurtenis
doordoet, in feite de eerste campagne van
den oorlog gewonnen zullen hebben. Wij
zullen in het voorjaar onze taak veel krach
tiger kunnen aanpakken en wij zullen dan
veel beter georganiseerd en boter bewapend
zijn dan te voren.
Laten wij daarom de vele kleinere onge
makken en misschien zelfs ook de onnoo-
dige plagerijen met begrijpend geduld dra
gen, want onze oorlogssterkte wordt steeds
grooter en Duitschland ligt steeds in den
greep van onze blokkade en krijgt een te
kort aan benzine en andere noodzakelijke
oorlogsvoorraden.
Het is natuurlijk mogelijk, dat zich op
een gegeven moment gewelddadige en har
de gebeurtenissen zullen voordoen. Indien
dit zoo is, dan zullen wij daaraan met vast
beradenheid het hoofd bieden. Indien dit
niet zoo is, ...en wij profijt trekken
van den tijd. die ons gelaten wordt Maar
veldmaarschalk Göring, die een var
weinige Duitschers is, die in de laatste
jaren een vrij aangenamen tijd hebben
gehad, heeft gezegd, dat wij tot nu toe ge
spaard zijn, omdat het nationaal-socialisti-
sche Duitschland zoo humaan is. Het kan
niet over zich verkrijgen iets te doen, dat
iemand zou bezeeren. Al wat Duitschland
vraagt is het recht om te leven; het wil
alleen ongemoeid worden gelaten om alles
te veroveren en de zwakken te dooden. De
humaniteit verbiedt Duitschlana streng op
te treden tegen de sterken. Het moge waar
zijn, maar wanneer wij ons de wreedheden
herinneren, die de Duitschers in Polen be
gaan hebben, gevoelen wij er niets voor,
dat men ons eenige gunst bewijst. En daar
om zullen wij onzen plicht doen, zoolang
wij het loven en de kracht hebben.
De politieke verschuiving
Een lange reeks van belangrijke gebeur
tenissen heeft zich sinds het begin van den
oorlog ten onzen gunste ontwikkeld. 11 a-
1 i dat, naar wij vreesden zou worden af
getrokken van zijn historische deelgenoot
schap met Groot-Brittannië en Frankrijk in
de Middellandsche Zee een deelgenoot
schap, dat voortdurend meer vruchten zal
afwerpen heeft een verstandige vredes
politiek aanvaard.
Tusschen ons en Japan heeft zich geen
geschil voorgedaan.
Deze twee groote mogendheden, die zich
in een anti-kominternverdrag bij het natio
naal-socialistische Duitschland hadden aan
gesloten, vinden iet thans moeilijk zich
aan te passen aan de koersverandering
naar het bolsjewisme, dat Herr Hitier en
zijn slechte raadgever von Ribbentrop tot
stand hebben gebracht.
Niemand kan de beteekenis onderschat
ten van het vriendschapsverdrag van
Groot-Brittannië en Frankrijk met Tur-
k ij e.
De Sovjet-Russische regeering, die
in de formidabele figuur van Stalin be
lichaamd is, heeft eens en voor al alle
nationaal-socialistische droomen over
deringen in het Oosten gefnuikt.
De linkerpoot van den beer verspert
Duitschland den weg naar de Zwarte Zee;
de rechterpoot betwist Duitschiand de be-
heersching der Oostzee.
Hoe de geschiedenis over deze gebeurte
nissen ook moge oordeelen: het feit, waar-
De training der Engelsche piloten en
leden der luchtstrijdkrachten vormt
een belangrijk onderdeel der Britsche
militaire opleiding. Onderricht in
de morse-seinen.
mede wij .•ekening moeten houden, is vol
komen duidelijk. Het nationaal-socialisti
sche Duitschland is van het Oosten afgeslo
ten en dient thans het Britsche rijk en do
Fransche republiek te veroveren of bij deze
poging onder te gaan.
