Churchill over tien weken oorlog MAANDAG 13 NOVEMBER 1939 EERSTE BLAD^AN EngeJsche minister somt de voordeelen der tijdwinst op Zeer scherpe uitlatingen over Hitier en Goering De positie van België en Nederland In zijn radio-rede over tien weken oor log heeft Churchill, de Engelsche minister van marine, er den nadruk op gelegd dat het uitblijven van een grooten Duitschen aanval de geallieerde machten tien weken respijt voor het voltooien hunner oorlogsuitrusting heeft gegeven. Hij kondigde aan, dat Engeland zal voortgaan met te strijden, „tot de andere partij er genoeg van heeft". De tien weken van rust heeft de we reld gebruikt om haar positie ten opzich te van Duitschland te bepalen. Japan, zeide hij, denkt dat het verraden is, Italië wendt zijn blikken af, Rusland staart de Duitschers aan met staalharden blik Turkije heeft, met de wereld van den Islam, zich aan Engelands zijde ge schaard. In het vervolg van zijn rede betichtte Churchill Duitschland er van, thans de kleine staten in West-Europa te bedrei gen. Ten slotte uitte hij de hoop, dat het huidige conflict den weg zal banen voor een breeder solidariteit van alle men- schen. „Ik meende er goed aan te doen," aldus begon de minister zijn rede, „vanavond voor u uiteen te zetten, hoe de oorlog in de eerste tien weken voor de geallieerden ver- loopen is. Het is volkomen duidelijk, dat de kracht, die het Britsche Rijk en de Fransche repu bliek ontplooien om de Poolsche en Tsjecho- Slowaaksclie staten te herstellen en tot nieuw leven te brengen, alsook om eenige andere dingen te bereiken, waarover ik la ter zal spreken, van dag tot dag toeneemt. Vreedzame, parlementair bestuurde landen, die streven naar vrijheid voor den enke ling en overvloed voor de massa, zijn ech ter met een grooten achterstand begonnen in den strijd tegen de dictatuur, welke zich uitsluitend bezighield met oorlog, met voor bereiding van oorlog en met het vermalen van allen en alles in haar militair appa raat Vooral wij op ons eiland zijn in vre destijd bijzonder gemakzuchtig. Wij zouden gaarne de zegeningen van den vrede met iedere andere natie willen deelen en ons in het bezit daarvan blij ven verheugen. Pas na vele vergeefsche pogingen in vrede te blijven, werden wij ten slotte genoodzaakt den oorlog in te gaan. Telkens en telkens weer hebben wij getracht dezen oorlog te voorkomen. Juist om den vrede te behouden hebben wij moeten dulden, dat er dingen gebeur den, die niet hadden mogen gebeuren. Maar thans zijn wij in oorlog en wij zullen oorlog voeren en voortgaan met oorlog te voeren, totdat de andere partij er genoeg van heeft. Wij zullen doorzet ten en zullen den oorlog voeren naar ons beste vermogen, dat niet gering is en steeds grooter wordt. „Gij weet", zoo vervolgde Churchill, „dat ik het met den heer Chamberlain niet altijd eens geweest ben, alhoewel wij steeds per soonlijke vrienden zijn gebleven. Hij is ech ter een man van zeer taaie makelij en ik kan u verzekeren, dat hij even hardnekkig zal vechten voor de overwinning als hij het voor den vrede gedaan heeft, Gij kunt het volkomen zeker achten, dat ófwel al het geen Groot-Brittannië en Frankrijk in de moderne wereld voorstaan verloren zal gaan, ófwel Hitier, het nationaal-socialisti- sche regime en de voortdurend terugkee- rende Duitsche of Pruisische bedreiging voor Europa gebroken en vernietigd zullen worden. Zoo staan de zaken er voor en iedereen doet er goed aan, zich op dit vaststaande en sombere feit in te stellen. „Wij worden thans bestormd", aldus Churchill, „door een