Het lot van Nederland en België
„Zoo richten thans", aldus Churchill, „de
pochende en bulderende nazi's hun honge
rige oogen naar sommige kleine landen In
het Westen, die zij kunnen neertrappen en
kunnen uitplunderen, gelijk zij Oostenrijk,
Tsjecho-Slowakije en Polen hebben ver
trapt en uitgeplunderd. Nu hebben zij hun
meedoogenloozen, doch ook tamelijk voor-
zichtigen blik op de oude beschaafdo en
geen aanstoot gevende Nederlandsche en
Belgische naties gericht. Zij hebben er de
voorkeur aan gegeven niet de Britsche
vloot lastig te vallen, die in de afgeloopen
week hun aanvallen in de Firth of Forth
heeft afgewacht Zij deinzen terug voor het
stalen front van het Fransche leger langs
de Maginotlinie, maar hun volgzame sol
daten worden (volgens den Brltschen oe
windsmon) in grooten getale langs de gren
zen van Nederland en België bijeengebraent
Aan deze beide staten hebben de natio-
naal-socialisten de meest recente en plech
tige verzekeringen gegeven; geen wonder,
dat hun bezorgdheid groot is.
Niemand gelooft één woord van wat Herr
Hitier en zijn nationaal-socialistische partij
zeggen. Daarom moeten wij de situatie als
ernstig beschouwen. Ik wil niet de voor
spelling wagen, zeide Churchill, of de waan
zin van den in het nauw gedreven maniak
Hitier tot de ergste van alle misdaden zal
brengen. Ik wil echter dit zeggen, dat zon
der twijfel het lot van Nederland en België
evenals dat van Polen, Tsjecho-Slowakije en
Oostenrijk beslist zal worden door de over
winning van het Britsche rijk en de Fran
sche republiek. Indien wij veroverd wor
den, zullen allen in slavernij gebracht wor
den en zal het aan de Vereenigdo Staten
worden overgelaten, geheel alleen de rech
ten van den mensch te hoeden. Indien wij
niet vernietigd worden, zullen al deze lan
den verlost worden en opnieuw tot vrijheid
en leven worden opgewekt
Duitschland minder sterk dan het lijkt
Het is inderdaad een plechtig oogenblik,
waarop ik tot u spreek op dezen tienden
Zondag na het uitbreken van den oorlog.
.Maar het is ook een oogenblik van vast
beradenheid en hoop. Ik verkeer in de bij
zondere situatie, de eerste maanden van
den laatsten Duitschen oorlog tegen Europa
in dezelfde positie en in hetzelfde ambt bij
de Britsche admiraliteit te hebben meege
maakt als thans. En daarom wacht ik mij
er ten zeerste voor, iets te zeggen, dat van
al te groot vertrouwen blijk geeft of al te
optimistisch is. Ik ben er zeker van, dat wij
nog zeer ruw weer voor ons hebben.
Doch ik ben van oordeel, dat het Duitsch
land, dat thans ons allen aanvalt, een veel
minder krachtig gebouw en een veel min
der hecht gefundeerd samenstel is dan het
Duitschland, dat de geallieerden en de
Vereenigde Staten een en twintig jaar gele
den dwongen om een wapenstilstand te
vragen.
Ik ben van oordeel, zoo ging Churchill
voort, dat die slechte man en zijn aanhan
gers niet zoo zeker van zichzelf zijn als
wij, dat zij in hun schuldige zielen gefol
terd worden door de gedachte en de vrees
voor een steeds meer naderende vergelding
voor hun misdaden en voor de orgie van
verwoesting, waarin zij ons allen gedom
peld hebben. Wanneer zij thans van 't van
wapens kletterende Duitschland naar bui
ten zien, kunnen zij geen enkelen vriende
lijken blik opvangen over geheel den om
vang van de aardbol. Niet één. Rusland
staart hen weer aan met een steenharden
blik. Italië wendt zijn blikken af. Japan zit
met de kwestie en denkt dat het verraden
is. Turkije en de geheele Islam hebben zich
instinctief, maar beslist aan de zijde van
den vooruitgang geschaard. De honderden
millioenen in Indië en China hoe hun
andere gevoelens ook mogen zijn zouden
met onverholen vrees een overwinning van
de nationaal-socialisten bezien, wel wetend
wat spoedig ook hun lot zou zijn.