vloed van verschrik kelijke dreigementen. De nationaal-socialis tische regeering laat vla iederen neutralen staat inlichtingen-van-ingewijden spuien, dat er op ons verschrikkelijk wraak geno men zal worden. En zij bazuint dit tevens uit over de geheele wereld door middel van haar propaganda-apparaat. Indien woorden konden dooden, zouden wij allang gestor ven zijn. Doch wij worden door die sensa- tioneele dreigementen niet verontrust. In feite beschouwen we ze als een teeken van zwakheid van onzen vijand. Wij uiten geen bedreigingen in oorlogstijd. Indien wij i offensieve plannen mochten hebben, dan zullen wij er zeker niet over spreken. Wij zouden alleen trachten na te gaan, hoe wij ze kunnen uitvoeren. De macht en de boosaardigheid van onzen vijand onderschatten wij geens zins. Wij zijn bereid de beproeving te doorstaan. Tien weken geleden hebben wij ons besluit genomen en al wat sinds dien geschied is. heeft ons doen inzien, dat wij het bij het rechte eind gehad heb ben en nog steeds hebben. Niemand op de Britsche eilanden heeft gemeend, dat deze oorlog een korte of gemakkelijke oorlog zou worden. Niets heeft ooit zulk een indruk op mij maakt als de kalmte en de zakelijke vast beradenheid. waarmede de massa's var onze loontrekkende menschen, de gewo ne lieden in onze groote steden, datgene onder de oogen hebben gezien, .t naar zij vreesden een verschrikkelijk onweer zou zijn. dat van den aanvang af op hen en hun gezinnen zou aanrazen. Allen waren zij van het begin af bereid het ergste onder de oogen te zien en zij maakten zich paraat voor de beproeving. Tien weken van voorbereiding Wij waren aangenaam verrast, dat ons toen tien weken werden toebedeeld om ons in het oorlogspak te steken. Wij zijn er thans geheel anders aan toe, dan tien we ken geleden. Wij zijn veel sterker dan tien weken geleden. Wij zijn veel beter voor bereid op het doorstaan van de ergste boos aardigheid van Hitier en zijn Hunnen dan begin September. Onze vloot is sterker, onze anti-duikbootstrijdkrachten zijn drie maal zoo talrijk, onze luchtmacht is veel krachtiger, ons leger neemf toe in aantal en is met den dag beter getraind. Onze voorzorgen tegen luchtaanvallen zijn zeer verschillend van die, welke in het begin van den oorlog genomen waren. De aanvallen van duikbooten zijn bedwongen en de duikbooten hebben een zwaren tol betaald. Bijna alle Duitsche schepen, die den oceaan bevaren, schuilen en roesten in neutrale havens, terwijl onze wereldhandel gestadig voortgang vindt met 4000 schepen, waarvan er steeds 2500 op zee zijn. De superioriteit van onze luchtmacht op die van den vijand, zoowel wat de piloten als wat de toestellen betreft, is bewezen. Onze luchtmacht heeft vijftien Duitsche vliegtuigen, die voor de aanvallen overzee benut werden, omlaag geschoten, zonder zelf in den strijd één toestel te verliezen. Thans maken mist en storm, die in den winter over ons eiland komen, de voort durende bomaanvallen op militaire doelen veel moeilijker. Wij zijn vooruitgegaan in het toepassen van de wetenschap op de oorlogvoering en deze vooruitgang neemt iedere week steeds meer toe. Ik voor mij twijfel er niet aan, dat de tijd aan onze zijde is. Ik wil zelfs zoo ver gaan met te verklaren, dat wij, als wij dezen winter doorkomen, zonder dat zich oen gruote belangrijke gebeurtenis doordoet, in feite de eerste campagne van den oorlog gewonnen zullen hebben. Wij zullen in het voorjaar onze taak veel krach tiger kunnen aanpakken en wij zullen dan veel beter georganiseerd en boter bewapend zijn dan te voren. Laten wij daarom de vele kleinere onge makken en misschien zelfs ook de onnoo- dige plagerijen met begrijpend geduld dra gen, want onze oorlogssterkte wordt steeds grooter en Duitschland ligt steeds in den greep van onze blokkade en krijgt een te kort aan benzine en andere noodzakelijke oorlogsvoorraden. Het is natuurlijk mogelijk, dat zich op een gegeven moment gewelddadige en har de gebeurtenissen zullen voordoen. Indien dit zoo is, dan zullen wij daaraan met vast beradenheid het hoofd bieden. Indien dit niet zoo is, ...en wij profijt trekken van den tijd. die ons gelaten wordt Maar veldmaarschalk Göring, die een var weinige Duitschers is, die in de laatste jaren een vrij aangenamen tijd hebben gehad, heeft gezegd, dat wij tot nu toe ge spaard zijn, omdat het nationaal-socialisti- sche Duitschland zoo humaan is. Het kan niet over zich verkrijgen iets te doen, dat iemand zou bezeeren. Al wat Duitschland vraagt is het recht om te leven; het wil alleen ongemoeid worden gelaten om alles te veroveren en de zwakken te dooden. De humaniteit verbiedt Duitschlana streng op te treden tegen de sterken. Het moge waar zijn, maar wanneer wij ons de wreedheden herinneren, die de Duitschers in Polen be gaan hebben, gevoelen wij er niets voor, dat men ons eenige gunst bewijst. En daar om zullen wij onzen plicht doen, zoolang wij het loven en de kracht hebben. De politieke verschuiving Een lange reeks van belangrijke gebeur tenissen heeft zich sinds het begin van den oorlog ten onzen gunste ontwikkeld. 11 a- 1 i dat, naar wij vreesden zou worden af getrokken van zijn historische deelgenoot schap met Groot-Brittannië en Frankrijk in de Middellandsche Zee een deelgenoot schap, dat voortdurend meer vruchten zal afwerpen heeft een verstandige vredes politiek aanvaard. Tusschen ons en Japan heeft zich geen geschil voorgedaan. Deze twee groote mogendheden, die zich in een anti-kominternverdrag bij het natio naal-socialistische Duitschland hadden aan gesloten, vinden iet thans moeilijk zich aan te passen aan de koersverandering naar het bolsjewisme, dat Herr Hitier en zijn slechte raadgever von Ribbentrop tot stand hebben gebracht. Niemand kan de beteekenis onderschat ten van het vriendschapsverdrag van Groot-Brittannië en Frankrijk met Tur- k ij e. De Sovjet-Russische regeering, die in de formidabele figuur van Stalin be lichaamd is, heeft eens en voor al alle nationaal-socialistische droomen over deringen in het Oosten gefnuikt. De linkerpoot van den beer verspert Duitschland den weg naar de Zwarte Zee; de rechterpoot betwist Duitschiand de be- heersching der Oostzee. Hoe de geschiedenis over deze gebeurte nissen ook moge oordeelen: het feit, waar- De training der Engelsche piloten en leden der luchtstrijdkrachten vormt een belangrijk onderdeel der Britsche militaire opleiding. Onderricht in de morse-seinen. mede wij .•ekening moeten houden, is vol komen duidelijk. Het nationaal-socialisti sche Duitschland is van het Oosten afgeslo ten en dient thans het Britsche rijk en do Fransche republiek te veroveren of bij deze poging onder te gaan. Het lot van Nederland en België „Zoo richten thans", aldus Churchill, „de pochende en bulderende nazi's hun honge rige oogen naar sommige kleine landen In het Westen, die zij kunnen neertrappen en kunnen uitplunderen, gelijk zij Oostenrijk, Tsjecho-Slowakije en Polen hebben ver trapt en uitgeplunderd. Nu hebben zij hun meedoogenloozen, doch ook tamelijk voor- zichtigen blik op de oude beschaafdo en geen aanstoot gevende Nederlandsche en Belgische