De groote Engelsch sprekende republiek
aan den anderen kant van den oceaan,
maakt geen geheim van haar sympathieën
en zet haar gevoelens om in een optreden,
welks karakter ieder voor zichzelf moge
beoordeelen. De geheele wereld is tegen het
Hitlerdom. Menschen van elk ras en van
elk gewest zijn van gevoelen, dat deze mon
sterachtige verschijning tusschen hen en
den vooruitgang staat, die hun toekomt en
waarvoor de tijd niet rijp is. Zelfs in
Duitschland zelf zijn er millioenen, die
zich afzijdig houden van de ziedende massa
van criminaliteit en corruptie, gevormd
door het apparaat van de nazipartij. Laten
zij moed vatten te midden van de verwar
ring en de gevaren, want het kan wel zijn,
dat uiteindelijk vernietiging van een ver
derfelijke overheersching, den weg zal be
reiden naar een breedere solidariteit van
alle menschen in alle landen, breeder dan
wij ooit hadden kunnen uitdenken, indien
wij niet te zamen door het vuur zouden
zijn opgemarcheerd.
Wat in het Fransch-
Duitsche niemands
land plaats vond
Versperringsgebicd vol helsche
verschrikkingen
In de eerste weken van dezen oorlog was
een der taken van het Fransche leger, zoo
veel mogelijk Duitsche troepen aan het wes
telijk front vast te houden, teneinde daar
door den druk op Polen te verlichten. Het
Fransche leger heeft zich daarom zoo snel
mogelijk aan het Duitche leger vastge
klampt, ald'us de Parijsche correspondent
van de „Maasbode", teneinde zooveel moge
lijk de Duitsche strijdkrachten op het wes
telijk front vast te houden en dat heeft dus
de bezetting noodig gemaakt van het zooge
naamde niemandsland tusschen de beide
groote verdedigingslinies, namelijk de Ma
ginotlinie en den Westwall.
De fronttroepen betraden daarvoor hel
Duitsche grondgebied en namen terrein-
strooken van zeer uiteenloopende diepte in.
Daardoor verkleinden zij voor den vijand de
aanvalsmogeiijkheid en lieten hem onder
bedreiging van een offensief, terwijl bov
dien in het bijzonder verrassingen werden
uitgesloten en een uitzicht werd verkregen
op de vijandelijke stellingen.
Men weet, dat die operaties met een mini
mum van verliezen zijn gepaard1 gegaan,
ondanks de ontzaglijke voorbereiding, aan
dit terrein gegeven, dat vrijwel geheel met
mijnon was doorploegd, welke daarenboven
zoodanig vermomd waren, dat het geheel
wel een gruwelijke fantasie geleek. Allerlei
middelen en versperringen waren gebruikt
om een voortrukken van de Fransche troe
pen te verhinderen. Het terrein was als hef
ware bezaaid met allerlei begeerlijke voor
werpen, die echter zonder uitzondering bij
de minste aanraking mijnen deden ontplof
fen. In verlaten hoeven was zelfs het meu
bilair in helsche machines veranderd. Stond
er een fiets buiten en werd daarnaar een
hand uitgestoken, dan volgde onmiddellijk
een ontploffing. Hing ergens in huis eon
worst aan een balk. wie er de hand naar
uitstrekte, was oen slaohto'fer van de d'aar-
op volgende ontploffing. En in vele geval
len waren de mijnen verdubbeld door een
vertrngingsloestel. zoodat waar ergens aan
een gewond slachoPer hulp moest worden
geboden, ook de nieuwe aanraking een ont
ploffing veroorzaakte.
Men heeft eerst wat ongeloovig gestaan
tegenover sommige beschrijvingen, die to
romantisch leken om veel geloofwaardig
heid te bezitten, doch thans kunnen al die
helsche verhalen volkomen worden beves
tigd. De terreinbezetting heeft niettemin
plaats gehad en na de eerste verrassingen"
werd het „niets aanraken" het parool en
kreeg de voorzichtigheid de overhand.
Eind- September wa? het militair lot van
Polen beslist en hield dus het motief op
voor de actie van Fransche zijde in dit zeer
blootgestelde gebied en hernam de Fransche
legermacht haar de'ensleve positie, overeen
komstig de plannen van het opperbevel, in
welks geheimen men natuurlijk niet kan
lezen.