naties gericht. Zij hebben er de voorkeur aan gegeven niet de Britsche vloot lastig te vallen, die in de afgeloopen week hun aanvallen in de Firth of Forth heeft afgewacht Zij deinzen terug voor het stalen front van het Fransche leger langs de Maginotlinie, maar hun volgzame sol daten worden (volgens den Brltschen oe windsmon) in grooten getale langs de gren zen van Nederland en België bijeengebraent Aan deze beide staten hebben de natio- naal-socialisten de meest recente en plech tige verzekeringen gegeven; geen wonder, dat hun bezorgdheid groot is. Niemand gelooft één woord van wat Herr Hitier en zijn nationaal-socialistische partij zeggen. Daarom moeten wij de situatie als ernstig beschouwen. Ik wil niet de voor spelling wagen, zeide Churchill, of de waan zin van den in het nauw gedreven maniak Hitier tot de ergste van alle misdaden zal brengen. Ik wil echter dit zeggen, dat zon der twijfel het lot van Nederland en België evenals dat van Polen, Tsjecho-Slowakije en Oostenrijk beslist zal worden door de over winning van het Britsche rijk en de Fran sche republiek. Indien wij veroverd wor den, zullen allen in slavernij gebracht wor den en zal het aan de Vereenigdo Staten worden overgelaten, geheel alleen de rech ten van den mensch te hoeden. Indien wij niet vernietigd worden, zullen al deze lan den verlost worden en opnieuw tot vrijheid en leven worden opgewekt Duitschland minder sterk dan het lijkt Het is inderdaad een plechtig oogenblik, waarop ik tot u spreek op dezen tienden Zondag na het uitbreken van den oorlog. .Maar het is ook een oogenblik van vast beradenheid en hoop. Ik verkeer in de bij zondere situatie, de eerste maanden van den laatsten Duitschen oorlog tegen Europa in dezelfde positie en in hetzelfde ambt bij de Britsche admiraliteit te hebben meege maakt als thans. En daarom wacht ik mij er ten zeerste voor, iets te zeggen, dat van al te groot vertrouwen blijk geeft of al te optimistisch is. Ik ben er zeker van, dat wij nog zeer ruw weer voor ons hebben. Doch ik ben van oordeel, dat het Duitsch land, dat thans ons allen aanvalt, een veel minder krachtig gebouw en een veel min der hecht gefundeerd samenstel is dan het Duitschland, dat de geallieerden en de Vereenigde Staten een en twintig jaar gele den dwongen om een wapenstilstand te vragen. Ik ben van oordeel, zoo ging Churchill voort, dat die slechte man en zijn aanhan gers niet zoo zeker van zichzelf zijn als wij, dat zij in hun schuldige zielen gefol terd worden door de gedachte en de vrees voor een steeds meer naderende vergelding voor hun misdaden en voor de orgie van verwoesting, waarin zij ons allen gedom peld hebben. Wanneer zij thans van 't van wapens kletterende Duitschland naar bui ten zien, kunnen zij geen enkelen vriende lijken blik opvangen over geheel den om vang van de aardbol. Niet één. Rusland staart hen weer aan met een steenharden blik. Italië wendt zijn blikken af. Japan zit met de kwestie en denkt dat het verraden is. Turkije en de geheele Islam hebben zich instinctief, maar beslist aan de zijde van den vooruitgang geschaard. De honderden millioenen in Indië en China hoe hun andere gevoelens ook mogen zijn zouden met onverholen vrees een overwinning van de nationaal-socialisten bezien, wel wetend wat spoedig ook hun lot zou zijn. De groote Engelsch sprekende republiek aan den anderen kant van den oceaan, maakt geen geheim van haar sympathieën en zet haar gevoelens om in een optreden, welks karakter ieder voor zichzelf moge beoordeelen. De geheele wereld is tegen het Hitlerdom. Menschen van elk ras en van elk gewest zijn van gevoelen, dat deze mon sterachtige verschijning tusschen hen en den vooruitgang staat, die hun toekomt en waarvoor de tijd niet rijp is. Zelfs in Duitschland zelf zijn er millioenen, die zich afzijdig houden van de ziedende massa van criminaliteit en corruptie, gevormd door het apparaat van de nazipartij. Laten zij moed vatten te midden van de verwar ring en de gevaren, want het kan wel zijn, dat uiteindelijk vernietiging van een ver derfelijke overheersching, den weg zal be reiden naar een breedere solidariteit van alle menschen in alle landen, breeder dan wij ooit hadden kunnen uitdenken, indien wij niet te zamen door het vuur zouden zijn opgemarcheerd. Wat in het Fransch- Duitsche niemands land plaats vond Versperringsgebicd vol helsche verschrikkingen In de eerste weken van dezen oorlog was een der taken van het Fransche leger, zoo veel mogelijk Duitsche troepen aan het wes telijk front vast te houden, teneinde daar door den druk op Polen te verlichten. Het Fransche leger heeft zich daarom zoo snel mogelijk aan het Duitche leger vastge klampt, ald'us de Parijsche correspondent van de „Maasbode", teneinde zooveel moge lijk de Duitsche strijdkrachten op het wes telijk front vast te houden en dat heeft dus de bezetting noodig gemaakt van het zooge naamde niemandsland tusschen de beide groote verdedigingslinies, namelijk de Ma ginotlinie en den Westwall. De fronttroepen betraden daarvoor hel Duitsche grondgebied en namen terrein- strooken van zeer uiteenloopende diepte in. Daardoor verkleinden zij voor den vijand de aanvalsmogeiijkheid en lieten hem onder bedreiging van een offensief, terwijl bov dien in het bijzonder verrassingen werden uitgesloten en een uitzicht werd verkregen op de vijandelijke stellingen. Men weet, dat die operaties met een mini mum van verliezen zijn gepaard1 gegaan, ondanks de ontzaglijke voorbereiding, aan dit terrein gegeven, dat vrijwel geheel met mijnon was doorploegd, welke daarenboven zoodanig vermomd waren, dat het geheel wel een gruwelijke fantasie geleek. Allerlei middelen en versperringen waren gebruikt om een voortrukken van de Fransche troe pen te verhinderen. Het terrein was als hef ware bezaaid met allerlei begeerlijke voor werpen, die echter zonder uitzondering bij de minste aanraking mijnen deden ontplof fen. In verlaten hoeven was zelfs het meu bilair in helsche machines veranderd. Stond er een fiets buiten en werd daarnaar een hand uitgestoken, dan volgde onmiddellijk een ontploffing. Hing ergens in huis eon worst aan een balk. wie er de hand naar uitstrekte, was oen slaohto'fer van de d'aar- op volgende ontploffing. En in vele geval len waren de mijnen verdubbeld door een vertrngingsloestel. zoodat waar ergens aan een gewond slachoPer hulp moest worden geboden, ook de nieuwe aanraking een ont ploffing veroorzaakte. Men heeft eerst wat ongeloovig gestaan tegenover sommige beschrijvingen, die to romantisch leken om veel geloofwaardig heid te bezitten, doch thans kunnen al die helsche verhalen volkomen worden beves tigd. De terreinbezetting heeft niettemin plaats gehad en na de eerste verrassingen" werd het „niets aanraken" het parool en kreeg de voorzichtigheid de overhand. Eind- September wa? het militair lot van Polen beslist en hield dus het motief op voor de actie van Fransche zijde in dit zeer blootgestelde gebied en hernam de Fransche legermacht haar de'ensleve positie, overeen komstig de plannen van het opperbevel, in welks geheimen men natuurlijk niet kan