Maar een ieder voelt, dat cte factor tijd
niet in dezelfde richting werkt voor de
beide oorlogvoerende partijen. Het Fransche
leger heeft toch eigenlijk niets anders te
verdedigen dan het eigen betrekkelijk korte
front, terwijl bovendien eiken nieuwen dag
de Britsche hulp toeneemt. Reeds eind Sep
tember en op het oogenblik in nog veel
grootere mate. heeft Engeland de aange
kondigde hulp belangrijk overschreden en
van Fransche zijde legt men er dan ook
grooten nadruk op, dat de militaire hulp,
op het vasteland gezonden, van stonde af
belangrijk grooter is geweest, dan waartoe
Engeland volgens de mdlitaire afspraken
gehouden was.
Het tusschengebied bleef dus sindsdien
slechts van licte verkenningspatroullles en
van voorposten voorzien en zonder dat mili
taire werken werden aangelegd.
Slechts één tusschenspel had dan ook in
October plaats, namelijk de actie van half
October, toen de Duitschers geen ernstigen
weerstand vonden en bij de bezetting van
een deel van het gevaarlijke gebied de Fran
sche voorposten werden teruggetrokken tot
op de voorste Fransche stellingen, op de
lijn, die door de hevelvoering als de voorste
lijn der vercedigingspositie was gekozen en
die de uiterste lijn van de betonwerken enz.
was. Die lijn is dan ook niet ernstig aan
getast kunen worden Aan de mechanische
strijdkrachten werd overgelaten, elke nade
ring te tbeletten en tusschen de beide linies
bevindt zich andermaal een niemandsland,
van weerszijden slechts door patrouilles
doorkruist.
JODEN GEMOLESTEERD TE AKEN
Te Aken zijn, evenals vorig jaar November,
wederom verschillende Joodsche gezinnen
gemolesteerd. O.a. werd een Joodsch hotel
en café-restaurant door jongelieden, aange
voerd doe S.A.-lieden, bestormd en vernield.
De hotelbezoekers werden verjaagd,
huisraad werd kort en klein geslagen en de
vrouw van den eigenaar onderging ernstige
mish andelingen.
Rndïorepnra tiert ienstCouzy
100% «ervice vakkundig snel
U Middellandso. 72. TeL 30340-31293
De Sovjet-Rus^_
eischen aan Fi
De meening der roodt
ooat I
de vPJ
Men houdt vast aan
op Hangö
ie ant'
De Soviet-Russischo eischen ansche
worden uitgeengezet in een artiTFne.
opgaan der Sovjet-Russische vloo f.
ny Flot". In dit artikel, getiteld
defensie-vraagstukken van de pbcvn
in het Noordwesten", wordt he*°cht.
betoogd:
„Vier eischen zijn voor de '\Ct01
in de Noordwestelijke grenz
Sovjet-Unie en indirect ook voor!
Finland zelf absoluut onaf»®! ail
kft der
Een vlootbasis op het i
Hangö. Daardoor zou de ingang reg
van Finland voor alle oorlogssinsche
halve voor die van de Sovjet-Uit de
afgesloten. aP> 1
itte, ii
2o. Het recht, de eilanden Hu(e de
Björko in het Oostelijk deel van (een
Golf te versterken, ten einde zoq de
voornaamste Sovjet-Russische ït me-
Oostzee, die van Kroonstad, te bfl® 8'
3o. De versterking van de
land, Seiskari, Lavansaari en li.
eveneens in de Tinsche Golf geleq mog
4o. Herziening van de Noordelij|eerv
Russische grens, bijvoorbeeld dcfn d
Sovjel-Unie de schiereilanden #e>
Sredni af te staan, die zich tejd a''
Noorsche Varanger-ijord bevindeif8^ 1
De eischen betreflende de>ze schijen a
zijn gebaseerd op de overweging, ke s
bedreiging voor Moermansk vorm8 plej
ge ijsvrije haven in de Noordelijk! Ja-
Leningrad, welks bevolking ev^
als die van geheel Finland, is hé ~U1
van den scheepsbouw en de macll he*
trie der Sovjet-Unie. Deze stad", ^e th
het orgaan, „ligt thans onder voqn bt
bedreiging van luchtaanvallen, vlin d'
len en artillerie. Leningrad moet djtanc
alle mogelijke middelen bescherm j„r
De verdediging van den ingaA.
Finsche Golf" zo> vervolgt het r 1
zekert tevens Finlands veiligheid. |en
stellingen daarvoor liggen op Hajx>k
de omgeving van de Moon Sund (fe de
land'. De Finsche strijdkrachteuen e
niet in staat de Finsche Golf of fj&m-
lijke schiereilanden te verdedigefg]je
komen met Sovjet-Rusland, zal
i be
macht te verzetten De oorlogsophifnei
dus het blad, „trachten het voor en c
alsof Sovjet-Rusland Finland azuil
Scandinavië en in het bijzonder Z\hvin
bedreigen. De Sovjot-Unie wijst dea^u
digingen verontwaardigd van de jug,,
eenige motief, dat de Sovjet-regeer
Is beperking van den oorlog en dr
ring van den vreedzamon arbeid v|vre'
ken der Sovjet-Unie en van de oij?t.
staten. Met het nog op deze onvj
beginselen van Mar vredespolitW
Sovjet-Unie de n. irtelen vinden, dk p
dig heeft om onze maritieme en lanA^
in het uiterste Noordwesten te va
De voorstellen aan Finland gedr
besluit het blad. „zijn ingegeven»^
zorg «voor de veiligheid en den vrf M
arbeid van 183 millioen inwoners dl
Unie en tevens door do zorg voor 1
hend en de onafhankelijkheid varrv*'
zelf. Sommige politici in Finland v,
echter maar niet 'begrijpen". r
f d(
Let op de lawine uit het ooh-B
laat;
Een Amerikaansche waarschufdei
fee:
„Duitschlanc' is thans het sterkst!®2!
blok tusschen de Westeuropeeschr# 1
ving en het Oosten", aldus de vroegj* ,a
rikaansche minister van Oorlogf
Hurley, in een te Providence (Ir1"1
land) gehouden rode, waarin hif h
nam tegen de campagne om Duitse1
vernietigen. rP-
Hij zeide, dat de Westersch-ï be|Y®r
in ce toekomst het be6t gediend is PjK
bondgenootschap tusschen DuitschK» j
Groot-Brittannië, „indien Duitschlar1 *j
althans toe zou kunnen leiden, dat L,
vriendelijk als wij ten opzichte Eei
Britsche gemeenebest zou kunnen \p
Groot-Brittanië een even edelmoedig1 x
punt zou kunnen innemen ten opzi|Ta
de rechten van Duitschland als heir6,0
gens ons doet". larc
Hurley, die vroeger voorzitter i
Amerikaansche commissie voor
tiek, zeide voorts, dat de geallieerd^®
Ver?enigóe Staten het bestaan van
sche republiek onmogelijk hebben j'
Aan Duitschland was vriendschap j
beloofd als voorwaarde voor het 1
van den wereliloorlog.
Intusschen ontnamen Engelaï.-
Frankrijk Duitschland zijn koloniaP"
dien Duitschland vernietigd worcit rf;
huidige conflict, zal dit de deur open e
een lawine uit het Oosten. Duitschlar".
sterkste bufferstaat en de sterkste
tusschen de Westersche beschaving'
Oosten. De intelligente bevolking F
Westersche landen zou het niet goed
dat millioenen Duitschers gedood wo*^
Duitschland zelf vernietigd als basi
een duurzamen vrede".
door G.R.vander BEEK
„Meschien det ze 't nog betij'dis in gaot zien, det *t nooit
Zal kanne" veronderstelde Stijn.
„Moeder, ge kmt ze nie.geleuf ik, hedde ooit zukke ooige
gezien?"
Stijntje moest ontzien worden en om Knelis was er de
bezorgdheid, dat hij zidh voelde stijgen boven het milieu,
waaruit hij voortgekomen was.
En toch waren het niet enkel de kinderen, waarover de-
.zen avond hun bezorgde gedachten gingen. Ook was er in
de enkele oogenblikken van stilte, als alleen het wekkerge-
tik binnen en een zachte ritseling door de bladeren van de
populieren buiten hun aandacht sdheen te spannen, in hun
hart toch èèn vraag, waarover ze niet wilden spreken. En
wij zelf
Den volgenden dag ging Tinus Streef, zoo uit den nacht
dienst, na een haastig veikleeden, met Sijke aan boord van
de Tijmerstroom. Nu zijn vrouw weer in haar Zondagsche
kleeren ging, na maanden van gedwongen rust, zag hij, hoe
ze veranderd was en er kwam een benauwende ongerust
heid over hem, toen hij haar voorzichtig naar beneden hielp
om op de kussens van de eerste klas een gemakkelijke plaats
te zoeken.