lezen. Maar een ieder voelt, dat cte factor tijd niet in dezelfde richting werkt voor de beide oorlogvoerende partijen. Het Fransche leger heeft toch eigenlijk niets anders te verdedigen dan het eigen betrekkelijk korte front, terwijl bovendien eiken nieuwen dag de Britsche hulp toeneemt. Reeds eind Sep tember en op het oogenblik in nog veel grootere mate. heeft Engeland de aange kondigde hulp belangrijk overschreden en van Fransche zijde legt men er dan ook grooten nadruk op, dat de militaire hulp, op het vasteland gezonden, van stonde af belangrijk grooter is geweest, dan waartoe Engeland volgens de mdlitaire afspraken gehouden was. Het tusschengebied bleef dus sindsdien slechts van licte verkenningspatroullles en van voorposten voorzien en zonder dat mili taire werken werden aangelegd. Slechts één tusschenspel had dan ook in October plaats, namelijk de actie van half October, toen de Duitschers geen ernstigen weerstand vonden en bij de bezetting van een deel van het gevaarlijke gebied de Fran sche voorposten werden teruggetrokken tot op de voorste Fransche stellingen, op de lijn, die door de hevelvoering als de voorste lijn der vercedigingspositie was gekozen en die de uiterste lijn van de betonwerken enz. was. Die lijn is dan ook niet ernstig aan getast kunen worden Aan de mechanische strijdkrachten werd overgelaten, elke nade ring te tbeletten en tusschen de beide linies bevindt zich andermaal een niemandsland, van weerszijden slechts door patrouilles doorkruist. JODEN GEMOLESTEERD TE AKEN Te Aken zijn, evenals vorig jaar November, wederom verschillende Joodsche gezinnen gemolesteerd. O.a. werd een Joodsch hotel en café-restaurant door jongelieden, aange voerd doe S.A.-lieden, bestormd en vernield. De hotelbezoekers werden verjaagd, huisraad werd kort en klein geslagen en de vrouw van den eigenaar onderging ernstige mish andelingen. Rndïorepnra tiert ienstCouzy 100% «ervice vakkundig snel U Middellandso. 72. TeL 30340-31293 De Sovjet-Rus^_ eischen aan Fi De meening der roodt ooat I de vPJ Men houdt vast aan op Hangö ie ant' De Soviet-Russischo eischen ansche worden uitgeengezet in een artiTFne. opgaan der Sovjet-Russische vloo f. ny Flot". In dit artikel, getiteld defensie-vraagstukken van de pbcvn in het Noordwesten", wordt he*°cht. betoogd: „Vier eischen zijn voor de '\Ct01 in de Noordwestelijke grenz Sovjet-Unie en indirect ook voor! Finland zelf absoluut onaf»®! ail kft der Een vlootbasis op het i Hangö. Daardoor zou de ingang reg van Finland voor alle oorlogssinsche halve voor die van de Sovjet-Uit de afgesloten. aP> 1 itte, ii 2o. Het recht, de eilanden Hu(e de Björko in het Oostelijk deel van (een Golf te versterken, ten einde zoq de voornaamste Sovjet-Russische ït me- Oostzee, die van Kroonstad, te bfl® 8' 3o. De versterking van de land, Seiskari, Lavansaari en li. eveneens in de Tinsche Golf geleq mog 4o. Herziening van de Noordelij|eerv Russische grens, bijvoorbeeld dcfn d Sovjel-Unie de schiereilanden #e> Sredni af te staan, die zich tejd a'' Noorsche Varanger-ijord bevindeif8^ 1 De eischen betreflende de>ze schijen a zijn gebaseerd op de overweging, ke s bedreiging voor Moermansk vorm8 plej ge ijsvrije haven in de Noordelijk! Ja- Leningrad, welks bevolking ev^ als die van geheel Finland, is hé ~U1 van den scheepsbouw en de macll he* trie der Sovjet-Unie. Deze stad", ^e th het orgaan, „ligt thans onder voqn bt bedreiging van luchtaanvallen, vlin d' len en artillerie. Leningrad moet djtanc alle mogelijke middelen bescherm j„r De verdediging van den ingaA. Finsche Golf" zo> vervolgt het r 1 zekert tevens Finlands veiligheid. |en stellingen daarvoor liggen op Hajx>k de omgeving van de Moon Sund (fe de land'. De Finsche strijdkrachteuen e niet in staat de Finsche Golf of fj&m- lijke schiereilanden te verdedigefg]je komen met Sovjet-Rusland, zal i be macht te verzetten De oorlogsophifnei dus het blad, „trachten het voor en c alsof Sovjet-Rusland Finland azuil Scandinavië en in het bijzonder Z\hvin bedreigen. De Sovjot-Unie wijst dea^u digingen verontwaardigd van de jug,, eenige motief, dat de Sovjet-regeer Is beperking van den oorlog en dr ring van den vreedzamon arbeid v|vre' ken der Sovjet-Unie en van de oij?t. staten. Met het nog op deze onvj beginselen van Mar vredespolitW Sovjet-Unie de n. irtelen vinden, dk p dig heeft om onze maritieme en lanA^ in het uiterste Noordwesten te va De voorstellen aan Finland gedr besluit het blad. „zijn ingegeven»^ zorg «voor de veiligheid en den vrf M arbeid van 183 millioen inwoners dl Unie en tevens door do zorg voor 1 hend en de onafhankelijkheid varrv*' zelf. Sommige politici in Finland v, echter maar niet 'begrijpen". r f d( Let op de lawine uit het ooh-B laat; Een Amerikaansche waarschufdei fee: „Duitschlanc' is thans het sterkst!®2! blok tusschen de Westeuropeeschr# 1 ving en het Oosten", aldus de vroegj* ,a rikaansche minister van Oorlogf Hurley, in een te Providence (Ir1"1 land) gehouden rode, waarin hif h nam tegen de campagne om Duitse1 vernietigen. rP- Hij zeide, dat de Westersch-ï be|Y®r in ce toekomst het be6t gediend is PjK bondgenootschap tusschen DuitschK» j Groot-Brittannië, „indien Duitschlar1 *j althans toe zou kunnen leiden, dat L, vriendelijk als wij ten opzichte Eei Britsche gemeenebest zou kunnen \p Groot-Brittanië een even edelmoedig1 x punt zou kunnen innemen ten opzi|Ta de rechten van Duitschland als heir6,0 gens ons doet". larc Hurley, die vroeger voorzitter i Amerikaansche commissie voor tiek, zeide voorts, dat de geallieerd^® Ver?enigóe Staten het bestaan van sche republiek onmogelijk hebben j' Aan Duitschland was vriendschap j beloofd als voorwaarde voor het 1 van den wereliloorlog. Intusschen ontnamen Engelaï.- Frankrijk Duitschland zijn koloniaP" dien Duitschland vernietigd worcit rf; huidige conflict, zal dit de deur open e een lawine uit het Oosten. Duitschlar". sterkste bufferstaat en de sterkste tusschen de Westersche beschaving' Oosten. De intelligente bevolking F Westersche landen zou het niet goed dat millioenen Duitschers gedood wo*^ Duitschland zelf vernietigd als basi een duurzamen vrede". door G.R.vander BEEK „Meschien det ze 't nog betij'dis in gaot zien, det *t nooit Zal kanne" veronderstelde Stijn. „Moeder, ge kmt ze nie.geleuf ik, hedde ooit zukke ooige gezien?" Stijntje moest ontzien worden en om Knelis was er de bezorgdheid, dat hij zidh voelde stijgen boven het milieu, waaruit hij voortgekomen was. En toch waren het niet enkel de kinderen, waarover de- .zen avond hun bezorgde gedachten gingen. Ook was er in de enkele oogenblikken van stilte, als alleen het wekkerge- tik binnen en een zachte ritseling door de bladeren van de populieren buiten hun aandacht sdheen te spannen, in hun hart toch èèn vraag, waarover ze niet wilden spreken. En wij zelf Den volgenden dag ging Tinus Streef, zoo uit den nacht dienst, na een haastig veikleeden, met Sijke aan boord van de Tijmerstroom. Nu zijn vrouw weer in haar Zondagsche kleeren ging, na maanden van gedwongen rust, zag hij, hoe ze veranderd was en er kwam een benauwende ongerust heid over