Tinus ging weer terug aan dek. De hofmeester maakte
hem een compliment over Tineke, die met Gijsbertje voor
het raam stond: maar de luchthartige woorden konden hem
niet in vroolijker stemming brengen. Toen de stoomboot bij
het uiteenwijken der bruine deuren naar buiten voer en het
witte hoopje op Tinekes arm achter de gegolfd ijzeren loods
wegschoof, ging hij naar beneden.
De Tijmerstroom schroefde zich trillend in snelle vaart
voor den ebstroom af naar het wijde water.
Ze spraken weinig. Tinus keek, van opzij naar zijn vrouw
die met gesloten oogen achterover leunde tegen het zachte
bekleedsel van de gemakkelijke bank.
Nu had hij zijn wensohen vervuld gekregen.
Hij had de betrekking, die hij als jonge kerel, na aanvan
kelijke teleurstelling, toch nog had verworven, anders ge
dacht, maar terug naar het stille, eenzame Achterveld wilde
hij niet.
En nu zat hij hier met zijn zieke vrouw. Was het oprecht
medelijden met haar ofschool er in zijn angstige voor
gevoelens omtrent den afloop van het doktzrsbezoek niet
bezorgdheid over zich zelf? Als het met Sijke mis moest
gaan, wat werd er dan van hem? Hij wilde naar boven en
de zieke, even met moede oogen opkijkend, knikte glim
lachend, dat hij best gaan kon.
Hij klom in het glazen stuurhuisje en het gesprek met den
kapitein werkte kalmeerend.
Maar ongemerkt waren ze toch na het praten over het
water en de vaart over hun gezin begonnen. En toen hij het
doel van zijn tocht niet langer wilde verzwijgen en in een
onverstandige mededeelzaamheid den ander deelgenoot
van zijn angstig vermoeden had gemaakt kon de kapitein
hem niet den troost geven, waarnaar hij hunkerde.
„Ja, dat is een kwaad ding, 't kan lang duren en 't kan
gauw afgeloopen zijn".
En altijd is er wel een familielid of een kennis, die het
zelfde heeft gemankeerd.
Zoo waren ze aan de stad gekomen, die haar voorposten
tot aan het water had opgeschoven. En toen ze dien mid
dag onder het afdakje op hetzelfde ponton waar ze afge
stapt waren op de terugkeerende boot wachtten, waren ze
niets wijzer geworden, want de vriendelijke dokter, had na
tal van informaties en een grondig onderzoek beloofd
dienzelfden avond nog aan den huisdokter te schrijven. Die
zou het verder moeten behandelen. Of er dan geen gevaar
bij was? De voorzichtige bewoordingen van den genees
heer. die termen bezigde, waarvan de zin hun ontging, had
den hen niet wijzer gemaakt.
Uitgeput van de ongewone inspanning, kon Tineke dien
laten namiddag de buurvrouwen nog te woord staan. b
langstellend kwamen hooren naar den uitslag vj
bezoek. j d<
Twee dagen later kwam de dokter. atv<
Opgewekt als altijd, zette hij zich naast het ledikai
„Net zooals ik gedacht hadrust houden,)
liggen, en je ligt hier kostelijk, geen zorgen maken enj- a
zullen we wel zien
Maar tegen Tinus had hij gezegd:
„Streefik kan het je niet langer verzwijgen5rai
onze kennis schiet hier te kortaeg,
Hij legde de hand op Tinus' schouder. iet
„Ik geloof, dat je je vrouw binnen 't jaar zult J|e
missenlier
Tinus was gaan zitten. Het zweet parelde op z'nBri
hoofd. Spreken kon hij niet. bi
De dokter gaf hem een kopje water.
„Hou je nou maar goed, man, maak 't je vrouw^,.,
moeilijker, enzeg haar niet hoe 't er bij staat. „Ii
hebben deze zieken zoo'n verschrikkelijk taaie hoop.* I
aandoenlijk ze te hooren praten, maar wij weten (P13.!
hoop ijdd is
(Wordt verM