hem, toen hij haar voorzichtig naar beneden hielp om op de kussens van de eerste klas een gemakkelijke plaats te zoeken. Tinus ging weer terug aan dek. De hofmeester maakte hem een compliment over Tineke, die met Gijsbertje voor het raam stond: maar de luchthartige woorden konden hem niet in vroolijker stemming brengen. Toen de stoomboot bij het uiteenwijken der bruine deuren naar buiten voer en het witte hoopje op Tinekes arm achter de gegolfd ijzeren loods wegschoof, ging hij naar beneden. De Tijmerstroom schroefde zich trillend in snelle vaart voor den ebstroom af naar het wijde water. Ze spraken weinig. Tinus keek, van opzij naar zijn vrouw die met gesloten oogen achterover leunde tegen het zachte bekleedsel van de gemakkelijke bank. Nu had hij zijn wensohen vervuld gekregen. Hij had de betrekking, die hij als jonge kerel, na aanvan kelijke teleurstelling, toch nog had verworven, anders ge dacht, maar terug naar het stille, eenzame Achterveld wilde hij niet. En nu zat hij hier met zijn zieke vrouw. Was het oprecht medelijden met haar ofschool er in zijn angstige voor gevoelens omtrent den afloop van het doktzrsbezoek niet bezorgdheid over zich zelf? Als het met Sijke mis moest gaan, wat werd er dan van hem? Hij wilde naar boven en de zieke, even met moede oogen opkijkend, knikte glim lachend, dat hij best gaan kon. Hij klom in het glazen stuurhuisje en het gesprek met den kapitein werkte kalmeerend. Maar ongemerkt waren ze toch na het praten over het water en de vaart over hun gezin begonnen. En toen hij het doel van zijn tocht niet langer wilde verzwijgen en in een onverstandige mededeelzaamheid den ander deelgenoot van zijn angstig vermoeden had gemaakt kon de kapitein hem niet den troost geven, waarnaar hij hunkerde. „Ja, dat is een kwaad ding, 't kan lang duren en 't kan gauw afgeloopen zijn". En altijd is er wel een familielid of een kennis, die het zelfde heeft gemankeerd. Zoo waren ze aan de stad gekomen, die haar voorposten tot aan het water had opgeschoven. En toen ze dien mid dag onder het afdakje op hetzelfde ponton waar ze afge stapt waren op de terugkeerende boot wachtten, waren ze niets wijzer geworden, want de vriendelijke dokter, had na tal van informaties en een grondig onderzoek beloofd dienzelfden avond nog aan den huisdokter te schrijven. Die zou het verder moeten behandelen. Of er dan geen gevaar bij was? De voorzichtige bewoordingen van den genees heer. die termen bezigde, waarvan de zin hun ontging, had den hen niet wijzer gemaakt. Uitgeput van de ongewone inspanning, kon Tineke dien laten namiddag de buurvrouwen nog te woord staan. b langstellend kwamen hooren naar den uitslag vj bezoek. j d< Twee dagen later kwam de dokter. atv< Opgewekt als altijd, zette hij zich naast het ledikai „Net zooals ik gedacht hadrust houden,) liggen, en je ligt hier kostelijk, geen zorgen maken enj- a zullen we wel zien Maar tegen Tinus had hij gezegd: „Streefik kan het je niet langer verzwijgen5rai onze kennis schiet hier te kortaeg, Hij legde de hand op Tinus' schouder. iet „Ik geloof, dat je je vrouw binnen 't jaar zult J|e missenlier Tinus was gaan zitten. Het zweet parelde op z'nBri hoofd. Spreken kon hij niet. bi De dokter gaf hem een kopje water. „Hou je nou maar goed, man, maak 't je vrouw^,., moeilijker, enzeg haar niet hoe 't er bij staat. „Ii hebben deze zieken zoo'n verschrikkelijk taaie hoop.* I aandoenlijk ze te hooren praten, maar wij weten (P13.! hoop ijdd is (Wordt verM

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1939 | | pagina 2